Met Azorin in het voetspoor
van Don Quijote
„Reizend Zeeuws Volkstoneel"
maakte zijn televisie-debuut
CULTURELE CAVALCADE
Mondriaan's werk thans in
Den Haag geëxposeerd
Iliiiienlandse concerten van
Willem van lllterlon
ZATERDAG 19 FEBRUARI 1955
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
7
EENVOUDIG EN GERAFFINEERD
Een Spaans meesterwerkje in
het Nederlands vertaald
EEN VAN DE gelukkigst© nevenverschijnselen van de nog steeds toene
mende belangstelling voor Spanje is het feit dat de laatste jaren nu ook
steeds meer werken, zowel romans> novellen als gedichten, uit het Spaans
In het Nederlands worden vertaald, zodat de zo ryke en boeiende literatuur
van dat land meer en meer toegankelijk wordt voor de gemiddelde Neder
landse lezer.
Een aantrekkelijk werk, dat op dit gebied in ons land het licht zag, is
ongetwijfeld het niet te rubriceren boek van Azorin, getiteld: „De Route
van Don Quijote."
Azarin, pseudoniem van de in 1874 geboren José Martinez Ruiz, is voor
namelijk bekend als schrijver van essays over het Spaanse leven, de Spaan
se historie en letteren. Bijzonder schrep ziet hij de weliswaar typisch
Spaanse, maar voor een land dat ook in de moderne tijden mee wil tellen
wellicht wat minder geschikte eigenschappen van zijn volk, en veelal hebben
zijn essays en artikelen dan ook een idealistische nevenstrekking: door op
een roemrijk verleden te wijzen wil Azorin zijn landgenoten prikkelen tot
een groter activiteit in het heden.
Met Miguel de Unamuno was Azo
rin één der belangrijkste vertegen
woordigers van de Spaanse beweging
die de „Generatie van 1898" genoemd
wordt, een herleving der letteren (en
niet enkel déArvan) die enigszins te
vergelijken valt met onze Beweging
van Tachtig. Behalve essays, schreef
hij talloze tijdschrift- en krantenar
tikelen, enkele romans en toneelstuk
ken en dan dit, zoals gezegd, moeilijk
te rubriceren werkje over de Don
Quijote, een werkje dat overigens in
zijn soort niet alleen staat; vrijwel
alle grote Spaanse schrijvers hebben
op een of andere manier over Don
Quijote en Cervantes geschreven, d.w.
z. niet in literatuur-historische of
filologische zin, maar louter als aan
knopingspunt voor een eigen, auten-
Letterkundige kroniek
door HANS WARREN
tieke schepping. In dit verband noe
men we b.v. Unamuno's „Vida de Don
Quijote y Sancho" en José Ortega y
Gasset's „Meditaciones del Quijote"
als bekendste.
Azorins „La ruta de Don Quijote"
echter, is in deze reeks vaak nog al
zwaar-beschouwelijke wei-ken die in
de marge van Cervantes' onsterfelijke
meesterwerk ontstonden van een ont
wapenende direct aansprekende een-
voud en frisheid; het is een meester
werkje van het .zuiverste water dat
verschillende aantrekkelijke eigen
schappen in zich combineert.
Voor wie Cervantes' „Don Qui
jote" kent (wat haast automatisch
wil zeggen: liefheeft) is het een
boeiend uitstapje naar de bekende
geliefde plaatsen; in degene die de
Don Quijote nog niet las ontwaakt,
na het genot van Azorins werkje
ongetwijfeld de lust, Cervantes
hoofdwerk te gaan lezen of even
tueel zelf door de Mancha te gaan
zwerven, en dan, op de koop toe,
krjjgt men in dit boekje nog een
keur van Spaanse typen voorge
zet, een goed inzicht in het wezen
van het Spaanse land en volk en
een magistrale landschapsuitbeel
ding; alles in een heldere, doel
treffende stjjl, gekruid met een
niet geringe dosis gezonde humor
en kritiek.
