RUSTIG JAAR VOOR NEDERLAND IN 1955
Voortdurende welvaart en
toenemende productie
Parlementair jaar bracht geen
schokkende gebeurtenissen
Kabinetscrisis van korte duur
Beperkte vrijere loonvorming
M
J
ÉL
ISli
Dc ïzic C^zotcn aan "fdcllanb
Het waren in het bijzander de sociale en econo
mische problemen, welke Nederland in het jaar
1955 bezig hielden. Zelfs de kortstondige kabinets
crisis hield fiaarmede verband, daar het votum der
Kamer zich niet richtte tegen de regeringspolitiek in
het algemeen maar betrekking had op de huur- en
belastingvoorstellen.
De geleide loonpolitiek, de verkeersonveiligheid,
de verzorging van de oude dag, de economische
mededinging en prijzen in ons land, het tekort aan
woningen, onderwijs en jeugd, vormden evenzo vele
vraagstukken, waaraan zeer veel aandacht werd be
steed.
Maar de toon behoefde niet al te pessimistisch
te zijn, omdat de welvaart ook in 1955 voortduurde
en de productie wederom toenam. De totale vraag
naar arbeid overtrof ook dit jaar wederom het totale
aanbod. Het algemene tekort aan werkkrachten bleef
ook in 1955 voortbestaan. De hoogconjunctuur werd
in stand gehouden door een grote vraag naar goede
ren en diensten, zowel in binnen- als in buitenland.
Van het allergrootste belang voor de toekomst en
het welzijn van ons land is de indiening van de Delta
wet op 17 November bij de Tweede Kamer.
Het koninklijk bezoek aan de West in October be
zegelde de nieuwe verhoudingen in het koninkrijk.
Het tiende jaar na de bevrijding toonde een vol
komen herstel met tal van toekomstmogelijkheden,
waarvan de nationale energie-manifestatie in Rotter
dam wel een bijzonder getuigenis gaf.
In de laatste maand van het jaar viel het besluit van de regering de
geleide loonpolitiek te herzien in een beperkte vryere loonvorming. De
vakbeweging toonde zich bezorgd over dit besluit. Op een byzonder
looncongres in December in Amsterdam gehouden werd gesproken over
gevaren voor de werkgelegenheid, voor de voortzetting van de prys-
stygingen, die de vergeten groepen bedreigen en voor de positie van die
arbeidersgroepen, die in een differentiatiepolltiek achter zullen blyven.
Men constateerde een achterstand en concludeerde, dat alle Nederlandse
werknemers er recht op hebben dat die achterstand door een algemene
loonmaatregel wordt gecompenseerd.
In agrarische kringen heeft het besluit tot een vryere loonvorming
blykens de rede van ir. M. A. Geuze op de algemene vergadering van de
Z.L.M. ook bezorgdheid gewekt. „Deze zal de beweegiykheid van de
arbeid zodanig versterken, dat het zwakkere bedryf, waaronder land- en
tuinbouw, geweld wordt aangedaan. Prysverboging bij loonsverhoging wil
de regering voorkomen, maar hoe, zonder een groot controle-apparaat?
Zyn de directe gevolgen van dit beleid voor de agrarische sector nauwe
lijks donker genoeg te zien, wanneer de ontwikkeling In de toekomst deze.
richting zou blyven nemen, dan ls het voortbestaan van de vaderlandse
landbouw er mee gemoeid."
Feiten en cijfers.
Het binnenlandse prijsniveau ver
toonde in 1955 een grote mate
van stabiliteit, tot uitdrukking
komend in een vrijwel gelijkblijvend
indexcijfer voor groothandelsprjjzen.
Het indexcijfer voor de kosten van
het levensonderhoud onderging even
eens slechts lichte veranderingen. De
betalingsbalans blijft een evenwichtig
beeld vertonen, waarbij echter naar
het zich laat aanzien, het overschot
geringer zal zijn dan over 1954.
