„Verweerde stenen", verhaal
van een ondergang in Drente
Tekening in het filmfestival
Landschappen van Rembrandt
„Carousel", film in een
cinemascope-versie
ZATERDAG 12 MEI 1956
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
9
HISTORIE VAN EEN HAVEZATE
Een boeiende
Ben
van
familieroman van
Eysselsteijn
VERWEERDE STENEN" van Ben van Eysselsteijn zou men
een mengeling kunnen noemen van een streek-, een familie- en
een historische roman. Want het verhaal speelt op een Drent
se havezate, in een streek die de schryver zeer vertrouwd is en die hij
dan ook op overtuigende wijze weet uit te beelden; het geeft een uit
voerige en intieme schildering van de bewoners van deze havezate
„De Rheehorst" en het is geplaatst in de tweede helft van de acht
tiende eeuw, een tijdperk, dat door vele fijne trekjes, soms zo sub
tiel of terloops aangebracht, dat zij de oppervlakkige lezer mogelijk
zullen ontgaan, wordt opgeroepen.
Het boek is in de allereerste
plaats wat de Engelsen een „arm
chair-novel1noemen: omvangrijk,
onderhoudend, zeer verzorgd, zeker
niet oppervlakkig maar ook weer
niet verontrustend diepgaand of
origineel, zodat de gemiddelde le
zer alle aangesneden problemen, en
dat zijn er vele, aangaande leven,
liefde, dood en godsdienst zonder
grote inspanning kan volgen.
Letterkundige kroniek
door HANS WARREN
De opbouw, in drie delen, is zeer
goed overwogen en afwisselend.
In het eerste deel, „Bernier",
leren we de heer van de Rheehorst.
baron Bernier van Linge kennen, een
wat boerse Drentse landedelman, die
een bezoek gaat afleggen bij zijn oom
in het Stichtse. Deze reis heeft een
speciaal doel: bij die oom verblijft
ook 'n knap nichtje. Charlotte Emilie,
en een huwelyk wordt door alle par
tijen gewenst, behalve door het jonge
meisje zelf, dat een jong Frans rid
der, Robet de Saint Bréac, die ook bij
haar oom verblijft, liefgekregen
heeft. Deze Robert is een knappe,
wufte kerel voor wie de liefde en het
hele leven trouwens, een soort spel is.
Lotte echter heeft hem werkelijk lief.
en daar haar verlangen naar hem
nimmer volkomen wordt bevredigd en
hij uit haar leven verdwijnt, wordt
Robert een steeds meer geïdealiseerd
droombeeld waarnaar zij haar hele
leven blijft hunkeren, al beseft zij
zeer goea, dat hij elke werkelijkheid
voor haar leven heeft verloren.
Naast de verfijnde, donkere Robert
is Bernier een- stugge beer van een
man, maar zijn liefde voor Lotte is
groot en eerlijk, en zij accepteert
hem. Ook Lotte is en blijft van haar
kant eerlijk en oprecht.
Het tweede deel, dat haar naam
draagt, is door haar geschreven
als vervolg op het dagboek, dat
zij als jong meisje bijhield. Dertig
jaar later is het nu, en in die tijd is
zij van een mooi jong meisje een door
jarenlange hevige pijnen voortijdig
verouderde en door het leven beproef
de vrouw geworden, die de dood be
rustend onder ogen ziet. Onder haar
leiding is de Rheehorst verjongd en
opgeleefd. Twee zonen zijn haar ge
boren, Elso. het evenbeeld van zijn
vader, en Ayolt, meer hair zoon, die
zij haast onbewust heeft opgevoed tot
een tweede Robert, een oppervlakki
ge maar intelligente speler. Bernier
en zij zijn uit elkaar gedreven en eer
der goede vrienden dan echtgenoten.
Langzamerhand begint het drama
van de ondergang van het landgoed
zich te voltrekken. Ayolt raakt in
slecht gezelschap en een moordaan
slag, óp hèm gericht, treft Elso.
.Ayolt wordt officier in vreemde
dienst en schrijft weldra nog slechts
zeidén. Eenzaam blijven de ouders
achter. Lotte voelt haar einde nade
ren en heeft nog juist de kracht haar
dagboek te voltooien.
DE ONDERGANG
In deel m, genaamd Ayolt, voltrekt
zich de -volkomen ondergang van
de eens zo statige havezate. Een
zaam is Bernier er achtergebleven.