De formulering van de vertaler:
„Het is een doodeenvoudig en tegelijk
gerafineerd boekje; het heeft diep
gang en blijft luchtig, het is simpele
verwoording van een reisje door La
Mancha en symbool van Spanje; het
is een niemendalletje en een meester
werk" valt woord voor woord te on
derschrijven.
OP REIS DOOR LA MANCHA
Inderdaad bevat „De Route van
Don Quijote" het relaas van een
zwerftocht door de landstreken en
langs de historische plaatsen waar
ruim drie en een halve eeuw geleden
de Ridder van de Droevige Figuur
met zjjn onafscheidelijke Sancho zijn
avonturen beleefde. Na plechtig af
scheid genomen te hebben van zijn
huishoudster, juffrouw Isabel, die
„gelooft dat die boeken én dat papier
dat hij volschrijft nog eens zijn dood
zullen zijn" begeeft Azorin zich op
weg naar „de dorpen", d.w.z. de stad
jes en dorpen van de Mancha en de
steppen van Castilië waaraan hij is
gehecht.
Eerst bezoekt hij Argamasilla de
Alba, waar de wieg van de grootste
der Dolende Ridders stond, „een zie
kelijk stadje, gesticht door een gene
ratie die door een nerveuze overgevoe
ligheid bevangen was" en dat in de
loop der eeuwen nauwelijks is veran
derd. Trouwens, het hele leven heeft
in deze streken en plaatsen sinds de
16e eeuw weinig verandering onder
gaan, evenmin als hun aspect veran
derde.
Opvallend is dat voor de bewoners
Cervantes, Don Quijote Sancho volko
men levende realiteiten en nationale
helden zjjn, waarop ze danig trots zijn.
Elk dorp eist dan ook bepaalde rech
ten op, waaraan men liever niet tor
nen moet. Durft men b.v. in Argama
silla beweren dat Cervantes daar niet
gevangen gezeten heeft, of, stouter
nog, dat Don Quijote daar niet van
daan kwam, dan krijgt men wat te
horen! Vanzelfsprekend dikt Azorin
dit alles tot in het humoristische aan.
Van deze plaats uit trekt hrf door
de barre, goeddeels braakliggende
vlakte van de Mancha. Meesterlijk te
kent hij dit landschap in de prille
lente. Na een dagreis in een oud
koetsje arriveert hij in Puerto Lapi-
che, om de ruïnes te zien van de her
berg waar Don Quijote tot ridder
werd geslagen. Vervolgens staat Rui-
dera op het programma, met, onder
weg, het kasteel van Pennarroya en
de volmolens die Don Quijote op een
morgen zo'n vernedering bezorgden
nadat hij in de nacht ontsteld was ge
weest door het rumoer van him stam
pers. Dan de grot van Montesinos, de
windmolentjes van Criptana, het
plaatsje El Toboso waar Prinses Dul
cinea woonde, waar Cervantes in de
volksmond familaar „Miguel" heet en
waar men het heerlijke recht opeist
dat de grootvader van die Muguel
daar geboren is... Ondertussen heeft
men kennis gemaakt met talloze raak
getekende typen en gebruiken uit alle
DE TOURNEE van het Neio Yorks
Philharmonisch Orkest door Europa
gaat door. Het geschil tussen de bond
van Amerikaanse musici en de direc
tie van het Philharmonisch Orkest is
bijgelegd en in September zal het or
kest in Europa in totaal 26 concerten
geven. Het komt ook in Nederland.
HET BERLIJNS Philharmonisch
Orkest zal dit jaar een tournee maken
door de Verenigde Staten en Canada
onder de dirigent Herbert von Kara-
jan, als opvolger van de onlangs over
leden Wilhelm Furtwangler. De tour
nee begint 23 Februari; er zullen con_
certen worden gegeven o. m. in
Washington, New York, Chicago, Phi
ladelphia en Montreal.
