Normale
dan via
financiering goedkoper
bouwkas
Een landarbeider-burgemeester
gaat met pensioen
VAN IWAN DE VERSCHRIKKELIJKE
TOT STALIN EN BULGANIN
MAANDAG 21 FEBRUARI 1955
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
SPAREN VOOR EIGEN WONING
Interessante beschouwing in
het Financieel Dagblad
MET BELANGSTELLING HEBBEN WIJ kennis genomen van een ar
tikel in hot Financieel Dagblad, waarin de financiering van de particuliere
woningbouw volgens het bekende bouwkas-systeem onder de loupe wordt
genomen. Het blad wyst er op, dat er in de kringen van de particuliere
bouwondernemers niet alleen principiële, maar ook practische bezwaren
bestaan tegen de activiteit van de N.V. Bouwkas Nederlandse Gemeenten.
Men staat daar op het standpunt, dat een eigen woning aanmerkelijk voor
deliger kan worden verkregen via een particuliere bouwondernemer dan
via een bouwkas. Dat geldt dan de financiering als zodanig, nog afgezien
van de eventueel lagere bouwkosten en een betere uitvoering.
HET FINANCIEEL Dagblad haalt
een artikel aan, dat werd geplaatst
in het officiële orgaan van de Ne
derlandse Bond van bouwonderne
mers. Uitgaande van een voorbeeld
ontleend aan een circulaire van de
Bouwkas Nederlandse Gemeenten,
gaat de schrijver na of een verbinte
nis met de bouwkas de spaarders in
derdaad financiële voordelen biedt.
Het voorbeeld betreft een bouw-
kaswoning, waarvan de bouwkosten
(met inbegrip van de grond- en bij
komende kosten op f 13.000 worden
gesteld. De premie woningbouw 1953
bedraagt f 3500.Er is een netto
spaartegoed van f 1425. De contante
waarde-subsidie op de premie be
draagt f 714. In totaal is dus reeds
een bedrag van f 5.639 beschikbaar.
Voor de resterende f 7.361 verstrekt
de bouwkas een hypotheek, waarvoor
aan rente en aflossing maandelijks
f 39 moet worden betaald.
Aan de hand van deze gegevens
wordt 'n berekening gemaakt, waar
uit wordt geconcludeerd dat de hy
potheek-rente bij de bouwkas in feite
neerkomt op 4.5 procent.
Tegen een dergelijke rente kan
men ook elders een hypotheek krij
gen. Wanneer de gemeenten, evenals
zy thans by de Bouwkas Nederland
se Gemeenten doen, garant staan
voor de aflossing, zullen de hypotheek
banken en institutionele beleggers ze
ker bereid zijn om een vaste hypo
theek gedurende dertig jaar tegen 4
procent te verstrekken.
Voorts wordt gecalculeerd, dat de
totale kosten over deze dertig jaar
by do Bouwkas f 19.936 bedragen en
in 't geval van een normale hypo
theekverstrekking f 17.656.50. Voor
eenzelfde huis wordt dus wanneer dit
door een bouwkas wordt gefinan
cierd, f 2.279.50 meer uitgegeven dan
by een normale financiering.
VAN DE ZIJDE der N.V. Bouw
kas Nederlandse Gemeenten wordt
tegen deze redenering o.m. aange
voerd dat de prijs van haar wonin-
fen, die in complexen worden ge-
ouwd, zo scherp mogelijk kunnen
worden gecalculeerd. „Wanneer een
bouwondernemer dergelijke woningen
voor de markt zou bouwen, zouden
de prijzen ongetwijfeld hoger, soms
zelfs duizenden guldens hoger liggen
in verband met de risico's die gecal
culeerd moeten worden en de winst,
die men wenst te maken. Wil men
juist vergelijken, dan moet men by
de B.N.G.-woning en bij de bouwon
dernemerswoning uitgaan van het
zelfde aflossingssysteem, wat ons
betreft het lineaire", zo betoogt de
B.N.G. Men komt dan tot een aan
merkelijk lager verschil dan ruim
f 2000.De practijk heeft uitgewe
zen, dat velen dit verschil graag op
de koop toe nemen voor de zekerheid
dat zij via de E.N.G. voor een zo laag
mogelijke prijs kunnen bouwen.