Langzamerhand blijven de vrienden
weg; de enige die trouw blijft is do
minee Zwiers, de zoon van één van
zijn pachters die slechts enkele jaren
ouder is dan Ayolt. De enige hoop
van de gebroken Bernier is op de te
rugkeer van zijn zoon gericht, maar
Ayolt blijft ïaren en jaren in de
vreemde. De Rheehorst raakt in ver
val; verwaarlozing heerst overal, en
Bernier wordt zelfs enigszins zonder
ling. Als Ayolt, die nooit van de ha
vezate gehouden heeft, tenslotte eens
met verlof thuis komt, schrikt hij van
wat hij aantreft: een afgetakelde ou
de man in een vervallen behuizing.
Hij belooft zijn stervende vader dat hij
op de Rheehorst zal komen wonen.
maar heeft nimmer de bedoeling, die
belofte na te komen. Hij valt tijdens
een slag in het buitenland; een rent
meester rooft nog wat er te roven
valt op het buiten, en dan grijpt het
verval ontstellend om zich heen.
Ayolt had in Duitsland een zoon,
die, opgezweept door de verhalen
van een valet, die reeds zjjn groot
vader en vader had gediend, op de
Rheehorst komt kijken, maar die
verwende zestienjarige jongen
treft slechts een halve ruïne aan
en vertrekt dadelyk weer. Een
brand zorgt voor de rest.
et gaat in dit boek dus wel al
lereerst om het meeslepende
verhaal. Maar er is meer. Ook
al kan men niet van een werkelijke
probleemstelling spreken, wordt er
toch niet oppervlakkig heen gelopen
over de vraagstukken van leven en
dood die zich voordoen. Vooral de
verhouding van de mens tot God
komt menigmaal indringend ter spra
ke het motto van het boek is dan
ook een citaat van Rückert: „Vor
Gott 1st keine Flucht als nur zu
Him"
Zeer goed is ook de liefde van
Charlotte voor Robert uitgebeeldwe
kennen weinig gevallen in de litera
tuur die zo overtuigend het eigen
aardige fenomeen tekenen dat zich
bij een vrouw voor kan doen wanneer
zij niet tróuwen kan met de man van
haar keuze en die dan, omdat ze eer
lijk door het leven wil gaan. zichzelf
bedriegen moet, wetens en onwetens,
tot zy met een schok uit de illusie
ontwaakt en ziet dat alles onherroe
pelijk te laat is. Dok aan allerlei bij
figuren is veel zorg besteed, terwijl
het geheel op verbluffende wijze de
sfeer van het aloude Drentse land
oproept.
„Verweerde Stenen" is dan ook een
roman die een zeer brede lezerskring
weet te boeien.
Ben van Eysselsteijn: Verweerde
Stenen, H. P. Leopolds Uitgevers
mij. n.v., 's-Gravenhage.
(Van een filmmedewerker.)
Terwijl in New-York, Chicago
en Londen sedert enige weken
de eerste Cinemascope-film 55
„Carousel" met groot succes
loopt, kwam in Den Haag de ma
nager van de 20th Century Fox,
D. Raphel, de Nederlandse ge-
interesseerden op de hoogte stellen'
van de belangrijke verbetering, die
Cinemascope in haar twee-en-half -
jarig bestaan heeft ondergaan.
En belangstelling volop. Want in
tachtig procent van onze vaderlandse
bioscopen kan men de twaalf meter
brede filmstrook met dieptewerking
zien. De film „The Robe" was er de
eerste van. Evenals de volgende cï-
nemascobe-produkten was ze opgeno
men op 35 mm. T,ot nu toe gaven alle
cinemascopefilms echter de hinderlij
ke vage zijvlakken op het beeld te
zien waardoor vooral oudere bios
coopbezoekers, als zij geen goede
plaats hadden, na afloop van de film
met schele hoofdpijn naar huis gin
gen.
Reeds de zesde cinemascopefilm
,The Broken Lance" toonde technisch
een grote vooruitgang. Maar verge
ten moeten we daarbij niet dat dit pro
dukt ook het eerste was met een
goed scenario en met spelers van
klasse (Spencer Tracy en Katy Jura-
do o.a.).
DIANA DORS in
Yield to the Night"
Het blijft een feit dat de grootst
mogelijke technische prefectie nooit
een slecht scetnario, geesteloze regie
en zwak spel kan camoufleren. Be
wijs: de Oscars en andere bekronin
gen van de laatste jaren gingen al
lemaal naar normaalfilms, meestal
zelfs die in zwart-wit.
