ELFSTEDENTOCHT ZONDER WINNAAR
Gigantische race door Friesland
kreeg onbevredigend einde
Lotsy zei: „Koplopers deden
niets onsportiefs
of incorrects
r
<3.0 gingen 7>e oijfi 7>ccz de finish
Vijf man gleden arm-in-arm
door finish in Leeuwarden
Jeen van der Berg verwisselde
schaatsen en raakte achterop
Spits van tempo-rijdende
„groten" steeds kleiner
WOENSDAG 15 FEBRUARI 1956
PROVINCIALE ZE BVWSE COURANT
3
iiiiiiiiiiiiiiiiiu
Zonderling slot j
7>nder twijfel zullen in de M
komende dagen hevige p
disputen worden opgezet
over het zonderlinge slot van f|
de Friese elfstedentocht. En
daarbij zal het vooral gaan om n
de vraag of de vijf mannen, die
samen over de eindstreep gin- m
gen, sportief of onsportief
hebben gehandeld. Maar deze
vraag is niet eenvoudig te be-
antwoorden, want daarbij doet
zich de moeilijkheid voor, dat
het begrip sportiefop meer
dan één manier kan worden
uitgelegd. In de moderne wed-
strijdsport houdt het in, dat de n
deelnemers zich zonodig in een n
bittere eindstrijd „leegrijden"
waaruit dan één als de glo-
rieuze winnaar te voorschijn
treedt. En in dit licht gezien
is liet besluit van de vijf man-
nen om het laatste traject van
deze gigantische tocht op de
schaats samen te rijden op zijn
minst ongelukkig te noemen.
Want zij hebben daarmee te
kennen gegeven niet het juiste
inzicht te hebben in de eisen m
van de moderne wedstrijdsport.
Die eisen zijn weliswaar hard jj
velen zullen ze terecht of ten
onrechte' té hard vinden
doch het is reëel om er bij een
dergelijke wedstrijd rekening
mee te houden.
Maar nu de andere kant. M
Sportief betekent im-
mers ook, dat men elk- m
aar niet in de steek laat in
moeilijke situaties. En m de ge-
geven omstandigheden was het
volkomen begrijpelijk, dat na m
deze lange en onbarmhartige
schaatstocht de vijf mannen
besloten een ridderlijke geste
jegens elkaar te plegen uit
vriendschap en kameraadschap
door samen en gelijktijdig over
de eindstreep te gaan. Deze
houding nogmaals: uit een
oogpunt van moderne wed-
strijdsport af te keuren
heeft toch iets groots: onbe-
vangen en eerlijk hebben zij
een daad gesteld, die door de
meerderheid van het Neder-
landse volk als sportief en
sympathiek zal worden begroet, n
Het bestuur van de elfste- p
denvereniging evenwel n
heeft geen keuze kunnen
doen tussen deze twee inter- ee
prefaties van het begrip „spor-
tief'. Géén medailles, géén
krans, zo besliste7i de heren tot
ieders verbazing. Zelfs wezen
zij geen winnaar aan! Dit be- M
tekent een onbevredigende,
halfslachtige beslissing
misschien verklaarbaar, want
het was een zonderlinge en
overrompelende situatiemaar
toch niet goed te praten. In de
algemene bepalingen van de
veraniging staat op bladzijde M
vijf: ,JEr wordt slechts één eer-
ste, één tweede prijs enz. uit-
gereikt. Bereiken één of meer |jj
rijders tegelijk het eindpunt, s
dan beslist het lot". Men had M
dus kunnen loten, maar dit M
heeft het bestuur niet gedaan.
Men had als alternatief de vijf
mannen kunnen diskwalifice-
ren, omdat' zij elkaar op de g
laatste 160 meter hadden on-
dersteund. Dit zou echter een
wel zeer formeel besluit ge-
weest zijn, want de ondersten-
iting had immers niets weg van g
achterbakse hulp. Terecht g
heeft de commissie daarom niet
gediskwalificeerd. Maar de an-
dere beslissing: loten, heeft zij
evenmin aangedurfd. Jammer! g
Zo is deze elfstedentocht te- g
leurstelle7id geëindigd. Teleur-
stelle7id, maar a7iderzijds toch M
ook sterkeTid. Wa7it vijf man- g
7ie7i hebben getoond, er hoge, g
ridderlijke opvatti7igen op na te g
houden, die men t» de harde
wedstrijdsport helaas wel eens
mist
Ülllllllllllllllllllllllllllll
Om kwart over acht dinsdagochtend
passeerde7i de eerste wedstrijdrijders
de co7itrolepost in Stavore7i, waar
Va7i der Hoorni uit Ter Aar als eerste
zijn kaart liet afstempele7i. De foto
toont de kopgroep bij de doortocht
door Stavore7i.
