c
O
WONEN op de Zuiderzeebodem
3
i(i{4 werkj
niet te
3Ac/it 31JH
5
"özcHfvenpaqina
H
Bs
ZATERDAG 4 JANUARI 1958
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
GOEDE WIL OVERWINT MOEILIJKHEDEN..
Niet elke vrouw past zich gemakkelijk
aan in onze twaalfde provincie!
EEN NEDERLANDER die zijn land en volksgenoten kent, kan gemak
kelijk een Zeeuwse boerin onderscheiden van een Friese, alleen al door
naar de hoofdtooi te kijken. En zeker kan men het verschil ook horen:
de zachte „g" van de zuiderling en het volle ronde timbre tegenover het
scherpe wat afgebeten kort praten van de noorderling.
SINDS KORT is er een „twaalfde provincie", op de bodem van wat
eens de Zuiderzee was hoe zijn daar de mensen en vooral: HOE
ZIJN DAAR DE VROUW EN
Hoe passen die vrouwen, die uit alle delen van Nederland komen zich
bij elkaar aan?
DAT IS een zo menselijk probleem, dat het onderwerp van studie is.
Bij de bestudering is ook een vrouw ingeschakelddr. Louise Kaiser
van de Gemeente Universiteit vau Amsterdam.
In de nieuwe IJselmecrpolders wo
nen Brabantse gezinnen en Friese,
Groningse en Hollandse. Er wonen
boeren, „burgers", arbeiders, midden
standers uit alle elf provincies. En ze
hebben allemaal erg veel moeite moe
ten doen om aan elkaar te wennn.
Dat viel vooral de vrouwen in dit bin
nenlandse emigratiegebied niet mee.
Friezen bijvoorbeeld voelden zich op
de bodem van de Zuiderzee meer dan
ooit Fiies. Ze waren maar niet zo een-
twee-drie bereid hun aard en gewoon
ten overboord te gooien. Dat hoeft ook
niet. Maar toch kwamen die Friese
ouders (en ook andere ouders uit weer
andere delen van het land) met hun
kinderen in conflict.
Want en Fries jongetje kan heel goed
vriendschap sluiten met een Brabant
se flierefluiter en zo'n Fries jongetje
komt dan bij zijn moeder thuis met
vreemde woorden. Of Sjoerd heeft van
Fonsje spelendenvijs geleerd een
kruisje te slaan voor liet eten. Maar
Fonsje vertelt zijn Brabantse moe
der opgewonden dat hij bij Sjouke
thuis zulke heerlijke koek gegeten
heeft veel lekkerder dan nij ooit
van „ons moeders" krijgt.
Vrouwen hadden bij voorbaat veel
moeite zich aan te passen aan de
„vreemde" buurvrouw. Maar omdat
Z(f van goede wille waren gingen ze
eens een middagje bij elkaar óp be
zoek om kennis te maken. Als ze thuis
kwam zei buurvrouw A: „Oh, buur
vrouw B is een best mens: maar
's middags kom ik er niet meer, want
dan schenkt ze thee
En buurvrouw B zegt van buurvrouw
A: een lief mens hoor. maar ik
was zo weer weg. Want ik kreeg kof
fie, en 's middags drink ik altijd thee".
Kloppen... of niet?
En dan de klopgewoonten als aanlei
ding tot ongenoegen. Tal van mensen
weten niet eens wat klopgewoonten
zijn, maar in de IJselmecrpolders zijn
er ruzietjes van gekomen. In sommige
delen van ons land klopt men op de
achterdeur als men een praatje wil
maken. In andere delen loopt men zo
maar door.
En door die verschillen in gewoonte
kan het volgende gebeuren. Buur
vrouw heeft een kopje van haar mooie
servies uit handen laten vallen van
schrik, toen buurvrouw Y zonder klop
pen binnenkwam: ineens staat
dat mens voor me, zomaar zonder
kloppenMaar buurvrouw Y
schrikt juist als ze hoort kloppen.
Ze denkt, dat er iets gebeui-d is
en holt naar de achterdeur. Daar siaac
de buurvrouw, één niét klopgewoon
ten.
En buurvrouw Y zegt woedend: „Mens
kom toch gewoon naar binnen. Er is
toch geen brandEn intussen is
de pap overgekookt. Ach, burenruzies
kunnen uit een kleinigheid ontstaan.
