VLISSINGEN EERDE MICHIEL DE RUYTER
Glorieuze thuisvaart van vlootvoogd na
drie eeuwen herhaald
CT-TTF"
Klok terug aan Koopmanshaven
DIRECTEUR-GENERAAL P.T.T.
VERKOCHT DE RUYTERZEGEL
UFJfc-
w
Duizenden bij zonovergoten historisch schouwspel
DAVERENDE KANONSCHOTEN sloten dinsdag
middag om kwart over vyf in Vlissingen een ma
gische tovercirkel. De klok ging drie eeuwen terug
en plotseling beleefden duizenden en nog eens dui
zenden rond de Koopmanshaven samengestroomde
toeschouwers de triomfantelijke terugkeer van
Vlissingens grote zoon, Michiel Adriaanszoon De
Rnyter, na diens duur bevochten zege in de Vier
daagse Zeeslag.
Helemaal sluitend was die tovercirkel niet, want
op de rede lag immers Hr. Ms. hedendaagse kruiser
„De Zeven Provinciën", inplaats van het aloude
vlaggeschip van Neerlands grote zeeheld, maar de
ze concessie aan de historische juistheid maakte
geen inbreuk op het verloop van dit voor het ove
rige zo kleurrijk en schilderachtig gebeuren. Waar-
Feestelijke en stijlvolle inzet
van her denking
Nu, In de twintigste eeuw, bereidde men deze grote Nederlander een
op de zeventiende eeuw geïnspireerde thuisvaart, die moeilijk minder
glorieus en minder ingetogen geweest kan zijn, dan destijds het geval is
geweest. Want soms, plotseling, schalde daar van de tribunes een helle
knapenstem een „Lang leve De Ruyter" over de hoofden van de duizend
koppige menigte en dat was dan veelal het sein voor spontane en lang
durige toejuichingen, waarbij vooral de „zeventiende eeuwse jeugd" zich
niet onbetuigd liet! Dat bleek met name, toen de commentator van de
Marine Voorlichtingsdienst via de luidsprekers mededeelde, dat men er
zelfs in geslaagd was een Engelse vice-admiraal gevangen te nemen.
Langs de Koopmanshaven steeg een gejuich op alsof dit wapenfeit zich
waarlijk zojuist en op goede gronden had voltrokken
mee de De Ruyter-festiviteiten in Vlissingen op een
waardige en grootscheepse wijze zyn ingezet.
Een stralende zon speelde een waarlijk feëriek
spel met de rijkgeschakeerde kleuren van de zeven
tiende eeuwse kostuums, zoals die met ontwape
nende charme gedragen werden door de rond dui
zend langs de kade van de Koopmanshaven opge
stelde kinderen. En hóóg boven heel dit gedenk
waardig gebeuren troonde, stoer en onverzettelijk,
in sobere, eerlijke eenvoud, het standbeeld van de
grote vlootvoogd- op de rotonde van de Boulevard
de Ruyter. Een zinnebeeld als het ware van de In
getogen waardigheid, die zoals de geschied
schrijvers hebben vastgesteld altijd het optreden
van Michiel Adriaanszoon de Ruyter, de bierdra-
gerszoon uit Vlissingen, kenmerkte.
broot, met leden van Gedeputeerde
Staten, en tal van andere burger
lijke en militaire autoriteiten aanwe
zig zijn om mede luister bij te zet
ten aan deze historische thuisvaart.
De kustbatterij brandt knallend
los met elf begroetingsschoten en dan
is de sloep aan wal. Minutenlang du
ren de toejuichingen wanneer Michiel
de Ruyter voet aan wal zet, waar Jo-
han de Witt hem tegemoet treedt.
