O
D
Vliegen: kostbare (dus zeldzame)
sport voor vrouwen
,UW HUIS.... ZOALS HET
WORDEN KAN
He
I'OI.Y
COLOR
VRIJDAG 1 JUNI 1956
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
9
nae
ACHTER EEN ZOEMEND MOTORTJE
Nederland heeft beschikking over
twee vliegende echtparen
Er zyn in ons land twee vliegende echtparen: de heer en mevrouw Van
HulzenDoezie te Zeist en de heer en mevrouw KriesHopman te La
ren. Beide echtparen zijn lid van de Goois-Stichtse Aeroclub. Het echt
paar KriesHopman beschikt over een eigen toestel.
Behalve de dames Van Hulsen en Kries zijn er nog drie vrouwen, die
een vliegbrevet hebben en ook nog regelmatig vliegen. Het zijn dr. Ve-
ninga, een arts uit Amsterdam, mej. Ida Veldhuyzen van Zanten uit
's-Graveland, de eerste Nederlandse vrouw, die een passagiersvliegtuig
bestuurde en mevrouw Koole te Amsterdam. De overige gebrevetteerde
Nederlandse vrouwen vliegen niet meer, of verblijven in het buitenland.
Het zijn: mej. Beatrix de Rijk te 's-Gravenhage, mevrouw Corita van
Alphen te Rotterdam, die in 1931 haar brevet kreeg, mejuffrouw Ver
sluis te Delft, mevrouw Versteeg, een doktersvrouw uit Breda, mevrouw
Hoekstra te 's-Gravenhage en mejuffrouw De Veer, eveneens uit Den
Haag.
Veronica Volkertz, de eerste vrouw ter wereld, die een Gloster Meteor
vloog, exploiteert thans met haar man een luchttaxi-dienst in de V.S.
Of mejuffrouw Schuurman, dochter van onze consul-generaal tijdens de
oorlog te New York, nog vliegt, is niet bekend. Zij vloog in de oorlog
beschadigde R.A.F.-toestellen van en naar de fabrieken.
Is vliegen, zelf zo'n sport
vliegtuigje besturen nu eigenlijk
een sport voor vrouwen?
Die vraag hebben we voorgelegd
aan mevrouw Ans van Hulsen
Doezie te Zeist moeder van twee
kinderen die zich in enkele jaren
enige faam verwierf in de vliegwe
reld. In 1953 won zij samen met
haar man, een fabrikant van far
maceutische artikelen, de felbegeer
de zilveren vleugel van Amsterdam,
de trofee van de jaarlijkse traditio
nele navigatiewedstryd boven Neder
land voor sportvliegers. Het was de
eerste keer, dat een vrouw deze
prachtige wisselprijs ontving.
„Waarom zou vliegen geep sport
voor vrouwen zyn?" was haar we
dervraag.
„Vliegen is geen heksenwerk of 'n
zelfmoordpoging, zoals er nog zoveel
mensen denken. Het is eenvoudiger
een vliegbrevet te halen dan een rij
bewijs voor een auto. En ik vind het
gevaarlijker met een auto door de
drukke stad te manoeuvreren, daii.
