Een Egyptisch reisboek als een boeiende avonturenroman Residentie-orkest bestaat deze maand vijftig jaar Museum voor moderne kunst bestaat 25 jaar Matisse droomde over een kunst van het evenwicht CULTURELE CAVALCADE ZATERDAG 6 NOVEMBER 1954 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT De wonderwereld van hei Oosien „Morgen bloeien de abrikozen" door Bertus Aatjes UIT VORIGE REISBOEKEN over het Nabije Oosten (vooral Palesti na) kenden we Bertus Aafjes reeds als een bykans ideaal beschrijver en uitbeelder van vreemde landen en volkeren. Ook zijn zojuist verschenen nieuwe reisboek over Egypte: „Morgen bloeien de abrikozen" Is daar weer een voorbeeld van. De poëtische titel lijkt wel op die van een roman, en het boek is zo knap gecomponeerd, dat 't zich inderdaad lezen laat als een lange, boeiende avonturenroman, waarin de hoofdpersoon de schrijvende Aafjes en zyn tekenende vrouw zijn, en de talloze bijfiguren vertegenwoor digers van het Egyptische volk, in wier midden zij bijna drie jaren heb ben gewoond. Met open ogen en oren voor alles wat vreemd en ongewoon was in een samenleving, die sterk van de onze afwijkt. Opmerkelyk is daarby, dat Aafjes dezelfde cirkelgang maakt die vrijwel iedereen aflegt, die intensief met Oos terlingen in aanraking komt, hun be koring ondergaat, maar diep-in toch zichzelf wil blijven: Men begint met het traditionele besef dat de „ondoor grondelijke" etc. Oosterling geheel anders is dan wij, en dat we hem niet kunnen begrijpen. Hoe verder men echter doordringt in zijn wezen, hoe meer men meent in te zien, dat al dat gepraat over ondoorgrondelijkheid en raadselachtig anders-zijn maar een op pervlakkig tegen de buitenkant aan kijken is. De Oosterling is een mens als wij, in wezen net eender; dezelfde Letterkundige kroniek door HANS WARREN gevoelens en hartstochten beheersen hem, alleen de entourage en de le vensstijl zijn anders. Totdat we op ze kere dag weer plotseling en glashel der inzien dat we in een schijnwereld leefden: één daad, één oogopslag, één gebaar kan volstaan om te doen in zien dat al wat wij meenden te be grijpen op losse schroeven staat en evengoed anders uitgelegd kan wor den. Al onze veroverde zekerheden val len weg. er valt een diepe kloof, on ze vrienden zijn weer duidelijk vreem den, Oosterlingen, geheimzinnige, on begrijpelijke wezens, en wijzelf zijn teruggeworpen naar onze eigen plaats van Westerlingen, even onbe grijpelijk voor hèn. Misschien zijn er mensen, die geheel hun eigen innerlijke wezen op kunnen geven, dat zijn de volkomen verwes terde Oosterlingen, of, zeldzamer, die enkele Westerling die dan ook inder daad volkomen verdwijnt, in een kam pong, in een negerdorp, of ergens in een berberse woestijnnederzetting. Maar zulke mensen verbreken het contact met hun eigen beschaving. Nog weer een andere categorie men sen ziet kans (en prefereert) volko men geïsoleerd in het Oosten te le ven. Zij gaan er alleen heen om te verdienen, bezoeken alleen hun land en rasgenoten, spreken na een jaren lang verblijf in de vreemde nog geen woord van de volkstaal, en de enige kennis die ze van het volk hebben komt via hun huispersoneel dat hen echter nimmer hun ware gezicht toont. Bertus Aafjes echter, behoort tot de eerder romantisch aange legde mensen, die uit pure be langstelling en nieuwsgierigheid fiek Frans dat dat van Flaubert in beeldende kracht, melodie en vol maaktheid op zij streeft, Noord-Afri- ka beschreef. Er zouden trouwens meer overeenkomsten tussen Fromen- tin en Aafjes aan te stippen zijn, maar helaas zijn Fromentins reisboe ken (het mooiste wat wij op dit ge bied kennen, ze heten „Une année dans le Sahel" en „Un été dans le Sa hara" in ons land weinig bekend. Er bestaat overigens een reeds tamelijk oude, en dus wel onvindbaar gewor den Nederlandse vertaling van. Een voorbeeld Teneinde deze uitweiding te recht vaardigen, volgt hier een voorbeeld van Aafjes' proza, dat hier niet voor dat van Fromentin onder