Het Financieel Dagblad onthoudt
zich voorlopig van een oordeel, om
dat een zuiver beeld van de verhou
ding moeilijk kan worden gevormd.
Wel wordt vastgesteld, dat hier de
belangen van de kleinere spaarders,
lieden dus die in een kwestbare eco
nomische positie verkeren, op 't spel
staan. Juist deze mensen mogen in
hun streven naar bezitsvorming niet
worden benadeeld. Daarom zou het
aanbeveling verdienen, dit vraagstuk
te doen bestuderen door een onpar
tijdige commissie. Daar zou het mo
gelijk zijn, de kleine spaarders df
juiste weg te wijzen om een finan
cieel verantwoord woningbezit te
krijgen, aldus het Financieel Dag
blad.
it ons g<
onredelijk voor. Ongetwijfeld zal zulk
een commissie echter voor de vraag
komen te staan, of de gemeentebe-
besturen bereid zullen (c.q. kunnen)
zijn om ook aan hypotheekbanken
en institutionele beleggers garanties
te verstrekken ten behoeve van aller
lei individuele gegadigden voor een
eigen woning. Men moet het ook zo
zien, dat een zeer groot aantal van
deze particuliere gegadigden in ze
kere zin gezamenlijk optreden via de
N.V. Bouwkas Gemeenten, terwyl an
derzijds een groeiend aantal gemeen
ten (met sanctie van hogere be
stuursorganen) haar vertrouwen in
deze N.V. demonstreren door het ver
strekken van garanties. Bouwspaar-
ders en garantieverstrekkers vinden
zo in de BJT.G. een soort „contact
orgaan", dat in een behoefte voor
ziet. Blyft alleen de vraag, of de
diensten van dit contactorgaan wel
in overeenstemming zijn met de ex
tra-kosten die ten laste van de
bonwspaarders blijken te komen.
Militaire oefeningen
op Waddeneilanden
Sinds de verandering van de poli
tieke situatie in West-Duitslana, is
het probleem van de militaire oefen
terreinen voor de West-Europese lan
den een punt van zorg voor de mili
taire autoriteiten en politici gewor
den. Als West-Duitsland een onafhan
kelijke status heeft is men voor het
gebruik van de oefenterreinen aldaar
afhankelijk van de Duitse autoritei
ten, met alle consequenties (en zeker
ook de financiële) van dien.
Daarom heeft men ook in Neder
land gezocht naar een oplossing in
eigen land.
Volledig worden opgelost kan het
probleem van Nederland op eigen bo
dem niet, omdat men hier, gezien de
ruimte, geen grotere oefeningen dan
in regimentsverband kan houden, zo
dat men voor manoeuvres op groter
schaal op het buitenland is aangewe
zen.
Op interdepartementaal niveau
zijn daarom thans besprekingen
gaande met het doel op de Wadden
eilanden Vlieland en Terschelling
oefenterreinen in te richten ten be
hoeve van schietoefeningen voor
tanks en vliegtuigen. Mochten deze
plannen doorgaan, dan zal een aantal
tanks op de eilanden gestationneerd
worden, waarheen geregeld onderde
len zullen worden verscheept.
De carnavalsprins Frans d'n lersten
vanMaastricJit en de Raad van Elf
uit deze stad, zijn vorige week op het
Haagse Binnenhof geweest, om een
petitie ondertekend door 12.000
personen waarin aan de autoritei
ten om wijziging van de Zondagswet
wordt gevraagd, aan de griffier van
de Tweede Kamer aan te bieden.
Geldleningen van
gesubsidieerde scholen
Regering wil garantie-
verhoging tot 100 millioen
Bij de Tweede Kamer is ingediend
het wetsontwerp van de wet van 11
Juni 1921, Stb. 95, laatstelijk gewij
zigd bij de kweekschoolwet, houdende
machtiging tot het door het rijk ga
randeren van geldleningen, die door
de besturen van gesubsidieerde gym
nasia, van gesubsidieerde scholen
voor middelbaar onderwijs en van
gesubsidieerde kweekscholen zijn aan
gegaan.
