Uit Leeuwarder gevangenis 50
gevangenen bevrijd
C
Belgische deskundige bestrijdt
conclusies van Prof. Coremans
VERA LYNN ZINGT BESLIST
NIET UIT LIEFHEBBERIJ
„WIE ZAL 'T MAEKEN, DAT
NIEMAND 'T KAN LAEKEN"
VRIJDAG 10 DECEMBER 1954
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
1
TIEN JAAR GELEDEN
Geen repressailes, dank zij prima
voorbereiding en sportieve uitvoering!
„Komt U maar binnen, heren". De poort zwaait open en twee politie
agenten stappen met drie arrestanten het Huis van Bewaring in Leeuwar
den binnen. Een portier sluit de zware deur achter hen. Het geblindeerde
hek in het portaal wordt open gedaan en door een tweede portier gesloten.
De beide agenten gaan met een der arrestanten het administratie-bureau
binnen, de twee andere arrestanten blijven in de gang by de twee portiers
achter. Dan, in een flits, verandert het toneel. „Handen omhoog", wordt de
verschrikte portiers en de verbaasde bureau-ambtenaren toegebeten. Cit de
handen van de twee politiemannen en van de drie arrestanten grijnzen de
lopen van revolvers en pistolen het met stomheid geslagen gevangenisper
soneel aan.
Zo begon tien jaar geleden, op die druilerige Vrijdagavond van 8 Dec.
1944, de zorgvuldig beraamde overval van de illegaliteit op de naar het
scheen „onneembare burcht in de Friese hoofdstad" het Huis van Bewaring
en de bijzondere Strafgevangenis, waar een groot aantal illegale werkers
en spoormannen achter dikke muren en massieve deuren in zenuwslopende
onzekerheid hun lot afwachtte. Een lot dat onwrikbaar in de wrede handen
van de Duitse bezetters scheen te berusten, doch dat door deze legendari
sche gevangeniskraak een der grootste en stoutmoedigste stunts van de
Illegaliteit in ons land een ongedachte wending kreeg voor elf vrouwen
en 89 mannen.
Vijftig goede Nederlanders werden
op deze avond uit de grijpgrage klau
wen van de S.D. bevrijd door 25 on
verschrokken leden van de knokploeg.
Noodkreet
Reeds in October 1944 begint de
Friese illegaliteit 'n plan te beramen
om eventueel een enkele politieke ge
vangene uit de Leeuwarder gevaiï^e-
nls te bevrijden, maar directe nood
zaak is dan nog niet aanwezig. Die
komt half November, als de S.D. in
een week tijds zes vooraanstaande il
legale werkers arresteert.
Vooral de gevangenneming van een
zeer vooraanstaand verzetsstrijder be
tekent een groot gevaar voor de
Friese illegaliteit. Na zgn eerste ver
hoor blijkt, dat de S.D. op de hoogte
is van zijn activiteit. Hij ondergaat de
gruwelijkste mishandelingen en na
een verhoor dat drie dagen duurt,
noemt hij enkele, volgens hem, on
schuldige namen, waarop echter toch
een stroom van arrestaties volgt.
Als hij na dit onmenselijk verhoor
in de gevangenis terugkeert, laat hg
de illegaliteit weten, dat hij waar
schijnlijk een volgend verhoor niet zal
kunnen doorstaan. Hij slaakt een
noodkreet en dringt er dan ook op
aan dat de K.P. hem zal bevrijden.
Komt U maar binnen
Vrijdagmiddag 8 December. Vijf
entwintig met zorg uitgekozen
mannen van de Knokploeg komen
om drie uur samen boven een bak
kerij aan de Grachtswal. Hier wor
den de laatste instructies gegeven
en worden de situatietekeningen
van de gevangenis verstrekt. Ieder
voélt de ernst van het ogenblik.
Allen gaan staan en gezamenlijk
bidden zi) God om Zjjn onmisbare
zegen.
Om kwart over vijf begint de actie.
Zes mannen installeren zich met mi
trailleurs, stenguns en handgranaten
bewapend in het hoekhuis Oosterka
de-Gedempte Keizersgracht, van
waaruit men de toegangsbrug tot het
Huis van Bewaring kan bestrijken. De
bewoners wordt medegedeeld dat hun
huis voor hoogstens een paar uur is
gevorderd. Het is de taak van deze
zogenaamde dekkingsploeg om, als de
operatie onverhoopt zou mislukken,
de aftocht van hun kameraden te dek
ken.