doet: „De zon verdween juist achter de kim, wolken rode en gele zonnestof achter zich latend. De kleuren en tinten van het landschap waren voor een kort moment van een hevigheid alsof zij op springen stonden. Het groen van de klavervelden was als het doorzichtig groen van glaswerk, het geel van de kunstmatige rieten omheiningen was striemend en fel als een zweepslag. Over de weg naderde een stoet, gon zend en muziekmakend. Aan het hoofd van de stoet liep een kameel. Op de rug van de kameel wiegde een doorzichtige tent tegen de gouden avondhemel. Toen wij passeerden za gen wij binnen de tent een jonge brui degom en bruid. Hun contouren le ken bevend en teder en met een uiterst nerveuze penseelstreek aange bracht op de binnenkant van het tent gaas. Een ogenblik later spatte de muziek van pauken en cymbalen luid op tegen ons koetsje, een moment la ter was de bruiloftsstoet als 'n vloed golf langs ons heengerold om steeds naar het Oosten gaan, zonder enig vooroordeel en met een war me. openlyke sympathie voor het volk. Die, alle goede raad in de wind slaand, zélf door schade en schande wijs willen worden en daarbij vaak soms volkomen onbewust hun leven op het spel zetten omdat zij de Oosterse enden en levenswetten niet ken nen. Die diep genoeg doordrin gen om te leren, dat voor de Oos terling slechts het heden als het enig-waarachtige geldt, en dat verleden en toekomst, zoals wij, Westerlingen die beleven, ficties zyn. Die dan van verrukking in verrukking vallen, een ander mens worden onder de hete zon en te midden van de felle kleu renpracht, en die daarvan weten te verhalen met een gloed en een liefde, die de lezer volkomen mee slepen. die de volwassen lezer weer doen lezen met de heerlijke overgave van de kinderjaren. Want Aafjes is bovenal een dichter, en hy weet het Oosterse leven en de pracht van de natuur op te roepen met zo'n intensiteit, dat men volko men vergeet waar men is. Zijn proza is zo evocatief en schilderachtig, dat men het soms vergelijken kan met dat van een andere reiziger in het nabije Oosten, de Franse schilder schrijver Eugène Fromentin, die, nu bijna een eeuw geleden, in een magni- verder weg te ebben in het duistere landschap. De weg was nu geheel en al verla ten, aan de hemel sloegen de eerste sterren slaperig hun zilveren wimpers op en overal ontbloeiden diep in het landschap de rustige gouden rozetten der olielampen", (pag. 197-199). Het zou ondoenlijk zijn, hier ook maar een fractie van Aafjes' boeiende avonturen en belevenissen te verha len, daarvoor zijn ze te vele en te bi zar. Hij debarkeerde in Egypte als perschef van een Nederlands Luna park, maar na een maand vluchtte hij daar weg, half gek geworden door 't lawaai en de nooit aflatende bewe ging. die nu eenmaal onafscheidelijk aan een lunapark verbonden zijn. Op zijn eentje waagde hij zich in de ge varen van het Oosterse leven. Geva ren van velerlei aard: dieven en uit buiters, verdovende middelen, politie ke rellen, en vooral niet te vergeten: tropische ziekten. Het drinken van 'n glas Nijlwater bracht hem in het hos pitaal, bij een politieke demonstratie ontsnapte hij te nauwernood aan de dood. Hij zou geen schrijver zijn als hii al die belevenissen niet tot het uiterste uitgebuit eri hier en daar wat Gearrangeerd had om er mooie ver alen van te maken. Na een jaar kwam zijn vrouw over. Zij had nog nooit getekend, maar Aafjes kocht haar een schilderdoos. Ze illustreerde zijn boek met kinder lijke prentjes die zich niet aansluiten bij de zo perfecte tekst, en ze gaf het een omslag mee („naar haar eer ste gouache", zegt Aafjes trots) dat we onmiddellijk na ontvangst van het boek in de papiermand hebben ge stopt. Maar mevrouw Aafjes werd in Egynte ..De Moeder van de Broek" en „De Prinses uit het land van de Houten Schoenen" en dat maakt alles goed! Wie, die mysterieuze schijngestal ten, waarover wellicht thans nog in Zuid-Egypte legendarische verhalen de ronde doen zijn? We gaan het U niet