KAPPIE Puzzel-rubriek Klanken uit de ether KEETJE Twee koningskinderen ZATERDAG 19 OKTOBER 1957 PROVINCIALE ZEEÜW8E O0 1 RANT 15 Het aantal inzenders, waarde puzzelaars, was deze week aanzienlijk kleiner dan voorafgaande weken, mede door de door ons gemaakte fout een ver keerd diagram te plaatsen. Enkele inzenders konden toch nog tot een oplossing komen, maar niet nadat ze verschillende veranderingen aange bracht hadden. Daar we echter een andere puzzel geplaatst hebben, moesten we deze oplossingen buiten beschouwing laten. Hier volgt dan de oplossing van de die maandag j.l. geplaatst puzzel, werd: Horizontaal: 1 pan, 3 tarra, 7 mul, 9 aard, 11 eker, 13 t.t., 15 aardbol, 16 op, 17 ras, 19 kim, 21 eer, 22 emelt, 25 del, 27 getal, 28 Rhone, 29 Aneta, 30 roken, 32 naakt. 34 die, 35 dosis, 38 are, 39 sla, 41 sta, 42 we, 43 leer- mos, 46 T.V., 48 pair, 49 ente, 51 lis, 52 gaans, 53 rol. Verticaal: 1 pat, 2 na, 3 tra, 4 adrem, 5 rebel, 6 ako, 7 mr., 8 Lap, 10 aas, 12 elk, 14 tree, 16 omen, 18 artikel, 20 idolaat, 21 egard, 22 eland, 23 ereis, 24 trans, 26 lente, 31 Oise, 33 krat, 36 opera, 37 immen, 40 4 la, 41 sst, 42 wal, 44 eig., 45 ons, 47 val, 48 p.s., 50 Als winnaar van de 5,kwam deze week de heer I. C. Flipse, Doelstraat A 110, te Oudelande uit de bus, terwijl de vier volgende personen zich kunnen troosten met 2,50: mej. Simpelaar, Dorps straat 18, Biggekerke; mevr. Tournoy, Clijverstraat 48, Vlissin- fen; mej. J. B. Kademaker, „Ter ïantelinge", Domburg en mevr. Harlot, Breedestraat 43 te Oost burg. En de laddercompetitie draait maar door. Hebt u tot nog toe alle inzen dingen goed gehad, aan heeft u nu al vier kruisjes achter uw naam staan op de lange waslijst, die wij van alle deelnemende puzzelaars gemaakt heb ben. Het komende week-einde kunt u zich dan weer bezig houden met de vol gende opgave: Horizontaal: 1 zware val, 4 trots, 8 in dit geval (afk.), 10 reeds, 12 door vissers gevreesde krab, 17 alle (Eng.), 18 muz. noot, 19 telwoord, 20 zo zij het, 22 listige, 23 meisjesnaam, 26 ligt bij Venetië, 27 voorzetsel, 29 verdie. Advertentie NEEM NEUROTONIC I zenuwkalmerend NIET VERDOVEND.. MAAR GENEZEND! I ping, 31 onderricht, 34 Europeaan, 37 grondsoort, 38 titel (vr.), 41 wortel, 42 niet gewijzigd, 45 jongensnaam, 46 voertuig, 47 deel van voorsteven, 48 doorweekt. Verticaal: 2 duizend (Fr.), 3 uitroep, 5 recht stuk bij zeilen, 6 reeds, 7 boos, 9 windrichting, 11 populier, 13 boom, 14 spil, 15 inhoudsmaat, 16 persbu reau, 21 dichterbij, 22 lawaai, 24 hoe veelheid donzige stof, 25 plomp, 28 schapevacht zonder wol, 30 geen oorlog, 32 lidwoord, 33 uit nalaten schap krijgen, 35 schouwburg, 36 ijzerhoudende grond, 38 titel, 39 wa tervogel, 40 meisjesnaam, 43 gemeen te, 44 bij. 18. Kappie holde naar het voordek, waar Professor Jo- dèlahiti opgewonden schreeuwend bij zijn toe stel stond. „Het schip stoppen, heer kapltaint" riep de kleine geleerde. „Hier ligt der Groene Draeckll" En Inderdaad, één blik was voor Kappie voldoende om vast te stellen, dat zijn geleerde passagier ditmaal gelijk had. Niet alleen was het thans ontdekte schip duidelijk een oude driemas ter, bovendien lag het zó.