Een Egyptisch reisboek als een
boeiende avonturenroman
Residentie-orkest bestaat deze
maand vijftig jaar
Museum voor moderne
kunst bestaat 25 jaar
Matisse droomde over een
kunst van het evenwicht
CULTURELE CAVALCADE
ZATERDAG 6 NOVEMBER 1954
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
De wonderwereld van hei Oosien
„Morgen bloeien de abrikozen"
door Bertus Aatjes
UIT VORIGE REISBOEKEN over het Nabije Oosten (vooral Palesti
na) kenden we Bertus Aafjes reeds als een bykans ideaal beschrijver en
uitbeelder van vreemde landen en volkeren. Ook zijn zojuist verschenen
nieuwe reisboek over Egypte: „Morgen bloeien de abrikozen" Is daar weer
een voorbeeld van. De poëtische titel lijkt wel op die van een roman, en het
boek is zo knap gecomponeerd, dat 't zich inderdaad lezen laat als een
lange, boeiende avonturenroman, waarin de hoofdpersoon de schrijvende
Aafjes en zyn tekenende vrouw zijn, en de talloze bijfiguren vertegenwoor
digers van het Egyptische volk, in wier midden zij bijna drie jaren heb
ben gewoond. Met open ogen en oren voor alles wat vreemd en ongewoon
was in een samenleving, die sterk van de onze afwijkt.
Opmerkelyk is daarby, dat Aafjes
dezelfde cirkelgang maakt die vrijwel
iedereen aflegt, die intensief met Oos
terlingen in aanraking komt, hun be
koring ondergaat, maar diep-in toch
zichzelf wil blijven: Men begint met
het traditionele besef dat de „ondoor
grondelijke" etc. Oosterling geheel
anders is dan wij, en dat we hem niet
kunnen begrijpen. Hoe verder men
echter doordringt in zijn wezen, hoe
meer men meent in te zien, dat al dat
gepraat over ondoorgrondelijkheid en
raadselachtig anders-zijn maar een op
pervlakkig tegen de buitenkant aan
kijken is. De Oosterling is een mens
als wij, in wezen net eender; dezelfde
Letterkundige kroniek
door HANS WARREN
gevoelens en hartstochten beheersen
hem, alleen de entourage en de le
vensstijl zijn anders. Totdat we op ze
kere dag weer plotseling en glashel
der inzien dat we in een schijnwereld
leefden: één daad, één oogopslag, één
gebaar kan volstaan om te doen in
zien dat al wat wij meenden te be
grijpen op losse schroeven staat en
evengoed anders uitgelegd kan wor
den.
Al onze veroverde zekerheden val
len weg. er valt een diepe kloof, on
ze vrienden zijn weer duidelijk vreem
den, Oosterlingen, geheimzinnige, on
begrijpelijke wezens, en wijzelf zijn
teruggeworpen naar onze eigen
plaats van Westerlingen, even onbe
grijpelijk voor hèn.
Misschien zijn er mensen, die geheel
hun eigen innerlijke wezen op kunnen
geven, dat zijn de volkomen verwes
terde Oosterlingen, of, zeldzamer, die
enkele Westerling die dan ook inder
daad volkomen verdwijnt, in een kam
pong, in een negerdorp, of ergens in
een berberse woestijnnederzetting.
Maar zulke mensen verbreken het
contact met hun eigen beschaving.
Nog weer een andere categorie men
sen ziet kans (en prefereert) volko
men geïsoleerd in het Oosten te le
ven. Zij gaan er alleen heen om te
verdienen, bezoeken alleen hun land
en rasgenoten, spreken na een jaren
lang verblijf in de vreemde nog geen
woord van de volkstaal, en de enige
kennis die ze van het volk hebben
komt via hun huispersoneel dat hen
echter nimmer hun ware gezicht
toont.