In het ontwerp is voorgesteld het
totale bedrag der geldleningen, waar
voor de machtiging geldt, te bepalen
op 100 millioen gulden. Aangenomen
mag worden, dat dit bedrag voorlopig
voldoende is om in de behoefte aan de
onder rijksgarantie te sluiten geldle
ningen te voorzien.
Als gevolg van de omstandigheid,
dat het bedrag van de op de geldle
ningen gedane aflossingen niet op elk
willekeurig ^ijdstip bekend is, is het
moment, waarop de limiet van
f 35.000.000 wordt bereikt, evenmin
precies bekend. In verband daarmede
wordt in het ontwerp veiligheidshalve
voorgesteld aan de wet terugwerkende
kracht te verlenen tot 1 Januari 1954.
„DE TUD DER TROEBELEN"
Geschiedenis vertoont zekere parallellen
(Van een speciale medewerker)
De „New York Times'! probeert in een hoofdartikel de huidige gebeurte
nissen in Rusland te zien in het licht van de historie van dat land. „Laat
ons eens terugzien" zegt dit blad, „naar het voorjaar van 1584 toen Tsaar
Iwan de Verschrikkelijke stierf. Zijn meer dan veertig-jarige regering was
ryk aan gebeurtenissen geweest en had een diepe indruk achtergelaten in
het land. In zyn geloof aan het absolutisme had hij zijn bewind een sterke
ruggesteun gegeven door het scheppen van een nieuwe, bevoorrechte klas
se, de „oprichniki", welke grote beloningen ontving ten koste van de vroe
ger heersende families. Door oorlogen tegen de Tartaren van Kazan en
Astrakan en het uitbuiten van de Kozakken onder Ermak, waren de gehele
Wolga-vallei en West-Siberië aan gene zyde van de Oeral aan het Russi
sche machtsgebied toegevoegd. Maar tegenover hetgeen hij tijdens zijn re
gering bereikte moet Iwan's vervolgingswaan gesteld worden. Professor
Michael Florinsky zegt in zyn monumentale geschiedenis van Rusland:
„Iwan zag overal verraad en meedogenloos roeide hij, de een na de ander,
al de mannen in zijn omgeving uit, die op een of andere dag het ongeluk
hadden gehad, tot zyn raadslieden te worden uitverkoren".
De enorme politieke, sociale en eco
nomische druk, die gedurende Iwan's
regering werd uitgeoefend lag ver
boven de capaciteiten van zijn opvol
ger, zyn zoon Tsaar Fedor, die in
naam slechts veertien jaar regeerde.
Hof-intriges waren schering en inslag
en door het gehele land deden zich
gevaarlijke uitbarstingen voor. De
macht kwam geleidelijk in handen
van Regent Boris Godounow, die zich
zelf tot Tsaar liet kiezen na Fedor's
dood.
Hongersnood, spionnage, executies en
deportaties waren aan de orde van de
dag. Het volk, in zijn zoeken naar
verlichting van de onverdragelijke on
derdrukking, wendde zich tot een pre
tendent, de pseudo-Dimitri, die be
weerde een zoon van Iwan te zijn.
Maar zodra had deze Dimitri gezege
vierd, of de sociaal en economisch
uiteenlopende klassen, die zich geza
menlijk achter hem hadden ge-
USQUERT IS EEN BIJZONDER DORP
Te Wolf aartsdijk is de bouw van een
nieuw Groene Kruis-gebouw in vollr
gang. Wanneer de werkzaamheden
beëindigd zullen zyn, zal van de sièi
lijke toren op de achtergrond va
uit deze hoek bezien vermoedel
nog slechts de spits te aanschouv
zijn
(Foto: P.Z.C
Man van bijzonder karakter
vervulde een mooie taak
(Van onze speciale verslaggever)
Burgemeester J. Geer ling uit het Groningse dorpje Usquert (1700 Inwo-
gelijk zijn, de kleine spaarders de j ners) is een gedrongen figuur met een hoge, ronde rug. Zijn leven lang is
"Pï" hij vrijgezel gebleven. De enige vrijgezel-burgemeester van ons land. „De
zorg voor zijn bedlegerige moeder en voor zijn zuster is hem als dagloner
altijd genoeg geweest", zeggen de Usquerts, temidden waarvan deze in vele
opzichten merkwaardige figuur steeds geleefd en gewerkt heeft. En zelf
schijnt burgemeester Geerling deze gedachte te bevestigen: „Toen ik nog
maar drie jaar was, kwam mijn vader al te overlijden".