met een sportvliegtuigje in de lucht
te hangen. Een goed automobilist;
moet altijd rekenen met de fouten-
welke anderen zouden kunnen ma
ken. Maar in de lucht kom je niéts
tegen en kun je altijd nog rekenen
op de gronddienst, die over je vei
ligheid waakt. Pas wanneer je zelf
gekke streken zou uithalen, zou het
vliegen onverantwoordelijk wor
den
Waarom er dan sinds 1911, toen
de eerste Nederlandse vrouw,
Beatrix de Rijk, haar brevet
haalde, niet ipeer dan een twin
tigtal dames de vliegerij tot haar
hobby maakte? Dat is weer een
heel andere kwestie. Het is en
blijft een vrij kostbare liefhebbe
rij waarvoor wij ons dan ook
verschillende andere genoegens
(graag) ontzeggen. Om te begin
nen de opleiding. Reken maar,
dat je brevet je 1200 kost,
want je moet minstens dertig
vlieguren hebben en elk lesuur
bij de N.L.S. kost 40. Als je in
de gelukkige omstandigheid ver
keert zoals ik, dat je man zijn
brevet heeft en het je spelender
wijs leert, is het natuurlijk even
anders. En nog gunstiger wordt
het, wanneer je nog een tegemoet-
koming krijgt uit het Anthony
Fokkerfonds, want ook dat is
mogelijk. Maar goed, heb je je
brevet eenmaal, aan wil je vlie
gen. Kosten: 29 per uur. En
daar komt natuurlijk nog wel
eens wat bij
De heer Van Hulsen gelooft niet,
dat alleen de kosten een rol spelen
bij de vraag, waarom er maar hoog
stens drie of vier dames in Neder
land nog vliegen. Ook de groep van
mannelijke sportvliegers is maar be
trekkelijk klein.
Geen overheidssteun
De Nederlandse overheid lijkt de
betekenis van de sportvlieger^ te
onderschatten, terwijl toch in de
oorlog in Engeland bleek, hoe bruik
baar deze is voor koeriersdiensten,
vervoer van gewonden en zieken en
het vliegen van kisten, die gerepa-
reerd moesten worden.
Tijdens de Februari-ramp van '53
in Zeeland werd buitenlandse vlie
gers gelegenheid gegeven tot hulp
verlening. De instructeurs van de N.
Li. S; en de sportvliegers, beiden be
langeloos en direct beschikbaar,
moesten uit de lucht blijven.
„Begrijpt men dan niet, hoe nut
tig het kan zijn over een dertigtal
feoefende sportvliegers te kunnen
eschikken? Waarvoor wordt deze
mensen niet wat meer medewerking
gegeven, in plaats van tegenwer
king
Als men met een sporttoestelletje
ovër Nederland vliegt, blijkt het een
van de mooiste landen te zijn. Over
al liggen de prachtigste terreinen
voor eventuele noodlandingen. Maar
als je je geroepen zou voelen
geschikt! - - -
cfheid ervan te proberen, kan
vrouw bei
den vliegen, geeft dat geen moei
lijkheden in de cockpit?"
„De ervaring heeft ons in dit
opzicht de stelregel ingegeven:
wie vliegt, is verantwoordelijk",
zegt mevrouw Van Hulsen
lachend. „Al wordt er volgens
idee van de een nog zo'n gekke
koers gedraaid, de ander bemoeit
er zich niet mee. Wie vliegt,
doet het. En dat is de beste ma
nier om vrede te houden. Maar
laat ik zeggen, dat er wel wat
tact voor nodig is! Mannen weten
het. toch altijd beter en boven
dien denken ze vaak alleen maar
aan zichzelf.
siast hebben gemaakt voor hun ge
zamenlijke liefhebberij. „Dé beste
manier daarvoor is, de mensen zelf
een keer mee de lucht in te nemen",
zegt de heer Van Hulsen. „Zo heb
ben we al eens een 82-jarige dame
volledig van mening doen verande
ren, en ook een vader, die z'n zoon
de vliegerij verboden had onder het
motto: waaghalzerij, levensgevaar
lijk! De zoon is nu een prima straal
jagerpiloot."
„Ja zegt mevrouw Van Hulsen,
„ik wou dat iedereen ons land eens
kon zien vanuit zo'n klein „Pipertje."
Er valt iets van je af, als je zo heer
lijk achter je zoemende motortje
„drijft". En dat hebben we op zijn
tijd allen wel eens nodi-' Niet alleen
de huisvrouw, doch vooral de zaken
man met zijn vele beslommeringen
en zorgen."
