Van en voor de boekenplank Romans uit vele windstreken en van allerlei gehalte Het oude Rome, werk over oud tin en Europa's cultuurgeschiedenis BOEIENDE LECTUUR OVER HET WERELDGEBEUREN WOENSDAG 30 NOVEMBER 1955 PROVING! ALE ZEEUWSE OOUR NT Boeken uit de Salamander- en Nimmer Dralend-reeks Van de volgende uitgeverijen ont vingen v;ij herdrukken van romans en novellen: Querido, Amsterdam, (Salamanderreeks): Albert Hel man, „Hart zonder land" (2e druk), een bundel mooie verhalen, voor het eerst in 1929 verschenen. Voorts van Josine Reuling: „De heilige van St. Jean" (2e druk), de roman over een stil Zuidfrans dorp dat „ont dekt" wordt en in een luidruchtige artistenkolonie verandert. Van Hen ry James werd het magnifieke spookverhaal „In de greep" (The turn of the screw) herdrukt. In de Nimmer-Dralenreeks van Nijgh en Van Ditmar te 's-Graven- hage verschenen opnieuw de onvol prezen „Nieuwe verhalen" van Bel- campo, het eveneens zéér aanbeve lenswaardige Molukse boek „Het hout van Bara" door Beb Vuyk, en een herziene druk van „Moord en doodslag in Wolhynië". de opmer kelijke roman van Elisabeth Augus- tin. Bij A. W. Sijthoffs Uitgeversmij. N.V. te Leiden verscheen de tweede druk der dundrukuitgave van de omvangrijke roman „Whisky-soda" van de Hongaarse auteur Zsolt Harsany. en Van Loghum Slaterus, te Arnhem brengt twee verzorgde herdrukken van de breedopgezette, krachtige, epische werken van Theun de Vries, n.l. „Stiefmoeder aarde" (10e druk), de „friese ro man par excellence", en de 2e druk van het eveneens voornamelijk in Friesland (Harlingen) spelende „Anna Casparii of het Heimwee". Tenslotte is -er ook een herdruk, maar van een bijzonder soort: de uitgave van J. M. Meulenhoff/We- reldbibliotheek, Amsterdam, van Arthur van Schendels: „Shakespea re, Verlaine". In één band zijn than3 deze van elkaar volkomen vrijstaan de, magistrale rtudies verschenen die Van Schendel aan deze grote fi guren wijdde. Ieder die belang stelt zowel in de behandelde figuren als in de schrijver zal dit boek. dat bo vendien zeer fraai van stijl is, graag willen bezitten. De volledige werken van Stijn Streuvels. Met grote regelmaat komen de „Volledige werken" van de Vlaamse schrijve- Stijn Streuvels van de persen van de Wereldbibliotheek. Wij ontvingen deel 8, dat de om vangrijke historische roman „Ge- noveva van Brabant" omvat, en deel 9. dat bestaat uit „Herinneringen" en „Land en leven in Vlaanderen", korte stukken, waarin de schrijver, breedsprakig-schilderend als altijd, maar ook altijd beeldend en onder houdend. over allerlei onderwerpen, zijn geliefde Vlaanderen betreffend, vertelt- Wij blijven het nog steeds betreuren dat de W.B. deze qua in houd zo aantrekkelijke werken in zo'n allernaarst jasje heeft gesto ken. H. W; William Shakespeare, een drietal werken uit zijn oeuvre gecompri meerd in een F.isma-uitgave van de uitgeverij Het Spectrum te Utrecht/Antwerpen. Deze uitgave behoeft geen aanbeveling. Drie eminente werken bevat dit boekske: Koning Richard in. De vrolijke vrouwtjes van Windsor en De storm. De uitgave kwam tot stand met medewerking van Sijthoffs uitge versmaatschappij in Leiden. De ver taling is van dr L. A. J. Burger- dijk, de bewerking is van prof. dr F. de Backer en dr G. A; Dudok,- voor een groot deel zijn toe te schrn- ven, wees de auteur reeds op de noodzaak voor het Westen, op maat regelen te zinnen om de toenemende communistische invloed tegen te gaan. De 213 pagina's bevatten veel wetenswaardigs, dat bij de beoorde