Van en voor de boekenplank Nog steeds verschijnen boeken over de Tweede Wereldoorlog Bestelhuis: een enorme trechter INTERESSANTE, BELANGRIJKE HERDRUKKEN DONDERDAG 28 MAART 1957 PROVINCIALE ZEEÜXV8E COURANT II NIEUWE VERTAALDE ROMANS Ook probleem van de doodstraf blijft velen bezighouden Nog steeds vherschynen er veel boeken over de oorlog:. Iedere schryver hoopt wellicht door het beklemmend uitbeelden van de gruwelen de mensen wakker te houden of opnieuw wakker te schudden we leven in dit opzicht immers voortdurend op een vulkaan. Of het helpt? Onder de onlangs van de pers gekomen werken bevinden zich twee vertalingen van Duitse oor logsboeken. Hans Donmanns „Soldaten zonder generaal" (Soldaten ohne Oeneral) geeft een episode van de stryd in Rusland in juni 1944 na de grote ontreddering in het Duitse leger. Zes omsingelde soldaten van een berich tendienst zwerven, evenals duizenden anderen, op eigen houtje door de ver woeste streken, hunkerend naar huis. Zij verenigen zich met anderen, maar kunnen niet doorbreken, en hun groepje, diep teruggetrokken in de bossen wordt steeds kleiner, tot tenslotte de laatste man zich aan de Russen moet overgeven. (Foreholte, Voorhout). ,,In hun schrale graven" (Rote Leuchtkugeln) van Benno Zieser behan delt eveneens deze Russische veldtocht. Beide boeken tekenen de gruwelen en de onmenselykheiÜ, het vreselyke lijden van de moderne oorlog op on barmhartige wijze en zy zyn het lezen en overdenken zeker waard. „In hun schrale graven" verscheen bij J. H. Gottiner, Haarlem. Behalve de oorlog blijft ook het probleem van de doodstraf heden ten dage velen bezig houden. De Cultuur serie brengt twee romans met de doodstraf als kernprobleem: „Nacht, neem my op" van Joan Henry (Yield to the night) en „Kruisverhoor" (Trial) van Don M. Mankiewicz. Het eerste tekent op directe, eenvoudige w(jze de laatste veertien dagen van een wegens moord ter dood veroor deelde jonge vrouw. In deze dagen van folterend wachten op het einde, voortdurend bewaakt, leert men by stukjes en beetjes haar leven kennen: het leven van een goede vrouw die een slechte vrouw vermoordde, en nu hangen moet. Recht? Onrecht? Toch zijn net mensen die hierover beslissen moeten en dat ook doen, feilbare mensen. In „Kruisverhoor" is er geen twij fel over recht of onrecht: het recht wordt daar met voeten ge treden. Angel Chavez, een vijf tienjarige Mexicaanse jongen wordt er van beschuldigd een meisje te hebben aangerand, een aanranding die haar dood tenge volge had. Zijn verdediger, mr. Blake, (en de lezer) weet dat An gel onschuldig is. Het is Blakes eerste proces, hij is- kwetsbaar, en de rechtschapen man vecht ver geefs en met groot gevaar voor zijn eigen toekomst tegen de cor ruptie op de achtergrond, de enor me rechtsverkrachting waarvan dit aangrijpende geval helaas niet het enige voorbeeld in de wereld is. Angel Chavez wordt het on schuldige slachtoffer van de poli tieke intrigues die hier worden uitgespeeld. Een meeslepende, uit stekend geschreven roman. Beide boeken werden rijk geïllustreerd met (film) foto's waarvan de her komst echter niet werd vermeld. (Ad. M. C. Stok, Z. Holl. uitge- versmy. Den Haag). Bij dezelfde uitgever, eveneens in de Cultuurserie, verscheen „Vrouw en Keizerin" van F. W. Kenyon, een „vie romancée" van Joséphine de Beauharnais. Met veel kleur en verve ten tonele gevoerd, men zou haast zeggen: geconcipieerd met het oog op technicolor en cinemascope. Een boek als „Vrouw en Keizerin" is ongetwij feld meeslepend; een handig schrij ver heeft de op zichzelf