Andere K.P.-ers begeven zich in
verschillende groepen naar het Huis
van Bewaring. Veertien man ver
schuilen zich op het gevangenister
rein, vlak bij de deur van het H.V.B.
Ook de „arrestantenploeg" is nu bg
het Huis van Bewaring aangekomen.
Een der politiemannen drukt op de
bel. Plotseling floept het buitenlicht
aan. De vyf mannen staan in een ke
gel van licht. Een luikje in de deur
gaat open. „Hier zyn de arrestanten
waarover zo juist is opgebeld", zegt
een der politiemannen en hg overhan
digt het uiteraard valse inslui
tingsbevel.
Het luikje gaat weer dicht. In span-
haaglgk. Maar dan komt de portier
weer terug. „Komt U maar binnen,
heren", zegt hg vriendelijk.
Als de arrestanten-ploeg eenmaal
binnen is, gaat alles vliegensvlug in
zijn werk. De beide portiers worden
ontwapend en het bureaupersoneel in
een hoek gezet. Dan wordt met be
hulp van een portier de tweede groep
van veertien man binnengelaten. De
wacht wordt overmeesterd en met be
hulp der bewaarders worden de cellen
geopend en de namen afgeroepen van
ae mensen die eruit moeten.
Inmiddels wordt de administrateur
van het Huis van Bewaring bevolen
naar de Bijzondere Strafgevangenis
op te bellen en de daar dienstdoende
brigadier te gelasten dat twee daar
opgesloten gevangenen „zware"
illegalen onmiddellijk naar het H.
v. B. moeten worden gebracht voor
een verhoor door twee Duitse officie
ren.
Nog tweemaal laten de K.P.-ers uit
het H. v. B. naar de gevangenis op
bellen, waar die twee kerels toch blij
ven. De S.D.-officieren staan te stam-
Sen van ongeduld! Eindelijk, na twin-
g eindeloos schijnende minuten van
wachten worden de twee mannen ge
bracht. Het is of ze dromen, als ze
zien dat niet de S.D. doch de K.P. hen
opwacht.
Tot zover is alles volgens plan ver
lopen, maar dan dreigt er een kink in
•de kabel te komen. Er wordt aan de
poort gebeld. Als men het luikje
opent, ziet men twee S.D.-mannen
met drie arestanten voor de deur
satan. Een hevige schrik siddert door
allen, die op het punt staan bevrijd te
worden. Zal dan toch alles misluk
ken?
Maar de K.P. houdt het hoofd koel.
Snel worden de gevangenen achter de
blinde tweede muur opgesteld. Dan
wordt de buitendeur, waarvoor de on
geduldig geworden S.D.-ers staan te
vloeken en te tieren, plotseling ge
opend, „Hande hoch", klinkt het Devel
en meteen worden de twee onthutste
S.D.-ers naar binnen gesleurd en naar
het bureau gebracht. Een der S.D.-ers
heeft zijn revolver nog in de hand,
doch hij heeft totaal vergeten te schie
ten. „Laat vallen dat ding", wordt
hem toegebeten en de revolver kletst
op de grond.
De S.D.-ers beiden Rexisten
wordt bevolen hun bovenkleding uit
te trekken en samen met de adjunct
directeur van de gevangenis, die al
eerder was overrompeld, worden ze in
een strafcel gestopt. Hun uniformen
worden netjes opgerold om straks te
worden meegenomen.
Aftocht
Dan begint de aftocht. Ook deze Is
zorgvuldig beraamd. Twintig man van
de gevechtstroepen der Leeuwarder
N.B.S. zijn hiervoor ingeschakeld,
verdeeld over een negental meldings-
posten. In kleine groepjes worden de
gevangenen uit het Huis van Bewa
ring gelaten. Elke groep weet waar
ze zich moet melden. Bij de meldings
plaats zal hun gevraagd worden:
„Weet U ook hoe laat het is". Ze moe
ten dan als wachtwoord antwoorden:
„Het Is de hoogste tijd dat wij thuis
komen".