ling van de situatie van belang kan zijn. Atoompolitiek Na een militaire loopbaan, waar in hij beroepshalve geïnteresseerd was in de ontwikkeling van de kern energie en de gevolgen daarvan op het gebied van de internationale po litiek, heeft de Zweedse, admiraal Elis Biorklund een boek geschreven, dat in Nederlandse vertaling van Sven Hof onder de titel „Atoompoli tiek" is uitgegeven door Van Loghum Slaterus te Arnhem. Dat dit „historisch-politieke onderzoek naar het probleem der atoomwapens tij dens de jaren 1945 tot 1955" de aan dacht waard is van degenen, die niet met een oppervlakkige kennisne ming van de feiten willen volstaan, blijkt wel uit het feit, dat het boek in niet minder dan 25 talen is ver schenen. De politieke gang van zaken in de afgelopen jaren wordt geanalyseerd aan de hand van de ontdekkingen, die de wetenschap deed. Bovendien besteedt de admiraal (die dit boek geheel en al voor eigen verantwoor delijkheid neemt) veel aandacht aan de conferenties, die op touw werden gezet om het dodelijke gevaar van een atoomoorlog te bezweren. Met 'n constructief voorstel wordt het leer zame boek, dat 144 pagina's telt, be sloten. Wat sympathieker, zij het ook niet bepaald een uitblinker in zijn soort is de christelijke boerenro man „Het leven begon opnieuw" van Annie OosterbroekDut- schun (Kok, Kampen). Een wat dromerige boerenzoon wordt als soldaat naar Indonesië gezonden en komt, innerlijk slerk veran derd en gerijpt in zijn omgeving terug. Volgt het eeuwig scha- keerbare clichéverhaal dat tel kens weer lezers blijkt te vinden. Mevrouw Oosterbroek schrikt niet voor een ruw woord terug hoor. En bepaald grappig is de manier waarop zij soms opeens, doodernstig haar geesteskinderen toespreekt en begint te berispen, in de trant van: „Toe nou Sonja, dat is toch slecht van je, zoiets moest je niet doen, etc". Happy ending overigens, na veel ver driet. UIT HET DEENS. Fluks naar een ander boek, een vertaling uit het Deens: Alexis Ha- reng's grillig gecomponeerde roman: „Een avond in het cholerajaar": (J. M. Meulenhoff, Amsterdam). Het heeft ons enigszins verwonderd, te lezen dat dit werk in Denemarken sensatie heeft teweeggebracht. Want ondanks zijn ontegenzeggelijke kwa liteiten: zo'n meesterwerk is het nu ook weer niet. Alexis Hareng is een pseudoniem waarachter al dan niet een bekend schrijver schuilgaat, maar „al dan niet": het boek is zeker niet vrij van de pretentie veel meer (voor al diepzinniger) te willen ljjken dan het is. Het is één tamelijk verwarde opeenvolging van op nog al duistere wijze samenhangende verhalen (waar in soms leuke anecdotes voorkomen) die twee stokoude dames en een be jaarde professor elkaar vertellen tij dens een dinertje op de avond van een gedenkwaardige nacht (17 Juli 1853) tijdens de choleraepidemie in Kopen hagen. Het boek is nog al ongelukkig uitgevallen: voor de liefhebbers van lichte lectuur is het ontoegankelijk, voor de „highbrow" ook niet erg lees baar. Een boek voor snobs wellicht. Greta Baars-Jelgersma die een zeer verzorgde vertaling gaf, had er goed aan gedaan ook een vertaling te ge ven van de vele citaten en uitspraken in vreemde, vaak zelfs minder alge meen-bekende talen. De beroemde Finse schrijver van historische romans, Mika Waltari (we noemen vooral zijn „Sinuhe de Egyptenaar") brengt ons met „De zwarte Engel" naar het Constantino- pel van 1453. De hoofdpersoon, Johan nes Angelus (de „engel"), van kei zerlijke bloede, keert na een veelbe wogen leven terug naar deze, zijn