Zendingsbruggehoofd gevormd in Nieuw Guinea's Verloren Vallei PROVIN O1ALB SBBUW8B COURANT j,GOSPEL MESSENGER» LANDDE OP BALIEM-RIVIER ZOMER 1949. Boven een kolkende schuimende nevelzee, die Centraal Nieuw Guinea, de aarde bewoond door bergpapoea's, telkens op nieuw aan ons oog ontrekt, koerst een Catalina van de Koninklijke Marine. In de blitster, het grote „oog" van het amphibie-vliegtulg, verdringen zich verscheidene ge zichten achter het glas. Gezichten van een paar Nederlandse be stuursambtenaren; ook dat van een man, die op dat ogenblik nog een onbekende in Ne derland is: dr. Jean Victor de Bruyn („Jungle Pimper- Piloot Lewis eerste landing op de Baliem- rivier nel"); ook dat van iemand van de Topografische Dienst; dat van nu wijlen de cineast Frits Wassenburg; en dat van mij. Telkens scheuren de nevels uit elkaar en worden de delen van het hart van dat goeddeels nog onbekende, onbetreden eiland zichtbaar. Telkens is daar, ver on der ons, de jungle, groen, groen, groen; met overal de smalle, zilverig-glinsterende linten van de kali's, de rivieren. Daar onder de Catalina zijn mensen, maar we zien ze niet. Er zijn dieren, die wij evenmin zien. Een enke le maal stijgt iets heel kleins, heel wits op uit die baaierd van groen: een grote kakatoe, opgeschrikt in z'n lome slaap door het brommen der motoren. Twee Woudlopers Gods" kleurden laatste witte plek op wereldkaart IN HET OOSTEN verheft zich een skyline van hoge bergen, sommigen met eeuwige sneeuw bedekt. Het zyn de muren van het Wilhelmina-ge- bergte, van het Carstensz-massief. Ontzaglijke bergcoulissen, die daar in de verte het hart van het eiland omsluiten. Een onbekend hart. In dat hart, men weet het, leven ook mensen. Veel mensen waarschijnlijk. Er zyn vanuit de lucht waarnemingen gedaan van een ongelooflyk vruchtbaar district, bewoond door een menigte mensen. Het zyn de mensen uit een wonderlijke, aangrijpend-mooi gelegen vallei op de Westelijke hellingen van het Wilhel- mina-gebergte. Mensen, levend in het Stenen Tijdperk, enkele duizenden jaren terug dus in de historie van onze Aarde. Dr. De Bruyn weet iets van dat volk. H(j beleefde, toen hij tijdens We reldoorlog H z'n vermaarde éénmans-missïe tussen de bergpapoea's ver vulde, een avontuur van groot formaat: contact met vertegenwoordigers van de stam, die buiten die verre, mysterieuze vallei leeft: de stam der Dani's. Zyn hart trok er, die dag, heen. Zo het onze. Maar er was geen kans naar dat dal te vliegen. Teveel nevel en geen toestemming van het bestuur. Ik heb de hellingen mogen zien, het land dat toegang tot Shangri-la geeft, de sneeuwkappen die als witte wachters dat onbetreden gebied af grendelen. Maar niet méér. Wij, in dat vliegtuig, zagen alleen de muren om het dal. En we keken ernaar, zoals eens Mozes gekeken moet hebben vanaf zyn berg naar het Beloofde Land. DE EERSTE ZEVEN: Twee zendelingen met drie Bergpapoea's en twee piloten HET MOET EEN vreemde, ang stige onrustige nacht in de Baliem- vallei geweest zijn, die van 20 op 21 April van dit jaar. Daar was andere onrust dan de normale die er altijd is vanwege de permanente staat van oorlog, die in dit verloren para dijs!?) heerst. Een andere dan die teweeggebracht door de duivels, gees ten en demonen die de stenen-tijaper- kers daar achtervolgen. Die leven in de bomen, in het water en in de over de vallei scherende vogels. Het was de onrust, ontstaan door de komst van een grote, onbekende bruiprauw; men had eerder brui prauwen gehoord en gezien, maar de ze was niet alleen over de vallei ge vlogen, doch neergekomen op de ri vier in de Baliem. Die dag rookten vele vuren op de toppen der heuvels in de Baliem-val- lei. Rookkolom na rookkolom steeg op en iedere kolom was een teken, een boodschap, een signaal. Het sig naal van de komst van het ding uit een onvoorstelbaar verre, totaal on bekende wereld. De wereld buiten die bergmuren. Het signaal, dat inhield, dat de grootst mogelijke voorzichtig heid geboden was. Vreemde wezens van buiten de wereld waren aangeko