En zelfs al wordt het geen ruzie:
buurvrouw A en B en en X heb
ben intussen een andere vriendin ge
vonden, omdat hun eerste contact niet
meeviel.
Zoetjesaan begint ook de spraak te
veranderen bij deze gemengde be
volking, maar merkwaardigerwijs
hoeft dat niet veel te maken met
het contact tussen Brabanders.
Friezen en Hollanders of zo onder
ling. De spraak van de kinderen
wordt in de eerste plaats beïn
vloed dooi' de leerkrachten. In een
bepaald dorp zijn plotseling alle
kinderen „scherp" gaan praten, zo
als noordelingen, omdat toevallig
alle leerkrachten Groningers wa
ren. Op een andere schooi ontdek
te men dat de kinderen „ronder"
gingen praten, want de onderwij
zeres was van Surinaamse origine,
gine.
Dan is er ook nog de liefde die de har
ten beroert, ook in de IJselmeerpol-
ders. Kan een blond Fries meisje ver
liefd worden op een donkere Limburg
se jongen? Natuurlijk kan dat. Én
natuurlijk kan een stugge en stille
Groningse jongen zijn hart verliezen
aan zo'n zacht en vrolijk Brabants
meiske. Maar iets anders is
het of de twee gelieven wel vrijen mo
gen als hij van Marknesse is en zij
van Emmeloord. In het nieuwe land
heeft men nog geen historisch stof der
eeuwen vergaard, maar wél al veten.
Marknesse is een beetje jaloers. Het is
weliswaar het oudste dorp in de nieu
we polder, maar Emmeloord kreeg
meteen van de bouwers wat meer
allure".
Maar liefde overwint alles. Dat wordt
ook dagelijks in de nieuwe polders
bewezen. Liefde en genegenheid en
goede wil overwinnen er veel moeilijk
heden En daarom bloeien op de bodem
van de Zuiderzee, ondanks de verschil
lende geaardheid, de klopgewoonten
en wat niet al, de gemeenschappen
van Brabanders en Friezen, Limbur
gers, Groningers, Hollanders en Zeeu
wen.
De „zaklijn" begint in New York ter
rein te winnen. In een der zaken is men
echter tot de conclusie gekomen dat de
klanten de voorzijde niet van de achter
zijde kunnen onderscheiden. Daarom
wordt bij deze zaak thans een grote label
in de halslijn van alle japonnen genaaid.
Op deze label staat te lezen: „dit Is de
voorkant".
Dit zou uw menu voor de komende
week kunnen zijn:
Zondag: tomatensoep, gevulde kalfslap
jes, wortelen, doperwten, aardappelen,
grapefruit;
maandag: roerei, bicten. gebakken aard
appelen, broodschotelt.ie met appelmoes:
dinsdag: gebakken kansplakken, andijvie,
aardappelen, rödgröd:
woensdag: tongfilets met kaassaus, aard
appelkoekjes, veldsla, beschuit met bes
sensap:
donderdag: irish stew. krentenpanne-
koekjes;
vrijdag: gekookte vis. peterseliesaus, rijst,
lofsla, schuimige griesmeelpudding <bo-
nen in de week zetten);
zaterdag: bruine bonen, spek, uien,
aardappelpurée, yoghurt.
~Uan uzoutv
tOt OZOHW
et tijdstip voor het welgemeend
opschrift „Pas beter op uzelf"
lijkt mij bij uitstek gunstig met
alle decemberdrukte achter de rug en
de koudste maand van het jaar voor
de boeg. Wat in het vrouwentaaleigen
overgezet betekent: een overbelasting
aan de ene kant, een tekort aan de
andere. Met als gevolg een verhoogde
kans op een krakende ineenstorting
die in dit jaargetij niet veel minder
dan een ramp betekent.»
Een narigheid, waarvoor ik U bij mijn
weten nog niet gewaarschuwd heb en
waarom ik het bij dezen nu eens met
verdubbelde nadruk doen zal. Ook al
omdat ik tot mijn verbazen gemerkt
heb, dat de huisvrouw nog al te vaak
niet geleerd heeft op zichzelf te pas
sen.
Welnee: zij laat de catastrofe rustig
op haar afkomen, en als zij plat op
haar bed op apegapen ligt zucht zij
hoogstens: Kan ik er iets aan doen dat
ik het zo druk heb?
Natuurlijk niet: en de maand decem
ber weet wat drukte betreft vanouds
een aardig partijtje mee te blazen.