N
(Van een speciale verslaggever)
DE ELFSTEDENTOCHT 1956 heeft geen winnaar! Dit is het gevolg van
een wel wat inconsequente houding van de wedstrijd-commissie van de
Friese elfstedenvereniging, toen vanmiddag om 18 minuten over twee,
dat was acht uur en 48 minuten na de start, vijf rijders met de handen
op eikaars schouders over de eindstreep op de Noordersingel aan de
voet van de Oldenhove gleden. Het waren Aad Verhoeven uit Dussen,
Aad de Koning uit Purmerend, Jan van de Hoorn uit Ter Aar, Marinus
Wijnhout uit Haarlemmermeer en Jeen Nauta uit Wartena. Even na Dok-
kum, toen er nog ongeveer twintig kilometer afgelegd moesten worden
eer de finish in Leeuwarden bereikt was, hadden de vijf koplopers in de
ze gigantische race afgesproken om gezamenlijk over de eindstreep te
glijden. Het vijftal hield zich aan de afspraak en dus geen „eerste".
Maar ook geen winnaar? Inderdaad! Wonderlijk genoeg nam de wed
strijd-jury deze beslissing.
Met het voorbeeld van 1940, toen Adema, Van der Duim Jongert,
De Keizer en Westra elkaar Voor de finish „trouw" hadden beloofd,
voor ogen, werd het wedstrijdreglement van de elfstedentocht dus
danig gewijzigd, dat een herhaling van dergelijke afspraken in de
toekomst uitgesloten zou zijn. Opleggen het elkaar vasthouden
was op straffe van diskwalificatie verboden, maar de vijf „samen
zweerders" van 1956 werden niet gediskwalificeerd en in feite dis
kwalificeerde het bestuur de gehele wedstrijd door niet nummer zes
Jeen van den Berg die na vijf keer gevallen te zijn, van schaatsen
moest verwisselen omdat het paar, waarop hij reed, kromgetrokken
was, tot winnaar te verklaren.
78 kilometer heb ik alleen gereden,
nadat ik in de buurt van Berlikum
van schaatsen moest verwisselen, na
tuurlijk kon ik toen niet meer bijko
men, want, geloof mij, alleen rijden in
zo'n tocht is geen rijden", een opmer
king waaruit men zou kunnen aflei
den, dat hij de „samenzwering" van
het eerste vijftal wel rechtvaardigt.
Helemaal geen uitslag, zo luidde het
oordeel, en dus moeten we eigenlijk
zeggen, dat deze tiende elfstedentocht
geen wedstrijd gekend heeft. Het
klinkt vreemd, temeer wanneer men
weet, hoe er gevochten is, tegen zich
zelf en tegen mededingers.
Ook de koplopers hebben bijna 175
kilometer lang getracht elkaar, wat
men noemt, „kapot" te rijden, maar
toen zij allen voelden, dat hun krach
ten in deze afmattingsslag aan elkaar
gewaagd waren, toen besloten zij dan
maar om ook het laatste rukje bij
elkaar te blijven en broederlijk over
de finish te gaan.
Er is hier een moeilijke kwestie
gerezen. Enerzijds kan men stellen,
dat het een wedstrijd is, die ook al
hebben de rijders- elkaar door alle
moeilijkheden heen geholpen des
noods zijn beslissing moet krijgen
in de eindsprint, maar anderzijds
is de kameraadschap en de saam
horigheid van die stoere jongens,
die zoveel aan elkaar te danken
hebben toch zeker ook te recht
vaardigen. Wij menen dat de elf
stedentochtcommissie in deze de
rijders geen verwijt mag maken.
De heren waren boos! Maar hun
houding valt ons inziens meer te
laken dan die van de rijders.
Voor een regelrechte beslissing zijn
de juryleden teruggedeinsd, want dis
kwalificatie van de vijf durfden zij
niet aan, hoewel de reglementen hier
in voorzagen. Door de houding, die zij
thans aangenomen hebben is deze elf
stedentocht tot een kwaad einde ge
komen!
