kf:~-
„DE GIDS" belicht facetten van
het huidige toneelleven
L
J
BRUSSE blokkeert
de BLOKKADE
Op aniieke wereld geïnspireerde
éénacter van Eickholt bekroond
Nieuwe mogelijkheden voor
maken van poppenfilms
Dertig jaar zingen de Don-Kozakken
ZATERDAG 15 OCTOBER 1955
PROVINCIALE ZE EU W SE COURANT
9
BETERE TOEKOMST VOOR TONEEL?
ONDANKS HET FEIT dat men terecht wel beweerd heeft, dat „het to
neel begint waar de literatuur ophoudt" zyn toneel en letteren toch zo nauw
met elkaar verweven, dat we er geen bezwaar in zien de bespreking van
het interessante dubbelnummer van De Gids het „Toneelnummer", op
de plaats van de letterkundige kroniek te zetten.
Het algemeen-culturele maandblad De Gids (ondertussen in zijn 118de
jaargang) had een prijsvraag uitgeschreven voor een Nederlands toneelstuk
in één bedryf, en heeft met dat blijk van belangstelling voor de dramatische
kunst niet willen volstaan. Vandaar dat de redactie bovendien een aantal
bekende figuren op toneelgebied heeft uitgenodigd, artikelen te schrijven
over bepaalde aspecten van het toneelleven. Deze zijn in een bundel, mèt de
bekroonde eenacter, als Aug.-Sept. nummer verschenen. Het resultaat is
een, zoals reeds gezegd, zeer belangwekkend geheel geworden, waarby
slechts te betreuren valt dat er door de redactie, te weten Emmy van Lok
horst (toneelrecensente), Ed. Hoornik (schryver van enkele toneelstukken)
en Bert Voeten (vertaler van toneelstukken) geen vaste lijn is aangehou
den, zodat wel vele facetten, maar niet alle werden belicht.
Om slechts een voorbeeld te noe
men: we worden ingelicht over het
hedendaags toneel in Amerika, Enge
land en België, maar over Frankrijk,
dat toch op toneelgebied in elk opzicht
waarlijk ook wel wat in de melk te
brokken heeft, ontbreekt zulk een
overzicht. Dat is een grote leemte, die
toch beslist wel te vullen was ge
weest. Ook over ons eigen land ont
breekt zulk een résumé, en daarover
zou menige lezer toch wel gaarne zijn
ingelicht. Wel werden er zeventien
Letterkundige kroniek
door HANS WARREN
fraaie foto's uit onlangs in Nederland
opgevoerde stukken geplaatst, waa -
op men al onze prominente spelers te
zien krijgt. Had de redactie een iets
vastere lijn getrokken, dan was ei-
mogelijk een uniek nummer ontstaan
waarnaar men steeds met belaiv r id
ling teruggrijpen zou. Thans is het
geheel wel erg levendig, maar nogal
onvolledig en willekeurig uitgevallen.
Aanleiding tot dit alles was de
vraag: is er een betere toekomst voor
het toneel?, vraag, natuurlijk voort
spruitend uit de omstandigheid dat
het in het heden niet zo erg rooskleu
rig met ons toneelleven gesteld is.
(En ook in het buitenland is men lang
niet tevreden, maar laten we ons nu
tot Nederland beperken, waar de za
ken relatief nog wat slechter staan).
Een erg duidelijk antwoord wordt er
overigens op de gestelde vraag niet
gegeven.
Als men ons toneelleven van he
den globaal beschouwt, valt aller
eerst op, dat er betrekkelijk veel
goede acteurs zijn, maar niet één
„geweldige". Dat er bijzonder wei
nig goede oorspronkelijke Neder
landse stukken die speelbaar zijn,
worden geschreven. En dat het ons
ten enenmale aan regisseurs van
formaat ontbreekt. Om van een
ware toneelleider, die het ruim
aanwezige aantal talenten zou
kunnen ontwikkelen, nog maar te
zwijgen. Verder valt er op, dat de
toneelspeler op zichzelf in de loop
van de tijden nog al veranderd is.
VELERLEI FACETTEN.
