kf:~- „DE GIDS" belicht facetten van het huidige toneelleven L J BRUSSE blokkeert de BLOKKADE Op aniieke wereld geïnspireerde éénacter van Eickholt bekroond Nieuwe mogelijkheden voor maken van poppenfilms Dertig jaar zingen de Don-Kozakken ZATERDAG 15 OCTOBER 1955 PROVINCIALE ZE EU W SE COURANT 9 BETERE TOEKOMST VOOR TONEEL? ONDANKS HET FEIT dat men terecht wel beweerd heeft, dat „het to neel begint waar de literatuur ophoudt" zyn toneel en letteren toch zo nauw met elkaar verweven, dat we er geen bezwaar in zien de bespreking van het interessante dubbelnummer van De Gids het „Toneelnummer", op de plaats van de letterkundige kroniek te zetten. Het algemeen-culturele maandblad De Gids (ondertussen in zijn 118de jaargang) had een prijsvraag uitgeschreven voor een Nederlands toneelstuk in één bedryf, en heeft met dat blijk van belangstelling voor de dramatische kunst niet willen volstaan. Vandaar dat de redactie bovendien een aantal bekende figuren op toneelgebied heeft uitgenodigd, artikelen te schrijven over bepaalde aspecten van het toneelleven. Deze zijn in een bundel, mèt de bekroonde eenacter, als Aug.-Sept. nummer verschenen. Het resultaat is een, zoals reeds gezegd, zeer belangwekkend geheel geworden, waarby slechts te betreuren valt dat er door de redactie, te weten Emmy van Lok horst (toneelrecensente), Ed. Hoornik (schryver van enkele toneelstukken) en Bert Voeten (vertaler van toneelstukken) geen vaste lijn is aangehou den, zodat wel vele facetten, maar niet alle werden belicht. Om slechts een voorbeeld te noe men: we worden ingelicht over het hedendaags toneel in Amerika, Enge land en België, maar over Frankrijk, dat toch op toneelgebied in elk opzicht waarlijk ook wel wat in de melk te brokken heeft, ontbreekt zulk een overzicht. Dat is een grote leemte, die toch beslist wel te vullen was ge weest. Ook over ons eigen land ont breekt zulk een résumé, en daarover zou menige lezer toch wel gaarne zijn ingelicht. Wel werden er zeventien Letterkundige kroniek door HANS WARREN fraaie foto's uit onlangs in Nederland opgevoerde stukken geplaatst, waa - op men al onze prominente spelers te zien krijgt. Had de redactie een iets vastere lijn getrokken, dan was ei- mogelijk een uniek nummer ontstaan waarnaar men steeds met belaiv r id ling teruggrijpen zou. Thans is het geheel wel erg levendig, maar nogal onvolledig en willekeurig uitgevallen. Aanleiding tot dit alles was de vraag: is er een betere toekomst voor het toneel?, vraag, natuurlijk voort spruitend uit de omstandigheid dat het in het heden niet zo erg rooskleu rig met ons toneelleven gesteld is. (En ook in het buitenland is men lang niet tevreden, maar laten we ons nu tot Nederland beperken, waar de za ken relatief nog wat slechter staan). Een erg duidelijk antwoord wordt er overigens op de gestelde vraag niet gegeven. Als men ons toneelleven van he den globaal beschouwt, valt aller eerst op, dat er betrekkelijk veel goede acteurs zijn, maar niet één „geweldige". Dat er bijzonder wei nig goede oorspronkelijke Neder landse stukken die speelbaar zijn, worden geschreven. En dat het ons ten enenmale aan regisseurs van formaat ontbreekt. Om van een ware toneelleider, die het ruim aanwezige aantal talenten zou kunnen ontwikkelen, nog maar te zwijgen. Verder valt er op, dat de toneelspeler op zichzelf in de loop van de tijden nog al veranderd is. VELERLEI FACETTEN. Nu is het niet alleen de habitus van de toneelspeler die in dit Gids-num- mer