En zijn verdiensten in feilloos ge
sproken zeventiende eeuws memo
reert
„Met meer luyster"
Dit zei Johan de Witt onder meer:
,,Gy hebt 's landts dienst naer ver-
De Ruyter was dus terugge
keerd. Na een succesvolle en
voor het land zeer betekenis
volle tocht. Vlissingen bereidde
hem een glorievolle ontvangst,
die begon met drie saluutschoten
van Hr. Ms. „Zeven Provinciën"
als eerbetoon aan de stad Vlis
singen; saluutschoten, die met
vuur en met verve beantwoord
werden door een nabij de Oran
jemolen opgestelde kustbatterij.
Rond half zes loste het admiraals
schip zeventien saluutschoten ter ere
van Raadspensionaris Johan de Witt,
die immers met zijn gevolg naar
Vlissingen was gekomen om De Ruy
ter te begroeten en die op dat tijd
stip aan de ponton in de Koopmans
haven verscheen. Alwaar stram in
de houding een vendel van 12 muske
tiers, 24 piekeniers (de pieken me
tershoog steil in de lucht), twee tam
boers en een vaandeldrager stond op
gesteld om de vereiste eerbewijzen te
brengen. Hetgeen telkenmale met
■wier en toch stram geschiedde. Op
Trombonist kornoraal-muzi-
kant C. Westerdijk uit Vlaar-
dingen tijdens het blazen van
de taptoe in het Bellamypark
te Vlissingen door de Mari
nierskapel.
de commando's van een stoere offi
cier.
Eerste sloep
Van zee uit naderde toen weldra
de eerste sloep voor deze gelegen
heid plechtig „chaloupe" geheten
met aan boord de onderbevelhebber
schout-bij-nacht C. Evertsen de Jon
ge van de Admiraliteit Zeeland. Met
aan de achtersteven, breed uitwaai
end, de fiere vlag van de Zeeuwse
sloepen, met aan boord respectieve
lijk vice-admiraal Bankert, vice-ad
miraal Koenders (Admiraliteit Fries
land), luitenant-admiraal J. C. Mep-
pel en vice-admiraal V. Schram van
de Admiraliteit Noorderkwartier,
vice-admiraal De Liefde, Admirali
teit van de Maze en luitenant-admi
raal Van Nes, eveneens van de Ad
miraliteit van de Maze.
Telkenmale kondigde dof tromge
roffel de komst van de zegevierend
uit de strijd terugkerende onderbe
velhebbers aan; telkenmale ook pre
senteerde het vendel de musketten en
Eieken en steeds opnieuw ook klon
en hartelijke toejuichingen over
stad en water voor deze grote man
nen, die stuk voor stuk hartelijk be
groet werden door Johan de Witt en
zijn gevolg, onder wie de gedeputeer
den van de Staten-Generaal Van Vrij
bergen en Kann.
De admiraal!
Dan. om rond 17.50 uur. daveren
de elf saluutschoten, die de komst
aankondigen van luitenant-admiraal
M. A. de Ruyter van de Admiraliteit
Amsterdam. De admiraalssloep, de
boeg versierd met een liggende gou
den leeuw, twee lantaarns op de ach-
terspiegel, maakt zich los van de
„Zeven Provinciën" en nadert lang
zaam de wal, evenals de overige
sloepen met stugge kracht en strak
ke discipline voortbewogen door
voortreffelijk voor hun taak bereken
de roeiers.
Staande in de sloep Michiel
Adriaanszoon de Ruyter, op weg
naar zijn, op deze stralende zonier-
dag te zijner ere uitbundig vlaggen-
I de vaderstad, waar tienduizenden
landgenoten hem niet ongeduld ver
beiden. In dichte rijen opgesteld rond
de Koopmanshaven, gezeten tot op
de daken van omliggende huizen en
gebouwen, of op de ere-tribunes,
I waar het (twintigste eeuws) provin-
iciaal bestuur de commissaris der
l koningin, jhr. mr. A. F. C. de Casem-
vloofe 't eenenmael verstrooit, capi-
taele schepen reddeloos geschoten
ende ons republiek ter zee is niet al
leen hersteld, maar sy blinck met
meer luyster dan ooit voor deesen..."