va derstad, die, verzwakt door innerlijke twisten, op het punt staat ten onder te gaan door de aanvallen der Tur ken. Uitvoerig wordt ons de strijd ge schilderd, waarin eerst Angelus ge liefde, en daarna hijzelf mede ten on der gaan. Vanzelfsprekend is de lief desgeschiedenis die door dit boeien de, kleurrijke boek loopt zeer aan grijpend. (Van Holkema en Waren- dorf N.V., Amsterdam). Groter nog dan Waltari en stellig niet minder beroemd, is de Roemeense auteur Vir gil Gheorghiu die vele lezers over de hele wereld wist te treffen door zijn „Het vijf en twintigste uur" en „De tweede kans". Van hem verscheen nu „De man die alleen reisde". (Uitge versmij. PAX 's-Gravenhage). Dit boek bevat een stuk autobiografie en oratio pro domo: de Roemeense dich ter Trajan Matisi. hoofdpersoon, lijkt in zijn lotgevallen erg veel op Ghe orghiu zelf, ook al is dit boek dan geen zelfbeschrijving in de strikte zin van het woord.' Matisi wordt n.l. door de verwikkelingen waarin hij bekneld raakt van antisemitisme en nazisme beschuldigd. Analoog heeft men Ghe orghiu aangevallen. Dit boek is een antwoord op deze beschuldigingen. Het is veel minder sterk dan „Het 25ste uur". De vertaling, uit het Frans, is van Hohan M. Palm. Besluiten we dit overzicht van boe ken uit allerlei windstreken met de uitgave (in de Prisma-reeks van Spectrum, Utrecht) in twee deeltjes van Dostojewsld's „De vernederden en vertrapten". Het is zijn eerste gro te roman, reeds vol dramatiek en ty pische Dosto jewski-figurenonbere kenbare gedrevenen, mensen die des nachts leven, elkaar eindeloos bezoe ken en even eindeloze gesprekken voeren. Het is in deze uitgave nu on der ieders bereik. De vertaling is van J. C. van Wageningen. H. W. Noblesse oblige Na zijn eersteling, „De witte weg", is de Vlaamse schrijver André de Splenter vrij spoedig met een twee de roman, „De onbewogen vlucht" gekomen. (Nijgh en Van Ditmar, 's-Graven hage). Het eerstgenoemde boek kon ons maar matig bekoren, het tweede nog minder. We zouden niet graag beweren dat de schrijver geen ta lenten heeft, maar hij dient nog heel wat te leren (in de zin van af te le ren), eer hij een volkomen aan vaardbare roman afleveren kan. Dit vaak hoogdravende proza wijst op een groot gebrek aan beheer sing en ervaring, en als we dan le zen dat de schrijver toch al 35 jaar oud is, zijn we verbaasd. We zou den hem wellicht minder hard val len als hij aanmerkelijk minder ta lent had. Maar noblesse oblige. Op gevaar af, verkeerd begrepen te worden, bekennen we ronduit, meer plezier te beleven aan het tege lijk gezellige en ernstige boek van zijn wat oudere landgenoot Lode Can- tens „Jeroen de Vliegenvanger", be helzende de wonderlijke geschiedenis van Jeroen Drop, leurder met vlie genvangers en voddenraper; 'een filo sofisch aangelegd man die eerst de wereld wel heel zwart bekijkt, maar dan door toedoen van een pater een doel in het leven vindt. Jeroen gaat zich geheel toeleggen op het snijden van beelden. Het merkwaardi ge zelfkant-volk je van de Antwerp se Scheldeoever brengt Cantens hier ten tonele en hij doet dat met goed verteltalent en Vlaamse verve. (Uit gave: (Hofboekerij, Heemstede). Volkomen talentloos melodramatisch leesvoer levert ons iemand die zich Philip Brommet noemt (en die moge lijk ook wel zo heet) mét het boek „Nancy". Zelfs op de buitenkant van de omslag lezen we al: „Nancy, een zeer begerenswaardige jonge vrouw, ongekroond heerseres van de opko mende badplaats; haar glorie en haar ondergang..." en