Dagloner? Burgemeester? Er zit iets ongerijmds in. Jazeker. Maar het
burgemeesterschap van de heer Geerling is nog maar jong. Negen jaar. De
•est van zijn leven heeft hij als dagloner, seizoenarbeider, by de ryke klei
neren van Usquert gewerkt. Om het hoogste ambt van zijn gemeente te
aan vervullen, heeft men hem in 1946 als het ware van achter de ploeg
eggehaald. En alleen dit feit als was ons voldoende om een gesprek te
oeken met deze gesloten Groningse mens van „het hoge land", het vrij
wel rijkste gebied van Nederland.
In Januari is de heer Geerling 65
jaar geworden. Hoewel het hart het
niet wil, betekent dit het einde van
de ambtelijke carrière. Op 1 Mei
wordt hij, overeenkomstig de wette
lijke voorschriften, gepensionneerd.
Het afscheid straks zal hem niet ge
makkelijk vallen. „Je hebt zoveel
dingen op touw gezet, die je nog
graag even had willen afmaken',
vertrouwt hij ons toe. „Welke din
gen? Och, Iaat ik U zeggen, de aan
leg van het kerkhof, ae restauratie
van de korenmolen „Eva". Wat dat
laatste betreft, tien jaar ben ik er
mee bezig geweest. Nu is het dan
zover, dat er aan begonnen zal
worden, en nu moet ik het werk
overdragen
Burgemeester Geerling lacht wat
verlegen, als hij aarzelend
deze dingen vertelt. „Och", zegt hij
dan verontschuldigend, „voor stads
mensen moeten het onbelangrijke za
ken zijn, maar voor ons, hier in 't
dorp, hebben ze grote betekenis".
Het laat zich gemakkelijk begrij
pen. Zoals het zich ook zo gemakke
lijk begrijpen laat, dat er een café
houder in deze kleine dorpsgemeen
schap is, die het beleid van deze
landarbeider-burgemeester miskent,
omdat deze als geheelonthouder het
aantal vergunningen terugbracht
van vijf op vier. Kijk, dat zijn ern
stige zaken, die in een grotere ge
meenschap verloren gaan, maar in 'n
kleine gemeenschap als Usquert ech
ter betekenis hebben. Ook natuur
lijk, om er de moed en het doorzet
tingsvermogen vap het hoofd der
gemeente aan te leren kennen...
Man van de praktijk
Eén vraag heeft ons in het ge
sprek met burgemeester Geerling, in
de spaarzaam gestoffeerde burge
meesterskamer van het aantrekkelij
ke Usquertse gemeentehuis, vooral
bezig gehouden: wanneer men ge
wend is, landarbeid te verichten en
slechts lagere schoolkennis als on
dergrond meekreeg, biedt het burge
meestersambt dan geen onoverkome
lijke moeilijkheden?
„Voorzover ik weet is het goed
fegaan", repliceert de heer Geerling
e vragen. „Maar vergeet niet, van
1923 af tot 1941 was ik hier al wet
houder. En van m'n 21ste jaar af,
loop ik al actief mee in de socialisti
sche beweging. Een arbeider, die een
heel klein beetje verder keek, zo
voegde hij eraan toe dan zijn
neus lang was, „moest daarin wel
terecht komen".
„Wat is het grootste probleem
geweest, waarmee U in uw ambte
lijke tijd in aanraking kwam?
„Het woningvraagstuk. Er zijn
hier veel te veel huizen nog, die als
gezinswoning beslist tekort schie
ten. Uiterlijk zijn het beslist geen
krotten, lijken ze nog wel wat. Maar
ze zijn veel te klein. Zelf woon ik
ook in zo'n daglonershuisje. Ik
weet dus wat eraan mankeert.