boeiende stof slechts wat te rangschikken. Het is echter niet zo gemakkelyk een José- Bestelhuis van de Boekhandel zoals het er alléén maar op een héél stille zondag uitziet. phine, een Napoleon ten tonele te voeren. Zodra men de werkeiykheid verlaat en begint te fantaseren, giy- den de meesten uit. Zo ook Kenyon. De enkelingen die een ware belang stelling hebben voor de unieke vrouw die Joséphine was laten dit boek be ter ongelezen. Zy hebben meer aan zuivere biografie, aan de historische documenten of aan het sublieme por tret dat Prud'hon van haar maakte in het park van La Malmaison, en dat nu in het Louvre hangt. Bij Elsevier verscheen een uitste kende vertaling van de nieuwste ro man van Richard Llewellyn, „Mr. Hamish Gleave" onder de titel „De grote verleiding". Llewellyn, die ook ten onzent grote bekendheid ver wierf met „Hoe groen was myn dal" geeft in deze psychologische roman een verantwoord beeld van de rede nen die iemand tot ontrouw en land verraad kunnen bewegen. Gleave, rancuneus ingeklemd tussen de aristocratie waartoe hy eigenlijk be hoort (maar zijn grootvader heeft het hele familievermogen verspeeld) en de arbeidersklasse, is ambtenaar op het Britse ministerie van buiten landse zaken. Communistische sym pathieën en zyn zwak voor mooie vrouwen en andere goede dingen des levens brengen hem ten val. Rondom het persoonlijke drama een boeiend netwerk van internationale politieke intrigues. Slavin van de vrijheid „Slavin van de vrijheid" is de ver taling van Robert Perm Warrens „Band of angels", een roman met een typisch Amerikaans (zo ge wilt internationaal) probleem: dat van de „blanke negerin". Het boek speelt in de zuidelijke staten tij dens en na de grote burgeroorlog. Amantha Starr is een meisje met een blanke huid, opgevoed als de dochter van een plantagehouder. Deze sterft plotseling, en dan wordt Amantha, zijnde de dochter van een negerin, als behorende tot een deel van de nalatenschap, met de andere slaven vefkocht. Zij komt in goede handen en krijgt haar vrijheid spoedig terug, doch daarmee is het probleem van deze vrouw geenszins opgelost. Zomin in de slavernij als in de vrije we reld voelt zij zich op haar plaats, tot zij tenslotte haar werkelijke bevrijding als mens vindt. Een fascinerende avontuurlyke roman vol kleur, van een van Amerika's grote hedendaagse schrijver. De uitstekende vertaling is van C. J. Kelk. (Elsevier, Amsterdam). Ook in de „Parelsnoer"-reeks van Foreholte te Voorhout verschenen twee goede boeken, deze beide ver taald uit het Frans. „Le moisonneur d'épines" van Georges Govy dat in 1955 de Prix Renaudot verwierf, ver scheen onder de titel „Zaaier in de wind" en van de in ons land reeds be kende Gilbert Cesbron bracht deze zien" (Vous verrez le ciel ouvert). uitgeverij „Gy zult de hemel open „Zaaier in de wind" behelst het tra gische levensrelaas van een man, Ri chard Stanley, zoon van een Engelse vader en een Russische moeder, die na de dood van zijn vader tydens de bolsjewistische opstand in 1917 Odes- sa verlaat om een zwervend leven te gaan leiden in vele landen van Euro pa en Azië. Hij is op zoek naar een ideaal land zonder geweld en lijden, maar blijft, waar hy ook komt. in Egypte, India, Spanje. Polen, een zaam omdat overal onrecht en ver drukking aangetroffen worden. Ten slotte hevig teleurgesteld, verlangt hy terug naar het mooie land van zijn jeugd. Doch er is geen terug, en op gruwelijke wyze gaat Stanley ten on der. Het boek van Cesbron herinnert in gegeven aan de Nederlandse roman „De dreigende heuvels" De Amerikaanse