verklappen, want dit in één woord heerlijke reisboek, dat u zeer intens met de wonderwereld van het Oosten in aanraking brengt, verdient door ledereen gelezen, ja, verslonden te worden! Belangrijke schenking voor Arnhem De „Carel Marie Baron Brantsen en Jacqueline Sophie Gravin van Lim burg Stirum-stichting" hebben, in aansluiting aan de in 1951 en 1952 reeds gedane schenkingen opnieuw een groot aantal kostbaarhedèn uit het familiebezit van deze oude Gel derse geslachten aan de gemeente Arnhem aangeboden, deels als schen king, deels ten gebruike bij bijzondere gelegenheden en ter bewaring in het gemeentemuseum. De schenking omvat een aantal gouden en schildpadden sieraden en gebruiksvoorwerpen, portretminiatu ren, een verguld zilveren empire pen dule (geschenk van Napoleon aan de ambassadeur der republiek, mr Ge rard Brantsen). alsmede een fraai koffie- en theeservies van Meissner porselein. Tot de in gebruik gegeven voorwerpen behoren een groot eet servies van kostbaar Frans porselein en prachtig antiek damast. Bertus Aafjes: „Morgen bloeien de Abrikozen", ill.: Mevrouw T. Aafjes- Wesseling. Uitgave: J. M. Meulen- hoff, Amsterdam. Toegepaste kunst Moderne instelling had grote invloed op de samenleving in de Ver Staten Het Museum voor Moderne Kunst le New York, dat dit jaar 25 jaar be staat, is een merkwaardig kunstcentrum. Het is daarom zo interessant, om dat er niet. alleen schilder- en beeldhouwwerken te zien zyn, maar omdat hel in de achter ons liggende kwart eeuw ook grote aandacht heeft besteed aan de avant-gardistisehe stromingen in de bouwkunst, fotografie en film, in dustriële vormgeving, typografie en andere toepassingen van kunst en kunstzin in het dagelijks leven. Belangrijk is ook de invloed, die van het Museum is uitgegaan met betrekking tot de opvoeding van het grote pu bliek tot waardering van kunstuitingen van hel heden en het recente verle den. Op het gebied van de vormgeving alleen al heeft de selectie, die hel Museum onder de industrieproducten toepast met betrekking tot „goede vormgeving" in glas, plastic, metaal, en zelfs auto's grote invloed uit geoefend, waardoor het aanzien van de Amerikaanse samenleving zelfs wij ziging heeft ondergaan. Wanneer een of ander voorwerp met een waarborg voor een aesthe- - gepaard door het Museum gerangschikt tisch verantwoord uiterlijk, wordt onder de „voorbeelden van I met grote doelmatigheid. Öoch de goede vormgeving", dar. wordt na melijk hierdoor een vlotte verkoop als het ware verzekerd. Dat komt, omdat het opnemen van dergelijke voorwerpen in een der tentoonstel lingen van het Museum gelijk staat Jubileumconcert Sinfonietta van Willem van Otterloo. Voorts staan op het programma Bach's concert voor twee violen, waarin de beide eerste concertmees ters van het Residentie-orkest, Her man Krebbers en Theo Olof, solistisch optreden; Ravels Tweede Suite Da£h- nis et Chloë en de Piet Hein-rhapso- die van dr. Peter van Anrooy, een der vroegere dirigenten van het Residen tie-orkest. De Piet Hein-rhapsodie is „Klinkende munt voor uitmuntende klank' (Van onze Haagse redacteur). Op 20 November 1904 klonk in het gebouw voor Kunsten en Weten schappen in Den Haag Tsjaikowski's vierde symphonic door de grote, met talryke belangstellende Haagse luisteraars gevulde zaal. Achter de diri- geerlessenaar stond mr. Henri Viotta, die het Residentie-orkest „ten doop" hield. In het begin dezer eeuw was Viotta van mening, dat Den Haag zijn eigen orkest behoorde te hebben. Met hem vonden dat verscheidene stad genoten en dus trof men voorbereidingen voor de oprichting van het Re- ridentie-orkest. In 1903 werd een incidentele uitvoering gegeven gevolgd door enkele concerten van hetzelfde ensemble in de zaal van Diligentia in het seizoen 1903-1904. Deze manifestatie van een orkest van Haagse musici vormden de aanloop tot de oprichting van het Residentie-orkest, dat officieel op 20 Nov. 1904 het eerste van een serie concerten