Het jaar sluit met een top van huise
lijke gezelligheid en daar doen wij
voor nog zoveel geen afstand van.
Maar op wie komt weer het technisch
gedeelte neer met alle rompslomp van
inkopen, financieren, bakken, braden
koken, afwassen, versieren, inpakken
en opruimen Op moeder de vrouw als
oeueh h\aKen: een mociuj
De meeste vrouwen kijken 'alleen naar de kleur
Als wc Homerus geloven mogen, werkten de Grieken met handschoe
nen aau en de Romeinen, die met de vingers aten, droegen handschoe
nen aan tafel. Madame de Pompadour wisselde twaalf per dag van
handschoenen en er waren zeer kostbare paartjes bij, waarop portret
ten geschilderd waren van haar gunstelingen die ze al even snel ver
wisselde.
Handschoenen zijn karakteristiek voor drager en draagster, zegt men
en dat verklaart waarom men in plechtstatiger tijden bij formele visites
niet het kaartje maar de handschoen liet afgeven, en het verklaart ook
waarom Nederlandse meisjes met een bruidegom in Indië, vroeger
trouw den met de handschoen.
Handschoenen maken was en is voor
namelijk handwerk; het moeilijkste is
niet zozeer het stikken van de stukjes
tussen de vingers het allermoeilijk
ste is het rekken van het leer voor
men het snijdt, opdat niet later de
drager of draagster lange vingers
krijgt of handschoenen die uitsloffen.
Een handschoenen-coupeur kan per
week niet meer dan circa honderd
handschoenen snijden en dat nog
pas na een opleiding van jaren.
Daarom gaf de Nederlandse regering
in de dertiger jaren van crisis en
Matglanzend fluweel werd gebruikt
voor dit mouwloze japonnetje, dat
uiterst eenvoudige lijnen en een mi
nimale garnering heeft. Bij dit
jeugdige jurkje zal een van de drie
romantische coiffures bijzonder goed
passen! De zacht vloeiende lijnen van
twee dezer kapsels worden verle
vendigd door een fluwelen lint of een
sieraad, u-aardoor het. effect van een
speciaal, avondkapsel wordt verkre
gen.
werkloosheid toch werkvergunningen
aan Oostenrijkse en Franse hand
schoenen-coupeurs. op vooiwaarde
dat ze Nederlandse jongelui hun vak
zouden leren. Oostenrijkers waren er
bij uit Tirol, waar men de gemzen
schoot om hun velletje, er thuis hand
schoenen van maakte en er dan alle
jaarmarkten mee bezocht. En de ho
ven, want dc Tlrolers waren eens hof
leverancier in geheel Europa.
Men heeft sindsdien handschoenen ge
maakt onder andere van palingvel
zeer sterk van de huidjes van ka
beljauw, schelvis en haai: men maakt
ze nog van huiden van apen, pecaris
of navelzwijntjes en geiten en var
kens, van lammetjes die te vroeg ge
boren worden en aan nachtvorstjes
bezwijken. En nieuw is het huidje van
de kadot, een waterreptiel dat op Ce
lebes voorkomt; het velletje is diago
naal „geweven" in natuurlijke sche
ring en inslag. Het kadot-velletje
wordt gecombineerd met crochet, brei-
sel van de moderne sporthand-
schoen.
Even moeilijk als het bewerken van
het leer en het snijden, is het ontwer
pen van modellen, want tenslotte moet
elke handschoen vijf vingers ei» een
kap hebben en wat zijn dan nog de
mogelijkheden tot variatie? Niette
min maakt men in één atelier elk half
jaar al honderdtwintig verschillende
modellen, met telkens een ander stik-
seltje of rijgseltje. Korte handschoe
nen voor bij de mantel én de tailleur,
halflange voor bij een mouwloze jurk
voor overdag en lange tot op de bo
venarm bij strapless avond of
cocktailjaponnen. Een paar milj'oen
paar worden er in Nederland per jaar
verkocht aan vrouwen aan wie als
we dat zachtjes mogen opmerken
al die moeite eigenlijk niet ëens be
steed is.