Ongeveer vijftig minuten heeft de
hele overval geduurd. Behalve de 39
mannen en vrouwen, die op de lijst
stonden om bevrijd te worden, hebben
nog elf gevangenen, onder wie acht
die op dezelfde middag waren gear
resteerd, him vrijheid herkregen. Door
de afvoerploeg worden de bevrijden
naar van te voren uitgezochte onder
duikadressen in de staa gebracht. Ook
een gevangenbewaarder, die door zijn
medewerking teveel gevaar zou lopen
en daarom meegenomen is, duikt on
der. De K.P.-ers verlaten dezelfde
avond nog met hun wapens langs bin
nenwegen de stad.
UITSLUITEND VOOR DE DUITEN.
Geen toekomstplannen.
Vera Lynn, charmant en eenvoudig
heeft Woensdagmiddag in de AVRO-
studio de Nederlandse persvertegen
woordigers verteld, dat ze beslist niet
zingt uit liefhebberij maar uitslui
tend om de duiten. Haar man, Harry
Lewis voegde er lachoniek aan toe,
dat ze zelfs niet in het bad zingt. Nee,
zei de bekende Engelse zangeres, die
enkele dagen op uitnodiging van de
AVRO in ons land vertoeft, mijn lief
hebberijen zijn mijn huis, mijn achtja
rig dochtertje Virginia en ons buiten
huisje in Sussex.
Vera Lynn heeft inmiddels een ei
gen werkschema bepaald. Meestal
reist en zingt ze drie weken om het
daarna enkele weken rustig aan te
doen. Ze is tot de ontdekking geko
men, dat heel hard werken en extra
veel verdienen alleen maar tengevol
ge heeft, dat je meer belasting be
taalt. Dat heeft ze het allerbest be
merkt, toen ze enige tijd geleden
twee jaar achtereen tweemaal per
avond optrad in een Londense show.
Toevallig maakte in diezelfde tgd
haar gramofoon-opname „Auf Wie-
dersehn" grote furore. Het werd een
totale verkoop van twee en een half
millioen stuks, maar haar totaal in
komen werd er zo hoog door. dat ver
reweg het meest naar de belasting
Vandaag gaat de tocht naar Dene
marken, waar een liefdadigheidscon
cert wordt gegeven en vervolgens
te weinig Zon
Volgens een publicatie vandr. H. ten
Kate in het December-nummer van
„Hemel en Dampkring", heeft de re
genval in de afgelopen zomer een rej
cord hoogte bereikt.
In de periode van Juni tjm October
valt in ons land gemiddeld normaal
346 mm regen. In 1954 viel in deze
periode 505 mm, dit is dus 161 mm
meer dan normaal. Dit is dus ruim 2
X de hoeveelheid regen die normaal
in October valt. Het tot nu toe hoogst
g-,noteerde jaar in de periode Juni t/m
October was het jaar 1930 met
JtS-'i mm.
Tegenover deze meerdere regenval
staat, een vermindering van zonne-
uren. Globaal gerekend kan men zeg
gen dat i» de periode Juni t\m Octo
ber 1954 ons land gemiddeld 25
minder zonne-uren heeft gekend dan
normaal in deze periode het geval is.
De somberste periode maakte de Bilt
door met 27 minder zon, dat unl
zeggen 630 uur in 1954 tegenover een
normaal van 868 zonne-uren.
Den Helder was van de waarnemings
posten het meest zonnige" oord. Hier
noteerde men 718 zonne-uren tegen
over een normaal van 914, hetgeen
neerkomt op 22 minder dan
normaal.
In de kaart geven toij een overzicht
van een vijf-tal waarnemingsposten
met de genoteerde in percentages uit
gedrukte vermindering van de zonne
schijn over het jaar 1954 de periode
Juni tjm October
moet zij in Hamburg voor de radio
zingen. Aan het eind van de volgende
week begint de Kerstvacantie en nie
mand, die haar dan tot een engage
ment kan verleiden.
De zangeres vertelde ook me
nig voorval uit de oorlogsjaren.