als we dan nog ver melden dat het drama zich voorna melijk afspeelt tussen deze beeldscho ne en rijke Nancy, haar zuster Tine, „lelijk als de nacht" ('t staat er) eri een in het leven geslaagde maar in zijn liefde (voor Nancy) mislukte dorpsbibliotheekhouder in een plaats je dat „opklimt" (ook dat staat er) van eenvoudig dorpscentrum tot in ternationaal centrum van vermaak, dan kunt U zo ongeveer gissen wat U te verorberen krijgt. Wj) voor ons hebben nog het meest genoten van het bijgevoegde aanbevelingsbriefje waarin we de prachtzin aantroffen (met hoofdletters en al): „Het be treft de opkomst van een Hollandse Badplaats en is Literair werk". Uit gever is de Nederlandse Keurboeke rij N.V. Amsterdam, 't Loopt niet zo'n vaart hoor met dat „Literaire", luis tert U maar naar een dramatisch hoogtepunt: „Hij had door zijn daad zijn eigen wezen vernietigd. En nu verkeerde hij nog in dit pijnlijke hu welijk, waarin alles tot de bodem ver rot was door één misstap, waartoe zijn noodlot hem had bestemd", (pag. 230). Boeken, boeken, boeken In deze maanden wordt de boe kenmarkt weer overstroomd door talloze nieuwe uitgaven en zelfs de Sint, hoog op het dak, is verdiept in wat een „Goed heilig verhaal" zou kunnen zijn. Overigens: wie met de feestdagen een bo^k ten ge- sclienke wil geven, heeft, keus te over V tuurlijk, donker patina heeft verkre gen. Nederland heeft het lang zonder monografie over tin moeten stellen, terwijl ons land toch door de eeuwen heen zeer mooi* tinnen voorwerpen heeft geleverd. Thans is dit werk er, en men kan er niet dankbaar genoeg voor zijn dat het is van de hand van de heer A. J. G. Verster, zelf vergrijsd in de dienst van het oude tin. Zijn lief de voor dit mooie metaal en het edel handwerk van de tinnegieter spreekt uit elke bladzijde van dit standaard werk. Een boek, eenvoudig, waardig en sympathiek als het tin zelve. „Slechte praatjes bij plaatjes" zegt bescheiden de heer Verster, en dat moge dan in zekere zin juist zijn (120 waarlijk magistrale vol-pagina foto's van De Herder, Dingjan en Frequin illustreren dit werk) het neemt niet weg dat hij ons in zijn vijftal in leidende hoofdstukken zeer veel we tenswaardigs mededeelt over de werk zaamheden en voortbrengselen van de tinnegieters. De hoofdstukken heten „Tin in huis en herberg", „Tin in kerk en klooster", „Gieten en gilden", „Merken en bewerking", „Verza melaars en vervalsers". Bovendien is een zeer uitvoerige bibliografie toegevoegd waarin vrijwel alle be langrijke boeken en artikelen over dit onderwerp worden opgegeven, terwijl de uitvoerige beschrijving van de ilustraties in twee talen, Engels en Nederlands, is opgeno men. (De foto's zelf dragen geen onderschriften, zjjn enkel genum merd). Het is een prachtig boek, prachtig uitgegeven ook, dat men telkens met liefde openslaat; een werlt waarmee zowel schrijver, fo tografen als uitgeefster grote eer inleggen en waaraan de bezitters groot genoegen beleven zullen. We bevelen het daarom met warmte aan aan een ieder die van tin houdt. (A. J. G. Verster: „Tin door de eeuwen", J. H. de Bussy, Amsterdam, geb. 18.90). DRIE PRACHTIGE GESCHENKEN Stuk voor stuk kostelijk bezit De tjjd van het cadeaux geven breekt weer aan, en menigeen die de leuze „geef een boek" tot de zijne heeft gemaakt, zal ongetwijfeld al weer naar de étalages van de boekwinkels gaan kijken, teneinde met de feestdagen iemand een verrassing te bereiden. Er zjjn tegenwoordig voor élke beurs, ook de meest beperkte, boeken van topklasse