schrijver Leon M. Uris, wiens oorlogsroman „Gezworen kameraden" een zestiende druk haal de, weet bijzonder goed hoe hy een boek moet componeren. Dat blijkt ook weer uit het thans by Uitgevery Drukkerij „Hollandia" N.V. te Baarn verschenen werk „De dreigende heu vels"; een uiterst logisch opgebouwd verhaal over de alleszins merkwaar dige lotgevallen van een Amerikaan tijdens de Duitse invasie in Grieken land. „Logisch" dan voor wat de structuur van het verhaal betreft, want de logica in de avonturen, die de held uit dit verhaal beleeft, is soms wel eens een weinig zoek. Leon Uris slaagde er namelyk beslist niet in om met deze roman een overtuigend en indrukwekkend beeld te geven van de navrante gebeurtenissen tydens de oorlog in Griekenland. Hij gebruikte, die omstandigheden uitsluitend om zijn verhaal de nodige spanning mee te geven, maar dat deed hij dan ook zodanig, dat „De dreigende heuvels" de spanning kreeg van een goede de tective. Voor het overige dompelde hij zijn geesteskind in een dik romantisch sausje, voor en aleer het over te ge ven aan de uitgever. Maar nogmaals: deze bezwaren neemt men gaarne op de koop toe, dank zij de talenten van Uris om een verhaal boeiend op te dissen. van Arle van der Lort over het ver- clwynende bergdorp Tignes, maar het in veel en veel beter geschreven. „GU zult de hemel onen zien" beachryft de situatie in het bergdorpje „Le* Ra- mëgen" dat door de bouw van een stuwdam gedoemd is, onder water te verdwynen. Deze omstandigheden zouden op zichzelf voldoende zyn om allen in rep en roer te brengen, maar de vreemde werklieden met hun aan hang maken de zaak nog gecompli ceerder. Men beraamt een plan om het werk te vernietigen, doch dan be weren drie halfwas kinderen een ver- schyning te hebben gehad. ZH hebben de maagd Maria op een der kantelen van de stuwdam gezien een ge beurtenis die door Cesbron heel vry wordt behandeld. Deze verschyning heeft een beslissende invloed op de gang van zaken in het dorpen in deze boeiende roman die op lovens waardige wyze door J. W. Hofstra vertaald werd. Tenslotte vermelden we nog een nieuwe uitgave van „Gervaisevan Einile Zola (b(j ons bekend als „De kroeg") gebracht door Bigot Van RosNiim te Blaricum. Deze uitgave van het meesteriyke, aangapende werk is echter alleen bestemd voor mensen met zéér goede ogen, het let tertype is minuscuul. i-"M'HiMTïïinir" §5) Ws&smJïmm ;V.-" t DOSTOJEWSKI: DE HALFVOLWASSENE Wally Moes: verrassende „Dorpsvertellingen" In de Salamanderserie verschenen herdrukken van Adriaan van der Veens belangrykste roman „Het wil de feest", een goed liefdesverhaal over een Hollander die in Amerika verliefd wordt op een Joods meisje, en „Casanova's terugkeer" van zelfsprekend ook een liefdesroman, ditmaal spelend in Italië van de Oostenrijkse arts-schryver Arthur Schnitzler (1862-1932). (Querido, Amsterdam. De Nimmer Dralend-reeks van Nygh en van Ditrnar, Den Haag, bracht de zesde druk van „Uit het kleine ryk" van Antoon Coolen, een boek over de vreugden die een vader beleeft aan z(jn gezin, oorspronkeiyk geschreven voor een tydschrlft, ge- wyd aan moeder9chapszorg. Een kos- telijk werkje, waaraan alle ouder» van kleine kinderen veel plezier bele ven. Bijzonder blij zyn we met een her druk van de „Dorpsvertellingen" van Wally Moes (185&-1918) in dezelfde reeks. De Gooise novellen van deze in vergetelheid geraakte schryfster zul len een verrassing zyn voor de velen die ze niet kennen. Ze zyn een men geling van frisse directheid en tedere gevoeligheid en ze weten ook thans, evenals vyftig