- dat de naam De Groene Draeck duidelijk leesbaar was op de boeg Kappie maakte een ge baar naar de Maat in de Stuurhut „Wat nu professor vroeg hl). „Nu moet de diepzee- graaf auigdozer naar hier heen worden gebracht", leg de de geleerde uit „Dan kunnen we der wrakl vrij maken van der zandl. Daarna, verheerlijkt. Kappie knikte begrijpend. Na een boei te hebberf uitgeworpen om de plaats te markeren, koerste de Kraak in de richting van de diepzeegraafzuigdozer, Hij glimlachte die op enige afstand verankerd lag. De kleine man, die aan de kust van Lutjewier- oog aandachtig de bewegingen van de Kraak volg de, floot nadenkend tussen de tanden. „Ze halen die graafmachine op", mompelde hij. „Het wrak is dus ontdekt. Vlot werk. professorl" Een vals glimlachje speelde rond zijn dunne lip pen.... ZONDAG 20 OKTOBER HILVERSUM I. 402 m. 746 kc-s. 8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR. 12.00 NCRV. 12.15 KRO. 17.00 NCRV. 19.45— 24.00 KRO. KRO: 8.00 Nws. 8.15 Gram. 8.25 Plech tige Hoogmis. NCRV: 9.30 Nws. en water standen. 8.45 Gram. IKOR: 10.00 De ere dienst thuis, caus. 10.10 Kamermuz. 10.80 Doopsgezinde kerkdienst. 11.30 Vragen- beantw. 11.45 De kerk ln de spiegel van de pere, caus. NCRV: 12.00 Gram. KRO: 12.15 Gram. 12.20 Apologie. 12.40 Instr. oc tet. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws. en Kath. nws. 13.10 De wadders, hoorspel met muz. 13.30 Instr. trio. 10.45 Boekbe spreking. 14.00 Kamerork. en sol. 14.45 Gram. 15.00 Kampvuren langs de Eve naar, caus. 15.20 Muzikale caus. 16.50 40 jaar Missie-actie, caus. 16.00 Gram. 16.15 Sport. 16.30 Herdenkingsdienst. NCRV: 17.00 Gereformeerde kerkdienst. 18.30 Mo tetgezelschap. 19.00 Nws. uit de kerken. 10.05 Samenzang. 19.25 Tot ziens in Jeru zalem, caus. KRO: 19.45 Nws. 20.00 Bon- Jour Caroline, blijspel met muz. 20.30 Act. 20.45 De gewone man. 20.50 Cabaret. 21.20 U bent toch ook van de partij?, caus. 21.30 Sprong in het heelal, hoorsp. 22.10 Lichte muz. 22.35 Uit het Boek der Boeken, caus. 22.46 Avondgebed en lit. kal. 29,00 Nws. 23.15—24.00 Gram. HILVERSUM n. 298 m. 1007 kc-s. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA. 18.30 VPRO. 19.00 IKOR. 20.00—24.00 AVRO. VARA: 8.00 Nws. 8.18 Voor het platte land. 8.30 Weer of geen weer. 9.45 Gees telijk leven, caus. 10.00 Strijkoctet. 10.30 Nws. van de boekenmarkt. 10.40 Muzi kale caus. 11.20 Cabaret. AVRO: 12.00 Amus. muz. 12.30 Sportspiegel. 12.35 Or gelspel. 13.00 Nws. 13.07 'De toestand in de wereld, caus. 13.17 Meded. of gram. 13.20 Voor de strijdkrachten. 14.00 Boekbespr. 14.15 Vocaal en instr. conc. 14.45 Film- praatje. 16.00 Harpspel. 15.25 Kinderkoor. 15.45 Dansmuz. 16.30 Sportrevue. VARA: 17.00 Zigeunerork. 17.30 Voor de Jeugd. 17.50 Nws. en sportuitslagen. 13.05 Sport- journ. VPRO: 13.30 Prot. kerkdienst. IK OR: 19.00 Kerkdienst voor de kinderen. 19.30 De Open Deur. AVRO: 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz. 20.25 Tante Am alia, het spook, hoorspel. 20.55 Das DreimSderl- haus, operette. 22.00 Voordr. 22.15 Gram. 22.45 Journ. 23.00 Nws. 23.15 Weekoverz. Verenigde Naties. 