Uit Leeuwarder gevangenis 50 gevangenen bevrijd C Belgische deskundige bestrijdt conclusies van Prof. Coremans VERA LYNN ZINGT BESLIST NIET UIT LIEFHEBBERIJ „WIE ZAL 'T MAEKEN, DAT NIEMAND 'T KAN LAEKEN" VRIJDAG 10 DECEMBER 1954 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 1 TIEN JAAR GELEDEN Geen repressailes, dank zij prima voorbereiding en sportieve uitvoering! „Komt U maar binnen, heren". De poort zwaait open en twee politie agenten stappen met drie arrestanten het Huis van Bewaring in Leeuwar den binnen. Een portier sluit de zware deur achter hen. Het geblindeerde hek in het portaal wordt open gedaan en door een tweede portier gesloten. De beide agenten gaan met een der arrestanten het administratie-bureau binnen, de twee andere arrestanten blijven in de gang by de twee portiers achter. Dan, in een flits, verandert het toneel. „Handen omhoog", wordt de verschrikte portiers en de verbaasde bureau-ambtenaren toegebeten. Cit de handen van de twee politiemannen en van de drie arrestanten grijnzen de lopen van revolvers en pistolen het met stomheid geslagen gevangenisper soneel aan. Zo begon tien jaar geleden, op die druilerige Vrijdagavond van 8 Dec. 1944, de zorgvuldig beraamde overval van de illegaliteit op de naar het scheen „onneembare burcht in de Friese hoofdstad" het Huis van Bewaring en de bijzondere Strafgevangenis, waar een groot aantal illegale werkers en spoormannen achter dikke muren en massieve deuren in zenuwslopende onzekerheid hun lot afwachtte. Een lot dat onwrikbaar in de wrede handen van de Duitse bezetters scheen te berusten, doch dat door deze legendari sche gevangeniskraak een der grootste en stoutmoedigste stunts van de Illegaliteit in ons land een ongedachte wending kreeg voor elf vrouwen en 89 mannen. Vijftig goede Nederlanders werden op deze avond uit de grijpgrage klau wen van de S.D. bevrijd door 25 on verschrokken leden van de knokploeg. Noodkreet Reeds in October 1944 begint de Friese illegaliteit 'n plan te beramen om eventueel een enkele politieke ge vangene uit de Leeuwarder gevaiï^e- nls te bevrijden, maar directe nood zaak is dan nog niet aanwezig. Die komt half November, als de S.D. in een week tijds zes vooraanstaande il legale werkers arresteert. Vooral de gevangenneming van een zeer vooraanstaand verzetsstrijder be tekent een groot gevaar voor de Friese illegaliteit. Na zgn eerste ver hoor blijkt, dat de S.D. op de hoogte is van zijn activiteit. Hij ondergaat de gruwelijkste mishandelingen en na een verhoor dat drie dagen duurt, noemt hij enkele, volgens hem, on schuldige namen, waarop echter toch een stroom van arrestaties volgt. Als hij na dit onmenselijk verhoor in de gevangenis terugkeert, laat hg de illegaliteit weten, dat hij waar schijnlijk een volgend verhoor niet zal kunnen doorstaan. Hij slaakt een noodkreet en dringt er dan ook op aan dat de K.P. hem zal bevrijden. Komt U maar binnen Vrijdagmiddag 8 December. Vijf entwintig met zorg uitgekozen mannen van de Knokploeg komen om drie uur samen boven een bak kerij aan de Grachtswal. Hier wor den de laatste instructies gegeven en worden de situatietekeningen van de gevangenis verstrekt. Ieder voélt de ernst van het ogenblik. Allen gaan staan en gezamenlijk bidden zi) God om Zjjn onmisbare zegen. Om kwart over vijf begint de actie. Zes mannen installeren zich met mi trailleurs, stenguns en handgranaten bewapend in het hoekhuis Oosterka de-Gedempte Keizersgracht, van waaruit men de toegangsbrug tot het Huis van Bewaring kan bestrijken. De bewoners wordt medegedeeld dat hun huis voor hoogstens een paar uur is gevorderd. Het is de taak van deze zogenaamde dekkingsploeg om, als de operatie onverhoopt zou mislukken, de aftocht van hun kameraden te dek ken. Andere K.P.