AFSLUITDIJK: bolwerk van nationale trots Op 28 mei 1932 laatste gat gedicht Duitsers bezeerden zich in '40 geducht aan de „Dodendam" EEN KWART EEUW GELEDEN WERD ZUIDERZEE IJSELMEER Over vreemdelingenboulevard snellen per dag 2000 auto's OP 28 MEI 1932, 's middags om ruim één uur, lieten twee reusachtige grijpers de laatste brokken keileem in het sluitgat De Vlieter vallen. Het 12-jarig zoontje van ir. De Bock van Kuffeler had daartoe met een vlag het sein gegeven en de honderden genodigden wachtten met span ning het moment af, waarop de verbinding tussen Noord-Holland en Friesland tot stand zou zijn gebracht. Met brede zwaaien draaiden de grijpers tot vlak boven het gat. Het bruin-gele modderwater spatte hoog op, elke keer als de zware leemkluiten in de zee plonsden. De spanning groeide. Op de vaartuigen met de officiële personen, op de sleepboten, op de baggerbakken en zuigers verstomden de gesprekken. Aller ogen waren gehecht aan de grijpers, die telkens weer hun brede kaken open den om een lading leem te laten vallen. En toen brak opeens de vreugde los. De kraanmachinist had aan het touw van de sirene getrokken en het doordringende gehuil dat losbrak, kondigde het grote, ontroerende mo ment aan: de afsluiting van de Zuiderzee was een feit. Op de veerpont Stavoren, die als drijvende tribune dienst deed voor de genodigden klonk ge juich, vlaggen werden gehesen en de sirenes werden overstemd door stoom fluiten van een kleine tachtig sleep boten. Velen waren hun ontroering niet meer meester en staarden door huui tranen heen naar enkele enthou siastelingen, die over de gladde en glibberige kleibrokken als eersten over de Afsluitdijk van Holland naar Friesland wandelden. Ir. J. A. Rin gers, directeur-generaal van Water staat, die tot 1930 de dagelijkse hoofd leiding vain het werk had gehad, druk te zwijgend de hand van ir. J. Lely, de zoon van de ontwerper van het plan, die de vervulling van zijn levenswerk niet had mogen belevein. Een lange, moeizame strijd was aan dit grote moment voorafgegaan. Dr. H. Colijn, voorzitter van de Zuiderzee raad herinnerde hier aan toen hij vlak voor de definitieve afsluiting vajn de Zuiderzee een rede uitsprak en o.a. zeide: „Een ander is het die zaait en een ander is het die maait". Hij doel de daarbij op dr. ir. C. Lely, die van 1887 af steeds met de plannen tot in poldering vain de Zuiderzee is bezig geweest. Geen doel maar middel DE AFSLUITDIJK is nooit doel, maar slechts middel geweest van het reusachtige werk, dat voor altijd een symbool is geworden van Nederlands strijd tegen het water. De dijk moest de eb- en vloedstromen in de Zuiderzee neutraliseren, hg moest de dgken van de inieuwe IJsel- meerpolders en het oude land tegen stormvloeden beschermen, hg was de enige voorwaarde voor het creëren van een zoetwatermeer, waaruit de omliggende polders in droge zomers het water zouden kuninen inlaten en waarop zij 's winders het overtollige water zouden kunnen spuien, en hij bood tevens een snelle verkeersver binding tussen het western en het noor den van het land. Al deze voordelen had dr. ir. Lely zorgvuldig omschreven toen hij met zijn plan kwam de voorgenomen in poldering van de Zuiderzee en de Wad den in twee gedeelten te splitsen. Hij stelde voor een afsluitdijk te leg- gsn van Wieringen naar Friesland, aardoor zou in het noordelijke bek ken van de Zuiderzee eein blijvend zoetwatermeer kunnen worden ge vormd, een lap water van 35000 ha, die voor de waterbeheersing van de oude en nieuwe polders