OP 2 APRIL 1955 zal het 150 jaar
geleden zijn, dat Hans Cliristiaan An
dersen geboren werd. Overal ter we-
véld zal dit feit worden herdacht. In
Nederland zal o.a. de dichter Jac. van
Hattum in verscheidene steden lezin
gen over het leven en werk van An
dersen houden. Ter gelegenheid van
deze herdenking zal van zijn hand
een essay over Andersen verschijnen
onder de titel „Het sprookje van zijn
leven".
DE FILMREGISSEUR King Vidor
is op weg naar Europa om een film
naar Tolstoj's boek „Oorlog en Vre
de" te maken. De filmdie vier uur
zal duren, vier millioen dollar zal kos
ten en waaraan 6000 man en 2500 paar
den van het Zuidslavische leger zul
len deelnemen, zal in Italië, Spanje,
Zuid-Slavië en Finland worden opge
nomen. Gregory Peck en Jean Sim
mons worden als hoofdrolspelers ge
noemd.
DE AMERIKAANSE filmmaat
schappij „Metro Goldwyn-Mayer" is
nan plan in de herfst in Nederland
buitenopnamen te maken voor de ver
filming van het boek plans Brinker"
van Mary Mapes Dodge, aldus werd
Vrijdag te Hollywood vernomen. Het
boek is negentig jaar oud.
EEN DERDE DON CAMILLOFILM
STAAT OP STAPEL.' Volgens regis
seur Carmine Gallone zullen in April
de opnamen voor deze filmwaarin
Fernandél wederom de hoofdrol ver
vult, beginnen. De titel luidt „l'Onore-
volo Peppone" (De eerbiedwaardige
Peppone) en het product wordt thans
voor het eerst in de Camillo-serie ver
vaardigd in kleuren en in cinemasco
pe. Naast Fernandél spélen o.a. mee
Gino Cervi, Marco Tulli en Leda Glo
ria. Of de dorpspastoor zijn charme
(in kleuren en cinemascope) behouden
zal??
lagen der bevolking, met de land
schappen, èn met Don Quijote, kort
om; met het echte oude Spanje.
DE SLOTHOOFDSTUKKEN.
Tot slot volgden dan twee merk
waardige min of meer „losse" hoofd
stukken, „De Spaanse exaltatie" en
„The time they lose In Spain" gehe
ten, waarvan het eerste, een vermaan
Inhoudend, de Spaanse neiging tot re
deloze vervoering en bygeloof (die ook
Cervantes in de Quijote bestreed) he
kelt, en het laatste een uiterst humo
ristische gids is „voor vreemdelingen,
die Spanje ter gelegenheid van Cer
vantes' eeuwfeest bezoeken."
We ontmoeten daarin een Engels
man die nauwgezet alle minuten opte
kent die verloren gaan, wanneer een
bewoner van een land waar men al
tijd tijd te kort komt, een land als
Spanje bezoekt, waar men alle tijd
van de wereld heeft of meent te hel
ben.
Azorins boek werd met grote lief
de in voortreffelijk Nederlands ver
taald door mr. E. Straat en geïllu
streerd met pentekeningen van Jan
Peeters.
Azorin: De Route van Don Quijote.
Vert. Mr. E. Straat. P. N. van Kam
pen en Zoon, N.V. Amsterdam.
In opdracht voor een Oostburgse
tandarts is in de ateliers van de fa.
Prins te Vlissin-gen een gebrandschil
derd raam vervaardigd, naar 'n ont
werp van de heer N. de Regt. Het
raam is ontworpen naar het bekende
doek ,jDe- Kiezentrekkervan Lucas
van Leijden. De ateliers van de fa.
Prins hebben de laatste tijd bekend
heid verworven door de wijze, waarop
verschillende opdrachten werden uit
gevoerd. In de Ned. Herv. kerk van
Zoutélande, de Gereformeerde Kerk
aan de Bogardstraat te Middelburg,
in Terneuzen enz. zijn gebrandschil
derde ramen uit deze ateliers aange
bracht.