Volgens de letters van het regle
ment zou Jeen van der Berg dus ei
genlijk eerste zijn, maar het is ook al
weer de vraag of de 28-jarige onder
wijzer uit Nij beets met deze zege te
vreden zou zijn geweest. „Ik vind het
zo wel goed", zo. zei hij ons. „Ik vind
zelf, dat ik best gereden heb en dat is
voor mij de beste voldoening. Ruim
lllllllllllllllltlllllllllllllll
Sportieve commissaris g
g der koningin g
H Onder de ruim 6000 rijders in
de toertocht bevond zich de
sportieve commissaris der ko- M
ningin in de provincie Fries-
land, mr. H. P. Linthorst Ho-
man.
lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Ere-plaats voor Zeeuw
Slechts negen en veertig mi-
nuten na het eerst binnenko-
mende vijftal, arriveerde dins-
H dagmiddag de Krabbendijke-
naar J. J. Blok in Leeuwarden.
Daarmee leverde de heer Blok, p
die in de wedstrijd-groep mee-
ee reed, een voortreffelijke presta-
tie, want van de 260 "deelnemers M
eindigde hij op de 28e plaats
iIiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiW
Het tienduizendkoppige publiek,
dat de wallen van de Noordersin-
fel in Leeuwarden bevolkte was
et bij de zonderlinge aankomst
in feite ook niet met zichzelf eens
Het juichte aanvankelijk de vjjf,
op ijspoppen gelijkende overwin
naars luide toe, maar toen het
geen stryd zag, verstomde de ova
tie en werd 't bijkans stil. Jeen van
der Berg daarentegen werd als
held binnengehaald. En de drie die
op hem volgden ookP. Kruger uit
Middelstum, A. Tichelaar uit Fra-
neker en K. Leffertstra uit Stob-
bega.
Hoe deze tiende elfstedentocht
geweest is? Wel, de meningen lo
pen nogal uiteen. Aad Verhoeven,
die twee jaar geleden door het be
ruchte „kippenbruggetje-incident"
op enkele honderden meters voor
de finish zijn kans op de overwin
ning zag vervliegen zei: „Hij was be
hoorlijk zwaar. De sneeuw, die we
bijna de gehele route hebben gehad
maakte het uitzicht bar slecht. Hef
meeste last had ik echter van ijs
klompen op de oogleden en soms
zelfs in de ogen. Het ijs viel niet mee
en de wind, hoewel niet sterk, was
bepaald vervelend, het was alsof hij
met ons meedraaide en dat we hem
na Hindelopen steeds tegen had
den".
Maar Rinus Wijnhout, die voor de
eerste keer de tocht reed, verklaarde
daarentegen, dat het hem reuze was
meegevallen. „Misschien heb ik er
teveel tegenop gezien", zo zei hij vol
daan glimlachend. Jeen van der Berg
had het „tripje" ook lang niet gemak
kelijk gevonden. Vooral niet toen hij
alleen reed.
BLOEMEN OP RAMEN.
Over ijs op en in de ogen klaagden
vele deelnemers. De stofbrillen, die
de meesten hadden meegenomen, kon
den omdat het bijna steeds sneeuwde
in de temperatuur van zes tot acht
graden beneden nul zelden gebruikt
worden, omdat men dan „bloemen op
de ramen" kreeg.
En dit zijn dan enkele oordelen van
enkele harde, knoestige bonken, die
met* een enorme dosis lichamelijke
kracht en een keiharde wil de 195 ki
lometers zo snel mogelijk hebben ge
reden. Ook onder hen waren er die na
de finish uitgeput neervielen en de
rug niet meer recht konden krijgen.
109 van de 260 gestarte wedstrijdrij
ders bereikten op tijd, dat wil zeggen,
binnen twee uur na de eerste binnen
komende, de eindstreep. De rest viel
uit of kwam veel te laat om in aan
merking te komen voor het kruis.
Maar wat dacht u van die 6200
toerrijders. Er waren vele keien
onder hen, die menig wedstrijdrij
der beschaamd maakten. Zo bij
voorbeeld de 27-jarige boeren
knecht uit Engwierum, Auke Ane-
ma, die nauwelijks een uur na de
eerste wedstrijdrijders binnen
kwam. En dan mevrouw Annie Ba-
jema-Bakker (26 jaar), een struise
Friezin uit Hantem bij Dokkum,
die meesprintte in een groepje wed
strijdrijders, dat nog net op tijd
binnenkwam. Zij was de eerste van
de 120 vrouwen, die dinsdag
ochtend van start gingen. En ze
was ook één van de eerste tochtrij-
ders, die zich weer in Leeuwarden
meldden.