jaar geleden, nog te treffen en te boeien. J. M. Meulenhoff te Amsterdam bracht twee zeer interessante her drukken, nl. de vyfde van „Der liefde bloemsems", een der boeiendste „Ita liaanse" boeken van Arthur van Schendel, spelend in de late middel eeuwen (de bekende fraaie Romulus- editie) en voorts de tweede druk van „De zevende haven" van Karei Jonck- heere, een briljant, dichteriyk reis verhaal over Zuid-Amerika, Cuba en Mexico. Het is het laatste deel van een reeks van drie; „Cargo" en „Tier- ra Calienta" gingen er aan vooraf. Een uitermate boeiend, kleurig en feurig journaal, vol mooie evocaties, v. „het orkest speelt flink en vooral de xvlofonist heeft een stem vol man- nelyk fluweel. Zelfs als ze gevyven in koor zingen, soms driestemmig, brandt de fazant-bruine vlam uit zyn keel nog boven". Dit Is de dichter Jonckheere. Jean-Jacques de Grave vervaardigde enkele goede illustra ties voor het boek. Tenslotte een tweede druk van Dostojewski's „De Halfvolwaase- ne" (Prodróstok) vertaald door S. van Praag (Prismaboek. 2 -dln. Spectrum, Utrecht). Een der minst bekende werken van de Rus sische schryver, een boek uit zyn laatste periode dat, hoe goed op zich zelf ook, in de schaduw is ge bleven van het daarna volgende „De gebroeders Karamazow". Een groots boek, dat men zelden voor zo'n luttel bedrag zal kunnen aan schaffen. (Dit boek is in ons land ook onder de titel „De jongeling" verschenen). EEN ONMISBAAR INSTITUUT (Van een speciale verslaggever Amsterdam mag dan 't ernstigste, door vracht wagens veroorzaakte, verkeersknelpunt kwijt zijn, de Nieuwezijds met zijn bodediensten de expediteurs zijn overi gens helemaal niet zo blij met hun nieuwe cen trum er blijven nog genoeg plaatsen in deze veel te nauwe stad over waar de zaak vastloopt door 't in- en uitladen van goederen. Op de grachten bijvoor beeld, zoals het Singel achter de Ronde Luther se Kerk. Of voor Hee rengracht 124128, het gebouw met zlln ronde noorten, dat alles her bergt, wat te maken heeft met boeken. Waar onder ook het Bestelhuis van de Boekhandel. Een unieke instelling, voor Nederland en voor heel Europa eigenlijk. Een onmisbaar instituut, zeggen uitgevers en boekverkopers. Een gigantisch bedrijf, waar Het Boek in kilo's wordt uitgedrukt. Een soort trechter, zoals de directeur van het Be stelhuis, de heer H. Oos terhuis, het noemt. Maar dan een trechter met 350 openingen en duizend tuitjes. Waarom die om weg? vraagt de leek, die gehoord heeft, dat ieder boek dat hij bestelt via Amsterdam bij zijn boekhandel is terechtge komen. Die openingen en die tuitjes geven het ant woord. Er zijn in ons land onge veer duizend erkende boekhandelaren en 350 uitgevers. Ieder van die duizend boekverkopers heeft met het allergroot ste deel van die uitge vers te maken. Dat be tekent, dat lede* van die uitgevers stuk voor stuk zo'n kleine duizend klan ten heeft te bedienen. En het betekent ook, dat er vrijwel geen branche denkbaar is of het moest 'n warenhuis zijn dat zoveel verschil lende leveranciers heeft. HISTORISCH PROBLEEM Dat is niet een probleem van de laatste jaren. Vroeger, in de achttien de en negentiende eeuw, toen evenals tegenwoor- gen des Boekhandels, vond dat die belangen inderdaad moesten wor den behartigd. Er kwam natuurlijk een commis sie. Maar daar bleef het niet bij: in 1872 kwam 't Bestelhuis van de Boek handel tot stand, dat het werk van de correspon denten (ten dele) over nam. De eerste indruk die men bij een bezoek aan het Bestelhuis krijgt, is chaotisch; rond een hou ten kantoortje in een enorme