(Foto: P.Z.C.)
Enkele notities over het karakter
(Van onze redacteur beeldende kunsten).
Jp 1 Februari 1944 stierf in 't Murray Hills Hospital te New York een der
.nerkwaardigste en meest omstreden figuren uit de Nederlandse schilder
kunst: Piet Mondriaan. Hier te lande had men zich weinig aan hem en zijn
kunst gelegen laten liggen. De waardering voor zijn kunst „badkamer-
vloeren" noemde men zijn schilderijen van na 1920 meer duidelijk dan wel
willend was minimaal, zjjn moeizaam geschreven theoretisch werk werd
maar ln kleine kring gelezen. Een vriend, de heer S. B. Slijper te Blarlcum,
zag het als zijn taak, de kunst van Mondriaan hardnekkig te propageren.
Zjjn activiteit, onder meer blijkend uit de vorming van een collectie Mon-
driaans van waarlijk nationale beteke nis, bezorgde hem kortelings de bron
zen Museummedaille maar of zij het werk van de bewonderde meester
nader tot ons volk heeft gebracht?
VORM VAN KUBISME.
Er is thans een uitstekende over-
.ichtstentoonstelling ingericht, welke
tot 12 April in het Haagse Gemeen
temuseum te zien is. Piet Mondriaan
is een schilder van betekenis geweest.
Dat is onmiskenbaar. Zijn vroege
werk. in een mooie, vloeiende impres
sionistische trant geschilderd, kan
^yeelse /Hme
tjeoaazlijk oethaal
Een eeuwenoude krokodil
Had pijnen in zijn linker-hm.
Hij vroeg zijn dokter medicijn.
Die zei: neem maar wat maneschijn.
Vermoedelijk trok de ouderdom
Jouw linker-hm een beetje krom.
Met maneschijn komt dat weer recht,
Aldus geschiede, 'k heb gezegd
Dies ging de kroko naar 't adres,
Dat maneschijn verkoopt per fles.
Hij dronk wel zevenhonderd liter,
Maar 't hielp hem allemaal geen m-hm.
Hij dronk een okshoofd en een kan
En merkte ook daar niks van.
Dat heeft hem zó in woede ontstoken,
Dat hij zich vreeslijk heeft gewroken.
Hij vrat zijn dokter levend op,
Het eerst de schoenen, 't lest de kop.
En nauwlijks was-, hij klaar gegeten,
Of al zijn pijn was glad vergeten.
't Is jammer, dat het zo moest wezen,
Maar 't maal had hem compleet genezen.
Néén, Néén, dit mag U nièt tempteren
Om 't zo nu óók eens te proberen J
Want wat is hier precies het punt?
In 't krokodil-zijn zat de stunt.
..HET VIEL ALLEMAAL BEST MEE
Uitzending verliep naar wens
..Het Reizend Zeeuws Volkstoneel"
tijdens de repetities in de televisie-
(Van een onzer redacteuren).
DE SOUPLESSE waarmede de leden van het „Reizend Zeeuws Volksto
neel" uit het Land van Hulst zich verleden week Zaterdag wisten aan te
passen aan het modernste amusementsmedium, de televisie, was alleszins
opmerkelijk! Het was een assimilatieproces van nauwelijks enkele kwar
tieren! Na deze korte spanne tijds wandelden de amateur-tonelisten in de
Bussumse studio „Irene" rond alsof zij er kind aan huis waren en reeds na
dat de eerste scènes van de komische Vlaamse eenacter „Leentje uit het
Hemelrijk" op het gevoelige scherm waren gebracht, werd duidelijk dat de
leden van de Zeeuwse amateurtoneelvereniging niet van zins waren zich
door „het onbekende" van hun stuk te laten brengen
Televisie...... Voor tallozen nog al
tijd een enigszins mysterieus ver
schijnsel en nog altijd ook een „pu
bliek vermaak", dat althans in Ne
derland nog in de beginperiode
verkeert. Want hoewel het „experi
mentele stadium" dan officieel ach
ter de rug is, de zendtijden zijn uit
gebreid en er in Bussum inmiddels
een tweede, ruimere studio in gebruik
is genomen, staat de televisie nog in
de kinderschoenen, met alle charmes
van dien.