BURGEMEESTER: ..DAT IS GEEN SPORT MEER", MAAR...
Alles of niets" besloten
vijf koplopers
de
•>1
(Van een speciale verslaggever)
„De vertoning van de kopgroep was zonder meer slecht. Ik denk, dat
de eerste vijf rijders in overtreding waren. Een wielerwedstrijd wordt
soms met een banddikte beslist; waarom een schaatswedstrijd dan niet
met een schaatslengte?" Deze woorden werden na afloop van het on
bevredigende slot van de tiende elfstedentocht door Karst Leemburg, die
in 1929 deze gigantische race won, uitgesproken. Deze historische fi
guur in de geschiedenis van de elfstedentocht was niet de enige, die
commentaar leverde. Vele vooraanstaande personen vertelden ons hun
mening.
De burgemeester van Leeuwarden,
mr. A. A. M. van der Meulen, vond
een dergelijke aankomst „niet leuk".
„Dit is geen sport meer", zei hij,
„vanaf Dokkum hadden zij de wind
mee. Het was niet nodig zo té eindi-
fen. Over het besluit van de elfste-
encommissie laat ik me liever niet
uit...." J. D. de Jong, een lid van die
elfstedencommissie, gaf als zijn me
ning: „Door de vijf rijders niet te
diskwalificeren heeft de commissie
haar respect getoond voor hun pres
tatie".
„De beslissing van de commissie
vecht ik niet aan", merkte Jeen van
der Berg op. „Een eerste pry's had ik
voor myzelf niet bevredigend gevon
den; een tweede prijs eventueel wel".
Aad de Koning stak zijn mening niet
onder stoelen of banken: „Ik Vind het
kinderachtig en hier Wijnhout ook".
Anton Verhoeven, die evenals de'
Koning in de kopgroep zat, vertelde,
dat het laatste stuk van de tocht zeer
gevaarlijk was. „Wij zijn tegen het
einde alle vyf een keer gevallen. Zo
kon je er onmogelijk een wedstrijd
van maken. „Alles of niets" hebben
wij tegen elkaar gezegd al hebben we
van tevoren de maatregelen van de
jury wel overdacht".
Omdat hij niet helemaal op de hoog
te was met alle beweegredenen van
het bestuur van de elfstedenvereni
ging wilde Karei Lotsy, de vice-voor-
zitter van de Fifa, voorzichtig met
zijn oordeel zijn. „Maar afgaand op
wat ik weet" zei de heer Lotsy,
„moet ik zeggen, dat er voor mijn ge
voel niet anti-sportiefs en incorrects
zit in wat de koplopers gedaan heb
ben.
Bovendien is misschien voorko
men, dat één, die wellicht wat min
der gedaan heeft dan de anderen,
omdat hij zich sparen wilde voor
het laatste stuk, de zegepalm in de
wacht sleepte. Ik vind de door de
commissie gekozen oplossing niet
de juiste. Het gebeurt vaak in an
dere takken van sport, dat door een
samenloop van omstandigheden
geen winnaar bekend wordt. Maar
dan wordt er geloot. Waarom is dat
ook nu niet gedaan Aan de andere
kant is het duidelijk, dat er paal
en perk gesteld moet worden aan
het hand-in-hand arriveren. An
ders komen er misschien bij een
volgende gelegenheid tien of meer
samen aan
Jhr. L. J. Quailes van Ufford, vi-
ce-voorzitter van het N.O.C., zei: „Ik
ben het geheel eens met de beslissing!
Dit was een wedstrijd, en wie niet
aan een wedstrijd wil deelnemen tot
het einde, kan beter de toertocht
kiezen. Het zou niet goed geweest
zijn de vijf te diskwalificeren en Jeen
van der Berg, winnaar te maken". Dr.