Bertus Aafjes echter, behoort
tot de eerder romantisch aange
legde mensen, die uit pure be
langstelling en nieuwsgierigheid
fiek Frans dat dat van Flaubert in
beeldende kracht, melodie en vol
maaktheid op zij streeft, Noord-Afri-
ka beschreef. Er zouden trouwens
meer overeenkomsten tussen Fromen-
tin en Aafjes aan te stippen zijn,
maar helaas zijn Fromentins reisboe
ken (het mooiste wat wij op dit ge
bied kennen, ze heten „Une année
dans le Sahel" en „Un été dans le Sa
hara" in ons land weinig bekend. Er
bestaat overigens een reeds tamelijk
oude, en dus wel onvindbaar gewor
den Nederlandse vertaling van.
Een voorbeeld
Teneinde deze uitweiding te recht
vaardigen, volgt hier een voorbeeld
van Aafjes' proza, dat hier niet voor
dat van Fromentin onder doet: „De
zon verdween juist achter de kim,
wolken rode en gele zonnestof achter
zich latend. De kleuren en tinten van
het landschap waren voor een kort
moment van een hevigheid alsof zij op
springen stonden. Het groen van de
klavervelden was als het doorzichtig
groen van glaswerk, het geel van de
kunstmatige rieten omheiningen was
striemend en fel als een zweepslag.
Over de weg naderde een stoet, gon
zend en muziekmakend. Aan het
hoofd van de stoet liep een kameel.
Op de rug van de kameel wiegde een
doorzichtige tent tegen de gouden
avondhemel. Toen wij passeerden za
gen wij binnen de tent een jonge brui
degom en bruid. Hun contouren le
ken bevend en teder en met een
uiterst nerveuze penseelstreek aange
bracht op de binnenkant van het tent
gaas. Een ogenblik later spatte de
muziek van pauken en cymbalen luid
op tegen ons koetsje, een moment la
ter was de bruiloftsstoet als 'n vloed
golf langs ons heengerold om steeds
naar het Oosten gaan, zonder
enig vooroordeel en met een war
me. openlyke sympathie voor het
volk. Die, alle goede raad in de
wind slaand, zélf door schade en
schande wijs willen worden en
daarbij vaak soms volkomen
onbewust hun leven op het
spel zetten omdat zij de Oosterse
enden en levenswetten niet ken
nen. Die diep genoeg doordrin
gen om te leren, dat voor de Oos
terling slechts het heden als het
enig-waarachtige geldt, en dat
verleden en toekomst, zoals wij,
Westerlingen die beleven, ficties
zyn. Die dan van verrukking in
verrukking vallen, een ander
mens worden onder de hete zon
en te midden van de felle kleu
renpracht, en die daarvan weten
te verhalen met een gloed en een
liefde, die de lezer volkomen mee
slepen. die de volwassen lezer
weer doen lezen met de heerlijke
overgave van de kinderjaren.
Want Aafjes is bovenal een dichter,
en hy weet het Oosterse leven en de
pracht van de natuur op te roepen
met zo'n intensiteit, dat men volko
men vergeet waar men is. Zijn proza
is zo evocatief en schilderachtig, dat
men het soms vergelijken kan met
dat van een andere reiziger in het
nabije Oosten, de Franse schilder
schrijver Eugène Fromentin, die, nu
bijna een eeuw geleden, in een magni-
verder weg te ebben in het duistere
landschap.
De weg was nu geheel en al verla
ten, aan de hemel sloegen de eerste
sterren slaperig hun zilveren wimpers
op en overal ontbloeiden diep in het
landschap de rustige gouden rozetten
der olielampen", (pag. 197-199).