Want een vrouw koopt eén hand
schoen zoals ze een automobiel zou
kopen: om de kleur, en alleen om
de kleur. Tot voor twee jaar was
dat zwart, het keurige zwart
van alle honderd handschoenen die
verkocht werden waren er zestig
zwart en dat was prettig omdat er
ondèr zwart heel wat tekortko-
minkjes van de leersoort verborgen
konden worden. Doch plotseling
De geitenleren handschoen: een ster
ke en sportieve, dracht.
wil de vrouw lichte handschoenen,
hetgeen dan het probleem van
handschoenen wassen oproept.
Er zijn leersoorten suède die soms
afgeeft die men met benzine moet
wassen, doch de meeste handschoenen
stellen een bad in een zeepsopje op
prijs. Men trekt dan de handschoenen
aan en wast gewoon de handen, zoals
men dat 's morgens aan de wastafel
doet. Bij het naspoelen alleen voor
handschoenen van pecari of eland een
paar druppels slaolie bijvoegen in het
bad. Nooit handschoenen bij de kachel,
op de centrale verwarming of in de
hete zon drogen; beter is hét ze uit te
drukken tussen handdoeken en dan
goed uitgespreid te drogen leggen op
een tochtige plaats. Niet op elkaar,
dan gaat het leer schimmelen! Als de
handschoenen bijna droog zijn, ze
aantrekken, zodat ze weer in de vorm
komen.
En tenslotte een mode-tipje: probeer
nooit handschoenen te kopen in de
zelfde kleur als een japon of tailleur
of mantel, want kleur heeft op leer
een ander effect dan op stof. Veel be
ter is het de handschoenen duidelijk
te doen conttrasteren; men kan ze wel
combineren met schoenen of handtas
je. Maar winkels die dat in hun étala
ges doen en van pumps, handschoenen
en tasje een set maken, hebben geen
succes. Want het plezier van het com
bineren zit voor de vrouw in: het ge
zellig winkelen en het lekker lang zoe
ken tot wanhoop van winkeljuf
frouwen.
lAw [ted
Opdat de
ruggegraat goed
uitrust
De mens is een viervoe
ter die er maar twee ge
bruikt. en die zijn enige
lotgenoot in de Schepping
de aap nooit ge
heel au serieux kan ne
men, laat staan wat van
hem wil leren. Bij voor
beeld leren de ruggegraat
af en toe eens wat te ont
lasten door niet verticaal,
doch horizontaal op han
den en voeten door het le
ven te gaan. Er zouden
heel wat minder hernia-
klachten zijn, als we niet
do liele dag ons volle ge
wicht lieten wegen op een
kolommetje wervels
waarin bovendien nog een
zo kwetsbaar iets ^ls een
teer zenuwstelsel is opge
borgen. Een heistelling
die gebouwd was als 's
mensen skelet zou zeker
afgekeurd worden en
terecht.
Nu Is af en toe op handen
en voeten lopen een raad,
die de lezeressen van ons
toch niet willen aanne
men. Alleen mensenkinde
ren die nog niet kunnen
lezen zijn zo verstandig
dat te doen: we noemen
ze kleuters en lachen
ook om hen. Laten de
volwassenen dan althans
deze raad willen accepte
ren: gun 's nachts uw
ruggegraat rust. En dat
wil zeggen: slaap niet te
zacht.
Een mens verslaapt een
derde deel van zijn le
ven en denkt zichzelf
goed te doen door een
zacht bed te kiezen. Dat
Is fout. Dat is zo fout, dat
men het 's morgens zelf
voelen kan, want zacht
slapen is zwaar werk, dat
men duchtig gewaar
VOOYK
wordt in de botten: niet
verkwikt doch als gebro
ken wordt men wakker.
En geen wonder, want de
gehele nacht heel't de mis
handelde ruggegraat in 'n
onmogelijke kronkel moe
ten liggen.
Kleuters slapen nog
goed: op een hard bedje
en zonder kussen zelfs
als een liefhebbende moe
der haar kindje neerlegt
op een lekker zacht kus
sentje. vindt men baby 's
morgens of na het mid
dagdutje terug aan het
voeteneind, waar hij kan
slapen zonder last van dat
kussen. Kinderen zijn
heus verstandig van zich
zelf; volwassenen niet, al
eeuwen niet!
Een paar eeuwen lang
hebben volwassenen
rechtop zittend geslapen.