in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen gaf. Het Residentie-orkest bestaat dus vijftig jaar. In die halve eeuw is het een instelling geworden, waarop niet alleen Den Haag trots is, maar dat landelyk vermaardheid heeft verworven en ook in tal van buitenlandse steden een graag geziene gast is. In 1904 telde het orkest 77 man. Thans bestaat het uit 88 musici; de oudste medewerker maakt er zelfs al 45 jaar deel van uit! Acht en tachtig toonkunstenaars, die.het Residentie orkest nationale en internationale faam verschaft hebben. Een kleine honderd kimstenaars, die onder be proefde leiding ontelbare duizenden het hoogste muziekgenot hebben ver schaft. In het afgelopen seizoen gaf het Residentie-orkest 136 concerten, die door 266.196 personen werden be zocht: dat is dus door gemiddeld 1957 personen per concert. Alleen in Den Haag gaf het orkest 101 uitvoerin gen. Het spreekt vanzelf, dat het gou den jubileum van dit Haagse ensem ble waarnaar in de zomermaanden, als het in en buiten het Holland-Fes tival in het Kurhaus in Scheveningen optreedt, duizenden buitenlanders ko men luisteren, op feestelijke wijze wordt gevierd. De officiële herden king met een receptie van het be stuur van het Residentie-orkest en een door het orkest te geven gala concert die in den lande geduren de het gehele seizoen 1954-1955 wordt voortgezet, is vastgesteld op 20 No vember a.s., dus precies vijftig jaar nadat Henri Viotta de eindeloze reeks, die het orkest inmiddels op zijn naam gebracht heeft, begon. Het opvallende van het gala-con cert is, dat de tegenwoordige dirigent Willem van Otterloo, in een keur uit het klassieke en moderne repertoire de verschillende groepen van het or kest om de beurt als eenheid zal la ten horen. HET PROGRAMMA. Het concert opent met een werk van de nestor van de Nederlandse componistenschool dr. Johan Wage naar: een Intrada en Hymne, waarin het koper zich aan de toehoorders presenteert. De strykers zal men kun nen horen in Stravinsky's Symphonie voor strykers, de houtblazers in de gekozen als huldeblijk aan Henri Viotta, wiens vader de melodie van het beroemde Nederlandse Piet Hein- lied, waarop de rhapsodie van Van Anrooy geïnspireerd is, componeerde. Teneinde het jubileum een officieel karakter te geven zijn door het uit voerend comité een ere-comité en 'n jubileum-comité gevormd. H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins Bernhard werden bereid gevonden als beschermvrouwe en beschermheer van het ere-comité op te treden. Van dit comité maken behalve het corps diplomatique vele Nederlandse auto riteiten deel uit. Er zal een duurzaam geschenk in de vorm van een Jubileum-Instrumen- ten-fonds worden aangeboden. Voor onmiddellijke aanschaffing komen in aanmerking een harp en blaasinstru menten in de groepen koper- en hout blazers. Daarvoor zyn inmiddels on der de leus „geef klinkende munt voor uitmuntende klank" gelden ingeza meld. Belasting en gramofoonplaten De Haagse Disco-club heeft aan de minister van financiën een adres ge richt in verband met de b$ 't departe ment van financiën ln bewerking zyn- de herziening van de z.g. weeldeta- bel der omzetbelastingwec. Adressan te wijst op de culturele waarde van klassieke muziek en acht het onbil lijk dat, waar de overheid de orkes ten subsidieert en boeken geheel vry stelt van omzetbelasting, op klassieke muziek door middel van gjamofoon- platen het extra tarief van 15 procent wordt toegepast. Zij verzoekt 'dan ook deze extra belasting te doen verval len. Zuiverheidsereniteit. Beschouwende afstand tot het onderwerp „Waarvan ik droom is een kunst van het evenwicht, van zuiverheid en sereniteit, zonder het verontrustende of deprimerende onderwerp; een kunst, die voor iedere geestelijke ar beider, moge hij zakenman of schrij ver zyn, een riist-brengende invloed kan hebben, als een kalmeringsmid del iets als een leunstoel, waarin men van lichamelijke vermoeidheid kan uitrusten". Dit werd eens geschreven door Hen ri