Nu is het niet alleen de habitus van
de toneelspeler die in dit Gids-num-
mer besproken wordt, al wordt die
o.a. door A. Koolhaas, A. den Hertog,
A. Defrense en-Mar.uel van Loggem
telkens van een andere gezichtshoek
bekeken. Ook de verhouding tussen
acteur en auteur, of liever tussen de
drie-eenheid schrijver-speler-publiek
komt telkens ter sprake. Het stuk
van A. den Hertog is geheel aan de
verhouding tussen de toneelschrijver
en de speler gewijd. Van hem is o.a.
de opmerkelijke frase dat het toneel
(het „stuk" wordt bedoeld) leeft bij
de gratie van de speler maar dat het
blijft leven (door de eeuwen heen) bij
gratie van de auteur. Ben Stroman
schrijft over de functie van de toneel
kritiek (die te onzent veel te literair
ingesteld isi J. W. Hofslra over het
karakter van de Nederlandse toneel
schrijfkunst, W. Ph. Pos over Vor
ming vcor het toneel, Wim Vesseur,
zeer interessant, over het „Open to
neel", etc. etc. Dan zijn er, zoals reeds
vermeld, goede beschouwingen over
het toneel in Amerika, Engeland en
België (Vlaams en Frans), resp. van
prof. Hunningher, Michel van der Plas
en Jan Walravens, terwijl Luc Lutz
taak, lust en lijden van de souffleir
verhaalt.
Er zijn ook vrijer bijdragen, waai
van we vooral de pittige brief var. A.
Pitlo „Waarom ik van toneel hou
en het bijzonder aardige stukje, haast
een schets, „Tragische schapen" van
Johan de Meester noemen. Het is on
mogelijk hier alle artikelen te vermel
den, want we willen nog even stil
staan by de aanleiding tot dit alles,
de prijsvraag, waarbij als no. 1 uit de
bus kwam een onbekende uit Den
Haag, G. A. M. Eickholt met zijn een
acter „Twee zielenéén obool".
BEKROONDE EENACTER.
Het is een allerchai-mantste eenac
ter, geïnspireerd door de antieke we
reld. Zoals men zich wellicht herin
nert, werden de zielen van de gestor
ven Grieken in de onderwereld door
veerman Charon over de rivier de
Styx gezet voor de prijs van een
obool, die de overledene bij de begra
fenis werd meegegeven. Het toneel nu,
stelt die overtochtsplaats voor, de
enscenering is luguber. Er zijn drie
personen: de veerman Charon en de
gestorvenen Melia en Eumenetes. Me-
lia, door een minnaar vermoord, heeft
geen obool meegekregen daar haar
minnaar haar, uit angst voor het ge
recht, voor de verscheurende dieren
en gieren geworpen heeft in plaats
van haar een verzorgde begrafenis te
geven. Haar ziel zwerft reeds een
paar jaren in de onderwereld om, en
vergeefs tracht zy met smeken en lis
ten Charon om te kopen. Dan arri
veert de gestorven Eumenetes. Hij
kent Melia van vroeger zeer goed, en
wil haar graag helpen, maar hij heeft
slechts één obool en Charon zet geen
twee zielen over voor één obool. Hoe
Melia, in leven zangeres en voor-
drachtskunslenares en Eumenetes, die
toneelspeler was, samen een list ver
zinnen, die slaagt, en dus Charon be
driegen en zo samen over de Styx
gezet worden naar de Elysese velden,
vormt de hoofdinhoud van deze gees
tige en tegelijk fijnzinnige, van een
werkelijke Griekse geest doortrokken
eenacter, die zo goed toneelmatig
werd geschreven dat voor de opvoe
ring het beruchte blauwe potlood er
oi. nauwelijks aan te pas zal hoeven
te komen.
Vermelden we nog dat dit bekroon
de werk van Eickholt eenstemmig ge
kozen werd uit 96 Nederlandse en
Vlaamse inzendingen en dat volgens
de jury het peil van die werken over
het algemeen weinig indrukwekkend
was.
Terugziend op dit alleszins belang
wekkende Gidsnummer vragen wy
ons tenslotte af of er een betere toe
komst voor ons toneel in het verschiet
ligt. Veel antwoord daarop ontvangen
we niet. We geven daarom onze per
soonlijke mening, die optimistisch is:
ja.