-ers begeven zich in verschillende groepen naar het Huis van Bewaring. Veertien man ver schuilen zich op het gevangenister rein, vlak bij de deur van het H.V.B. Ook de „arrestantenploeg" is nu bg het Huis van Bewaring aangekomen. Een der politiemannen drukt op de bel. Plotseling floept het buitenlicht aan. De vyf mannen staan in een ke gel van licht. Een luikje in de deur gaat open. „Hier zyn de arrestanten waarover zo juist is opgebeld", zegt een der politiemannen en hg overhan digt het uiteraard valse inslui tingsbevel. Het luikje gaat weer dicht. In span- haaglgk. Maar dan komt de portier weer terug. „Komt U maar binnen, heren", zegt hg vriendelijk. Als de arrestanten-ploeg eenmaal binnen is, gaat alles vliegensvlug in zijn werk. De beide portiers worden ontwapend en het bureaupersoneel in een hoek gezet. Dan wordt met be hulp van een portier de tweede groep van veertien man binnengelaten. De wacht wordt overmeesterd en met be hulp der bewaarders worden de cellen geopend en de namen afgeroepen van ae mensen die eruit moeten. Inmiddels wordt de administrateur van het Huis van Bewaring bevolen naar de Bijzondere Strafgevangenis op te bellen en de daar dienstdoende brigadier te gelasten dat twee daar opgesloten gevangenen „zware" illegalen onmiddellijk naar het H. v. B. moeten worden gebracht voor een verhoor door twee Duitse officie ren. Nog tweemaal laten de K.P.-ers uit het H. v. B. naar de gevangenis op bellen, waar die twee kerels toch blij ven. De S.D.-officieren staan te stam- Sen van ongeduld! Eindelijk, na twin- g eindeloos schijnende minuten van wachten worden de twee mannen ge bracht. Het is of ze dromen, als ze zien dat niet de S.D. doch de K.P. hen opwacht. Tot zover is alles volgens plan ver lopen, maar dan dreigt er een kink in •de kabel te komen. Er wordt aan de poort gebeld. Als men het luikje opent, ziet men twee S.D.-mannen met drie arestanten voor de deur satan. Een hevige schrik siddert door allen, die op het punt staan bevrijd te worden. Zal dan toch alles misluk ken? Maar de K.P. houdt het hoofd koel. Snel worden de gevangenen achter de blinde tweede muur opgesteld. Dan wordt de buitendeur, waarvoor de on geduldig geworden S.D.-ers staan te vloeken en te tieren, plotseling ge opend, „Hande hoch", klinkt het Devel en meteen worden de twee onthutste S.D.-ers naar binnen gesleurd en naar het bureau gebracht. Een der S.D.-ers heeft zijn revolver nog in de hand, doch hij heeft totaal vergeten te schie ten. „Laat vallen dat ding", wordt hem toegebeten en de revolver kletst op de grond. De S.D.-ers beiden Rexisten wordt bevolen hun bovenkleding uit te trekken en samen met de adjunct directeur van de gevangenis, die al eerder was overrompeld, worden ze in een strafcel gestopt. Hun uniformen worden netjes opgerold om straks te worden meegenomen. Aftocht Dan begint de aftocht. Ook deze Is zorgvuldig beraamd. Twintig man van de gevechtstroepen der Leeuwarder N.B.S. zijn hiervoor ingeschakeld, verdeeld over een negental meldings- posten. In kleine groepjes worden de gevangenen uit het Huis van Bewa ring gelaten. Elke groep weet waar ze zich moet melden. Bij de meldings plaats zal hun gevraagd worden: „Weet U ook hoe laat