Hoewel zij helemaal niet houdt van
vliegen, heeft zg in die tijd 25.000
mgl per vliegtuig afgelegd om
voor de troepen te zingen. Haar
grootste auditorium was 6000
man. het kleinste twee doodzieke
soldaten, voor wie zg in een tent
heeft gezongen. Haar souvenirs
uit die tgd zijn talrijk en vreemd,
tot juist operatief.verwijderde ko
gels toe.
Over haar plannen voor de toe
komst kon Vera Lynn nog niet veel
vertellen, omdat ze nooit ver in de
toekomst rekent. Wel staat vast dat
ze het volgende jaar een grote tour
nee door Amerika gaat maken.
Het gaat er werkelijk beestachtig
toe: twee kattige pelikanen geven
een demonstratie van wat wij apen
liefde zouden noemenDe recht
se is wat je noemt het haasje by zo'n
hondse behandeling; hij mag dan ook
nog zo hardnekkig zijn, de bek van
zjjn tegenstander ziet er vervaarlijk
genoeg uit.
Vrouw vergiftigde haar
echtgenoot
Kreeg 15 jaar gevangenisstraf.
De Groninger rechtbank veroordeel
de de 53-jarige mevrouw J. van V.-B.
uit Warffum tot vijftien jaar gevan
genisstraf met aftrek. Veertien dagen
geleden heeft zij terecht gestaan, be
schuldigd van moord op haar tweede
echtgenoot, de 49-jarige landarbeider
P. van der V. Zij heeft hem namelijk
een oplossing van Parijs groen, een
zeer vergiftige verbinding, welke ko-
per-arsenicum bevat, toegediend, toen
hij ziek te bed lag. Deze moord ge
schiedde acht jaar geleden, doch is
pas deze zomer ontdekt Een jaar la
ter is zij hertrouwd met een man.
wiens kinderen door middel van de
voogdijraad in haar huis waren ge
plaatst.
De officier van justitie achtte
moord bewezen en eiste twintig jaar
gevangenisstraf. De rechtbank achtte
moord eveneens bewezen. In de over
wegingen werd rekening gehouden
met het gruwelijk karakter van het
feit en met de omstandigheden en de
persoon van de verdachte Ook werd
in aanmerking genomen, dat de moord
reeds acht jaar geleden is gepleegd
Rattengif in waterreservoir
gedaan.
Vijf jaar geëist voor
mislukte moordpoging.
Vijf jaar gevangenisstraf met af
trek heeft de officier van justitie bij
de rechtbank te Rotterdam gistermid
dag geëist tegen de 64-jarige grond
werker J. de V. uit Zeist, omdat hij
het plan zou hebben gehad, de wedu
we S. de K. uit Rockanje van het le
ven te beroven. Hij zou de gehele in
houd van een doosje rattenvergif op
5 Aug. il. bg haar thuis in een meta
len drinkwaterreservoir hebben gede
poneerd.
De V., weduwnaar, zocht een huls
houdster en/of vrouw. Hij meende de
ze te hebben gevonden in de weduwe
De K. Aanvankelijk werd geregeld
contact onderhouden, maar toen de
vrouw er later van af zag, besloot De
V. er maar eens op af te gaan. Behal
ve een enkele reis Rockanje, kocht hij
een doosje rattenvergif.
Op de zitting kwam De K. geheel
op deze verklaring terug. Hij zei nu
het vergif al ongeveer een week van
tevoren te hebben gekocht. Ook ont
kende hg nu (in tegenstelling tot het-
feen hij vroeger had gezega) de be-
oeling te hebben gehad haar te do
den. Nadat hg die middag in Rockan
je het „neen" had gekregen, had hij
het vergif in het waterreservoir ge
daan. „Maar waarom dan toch?" zo
werd gevraagd. „Ik was helemaal van
de kook, edelachtbare", antwoordde
De V. en haalde de schouders op.
„Had U de bedoeling haar te doden
of ziek te maken?".
„Het zou me eeuwig hebben gespe
ten". Uitspraak 21 Dec. a.s.
Franse soldaten krijgen
melk.
De Franse regering heeft 'n decreet uit
gegeven, waarin wordt bepaald dat de
Franse soldaten van 1 Januari af iede
re ochtend een achtste liter melk zul
len ontvangen. In het decreet wordt
geen melding gemaakt van de halve
liter wijn, die zij thans per dag krij
gen. Het melkrantsoen voor het leger
zal jaarlijks ongeveer vier millioen
gulden kosten.