De Gids, Toneelnummer Aug.-
Sept.-'55, P. N. van Kampen en Zoon
N.V., Amsterdam.
WERELD IN HET KLEIN
Marioneiien op hei
witte doek
Don en Ly Vermeire, onze eerste en
enige marionettenspelers van de film,
tijdens de opname.
(Van een filmmedewerker)
Voor reclamefilms is men na de
oorlog een steeds groter gebruik gaan
maken van de pop. De grappige fi
guurtjes van Joop Geesink met hun
abrupte bewegingen en hun star ver
baasde gezichten zijn wel de bekend
ste geworden. Maar het zg. anime
ren het tot beweging en in de ver
eiste stand brengen van deze pop
pen is een zo tijdrovend procédé, dat
een etmaal hard werken slechts vier
seconden film oplevert!
Dat realiseerden we ons pas goed
toen we bij Multi-film Haarlem on
langs de opnamen meemaakten van
een reclamefilmpje. Ook een poppen-
film, maar nu met als hoofdpersonen
de marionetten van Don en Ly Ver
meire uit Den Haag. Uit de „Capri-
cio", het stuk dat de Vermeires op
hun tournée door de West verleden
jaar ook in het papiaments en Suri
naams brachten, heeft men een ge
deelte van tien minuten genomen en
dit verwerkt tot filmscenario. Daarin
zien wy het optreden aan het hof van
de koning aller marionetten van we
reldberoemde artisten, twee harmo
nicaspelers, een tapdanser, twee acro
baten op een fiets, een man met een
toverfluit, twee danseressen en een
fakir, die in een omhoog geworpen
touw klimt.
Voor de tot nu toe gebruikelijke
poppenfilm zouden dergelijke be
weeglijke acteurs onoverkomelijke
moeilijkheden hebben meege
bracht. Maar de marionetten van
de Vermeires voerder., geleid door
de bekwame gevoeligheid van hun
bespelers, met het grootste gemak
de meest harmonische bewegingen
uit. Aan bijna onzichtbare draden,
die van hun ledematen naar de
kruishouten in de handen van de
poppenspelers liepen, leefden zij
een schijnbaar zelfstandig leven,
zo natuurgetrouw dat van de men
sen uitbeelden, dat niemand ont
kwam aan de charme van deze
wereld in het klein!
i>e mogelijkheid om de marionet naar
behoefte snel te kunnen laten wisse-
'en van beweging, maakt haar bij uit
stek geschikt als object voor de film
waar ook juist het dynamische ele
ment van zo groot belang is. Hier
hoeft niet iedere pop by ieder onder
deel van een beweging met de hand
in de daarvoor vereiste stand ge
pi-i
bracht te worden en is in een dag of
drie, vier een filmpje van tien minu
ten opgenomen.
GEWILLIGE ACTEURS
Binnen de speelse décortjes ontwor
pen door Kees van Dyk, de décor-ont
werper van de Snip en Snaprevues,
geven de twaalf door Don en Ly Ver
meire gemaakte poppen hun voor- i
stelling voor de televisie. Een film-
via de televisie dus. Het bewijs dat
hond en kat elkaar niet altijd hoeven
te .bijten!
Aanvankelijk werd dit spel ver
toond voor de commerciële televisie
op de E 55. En het sloeg daar zo in,
dat dit programma door dezelfde ca
meramensen Theo van Haren No-
man, Rudi Herblot en Peter Stau-
gaard op 16 mm. in kleuren over
gemaakt werd.
Aan dat overmaken zat meer vast,
Niet alleen moest in de vrij
kleine studio de kast worden opge
bouwd, met daarachter de stellage,
waarop de marionettenspelers on
zichtbaar voor het publiek him pop
pen bespelen. Maar waar bij de te
levisie drie verschillende camera's
gelijktijdig dezelfde opname vanuit
diverse hoeken kunnen nemen en een
shot van elkaar kunnen overnemen
en weer teruggeven, zit men bij de
film vast aan een camera-instelling,
die alleen door montage onderbro
ken kan worden.
Omdat men van het televisiefilmpje
ED. HOORNIK
speciaal nummei
Schilder Filarski 70 jaar.