het is". Ze moe ten dan als wachtwoord antwoorden: „Het Is de hoogste tijd dat wij thuis komen". Ongeveer vijftig minuten heeft de hele overval geduurd. Behalve de 39 mannen en vrouwen, die op de lijst stonden om bevrijd te worden, hebben nog elf gevangenen, onder wie acht die op dezelfde middag waren gear resteerd, him vrijheid herkregen. Door de afvoerploeg worden de bevrijden naar van te voren uitgezochte onder duikadressen in de staa gebracht. Ook een gevangenbewaarder, die door zijn medewerking teveel gevaar zou lopen en daarom meegenomen is, duikt on der. De K.P.-ers verlaten dezelfde avond nog met hun wapens langs bin nenwegen de stad. UITSLUITEND VOOR DE DUITEN. Geen toekomstplannen. Vera Lynn, charmant en eenvoudig heeft Woensdagmiddag in de AVRO- studio de Nederlandse persvertegen woordigers verteld, dat ze beslist niet zingt uit liefhebberij maar uitslui tend om de duiten. Haar man, Harry Lewis voegde er lachoniek aan toe, dat ze zelfs niet in het bad zingt. Nee, zei de bekende Engelse zangeres, die enkele dagen op uitnodiging van de AVRO in ons land vertoeft, mijn lief hebberijen zijn mijn huis, mijn achtja rig dochtertje Virginia en ons buiten huisje in Sussex. Vera Lynn heeft inmiddels een ei gen werkschema bepaald. Meestal reist en zingt ze drie weken om het daarna enkele weken rustig aan te doen. Ze is tot de ontdekking geko men, dat heel hard werken en extra veel verdienen alleen maar tengevol ge heeft, dat je meer belasting be taalt. Dat heeft ze het allerbest be merkt, toen ze enige tijd geleden twee jaar achtereen tweemaal per avond optrad in een Londense show. Toevallig maakte in diezelfde tgd haar gramofoon-opname „Auf Wie- dersehn" grote furore. Het werd een totale verkoop van twee en een half millioen stuks, maar haar totaal in komen werd er zo hoog door. dat ver reweg het meest naar de belasting Vandaag gaat de tocht naar Dene marken, waar een liefdadigheidscon cert wordt gegeven en vervolgens te weinig Zon Volgens een publicatie vandr. H. ten Kate in het December-nummer van „Hemel en Dampkring", heeft de re genval in de afgelopen zomer een rej cord hoogte bereikt. In de periode van Juni tjm October valt in ons land gemiddeld normaal 346 mm regen. In 1954 viel in deze periode 505 mm, dit is dus 161 mm meer dan normaal. Dit is dus ruim 2 X de hoeveelheid regen die normaal in October valt. Het tot nu toe hoogst g-,noteerde jaar in de periode Juni t/m October was het jaar 1930 met JtS-'i mm. Tegenover deze meerdere regenval staat, een vermindering van zonne- uren. Globaal gerekend kan men zeg gen dat i» de periode Juni t\m Octo ber 1954 ons land gemiddeld 25 minder zonne-uren heeft gekend dan normaal in deze periode het geval is. De somberste periode maakte de Bilt door met 27 minder zon, dat unl zeggen 630 uur in 1954 tegenover een normaal van 868 zonne-uren. Den Helder was van de waarnemings posten het meest zonnige" oord. Hier noteerde men 718 zonne-uren tegen over een normaal van 914, hetgeen neerkomt op 22 minder dan normaal. In de kaart geven toij een overzicht van een vijf-tal waarnemingsposten met de genoteerde in percentages uit gedrukte vermindering van de zonne schijn over het jaar 1954 de periode Juni tjm October moet zij in Hamburg voor de radio zingen. Aan het eind van de volgende week begint de Kerstvacantie en nie mand, die haar dan tot een engage ment kan verleiden. De zangeres vertelde ook me nig voorval uit de oorlogsjaren. Hoewel zij helemaal niet houdt van