23.20—24.00 Verleden en heden met een vleugje romantiek. TELEVISIEPROGRAMMA IKOR: 17.00—18.00 Ned. Herv. kerkd. NTS: 20.00—22.00 Die glückllchen Vier, quizprogr. (relais v. d. Duitse TV). MAANDAG 21 OKTOBER HILVERSUM I. 402 m. 746 kc-s. 7.09— 24.00 NCRV. NORV: 7.00 Nws. en S.O.S.-ber. 7.10 Gewijde muz. 7.50 Een woord voor de dag. 8.00 Nws. en weerber. 8.16 Sportuit slagen. 8.25 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de huisvrouw. 9.35 Waterstan den. 9.40 Raak de roos, wedstr. 10.20 Gram. 10.30 Theologische etherleergang. 11.15 Gram. 11.35 Gevar. progr. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en fculn'o. mededelingen. 12.33 Amus. muz. 12.53 Gram. of act. 13.00 Nws. 13.16 Lichte muz. 13.40 Gram. 14.06 Schoolradio. 14JO Gram. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Gram. 16.00 Bijbeloverdenking. 16.30 Kamermuz. 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Voor da Jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursber. 17.46 Rege- rlngsuttzendtag: De B.B. van binnen en van buiten, Jan Goderie, hoofd voor lichting Stichting Bevordering Bescher ming Bevolking, vraagt de aandacht voor de Nederlandse noodwacht. 18.00 Orgel spel. 18.30 Sport. 18.40 Engelse les. 19.00 Nws. en weerber. 19.10 Op de man af. 19.15 Schoolzang. 19.35 Pari. comm. 19.50 Gram. 20.00 Radlofcrant. 20.20 Kinderkoor. 20.40 De terugkeer van Lydla en Marcel, hoorspel. 21.40 Lichte muz. 22.05 Boekbe spreking. 22.20 Kamerkoor en kamerens. 22.45 Gram. 23.00 Nws. 23.15 Gram. 23.40— 24.00 Evangellsatieuitzending in de Hon gaarse taal. HILVERSUM n. 298 m. 1007 kc-s. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20—24.00 VARA. VARA: 7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.20 Gram. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 9.00 Voor de vrouw. VPRO: 10.00 Voor de oude dag. 10.05 Mor genwijding. VARA: 10.20 Vierhandig pianospel. 10.45 Weense muz. 11.30 Gram. 12.00 Lichte muz. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Voor het platteland. 12.38 Orgelspel. 13.00 Nws. 13.16 Voor de mid denstand. 13.20 Pianotrio. 13.45 Voor de vrouw. 14.00 Strijkkwintet. 14.35 Doktor Korbes vertelt de waarheid, hoorspel. 15.40 Zestig minuten voor boven de zes tig. 16-40 Gram. 17.05 Volksmuz. 17.20 Dansmuz. 17.50 Mil. comm. 16.00 Nws. en comm. 18.20 Gram. 18.50 Openbaar Kunstbezit. 19.00 Planovoordracht. 19.10 Pari. overz. 19.25 De Muziek-Kiosk. 19.45 Regeringsuitzending: Landbouwrubrlek: 1. Nu al zorgen voor volgend jaar. 2. Wij vragen uw aandacht voor suikerbie ten. 20.00 Nws. 20.05 De familie Doorsnee. 20.35 Dansmuz. -21.10 Competitie. 21.50 Woningnood en woningbouw, caus. 22.05 Radio Philharm. ork. 23.00 Nws. 23.15— 24.00 Der Zigeunerbaron, operette (ver korte uitv.). Ergens, in een ver hoekje van de wereld liggen twee kleine land jes. Tussen die landjes loopt een diepe sloot vol zout water. Hoe dat wa ter zout komt? Dat zal ik je vertellen. In het ene land doen de men sen nooit iets anders dan huilen; hun land wordt daarom het land van de huilebalken ge noemd. Denk nou niet dat de mensen er zo'n verschrikkelijk verdriet hebben, want dat is he lemaal niet zo. Ze hui len alleen omdat ze er aan gewend zijn. Om alles huilen ze, zelfs