Het zou ondoenlijk zijn, hier ook
maar een fractie van Aafjes' boeiende
avonturen en belevenissen te verha
len, daarvoor zijn ze te vele en te bi
zar. Hij debarkeerde in Egypte als
perschef van een Nederlands Luna
park, maar na een maand vluchtte hij
daar weg, half gek geworden door 't
lawaai en de nooit aflatende bewe
ging. die nu eenmaal onafscheidelijk
aan een lunapark verbonden zijn. Op
zijn eentje waagde hij zich in de ge
varen van het Oosterse leven. Geva
ren van velerlei aard: dieven en uit
buiters, verdovende middelen, politie
ke rellen, en vooral niet te vergeten:
tropische ziekten. Het drinken van 'n
glas Nijlwater bracht hem in het hos
pitaal, bij een politieke demonstratie
ontsnapte hij te nauwernood aan de
dood. Hij zou geen schrijver zijn als
hii al die belevenissen niet tot het
uiterste uitgebuit eri hier en daar wat
Gearrangeerd had om er mooie ver
alen van te maken.
Na een jaar kwam zijn vrouw over.
Zij had nog nooit getekend, maar
Aafjes kocht haar een schilderdoos.
Ze illustreerde zijn boek met kinder
lijke prentjes die zich niet aansluiten
bij de zo perfecte tekst, en ze gaf
het een omslag mee („naar haar eer
ste gouache", zegt Aafjes trots) dat
we onmiddellijk na ontvangst van het
boek in de papiermand hebben ge
stopt. Maar mevrouw Aafjes werd in
Egynte ..De Moeder van de Broek"
en „De Prinses uit het land van de
Houten Schoenen" en dat maakt alles
goed!
Wie, die mysterieuze schijngestal
ten, waarover wellicht thans nog in
Zuid-Egypte legendarische verhalen
de ronde doen zijn? We gaan het U
niet verklappen, want dit in één
woord heerlijke reisboek, dat u zeer
intens met de wonderwereld van het
Oosten in aanraking brengt, verdient
door ledereen gelezen, ja, verslonden
te worden!
Belangrijke schenking
voor Arnhem
De „Carel Marie Baron Brantsen en
Jacqueline Sophie Gravin van Lim
burg Stirum-stichting" hebben, in
aansluiting aan de in 1951 en 1952
reeds gedane schenkingen opnieuw
een groot aantal kostbaarhedèn uit
het familiebezit van deze oude Gel
derse geslachten aan de gemeente
Arnhem aangeboden, deels als schen
king, deels ten gebruike bij bijzondere
gelegenheden en ter bewaring in het
gemeentemuseum.
De schenking omvat een aantal
gouden en schildpadden sieraden en
gebruiksvoorwerpen, portretminiatu
ren, een verguld zilveren empire pen
dule (geschenk van Napoleon aan de
ambassadeur der republiek, mr Ge
rard Brantsen). alsmede een fraai
koffie- en theeservies van Meissner
porselein. Tot de in gebruik gegeven
voorwerpen behoren een groot eet
servies van kostbaar Frans porselein
en prachtig antiek damast.
Bertus Aafjes: „Morgen bloeien de
Abrikozen", ill.: Mevrouw T. Aafjes-
Wesseling. Uitgave: J. M. Meulen-
hoff, Amsterdam.
Toegepaste kunst
Moderne instelling had grote invloed op
de samenleving in de Ver Staten
Het Museum voor Moderne Kunst le New York, dat dit jaar 25 jaar be
staat, is een merkwaardig kunstcentrum. Het is daarom zo interessant, om
dat er niet. alleen schilder- en beeldhouwwerken te zien zyn, maar omdat hel
in de achter ons liggende kwart eeuw ook grote aandacht heeft besteed aan
de avant-gardistisehe stromingen in de bouwkunst, fotografie en film, in
dustriële vormgeving, typografie en andere toepassingen van kunst en
kunstzin in het dagelijks leven. Belangrijk is ook de invloed, die van het
Museum is uitgegaan met betrekking tot de opvoeding van het grote pu
bliek tot waardering van kunstuitingen van hel heden en het recente verle
den. Op het gebied van de vormgeving alleen al heeft de selectie, die hel
Museum onder de industrieproducten toepast met betrekking tot „goede
vormgeving" in glas, plastic, metaal, en zelfs auto's grote invloed uit
geoefend, waardoor het aanzien van de Amerikaanse samenleving zelfs wij
ziging heeft ondergaan.