onontbeerlijk was. De regering toonde voor het pro ject opmerkelijk weinig belangstel ling. Daarom kwam in 1886 op parti culier initiatief de Zuiderzeevereni- ging tot stand, die een gelukkige keus deed toen zij de civiel-ingenieur C. Le ly aan zich verbond voor het doen van technisch onderzoek inaar de moge lijkheid van inpoldering. Eerst watersnood Dit onderzoek leidde in 1891 tot het bekende plan Lelv, dat het jaar daarop door de Staatscom missie Lorenz, die de technische, en de commissie Lovink, die de economi sche zijde onderzocht, gunstig werd beoordeeld. Pas in 1913 werd het Dlan weer ter sprake gebracht, toen H.M. de Koningin in haar troonrede een wetsontwerp tot inpoldering van de Zuiderzee aankondigde. De waters nood van 191® was er echter voor no dig om met het bedoelde ontwerp De 28ste mei 1932. Het grote mo ment is aangebroken, waarop de laatste bakken keileem in De Vlieter worden gestort. Vlaggen gaan in top, sireries loeien. De afsluiting is een feit. (Foto Kuiper) spoed te betrachten. Op 13 juni 1918 kwam de wet tot afsluiting en gedeel telijke inpoldering van de Zuiderzee tot stand. De Afsluitdijk kwam in twee ge deelten tot staind. Het eerste stuk, dat het Amstelmeer van de Wadden zee ^scheidde, werd aangelegd van '23 1925. Het werd in zekere zin een proefobject, dat in vakkringen ook wel het kerkhof van de aannemers werd genoemd. Om de grote risico's, die aain de uitvoering van een project als de Afsluitdijk waren verbonden, te voorkomen werd door een combi natie van aannemers de Maatschappij Uitvoering Zuiderzeewerken gevormd die door dit samenbundelen van krachten de beschikking kon krijgen over een voldoende vloot van bagger molens, zuigers, bakken en sleepbo ten. De ligging van de Afsluitdijk werd enigszins anders dan ir. Lely zich de ze had gedacht. Men gebruikte het tracee, dat meer noordelijk was gele gen. omdat men dan een steviger kei- feemfundament kon benutten. Van diverse kanten De aanleg van de dijk werd van verschillende kanten begonnen, nl. van Den Oever uit, van de zandplaat „het Breezand" zowel naar oostelijke als naar westelijke richting van het Kornwerderzand naar beide kanten en van de Friese kust. Langzamerhand groeiden deze dijk- stukken naar elkaar toe en tenslotte bleven alleen nog de sluitgaten. De Middelgronden en De Vlieter over, waarin zulk een sterke stroom stond, dat door middel van beteugelings- dammein van keileem een catastrofale uitschuring van de bodem moest wor- dein voorkomen De Middelgronden werden in 1931 gedicht, de Vlieter volgde op 28 mei 1932. De Afsluitdijk werd aan de kant van de Waddenzee opgebouwd uit een dam van keileem, waartegen aan de zijde vain het IJselmeer een brede dam van zand werd aangebracht. De ta luds en de kruin van de dijk werden afgedekt met een dikke laag keileem. Een steenbezetting en basaltblokken beschermden het dgklichaam tegen de golf aanvallen. De Afsluitdijk heeft een lengte van bijna dertig kilometer. Nabij Den Oe ver zijn drie groepen van vijf uitwa teringssluizen en een schutsluis aan gelegd, bij Kornwerderzand twee uit wateringscomplexen em twee schut sluizen. Visserij rouwde Een indrukwekkend stuk werk dat op die 28ste mei, vijfentwintig jaar geleden, een mijlpaal be reikte, toen onder gegil van de sirenes het laatste sluitgat werd gedicht. Het karwei was gelukt en overal i.n den lande gingen de vlaggen uit. Behalve in de vissersplaatsen langs het IJsel meer, waar men de driekleur halfstok hing, omdat diezelfde Afsluitdijk de visserij had