SPREUKEN OP ZEEUWSE GEBOUWEN (Slot)
„Acht is meer dan duizend"
Min of meer is het gezegde bekend: Zelfs Homerus kon liet niet iedereen
naar de zin maken. In de raadzaal van het stadhuis te Middelburg wordt
het enigszins anders gezegd- Op een der wanden staat n.1. WIE ZAL T
MAEKEN, DAT NIEMAND 'T KAN LAEKEN. Deze spreuk, op advies
van de architect daar aangebracht, is niet alleen van toepassing op de res
tauratie van het stadhuis, maar kan ook betrekking hebben op hetgeen
door de raadsleden besloten wordt Meer algemeen bekend is hetgeen op
een gevelsteen in de Schuitvlotstraat heeft gestaan: DIE BIJ DE WEGE
TIMMERT, HEEFT VEEL BERECHT.
Op een steen in het huis no. 68 in
de Spanjaardstraat staat: In tegen
spoed koomt geduld te baat. Aanslui
tende hierop leest men op de gevel
van het belendende huis no. 70: In de
meesten voorspoed behoeft men den
besten raet, An. 1794.
Op het voetstuk van het standbeeld
van Koningin Emma kan men de
woorden lezen, die zg eenmaal gespro
ken heeft: Nederland zy groot in al-
door B. J. DE MEIJ.
les, waarin ook een klein volk groot
kan zijn. Wat eenmaal op de niet
meer bestaande Segeersmolen heeft
fes taan, is zelfs een Walchers gez
e geworden, n.L Als het waar is,
het een wonder.
Bij de herbouw van Middelburg,
welke voor een groot deel uit winkels
bestaat, zyn wel enkele gevelstenen
ingemetseld maar zonder spreuken.
Enkel staat op de Nieuwe Burg boven
de ingang van de boekenwinkel 't
Zoeklicht in een gedicht, dat 't oude
hoekhuis van D'huy door 't vuur ver
loren is gegaan, maar dat het boek
huis De Jong is herboren.
Verder kan mén op perceel 3 in de
zelfde straat op een niet in 't oog val
lende steen lezen: Deze steen dekt
veel verlies, an. 1940-1943. Er zullen
in de loop der tijden wel enkele oude
gevelstenen met opschriften verdwe
nen zijn. Vooral als er een spreuk op
stond, is dit dubbel jammer! Zij wa
ren de adelmerken van de stad.
In Vlissingen is er, voor zo ver wfl
weten, geen enkele meer. Dit is te be
grijpen, daar de stad menig maal door
brand en oorlogsgeweld is geteisterd.
Met de gebouwen verdwenen ook de
gevelstenen, waarop een spreuk
stond.. Toch hebben wij enkele kun
nen navorsen. Zo stond op een gevel
steen: D'opiniën der menschen rege-
VERMEER—VAN MEEGEREN
Overtuigd van echtheid van
omstreden Vermeers
„Ook ik ben er thans volkomen van overtuigd, dat „Het Laatste
Avondmaal" en „De Emmaüsgangers" authentieke Vermeers zyn. Deze
twee doeken zyn het slachtoffer van een complot geweest en het is thans
hoog tijd dat niet alleen recht geschiedt aan deze meesterwerken, doch ook
aan sommige personen." Aldus prof. Henri Lavachery, chef-conservator ho
norair van de Koninklijke musea voor kunst en geschiedenis. Dinsdag in
een lezing in het paleis van schone kunsten te Brussel, over het onderwerp:
„VermeerVan Meegeren, vals en echt", die door "een groot aantal promi
nente figuren uit de Belgische kunstwereld werd bijgewoond.
De heer Lavachery wees er op, hoe
hij aanvankelijk ook had behoord tot
degene, die zich hadden neergelegd bij
't resultaat van het door prof. dr. Co
remans uitgevoerde physio-chemische
onderzoek volgens hetwelk „Het
Laatste Avondmaal" en „De Emma
üsgangers" van de hand van Han
van Meegeren zouden zijn. Hy prees
dc wijsheid van de Nederlandse ge
rechtelijke instanties, die na het pro
ces de doeken niet vernietigden omdat
er ondanks de sluitende bewijsvoering:
toch nog een man bleek te zijn, die
hardnekkig weigerde te geloven in de
juistheid van het onderzoek van prof.