men. Wezens met een andere huid klem", die zonderlinge dingen deden. Dingen, die de mannen en vrouwen van de Baliem-vallei zo zonderling geschenen moeten hebben als de komst van denkbeeldige Marsmensen in onze wereld. Die nacht was vol gerucht, vol plannen, vol angst, vol zorg, vol ner vositeit. En heel die zelfde nacht zaten, er gens op die rivier, vijf mensen uit die andere wereld by elkaar: twee Ame rikaanse zendelingen en twee berg papoea's. Nee, drie ook een baby was er bij. Op de oever van die rivier was, en kele uren daarvoor, het eerste zen dingsbruggehoofd gevormd ln dit deel van Nieuw Guinea's stenen tijdperk. Het was de dag geweest, in het jour naal van de leider der expeditie, Einar Mickelson, opgetekend als: B- day. Baliem-dag. Na jaren van voorbereiding was dit bruggehoofd dan eindelijk een feit. MEN WEET HET: kort vóór We reldoorlog n reisde de Amerikaanse explorateur Richard Archbold naar die vallei. Maar de oorlog riep hem naar zijn land terug en er was slechts een kort, onvolledig contact met de bevolking aan de ingang van het dal. Maar het was ontdekt en het kon in kaart worden gebracht aan de hand van een aantal luchtfoto's, die Arch bold liet vervaardigen. Tijdens de oorlog, toen een groot aantal Amerikaanse militairen zich aan de kust van Nieuw Guinea be vond, werden talloze vluchten ge maakt over datgene, wat Amerikaan se journalisten noemden: „The hid den valley of Sangri-la", de verbor- fen vallei van Shangri-la. En voor hangri-la gelieve men dan te lezen: „het verloren Paradijs". In hoeverre Shangri-la werkelijk een paradijs is, zal men in deze serie artikelen kun nen lezen. Shangri-la kwam niet „in het nieuws", bereikte niet de frontpagi na's der dagbladen in Amerika en een flink deel van de overige wereld, van wege de mooie foto's die de Amerika nen, er overheen vliegend, maakten. Oólc niet door de 16-mm filmpjes, die er op werden verschoten. Evenmin door de verhalen, die de militairen er over naar huis schreven. Shangri-la werd 's werelds meest spectaculaire vallei, toen kort na het staken der vijandelijkheden, in 1945, een groot Amerikaans transporttoestel boven 't dal verongelukte. Van de 26 inzitten den bleven er 3 in leven: twee jonge militairen en een meisje, Margaret Hastings. Het was speciaal Maggie Hastings, die in recordtijd de voorpagina's be reikte en wel in de figuur van „blanke koningin der jungle"Het was een affaire, die in de USA door de kran ten enorm „verkocht" werd, omdat zij volmaakt paste in het beeld, dat het Amerikaanse publiek zich van de vallei gemaakt had. De werkelijkheid was overigens enigszins anders. Maar ook dat mogen wij als bekend veron derstellen. Na deze tragedie werd het opnieuw stil in Shangri-la. Enkele malen maakten Nederlanders tochten tot aan de grenzen, men zou kunnen zeg gen: tot aan de poorten van die lok kende, onbekende, wonderlijke vallei. De bestuursambtenaar Meyer Ran- neft ging er heen, evenals de pater-, missionaris Kammerer. De laatste was reeds als door de Dani's ver moord in de Nederlandse pers ver meld, maar arriveerde na lange tijd toch weer in het land der levenden. Geen van beiden smaakten echter de voldoening de vallei als eerste blanke te kunnen doorkruisen zulks mede in verband met de wens van het Gou vernement van Nieuw Guinea, dat om meer dan één reden bezwaren maakte tegen een dergelijk avontuur. Het zouden Amerikanen zijn, die als eersten dit doel bereikten. Ameri kaanse zendelingen, die zich verschei dene jaren hadden voorbereid voor dit doel. Hun geduld werd volledig beloond. Zij werden, dit jaar, de eerste blan ken, die de wereld van Shangri-la be traden. Zij waren het, die een der laatste, allerlaatste „witte plekken" op de landkaart kleurden. Na Shang ri-la zal men lang moeten zoeken naar een dergelijk stuk volmaakt terra in cognita, onbekende wereld. Met de af deling in de Baliem Vallei valt er nau welijks meer iets te kleuren, met uit zondering misschien van een enkele plaats in het groene hart van Zuid Amerika, in de buurt van de boven