besproken wordt, al wordt die o.a. door A. Koolhaas, A. den Hertog, A. Defrense en-Mar.uel van Loggem telkens van een andere gezichtshoek bekeken. Ook de verhouding tussen acteur en auteur, of liever tussen de drie-eenheid schrijver-speler-publiek komt telkens ter sprake. Het stuk van A. den Hertog is geheel aan de verhouding tussen de toneelschrijver en de speler gewijd. Van hem is o.a. de opmerkelijke frase dat het toneel (het „stuk" wordt bedoeld) leeft bij de gratie van de speler maar dat het blijft leven (door de eeuwen heen) bij gratie van de auteur. Ben Stroman schrijft over de functie van de toneel kritiek (die te onzent veel te literair ingesteld isi J. W. Hofslra over het karakter van de Nederlandse toneel schrijfkunst, W. Ph. Pos over Vor ming vcor het toneel, Wim Vesseur, zeer interessant, over het „Open to neel", etc. etc. Dan zijn er, zoals reeds vermeld, goede beschouwingen over het toneel in Amerika, Engeland en België (Vlaams en Frans), resp. van prof. Hunningher, Michel van der Plas en Jan Walravens, terwijl Luc Lutz taak, lust en lijden van de souffleir verhaalt. Er zijn ook vrijer bijdragen, waai van we vooral de pittige brief var. A. Pitlo „Waarom ik van toneel hou en het bijzonder aardige stukje, haast een schets, „Tragische schapen" van Johan de Meester noemen. Het is on mogelijk hier alle artikelen te vermel den, want we willen nog even stil staan by de aanleiding tot dit alles, de prijsvraag, waarbij als no. 1 uit de bus kwam een onbekende uit Den Haag, G. A. M. Eickholt met zijn een acter „Twee zielenéén obool". BEKROONDE EENACTER. Het is een allerchai-mantste eenac ter, geïnspireerd door de antieke we reld. Zoals men zich wellicht herin nert, werden de zielen van de gestor ven Grieken in de onderwereld door veerman Charon over de rivier de Styx gezet voor de prijs van een obool, die de overledene bij de begra fenis werd meegegeven. Het toneel nu, stelt die overtochtsplaats voor, de enscenering is luguber. Er zijn drie personen: de veerman Charon en de gestorvenen Melia en Eumenetes. Me- lia, door een minnaar vermoord, heeft geen obool meegekregen daar haar minnaar haar, uit angst voor het ge recht, voor de verscheurende dieren en gieren geworpen heeft in plaats van haar een verzorgde begrafenis te geven. Haar ziel zwerft reeds een paar jaren in de onderwereld om, en vergeefs tracht zy met smeken en lis ten Charon om te kopen. Dan arri veert de gestorven Eumenetes. Hij kent Melia van vroeger zeer goed, en wil haar graag helpen, maar hij heeft slechts één obool en Charon zet geen twee zielen over voor één obool. Hoe Melia, in leven zangeres en voor- drachtskunslenares en Eumenetes, die toneelspeler was, samen een list ver zinnen, die slaagt, en dus Charon be driegen en zo samen over de Styx gezet worden naar de Elysese velden, vormt de hoofdinhoud van deze gees tige en tegelijk fijnzinnige, van een werkelijke Griekse geest doortrokken eenacter, die zo goed toneelmatig werd geschreven dat voor de opvoe ring het beruchte blauwe potlood er oi. nauwelijks aan te pas zal hoeven te komen. Vermelden we nog dat dit bekroon de werk van Eickholt eenstemmig ge kozen werd uit 96 Nederlandse en Vlaamse inzendingen en dat volgens de jury het peil van die werken over het algemeen weinig indrukwekkend was. Terugziend op dit alleszins belang wekkende Gidsnummer vragen wy ons tenslotte af of er een betere toe komst voor ons toneel in het verschiet ligt. Veel antwoord daarop ontvangen we niet. We geven daarom onze per soonlijke mening, die optimistisch is: ja. De Gids, Toneelnummer Aug.