vliegen, heeft zg in die tijd 25.000 mgl per vliegtuig afgelegd om voor de troepen te zingen. Haar grootste auditorium was 6000 man. het kleinste twee doodzieke soldaten, voor wie zg in een tent heeft gezongen. Haar souvenirs uit die tgd zijn talrijk en vreemd, tot juist operatief.verwijderde ko gels toe. Over haar plannen voor de toe komst kon Vera Lynn nog niet veel vertellen, omdat ze nooit ver in de toekomst rekent. Wel staat vast dat ze het volgende jaar een grote tour nee door Amerika gaat maken. Het gaat er werkelijk beestachtig toe: twee kattige pelikanen geven een demonstratie van wat wij apen liefde zouden noemenDe recht se is wat je noemt het haasje by zo'n hondse behandeling; hij mag dan ook nog zo hardnekkig zijn, de bek van zjjn tegenstander ziet er vervaarlijk genoeg uit. Vrouw vergiftigde haar echtgenoot Kreeg 15 jaar gevangenisstraf. De Groninger rechtbank veroordeel de de 53-jarige mevrouw J. van V.-B. uit Warffum tot vijftien jaar gevan genisstraf met aftrek. Veertien dagen geleden heeft zij terecht gestaan, be schuldigd van moord op haar tweede echtgenoot, de 49-jarige landarbeider P. van der V. Zij heeft hem namelijk een oplossing van Parijs groen, een zeer vergiftige verbinding, welke ko- per-arsenicum bevat, toegediend, toen hij ziek te bed lag. Deze moord ge schiedde acht jaar geleden, doch is pas deze zomer ontdekt Een jaar la ter is zij hertrouwd met een man. wiens kinderen door middel van de voogdijraad in haar huis waren ge plaatst. De officier van justitie achtte moord bewezen en eiste twintig jaar gevangenisstraf. De rechtbank achtte moord eveneens bewezen. In de over wegingen werd rekening gehouden met het gruwelijk karakter van het feit en met de omstandigheden en de persoon van de verdachte Ook werd in aanmerking genomen, dat de moord reeds acht jaar geleden is gepleegd Rattengif in waterreservoir gedaan. Vijf jaar geëist voor mislukte moordpoging. Vijf jaar gevangenisstraf met af trek heeft de officier van justitie bij de rechtbank te Rotterdam gistermid dag geëist tegen de 64-jarige grond werker J. de V. uit Zeist, omdat hij het plan zou hebben gehad, de wedu we S. de K. uit Rockanje van het le ven te beroven. Hij zou de gehele in houd van een doosje rattenvergif op 5 Aug. il. bg haar thuis in een meta len drinkwaterreservoir hebben gede poneerd. De V., weduwnaar, zocht een huls houdster en/of vrouw. Hij meende de ze te hebben gevonden in de weduwe De K. Aanvankelijk werd geregeld contact onderhouden, maar toen de vrouw er later van af zag, besloot De V. er maar eens op af te gaan. Behal ve een enkele reis Rockanje, kocht hij een doosje rattenvergif. Op de zitting kwam De K. geheel op deze verklaring terug. Hij zei nu het vergif al ongeveer een week van tevoren te hebben gekocht. Ook ont kende hg nu (in tegenstelling tot het- feen hij vroeger had gezega) de be- oeling te hebben gehad haar te do den. Nadat hg die middag in Rockan je het „neen" had gekregen, had hij het vergif in het waterreservoir ge daan. „Maar waarom dan toch?" zo werd gevraagd. „Ik was helemaal van de kook, edelachtbare", antwoordde De V. en haalde de schouders op. „Had U de bedoeling haar te doden of ziek te maken?". „Het zou me eeuwig hebben gespe ten". Uitspraak 21 Dec. a.s. Franse soldaten krijgen melk. De Franse regering heeft 'n decreet uit gegeven, waarin wordt bepaald dat de Franse soldaten van 1 Januari af iede re ochtend een achtste liter melk zul len ontvangen. In het decreet wordt geen