Dat beviel tenslotte toch
niet, maar het restantje
van die slechte slaapge-
woonte is nog de peluw,
die ouderwetse mensen
aan het hoofdeinde heb
ben in hun twee-persoons-
bed. Er hoorde een schud-
bed bij met veren vul
ling (van kippen) of met
dons voor wie meer geld
had. Zo'n vijftig jaar ge
leden begon men kapok te
gebruiken als vulling,
doch omdat zo'n bed wat
moeilijker en op den duur
helemaal niet op te schud
den was. bedacht men de
driedelige matras, waarin
de kapok te juister plaat
se gehouden werd met
doorstiksels. Zulke ge
capitonneerde matrassen
hebben voor een hele ge
neratie dienst gedaan cis
martelbank.
Kapok was overigens
door onze relatie met In
dië een typisch Neder
landse bed-vulling; in het
buitenlandpref ereerde men
kattenstaarten, paarden
haar, varens, zeegras, al
pengras, konijnenvellen,
schapenwol, en krijn. Al
die bedden hadden een
voordeel: ze waren eerlijk
hard en een nadeel: zc
waren hobbelig.
Dat bezwaar werd op
geheven toen men ma
trassen ging maken die
ten eerste niet langer drie
delig waren, doch twee
delig (het bovenstuk
groot. het onderstuk
klein), ten tweede een
binnenvering kregen van
gewone kleine meubelve
ren van staal en men
ten derde de schuim
rubber matras uit één
stuk bedacht.
Dat hielp nog niet
want het geheim van
goed slapen zit hele
maal niet in de matras,
doch in wat men onder
de matras heeft liggen
en dat is in negen van
de tien gevallen een spi
raal.
Elke spiraal buigt door,
daar waar de zwaarste
last komt te liggen en
dat is in het midden,
zodat elke nacht weer
de ruggegraat in een
vreemde kronkel komt
te liggen, omdat vrijwel
elke mens op zijn of
haar zij slaapt. Stel
u dat voor: schouders
normaal en voeten nor
maal, doch de heupen
naar links of naar
rechts een decimeter
uitstekend. Doet u dat
eens staande en blijf
zo acht uur lang staan;
dat houdt u niet vol
maar u doet het wel
slapend.
Dr. W. J. H. Büngerberg
de Jong. reumatoloog in
Dordrecht, heeft in het
Nederlands Tijdschrift
voor Geneeskunde (18 mei
1957) een aantal foto's
gepubliceerd waarop men
duidelijk de kronkels van
de ruggegraat kan zien
op verschillende bed-com-
binaries, doordat hij zijn
proefpersoon tevoren een
wervelkolom met jodium
op de rug getekend had.
Zijn samenvatting: het
best voldeed een binnen-
veringmatras, rustende op
een binnenveringonder-
laag. Matrassen met een
plank als onderlaag gaven-
eveneens een goede stand
der wervelkolom. Matras-
sesn gelegd op een spi-
sen gelegd op een spi
raalveren onderlaag ho-
deden bij onze proeven
niet".
Een binnenveiing-onder-
laag dus, onder de ma
tras: dat is wat men
thans de box spring noemt
en vroeger de springbak
noemde. Wie voorlopig
geen geld heeft een box
spring te kopenzoeke
eens bij zijn grootmoeder
op zolder naar de spring
bak. Wie geen grootmoe
der meer heeft met een
springbak, die legge brede
planken onder de spiraal.
En wat voor de rest
het bedstel'betreft: er is
te kust en te keur. Aller
eerst de verende matras
sen in één stuk. soms
(latch ole) zo soepel dat
men ze dubbel kan vou
wen, soms (antihernia-
matras) extra stram en
vrij hard. Er zijn matras
sen met mooie moderne
tijkjes en er zijn er met
plastic overtrek afwas-
baar voor kinderen. Er
zijn er met een winter-
leant met schapenwol vul
ling en een zomerkant
met katoenen watten, en
tenslotte zijn er de
schuimrubber-matrassen
met verticale vering
koel zomers en warm 's
winters.
bet er op u jelf
immer, die juist in deze dagen de be
stedingsbeperking dc voorkeur ziet
binnenwandelen, terwijl de hulp in de
huishoudnig de achterdeur uitsluipt.
n bij die overbelasting komt dan,
vanzelfsprekend, het tekort aan
gezondheidskansen tengevolge
van diezelfde eigenaardige maand de
cember. Het een zit muurvast aan het
andere gekoppeld: de kortende dagen,
het gure weer en de onttakelde na
tuur drijven ons het eigen huis binnen
waar wij ons óók al van ouds getroost
hebben met licht, warmte cn huiselij
ke gezelligheid. Maar wie lijdt vaak
onder dit schadelijke decembertekort
het meest
Alwaar diezelfde moeder de vrouw.