Wanneer een of ander voorwerp met een waarborg voor een aesthe-
- gepaard
door het Museum gerangschikt tisch verantwoord uiterlijk,
wordt onder de „voorbeelden van I met grote doelmatigheid. Öoch de
goede vormgeving", dar. wordt na
melijk hierdoor een vlotte verkoop
als het ware verzekerd. Dat komt,
omdat het opnemen van dergelijke
voorwerpen in een der tentoonstel
lingen van het Museum gelijk staat
Jubileumconcert
Sinfonietta van Willem van Otterloo.
Voorts staan op het programma
Bach's concert voor twee violen,
waarin de beide eerste concertmees
ters van het Residentie-orkest, Her
man Krebbers en Theo Olof, solistisch
optreden; Ravels Tweede Suite Da£h-
nis et Chloë en de Piet Hein-rhapso-
die van dr. Peter van Anrooy, een der
vroegere dirigenten van het Residen
tie-orkest. De Piet Hein-rhapsodie is
„Klinkende munt voor
uitmuntende klank'
(Van onze Haagse redacteur).
Op 20 November 1904 klonk in het gebouw voor Kunsten en Weten
schappen in Den Haag Tsjaikowski's vierde symphonic door de grote, met
talryke belangstellende Haagse luisteraars gevulde zaal. Achter de diri-
geerlessenaar stond mr. Henri Viotta, die het Residentie-orkest „ten
doop" hield.
In het begin dezer eeuw was Viotta van mening, dat Den Haag zijn
eigen orkest behoorde te hebben. Met hem vonden dat verscheidene stad
genoten en dus trof men voorbereidingen voor de oprichting van het Re-
ridentie-orkest. In 1903 werd een incidentele uitvoering gegeven gevolgd
door enkele concerten van hetzelfde ensemble in de zaal van Diligentia
in het seizoen 1903-1904. Deze manifestatie van een orkest van Haagse
musici vormden de aanloop tot de oprichting van het Residentie-orkest,
dat officieel op 20 Nov. 1904 het eerste van een serie concerten in het
gebouw voor Kunsten en Wetenschappen gaf.
Het Residentie-orkest bestaat dus vijftig jaar. In die halve eeuw is het
een instelling geworden, waarop niet alleen Den Haag trots is, maar dat
landelyk vermaardheid heeft verworven en ook in tal van buitenlandse
steden een graag geziene gast is.
In 1904 telde het orkest 77 man.
Thans bestaat het uit 88 musici; de
oudste medewerker maakt er zelfs al
45 jaar deel van uit! Acht en tachtig
toonkunstenaars, die.het Residentie
orkest nationale en internationale
faam verschaft hebben. Een kleine
honderd kimstenaars, die onder be
proefde leiding ontelbare duizenden
het hoogste muziekgenot hebben ver
schaft. In het afgelopen seizoen gaf
het Residentie-orkest 136 concerten,
die door 266.196 personen werden be
zocht: dat is dus door gemiddeld 1957
personen per concert. Alleen in Den
Haag gaf het orkest 101 uitvoerin
gen.
Het spreekt vanzelf, dat het gou
den jubileum van dit Haagse ensem
ble waarnaar in de zomermaanden,
als het in en buiten het Holland-Fes
tival in het Kurhaus in Scheveningen
optreedt, duizenden buitenlanders ko
men luisteren, op feestelijke wijze
wordt gevierd. De officiële herden
king met een receptie van het be
stuur van het Residentie-orkest en
een door het orkest te geven gala
concert die in den lande geduren
de het gehele seizoen 1954-1955 wordt
voortgezet, is vastgesteld op 20 No
vember a.s., dus precies vijftig jaar
nadat Henri Viotta de eindeloze
reeks, die het orkest inmiddels op zijn
naam gebracht heeft, begon.
Het opvallende van het gala-con
cert is, dat de tegenwoordige dirigent
Willem van Otterloo, in een keur uit
het klassieke en moderne repertoire
de verschillende groepen van het or
kest om de beurt als eenheid zal la
ten horen.