van Dijk, voorzitter van de K.N,
w.U. achtte de oplossing echter al
lerminst elegant. Hij meende, dat het
En wat te zeggen van die honderden,
die ergens in die witte Friese poesta
struikelend en vallend, moeizaam glij
dend of hevig klauwend tegen sneeuw,
wind, koude en intense vermoeidheid
hebben gestreden tot zij niet meer
konden. Versuft en lichamelijk volko
men' geknakt met builen en schram
men, bloedende neuzen en oren zijn zij
boerderijen binnengestrompeld of bin
nengedragen. Voor hen was dat het
einde van de pooltocht door Friesland
en waarschijnlijk voor goed het einde
van het elfstedentocht-avontuur dat
zich in de komende jaren nog wel eens
aan de schaatsenthousiasten zal pre
senteren. Velen, die het thans beleef
den, zullen er dan wel voor waken,
maar en dat bewijst hoe bar en boos
de tocht ook mag zijn, er niets onmen
selijks inschuilt, zoals fatalisten wel
eens willen beweren velen zullen
ook weer hunkerend uitzien naar de
volgende krachtproef, waarin de
schaatsenrijder zijn eigen krachten zo
uitstekend leert kennen. Zij zijn toe
reikend of zij zijn niet toereikend....
pillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll||||||||JJ|[
i Nog geen overzicht 1
Tot het sluitingsuur van de
ee controle in „De Groene Weide"
H te middernacht bleven toerrij- f§
ee ders binnenkomen. Maar het
zal op zijn minst nog wel en- s
kele dagen duren alvorens men m
p een overzicht krijgt van het
aantal rijders, dat de tocht met
succes heeft volbracht. Alle
kaarten moeten gecontroleerd
ee worden eer men kan zeggen,
H hoeveel rijders de tocht offi-
cïeel uitgereden hebben.
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllf
wedstrydbestuur er van tevoren veel
aan had kunnen doen. Allereerst had
men voor de wedstrijd voldoende dui
delijk moeten maken, dat dit verbo
den was en verder had men, aldus de
heer Van Dijk, iemand ongeveer een
kilometer voor de finish met een ro
de vlag moeten neerzetten, als sein
dat er nu voor de overwinning gere
den moest worden. Overigens ver
wacht hy, dat het wedstrijdbestuur
zich nog nader zal beraden, „want
het is wel een bittere ervaring voor
de betrokkenen na deze monstertocht
geen prijs te ontvangen".
De heer Jan de Vries, voorzitter
van de K.N.Z.B., merkte op: „Als de
deelnemers onderling afspreken ge
zamenlijk binnen te komen is het
geen krachtmeting meer, maar een
kwestie van prestatie en dan moet
men zich niet aanmelden voor de
wedstrijd en ik vind het derhalve
juist, dat geen prijzen beschikbaar
zijn gesteld".
ALS EEN LAWINE....
Grove selectie
Als een lawine stortten de 260
renners voor de elfstedentocht zich
precies om half zes dinsdagochtend
uit de loods aan het Harinxma-
kanaal. De traditionele hardloop
wedstrijd naar het ijs was begon
nen. Al spoedig scheerden de eer
sten met vonkende schaatsen in het
nachtelijk duister over het bevro
ren water. Reeds in het eerste ge
deelte handhaafden velen zich niet
in de gelederen van de aanvoerder
en in de tweede controleplaats,
IJlst, was al een grove selectie ge
maakt. Er bleek een kopgroep van
ongeveer dertig man te zijn, onder
wie alle „groten".
fn Hindeloopen, waar het vijfde van
dc elf stempels moest worden gehaald,
bleek om tien over half negen de „gro
te slag" te zijn gevallen. Er was een
kopgroep van acht man gevormd, be
staande uit Verhoeven, Van den
Hoorn, Wijnhout, De Koning, Van der
Meer, Jeen van der Berg, Jeen Nauta
en Tichelaar.
Dat waren vier Friezen tegen vier
rijders uit de „rest" van het land.
En de oude strijd tussen deze bei
de groepen laaide fel op. Zij duur
de en speelde zich af door Wor-
kum, Bolsward, Harlingen en Fra-
neker. In deze laatste stad, waar
het krioelde van de mensen op het
„Bolwerk" geleek het ijsoppervlak
van de Sixbierumervaart hier en
daar op gegolfd plaatijzer.
Hier viel weer een slag: twee moes
ten lossen. Het waren Tichelaar en
Van der Meer. De laatste struikelde
en viel op een gedeelte waar veel wa
ter op de baan stond en moest zich
weer in droge kleren steken.
Op de plaats, waar de zes overge
bleven rijders bij Sint-Annaparochie
twee minuten over een weg moesten
lopen, schreeuwde Jeen van der Berg
om nieuwe „redens". De nieuwe
schaatsen kreeg hij enkele kilometers
verder, maar het wisselen kostte hem
enkele minuten achterstand. De res
terende vijf koplopers trokken samen
verder op en reden gezamenlijk door
de finish. Jeen bleef alleen rijden en
werd zesde.