melding gemaakt van de halve liter wijn, die zij thans per dag krij gen. Het melkrantsoen voor het leger zal jaarlijks ongeveer vier millioen gulden kosten. SPREUKEN OP ZEEUWSE GEBOUWEN (Slot) „Acht is meer dan duizend" Min of meer is het gezegde bekend: Zelfs Homerus kon liet niet iedereen naar de zin maken. In de raadzaal van het stadhuis te Middelburg wordt het enigszins anders gezegd- Op een der wanden staat n.1. WIE ZAL T MAEKEN, DAT NIEMAND 'T KAN LAEKEN. Deze spreuk, op advies van de architect daar aangebracht, is niet alleen van toepassing op de res tauratie van het stadhuis, maar kan ook betrekking hebben op hetgeen door de raadsleden besloten wordt Meer algemeen bekend is hetgeen op een gevelsteen in de Schuitvlotstraat heeft gestaan: DIE BIJ DE WEGE TIMMERT, HEEFT VEEL BERECHT. Op een steen in het huis no. 68 in de Spanjaardstraat staat: In tegen spoed koomt geduld te baat. Aanslui tende hierop leest men op de gevel van het belendende huis no. 70: In de meesten voorspoed behoeft men den besten raet, An. 1794. Op het voetstuk van het standbeeld van Koningin Emma kan men de woorden lezen, die zg eenmaal gespro ken heeft: Nederland zy groot in al- door B. J. DE MEIJ. les, waarin ook een klein volk groot kan zijn. Wat eenmaal op de niet meer bestaande Segeersmolen heeft fes taan, is zelfs een Walchers gez e geworden, n.L Als het waar is, het een wonder. Bij de herbouw van Middelburg, welke voor een groot deel uit winkels bestaat, zyn wel enkele gevelstenen ingemetseld maar zonder spreuken. Enkel staat op de Nieuwe Burg boven de ingang van de boekenwinkel 't Zoeklicht in een gedicht, dat 't oude hoekhuis van D'huy door 't vuur ver loren is gegaan, maar dat het boek huis De Jong is herboren. Verder kan mén op perceel 3 in de zelfde straat op een niet in 't oog val lende steen lezen: Deze steen dekt veel verlies, an. 1940-1943. Er zullen in de loop der tijden wel enkele oude gevelstenen met opschriften verdwe nen zijn. Vooral als er een spreuk op stond, is dit dubbel jammer! Zij wa ren de adelmerken van de stad. In Vlissingen is er, voor zo ver wfl weten, geen enkele meer. Dit is te be grijpen, daar de stad menig maal door brand en oorlogsgeweld is geteisterd. Met de gebouwen verdwenen ook de gevelstenen, waarop een spreuk stond.. Toch hebben wij enkele kun nen navorsen. Zo stond op een gevel steen: D'opiniën der menschen rege- VERMEER—VAN MEEGEREN Overtuigd van echtheid van omstreden Vermeers „Ook ik ben er thans volkomen van overtuigd, dat „Het Laatste Avondmaal" en „De Emmaüsgangers" authentieke Vermeers zyn. Deze twee doeken zyn het slachtoffer van een complot geweest en het is thans hoog tijd dat niet alleen recht geschiedt aan deze meesterwerken, doch ook aan sommige personen." Aldus prof. Henri Lavachery, chef-conservator ho norair van de Koninklijke musea voor kunst en geschiedenis. Dinsdag in een lezing in het paleis van schone kunsten te Brussel, over het onderwerp: „VermeerVan Meegeren, vals en echt", die door "een groot aantal promi nente figuren uit de Belgische kunstwereld werd bijgewoond. De heer Lavachery wees er op, hoe hij aanvankelijk ook had behoord tot degene, die zich hadden neergelegd bij 't resultaat van het door prof. dr. Co remans uitgevoerde physio-chemische onderzoek volgens hetwelk „Het Laatste Avondmaal" en „De Emma üsgangers" van de hand van Han van Meegeren zouden zijn. Hy prees dc wijsheid van de Nederlandse ge rechtelijke instanties, die na het pro ces de doeken