Omdat ik wist, dat mijn ambtstijd
als burgemeester maar beperkt was,
ben ik in '46 rustig blijven wonen,
waar ik altijd gewoond heb. Overi
gens zijn die te kleine woningen niet
de enige woningmoeilijkheden. Be
paald onaangenaam zijn de telkens
terugkerende kwesties over dienst
woningen van de boeren. Dat is een
probleem, dat in alle landbouwstre
ken speelt. Voor de vaste knechts
hebben de boeren een woning be
schikbaar. Maar op zeker ogenblik
wordt het dienstverband niet lan
ger gecontinueerd. Dan eisen de boe
ren natuurlijk ook de woning weer
op. Dat wordt dan vaak een kanton
gerechtzaak, waarbij de landarbei
der natuurlijk altijd aan het korste
eind trekt. Gemeentelijke zorg is
dan de gedupeerden weer aan een
woning te helpen. Als er al een wo
ningtekort is, valt dat niet mee."
Dit probleem brengt het gesprek
dan even op het merkwaardige feit,
dat er veel arbeiders voor het werk'
schaard, keerden zich tegen elkaar
om hun tegengestelde groepsbelangen
na te streven.
Burgeroorlog en banditisme teister
den opnieuw het land. Tsaren kwa
men en gingen. Poolse troepen bezet
ten Moskou en Zweedse troepen heer
sten in Nowgorod. Niemands leven of
bezit was meer veilig. Pas in 1611 en
1612 ontstond er weer enigermate een
eenheid onder de concurrerende be
langengroepen, tengevolge van 't op
treden van de slager Kuzma Minin en
de soldaat Prins Dimitry Pozharsky.
Moskou werd bevrijd. Een nieuwe
Tsaar, de 16-jarige Michael Romanow
werd gekozen en hiermede begon de
regering van een dynastie die net tot
1917 volhield.
Deze woelige periode in de Russi
sche geschiedenis staat te boek als
„De Tijd der Troebelen" iedere
schooljongen kent haar en zij is on
sterfelijk geworden in Moussorgski's
opera „Boris Godounow".
Tegen de achtergrond van hetgeen
de laatste week in Moskou is ge
beurd, moeten de gedachten van ve
len in en buiten Rusland terugge
gaan zyn naar die periode, nu drie- en
een halve eeuw geleden. Historische
analogieën zijn natuurlijk nooit zui-
vy. Niettemm is het aanlokkelijk,
zelfs ten koste van de vereiste nauw
keurigheid, Iwan met Stalin te iden
tificeren, Fedor met Malenkow en
Kroestsjew met Godounow. Zelfs doet
zich de mogelijkheid voor een verge
lijking te vinden met de pseudo-Di
mitri: Svetlana Stalin onthulde vori-
week, dat haar broer Vasily Sta
in, „zéér, zéér ziek" is, hoewel zij er
niet bij vertelde of dit een lichamely-
ke, dan wel politieke ziekte is.
Twee trekken van de tegenwoordi
ge situatie in Sowjet Rusland hebben
op de vele hectaren grote akkers
van buiten Usquert moeten worden
aangetrokken. Heel veel jongeren In
deze welvarende streek verkiezen t
werk in de stad boven het zware
landwerk. De bevolking van Usquert
is in de na-oorlogse jaren met zeker
een honderd zielen achteruit gelopen,
gelopen.
Voor het eerst was er in 1954
weer een klein overschot. Maar
burgemeester Geerling is zich intus
sen ook bewust, dat een percentage
van 13,45 boven vijf-en-zestig
jarigen een bedenkelijk verschijnsel
is in een zo welvarende gemeente
als Usquert. Wat de weistandsgrens
betreft, bezet Usquert onder de Ne
derlandse gemeenten de vierde of
vijfde plaats. Veertig boeren be
schikken hier over plm. 2800 ha.
grond. De kleinste hofstede is altijd
nog 35 hectare, maar er zijn be
drijven bij"van meer dan honderd
bunder. Voor Nederlandse begrippen
zijn het zeer gfote bedrijven. Ster
ke mechanisatie, maatk efficiënt be
heer ervan mogelijk.
Voordat de heer Geerling in 1917
voor de S.D.A.P. in Usquerts raad
'verkozen werd, was het altyd een
boerenraad geweest. Tegenwoordig
maakt er met één boer meer deel
van uit. Vijf leden van de Partij
van de Arbeid en twee van andere
groeperingen bepalen het gemeente
beleid. De verdeling van de wethou
derszetels heeft geen moeilijkheden
opgeleverd. Recht ging hier voor
macht.