Scherpe aanval op
onze „make-up"
Londen, mei. Een Amerikaanse
huidarts heeft in een artikel in „The
Practïcitioner" gewaarschuwd, dat
de lipstick van een vrouw haar echt
genoot een huidaandoening kan be
zorgen. Deze arts heeft trouwens
over het algemeen weinig vriendelijk
te vertellen over de meestal prij-
Jeuk is erger dan pijn!
DÉBRQLME
Goed en
snel helpt
cosmetica, waaraan de mo-
vrouw welhaast verslaafd
zige -
derne
raakt.
Pancake, poederdonsjes, wimper
krullers, zonnebrandolie, haarverf,
shampoos, nagellakken, wenkbrauw-
penselen, transpiratiewerende vloei
stoffen en parfums kunnen volgens
hem allemaal huiduitslag veroorza
ken.
De verjongende werking van ge-
vitaminiserende hormonencrème is
zeer dubieus, aldus de huidarts, die
hier overigens optimistisch aan toe
voegde, dat deze rèmes in elk geval
niet schadelijk zijnVolgens hem
zouden de in de crèmes verwerkte vi
taminen meer uitwerking hebben
wanneer zü door de mond ingenomen
werden. Een met hormonencrème
behandelde droge huid wordt, zo zegt
hij, alleen enigszins zachter door de
crème zelf en niet door de hormonen.
Dr. Hodgson besloot zijn weinig
troostrijke verhandeling met de
volgende opmerking:
„Het verminderen van de soe
pelheid der huid bij het stijgen der
jaren en het dunner worden van
deze huid plus het ontwikkelen
van kraaiepootjes is te wijten
aan het degenereren van het bind
weefsel. Dit verschijnsel doet zich
hoofdzakelijk voor op die li
chaamsdelen, welke blootgesteld
zijn aan het licht en het is uiter
mate onwaarschijnlijk, dat dit
proces door een plaatselijke be
handeling beïnvloed kan wor
den
Ans van Hulsen-Doezie te Zeist wonsamen met haar man, in 1953 als
eerste vrouw de trofee van de jaarlijkse, navigatiewedstrijd boven Neder
land voor sportvliegers. „Autorijden is gevaarlijker dan sportvliegen"is
haar mening
Tentoonstelling in
Middelburg en Oostburg
(Van onze redactrice.)
Goede, gedegen voorlichting op het
gebied van huisraad en woningin
richting is in ons land nog steeds
geen overbodige luxe, in het bijzonder
hi de dure tijd waarin \vy leven. Hoe
.nuttig dergelijke voorlichting op gro
te schaal kan zijn, is in onze provin
cie enkele jaren geleden wel bewe
zen, toen tengevolge van de fe
bruari-ramp honderden gezinnen
plotseling werden geconfronteerd
met de noodzaak, een geheel nieuwe
inboedel aan te schaffen. In die tijd
heeft de wonïngtentoonstelling van
de Plattelandsbonden en de Stichting
voor de Landbouw menig getroffene
aan praktische en goede ideeën ge
holpen.
Binnen enkele dagen zal men in
Zeeland opnieuw een dergelijke ten
toonstelling kunnen bezoeken. In
Middelburg en Oostburg wordt onder
het motto „Uw huis zoals het
worden kan" een expositie gehouden
van woninginrichting in de ruimste
zin des woords.
Deze tentoonstellingen, georgani
seerd door de gezamenlijke platte
landsvrouwen- en boerinnenorganisa-
ties, hebben tot doel de plattelands
bevolking objectieve voorlichting te
verstrekken op het terrein van huis
raad en woninginrichting. Deskun
digen uit deze vrouwenorganisaties
zochten, met medewerking van een
binnenhuisarchitecte. het tentoon
stellingsmateriaal uit, waarbij werd
uitgegaan van goede kwaliteit, prak
tische bruikbaarheid en goede vorm
en kleur. Ingericht werden keukens,
kamers, slaapkamers, badgelegenhe-
den en een afdeling huishoudelijke
toestellen, waarbij zoveel mogelijk
rekening gehouden werd met woning
bouw en omstandigheden ten platte
lands. Ook wordt een maquette van
een centrale diepvriesinrienting voor
het conserveren van slachtprodukten,
groente en fruit getoond. v
Om het voorlichtend element zo
froot en effectief mogelyk te ma-
en, geschieden rondleiding en
toelichting op deze expositie door
plattelandsvrouwen en -meisjes,
die hiervoor een speciale opleiding
hebben ontvangen. Daarom is het
aan te bevelen, dat belangstellen
den voor deze expositie zoveel mo
gelijk in groepsverband komen.