Coremans. Deze man was de Brussel
se kunstkenner Jean de Coene, die se
dert dien niets ongedaan heeft gelaten
om de authenticiteit van beide schil
derijen te bewijzen en Nederland twee
kunstwerken van grote waarde terug
te schenken. Opmerkelijk is echter ge
weest, aldus de heer Lavachery, dat
ondanks de goede bedoelingen van de
heer De Coene, een soort samenzwe
ring van doodzwijgen in de Nederland
se kranten is waar te nemen geweest,
in het bijzonder toen deze zijn boek
werk „terug naar de waarheid" het
licht deed zien, waarin hy de argu
menten van prof. Coremans met te
genbewijzen bestreed.
Ook werd in Nederland, aldus spre
ker, vrijwel met geen woord gerept
van het scheikundige tegenonderzoek,
dat een achttal Belgische en Europese
chemici van naam heeft ingesteld met
betrekking tot de analyse der verf
soorten, gebruikt bij beide schilderijen
Wat dit laatste onderzoek betreft, al
dus de heer Lavachery, is duidelijk ko
men vast te staan dat de bewijzen die
prof. Coremans aanvoerde voor de
aanwezigheid van kunsthars (op
grond hiervan werden de doeken ver
valst verklaard) ook gelden voor de
natuurhars in echte meesterwerken
uit de 17e eeuw.
Na reiniging
De heer Lavachery had aanvanke
lijk slechts foto's gezien van de beide
schilderyen. Eerst toen hij gelegenheid
had deze in werkelijkheid te zien in
Rotterdam, geraakte hij volkomen
doordrongen van de juistheid der be
wijsvoering van Jean de Coene. En
toen hij later de gelegenheid kreeg
„He* Laatste Avondmaal" en „De
Emmaüsgangers" te reinigen, was er
geen enkele twijfel meer voor hem
mogelijk hier met echte 17de eeuwse
meesters te doen te hebben. Bij „Het
Laatste Avondmaal" kwamen bij het
schoonmaken overigens allerlei details
te voorschijn, die van het grootste be
lang bleken te zyn.
Zo ontdekte de heer Lavachery dat
van de naam Vermeer aan de uiterste
rand van het schilderij de laatste vier
letters te zien kwamen, één geheel
vormend met de onderlaag. Van Mee
geren had hierover eenvoudig een
verflaag gesmeerd en daarom de vol
ledige naam Vermeer geïmiteerd. De
ze verdween by het reinigen met een
enkele sponsveeg en toen kwamen de
onderliggende letters onuitwisbaar te
voorschyn.
De heer Lavachery stond hierna ge
ruime tijd stil bij het zgn. „Tweede
Laatste Avondmaal" dat prof. Core
mans op 26 September 1949 te Nice
in de villa van Van Meegeren beweert
te hebben gevonden. Hg vertelde hoe
hij een brief gezonden had aan prof.
Coremans, waarin hij deze verzocht
dit doek voor een nadere studie ter
beschikking te stellen omdat het ten
enenmale onmogelijk is dat „Het
Laatste Avondmaal", hetwelk thans
in bezit is van de heer Van Beuningen
en „Het Laatste Avondmaal" van
Nice, van dezelfde hand zouden zijn.
Prof. Lavachery mocht echter nooit
een antwoord op dit schrijven ontvan
gen. De gewezen chef conservator van
de Brusselse musea verklaarde de
goede trouw van prof. Coremans met
betrekking tot de vondst van het
tweede „Laatste Avondmaal" te Nice
ernstig jn twijfel te trekken cn ver
klaarde, dat dit hem zeer moeilijk valt
te zeggen, van iemand, die hij eens
gewaardeerd heeft en van wie hij zelfs
heeft gehouden.
ren de wereld. Nog in onze tijd moet
men de waarheid er van bevestigen.