loop der Amazone. WAT WAREN DAT voor mensen, die op 20 ApriLhet avontuur van hun leven ingingen? Sneeuwbergen vormen een praktisch volmaakte afsluiting van de Baliem Vallei. Dat waren de Amerikanen Einar Mickelson, leider van de expeditie, en Lloyd van Stone, beiden zendelingen, in dienst van the Christian and Mis sionary Alliance, een Amerikaans zendingsgenootschap. door ANTH. VAN KAMPEN Van Stone, heb ik nooit ontmoet, maar wel Mickelson. Dat was in '48 op Biak, waar dr. De Bruyn me bij hem bracht. Ik herinner me die ont moeting nog uitstekend. Ik had veel over Mickelson gehoord. Van zijn prachtig, sterk geloof. Van zijn diepe liefde voor de mensen in het hart van Nieuw Guinea. Van zijn moed. En van zyn toen reeds vermaarde deskundig heid om met stenen tijdperkers om te gaan. Een man met een enorme, ja renlange ervaring op dit gebied. Een man met de reputatie van een nobel, aaf mens. En tenslotte: een dóór en lóór getraind jungle-loper. Hij zag er, die dag op Biak, vuil, vermoeid en schrikbarend ongescho ren uit. Hij was bezig met iets te doen aan een radio-toestel en het gesprek dat hy voerde was nogal fragmentair. Maar ik behield de herinnering aan een merkwaardige persoonlijkheid, waar een opvallende kracht van uitging. Beslist geen gewoon man, «een doorsnee-mens. Hy' had, ook dat erinner ik me nog, bijzonder heldere ogen. Maar behalve uit die ogen, straalde uit heel zijn wezen levens lust, enthousiasme, vitaliteit. Zij tweeën, Mickelson en Van Stone vlogen die morgen naar Shangri-la. Ze bezaten een eigen vliegtuig, een Short-Sealand van het zendingsge nootschap, een amphibie-toestel, ge naamd „Gospel Messenger" (hetgeen men zou kunnen vertalen met „Koe rier van het Evangelie"). Het toestel werd gevlogen door de piloten Lewis en Ülrich, eveneens Amerikanen, eveneens in dienst van het Zendings genootschap. Er bevonden zich in de „Gospel Messenger" die morgen, even voor de start, nóg drie passagiers: drie berg papoea's van de Wisselmeren, en wel: Elia Gobai, evangelist, met zijn vrouw Ruth, en de twee en een half jaar oude baby Dorcas. Het motief hen mee te nemen Is duidelijk: Men hoop te het eerste contact met de onbeken de mensen in de vallei te vereenvou digen door in gezelschap te zijn van enkele vertegenwoordigers van het menselyk ras, die tenslotte aanzien- meer uiterlijke overeenkomst met het volk van Shangri-la zouden ver tonen dan Amerikanen. Deze drie bergpapoea's gingen uiteraard vry- willig, op eigen verzoek, mee. Ze zou den waarschijnlijk ook minder proble men met de taal hebben, die in de val lei gesproken werd. In het vliegtuig bevond zich het hoogstnoodzakelijke om uiterlijk 30 dagen in het dal in leven te blijven. Men kon niet meer meenemen, omdat men het vliegtuig zo weinig mogelijk belasting wenste te geven in verband met te verwachten moeilijkheden, tij dens de landing op de onbekende, on bevaren rivier. De meegenomen in ventaris bestond goeddeels uit 2 ten ten, een radiozendapparatuur (met batterijen), een groot aantal kleine schelpjes, kauries, waarvan men aan nam, dat ze ook in Shangri-la wel als wettig betaalmiddel zouden funge ren, diverse medische apparaten en geneesmiddelen, foto-toestellen, 2 16- mm film-camera's, 2 slaapzakken, 2 geweren, 'n primus en voedsel. EN OM 7 UUR 's MORGENS rolde het toestel over de strip bij Hollandia; om 7.10 was het in de lucht, en be gon het te klimmen om de noodzake lijke hoogte van 10.000 voet te berei ken. Noodzakelijk in verband met de te passeren bergen en de zware be wolking. Wat er omging in de harten van Mickelson, Van Stone en in die der bergpapoea's is niet bekend, omdat het nergens opgetekend werd. Maar er is weinig verbeeldingskracht voor nodig, om dat tóch te weten. Zij allen zullen alleen maar deze gedachte ge had hebben: „eindelijk". Dit moment is dus tóch eindelijk gekomen. Wij zijn dus nu werkelyk op weg". En omdat het mensen waren met een groot geloof, zullen zij God ge vraagd hebben dit avontuur te willen zegenen, en hen te helpen bij datgene, wat hun