niet vernietigden omdat er ondanks de sluitende bewijsvoering: toch nog een man bleek te zijn, die hardnekkig weigerde te geloven in de juistheid van het onderzoek van prof. Coremans. Deze man was de Brussel se kunstkenner Jean de Coene, die se dert dien niets ongedaan heeft gelaten om de authenticiteit van beide schil derijen te bewijzen en Nederland twee kunstwerken van grote waarde terug te schenken. Opmerkelijk is echter ge weest, aldus de heer Lavachery, dat ondanks de goede bedoelingen van de heer De Coene, een soort samenzwe ring van doodzwijgen in de Nederland se kranten is waar te nemen geweest, in het bijzonder toen deze zijn boek werk „terug naar de waarheid" het licht deed zien, waarin hy de argu menten van prof. Coremans met te genbewijzen bestreed. Ook werd in Nederland, aldus spre ker, vrijwel met geen woord gerept van het scheikundige tegenonderzoek, dat een achttal Belgische en Europese chemici van naam heeft ingesteld met betrekking tot de analyse der verf soorten, gebruikt bij beide schilderijen Wat dit laatste onderzoek betreft, al dus de heer Lavachery, is duidelijk ko men vast te staan dat de bewijzen die prof. Coremans aanvoerde voor de aanwezigheid van kunsthars (op grond hiervan werden de doeken ver valst verklaard) ook gelden voor de natuurhars in echte meesterwerken uit de 17e eeuw. Na reiniging De heer Lavachery had aanvanke lijk slechts foto's gezien van de beide schilderyen. Eerst toen hij gelegenheid had deze in werkelijkheid te zien in Rotterdam, geraakte hij volkomen doordrongen van de juistheid der be wijsvoering van Jean de Coene. En toen hij later de gelegenheid kreeg „He* Laatste Avondmaal" en „De Emmaüsgangers" te reinigen, was er geen enkele twijfel meer voor hem mogelijk hier met echte 17de eeuwse meesters te doen te hebben. Bij „Het Laatste Avondmaal" kwamen bij het schoonmaken overigens allerlei details te voorschijn, die van het grootste be lang bleken te zyn. Zo ontdekte de heer Lavachery dat van de naam Vermeer aan de uiterste rand van het schilderij de laatste vier letters te zien kwamen, één geheel vormend met de onderlaag. Van Mee geren had hierover eenvoudig een verflaag gesmeerd en daarom de vol ledige naam Vermeer geïmiteerd. De ze verdween by het reinigen met een enkele sponsveeg en toen kwamen de onderliggende letters onuitwisbaar te voorschyn. De heer Lavachery stond hierna ge ruime tijd stil bij het zgn. „Tweede Laatste Avondmaal" dat prof. Core mans op 26 September 1949 te Nice in de villa van Van Meegeren beweert te hebben gevonden. Hg vertelde hoe hij een brief gezonden had aan prof. Coremans, waarin hij deze verzocht dit doek voor een nadere studie ter beschikking te stellen omdat het ten enenmale onmogelijk is dat „Het Laatste Avondmaal", hetwelk thans in bezit is van de heer Van Beuningen en „Het Laatste Avondmaal" van Nice, van dezelfde hand zouden zijn. Prof. Lavachery mocht echter nooit een antwoord op dit schrijven ontvan gen. De gewezen chef conservator van de Brusselse musea verklaarde de goede trouw van prof. Coremans met betrekking tot de vondst van het tweede „Laatste Avondmaal" te Nice ernstig jn twijfel te trekken cn ver klaarde, dat dit hem zeer moeilijk valt te zeggen, van iemand, die hij eens gewaardeerd heeft en van wie hij zelfs heeft gehouden. ren de wereld. Nog in onze tijd moet men de waarheid er van bevestigen. Voor het laatste bombardement stond in de Nieuwstraat een huis met twee gevelstenen. Blykens de tekenln- §en