HET PROGRAMMA.
Het concert opent met een werk
van de nestor van de Nederlandse
componistenschool dr. Johan Wage
naar: een Intrada en Hymne, waarin
het koper zich aan de toehoorders
presenteert. De strykers zal men kun
nen horen in Stravinsky's Symphonie
voor strykers, de houtblazers in de
gekozen als huldeblijk aan Henri
Viotta, wiens vader de melodie van
het beroemde Nederlandse Piet Hein-
lied, waarop de rhapsodie van Van
Anrooy geïnspireerd is, componeerde.
Teneinde het jubileum een officieel
karakter te geven zijn door het uit
voerend comité een ere-comité en 'n
jubileum-comité gevormd.
H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins
Bernhard werden bereid gevonden als
beschermvrouwe en beschermheer
van het ere-comité op te treden. Van
dit comité maken behalve het corps
diplomatique vele Nederlandse auto
riteiten deel uit.
Er zal een duurzaam geschenk in
de vorm van een Jubileum-Instrumen-
ten-fonds worden aangeboden. Voor
onmiddellijke aanschaffing komen in
aanmerking een harp en blaasinstru
menten in de groepen koper- en hout
blazers. Daarvoor zyn inmiddels on
der de leus „geef klinkende munt voor
uitmuntende klank" gelden ingeza
meld.
Belasting en
gramofoonplaten
De Haagse Disco-club heeft aan de
minister van financiën een adres ge
richt in verband met de b$ 't departe
ment van financiën ln bewerking zyn-
de herziening van de z.g. weeldeta-
bel der omzetbelastingwec. Adressan
te wijst op de culturele waarde van
klassieke muziek en acht het onbil
lijk dat, waar de overheid de orkes
ten subsidieert en boeken geheel vry
stelt van omzetbelasting, op klassieke
muziek door middel van gjamofoon-
platen het extra tarief van 15 procent
wordt toegepast. Zij verzoekt 'dan ook
deze extra belasting te doen verval
len.
Zuiverheidsereniteit.
Beschouwende afstand
tot het onderwerp
„Waarvan ik droom is een kunst
van het evenwicht, van zuiverheid en
sereniteit, zonder het verontrustende
of deprimerende onderwerp; een
kunst, die voor iedere geestelijke ar
beider, moge hij zakenman of schrij
ver zyn, een riist-brengende invloed
kan hebben, als een kalmeringsmid
del iets als een leunstoel, waarin
men van lichamelijke vermoeidheid
kan uitrusten".
Dit werd eens geschreven door Hen
ri Matisse, de Franse kunstschilder,
die zoals gemeld Woensdag j.l.
te Nice is overleden.
Matisse was een groot kunstenaar,
die een omvangrijk oeuvre nalaat.
Matisse heeft school gemaakt, niet
alleen in Frankrijk, doch in vele an
dere landen. Onder meer werd een ge
hele generatie schilders in Scandina-
aandacht die wordt besteed aan sier
lijke huishoudelijke artikelen, is
slechts een klem onderdeel van de
werkzaamheden van het Museum:
de meeste aandacht is en wordt be
steed aan de schone kunsten. Het is
zeker geen toeval, dat ter gelegen
heid van het zilveren feest, door het
Museum de grootste tentoonstelling
van schilderijen uit zijn wereldver
maarde verzameling wordt gehou
den. die tot dusver werd samenge
steld. Er zijn hier een driehonderd
tal werken te zien van de eerste,
grote impressionisten af via de cu-
bisten en futuristen, de meesters van
het abstracte, de realisten en de ro
mantici tot dada en surrealisme toe
Een grote bijdrage van het Mu
seum tot bet culturele leven in Ame
rika was ook het besluit om te bre
ken met de overal ter wereld ge
volgde praktyk om alleen maar het
werk van reeds gevestigde kunste-
De wereld mag »ict plat zijn, voor
de heer Charles E. Riddiforrl uit
Washington is het een klem kunstje
haar plat te maken. Als landkaarten-
expert bij de Nationale Geografische
Vereniging heeft hij nl. een globe ont
worpen, die op de manier van een pa-
rapluie in elkaar kan klappen.