Op de filmfragmenten die we dan
.ook van het nieuwe systeem, -Cine
mascope 55, te zien kregen, is weinig
staat te maken wat betreft verant
woorde filmkunst.
Maar wel is de technische vooruit
gang voor de grootste leek zichtbaar.
Niet alleen het middenvlak maar ook
boven en onderkant en beide zijvlak
ken van het filmbeeld zijn van een
ongekende scherpte en de dieptewer
king heeft aanzienlijk gewonnen.
Ook het komische effect, dat de
spelers in het breed-gerekte, gebo
gen beeldvlak te zien gaven, namelijk
van te langgerekte proporties, treft
men bij Cinemascope 55 niet aan. De
acteurs komen van de achtergrond
los.
Wie dus in juni de film „Carousel"
een kostelijke show, zal gaan zien,
of in het najaar „The King and I"
(de geschiedenis van Anna en de ko
ning van Siam), hoeft zich geen zor
gen meer te maken over het beste
plaatsje in de zaal, en van te voren
geen asperine in te nemen tegen de
hoofdpijn.
Getuigenissen van zijn
artistieke soevereiniteit
(Van onze redacteur beeldende
kunsten)
De verleiding is groot het land
schapsbeeld uit Rembrandts
dagen te vergelijken met de toe
stand van thans, en daarbij ge
bruik te maken van wat hij ons
aan tekeningen en etsen heeft na
gelaten. Eigenlijk doet men de
kunstenaar bij deze vergelijking
onrecht. Want Rembrandt heeft
zich niet met het Hollandse land
schap rondom Amsterdam bezig
gehouden, met de bedoeling er
goed gelijkende plaatjes van te
maken. Hij vervaardigde geen
prentbriefkaarten, zoals een eeuw
later Cornelis Pronk deed. Rem
brandt tekende en etste het land
schap, omdat bepaalde motieven
hem boeiden, omdat hij er een be
paalde schoonheidsontroering van
onderging.
Wanneer zijn prenten ons nu nog
inlichten omtrent de toestand ron
dom de hoofdstad in zijn dagen, ge
beurt dat in zekere zin ondanks de
bedoelingen van de maker. Hij is na
melijk altijd zeer vrij met zijn mo
tieven omgesprongen, scherp door
drongen van een artistieke soeverei
niteit, die in de hem omringende
werkelijkheid alleen maar een mid
del zag' om er eigen aandoeningen
mee te vertolken.
Dat bijvoorbeeld de hierbij afge
drukte ets van een molen de vroege
re „Passeerder" te Amsterdam zou
voorstellen, is slechts een veronder-
stelling
Stellig heeft Rembrandt zich bij
de verwerking van dit motief nauw
keurig rekenschap gegeven van wat I
hij had waargenomen. Bovendien
werking. Aan de ander'- kant is het
natuurlijk interessant, hiermee
huidige toestand te vergelijken
na te gaan voor welk een situatie
Rembrandt hier in onze dagen ou
komen te staan, Van het vroegere
Passeerdersbolwerk is nog slechts
het beloop van de gracht bij de Leid-
sekade over. Verder staat het er vol
huizen en vergadergelegenheden, ^e
auto is er oppermachtig, ruimte en
rust zijn verdwenen.
en andere belangrijke ets, De
Banpaal, geeft indrukwekkend
de stemming weer, welke Rem
brandt rondom dit grensteken heeft
ondergaan. De obelisk markeert het
einde van het Amsterdamse stadsge
bied, vermoedelijk onder Halfweg.
Maar veel belangrijker dan deze
wetenschap is. artistiek gesproken,
het machtige verticale accent, dat
deze paal vormt in een overwegend
horizontale lijnen berustende
hij imu wtttugcuuiiii:u. ouvciiuicu mrinc:i:.
had hij steun in jeugdherinneringen ornP°sl"e-
zijn vader was immers molenaar bij 1 Tegenover de landelijkheid van de
Leiden. Maar alweer: deze ets
meer dan een nauwkeurige afbeel
ding van een Amsterdams motief.
Zij is een boeiend stuk Hollands
landschap met een sterke ruimter
Amstelveenseweg t-m, laat zich de
hoogbouw van onze dagen plaatsen.
Het stille Diemen, volgens een mooie
tekening van Rembrandt eens in bo
men en achter een dijk weggedoken,
Verrassende rol van
Diana Dors
(Van een speciale verslaggever)
CANNES. Zoals meestal
het geval is komt er ook nu
pas, tegen hei; slot, enige tekening
in het internationaal filmfestival.