Admiraal De Ruyter antwoordde
hier onder meer op, in klare, fiere
taal: „De prijs der zeegen komt ons
overwinnenden op veel bloedt te
staen; wij gedancken den beklagely-
cken doodt van de hooftofficieren
Cornelis Evertsen ende Van der
Hulst, die op het bedde van eer syn
gebleeven".
Nadat de admiraal erop gewezen
had. dat ook de vloot zware schade
had opgelopen en zo spoedig moge
lijk hersteld moest worden om de
Engelsen opnieuw te kunnen treffen,
begaf het gezelschap zich naar het
huis van de Lampsins op de Nieuwe-
dijk. Voorafgegaan door het vendel
musketiers en piekeniers en omstuwd
door „poorters en poorteressen".
Hier was het de burgerlijke over
heid, die hulde bracht aan zijn grote
zeeheld. Mr Ingelius Cau. baljuw
van Vlissingen (alias burgemeester
mr. B. Kolft) zei onder meer, ook in
feilloos zeventiende eeuws en vrij
Duizenden woonden
taptoe bij.
Duizenden stonden dinsdagavond
op het Vlissingse Beursplein en de
oprit naar de Boulevard De Ruvter
om hier te genieten van de uitsteken
de taptie. die hier door de Mariniers
kapel van de Koninklijke Marine
werd geblazen. Het plein werd ver
licht door flambouwen, gedragen
door een aantal matrozen, door wel
ke verlichting een schilderachtig ef
fect ontstond.
Bovendien stonden voor de Beurs
opgesteld de mariniers in hun zeven
tiende eeuwse kledy en hun oude wa-
Eens. En zoals te doen gebruikelijk
ij de MarinLerskapeler werd weer
voortreffelijk gespeeld, waarbij op
nieuw bleek dat deze kapel een emi
nent muziekkorps is. Toen als laat
ste nummer het Wilhelmus had ge
klonken applaudiseerden de vele toe
schouwers spontaan en hartelijk als
dank voor het fraaie spel van de ka
pel en voor 't voortreffelijke schouw
spel.
vertaald: „Wij prijzen in U uw door
zettingsvermogen en schrandere
voorzichtigheid; eigenschappen van
de Zeeuw. Uw trouw tot In de dood.
uw kloekmoedigheid, uw rijpheid van
oordeel, uw eael gemoed. Gij redde
uw vaderland, uw gewest, uw stad", j
Admiraal De Ruyter beantwoord-
de ook deze redevoering en maakte
van de gelegenheid gebruik een be-1
roep te doen op de vaderlandsliefde
van de Vlissingers: „Zeeluyden van I
Vlissingen, ik sal U garen verwelle- j
comen op 's landts vloote. En allen
segt danck ende gelooft in onze toe-
komste. want sonder geloof is een
schip onbequaem ende reddeloos".
Schier eerbiedig werden deze woor
den uit de mond van de admiraal
aangehoord. Het hedendaagse mu
ziekkorps „Ons Genoegen" onder
streepte dit plechtig gebeuren met
het verklanken van „O Heer, die daar
de# hemels tenten spreidt" en „Wilt
heden nu treden". Gedragen klonken
die liederen uit Valerius Gedeck-
klanck over de plotseling stilgevallen
Nieuwedijk, waar honderden toe
schouwers op dat ogenblik ongetwij
feld in gedachten even teruggingen
naar die dagen van nu rond 350 jaar
geleden, toen er met recht en met
reden aanleiding was om dankbaar
te zijn voor de uitkomst, die Michiel
Adriaanszoon de Ruyter het vader
land gebracht had.
Na een kort bezoek aan het huis
van de Lampsins begaf het gezel
schap zich naar het Beursgebouw,
waar een feestmaaltijd genuttigd
werd, terwijl matrozen en andere
medewerkenden elders aan een feest
dis aanzaten
Mede dank zij het uitzonderlijk
fraaie weer is deze historische lan
ding, inzet van de De Ruyterherden-
king in Vlissingen, ongetwijfeld te
vens een hoogtepunt geworden in de
festiviteiten. Enkele uren lang is
dinsdag de klok teruggezet, toefde
men in de zeventiende eeuw en kon
men zich bezinnen op de daden, die
Michiel Adriaanszoon de Ruyter toen
gesteld heeft.