Een charme, die spreekt uit de in
tieme, prille pionierssfeer in het voor
malige kerkje te Bussum, de „Irene-
studio", waar zich in enkele vertrek
ken heel het ritueel van repetities, op
namen en uitzendingen afspeelt. Wel
licht ook was het deze, bijna huise
lijke sfeer, die de Zeeuwse amateur
tonelisten zo snel tot aanpassing
voerde. Die allen na afloop van de in
spannende repetities zonder meer
deed verklaren: „Het viel allemaal
best mee". En de 18-jarige hoofdrol
vertolkster, Annie Maes uit Hulst,
typeerde het ganse gebeuren treffend
met de opmerking: „Het is hier zo
rustig; ge denkt niet meer aan tele
visie"
TEGENSTELLING.
Rustig Rustig in deze op het eer
ste gezicht immense warwinkel van
rijdende camera's, dooreen krioelende
televisie-mensen, brokstukken van
décors, fel brandende lampen en
langs de vloeren kronkelende kabels?
- De tegenstelling is inderdaad srroot!
peentje uit het Hemel- De tegenstelling tussen deze schijn
bare chaos vóór de repetities en uit
zendingen en de rust, de weldadige
rust, tijdens deze gebeurtenissen. Ge
luidloos immers bewegen zich dan de
camera's op hun rupsbanden en on
hoorbaar voor spelers en omstanders
geeft de regisseur in dit geval
Wim Bary vanuit de regie-kamer
zijn aanwijzingen aai de man in de
kleine (4 bij 6 meter) speelruimte op
de begane grond, aan „floor-mana-
ger" Timo de Wit. „Onhoorbaar",
want de floor-manager is uitgerust
met een draagbaar ontvangtoestelle
tje en de regisseur mompelt zijn aan
wijzingen in een microfoon: „Stop,
die twee mannetjes moeten nog es
opkomen".
Die twee mannetjes zijn dan Alouis
Lockef eer en Jo de Block; doorgewin
terde amateur-tonelisten, die in deze
alle leden „op het lijf geschreven"
Vlaamse eenacter excelleren door
gaaf en zuiver spel.
Het is trouwens een bijzonder har
monieus groepje, dat regisseur drs.
L. Lockefèer samenstelde. De rolver
deling was voortreffelijk. José Menu,
Annie Maes, Wim Bor'ghstijn en Ma
ria Pieters gaven kostelijk spel te
zien en het sappige Vlaams werkte
zó aanstekelijk, dat de studiomensen
weldra meededen
NAAR WENS VERLOPEN.
Het is een genoeglijke repetitie-
aen, ondanks de in-
studio, in een scène van de komische
een-at
r\jk?'
geworden, ondanks de in
spanning, die het spelen onder de fel
le lampen en in de beperkte ruimte
met zich bracht. Een genoeglijke re-
petitie-middag, gevolgd door een ge
slaagde uitzending in de avonduren,
waarvan K.R.O.-productieleïder Fred
Bredschneyder kon verklaren, dat
uit „televisie-oogpunt" alles naar
wens was verlopen. Voor het „Rei
zend Zeeuws Volkstoneel", dat de eer
van dit Zeeuwse televisie-debuut toe
komt, weegt uiteraard het oordeel
van juryleden Gabriël Smit, Frits
Bloemkolk en Kees Spierings zwaar
der. Zoals bekend, geldt het hier im
mers een wedstrijd, waar zes Neder
landse amateur-toneelverenigingen
aan meedoen en waarvan op 31 Maart
a.s. de uitslag bekend zal worden ge
maakt.