De productie per werknemer
steeg in de eerste drie kwartalen
van 1955 tegenover de overeen
komstige periode van 1954 met
circa 4 procent.
De zeer lage werkloosheidscijfers
zijn kenmerkend voor de werkge
legenheidssituatie. De seizoens
invloeden buiten beschouwing ge
laten bedroeg het aantal werk
lozen rond 50.200 in October 1955
tegen rond 57.500 in October
1954.
De investeringen bewogen zich in
1955 met name in de industrie op een
hoog niveau. Naar verwacht wordt,
zullen de bruto investeringen in vaste
activa in de industrie inclusief ver
vangingsinvesteringen in 1955 weder
om de in de vierde industrialisatie
nota opgenomen taakstelling van
1800 millioen gulden (in prijzen van
1952) overschrijden.
Prijsbewaking.
Het onderzoek door de regering
naar ondernemersafspraken werd
met grote intensiviteit voortge
zet. Wanneer het vermoeden gewet
tigd is, dat een bepaald kartel in
strijd handelt met het algemeen be
lang, wordt in toenemende mate
ambtshalve opgetreden, waarbij het
in het bijzonder gaat om prijs- en ex
clusief verkeersregelingen. In 1955
werd aan de commissie bedrijfsrege
lingen in tien gevallen advies ge
vraagd. Vijf adviezen werden uitge
bracht; een tweetal bedrijfsregelin-
§en werd geheel of gedeeltelijk onver-
indend verklaard. Het aantal aan
gemelde bedrijfsregelingen bedroeg
op 1 October j.l. 1932, waarvan 853
landelijke regelingen. Waar op grond
van de prijsopdrijvings- en hamster-
wet maatregelen waren getroffen,
werden deze, zodra de situatie dit mo
gelijk maakte, wederom ingetrokken.
Dit laatste was het geval met de
prysstoppen voor haarden en kachels
en voor witwasserijen. Daarnaast
kwamen voorts prijzenbeschikkingen
voor medisch-specialistische verricli-
tingen, voor gas en electrleiteit en
voor eierbriketten in 1955 te verval
len. In Maart 1955 werd in verband
met een wyziglng in de bepalingen
van de omzetbelasting de handels
margebeschikking 1955 afgekondigd.
inister Witte heeft al heel wat
moeten slikken in verband
met de politiek van de rege
ring tot bestrijding van de woning
nood. De ruim voorziene bibliotheek
op dit gebied werd ook dit jaar in het
bijzonder verrijkt met artikelen over
de noodzaak van betere coördinatie
in het bouwbedrijf en grotere vrij
heid voor provinciale- en gemeente
besturen. Het tekort aan arbeiders in
de bouwvakken deed zich wel zeer
sterk gevoelen. De minister verklaar
de in December in de Kamer, dat het
de bedoeling is contact op te nemen
met de industrie om bij de bouw zo
weinig mogelijk constructies te kie
zen, die concurrentie doen aan de wo
ningbouw.
Getracht wordt de woningbouw af
te stemmen op de regionale bouwca
paciteit.
markt „vol" te laten lopen met wo
ningen; men zal dan nagaan waar
ruimte is. Dit werk zal in regionaal
en gemeentelyk opzicht moeten wor
den verricht.
De regeling voor de immigratie
contingenten wordt per 1 Januari a.s.
stopgezet. Het ministerie zal scher
per letten op de prijzen op de parti
culiere markt. Het aantal gereed ge
komen woningen was in de eerste tien
maanden van 1955 weliswaar gedaald
van 53.629 tot 46.606, doch daartegen
over staat, dat het aantal in uitvoe
ring zijnde woningen per eind October
j.l. 78.750 bedroeg, tegen 65.118 in
1954.
Onderwijs en jeugd.
In September 1954 - was het aantal
onbevoegde leraren bij het voor
bereidend hoger en middelbaar on
derwijs 13,5 procent maar in 1955
zelfs al 16,6 procent.