Het Is een goede, feestelijke, maar
bovenal ook stijlvolle inzet geworden
van de herdenkingsdagen.
In Amsterdam
gebeurde niets
In felle bewoordingen hekelde het
Tweede Kamerlid G. Ritmeester (v.
v.d.) tijdens een in „Britannia" te
Vlissingen gehouden korte bijeen
komst van het nationaal herdenkings-
c.omité De Ruyter met pers en radio,
de houding van de stad Amsterdam
ten aanzien van de herdenkingsplech
tigheden,
Hy herinnerde er aan, hoe in 1907
het accept van de herdenking op Am
sterdam lag, maar nu in 1957
kreeg men twee weken tevoren be
richt, dat van een herdenking in de
Nieuwe Kerk geen sprake kon zyn.
„De zaak staat op invallen", zo zou
er medegedeeld zijn. De heer Rit
meester verklaarde pynlijk getroffen
te zijn door deze gang van zaken.
„Moet Nederland op die manier zijn
grote mannen eren?", zo vroeg hij
zich af.
Een voorstel om de herdenking in
de Westerkerk te houden werd aoor
het Amsterdams comité afgewezen.
„Ik was bereid geweest om mijn le
ven te wagen door het leggen van een
krans by net grafmonument in de
Nieuwe Kerk", aldus de heer Rit
meester, „maar het kon en mocht
niet met als gevolg, dat er in Am
sterdam niets gebeurd is".
Hij prees de grote geestkracht, die
daarentegen in het betrekkelijk klei
ne Vlissingen is opgebracht, en hij
betuigde zijn dankbaarheid voor het
geen hier ter gelegenheid van de De
Ruyter-herdenking tot stand is ge
bracht.
Tevoren had de heer G. W. Os
kamp, voorzitter van het Vlissings
comité, een welkomstwoord gespro
ken, in het byzonder tot o.a, vice-
admiraal H. H. L Pröpper en tot de
staatssecretaris van het ministerie
van marine H. C. W. Moorman.
AAN BOORD VAN HR. MS. .ZEVEN PROVINCIËN'
Het vlootbezoek aan Vlissin-
f;en, zoals zich dat gisteravond
n een feërieke verlichting ma
nifesteerde in de Eerste Bin
nenhaven. Enkele mijnenve
gers gevangen in het schijnsel
van de zoeklichten.
AAN BOORD van Hr. Ms.
trotse oorlogsbodem „De
Zeven Provinciën", lig
gend op de rede van Vlissin
gen, verkocht de directeur-ge
neraal van de P.T.T., ir. J. D.
H. van der Toorn, dinsdagmor
gen rond 11 uur symbolisch de
eerste speciale De Ruyter-
postzegel aan de commandant
van de kruiser, kapitein ter
zee G. J. Platerink. Het was 'n
korte, bijna genoegelyke plech
tigheid, waarvan de intimiteit
nog onderstreept werd door de
ongedwongen wijze, waarop ka
pitein ter zee Platerink de
„symbolische handeling" ver
richtte: „Ik zal maar net doen
alsof ik aan het loket- sta: mag
ik er een van dertig en een van
tien, alstublieft
De commandant kreeg zijn ze
gels prompt en daarmee was dan
nadat tussen Hr. Ms. „De Ze
ven Provinciën" en het Neder
lands Loodswezen vlaggeseinen
waren gewisseld, de basis gelegd
voor een „ketting-reactie",zoals
de heer Platerink het uitdrukte.
Op dat ogenblik immers hesen
zeeverkenners in het Bellamy
park de vlaggen en kon aan het
rijdend postkantoor de verkoop
van de zegels beginnen.
