Engeland heeft dringend een beter wegenstelsel nodig £>Uutel ot DE AETHER HET ONDERWIJZERSTEKORT PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT VRIJDAG 5 NOVEMBER 1954 TWAALF DODEN PER DAG Industrie en automobilisten zetten regering onder druk (Van onze Londense correspondent). Het wegenstelsel Jn Engeland, Schotland en Wales heeft een totale lengte van 300.000 km, maar de bruikbaarheid dezer wegen is omgekeerd evenredig aan hun lengte: hoewel over het algemeen goed onderhouden, zijn zij voor het moderne snelverkeer ten enenmale veel te nauw en te bochtig. Hoewel de behoefte aan een beter en moderne wegenstelsel alge meen wordt erkend, heeft de regering in het parlement te verstaan gege ven dat het niet verantwoord is uit de publieke kas de milliarden te vo teren, die noodzakelijk zouden zijn om de wegen te moderniseren. De auto-industrie, het voortdurende uitstel moede geworden, heeft zich thans verbonden met de voornaamste organisaties van auto- en motor rijders om door een landelijke actie de regering onder druk te zetten en de ernst van de toestand aan volk en regering onder het oog te brengen. Elke dag eist dit verkeer de tol van 12 doden. De verzekeringsmaatschap pijen keren jaarlijks een bedrag van 1500 millioen uit aan schadeloos stellingen, ziekenhuiskosten e.d. Drukke rijbanen Snelverkeerswegen met dubbele rij banen vindt men in Engeland slechts sporadisch. Zelfs de grote steden zijn met elkaar verbonden door weliswaar pittoreske, maar evenzeer nauwe, bochtige wegen, die zich door steden en dorpen wringen. Het passeren en inhalen van mede-weggebruikers is vaak over kilometers afstand onmo gelijk, eenvoudig omdat er uit beide richtingen een onafgebroken stroom van vracht- en personenauto's komt. Cresham Cooke, directeur van de Bond van Autofabrikanten, heeft on langs tijdens een radiotoespraak ver klaard. dat niet minder dan 70 pet. van het geld, besteed aan goederen- Lieflijk is het Engelse landschap. En lieflijk zijn de wegen die zich over de heuvels en door de dalen slingeren. Nergens ter wereld zou er een beter wegenstelsel gevonden worden dan in door B. Goedhart Engeland, indiende kalender 1854 in plaats van 1954 aanwees Want in de vorige eeuw werd het Britse wegenstelsel grondig ver nieuwd, asfalt werd de normale weg- bekleding. Sinds het einde van het Victoriaanse tijdperk echter zijn de diligences verdwenen en vandaag de dag rijden er 5.300.000 auto's in En geland (dat is 1 per 10 inwoners!). ZATERDAG 6 NOVEMBER. HILVERSUM L 402 m 746 kc/s. 7.06— 24.00 KRO. KRO: 7.00 Nws. 7.10 Gram. 7.15 Koor- conc. 7.45 Morgengebed en lit. kal. 8.00 Nws., weerber. en kath. nws. 8.20 Gram. 9.00 Voor de huisvrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Gram. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Gram. 11.00 Voor de zieken. 11.45 Gram. 12.00 Angelus. 12.03 Gram. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Lichte muz. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws. en kath. nws. 13.20 Amz. muz. 13.45 Gram. 14.00 Boek- bespr. 14.10 Gram. 14.20 Eng. les. 14.40 Amateurprogr. 15.00 Kron. van Letteren en Kunsten. 15.40 Orkestconc. 16.00 De schoonheid van het Gregoriaans. 16.30 Voor de jeugd. 17.00 Hammondorgelspel 17.20 Voor de jeugd. 