Matisse, de Franse kunstschilder, die zoals gemeld Woensdag j.l. te Nice is overleden. Matisse was een groot kunstenaar, die een omvangrijk oeuvre nalaat. Matisse heeft school gemaakt, niet alleen in Frankrijk, doch in vele an dere landen. Onder meer werd een ge hele generatie schilders in Scandina- aandacht die wordt besteed aan sier lijke huishoudelijke artikelen, is slechts een klem onderdeel van de werkzaamheden van het Museum: de meeste aandacht is en wordt be steed aan de schone kunsten. Het is zeker geen toeval, dat ter gelegen heid van het zilveren feest, door het Museum de grootste tentoonstelling van schilderijen uit zijn wereldver maarde verzameling wordt gehou den. die tot dusver werd samenge steld. Er zijn hier een driehonderd tal werken te zien van de eerste, grote impressionisten af via de cu- bisten en futuristen, de meesters van het abstracte, de realisten en de ro mantici tot dada en surrealisme toe Een grote bijdrage van het Mu seum tot bet culturele leven in Ame rika was ook het besluit om te bre ken met de overal ter wereld ge volgde praktyk om alleen maar het werk van reeds gevestigde kunste- De wereld mag »ict plat zijn, voor de heer Charles E. Riddiforrl uit Washington is het een klem kunstje haar plat te maken. Als landkaarten- expert bij de Nationale Geografische Vereniging heeft hij nl. een globe ont worpen, die op de manier van een pa- rapluie in elkaar kan klappen. De bedoeling van deze uitvinding is, de aanschaf van een globe te verge makkelijken. Nu kost een aardbol nog tamelijk veel, doch wanneer zij vol gens het ontwerp van de heer Riddi- ford vervaardigd zal worden, zal de prijs tot enkele guldens dalen. Onze foto toont ilc heer Riddiford tijdens een demonstratie van de door hem uitgevonden globe. kende schilders, beeldhouwers, foto. grafen cn ontwerpers presteren en waarvoor zy zich thans interesseren. Parallel hiermede heeft de direc tie altijd grote belangstelling voor kunstuitingen in andere landen. Mo menteel wil het Museum vooral de aandacht op de Japanse kunst ves tigen: in de afgelopen maanden heb ben meer dan 50.000 bezoekers het prachtige „Japanse Huis" bezichtigd, dat in de tuin is opgesteld. Kort na de oprichting werd In 1932 een tentoonstelling geopend, die een beeld wilde geven van de „in ternationale stijl" in de architec tuur; door deze tentoonstelling werd het Amerikaanse publiek bekend met het werk van de Amerikaanse groot meester Frank Lloyd Wright. Het valt niet te ontkennen dat de aandacht, die door het Museum op de moderne architectuur werd geves tigd, een mijlpaal betekent op het gebied van de samenleving in Ame rika. Het streven om nieuwe richtin gen in het ontwerpen van woningen, kantoor- en fabrieksgebouwen te po pulariseren, heeft dc smaak van het publiek meer dan Iets anders omge bogen naar dc „moderne" richting, naars ten toon te stellen. Het Mu seum heeft zich tot taak gesteld, te laten zien wat nieuwe en on be- OP 26 NOVEMBER wordt te Pa ramaribo de première gegeven van het toneelstuk „Green Pastures" van Marc Connelly onder regie van Ed win IViomas. De SurinaamsNeder landse vertaling is van Albert Hel man, de decors zijn ontworpen en uit gevoerd door Nola Hatterman. In deze voorstellingwaaraan 75 Suri- namers medewerken, zullen de spiri tuals gezongen worden door het Ma- ranatharkoor. DE VROUWELIJKE DIRIGENTE Antonia Brico zal op 11 November a.s. voor de Nederlandse radio het Omroeporkest dirigeren. Zij werd in Nederland geboren en dirigeerde na vele jaren van studie in de Verenigde Staten en in Duitsland voor het eerst in 1930, namelijk te Berlijn. In 1934 stichtte zij het New York Wo men's Symphony Orchestra en in '38 ontstond het Brico Symphony Or chestra. Mills College verleende haar in 1938 de titel van Doctor of Music. Antonia Brico is zeer bevriend met Jean Sibelius en Albert Schweitzer; de laatste bezocht zxj nog in Afrika in 1950. TIJDENS EEN DEZER DAGEN gehouden bijeenkomst van een aantal Drentse schilders