Intussen werden aan boord
van de kruiser over en weer nog
vele woorden van dankbaarheid
en waardering gesproken en ge
schenken uitgewisseld. Ir. van der
Toorn getuigde in een toespraak
van de grote erkentelijkheid der
P.T.T. jegens de minister van
marine voor diens medewerking
en voor de commandant van de
kruiser voor diens gastvrijheid.
Hij sprak voorts de wens uit, dat
iedere Nederlander, die de speci
ale zegel in handen krijgt, zich
even zal bezinnen op de daden van
de grote zeeheld. Hy herinnerde
er aan hoe ook tydens de 300-ja-
rige herdenking, nu vijftig jaar
geleden, een De Ruyter-postzegel
werd uitgegeven.
Dat was de eerste Nederlandse
postzegel, die niet de beeltenis
van een staatshoofd droeg.
J r. Van der Toorn haalde vervol
gens enkele „postale herinne
ringen" op uit de dagen van Mi
chiel Adriaanszoon de Ruyter,
waarna hy kapitein ter zee 'Pla
terink verzocht de symbolische
koop te willen sluiten. Alvorens
hiertoe over te gaan richtte de
commandant zich met een kort
woord tot de aanwezigen, onder
wie de burgemeester van Vlis-
V.l.n.r. de commandant van
Hr. Ma. „De Zeven Provin
ciën", de directeur-generaal
der P.T.T. en de burgemeester
van VUsaingen tijden# het ce
remonieel aan boord van de
kruiser.
slngen. mr. B. Kolff, wethouder J.
Post, de gemeentesecretaris, de
heer A. de Beyl en de Comman
dant Maritieme Middelen Vlissin
gen, kapitein ter tee N.W. Sluy-
ter. Spr. herinnerde er aan. dat
de naam van het vlaggeachip van
Michiel Adriaanszoon de Ruyter.
„De Zeven Provinciën" door de
eeuwen heen by de koninklijke
marine gehandhaafd is gebleven
en hij verklaarde zeer getroffen
te zijn door het feit, dat tnans een
van de speciale postzegels een af
beelding van de kruiser draagt.
„Officieren en manschappen zijn
verheugd, dankbaar en vereera",
aldus de commandant, die vervol
gens tot de koop van de zegels
overging.
Als blijvende herinnering bood
ir. Van der Toorn de commandant
vervolgens een ingelijst vel zegels
aan. dat naar de heer Plate
rink verzekerde een uitmun
tende plaats zal krijgen in de di
recte omgeving van de manschap
pen.
Aan de burgemeester van
Vlissingen overhandigde de
directeur-generaal van de P.T.T.
een album met zegels, waarop zo
wel de beeltenis van De Ruvter
als van „De Zeven Provinciën"
voorkomt. Ook nu weer noemde
ir. Van der Toorn enkele „postale
feiten" uit de dagen van De Ruy
ter, vooral tot verrassing van
mr. Kolff, die op deze dag ver
schillende historische bijzonder
heden over zyn stad hoorde, die
nog nieuw voor hem waren. „Dat
is te wijten aan het feit. dat in
1809 het stadsarchief verbrand
de". verklaarde de burgemeester
In zijn dankwoord. „Maar de ar
moede van het archief acht ik nu
opgeheven door deze mooie aan
winst". aldus mr Kolff. die voorts
zeid? het bijzonder op nrijs te
«tellen, dat de eerste uitgifte van
de speciale De Ruvterzegels In
Vlissingen geschiedde. Zijn erken
telijkheid uitte de burgemeester
namens het stadsbestuur door het
aanbieden van de zilveren De
Ruyterpenning aan ir. Van der
Toorn.
Tot besluit van deze plechtig
heid opende ir. Van der Toorn nog
het boordpostkantoor. dat deze
dag met toestemming van de
P.T.T. als ..echt postkantoor"
fungeerde voor de verkoop en
afstempeling van de De Ruyter-
zegels.