te verkrjj- gen, maar van zulke zeer goedkope uitgaven laat de uitvoering vanzelf sprekend wel eens wat te wensen over. Voor de drie boeken waarvoor we hier uw aandacht vragen, dient men echter een nog al behoorljjke som neer te tellen. Ket zjjn echt boeken voor een speciale gelegenheid, voor een Sint of Kerstman met een welvoorziene buidel. Hoe verschillend ook onderling: stuk voor stuk vormen zjj een kosteljjk bezit. Persoonlijk zouden we moei- Ijjk een voorkeur kunnen geven. Alleen dit feit: dat zjj alle drie zo uiter mate geschikt zijn om iemand in uw familie of van uw vrienden eens echt bljj te maken met een geschenk voor het leven, heeft deze drie werken hier onder één hoofd samengebracht. „Vita Romana, het leven in het oude Rome" is de titel van het eerste. Het is het beste werk van de bekende schrijver over de antieke oudheid Ugo Enrico Paoli, professor in Florence. De N.V. uitgeverij Lieverlee te Am sterdam bracht een tweede herziene en uitgebreide druk naar de zesde Italiaanse uitgave, vertaald en be werkt door drs. Jac.. Storms en G. A. J. Emonds. In dit omvangrijke boek valt het volle licht op het dagelijkse leven van de Romein in de antieke tijd, een on derwerp dat vrijwel iedereen interes seert. Uit talloze bronnen, oude schrij vers, oudheidkunstige vondsten, af beeldingen en kunstwerken enz., kort om uit een schier onoverzichtelijk en vaak zeer dor feitenmateriaal heeft de schrijver een reconstructie van het leven in de oudheid weten te maken, en hij geeft ons een uiterst levendig, historisch volkomenverantwoord beeld van dit huiselijke verkeer en het gemeenschapsleven van de Romei nen. Hoe en wat ze aten en dronken, hoe ze sliepen, hun haar verzorgden; hoe ze op reis gingen, zich vermaak ten, welke scholen ze bezochten en wat ze daar leerden, hoe ze de doden begroeven, te veel om op te noemen. (Het werk beslaat een kleine 500 blz. tekst). Dat alles is zonder enige zwaarwichtigheid verteld en uitge beeld, men leest dit werk zo geboeid alsof het een roman betreft, wat het toch geenszins is. Integendeel, elke opmerking is gedocumenteerd, overal wordt naar de bronnen verwezen en Advertentie een „populariserend" boek, in de slechte betekenis van het woord, is het geenszins. Paoli geeft ook een bij zonder instructief overzicht van de ontwikkeling van de bouwkunst in die tijd. Honderden zeer fraaie illustraties van minder bekende en juist daarom zo interessante voorwerpen, kunst werken e.d., en vele figuren in de tekst begeleiden de hoofdstukken van dit fraai uitgegeven werk dat elke classicus en verder elkeen die zich voor de oudheid interesseert gaarne zal willen bezitten. Het boek kan ook uitstekende diensten bewjjzen bjj het onderwijs. „Symphonie in grijzen Van voorwerpen, vooral oude, ver vaardigd van tin, gaat een eigenaar dige bekoring uit. Tin is een zeer mooi metaal, vooral als het een na- Uit de wereldbibliotheek De Wereldbibliotheek deed de derde druk het licht zien van haar uitgave Van den Vos Reynaerde (Klassieke galerij nr. 8) ingeleid en verklaard door prof. dr P. de Keyser. Bjj de zelfde uitgeverij verscheen een uiterst fraai liedboek, „Den Bloem-hof van de Nederlantsche Jeught", naar de drukken van 1608 en 1610 uitgegeven, ingelegd en geannoteerd door dr L. M. van Dis met medewerking van dr Jac. Smit. Deze uitgave kwam tot stand dank zij de medewerking van de ministeries van Onderwijs in Ne derland en België. Deze „bloemhof" geeft een boeiende weerspiegeling van "t letterkundige leven uit