te wachten stond. Wat him te wachten stond het was op dat ogenblik nog een open vraag. De amphibie vloog door de enorme nevellagen heen en kwam boven de wolken. Om daarna linea recta koers te zetten naar het grote doel van die dag, die genoteerd stond als B-day. Baliem-dag. Na vijf kwartier kwam de pas in zicht, die toegang geeft tot de vallei en daarna duurde het niet lang, of de eerste tuinen, huizen en dorpjes kwa men in zicht. Onder het vliegtuig lag Shangri-la. Daar lag die onbetreden, fascinerende wereld, die reeds zoveel gemoederen in beweging had gezet. Daar lagen de „tabletten chocolade", die in wezen tuin-complexen waren. Een intensief in cultuur gebrachte vallei, waarschijnlijk de allervrucht baarste van heel dat reusachtige eiland. Daar lag het stenen tijdperk, die laatste witte plek op de globe. En daar was de rivier zelf, de Baliem, waarop geland moest worden. Wat Mickelson dacht, op dat mo ment? Dit: zal ik daar straks, over enkele minuten misschien lopen En zal ik daar dus het Evangelie mogen verkondigen? Hoe zijn deze mensen... de Dani's... Wild en vijandelijk Mickelson was niet het type man om op een dergelijk moment angst te hebben, hoewel men zich zou kunnen voorstellen, dat iemands courage, bh het zich realiseren van wat er kort daarop zou gaan gebeuren, ineen schrompelt. Niet de courage van deze Amerikaanse woudloper Gods. Hij zal wel dit gedacht hebben: Heer, geef ons een goede landing". Lager en lager vliegt de „Gospel Messenger", totdat het toestel over de brede rivier zwenkt. De inzittenden zien de beide oevers naar zich toe springen, ze zien de bomen op de oevers in omvang toenemen en ze vragen zich af: zullen de vleugels van de machine niet tegen die bomen aan slaan en afknappen De piloot cirkelt over de vallei, en dan weer terug naar de rivier. Op nieuw is daar het bruin zwarte wa ter. Maar dan is daar de plaats, dia er ideaal uitziet om een landing te maken: een stuk Baliem-rivier, zo recht als een boulevard. Die stukken zijn zeldzaam als witte raven en men moet er gebruik van maken. Driemaal vliegt de amphibie over die boulevard heen en de piloten ky- ken scherp uit naar in de stroom drijvende voorwerpen. Een daar dry gevolgen hebben. Maar er dryft niets op de Baliem en het besluit valt: hier landen. de afstand tot de wateroppervlakte wordt snel kleiner en kleiner. Het is nog een kwestie van enkele meters. Dan, nog onverwachts raakte de ma chine voor het eerst het water. Ze springt weer op. veert als het ware ais een gummi ba.1 op de rivier, en sissend en bruisend springt het water tegen het glas van de ruitjes op. Het toestel snijdt door het water als een mes door het deeg. Dan wordt de snelheid minder en minder. Totdat de „Gospel Messenger" tot rust komt. Mr. Lewis, die de stuurknuppel ge hanteerd heeft, weet op dat moment, dat hij een perfecte landing heeft uit gevoerd. Men is in de Verloren Vallei. De Baliem Vallei is bereikt. De horloges van de zendelingen wijzen op dat moment 8 uur 40 aan. En dat tijdstip is een historisch ogen blik in de geschiedenis van de ver kenning onzer aardbol. In de aantekeningen van de zende lingen vindt men deze woorden met betrekking tot dit ogenblik: „Praise the Lord! Glory to God! Hallelujah!" Het zijn de woorden, die aan B-day zijn speciale betekenis, en misschien mag men zeggen: zijn luister geven. Ze vormen in ieder geval het devies van de vorming van het eerste zen- dings-bruggehoofd in de Baliem Val lei, het dal der stenen tijdperkers. Zo was het begin van deze expedi tie. Hen luchtfoto van iet Nassau-gebergte 'n Centraal Nieuw Juinea, dat gepas- ?.erd werd door de vpeditie tijdens d< cgtocht naar Baliem Vallei. Dit is de „rechte boulevard", de plaats waar de Amerikanen in April van dit jaar op de Baliem-rivier landden. Deze foto werd later in het jaar, in Augustus, gemaakt, toen grote stukken langs de beide oevers waren droog gevallen, Hier vormden dus de zendelingen hun bruggenhoofdop B-day.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1955 | | pagina 7