Vandaag viert de Amsterdamse
schilder D. H. W. Filarski zijn 70ste
geboortedag.
De jubilaris werd 15 October 1885
te Amsterdam geboren, waar hij de
Quellinusschool bezocht en daarna
leerling was van de Rijksschool voor
Kunstnijverheid.
Aanvankelijk in een „dondergam-
ma" werkend, ging hij in latere jaren
over tot een lichtere toon. Zijn oeuvre
omvat stillevens, doch hoofdzakelijk
landschappen uit Frankrijk en andere
Zuid-Europese landen
In 1937 verwierf zijn werk de zilve
ren medaille op de wereldtentoonstel
ling te Parijs. In 1951 viel hem de
„Arti-medaille" ten deel.
Film over Elizabeth I.
Dezer dagen vond in New York de
premiere plaats van de 20th Century-
Fox CinemaScopefilm in kleuren
„The Virgin Queen, waarin Bette Da-
vis de hoofdrol vervult en die geregis
seerd werd door Henry Koster. De
film werd gunstig beoordeeld en voor
al wordt de aandacht gevestigd op
de wijze waarop de vorm en inhoud
der dialogen aangepast zijn aan de
tijd, waarin de handeling speelt.
Door het tijdschrift „Motion Pictu
re Herald" wordt de film „uitste
kend" genoemd en in een artikel
wordt hierover het volgende gezegd:
„De film geeft een beeld van Enge
land in de tyd van Elizabeth en
van het daarin overheersende karak
ter, Elizabeth I in een zeer aanne
melijke vorm. Het spel van Bette Da-
vis geeft aan de film 'diepte en leven.
Wy zien op het doek hoe de jonge
Walter Raleigh, daartoe gedreven
door een droombeeld van Engelands
toekomstige suprematie op de wereld
zeeën, naar de gunst dingt van Ko
ningin Elizabeth, die hem in staat
moet stellen de nodige schepen uit te
rusten. Hofintriges, een duel en een
romantische liefdesgeschiedenis zor
gen er voor, dat de aandacht van het
begin tot het einde wordt geboeid en
dit alles speelt zich af tegen de kleur
rijke achtergrond van het rijke inte
rieur van het paleis en een Koninklij
ke jachtpartij. Richard Todd speelt de
rol van Sir Walter Raleigh en Joan
Collins is het meisje, waarmee hij ten
slotte trouwt".
het geluid al had, had men aan de
muziek die in de studio werd afge
draaid, een perfect aanknopingspunt
voor iedere nieuwe actie van de pop
pen.
Niet alleen bij de opnamen van de
film is de marionet een veel dank
baarder onderwerp. Maar ook, vooral
by reclame, het medium by uitstek
om met enkele gebaren op indringen
de wijze een bedoeling kenbaar te
maken.
De weg, die men ingeslagen heeft,
van de pop, die geanimeerd moet
worden naar de marionet, zou wel
eens heel beslissend kunnen zijn voor
de Nederlandse reclamefilm.
r
(Van een speciale verslaggever)
„Wat gek, dat je voor elke première
altijd weer zo nerveus bent/" ver
zucht Wim lbo, de Vara-producer-re-
gisseur van de familie Doorsnee en
andere radiospelen, wanneer we hem
op een Zaterdagmiddag op het po
dium van de Kleine Zaal van 't Am
sterdamse Concertgebouw gespannen
vinden wachten op Kees Brusse, Het
ty Blok, Lia Dorana, pianist Cor Le-
maire, een guitarist e een bassist,
voor de eerste opnamen van het caba
retprogramma „Brusserse Kermis",
waarmee de Vara morgen, 16 October
zal starten. Even late. blijkt, dat
Wim lbo niet de enige is, die last
heeft van première-koorts!
Kees Brusse, „een bijzonder aardi
ge jongen", zoals een collega hem
hartelijk en welgemeend karakteri
seerde, wond er geen doekjes om.
„Willen we straks even babbelen? Ik
wil nog even mijn tekst doornemen.
Mag het?"
Warm-menselijk vibreert de donke
re stem van Lia Dorana wanneer ze
een potpourri van bekende Franse en
daarna bekende Engelse wijsjes van
twintig jaar gelede*, zingt. Duidelijk
is haar sterke geëmotioneerdheid van
het matbleke gelaat te lezen. De
tekstbladen dansen in haar hand.