Iitalië en Engeland staan bij de
lange speelfilms aan de top, met
resp. II Ferroviere (De spoorman)
en Yield to the Night (Overgege
ven aan de nacht)Frankrijk bij
de korte films met een bewonde
renswaardig werkje van Albert
Lamorisse, Le Ballon Rouge (De
rode ballon), een speelse fantasie,
bijzonder origineel van idee en
schitterend verfilmd in bijzonder
tere kleuren. Lamorisse, die zijn
vorige film, Grin Blanc, hier enige
jaren geleden met de Grand Prix
bekroond zag, kreeg een bijval zo
als men te Cannes nog niet eerder
had meegemaakt.
II Ferroviere geeft een verhaal uit
het gewone leven, ditmaal uit dat
van een spoorman, een machinist. De
regisseur, Pietro Germi, speelt zelf
di titelrol in deze gevoelige, zeer
menselijke film, door .mensen ge
speeld die voor het merendeel nog
nooit eerder voor de camera hadden
gestaan. Dit werk geeft een werke
lijkheidsillusie, zoals men die kent
van de beste Italiaanse films der na
oorlogse jaren. Italië heeft voor de
laatste dagen nog twee films voor
ons in petto, waaronder II Tetto (Het
dak), het nieuwste werk van Vitto-
rio de Sica, die hier dezer dagen is
gearriveerd.
Yield to the Might toont, dat een
actrice die tot nu toe als een mooie
maar onbetekenende pop werd be
schouwd, Diana Dors, een kunstena-
resse van formaat is, hetgeen wel een
der grote verrassingen van dit festi
val werd. De film speelt geheel in
de dodencel van een gevangenis,
waarin de vrouw wacht op de be
slissing: gratie of de beul? Diana
Dorts speelt die vrouw en het is, on
der regie van J. Lee Thompson, een
meesterlijke creatie geworden, waar
van een ieder diep onder de indruk
kwam. Deze knappe film herinnert
overigens aan een gelijksoortig werk
van de Fransman Cayatte, eveneens
tegen de doodstraf gericht en even
eens op een festival te Cannes ver
toond: Allen zijn wij moordenaars.
Wat die publiciteit betreft zitten
de Angelsaksen in de kop
groep. De eerste week waren
het vooral de Amerikanen, die on
der het publiek stormen van enthou
siasme deden ontstaan, de tweede
week hebben de Engelsen de wind
mee, vooral dank zij Diana Dors, die
duizenden op de been bracht. Er staat
telkens een grote menigte voor haar
hotel en als zij zich aan het venster
van haar kamer vertoont, maakt zich
hevige vreugde van die menigte
meesterHaar landgenote Belin
da Lee, een werkelijk mooi meisje,
heeft evenmin over "belangstelling te
klagen
Onderwerp van heftige discus
sies vormde de film waarin Henri
Georges Clouzot de methode van
werken van Picasso toonde, Le
Mystère Picasso (Het mysterie
Picasso). Picasso schilderde daar
toe op een soort transparant pa
pier, waar de camera oni weeg-
lijk achterstond. Het geheel ont
hult weinig anders van het myste
rie dan vroeger al, beter, gedaan
was in een korte film van de Belg
Paul Haessaerts, voor wie Picasso
op glas schilderde.
Onverdeeld succes had een Ameri
kaanse film, The Man who knew too
much (De man die teveel wist), het
nieuwste werk van de meester van de
filmthriller, Alfred Hitchcock. Ook in
deze film heeft hij de spanningen met
zuiver-cinegrafische middelen hoog
opgevoerd. Minder geslaagd was een
andere Amerikaanse film, over mis
standen in de bokswereld.
Bijzonder knap bleek een lange
Franse documentaire, Le Monde
du Silence (De wereld der stil
te) van Jacques-Yves Cousteau en
Louis Malle, waarin verslag wordt
gegeven van een expeditie met een
schip, dat speciaal is ingericht voor
onderzoekingen op de bodem der zee.