- Sept.-'55, P. N. van Kampen en Zoon N.V., Amsterdam. WERELD IN HET KLEIN Marioneiien op hei witte doek Don en Ly Vermeire, onze eerste en enige marionettenspelers van de film, tijdens de opname. (Van een filmmedewerker) Voor reclamefilms is men na de oorlog een steeds groter gebruik gaan maken van de pop. De grappige fi guurtjes van Joop Geesink met hun abrupte bewegingen en hun star ver baasde gezichten zijn wel de bekend ste geworden. Maar het zg. anime ren het tot beweging en in de ver eiste stand brengen van deze pop pen is een zo tijdrovend procédé, dat een etmaal hard werken slechts vier seconden film oplevert! Dat realiseerden we ons pas goed toen we bij Multi-film Haarlem on langs de opnamen meemaakten van een reclamefilmpje. Ook een poppen- film, maar nu met als hoofdpersonen de marionetten van Don en Ly Ver meire uit Den Haag. Uit de „Capri- cio", het stuk dat de Vermeires op hun tournée door de West verleden jaar ook in het papiaments en Suri naams brachten, heeft men een ge deelte van tien minuten genomen en dit verwerkt tot filmscenario. Daarin zien wy het optreden aan het hof van de koning aller marionetten van we reldberoemde artisten, twee harmo nicaspelers, een tapdanser, twee acro baten op een fiets, een man met een toverfluit, twee danseressen en een fakir, die in een omhoog geworpen touw klimt. Voor de tot nu toe gebruikelijke poppenfilm zouden dergelijke be weeglijke acteurs onoverkomelijke moeilijkheden hebben meege bracht. Maar de marionetten van de Vermeires voerder., geleid door de bekwame gevoeligheid van hun bespelers, met het grootste gemak de meest harmonische bewegingen uit. Aan bijna onzichtbare draden, die van hun ledematen naar de kruishouten in de handen van de poppenspelers liepen, leefden zij een schijnbaar zelfstandig leven, zo natuurgetrouw dat van de men sen uitbeelden, dat niemand ont kwam aan de charme van deze wereld in het klein! i>e mogelijkheid om de marionet naar behoefte snel te kunnen laten wisse- 'en van beweging, maakt haar bij uit stek geschikt als object voor de film waar ook juist het dynamische ele ment van zo groot belang is. Hier hoeft niet iedere pop by ieder onder deel van een beweging met de hand in de daarvoor vereiste stand ge pi-i bracht te worden en is in een dag of drie, vier een filmpje van tien minu ten opgenomen. GEWILLIGE ACTEURS Binnen de speelse décortjes ontwor pen door Kees van Dyk, de décor-ont werper van de Snip en Snaprevues, geven de twaalf door Don en Ly Ver meire gemaakte poppen hun voor- i stelling voor de televisie. Een film- via de televisie dus. Het bewijs dat hond en kat elkaar niet altijd hoeven te .bijten! Aanvankelijk werd dit spel ver toond voor de commerciële televisie op de E 55. En het sloeg daar zo in, dat dit programma door dezelfde ca meramensen Theo van Haren No- man, Rudi Herblot en Peter Stau- gaard op 16 mm. in kleuren over gemaakt werd. Aan dat overmaken zat meer vast, Niet alleen moest in de vrij kleine studio de kast worden opge bouwd, met daarachter de stellage, waarop de marionettenspelers on zichtbaar voor het publiek him pop pen bespelen. Maar waar bij de te levisie drie verschillende camera's gelijktijdig dezelfde opname vanuit diverse hoeken kunnen nemen en een shot van elkaar kunnen overnemen en weer teruggeven, zit men bij de film vast aan een camera-instelling, die alleen