De enige in dit kleine artistenge-
zelschap, die haar nervositeit behoor
lijk lucht weet te geven, is Hetty
Blok. Ze draaft als een renpaardje
over het toneel, kruipt onder de cou
lissen door, gooit eens als ballerina de
benen in de hoogte en speelt intussen
met voorbeeldige vaardigheid de rol,
die Kees Brusse en Wim lbo haar
hebben toebedeeld in deze Brusserse
Kermis, die voortaan veertiendaags,
op Zondagavond, van half acht tot
acht uur Hetty's Blokkade gaat ver
vangen.
DOORSNEE-COMPLEX
Een jaar is Hetty Blok het middel
punt geweest van dit veertiendaagse
cabaret-programma-van-de bovenste
plank. Zy' kon er al haar talent in ont
plooien én zo de radio-luisteraars la
ten weten, dat ze heel wat meer pij
len op haar boog heeft dan bij de
familie Doorsnee een voortreffelijk
Sjaantje van-alles te spelen, die zo
gezellig poes Kareltje weet te ver
wensen als een „senuwekét".
„Dat te laten blijken, is ook precies
de bedoeling geweest", zegt Wim lbo
ons. Door de familie Doorsnee zijn be
paalde figuren in een bepaalde rol ge
zet. Daar zijn ze zc mee verkleefd,
dat artist en persoon nu door tal van
mensen door elkaar worden gehaald.
Dat is enerzyds natuurlijk wel leuk,
maar anderzijds toch ook jammer. Zo
is „Blokkade" ontstaan, waarin Hetty
Blok van alles kreeg te doen, behalve
Sjaan ten tonele voerer.
KEES BRUSSE.
veelzijdig talent
O
k ngeveer vijfendertig
jaar geleden brak
in Rusland de op
stand van de Wit-Russen
uit: nog eenmaal tracht
ten zij het glorieuze Cza-
renrijk in ere te herstel
len. Generaal Wrangel
leidde zijn moedige Wit-
Russen zo goed als mo
gelijk was. Maar wat
was dit handjevol solda
ten tegenover de grote
mejisenmassa's van het
Nieuwe Beioind Het le
ger werd hoe langer hoe
meer verscheurd en uit
gedund. Een deel van de
marine zag kans naar
Noord-Afrika te vluch
ten, het landleger echter
was dit geluk niet be
schoren: het ene deel,
dat moest uitwijken naar
Siberië, vond een ellendi
ge dood, de andere helft
werd naar het Westen
gedreven en in Boelga-
rije geïnterneerd.
Tot de~e laatste groep
behoorde ook een Kozak-
kenregiment en onder
één van zijn officieren
bevond zich een kleine
stille man. die niet kon
dromen dat enige jaren
- later zijn naam op veler
lippen zou zijn Sefge
Jaroff.
Het regiment werd in
gedeeld bij de wegenaan
leg in de buurt van Con-
stantinopel. Van 't mo
ment, dat de zon opging
tot het ogenblik, dat de
duisternis inviel, moest
't zwoegen onder bedrei
gingen van harde zweep
slagen. Eten was er bijna
niet: herhaaldelijk moest
de buikriem strakker
aangehaald worden.
Wanneer zij zich ech
ter in de koude nacht
lucht bij een kamp
vuur trachtten te war
men, zwierven hun ge
dachten ver weg: naar
huisnaar hun ouders,
naar vrouw en kinderen,
naar hur stad of hun
boerderij. Zij droomden
van hun vaderland, van
de uitgestrekte steppen,
waar nlen uren ver kij
ken kan
Serge Jaroff, die door
zijn uitermate kleine ge
stalte zich de lachlust en
spot van de gehele fami
lie- en kennissenkring op
de hals haalde, was te
Kostroma, aan de Don
geboren. Al gauw moest
hij zyn eigen weg zoeken
en zijn enige wens was:
muziek-, zang- en dans-
studie. Zyn eerste oplei
ding ontving hij aan de
geestelijke muziek-aca-
demie in Moskou, waar
zijn talent en ijver al snél
r
Serge Jaroff kreeg wereldnaam
M'
aar opeens, volko
men onverwacht,
begon één hunner
te zingen: een oude Rus
sische volkswijs, door
trokken van heimwee
naar huis cn hoop op te-
ugkeer naar het vader-
'and. De anderen, getrof-
'en door dit lied, zongen
■nee: eerst zacht, allengs
■.terker en krachtiger.