Zowel bezoeksters als rondleid-
sbers zijn hierbij gebaat!
In de loop der jaren is gebleken,
dat de belangstelling voor deze vorm
van voorlichting sterk groeit. Voor
de plattelandsvrouw vooral zijn deze
exposities van zo groot nut, omdat
vele moderne snufjes op het terrein
van huisraad en woninginrichting
het platteland vrij laat, soms zelfs
helemaal niet bereiken.
De tentoonstelling, waarmede het
gehele Nederlandse platteland be
zocht werd, is in de Concertzaal in
Middelburg te zien van 8 tot en met
14 juni. In Oostburg, in de aardappel-
bewaarplaats, komt de expositie van
20 tot en met 27 juni. In beide plaat
sen is de tentoonstelling, welke voor
iedereen gratis toegankelijk is, alle
werkdagen van tien tot tien uur ge
opend.
Regenmantels liggen de Nederlandse
vrouw na aan het hart Nog niet zt
heel lang geleden waren het kleding
stukken van onbestemde kleur eri
mannelijke snit, grauw en kleurloos
als de regendagen waarvoor ze be
stemd waren. Gelukkig is hierin dt
laatste jaren een grote verandering
gekomen; de hedendaagse regenman
tel wordt niet alleen in modetinten
gemaaktmaar ook de coupe gaat
met de mode mee. De regenmantel
op de foto is van rode Zwitserse
poplin met laaggeplaatste zakken.
Het modél heeft een aangezette klok
kende strook, zodat de zoom niet
kan wijken.
Voor jaarsu ariatie op
culinair gebied
Wanneer enige tijd dezelfde groen
tesoorten op tafel zullen verschijnen,
willen we ze wel eens op verschillen
de manieren klaarmaken. Gaat
bloemkool met melksaus, kaassaus
of tomatensaus vervelen en hebben
we een vorige keer de bloemkool al
leen met gesmolten boter opgediend,
dan maken we er nu eens een groen
teschotel met gehakt van volgens
dit recept:
1 middelmatig grote bloemkool,,
200 g gemengd gehakt, 2 be
schuiten of sneetjes oud brood
zonder korst, zout, foelie of
nootmuskaat (kerriepoeder), bo
ter of margarine.
Het. gehakt pittig aanmaken met
fekruimelde beschuit of geweekt
rood, zout, foelie of nootmuskaat
en desgewenst kerriepoeder. Van het
-yehakt kleine balletjes vormen. De
ilöemkool schoonmaken en in stuk
ken verdelen. De bloemkool opzetten
met weinig kokend water met wat
zout (en een stukje foelie) en gaar
koken in ongeveer 20 minuten. De
laatste 10 minuten de gehaktballetjes
meekoken. In een koekepan boter of
margarine lichtbruin laten worden en
de groente ermee bedekken.
Parlementaire miniaturen (VI)
/Hef. mz. /J. <3*eelmbez£j: zeLfostanbiq
(Van onze parlementaire redacteur)
He.t Tweede-Kamerlid mejuffrouw
mr. J. Zeelenberg, deed op ,16 sep
tember 1952 voor de Partij van de
Arbeid haar intrede in het parle
ment. Mejuffrouw Zeelenberg, een
enigszins spichtige vrouw met scher
pe gelaatstrekken zij is op 26
juli 1903 geboren en nu dus 53 jaar
oud is een zelfstandig denkster
en in het algemeen een zelfstandige
vrouw. Zij durft in haar opvattin
gen af te wijken van anderen, ook
van haar partijgenoten; zij verde
digt in zulke gevallen haar ziens
wijze intelligent en bondig.