door montage onderbro ken kan worden. Omdat men van het televisiefilmpje ED. HOORNIK speciaal nummei Schilder Filarski 70 jaar. Vandaag viert de Amsterdamse schilder D. H. W. Filarski zijn 70ste geboortedag. De jubilaris werd 15 October 1885 te Amsterdam geboren, waar hij de Quellinusschool bezocht en daarna leerling was van de Rijksschool voor Kunstnijverheid. Aanvankelijk in een „dondergam- ma" werkend, ging hij in latere jaren over tot een lichtere toon. Zijn oeuvre omvat stillevens, doch hoofdzakelijk landschappen uit Frankrijk en andere Zuid-Europese landen In 1937 verwierf zijn werk de zilve ren medaille op de wereldtentoonstel ling te Parijs. In 1951 viel hem de „Arti-medaille" ten deel. Film over Elizabeth I. Dezer dagen vond in New York de premiere plaats van de 20th Century- Fox CinemaScopefilm in kleuren „The Virgin Queen, waarin Bette Da- vis de hoofdrol vervult en die geregis seerd werd door Henry Koster. De film werd gunstig beoordeeld en voor al wordt de aandacht gevestigd op de wijze waarop de vorm en inhoud der dialogen aangepast zijn aan de tijd, waarin de handeling speelt. Door het tijdschrift „Motion Pictu re Herald" wordt de film „uitste kend" genoemd en in een artikel wordt hierover het volgende gezegd: „De film geeft een beeld van Enge land in de tyd van Elizabeth en van het daarin overheersende karak ter, Elizabeth I in een zeer aanne melijke vorm. Het spel van Bette Da- vis geeft aan de film 'diepte en leven. Wy zien op het doek hoe de jonge Walter Raleigh, daartoe gedreven door een droombeeld van Engelands toekomstige suprematie op de wereld zeeën, naar de gunst dingt van Ko ningin Elizabeth, die hem in staat moet stellen de nodige schepen uit te rusten. Hofintriges, een duel en een romantische liefdesgeschiedenis zor gen er voor, dat de aandacht van het begin tot het einde wordt geboeid en dit alles speelt zich af tegen de kleur rijke achtergrond van het rijke inte rieur van het paleis en een Koninklij ke jachtpartij. Richard Todd speelt de rol van Sir Walter Raleigh en Joan Collins is het meisje, waarmee hij ten slotte trouwt". het geluid al had, had men aan de muziek die in de studio werd afge draaid, een perfect aanknopingspunt voor iedere nieuwe actie van de pop pen. Niet alleen bij de opnamen van de film is de marionet een veel dank baarder onderwerp. Maar ook, vooral by reclame, het medium by uitstek om met enkele gebaren op indringen de wijze een bedoeling kenbaar te maken. De weg, die men ingeslagen heeft, van de pop, die geanimeerd moet worden naar de marionet, zou wel eens heel beslissend kunnen zijn voor de Nederlandse reclamefilm. r (Van een speciale verslaggever) „Wat gek, dat je voor elke première altijd weer zo nerveus bent/" ver zucht Wim lbo, de Vara-producer-re- gisseur van de familie Doorsnee en andere radiospelen, wanneer we hem op een Zaterdagmiddag op het po dium van de Kleine Zaal van 't Am sterdamse Concertgebouw gespannen vinden wachten op Kees Brusse, Het ty Blok, Lia Dorana, pianist Cor Le- maire, een guitarist e een bassist, voor de eerste opnamen van het caba retprogramma „Brusserse Kermis", waarmee de Vara morgen, 16 October zal starten. Even late. blijkt, dat Wim lbo niet de enige is, die last heeft van première-koorts! Kees Brusse, „een bijzonder aardi ge jongen", zoals een collega hem hartelijk en welgemeend karakteri seerde, wond er geen doekjes om. „Willen we straks even babbelen? Ik wil nog even mijn tekst doornemen. Mag