De Russen vertoonden dezer dagen
een film over een kolonie voor de
verwaarloosde jeugd, een film met
tal van positieve kwaliteiten, die ech
ter een gelijksoortige Russische film
uit het begin van de dertiger jaren,
De weg in het leven, niet kon doen
vergeten. De Zweden hadden veel
succes met een ondeugende, char
mant verfilmde comedie, Sommer-
nattens Leende (Glimlachen van een
zomernacht), geregisseerd door Ing-
mar Bergman en gespeeld door een
keurkorps van Zweedse actrices en
acteurs, onder wie Ulla Jacobsan, die
te Cannes een zekere vermaardheid
geniet en hier persoonlijk aanwezig
is. De regisseur is er trouwens ook.
is nu een rommelig, onromantisch
gat met veel hoogbouw aan een ver
schrikkelijk drukke verbindingsweg
geworden.
De oude Dicmerlaan voert niet
langer naar de Anthoniesdijk. waar-
ver een Vincent van Gogh nog zul
ke lyrische opmerkingen r.' -.akte in
zijn brieven aan Theo, maar loopt
dood tegen het Merwedekanaal. Men
kan langs de dijk van dit drukke
scheepswater naar h-t oude huis
Seeburgh komen en staat dan al
spoedig weer in het hart van de we
reldstad.
Alweer: het is de vraag, of Rem
brandt zich hierdoor geïnspi
reerd zou hebben gevoeld. Hij
mag dan bij de brand in het Amster
damse stadhuis in 1652 de ruïne heb
ben getekend, hij mag ons een ge
wassen tekening hebben nagelaten
van de Grïmnessesluïs, toen een
mooie stenen boogbrug, nu c-n lelij
ke ijzeren constructie in het Rokin
vlak bij het Binnengasthuis maar
het leven in de stad heeft hem wei
nig gedaan.
Rembrandt zocht in de jaren, waar
in hij het landschap in zijn omge
ving ontdekte, na 1640 en v-orcl nai
de dood van Saskia in 1642, rust,
ontspanning, stilte, ruimte. Stilte
vinden wij terug in dat e- kele stads
gezicht. Maar al deze elementen,
plus de vreugde van het simpele be-
zigzijn en de voldoening over steeds
nieuwe artistieke ontdekkingen le
zen wij af uit de stroom van land
schapsmotieven, die zijn hand voor
ons heeft vastgelegd. Het is ,of Rem
brandt buiten troost heeft gezocht en
gevonden voor het verdriet en de
zorgen, die na de dood van Saskia
in steeds rijkere mate zijn deel
werden.
Rembrandt heeft veel getekend: in
zwart krijt, pen, in penseel, in zil
verstift. Hij is niet alleen in de om
geving van Amsterdam gebleven,
maar heeft zijn zwerftochten uitere-
strekt tot bij Rh enen en in Gelder
land. In al deze t chnieken, op al
zijn wandelingen, heeft hij onverge
lijkelijk mooie schetsen geschapen,
waarin hij het wezenlijke van zijn
waarnemingen heeft vastgelegd. De
ze schoonheid boeit nog steeds, niet
de herkenbaarheid van bepaalde mo
tieven. Zij verleent Rembrandts werk
eeuwigheidswaarde en doet het ih be
tekenis verre uits'""en boven nauw
keuriger. meer aan hun tijd gebon
den prentjes van de kleine meesters.-
Rembrandt-exposities.
De Rembrandt-tentoonstellingen
in Rotterdam en Amsterdam zul
len de grootste en veelzijdigste
verzameling Rembrandt-tekenin-
gen bevatten in deze eeuw ooit op
een tentoonstelling verenigd.
Het totale aantal tekeningen, dat
op 17 mei in museum Boymans en
op 18 mei in het Rijksmuseum te
zien zal zijn, is door de toezeggingen
de laatste weken ontvangen, geste
gen tot ruim 250. De eerste bruikle
nen zijn al in ons land aangekomen.
Hieronder bevinden zich ruim 30 te
keningen uit de verzameling van De
Albertina te Wenen.
Beroemde bladen maken deel uit
van deze zending, b.v. de krachtige,
zwartkrijttekening van een olifant,
getekend in 1637 .waarschijnlijk
naar aanleiding van het bezoek van
een rondreizend circus aan Amster
dam; de tekening die Rembrandt
maakte naar Raffaels beroemde por
tret van Baldassare Castiglione, toen
dit schilderij in 1639 te Amsterdam
geveild werd, een blad waarop Rem
brandt de prijs noteerde door dit por
tret opgebracht: f 3500.Met de
toevoeging dat de gehele scheepsla
ding van Lucas van Uffelen, die dit
stuk naar Amsterdam had meege
bracht, f 59,456,had opgeleverd;
Uit de Zioeedse film
Glimlachen van een zomernacht