lamgelegd. Dat dacht men. Maar in plaats van haring esn ansjovis, die uit het zoetwatermeer verdwenen bleken de visserlui van Urk. Makkum, Enkhuizen, Volendam en Bunschoten weldra een goede bo terham te kunnen verdienen met de vangst van paling en snoekbaars. De inpolderingen van de Wieringermeer, Noordoostpolder, Flevoland en Mar kerwaard zullen de visserg weliswaar drastisch doen inkrimpen maar daar mee is men sinds de dertiger jaren al geleidelijk aan bezig. Tegenover deze ene schaduwzijde staat echter de aanwinst van duizenden hectaren kostbare cul tuurgrond. De Afsluitdijk beves tigde opnieuw de legendarische naam van de Nederlandse water staatkundigen. Dit alles maakte de Afsluitdijk tot een bolwerk van nationale trots. Als een smalle potloodstreep loopt de Afsluitdijk over deze van zeer gro te hoogte genomen luchtfoto. Op de voorgrond het wijde land van de Wie ringermeer, links de sluizen bij Den Oever en vaag op de achtergrond de Friese kust. Foto K.L.M.) De dijkstukken groeien naar elkaar toe. Deze foto werd genomen enkele uren voor de officiële sluiting (Foto Kuiper LE FOU", zegt een Algerijnse dame verontwaardigd als een militair toestel met donderende motoren over de Afsluitdijk zwiept en een wijde boog beschrijft over het IJselmeer, waar enkele botters met slappe zeilen op het stille water liggen te dutten. Ze zet driftig het kopje koffie neer en volgt door het raampje van het restaurant bij het Monument de bewegingen van het vliegtuig. Restaurateur J. F. Hoopman heeft het in cident niet opgemerkt. Hij is in allerlei talen bezig een blonde Zweedse uit te leggen wat het dikke tablet chocolade kostdat zij heeft uitgezocht. Een onbegonnen werk, want de dame is alleen het Zweeds machtig. „Martin, help jij even?" Martin van Hekken die met zijn collega Ernst Dixon in de zomermaanden op het Monument „kelnert" heeft de situatie in weinig ogenblikken opgelost. Beide kelners spreken vloeiend de Scandina vische talen en dat is hier wel nodig, want van de duizenden toeristen, die in de zomermaanden bij het Monu ment pauzeren is het merendeel uit het Noorden afkomstig. De Zweden zijn verreweg in de meerderheid en ze plegen meestal wel even blij verrast te kijken als ze op een van de eerste pleisterplaatsen in Nederland in hun eigen taal worden aaingesproken. De gebroeders Hoopman, die in Amster dam ook nog de Oesterbar, hotel Pa lermo en het Palace-cabaret exploite ren, hebben hun kleurige folder zelfs geheel op het Scandinavische bezoek gericht, Vpn Stockholm, Oslo en Ko penhagen hebben ze op de landkaart een geraffineerd stippellnntje getrok ken. dat de toeristen netjes via de Afsluitdijk naar de hoofdstad leidt. Het zijn trouwens niet alleen de Zweden, die voor eein bliksembezoek het Monument aandoen. Het gasten boek van de gebroeders Hoopman be vat namen als die van generaal De Gaulle, generaal Ulepic van de Joego- Vok Bakker was er zelf bij ineengedoken in de berm van de weg zoeken de Duitse aanvallers bescherming tegen het vuur uit de kazematten van Kornwerderzand. (Foto Bur. Oorlogsdocumentatie ZONDAG 12 MEI was de eerste keer, dat Vok Bakker uit Enkhuizen pas goed kwaad werd op de vijand. Dat was toen de Stuka's met hooggillende moto ren op de kazematten van Korn werderzand neerdoken en een do delijke regen van mitrailleurkogels op de stelling uitspreidden. Eerst toen de toestellen hun neuzen weer naar de blauwe lucht richtten en de 19-jarige soldaat van 22 KI uit het gras opstond, begreep hij hoe dicht de Dood bij hem was