De bedoeling van deze uitvinding is,
de aanschaf van een globe te verge
makkelijken. Nu kost een aardbol nog
tamelijk veel, doch wanneer zij vol
gens het ontwerp van de heer Riddi-
ford vervaardigd zal worden, zal de
prijs tot enkele guldens dalen.
Onze foto toont ilc heer Riddiford
tijdens een demonstratie van de door
hem uitgevonden globe.
kende schilders, beeldhouwers, foto.
grafen cn ontwerpers presteren en
waarvoor zy zich thans interesseren.
Parallel hiermede heeft de direc
tie altijd grote belangstelling voor
kunstuitingen in andere landen. Mo
menteel wil het Museum vooral de
aandacht op de Japanse kunst ves
tigen: in de afgelopen maanden heb
ben meer dan 50.000 bezoekers het
prachtige „Japanse Huis" bezichtigd,
dat in de tuin is opgesteld.
Kort na de oprichting werd In
1932 een tentoonstelling geopend, die
een beeld wilde geven van de „in
ternationale stijl" in de architec
tuur; door deze tentoonstelling werd
het Amerikaanse publiek bekend met
het werk van de Amerikaanse groot
meester Frank Lloyd Wright.
Het valt niet te ontkennen dat de
aandacht, die door het Museum op
de moderne architectuur werd geves
tigd, een mijlpaal betekent op het
gebied van de samenleving in Ame
rika. Het streven om nieuwe richtin
gen in het ontwerpen van woningen,
kantoor- en fabrieksgebouwen te po
pulariseren, heeft dc smaak van het
publiek meer dan Iets anders omge
bogen naar dc „moderne" richting,
naars ten toon te stellen. Het Mu
seum heeft zich tot taak gesteld,
te laten zien wat nieuwe en on be-
OP 26 NOVEMBER wordt te Pa
ramaribo de première gegeven van
het toneelstuk „Green Pastures" van
Marc Connelly onder regie van Ed
win IViomas. De SurinaamsNeder
landse vertaling is van Albert Hel
man, de decors zijn ontworpen en uit
gevoerd door Nola Hatterman. In
deze voorstellingwaaraan 75 Suri-
namers medewerken, zullen de spiri
tuals gezongen worden door het Ma-
ranatharkoor.
DE VROUWELIJKE DIRIGENTE
Antonia Brico zal op 11 November
a.s. voor de Nederlandse radio het
Omroeporkest dirigeren. Zij werd in
Nederland geboren en dirigeerde na
vele jaren van studie in de Verenigde
Staten en in Duitsland voor het
eerst in 1930, namelijk te Berlijn. In
1934 stichtte zij het New York Wo
men's Symphony Orchestra en in '38
ontstond het Brico Symphony Or
chestra. Mills College verleende haar
in 1938 de titel van Doctor of Music.
Antonia Brico is zeer bevriend met
Jean Sibelius en Albert Schweitzer;
de laatste bezocht zxj nog in Afrika
in 1950.
TIJDENS EEN DEZER DAGEN
gehouden bijeenkomst van een aantal
Drentse schilders en schilderessen is
besloten, zich aaneen te sluiten in ver.
enigingsverband, teneinde te komen
tot het houden van exposities in en
buiten de provincie Drente. Als naam
vische landen door hem beïnvloed!
Matisse, wiens werk in vele musea
en particuliere verzamelingen te vin
den is, heeft zich niet alleen aan de
schilderkunst gewijd. Hij heeft ook
gebeeldhouwd en lithografisch werk
gemaakt.