'Om te beginnen komt zij met al die
feestelijke beslommeringen veel min
der dan anders in de buitenlucht: het
jachtig boodschappen doen wilt U
daar toch, hoop ik. niet bij rekenen?
Nee, zo'n fikse dagelijkse kuier, al is
het maar van een kwartier, om haar
longen te ventileren van al de huis-
lucht vol etengeuren en kolenstof en
het winters trage bloed aan het stro
men te zetten. Géén tijd, of misschien
geen zin, na een hele dag reppen en
redderen.
Blijf dus over een uurtje zitten bij de
gloeiende kachel een uurtje dat door
de vermoeidheid uitdijt tot ver over
normale bedtijd. Met als gevolg een
tekort aan nachtrust, een moeilijk
ontwaken, een prikkelbaar ochtend
humeur en een trager tempo, dus nog
meer achterstand.
Van moeder op dochter is ons des
wege ingeprent: als de r in de
maand is. komt de levertraan
uit de kast. En trouw gieten we lepels
vol in de al of niet grage monden van
onze spruiten, van september Lot eind
april. Wij zouden ons halve moorde
naressen vinden als wij het verzuim
den maar het komt niet in ons op
om óók een lepel mee te slikken. Ter
wijl de voorzeide spruiten eigenlijk in
een gunstiger conditie verkeren dan
wij. Immers; zij hollen bij het eerste
droge buitje naar buiten, zij dollen
en ravotten in de sneeuw, zij krabbe
len of zwieren urenlang op het ijs, zij
moeten in elk geval elke dag door alle
weer en wind.
Maar wij zijn de ganse dag bezig in
een slecht geventileerd huis, wij
zien sneeuw vaak enkel als een bron
van veel kliederige narigheid en
eten bovendien nog mondjesmaat door
gebrek aan eetlust. Praat ons dan niet
van een lepel vettige, dégoutante le
vertraan. Zoudt U, voor het weer op
een griep tegen de schoonmaak of een
stevige voorjaarsmoeheid uitdraait,
niet wijs doen een klein tikje zelf
zuchtiger te worden, in het welbegre
pen belang van uw dierbaren
egint U dus eens met een vast
dagschema, waarin een half uur
rust is uitgetrokken, desnoods
verdeeld over driemaal tien minuten.
Neem die rust op de geschiktste ogen
blikken, en laat dan alle bellen en alle
telefoons maar rinkeln tot zij gloeiend
staan. Wie U beslist spreken moet
komt heus nog wel eens terug. Neem
die rust ook volkomen door zo veel
als doenlijk te ontspannen.
Languit gaan liggen, de voeten hoger
dan het hoofd, een plaid over U heen
en dan maar aan iets plezierigs, dro
merigs denken: een weiland bij zo
merdag, de zee bij avond, een mee
slepende melodie, een boeiend verhaal.
Als U bijna ondr zeil raakt is het doel
bereikt en bij het opstaan zijn alle
gejaagdheid en vermoeidheid uit U
weggevloeid.
Verwaarloos uw maaltijden niet. met
name het ontbijt. Een huisvrouw die
haar taak naar behoren verricht
werkt langer en loopt verder per dag
dan vele mannen: en zoiets houdt nie
mand vol op een beschuitje en een af-
geschonken slokje thee. Zorg voor de
broodnodige aanvulling van net vita
mine-tekort, liefst in de natuurlijke
vorm van fruit, melk en rauwe groen
te. Neem een lepel levertraan per dag
als U dat spul niet zien kunt zijn er
uitstekende smaakloze capsules te
krijgen. Loop tenslotte elke dag min
stens een kwartier in de buitenlucht,
weer of geen weer, en dat in een straf
tempo. Ga op rijd naar bed: achter
stallig naaiwerk is morgen in te ha
len. verloren slaap niet!
Maar bovendien: beschouw uw ge
zondheid niet als een bijkomstigheid
die vanzelf wel in orde blijft, maar
als .een waardevol aandeel in uw be
drijfskapitaal en ga er, zonder ver
wennerij of zelfbeklag, even zorgvul
dig mee om als met uw linnengoed en
huisraad. Zorgvuldiger zelfs: want
een gezonde, vitale moeder is goud
waarel voor elk gezin.
SASKIA