ge- wèest. Het etensblik, dat hij naar kazemat 6 bad gedragen, was door zeefd met kogels. Van dat moment af had de Duitse cavaleriedivisie van generaal-majoor K.fFeld, die op deze zondag druk be zig was de stellingen bij Zürich en Wons op te rollen er een kwaadaar dige tegenstander bij. Een jonge knul nog, die met een geweer op de vlieg tuigen schoot, omdat er geen lucht afweer op Kornwerderzand te beken nen viel, en die verbeten op de kans wachtte de Duitse aanvaller een do delijk halt in het gezicht te smijten. Vok Bakker was niet de enige, die zo reageerde. Het ganse garnizoen van het bunkerdorp Kornwerderzand toonde dezelfde mentaliteit en was bezeten van de verbeten wil tot de laatste man stand te houden. „We hadden munitie zat, eten in overvloed en een laag van een paar meter beton om ons te beschermen", vertelde de nu 36-jarige Vok Bakker. Hij weet zich de strijd op de Afsluitdijk nog als de dag van gisteren te herinneren. Hij weet nog precies hoe hij die zon dagavond sigaretten uitdeelde aan de troepen, die uit de stellingen van Zürich en Wons over de dijk terug trokken, hoe kapitein C. F. Broers bevel gaf de draaibrug op te blazen. Van zondagavond af. toen de brug was gesrrchgen, wisten de mannen van Kor-vc-derzand wat hen te wachten r^rd. Tussen de stelling en de vijand b^'-ond zich alleen nog'een kaal stuk dijk, een niemandsland, waarover elk moment de Duitsers zouden naderen. „En toen kwam de bewuste tweede -• pinksterdag",vertelde Vok Bakkïr i n"":h havenmeester», «lu.s- verder. „Om een uur ot drie mid- KV'™ fr"aCht"* ''a"'0"- Slavische luchtmacht, van Garry Da- vis, wereldburger nr. één. en verder van vele onbekende Egyptenaren. Chi nezen, Amerikanen. Vietnamezen, Is raëliërs en andere buitenlanders, die dichter bij onze grens wonen. Het is vaak propvol in het kleine restaurant. Per dag toch razen er 1600 tot 2000 auto's over de dijk en vele daarvan zwenken af naar de par- keerterreintjes bij het Monument, dat de plaats markeert, waar vijfentwin tig jaar geleden het laatste gat werd gedicht. Meestal is het verblijf van zeer korte duur. Een kop koffie, een doosje flikken en dan gauw naar bo ven. Aan hun voeten strekt zich de Afsluitdijk uit. Een brede streep be ton met een dijk van gras en bazalt. De verbinding tussen twee provincies, de voornaamste aanvoerweg van Scandinavië naar het westen van het land. „Dodeindam", zeidc de Duitsers in 1940 niet ten onrechte. „Vreemdellngenboulevard", zeggen de heren Hoopman als ze 's avonds voor ze naar Den Oever terugkeren de kas opmaken. De dijk kost jaarlijks anderhalf miljoen. De gigantische Afsluitdijk is een werk van gigantische cijfers. De aanleg van de dyk kostte 120 miljoen gulden met de bijkomende werken mee rond 200 miljoen. Het jaarlijkse onderhoud vraagt heden ten dage een bedrag van anderhalf mil joen. Per jaar snellen 500.000 voer tuigen over de betonweg. Het vaste personeel, dat aan de dflk is verhon den, telt 37 man. bestaande uit tech- dags zwegen de Duitse kanonnen en bleven de Stuka's weg. We begrepen, dat er wat op til was en dat kwam al spoedig opdagen in de vorm van een verkenningspatrouille. Het gekke was, dat die kerels gewoon rechtop kwamen aanwandelen. Dat hielden ze trouwens niet lang vol De aanval KH et tweede alarm van die dag ging om 6 uur. Nog eenmaal sproeiden de Stuka's hun machinege weervuur over het betonnen dorp, de laatste granaten barstten krakend uiteen en de bommen maakten reus achtige fonteinen in het IJselmeer en de Waddenzee. Toen werd het stil. Op