hal liggen pak- */*/*V*SAAAWVWW*NAA«'VWW'A*V\<\** Met 350 openingen en 1000 tuitjes VVV\V^\VVVVV^M\V\\VVVV\VAV*VW/^ dig, een groot aantal uit gevers in Amsterdam was gevestigd, plach ten de boekverkopers in de „provincie" in Am sterdam hun belangen aan een zogenaamde correspondent toe te ver trouwen. Zo'n correspon dent. die meestal zelf boekhandelaar was, kreeg zijn bestellingen voor de verschillende uitgevers binnen en ver kocht de boeken aan wie die bij hem bestelden. In de tijd van de trekschuit en een veel langzamer postverbinding was dit de enige methode om het bestellen van boeken niet al te ingewikkeld te maken. Maar van liever lee begonnen die corres pondenten elkaar te be concurreren en de boek verkopers-uitgevers in 't land waren daar de dupe van. De op 11 augustus 1815 opgerichte vereni ging met de lange naam, de Vereenlgtng ter be vordering van de belan ken. pakken en nog eens pakken, die allemaal boeken bevatten. Na vijf minuten beter rondkij ken blijkt dit allemaal bijzonder simpel te zijn. Het gaat zó: Boekhandel A bestelt bij een uitgever een bepaald boek En bij een tweede uitgever ook een bepaald boek. Maar die twee uitge vers hebben niet al leen van boekhande laar A een bestelling ontvangen, maar nog van tien of meer an dere boekhandelaren ook. Zij maken hun bestellingen klaar: 'n pakje voor boekhan delaar A en mis schien nog 25 pakjes voor boekhandelaren B tot Z. Dat gaat al lemaal In één gróót pak, naar het Bestel huis. En daar wordt het gewogen: zoveel kilo behandeld voor uitgever één en zo veel voor uitgever twee. Het komt op 'n kaart die later admi nistratief verwerkt wordt. In dat pak zit ten dus de boeken voor boekverkoper A en voor de rest. A en de rest. duizend stuks, hebben alle maal een vak ie of een vak, al naar hun om vang een curieuze omstandigheid is, dat die opstanden van hout met hun vakjes al 80 jaar oud zijn. En in het pak van uitgever twee zit óók een pakje voor boek handel A. En dat komt óók in diens vakje. Per dag, per week, of hoe de boek handelaar dat graag wil hebben, worden al die pakjes uit zijn vak gehaald en bij elkaar gepakt in één groot pakket. Het wordt gewogen en 't gewicht komt op de kaart van meneer A. En daarna wordt het verzonden. Een trechter en 'n zeef: 350 openingen van bo ven voor de uitgever*, 'n sorteerapparaat met 60 man personeel en daarna 1000 openingen, waar nieuwe pakketten uitrol len. In vrachtwagens, die overal in 't land ko men, maar op zo'n gracht niet thuishoren. Wat dan ook één van de redenen is de voor naamste is ruimtege brek om het Bestel huis te verplaatsen. Ver moedelijk naar een ter rein aan de Jan van Ga lenstraat. Er gaan bij dit Bestel huis per jaar zo'n zeven en een half miljoen kg boeken door de trechter en bij 'n gemiddeld ge wicht van een pond per boek, betekent dit 15 miljoen boeken... Een van de vele charmante teke ningen, die Dacine maakte voor het boek „Geliefde Gevangene" van Ve ronica Henriques. Treffend is de symboliek van dit plaatje, waartn de tegenstelling tussen de wrjjheid Mn het meisje en de gebondenheid van haar geliefde wordt weergege ven. „Geliefde gevangene" is een blijmoedige roman De Engelse schrUfster Veronica Henrique* beschrijft in haar roman „Geliefde Gevangene" een vurige ro mance tussen een jong Engels ver- slaggeefstertje eneen in de gevan genis opgesloten moordenaar. Mocht net gegeven gedurfd en onwerkelijk zyn, Veronica Henrique* heeft er een aantrekkeiyk verhaal van gemaakt, dat opvallend Is door de opgewekte en blymoedlge toon. Weliswaar ls de roman eenvoudig