om dingen waar een ander om schatert van het la chen. Ze hebben nooit zo erg gehuild als toen er een prinsje geboren werd. Dikkedikke tranen, die in plassen op de straat staan en hele sloten vullen. In het andere land is het net andersom: dat is het land van de la chebekken. Ze lachen om alles, zelfs om din gen waar een ander om huilen moet. Toen daar een prinsesje geboren werd lachten ze zó hard, dat het kleine meisje er niet van slapen kon. Het luisterde naar de lachebekken op straat en opeens zette ze 't op een hullen. Nou, dat was een schrik! De ko ning en al zijn lakeien kwamen aangehold, bul derend van het lachen. „Wat een schande!' riepen ze, „een prinses die huilt! O? wat moet er van ons land terecht komen?" Schaterend van het lachen liet de koning kleine prinsesje in een geheime kamer van het paleis opsluiten, want hij wilde niet dat er ook maar iemand van zijn volk zou weten dat er een prinsesje dat huilen kon was geboren. En of het nu kwam omdat daar zo zat opgesloten wist de koning niet, maar het prinsesje kon niet leren lachen. Ze probeerde het wel, maar hoe ze ook haar best deed, 't lukte niet. De koning wist zich geen raad; hij was al oud en spoedig zou het prinsesje de troon moe ten bestijgen. Maar ja, hoe kon je een prinses die niet lachen kon over een volk laten regeren dat nooit iets anders deed dan lachen. Hij liet de prinses komen... „Prinsesje", schaterde hij, „luister eens goed naar me.... Op één of andere manier moet je lachen zien te leren. Neem dus een koets trek het land in en pro beer of je niet iemand kunt vinden die je leert lachen..." Hij moest zelf eerst nog even uitla chen, toen gichelde hij, gaf de prinses een kus en wuifde haar na. En daar ging ze, ze keek naar de mensen in de straten die op een bankje zaten de grinni ken, die schaterend boodschappen deden en proestend aan het werk waren of naar school gingen. Het maakte haar alleen maar treu rig, want ze wist niet waarom ze zo deden. Drie dagen lang reed ze door het land, maar nog niet één keertje had ze geglimlacht en ze be greep dat ze' nooit over het volk van lachebek jes zou kunnen regeren. Ze liet haar koets stil houden aan de grens van haar vaders land en besloot een wandeling te maken. Ze wilde erover nadenken hoe ze haar vader vertellen moest dat ze hem niet op zou volgen. Op het laatst had ze zo'n medelijden met hem dat de tranen haar over de wangen rolden. Ze ging op een bankje dicht bij de zou te sloot zitten. „Meisje... och lief meis je", riep een stem aan de overkant, „wil je mij niet lereR hoe ik huilen moet?" „Huilen"? De prinses keek eerst verbaasd, maar toen barstte ze in lachen uit. „Ik"?, vroeg ze, „moet ik U huilen leren? Meneer, ik ben de prinses van de lache bekken". De jongeman aan de overkant van de sloot die eerst vriendelijk ge glimlacht had, keek op eens treurig. Tranen sprongen hem in zijn ogen omdat hij dacht dat dat lieve meisje hem voor de gek hield. „Toe, alstublieft...." zei hij, „ik weet niet wat ik moet doen...." hij veeg de de tranen uit zijn ogen. De prinses lachte nog iel harder. „Moet ik U huilen leren"?, vroeg ze, „maar meneer, U huilt al". „Wat zegt U?" De