De televisie-mensen, zo verklaarde
de heer Bredschneyder nog. beschou
wen deze uitzendingen als reportages
over het amateurtoneel.
staan naast het beste van de Haagse
School. Hier en daar toont het ccn
sterke affiniteit tot het werk van do
Marissen. Onweersprekelijk is dunkt
me ook, dat er in ditzelfde vroege
werk reeds een sterke neiging is tot
ordening van de gebruikte elementen.
Er wordt al spoedig gedacht in grote
massa's van kleur, er is neiging tot
een zekere decorativitelt.
Het ordeningsverlangen wordt gro
ter, naarmate Mondriaan zich meer
op experimenten werpt. Wanneer hg
in de sterke kleur van de Fouvistcn
gaat schilderen, krijgt hij toch ner
gens het heftige, ongeremde van een
Vlaminck. Hij laat zich niet gaan. Uit
eindelijk is steeds zijn reserve gro
ter dan zijn drift en waar de kleur
heftiger wordt, wordt zijn vorm in
evenredigheid monumentaler, groot
ser. Soms overwint plotseling alle
beheersing en dwingt hij zich tot een
nauwkeurige studie van de natuur:
dan tekent hij in een sterke, gevoeli
ge lijn de vuurtoren van Westkapelle
of de kerktoren van Domburg.
Toch moet het kubisme in een in
nerlijke behoefte hebben voorzien.
Het is geen bijzonder kleurig kubisme,
dat hij ons voorzet. Het heeft het
grijzige van een vroege Braque, een
jonge Picasso, het toont hier en daar
zelfs een ordening van zwart en grijs,
gedaan in die verbeten toets, die alle
vroege kubisten van Cezanne hebben
afgezien.
Hele series bomen en stillevens be
wijzen, hoezeer hij de mogelijkheden
van een bepaald motief tot het uiter
ste onderzocht. Maar dan ook tot het
alleruiterste: tot er niets meer van
over was dan een* decoratief lynen-
spel in zwart, een enkele maal met
wat fijn grijs opgehaald.
Volslagen abstracte composities zijn
hiervan de consequentie geweest,
geen uiting van innerlijke onmacht. Zo
is tenslotte zijn neo-plasticisme een
alleruiterste poging, om met geen an
dere middelen dan een paar zwarte
lijnen en een enkele kleurplek in een
wit vlak een geestelijke realiteit uit
te spreken, die met geen overgelever
de symbolen aan de natuur ontleend,
meer uit te drukken viel.
Hij is dus een volkomen andere weg
gegaan dan die andere grote, Van
Gogh. Want waar Vincent in een wan
hopige schreeuw om gemeenschap in
steeds heftiger vorm en kleur zijn ge
loof in de goddelijkheid van het loven
en in de innerlijke adeldom van de
mens belijdt, daar verstrakt Mondri
aan zjjn vorm, vereenvoudigt zijn
kleurgebruik en vernietigt elke band
met de natuur als bron voor schep
pende activiteit.
ANNIE MAEB
...een pittig Leentje...
Willem van Otterloo zal in de loop
van dit jaar een aantal concerten in
het buitenland dirigeren.
In de eerste week van Maart ver
trekt hij naar Parijs, waar hij op uit
nodiging van de „Orchestre Pasde-
loup" dit orkest zal dirigeren.
Eind Maart zal Willem van Otter
loo in Wenen gramofoonopnamen en
een concert mét de Wiener Sympho-
niker Verzorgen, o.a. met solistische
medewerking van de eerste concert
meester van het residentie-orkest.
Herman Krebbers. Op het concert in
Wenen zal o_a. de Derde Svmphonie
van Henk Badings worden "uitge
voerd.
Vorig jaar Augustus en September
dirigeerde Van Otterloo in 'Euenos
Aires, waar men hem nu heeft uit
genodigd ook dit jaar een aantal con
certen te leiden. In Mei en Juni zal
Van Otterloo naar Zuïd-Amerika ver
trekken om in Buenos Aires vier con
certen van het Staats Radio Orkest te
dirigeren.