van opzet en zonder twyfel heeft de schrijfster het zich niet te moeiiyk willen maken door slechts enkele mar kante figuren de revue te laten pas seren, figuren, die daardoor gedoemd zyn een type te worden, toch zal de lezer onder de indruk komen van haar ontwapende en meeslepende schryf- trant, haar rake typeringen en haar aanvankelijk bevreemdende maar na derhand overtuigende eerlykhcid. Het boek is in ik-vorm geschreven. Het eindigt in pessimistische geest, als namelijk biykt, dat van vrijlating van de gevangene voorlopig geen sprake is. ..Geliefde Gevangene" telt 211 pagina's en ls op charmante wijze verlucht met tekeningen van Dacine. De roman is een uitgave van Ad. M. C. Stok, Zuid-Hollandse Uitgevers maatschappij, Den Haag. Hans de Vries vertaalde het boek. „Het ruist in de dennen", roman over een natuurmens Het romantische leven van een ty pische Zweedse natuurmens ver haalt de schryfster Helmer Llnder- holm in haar roman ..Het rulst in de dennen". Het is een bizar boek waar van de titel even goed zou kunnen luiden: „Het stormt in de dennen", gezien de hevige maatschappelijke te genstellingen én de hartstochtelijke liefdesscènes, die Helmer Linderholm met eerlijke openhartigheid beschryft. Op sommige momenten dreigt haar openhartigheid echter stuitend te wor den begint men te twyfélen aan de waarheidsgetrouwheid van het be schrevene. Niettemin, een boek als dit weet altyd te boelen, al was het al leen maar om de aparte sfeer, die heerst in de stille bossen, op de kale vlakten en de geheimzinnige ysvelden in Zweden, een sfeer, die Helmer Lin derholm frappant weet te treffen. Ingvar Bjornberg is de hoofdper soon in deze roman, die uitgegeven werd by Ad. M. C. Stok, Zuid-Holland se Uitgevers Maatschappy in Den Haag. Hy is één van de gevreesde Finnn euvel bewoners, die clandestien drank stoken en stropen, waarbij hun messen veelal een weinig te los zitten. Vanzelfsprekend is het leven van dit soort mensen een ideaal thema voor een roman, vooral als er dan nog het eer en ander geschiedt op het terrein van de liefde. „Het ruist in dc den nen" ls een geautoriseerde vertaling van het Zweedse werk door M. de Gelder-Jansen. Marits Rietdijk ont wierp de band en de stofomslag en de illustratieve verzorging is van de hand van Alfred Mazure. Het beste met uw nachtrust By Elsevier Amsterdam Brussel is een boek verschenen voor de door-gewin terde bed-lezers namelyk „Nacht en Ontij, beroemde spook-griezelverha- len". B. Jessurun Lobo bracht deze verzameling byeen en schreef er een inleiding bij Hy wijst er daarin op. dat deze bundel a!s een vervolg kan worden beschouwd op een reeds eer der verschenen soortgelyk boek ..Voor en na middernacht". Wie echter de beide bundels vergelijkt zal belangrij ke verschillen in geaardheid waarne men. Bevatte de eerste bundel talry- ke spookverhalen, deze nieuwe verza meling heeft er minder, doch bevat veel meer van de combinatie „humor- horror", die overigens door „kenners" allerminst wordt versmaadt! Wy ko men er eerlyk voor uit: met deze nieu we bundel zyn we plezierig en grieze lend menigmaal de nacht ingegaan, vooral ook omdat vry wel elk verhaal een stukje superieure vertelkunst is. Wanneer men met mate van dit boek gebruik maakt bijvoorbeeld één verhaal per nacht dan heeft men voor ruim drie weken voldoende Mogen wil deze bespreking thans ein digen met dezelfde woorden, als die waarmee verzamelaar zijn inleiding besluit? „En nu maar het beste met uw nachtrust gewenst

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1957 | | pagina 13