Het ene lied volgde op
het andere en al gauw
'ringen de treurige mélo
dieën plaats maken voor
narsltedjes en liefdes-
alladen. En die verle-
stiofficier, die
loor zij,. kameraden
werd geplaagd en te on
ooglijk werd geacht om
iets te kunnen bereiken,
nam de leiding by dit ge
zang.
in het oog vielen. De
eerste Wereldoorlog ech
ter maakte een eind aan
zijn toekomstdromen. Hij
werd ingedeeld bij een
Kozakkenregiment.
Na deze zangavond in
het kamp, koos hij
de mooiste stem
men uit en na enige we
ken onvermoeibaar repe
teren zong Jaroff met
zijn mannen in de Kathe
draal van Sophiade
hoofdstad van Bulgarije.
Het eerste grote con
cert had plaats in .de
Hof burg te Wenen op j
Juli 1923. Met de jube
lende kerkzang van
Rachmaninoff,'.Dir sin-
gen, Dich preisen, Dir
danken wir und beten zu
Dir, Herr utiser Gott"
veroverden zij de harten
van alle toehoorders.
Van Wenen uit bereis
den de Kozakken de ge-
héle wereld en overal za
gen zij ontroerde gezich
ten, ontmoetten zij men
sen die dankbaar waren
de schone zang te mogen
beluisteren van zulke be
genadigde zangers.
Nog vier mannen zijn
over van het oude Ko
zakken-regiment, de
plaats der anderen wordt
ingenomen door kinde
ren van emigranten.
En Serge Jaroff, hoe
is hij gebleven onder
zijn wereldsucces
Heeft dit in de eenvoudi
ge, stille jongeman van
vroeger een grote veran
dering teweeg gebracht
Het tegendeel is waar:
hij is nog -erlegener en
nog stiller geworden.
Nooit ziet men hem al
leen uitgaan en wanneer
men met hem spreekt,
glimlacht hij slechts en
is hij niet te bewegen iets
te verte->»i. Maar hoe
heel anders is de leider,
wanneer hy op het po
dium voor zijn mannen
staat!
Deze zangers geven nu
9 concerten in Neder
land: 13 October i/i Rot
terdam, 16 October in
Nijmegen. 17 October in
Den Haag. 1„ October in
Amsterdam, 19 October
in Haarlem, 20 October
in Zwolle, 21 October in
Arnhem en 22 October in
Gouda.
Dat wa« vorig jaar. Voor dit
radio-winterseizoen zetten we
Kees Brusse in het centrum:
Rob uit de familie Doorsnee.
Doordouwer uit „Blokkade" sa
men met Wim Kan de Ravelu's),
Kubus Rarekiek uit het Triangel-
programma, lid van de toneel
groep „Theater" uit Arnhem, en
dan sinds kort filmartist door
zijn succesvol debuut in „Ciske
de Rat". Kees is een veelzijdig
talent. We hebben grote verwach
tingen van hem nu we rond hem
een beetje kermis gaan maken",
zegt Wim lbo.
Met Kees Brusse „ja, ik ben
een broer van Jan, de Nederlandse
journalist in Parijs" hebben we,
na de geslaagde bandopnamen voor
de uitzendingen op 16 en 30 Oct., ge
zellig even zitten na-praten. Hij
heeft ons een vertrouwelijke blik ge
gund in de radio-keuken en ons an
dermaal laten begrijpen, dat er aan
zo'n „uitzendinkje" van een half uur
een enorme voorbereiding vastzit.
EEN LACH EN EEN TRAAN.