Recht voor macht
De P.v.d.A. nam genoegen met
één zetel, de andere plaats werd
opengelaten voor de anderen: Om
beurten wordt die plaats bezet door
CH-AR en „Gemeentebelangen". En
daar heeft iedereen vree mee.
„En na uw pensionnering", willen
we dan weer opnieuw in de gemeen
te-politiek? Misschien weer als wet
houder?"
„Nee, beslist niet. Ik heb nu lang
genoeg meegedraafd. Laten de jon-
Vrijdag was het feest op paleis Soest-
dyk, waar de jongste telg van ons
koninklijk huis, prinses Marijke, haar
achtste verjaardag vierde. Een opna
me tijdens een arresleetncht door de
tuin van het paleis, wélke primes
Marijke tezamen met haar moeder en
twee minder valide kinderen van de
stichting ,JIet Vierde Prinsenkind",
Adriana de Zeeuw en Dirk Faassen,
mocht maken.
in ieder geval hnn parallel ln de ge
beurtenissen van 1600. Er is geen
wettige (troon)-opvolger, waarmee
een situatie geschapen wordt waarin
onvermijdelijk elkaar bestrijdende
groepen vechten om de hoogste post.
Noch is er een oplossing voor de e.nor-
me binnenlandse spanningen, die tij
dens het regime van de vorige leider
zijn ontstaan. De explosieve situatie
gelijkt ook in dit opzicht zeer veel op
die van de jaren na 1600.
Professor Florinsky zegt over Boris
Godounow: „Hij liet geen kans voor
wat vage beloften voor verbeteringen
in de toekomst, en door een vriende
lijk persoonlyke houding. Hij was be
zorgd over ae problemen, die voort
vloeiden uit de hongersnoden, hij pro
beerde de hongerigen voedsel te geven
en hij bevrijdde zelfs vele slaven.
Niettemin begunstigde zijn landbouw
politiek de slavernij, droeg zy bij tot
een „groeiende ontevredenheid by het
volk en bereidde zy hierdoor zyn val
voor".
De geschiedenis herhaalt zich nooit
precies. Er zijn enorme verschillen
tussen het rijk na Iwan de Verschrik
kelijke en dat wat Stalin naliet. De
mannen, die thans in Moskou heersen,
kennen de geschiedenis van de „Tyd
der Troebelen" en zy wensen geen
herhaling. Toch is er, wanneer wij,
in de vrije wereld, een poging doen,
de laatste gebeurtenissen te door
gronden en de mogelyke vorm van de
toekomst te voorspellen, veel in het
verleden, dat ons tot denken brengt.
Er moeten er ook velen zijn in Kroest-
sjew's omgeving, die tot nadenken
worden gebracht".
Nóg is de toren van 's Heer Abtskerke
omringd door steigers, maar het gro
te werk" is thans vrijwel gedaan, zo
dat het sierlijke bouwwerk binnen
kort weer in volle luister zal prijken'.
(Foto: P.Z.C.)
geren het thans maar eens overne
men. Ik red me wel. Er blijft nog
werk genoeg. De Volkshogeschool,
het Rode Kruiswerk en misschien
nog wel andere zaken, maar niet
meer in het openbare politieke leven.
Dat zou scheve verhoudingen geven"
„Dan misschien weer achter de
ploeg?"
„Nee, ook dat liever niet!"
En zo proberen we er achter te ko
men welke ambities deze arbeider
burgemeester straks, na zijn pensi
onnering, nog zal volgen ais typische
Groninger met geharnaste geest, die
geen buitenstaander wil laten door
dringen in zijn persoonlijke leven,
laat hij ons rustig in het onzekere.
Enkele burgers vertellen het ons
naderhand: „O, Geerling, wel, die
gaat toch straks een reisje maken
naar Amerika, 'n Paar maanden
schijnt 'ie wel te willen wegblijven",
wordt ons in onvervalst neusklank-
Grunnigs te verstaan gegeven. En
daar zullen we het dus maar op hou
den.