het?" Warm-menselijk vibreert de donke re stem van Lia Dorana wanneer ze een potpourri van bekende Franse en daarna bekende Engelse wijsjes van twintig jaar gelede*, zingt. Duidelijk is haar sterke geëmotioneerdheid van het matbleke gelaat te lezen. De tekstbladen dansen in haar hand. De enige in dit kleine artistenge- zelschap, die haar nervositeit behoor lijk lucht weet te geven, is Hetty Blok. Ze draaft als een renpaardje over het toneel, kruipt onder de cou lissen door, gooit eens als ballerina de benen in de hoogte en speelt intussen met voorbeeldige vaardigheid de rol, die Kees Brusse en Wim lbo haar hebben toebedeeld in deze Brusserse Kermis, die voortaan veertiendaags, op Zondagavond, van half acht tot acht uur Hetty's Blokkade gaat ver vangen. DOORSNEE-COMPLEX Een jaar is Hetty Blok het middel punt geweest van dit veertiendaagse cabaret-programma-van-de bovenste plank. Zy' kon er al haar talent in ont plooien én zo de radio-luisteraars la ten weten, dat ze heel wat meer pij len op haar boog heeft dan bij de familie Doorsnee een voortreffelijk Sjaantje van-alles te spelen, die zo gezellig poes Kareltje weet te ver wensen als een „senuwekét". „Dat te laten blijken, is ook precies de bedoeling geweest", zegt Wim lbo ons. Door de familie Doorsnee zijn be paalde figuren in een bepaalde rol ge zet. Daar zijn ze zc mee verkleefd, dat artist en persoon nu door tal van mensen door elkaar worden gehaald. Dat is enerzyds natuurlijk wel leuk, maar anderzijds toch ook jammer. Zo is „Blokkade" ontstaan, waarin Hetty Blok van alles kreeg te doen, behalve Sjaan ten tonele voerer. KEES BRUSSE. veelzijdig talent O k ngeveer vijfendertig jaar geleden brak in Rusland de op stand van de Wit-Russen uit: nog eenmaal tracht ten zij het glorieuze Cza- renrijk in ere te herstel len. Generaal Wrangel leidde zijn moedige Wit- Russen zo goed als mo gelijk was. Maar wat was dit handjevol solda ten tegenover de grote mejisenmassa's van het Nieuwe Beioind Het le ger werd hoe langer hoe meer verscheurd en uit gedund. Een deel van de marine zag kans naar Noord-Afrika te vluch ten, het landleger echter was dit geluk niet be schoren: het ene deel, dat moest uitwijken naar Siberië, vond een ellendi ge dood, de andere helft werd naar het Westen gedreven en in Boelga- rije geïnterneerd. Tot de~e laatste groep behoorde ook een Kozak- kenregiment en onder één van zijn officieren bevond zich een kleine stille man. die niet kon dromen dat enige jaren - later zijn naam op veler lippen zou zijn Sefge Jaroff. Het regiment werd in gedeeld bij de wegenaan leg in de buurt van Con- stantinopel. Van 't mo ment, dat de zon opging tot het ogenblik, dat de duisternis inviel, moest 't zwoegen onder bedrei gingen van harde zweep slagen. Eten was er bijna niet: herhaaldelijk moest de buikriem strakker aangehaald worden. Wanneer zij zich ech ter in de koude nacht lucht bij een kamp vuur trachtten te war men, zwierven hun ge dachten ver weg: naar huisnaar hun ouders, naar vrouw en kinderen, naar hur stad of hun boerderij. Zij droomden van hun vaderland, van de uitgestrekte steppen, waar nlen uren ver kij ken kan Serge Jaroff, die door zijn uitermate kleine ge stalte zich de lachlust en spot van de gehele fami lie- en kennissenkring op de hals haalde, was te Kostroma, aan de Don geboren. Al gauw moest hij zyn eigen weg zoeken en zijn enige wens was: muziek-, zang- en dans- studie. Zyn eerste oplei ding ontving hij aan de geestelijke muziek-aca- demie