Medio September konden wegens
gemis aan docenten en/of lokalen 950
lesuren per week helemaal niet wor
den gegeven. Verwacht wordt, dat in
1958 bijna 33.000 jongelui zich voor
het eerst voor V.H.M.O. zullen aan
melden en in 1959 zelfs ruim 38.000.
Het totale aantal leerlingen dat op
inrichtingen voor V.H.M.O. wenst te
worden onderwezen zal in die jaren
dan resp. 137.000 en 154.000 belopen.
Dit is resp. 31.Q00 en 38.000 meer dan
in 1955.
In Januari 1955 installeerde de
staatssecretaris van onderwijs, kun
sten en wetenschappen een commis-
siè, die tot taak kreeg advies uit te
brengen over maatregelen, nodig in
verband met de uitbreiding van het
-V.H.M.O. Op 12 Juli werd een inte
rim-rapport uitgebracht, waaruit
bleek, dat afgezien van het reeds be
staande tekort van 900 leraren er in
1955 (met inbegrip van de vervan
ging wegens vertrek of overlijden)
650 leraren moesten wórden aange
steld. De commissie stelde toen een
aantal maatregelen voor om de stu
die voor het leraarsambt te stimule
ren.
Op 14 October werd door de minis
ter op deze voorstellen ingegaan. Zo
zouden tal van andere situaties in het
onderwys genoemd kunnen worden,
welke aantonen, dat het nog aller
minst rooskleurig is gesteld met het
onderwys en de jeugd.
HET VERKEERSPROBLEEM DE BROMFIETS
STILTE VOOR VERKIEZINGSSTORM
Kabinetscrisis zonder opwinding
WONINGBOUW IN NEDERLAND
Wanneer wij in het jaar 1955, dat zich thans ten einde spoedt,
niet een van de zeldzame Nederlandse kabinetscrisissen hadden
beleefd, dan zou het in parlementair opzicht wel erg vlak en eentonig
zijn geweest. Trouwens, wat had die crisis, achteraf bekeken, eigenlijk
om het lijf? Veel meer dan een operettecrisis hoe hevig er na de
ontslagaanvrage van het kabinet-Drees op 17 Mei ook door de parle
mentariërs over is geboomd en welke zwaarwichtige beschouwingen
er ook aan gewijd zijn zal niemand, nu afstand van de gebeurte
nissen genomen is, er niet in kunnen zien.
(Van onze parlementaire redacteur).
Mogen, wij de feiten nog eens in
herinnering brengen? In het begin van
het jaar kwamen in de Tweede Kamer
enige wetsontwerpen aan de orde tot
verlaging van een aantal belastingen
tot een totaal bedrag van 502 millioen
gulden en tot verhoging van de huren
van ongeveer 35 pet. van het totale
aantal woningen met 5 tot 10 pet., zon
der dat een huurbelasting geheven zou
worden. Op 7 Maart diende de rege
ring de ontwerpen in en al spoedig
bleek, dat er in den lande met na
me wat de voorgestelde huurverhoging
betreft weinig bewondering voor
bestond.
Ook de Tweede Kamer was er niet
enthousiast voor. Toen de zaak
dreigde mis te lopen, probeer
de de socialistische fractievoorzitter,
mr. Burger nog door middel van een
n
-
v'
1
O
■O
r»
O
r--
m
T
m
motie de belastingvoorstellen aange
nomen te krijgen en dc beslissing
over de huurverhoging uit te stellen,
doch voor de regering was deze „ont
koppeling" onaanvaardbaar. Zij ver
bond haar lot aan het liuurvoorstel
en toen dit op 17 Mei met 50 tegen
48 stemmen verworpen werd, diende
dr. Drees het ontslag van zijn Kabi
net, dat op 2 September 1952 aan het
bewind gekomen was, bij H. M. de
de Koningin is.