Voor het laatste bombardement
stond in de Nieuwstraat een huis met
twee gevelstenen. Blykens de tekenln-
§en en de opschriften hoorden zy ook
y elkaar. Op de ene steen stond de
zon afgebeeld en daar onder de woor
den: HET IS VOOR MENIG MEN-
SCHE GROTE PINE, DAT Hl DE
SONNE IN WATER SIET SCHINE.
Op de andere steen was de maan ge
tekend en kon men het minder be
kende rympje lezen, doch bij het zee
varende Vfissingen passend: HET IS
VOOR DEN ZEEMAN GHEEN PI-
NE, DAT Hl DE MANE BIJ NACH-
TE SIET SCHINE.
Op een der kruitmolens even bui
ten de stad stond: „Niemand zonder
vijand".
Het bezoek aan een begraafplaats
brengt een mens tot ernstige gedach
ten. Hiertoe wordt hy ook gebracht
door het lezen wat op de Hekpalen
van de oude Israëlietische begraaf-
6laats te Vlissingen staat, n.l. De ge-
orenen zyn bestemd om te sterven.
De dooden om weder te herleven.
Aan de wederopstanding des vle-
ses wordt men ook herinnerd door
hetgeen op de aula van de algemene
begraafplaats staat: Uwe dooaen zul
len leven. Dit troostwoord is geschre
ven door de profeet Jesaja en te le
zen in Jes. 26 19a. Ook op het hek
van de begraafplaats te Serooskerke
staan die woorden.
Op de arduinstenen pui van het
stadhuis te Veere staat: Gehoorzaam-
heyt Gods en der wetten weert des
menschen ongeluck. Voor de omwen
teling van 1795 stond in plaats van
wetten het woord overheyt, hetgeen
nog duidelyk te zien is.
Brouwershaven zegt het enigszins
anders, maar in het Latijn. Boven de
ingang van het raadhuis staat name
lijk: Lex republicae conservatis. De
wet is de bewaring van het gemene
best.
Op een der stadspoorten van Goes
stond: Als God de stad niet bewaart,
tevergeefs wacht de wachter. Deze
zin is het laatste deel van het eerste
vers van de onberijmde psalm 127. Op
een gevelsteen van het raadhuis te
Dreischor leest men: Doet wel en
vreest niemand.
HOFSTEDEN.
Onder Serooskerke ligt de hotstede
Arendsrust. Op een gevelsteen van
het woonhuis staat: Aquilla non
cuplat musens. In het Nederlands:
Een arend vangt geen vliegen, m.a.w.
Een edelmens strijdt met tegen onbe
duidende personen. Het is ook de zin
spreuk van het geslacht Quarles van
Ufford.
Nog resten enkele spreuken of zin
rijke woorden, die op een hek van
boerderijen op Walcheren te lezen
zijn. Zij getuigen min of meer van de
noeste arbeid van de boer. b.v. Iedere
morgen nieuwe zorgen, Altijd zorg,
Zeldenrust, Zorglust.
Wilt ge het in een vreemde taal ho
ren: Rien sans peine. Niets zonder
moeite. Nihil sine labor. Niets zonder
arbeid. Ora et Labora. Bid en werk.
Dat voor- en tegenspoed elkaar in
't boerenbedrijf wel eens afwisselen
zeggen de namen: Roos en Doorn,
Niet altijd zomer en Niet altyd win
ter.
Met een weinig raadselachtig op
schrift willen wij onze speurtocht ein
digen. Niet lang geleden stond op een
hek van een boerdery aan de weg
van Middelburg naar Grgpskerke:
Acht is meer dan duizend. Dit lijkt 'n
onwaarheid. De uitlegging: acht in
Romeinse cijfers (VIII) is meer of
groter dan duizend(M) lijkt ons niet
juist. Beter is deze: Acht geven op
zijn bedrgf is beter dan b.v. duizend
gulden.
Nieuw smeervet?
Een Maastrichtse industrie heeft in
haar laboratorium smeervet op basis
van waterglas ontwikkeld. Dit vet zou
de bijzondere eigenschappen hebben,
het warmlopen van motoren tegen te
gaan.
Het vet wordt thans op acht grote
venti atoren met 3000 toeren reeds
enige weken continu toegepast met
gunstig resultaat. Ook neemt men
proeven met smering van personen
auto's. De industrie gaat binnenkort
het smeervet op grote schaal vervaar
digen.