die dagen. Men kan het werk vergelijken met een jaargang van een literair perio diek, waarvan de redactie nog geen afstand heeft kunnen nemen en dus zonder veel selectie heeft opgenomen. Het boek is fraai verzorgd. De Wereldbibliotheek deed voorts 't lioht zien: „Brieven over de opvoe ding van het jonge kind" van Pesta- lozzi en „Vrede en Oorlog van Burger Mahasjavi" van M. Y. Ben Gavriel, Cultuurgeschiedenis Het derde werk van topklasse Is de „Cultuurgeschiedenis van Europa" van de hand van de bekende schrijver over wijsgerige onderwerpen dr. A. Vloemans. (H. P. Leopolds Uitge versmij. N.V. Den Haag). Het is een lijvig samenvattend werk, waarin de geestesgeschiedenis van ons wereld deel vanaf de Germanen tot aan de relativiteitstheorie op indringende en vooral heldere wijze wordt behandeld en uiteengezet in één doorlopend ver band. De meeste werken in dit genre (met uitzondering van de meesterlij kemaar nog al érg persoonlijke „Kul- turgeschichte der Neuzeit" van Egon Friedell) zijn óf onleesbaar van zwaarwichtige dorheid, óf veel te op pervlakkig. Dr. A. Vloemans is ner gens onleesbaar en nergens opper vlakkig. Hij geeft treffende beknopte analyses van de meest uiteenlopende wijsgerige begrippen en systemen zonder in een vakjargon te vervallen dat de ontwikkelde leek niet meer volgen kan. En hij maakt het zijn le zer ook weer niet te gemakkelijk, d.w.z. hij beschouwt hem als een be hoorlijke tegenpartij en niet als een te beleren onbenul. Zijn betoog is ernstig en helder, zjjn conclusies zijn persoon lijk en de vrucht van grondige studie. In zo'n boek kan men het niet altijd met de schrijver eens zijn, maar dat verlangt ook niemand. Gaarna wijzen we naar aanleiding van dit boek nog eens op twee andere werken van dr. Vloemans, n.l. „Leven en leer der grote denkers" en „Aristela, geschiedenis van de opvoe dingsidealen" waarmede deze „Cul tuurgeschiedenis van Europa" zeer duidelijk in verband staat. Het boek is prettig gedrukt en degelijk uitge voerd. HANS WARREN. met Philips „Infraphil" PHILIPS »Infraphil« ook bij: spierrheumatiek, ver stuikingen, verwondingen, steen puisten. verkoudheid, winter handen en wintervoeten. Raad pleeg Uw dokter. BOEK VAN ZWITSERS JOURNALIST PREMIER NASSER ....hoofdrol in Midden-Oosten.... De spanning in het Nabije Oosten De omslag, die J. J. C. van der Maas tekende voor de nieuwste uit gave van H. Meulenhoff te Amster dam, vertoont een onheilspellende Arabierenkop boven moskeeën en boortorens van een petroleumbedrijf. Geen twijfel mogelijk aan het onder werp van dit boek, dat tot titel kreeg „Conflict en intrige in het Na bije Oosten". De Zwitserse journalist W. Bosshard heeft deze beschrijving van.de achtergronden van diverse spanningen in het aangeduide gebied het licht doen zien onder de titel „Ge- fahrenherd der Welt". De Nederland se vertaling werd gemaakt door Ton Schilling, die zich met toewijding van die taak gekweten heeft. Bosshards beschrijvingen zijn gro tendeels gebaseerd op eigen waarne ming: hij reisde door het Nabije Oosten in opdracht van de Neue Züri- cher Zeitung. Van de strijd om de Perzische olie, de rol van Mossa degh, de staatsgreep in Egypte, de ontwikkeling naar zelfstandigheid van de Soedan en van de aspiraties van de Arabische Liga geeft hij een boeiend relaas. Hoewel dit boek werd geschreven toen nog niets bekend was over Tsje chische wapenleveranties aan Egyp te, waaraan de huidige spanningen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1955 | | pagina 5