Achtereenvolgens hebben de heren
Drees, Kortenhorst, voorzitter van de
Tweede Kamer en Burger hun krach
ten aan de reconstructie van het ka
binet overeenkomstig de opdracht
geschonken. Mr. Burger begon zijn
pogingen op 25 Mei en slaagde op 2
Juni, waarna dr. Drees de ontslagaan
vrage introk en de zaak op de oude
voet werd voortgezet.
Blijkens de op 7 Juni in de Tweede
Kamer afgelegde regeringsverklaring
zou een algemene huurverhoging voor
de vooroorlogse woningen van 5 pet.
worden ingevoerd. Er waren nog enke
le ander voorstellen en de belasting
verlaging van 502 millioen werd met 16
a 20 millioen verhoogd.
Op 8 Juli verenigde de Tweede Ka
mer zich met de nieuwe voorstellen en
op 10 Augustus de Eerste Kamer.
Rustig kabbelde het beekje daarna
verder. Zonder beroering, bijna onop
gemerkt zelfs ging op 3 Augustus de
verkiezing door de Provinciale Staten
van 24 nieuwe Eerste Kamerleden
voorbij. De helft van het totale aantal,
behorende tot de groepen Noord-Bra
bant, Zeeland, Utrecht, Limburg en
Noord-Holland, Friesland, trad name-
WAT NEDERLAND ZO AL BELEEFDE IN 1955
Onveilig verkeer
In October 1955 deed prinses Wil-
helmina in een boodschap aan het
gehele Nederlandse volk een be
roep op de ouders om de kinderen
nog meer dan tot dusver de regels
van het verkeer bij te brengen.
De cy'fers zijn dan ook ontstellend,
gelyk minister Algera in zyn memo
rie van antwoord aan de Kamer nog
eens deed uitkomen:
In de eerste negen maanden van
het afgelopen jaar gebeurden er
83.176 verkeersongelukken. Het aan
tal bij zulke incidenten overledenen
bedroeg 1068. Ernstig gewond werden
14.258 personen; licht gewond 11.015.
In 1954 was het totaal aantal onge
lukken 101.260; er vielen toen door
verkeersongelukken 1524 doden;
17.121 mensen werden zwaar, 13.315
licht gewond. Voor de eerste negen
maanden van 1954 waren deze cijfers
resp. 73.074 ongelukken; 1077 doden;
12.420 zwaar gewonden en 10.241
licht gewonden. Volgens de voorlopi
ge cyfers is het aantal overleden
slachtoffers ln de eerste negen maan
den van 1955 dus iets kleiner dan in
de overeenkomstige periode van 1954.
Voor bromfietsers moet een maxi
mum snelheid van 40 kilometer per
uur worden ingesteld.
De oude dag.
Op 30 Juni werd by de Tweede Ka
mer ingediend het lang ver
wachte wetsontwerp op de al*
gemene ouderdomsvoorziening welke
wet de in 1947 in werking getreden
en als tijdelyk bedoelde noodwet
ouderdomsvoorziening zal moeten
vervangen. Dit ouderdomspensioen
gaat in bh' het bereiken van de 65-
jarige leeftyd en geldt in het alge
meen voor ieder, die in Nederland
woont. Het bedraagt voor ongehuw-
den 804 gulden per jaar en voor een
echtpaar, waarvan de man 65 jaar
is: 1338 gulden per jaar. De uitkering
is waardevast, aaalt of stijgt met de
lonen. Men is verzekerd vanaf het
vijftiende jaar en men betaalt vanaf
het tijdstip premie als men inkomen
geniet. De premie is een percentage
van het inkomen en zal vermoedelijk
bij het in werking treden van de ver
zekering 6,5 tot 7 procent bedragen.
UITKERINGEN PER JAAR VOLGENS NOODWET EN NIEUWE WET
-1272—
LiL NGEHUWOEN *1"' 1"-
1Uitkering volgent dc
NIEUWE Wl
Gmiddelde werkelijke
vit kering NOODWET
MAXIMUM UITKERINGEN VAN DE NOOOWET
m 1ZSM1H~TT
i J v n I m I m I Iff _i I n j m 1 ff
GEMEENTEKLAS SEii.