„We Wim lbo en ik dus
proberen voor dit programma iets
anders te vinden als gewoonlijk door
de radio komt Het zal een gemê
leerd programma zijn, waarby het
heel niet de bedoeling is de mensen
aan één stuk te laten lachen. Omdat
we uitgaan van een ouderwetse
kermis, is er een vaste grondslag
en je kunt er toch van alles bij ha
len
Zelfs een persiflage op geykte
radiogebeurtenissen zal er niet in
ontbrekenHopelijk zullen we on
der de weinige goede tekstschrijvers
de mensen vinden, die dit veertien
daagse Zondagavondhalfuurtje weer
boeiend weten te maken..... Annie M.
G. Schmidt en Simon Carmiggelt
hebben al wat teksten geschreven
•or een paar uitzendingen.
De overige tekst moet te gelegener
tijd te voorschyn komen. Dat maakt
het mogelijk ook de actualiteit er zo
veel mogelijk in te verwerken."
De £>taat$o<peza
in (i)enen
Op de openingsavond van het uit
de as verrezen verjongde gebouw
van de Weense Staatsopera op 5
November a.s. zal de „Fidelio" van
Ludwig van Beethoven ten gehore
worden gebracht. De keus viel op
„Fidelio", die anderhalve eeuw ge
leden haar première in Wenen be
leefde, omdat de componist met de
ze opera de vrijheid wilde verheer
lijken. De Oostenrijkers zijn met de
ze keus zeer ingenomen, daar de
uitvoering er van met hef oog op
hun bevrijding na tien jaar bezetting
wel in het bijzonder de juiste sfeer
treft.
Het oude gebouw, dat in de vroeg-
Franse Renaissance stijl was opge
trokken bood plaats aan 2260 bezoe
kers; het werd 86 jaar geleden, in
1869 plechtig geopend met een uit
voering van „Don Giovanni" van Mo-
zart.
De Weense opera werd al spoedig
niet alleen een cultureel centrum voor
de Oostenryks-Hongaarse monarchie,
maar een instelling die in de gehele
wereld zeer hoog werd aangeslagen.
Nadat het Keizerrijk met zijn pracht
en praal de Eerste Wereldoorlog niet
had overleefd, deed de armoede van
Wenen geen afbreuk aan de hoge nor
men, die de Opera zich stelde. Orkest
en zangers bleven de aandacht voor
zich opeisen, het gebouw had zijn
uiterlijke schoonheid behouden en de
toneeldecors waren nog even schitte
rend als voorheen.
Tijdens de laatste faze van de
Tweede Wereldoorlog werd het ge
bouw door een luchtbombardement
vrijwel geheel in de as gelegd: alles
wat er overbleef waren'de kale mu
ren en een deel van de monumentale
trap, de hall en de foyer. Dank zij
vrijwillige bijdragen uit andere landen
konden de Weners een aanvang ma
ken met het herstel van hun operage
bouw. De zware taak vorderde slechts
langzaam, maar deze zomer kon ten
slotte de laatste hand aan het werk
worden gelegd.
De drie kleuren rood, goud en ivoor
werden weer gebruikt voor de hoef
ijzervormige gehoorzaal. Er zijn spe
ciale versterker-installaties aangelegd
voor hardhorenden, terwijl aan ver
schillende stoelen kleine lampjes zijn
aangebracht ten behoeve van dege
nen, die de muziek aan de hand van de
partituur willen volgen. Voor radio-
en televisie-opnamen zijn de modern
ste toestellen aangebracht. De tempe
ratuur en de vochtigheid van de lucht
worden steeds binnen nauwe grenzen
gehouden; grote hoeveelheden verse
lucht worden onder de grond door uit
een naburig park aangezogen.
Het nieuwe toneel is een wonder
van de moderne techniek. Het totale
oppervlak is meer dan 1000 vierkante
meter en met een diepte van 45 meter
is het zelfs groter dan dat van de Pa-
rijse Opera. Het draaitoneel is 18 VA
meter in diameter, het kan in het mid
den plat opgevouwen en wanneer
het niet gebruikt wordt opgehesen
worden. Met de toneelverliehting, die
ten dele in New York werd besteld, Is
het onder meer mogelijk licht- en
schaduweffecten te verkrijgen, zoals
in Bayreuth bij de vertoning van
Wagners opera's de laatste jaren te
zien zyn. In het nieuwe gebouw zjjn
1640 zit- en 550 staanplaatsen.