Zij studeerde in de rechtsweten
schappen aan de Rijksuniversiteit in
Leiden. Daar is zij blijkbaar door de
rechtsproblemen gefascineerd ge
worden. Deze nuttige belangstelling
in samenwerking met haar natuur
lijke aanleg voor de juridische stu
die maakten haar tot een knap ju
riste.
In de Tweede Kamer blijkt dat,
doordat zij zich met gemak beweegt
op de velerlei terreinen van het
recht. Zij geeft er een gefundeerd
oordeel zowel over octrooi- en pa
tentkwesties als over onderdelen van
het familierecht, de rechterlijke or
ganisatie en de opleiding van juris
ten.
Hoezeer zij aan de formele rechts
regels hecht ervoer de Tweede Ka
mer niet lang geleden, toen er het
wetsontwerp tot opheffing van de
handelingsonbekwaamheid van de
gehuwde vrouw aan de orde was en
zij tegen haar fractie in een beperk
te vrijheid van de gehuwde vrouw
ten aanzien van het nuwelijksgoede-
renrecht voorstond.
Dat zij zich sterk inleeft in de
materie, die zij in de Tweede
Kamer te behandelen krijgt, be
wees zij o.a. in 1953, toen zij een
knap aandeel leverde in de dis
cussies met de tijdelijke raadad
viseur prof, Meijers over de
vraagstukken betreffende het
nieuwe Burgerlijk Wetboek.
Mejuffrouw Zeelenberg Nancy
Zeelenberg, zoals zij in ae kring der
vertrouwden heet- is behalve een
bekwaam juriste met een grote lief
de voor het recht, ook een goed
spreekster. Zij is advocaat en pro
cureur; zij was lid van de Provin
ciale Staten van Zuid-Holland en zij
is lid van de Rotterdamse gemeen
teraad.
Op 19 januari 1956 benoemde de
Rotterdamse raad haar tot wet-
houdster van financiën en het ha
venbedrijf. Dit betekende, dat zij de
eerste vrouwelijke wethoudster in
de drie grote steden in het westen
des land Amsterdam, Rotterdam
en Den Haag werd.
OZOtifO
tot OZÓtiH)
Het jaar van zijn herdenking la
begonnen, en Amsterdam is
voor een schoon seizoen het
middelpunt van de wereld gewor
den. Juist zoals het dit was in de
dagen van zijn mannelijkste en
rijkste jaren maar het accent is,
betekenisvol, verschoven.
Het Amsterdam van toen: een
pasgekroonde, zelfbewuste keizerin,
wier schepen de wereldzeeën „be
schaduwden met haar zeilen", en die
zich paleizen bouwde aan haar
grachten met het goud der wereld
markten. Die met de ruimhartige
gastvrijheid der schrandere baat
zucht joden, vreemdelingen en' ver
volgden geld, arbeidskracht en
intelligentie onderdak verleende.
En die^ allereerst bedacht op ver-
/Czans occr 7Zembzanbt
rijking en vertoon, zich liet hof liet
maken door de kundigste en be
gaafdste kunstenaars. Vondel de
dichter, Van Campen de bouwmees
ter, Rembrandt de schilder.