de dijk naderde de vijand. Pantser wagens rolden naar voren, anti-tank- geschut werd in stelling gebracht en een colonne van naar ruwe schatting 700 800 soldaten bewoog zich in de richting van Kornwerderzand. Vok Bakker vertelt verder: „Met vieren tegelijk naderden ze aan de kant van het rijwielpad. We zaten met oiize vinger om de trekker te wachten op het vuurcommando, maar er kwam maar niets. Kapi tein Boers heeft de hele troep kalmpjes dichterbij laten komen. Tot ze door de bocht waren. Onge veer op 500 meter van ons af. Toen kwam het bevel en spoten we met alles wat maar schieten wilde van zeven kazematten" On der het moordende vuur vluchtte het hele bataljon weer naar de kop van de Afsluitdijk terug. „Er is ons verteld van 4O0 man aan doden en gewonden die die zelfde nacht zijn afgevoerd". De Duitsers hebben na die ene aanval hun pogingen om de Af sluitdijk te nemen, opgegeven Toen de dinsdagmorgen aanbrak, werd het artillerievuur hervat, maar ditmaal hadden de Nederlanders er een antwoord op. On de Waddenzee was de kanonneerboot „Johan Mau- rits van Nassau" verschenen, die haar kanonnen on de stellingen van de Duitsers richtte. De commandant van Kornwerderzand corrigeerde de aan slagen. gaf ze telefonisch door aan Den Helder, dat de correcties radio grafisch aan het schip doorgaf. Camtulat'e In Kornwerderzand heerst'e over de ze huln een opgewonden bli jdschap, die echter werd stukgebroken toen hel bericht kwam dat Nederland had niers. De aanleg geschiedde onder direc tie vain Zuiderzeewerken door de Maatschappij Uitvoering van Zuider zeewerken. De MVZ-vloot bestond in 3930 uit de volgende vaartuigen: 11 bagger molens, 7 profielzuiger, 7 perszuigers, 72 sleepboten, 12 motorboten, 65 ele- vatorklapbakken, 105 dekschuiten. 2 stoombunkerschepen. 3 motorboten voor watervoorziening. 8 kolenbak ken. 3 kolen- en waterbakken. 35 mo- torvletten, 73 roeivletten. 31 arken, 3 lichtschepen, 3 smederijschepen. 2 stoomschepen voor personeelsvervoer 3 directiestoomboten. 24 kelleemop- lossers, 6 grijpkranen. 4 lichte kranen 6 walkranen en transporteurs. 1 drij vende lichtcentrale. vaste bokken en een drijvend droogdok. gecapituleerd. „Geen mens wilde uit de stelling komen", vertelde Vok Bakker ons. „Er was niemand, die het geloofde. Toen ten slotte na een her haald bevel de hele troep bij elkaar was en kapitein Boers bevestigde, dat Nederland de wapens had gestrekt, konden we in de verte nota bene het bombardement van Den Helder ho ren. Maar het was toch echt begre pen we. Kanitein Boers en sergeant Ooyevaar uit Alkmaar gingen met een witte vlag aan een speer de dijk op en verdwenen in de richting van de Duitsers. Een fijne vent. die kapi tein. Toen hij met een Duitse parle mentair terugkeerde, heeft hij nog een rede tot ons gehouden. Hij drukte ons op het hart voor alles vaderlan der te blijven en besloot met een drie werf hoera voor de koningin Er wa ren jongens, die stonden te huilen. Anderen zongen het Wilhelmus". Al dus het verhaal, dat Vok Bakker ons deed. Een trieste, maar tegelijkertijd ook eervolle episode uit de geschie denis van de vijfentwintigjarige Afsluitdijk. „Dodendam", zeiden de Duitsers in 1940. Over diezelfde Dodendam keerden zij in 1945 nftar De Helder terug. Een verslagen le ger, dat de dertig kilometer lopen de moest afleggen. Ze passeerden de bunkers van Kornwerderzand gemakkelijker dan in 1940. Maar ditmaal trokken ze dan ook de an dere kant op

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1957 | | pagina 5