prins veegde nog eens langs zijn ogen en hij voelde tranen op zijn wangen. „Ik huil! Ik huil!" riep hij, „o wat heerlijk, ik kan het!' De prinses lachte nog altijd om die gekke man die blij was dat hij hul len kon. „Houd U toch eens op met dat domme chen", riep de jonge man over de sloot. „Lachen?" vroeg prinses, „man, ik kan helemaal niet lachen hé wat!" Opeens merk te ze dat ze al die tijd had staan lachen. „Maar... maar... wie bent U?", vroeg ze, „U bent een tovenaar. Nie mand van de lachebek jes heeft mij aan het la chen kunnen maken, en U De prins lachte door zijn tranen heen. „Ik ben de prins van de hui lebalken", zei hij, „maar niemand van de huile balken kon mij aan het huilen krijgen. Ik vond de wereld veel te mooi en ik moest alleen maar lachen als ik mijn volk zo zag snikken". „Maar nu lacht U toch prins", zei de prin ses en ze lachte terug. „Natuurlijk", riep de prins, „alles op zijn tijd: regen en zon, huilen en lachen". ,Wat bent U wijs!", zei de prinses, „ik heb nog nooit zo'n verstan dig woord gehoord". „En ik heb nog nooit zo'n aardige prinses ge zien", riep de prins te rug en hij nam een gro te sprong over de sloot Wat heeft deze Oosterse Heer bij zich? Om dit te weten te komen moet je met een goed zwart potlood zorgvuldig volgens de cijfers van punt naar punt gaan. Te beginnen bij no. 1 en eindigen bij no. 103. Doe je best! vol tranen heen. En wat er verder ge beurde kun je wel ra den. De prins trouwde met de prinses; de sloot werd gedempt en het land van de lachebekjes en de huilebalken werd één vol land waar op zijn tijd gelachen en ge huild werd. Meer gela chen gelukkig dan ge huild, maar dat kon ook niet anders, want de twee koningskinde ren en hun volk leefden lang en gelukkig. Elke week en liefst op vrijdag maakt de muis haar huisje schoon Ja, dat doet ze nu al jaren en ze vindt dat heel gewoon. Gisteren was se al weer bezig. Zeemde, stofte en zo meer. Smeerde boenwas op de stoelen. Op de kachel schoenensmeer^. Maar ineens kreeg mies je rugpijn. Alles moest ook veel te gauw „Au"! riep ze, „dat gaat niet langer. Jk fcon haast niet bukkenAu!!" „Hoe moet dat nu, deze ronimel kan niet blijven liggen, nee!" Maar ineens kreeg ons kleine muisje weer een prachtig mooi idee Knoopte snel haar kleine stoffer aan haar lange staartje vast. Miesje kreeg haar huisje schoon en had van het rugje heel geen last. Mijn poes is weg, mijn poes is weg! Mijn poes is weggelopen, mensen, wie heeft mijn poes gezien Ik vond het dakraam open. Het is zo stil, zo stil in huis, ik was maar even binnen, toen dacht ik al: dat is niet pluis, ik hoorde haar niet spinnen. Waar kan ze zijn? Waar kan ze zijn? die dikke grijze Keetje? Eerst dacht ik: och, ze komt wel weer. Nu wordt ik bangeen beetje. Ik ben overal geweest: ik vroeg bij alle buren. Nu zit ik bij haar lege mand al urenuren.... uren. Mieuwmieuwhé, wat is dat? Ik hoorde heel zacht huilen.... Het kwam vast uit het kolenhok. Wie zou rich daar verschuilen? Deur open.Hop, wie springt eruit, zo lenig als een haasje? Het is m'n dikke grijze poes, zwart als een Pieterbaasje!

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1957 | | pagina 11