in Moskou, waar zijn talent en ijver al snél r Serge Jaroff kreeg wereldnaam M' aar opeens, volko men onverwacht, begon één hunner te zingen: een oude Rus sische volkswijs, door trokken van heimwee naar huis cn hoop op te- ugkeer naar het vader- 'and. De anderen, getrof- 'en door dit lied, zongen ■nee: eerst zacht, allengs ■.terker en krachtiger. Het ene lied volgde op het andere en al gauw 'ringen de treurige mélo dieën plaats maken voor narsltedjes en liefdes- alladen. En die verle- stiofficier, die loor zij,. kameraden werd geplaagd en te on ooglijk werd geacht om iets te kunnen bereiken, nam de leiding by dit ge zang. in het oog vielen. De eerste Wereldoorlog ech ter maakte een eind aan zijn toekomstdromen. Hij werd ingedeeld bij een Kozakkenregiment. Na deze zangavond in het kamp, koos hij de mooiste stem men uit en na enige we ken onvermoeibaar repe teren zong Jaroff met zijn mannen in de Kathe draal van Sophiade hoofdstad van Bulgarije. Het eerste grote con cert had plaats in .de Hof burg te Wenen op j Juli 1923. Met de jube lende kerkzang van Rachmaninoff,'.Dir sin- gen, Dich preisen, Dir danken wir und beten zu Dir, Herr utiser Gott" veroverden zij de harten van alle toehoorders. Van Wenen uit bereis den de Kozakken de ge- héle wereld en overal za gen zij ontroerde gezich ten, ontmoetten zij men sen die dankbaar waren de schone zang te mogen beluisteren van zulke be genadigde zangers. Nog vier mannen zijn over van het oude Ko zakken-regiment, de plaats der anderen wordt ingenomen door kinde ren van emigranten. En Serge Jaroff, hoe is hij gebleven onder zijn wereldsucces Heeft dit in de eenvoudi ge, stille jongeman van vroeger een grote veran dering teweeg gebracht Het tegendeel is waar: hij is nog -erlegener en nog stiller geworden. Nooit ziet men hem al leen uitgaan en wanneer men met hem spreekt, glimlacht hij slechts en is hij niet te bewegen iets te verte->»i. Maar hoe heel anders is de leider, wanneer hy op het po dium voor zijn mannen staat! Deze zangers geven nu 9 concerten in Neder land: 13 October i/i Rot terdam, 16 October in Nijmegen. 17 October in Den Haag. 1„ October in Amsterdam, 19 October in Haarlem, 20 October in Zwolle, 21 October in Arnhem en 22 October in Gouda. Dat wa« vorig jaar. Voor dit radio-winterseizoen zetten we Kees Brusse in het centrum: Rob uit de familie Doorsnee. Doordouwer uit „Blokkade" sa men met Wim Kan de Ravelu's), Kubus Rarekiek uit het Triangel- programma, lid van de toneel groep „Theater" uit Arnhem, en dan sinds kort filmartist door zijn succesvol debuut in „Ciske de Rat". Kees is een veelzijdig talent. We hebben grote verwach tingen van hem nu we rond hem een beetje kermis gaan maken", zegt Wim lbo. Met Kees Brusse „ja, ik ben een broer van Jan, de Nederlandse journalist in Parijs" hebben we, na de geslaagde bandopnamen voor de uitzendingen op 16 en 30 Oct., ge zellig even zitten na-praten. Hij heeft ons een vertrouwelijke blik ge gund in de radio-keuken en ons an dermaal laten begrijpen, dat er aan zo'n „uitzendinkje" van een half uur een enorme voorbereiding vastzit. EEN LACH EN EEN TRAAN. „We Wim lbo en ik dus proberen voor dit programma iets anders te vinden als gewoonlijk door de radio komt Het zal een gemê leerd programma zijn, waarby het heel niet de bedoeling is de mensen aan één stuk te laten lachen. Omdat we uitgaan van een ouderwetse kermis, is er een vaste grondslag en je kunt er toch van alles bij ha len Zelfs een