7 ff 1955 werd ook meermalen een vergelijking ge
trokken tussen de drie grote steden van ons land:
Amsterdam met 863.802 ïnwopers heeft een stedelijke opper
vlakte van 11/5,30 k»i2; Rotterdam met 721.5IS inwoners heeft
een stedelijke oppervlakte van 11/9,36 km2; Den Haag met
600.000 inwoners bezit „slechts" 65,01 km2.
Van deze drie steden is Rotterdam de dynamische maar
men dient ook Den Haag niet te onderschattendat in tien
jaar tyds een aanwas van 200.000 zielen moest verwerken.
Het jaar 1955 bracht voor alle drie steden belangrijke be
sluiten: Rotterdam dat Londen passeerde en tweede wereld
haven Werd ziet uit naar de voltooiing van de St. Laurenskerk
en -toren; nieuwe stations en het stationspostkantoor; nieuwe
oeververbindingen gesproken wordt van vier tunnels
nieuw Concertgebouw en de vleugel aan Boymans, Hoge-
school en Bouwcentrum, nieuwe hotellerie en tenslotte... nieuw
vliegveld en nieuwe havens. In Mei 1960 zou dit alles voltooid
moeten zijn.
Den Haag zint op uitbreiding met een woningtekort van
15.000 tot 20.000 woningen. Het trok de belangstelling van
vele congresgangers: het aantal bezoekers op nationale en
internationaie congressen liep op van 33.000 in 1953 tot 59.120
in 1955. Ook als industrie-stad heeft het een grote betekenis:
van de werkende mannelijke bevolking vindt 30 procent werk
in de industrie.
De algemene klacht over Amsterdam is dat deze stad met
haar enorme mogelijkheid ten achter blijft, zeker vergeleken
bij Rotterdam. Maar toch bracht 1955 de besluiten van een
nieuwe IJ-tunnel; de stadhuiskwestie is na twintig jaar
eindelijk opgelost; er werd een beleidslijn vastgesteld voor de
sanering van de- binnenstad. Het aantal woningzoekenden is
hier wél een van de somberste problemen: al jaren lang onge
veer 30,000.
lijk af. In de politieke samenstelling
kwam een wijziging. Niet terug keer
den de heren V. d. Himst (K.V.P.),
Schuurmans (K.V.P.) en Van Walsum
(P.v.d.A.). Voor hen in de plaats de
den hun intrede in dit hoge staatscolle
ge de heren de Gou (K.V.P.Middel
huis (K.V.P.) en De Loor (P.v.d.A.).
W eiriig schokkends
Ook de begroting voor 1956 hoe
kon het anders in het jaar vóór de
verkiezing van een nieuwe Twee
de Kamer bracht weinig schokkends.
De verhouding tussen Nederland en
Indonesië was lang niet altijd van aan
gename aard. Op 13 Juni leidde dat tot
de publicatie door de Nederlandse re
gering van een witboek over de Neder
landse arrestanten in Indonesië. Aan
het einde van het jaar kwam het tot
pogingen om door een conferentie tus
sen Nederlandse en Indonesische mi
nisters in Genève tot opheldering
van de toestand te komen.
Aan het einde van het jaar vroeg ook
de vrijere loonvorming de aandacht.
De regering wijzigde haar loonbeleid
en ondervond daarvoor veel instem
ming uit de Tweede Kamer.
De politieke partijen bundelen hun
krachten om de verkiezingsstrijd zo
sterk mogelijk in te gaan. De voorbe
reidingen voor de campagne zijn in
volle gang.
Op wetgevend gebied hebben het
Kabinet en de beide Kamers der Sta-
ten-Generaal in 1955 niet stil gezeten.
Er werden acht wetsontwerpen tot
Grondwetsherziening ingediend, waar
van er een uitbreiding van de Twee
de Kamer tot 150 leden en van de
Eerste Kamei- tot 75 leden het reeds
tot de openbare behandeling bracht.