Henri Matisse, die in Cateau-Cam-
bresis is geboren, studeerde rechten
in Parijs. Hy voelde zich echter tot
de schilderkunst aangetrokken en liet
zich in 1893 inschryven by de „Aca
demie Jullian". Later ging hy naar
de „Ecole des Beaux Arts, waar hij
onder de conservatieve William Bou-
guereau studeerde. Later vond hy in
Gustave Moreau een stimulerende
meester.
Aanvankelijk maakte Matisse mi
nutieuze copieën van oude meesters in
het Louvre, doch reeds spoedig in zijn
loopbaan geraakte hij geïnteresseerd
in het impressionisme. Cezanne en schreven, heeft het werk van Matisse
Gauguin hadden een sterke invloed oc i steeds een sereen karakter, waarbij
hem. j een beschouwende afstand tot het on-
Tijdens de tweede wereldoorlog I derwerp is genomen.
schreef Matisse het boek „Jazz" dat
hy verluchtte met opgeplakte silhou
etten, geknipt uit gekleurd papier.
Met deze manier van „schilderen"
experimenteerde hy sedert 1937. In
latere jaren, toen hy door rheumatiek
veel aan zijn bed of een rolstoel ge
kluisterd was, werkte hij veel met ae-
ze manier van weergeven.
Hij gebruikte deze werkwijze ook
by het ontwerpen van glas-in-lood ra
men voor de Dominicaanse kapel te
Vence, by Nice, waarvan hij zowel de
architect als de decorateur was. Het
werk aan de kapel, dat als een hoog
tepunt van zijn loopbaan wordt be
schouwd, vergde vier jaar.
In tegenstelling tot het werk van
Picasso, dat wel als „sardonisch en
eerspiegelend voor het „geweldma-
ge" van de 20-ste eeuw wordt be-
voor deze vereniging werd gekozen
,JIet Drents Schildersgenootschap".
DRIE FRANSE VIOOLBOUWERS,
één uit Angers, één uit Parijs en een
uit Nicehebben het internationaal
concours voor vioolbouwers gewon
nen, dat te Luik gehouden werd. Jean
Bauer werd eerste, Max Millant twee
de en Pierre Gaggine vierde.
Vragen over ballet der
Nederlandse Opera
De gemeenteraad van Amsterdam
wil alles weten over de toekomstige
status van het ballet der Nederlandse
Opera. Kunnen B. en W. een inzicht
geven over de stand van zaken bij het
opera-ballet? zo vragen vele leden in
het algemeen verslag van het onder
zoek der gemeentebegroting. Is het
de bedoeling dat dit ballet verbonden
blijft aan de opera n alleen hiervoor
optreedt? of ligt het in de bedoeling
van het ballet een zelfstandig gezel
schap te maken, dat zich aan de ope
ra verhuurt, doch daarnaast in vrije
voorstellingen optreedt.
Zijn B. en W. bekend met de moei
lijkheden die thans in de balletgroep
bestaan en die verband houden met
het feit, dat de aan dit gezelschap
verbonden kunstenaars geen uitzicht
geopend wordt op het verkrijgen van
een betere basis en een afgerond
werkterrein.
Andere leden vragen of B. en W. in
hun besprekingen met de minister van
onderwijs, kunsten en wetenschappen
reeds tot enig resultaat zijn gekomen
met betrekking tot het stichten van
een nationale balletschool, in samen
werking met conservatorium of to
neelschool. Welke instelling zal deze
balletschool beheren?
In de huidige situatie is naar het
oordeel van de leden van primair be
lang dat, nu de raad een belangrijke
subsidie heeft toegestaan voor het
ballet van de Nederlandse Opera, de
status van dit ballet in het kader van
de Nederlandse Opera zo spoedig mo
gelijk wordt vastgesteld en dat dit
ballet in staat wordt gesteld zich in
binnen- en buitenland te presenteren.
Men zal toch eerst een voorstelling
in Amsterdam moeten geven alvorens
een tournee naar het buitenland
wordt ondernomen. Wanneer kan het
eerste optreden ii. de hoofdstad tege
moet gezien worden?