en de opschriften hoorden zy ook y elkaar. Op de ene steen stond de zon afgebeeld en daar onder de woor den: HET IS VOOR MENIG MEN- SCHE GROTE PINE, DAT Hl DE SONNE IN WATER SIET SCHINE. Op de andere steen was de maan ge tekend en kon men het minder be kende rympje lezen, doch bij het zee varende Vfissingen passend: HET IS VOOR DEN ZEEMAN GHEEN PI- NE, DAT Hl DE MANE BIJ NACH- TE SIET SCHINE. Op een der kruitmolens even bui ten de stad stond: „Niemand zonder vijand". Het bezoek aan een begraafplaats brengt een mens tot ernstige gedach ten. Hiertoe wordt hy ook gebracht door het lezen wat op de Hekpalen van de oude Israëlietische begraaf- 6laats te Vlissingen staat, n.l. De ge- orenen zyn bestemd om te sterven. De dooden om weder te herleven. Aan de wederopstanding des vle- ses wordt men ook herinnerd door hetgeen op de aula van de algemene begraafplaats staat: Uwe dooaen zul len leven. Dit troostwoord is geschre ven door de profeet Jesaja en te le zen in Jes. 26 19a. Ook op het hek van de begraafplaats te Serooskerke staan die woorden. Op de arduinstenen pui van het stadhuis te Veere staat: Gehoorzaam- heyt Gods en der wetten weert des menschen ongeluck. Voor de omwen teling van 1795 stond in plaats van wetten het woord overheyt, hetgeen nog duidelyk te zien is. Brouwershaven zegt het enigszins anders, maar in het Latijn. Boven de ingang van het raadhuis staat name lijk: Lex republicae conservatis. De wet is de bewaring van het gemene best. Op een der stadspoorten van Goes stond: Als God de stad niet bewaart, tevergeefs wacht de wachter. Deze zin is het laatste deel van het eerste vers van de onberijmde psalm 127. Op een gevelsteen van het raadhuis te Dreischor leest men: Doet wel en vreest niemand. HOFSTEDEN. Onder Serooskerke ligt de hotstede Arendsrust. Op een gevelsteen van het woonhuis staat: Aquilla non cuplat musens. In het Nederlands: Een arend vangt geen vliegen, m.a.w. Een edelmens strijdt met tegen onbe duidende personen. Het is ook de zin spreuk van het geslacht Quarles van Ufford. Nog resten enkele spreuken of zin rijke woorden, die op een hek van boerderijen op Walcheren te lezen zijn. Zij getuigen min of meer van de noeste arbeid van de boer. b.v. Iedere morgen nieuwe zorgen, Altijd zorg, Zeldenrust, Zorglust. Wilt ge het in een vreemde taal ho ren: Rien sans peine. Niets zonder moeite. Nihil sine labor. Niets zonder arbeid. Ora et Labora. Bid en werk. Dat voor- en tegenspoed elkaar in 't boerenbedrijf wel eens afwisselen zeggen de namen: Roos en Doorn, Niet altijd zomer en Niet altyd win ter. Met een weinig raadselachtig op schrift willen wij onze speurtocht ein digen. Niet lang geleden stond op een hek van een boerdery aan de weg van Middelburg naar Grgpskerke: Acht is meer dan duizend. Dit lijkt 'n onwaarheid. De uitlegging: acht in Romeinse cijfers (VIII) is meer of groter dan duizend(M) lijkt ons niet juist. Beter is deze: Acht geven op zijn bedrgf is beter dan b.v. duizend gulden. Nieuw smeervet? Een Maastrichtse industrie heeft in haar laboratorium smeervet op basis van waterglas ontwikkeld. Dit vet zou de bijzondere eigenschappen hebben, het warmlopen van motoren tegen te gaan. Het vet wordt thans op acht grote venti atoren met 3000 toeren reeds enige weken continu toegepast met gunstig resultaat. Ook neemt men proeven met smering van personen auto's. De industrie gaat binnenkort het smeervet op grote schaal vervaar digen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 7