persiflage op geykte radiogebeurtenissen zal er niet in ontbrekenHopelijk zullen we on der de weinige goede tekstschrijvers de mensen vinden, die dit veertien daagse Zondagavondhalfuurtje weer boeiend weten te maken..... Annie M. G. Schmidt en Simon Carmiggelt hebben al wat teksten geschreven •or een paar uitzendingen. De overige tekst moet te gelegener tijd te voorschyn komen. Dat maakt het mogelijk ook de actualiteit er zo veel mogelijk in te verwerken." De £>taat$o<peza in (i)enen Op de openingsavond van het uit de as verrezen verjongde gebouw van de Weense Staatsopera op 5 November a.s. zal de „Fidelio" van Ludwig van Beethoven ten gehore worden gebracht. De keus viel op „Fidelio", die anderhalve eeuw ge leden haar première in Wenen be leefde, omdat de componist met de ze opera de vrijheid wilde verheer lijken. De Oostenrijkers zijn met de ze keus zeer ingenomen, daar de uitvoering er van met hef oog op hun bevrijding na tien jaar bezetting wel in het bijzonder de juiste sfeer treft. Het oude gebouw, dat in de vroeg- Franse Renaissance stijl was opge trokken bood plaats aan 2260 bezoe kers; het werd 86 jaar geleden, in 1869 plechtig geopend met een uit voering van „Don Giovanni" van Mo- zart. De Weense opera werd al spoedig niet alleen een cultureel centrum voor de Oostenryks-Hongaarse monarchie, maar een instelling die in de gehele wereld zeer hoog werd aangeslagen. Nadat het Keizerrijk met zijn pracht en praal de Eerste Wereldoorlog niet had overleefd, deed de armoede van Wenen geen afbreuk aan de hoge nor men, die de Opera zich stelde. Orkest en zangers bleven de aandacht voor zich opeisen, het gebouw had zijn uiterlijke schoonheid behouden en de toneeldecors waren nog even schitte rend als voorheen. Tijdens de laatste faze van de Tweede Wereldoorlog werd het ge bouw door een luchtbombardement vrijwel geheel in de as gelegd: alles wat er overbleef waren'de kale mu ren en een deel van de monumentale trap, de hall en de foyer. Dank zij vrijwillige bijdragen uit andere landen konden de Weners een aanvang ma ken met het herstel van hun operage bouw. De zware taak vorderde slechts langzaam, maar deze zomer kon ten slotte de laatste hand aan het werk worden gelegd. De drie kleuren rood, goud en ivoor werden weer gebruikt voor de hoef ijzervormige gehoorzaal. Er zijn spe ciale versterker-installaties aangelegd voor hardhorenden, terwijl aan ver schillende stoelen kleine lampjes zijn aangebracht ten behoeve van dege nen, die de muziek aan de hand van de partituur willen volgen. Voor radio- en televisie-opnamen zijn de modern ste toestellen aangebracht. De tempe ratuur en de vochtigheid van de lucht worden steeds binnen nauwe grenzen gehouden; grote hoeveelheden verse lucht worden onder de grond door uit een naburig park aangezogen. Het nieuwe toneel is een wonder van de moderne techniek. Het totale oppervlak is meer dan 1000 vierkante meter en met een diepte van 45 meter is het zelfs groter dan dat van de Pa- rijse Opera. Het draaitoneel is 18 VA meter in diameter, het kan in het mid den plat opgevouwen en wanneer het niet gebruikt wordt opgehesen worden. Met de toneelverliehting, die ten dele in New York werd besteld, Is het onder meer mogelijk licht- en schaduweffecten te verkrijgen, zoals in Bayreuth bij de vertoning van Wagners opera's de laatste jaren te zien zyn. In het nieuwe gebouw zjjn 1640 zit- en 550 staanplaatsen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1955 | | pagina 5