Het Amsterdam van thans: een
onttroonde, vermoeide keizerin in
een uitgewoond paleis haar sche
pen varen nog. maar het rijk over
zee is verdwenen; de joden zijn uit-
femoord, de patricische grachten-
uizen voor bewoning opgegeven,
de grote namen verklonken, de. drif
tige bloei ontbladerd. 'V
Ma
aar in het hart van een ont
luisterd en vermoeid Amster
dam worden tegelijkertijd,
met eerbiedige bereidheid bijeenge
bracht, de schilderijen opgehangen
die de molenaarszoon uit Leiden bij
zijn leven nauwelijks verkopen kon,
maar die de wereld nu graag met
goud zou beleggen. En de naam
Rembrandt beheerst voor één zo
mer de 'voorpagina der wereldpers,
en zet stoeten van pelgrims in be
weging.
Driehonderdvijftig jaar geleden
werd hij geboren, deze zoon van
Harmen van Rijn, die in de maag
schap der regenten werd opgeno
men door zijn huwelijk met een
burgemeestersdochter, om tenslotte
in zijn verarmde weduwnaarschap
enkel nog warmte en steun te vin
den bij een ongeletterd boerenmeis
je uit Waterland.
En zo hoog is zijn eenzaam genie
gestegen, dat het spraakgebruik
over de gehele wereld de achter
naam, die hem nog bond aan een
tijd, een geslacht, een stand, als
overbodig heeft losgelaten. Alleen
de voornaam is gebleven als een
monument, een begrip dat aan rijk-«
dom nog steeds niet is uitgeput.
Al die dingen zijn verrassend en
troostrijk om te bedenken bij de
aanblik van zijn schilderijen, uit
ontoegankelijk particulier bezifc
ver verwijderde musea a:
om- tot een unieke galerij gegroe
peerd te worden rond het nationaal
kleinood: „De Schuttersoptocht, of
het Korporaalschap van kapitein
Frans Banning Cocq en luitenant
Willem van Ruijtenburch". Een fie
re en dagheldere voorstelling, die
botte verwaarlozing en valse ro
mantiek kortzichtig hebben vervalst
tot: „De Nachtwacht".
Het is trouwens niet minder dan
een mirakel dat dit kroonjuweel
daar nog ongeschonden aan de wand
hangt. Uit de smook van turfvuur
en schutterspijpen weggesleept naar
een stadhuiskamer, op maat versne
den om als muurpaneel tussen twee
deuren te passen vervuild en ver
somberd, bekrast door een queru
lant, geraakte het tenslotte in de
onthutsende meidagen van zestien
Jaar geleden hachelijk op drift, tot
iet eindelijk weer triomfantelijk
huisfoe kon varen en het schip
heette, even waar als schoon; „Van
God Gegeven".
Jezifc en
gestaan
et zou een toepasselijk motto
boven de deur dezer tentoon
stelling kunnen zijn. Er zullen
heel wat fraaie officiële woorden
worden gesproken en geschreven bij
zijn herdenking, en de regenten van
zijn portretten en colleges, met ho
ge hoeden en aktentassen vermomd,
zullen weer vooraan staan bij de
bezichtiging van zijn oeuvre, dat
hen nog altijd niet tot een waardig
monument heeft geïnspireerd.
Maar dat laatste is ook niet no
di»..want achter hen volgen de
zwijgende man en vrouw uit het
volk, die hij levenslang heeft gade
geslagen en zonder verfraaiing
maar met grote innigheid heeft 'ge-
conterfeit voor een naamloze on
sterfelijkheid.
De Keukenhof bloeit alle jaren:
maar het teder gebaar waarmee
Hendrikje Stoffels het wiegekleed
beroert is alleen deze zomer in
Amsterdam te genieten. En de
dankbaarheid daarvoor is als de
liefde tot zijn land, elk waarachtig
levend mens aangeboden.
SASKIA.
Crème
Shampoo
L Pastell
gemakkelijk
en l; kunt
het thuis
/.elf «liieii!
I in één simpele haarwassing
bijgetint (niet geverfd!) in de eigen
kleur of een modieuze nuance naar keuze j
grijzend haar volkomen bedekt
een rijke volle glans
het haar grondig gereinigd.
«ral
r ponr\
COLOR/*
Aiêi