en schilderessen is besloten, zich aaneen te sluiten in ver. enigingsverband, teneinde te komen tot het houden van exposities in en buiten de provincie Drente. Als naam vische landen door hem beïnvloed! Matisse, wiens werk in vele musea en particuliere verzamelingen te vin den is, heeft zich niet alleen aan de schilderkunst gewijd. Hij heeft ook gebeeldhouwd en lithografisch werk gemaakt. Henri Matisse, die in Cateau-Cam- bresis is geboren, studeerde rechten in Parijs. Hy voelde zich echter tot de schilderkunst aangetrokken en liet zich in 1893 inschryven by de „Aca demie Jullian". Later ging hy naar de „Ecole des Beaux Arts, waar hij onder de conservatieve William Bou- guereau studeerde. Later vond hy in Gustave Moreau een stimulerende meester. Aanvankelijk maakte Matisse mi nutieuze copieën van oude meesters in het Louvre, doch reeds spoedig in zijn loopbaan geraakte hij geïnteresseerd in het impressionisme. Cezanne en schreven, heeft het werk van Matisse Gauguin hadden een sterke invloed oc i steeds een sereen karakter, waarbij hem. j een beschouwende afstand tot het on- Tijdens de tweede wereldoorlog I derwerp is genomen. schreef Matisse het boek „Jazz" dat hy verluchtte met opgeplakte silhou etten, geknipt uit gekleurd papier. Met deze manier van „schilderen" experimenteerde hy sedert 1937. In latere jaren, toen hy door rheumatiek veel aan zijn bed of een rolstoel ge kluisterd was, werkte hij veel met ae- ze manier van weergeven. Hij gebruikte deze werkwijze ook by het ontwerpen van glas-in-lood ra men voor de Dominicaanse kapel te Vence, by Nice, waarvan hij zowel de architect als de decorateur was. Het werk aan de kapel, dat als een hoog tepunt van zijn loopbaan wordt be schouwd, vergde vier jaar. In tegenstelling tot het werk van Picasso, dat wel als „sardonisch en eerspiegelend voor het „geweldma- ge" van de 20-ste eeuw wordt be- voor deze vereniging werd gekozen ,JIet Drents Schildersgenootschap". DRIE FRANSE VIOOLBOUWERS, één uit Angers, één uit Parijs en een uit Nicehebben het internationaal concours voor vioolbouwers gewon nen, dat te Luik gehouden werd. Jean Bauer werd eerste, Max Millant twee de en Pierre Gaggine vierde. Vragen over ballet der Nederlandse Opera De gemeenteraad van Amsterdam wil alles weten over de toekomstige status van het ballet der Nederlandse Opera. Kunnen B. en W. een inzicht geven over de stand van zaken bij het opera-ballet? zo vragen vele leden in het algemeen verslag van het onder zoek der gemeentebegroting. Is het de bedoeling dat dit ballet verbonden blijft aan de opera n alleen hiervoor optreedt? of ligt het in de bedoeling van het ballet een zelfstandig gezel schap te maken, dat zich aan de ope ra verhuurt, doch daarnaast in vrije voorstellingen optreedt. Zijn B. en W. bekend met de moei lijkheden die thans in de balletgroep bestaan en die verband houden met het feit, dat de aan dit gezelschap verbonden kunstenaars geen uitzicht geopend wordt op het verkrijgen van een betere basis en een afgerond werkterrein. Andere leden vragen of B. en W. in hun besprekingen met de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen reeds tot enig resultaat zijn gekomen met betrekking tot het stichten van een nationale balletschool, in samen werking met conservatorium of to neelschool. Welke instelling zal deze balletschool beheren? In de huidige situatie is naar het oordeel van de leden van primair be lang dat, nu de raad een belangrijke subsidie heeft toegestaan voor het ballet van de Nederlandse Opera, de status van dit ballet in het kader van de Nederlandse Opera zo spoedig mo gelijk wordt vastgesteld en dat dit ballet in staat wordt gesteld zich in binnen- en buitenland te presenteren. Men zal toch eerst een voorstelling in Amsterdam moeten geven alvorens een tournee naar het buitenland wordt ondernomen. Wanneer kan het eerste optreden ii. de hoofdstad tege moet gezien worden?

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 7