18.00 Lichte muziek. 18.15 Journalistiek weekoverz. 18.25 Gram. 18.30 Van het Binnenhof. 18.40 Amus. mu ziek. 19.00 Nws. 19.10 Lichtbaken. 19.30 Avondgebed en lit. kal. 19.45 De Zilver-, vloot. 20.15 Gevar. progr. 21.00 Act. 21.15 De gewone man. 21.20 Gram. 22,00 Wie t weet mag 't zeggen. 22.30 Gram. 23.00 Nws. 23.15 Nws. in Esperanto. 23.22—24.00 Gram. HILVERSUM n. 298 m 1007 kc/s. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 19.30 VPRO. 20.00—24.00 VARA. VARA: 7.00 Nws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram. 7-45 „Even opkrikken!" 750 Gram. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 8.35 Orgel spel. 8.55 Voor de huisvrouw. 9.00 Gym. voor de vrouw. 9.10 Gram. VPRO: 10.00 „Tijdelijk uitgeschakeld", caus. 10.05 Mor genwijding. VARA: 10.20 Voor de arbei ders in de continubedrijven. 11.35 Mezzo- sopr. en piano. 12.00 Gram. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Gram. 12.50 Staatsie- bezoek Keizer Haile Selassie. 13.00 Nws. 13.15 VARA-varia. 13.20 Lichte muz. 13.45 Voor de jeugd. 14.20 Sportpraatje. 14.35 Lichte muz. 15.00 Orgelspel. 15.20 „Al- bert Hahn en zijn tijd", gesprek. 15.40 Mu zikale caus. 16.00 „Van de wieg tot het graf", caus. 16.15 Radio Philharm. ork. en soliste: 17.00 Act. 17.35 Accordeonork. solist. 18.00 Nws. en comm. 18.20 Dans muziek. 18.45 Regeringsuitz.: .Atlantisch allerlei". Een en ander over de 14 lan den van het Atlantisch Pact. 19.00 Artistie ke staalkaart. VPRO: 19.30 „Passepar tout", caus. 19.40 „Augustinus werd 1600 jaar geleden geboren", caus. 19.55 „Deze week", caus. VARA: 20.00 Nws. 20.05 Ge- var. progr. 22.00 Soc. comm. 22.15 Ween- se muz. 22.45 „De molen aan de rivier", hoorspel. 23.15 Nws. 23.30—24.00 Gram. TELEVISIE N.T.S. 20.57—22.15 Relais v. d. „Bayerische Rundfunk": „Le Finta Giardiniera", ope- vervoer, wordt opgeslokt door het wegtransport in Engeland zelf. Dat wil dus zeggen dat 7/10 van de vrachtprijs, die drukt op welk Brits exportproduct dan ook, wordt be steed binnen de Britse grenzen. Om dat de auto's zo langzaam moeten ryden en zo voorzichtig moeten ma noeuvreren over de nauwe wegen en smalle bruggetjes, worden de kosten van Engelands productie, volgens Cooke, verhoogd met 1 milliard per jaar. Net als hier Toch moeten de automobilisten ho- fe belastingen betalen. In 1953 bracht e auto- en benzinebelasting byna 4 milliard op en sinds het einde van de oorlog heeft het autoverkeer bijna 20 milliard aan belasting in de schatkist gebracht. Maar zoals het in andere landen gaat, zo gaat het ook in Engeland: ae regeerders heb ben de idee, dat belastinggelden ook besteed moeten worden aan het doel waarvoor zij worden opgebracht, al lang opgegeven. En zo kunnen de automobilisten zich troosten met de gedachte, dat mede dank zij hun rfl- lust (èn ry-noodzaak!) de Britse staat zijn defensie en zyn sociale diensten kan bekostigen. Milliarden nodig De Britse regering heeft voor de komende drie jaar de som'van 500 millioen gevoteerd voor het onder houd en de aanleg van wegen. Maar er zijn geen millioenen, doch milliar den nodig. Daarom heeft Sir Gurney Braithwaite, lid van het Lagerhuis en voormalig parlementair secretaris van de minister van Verkeer, voorge steld een 30-jaren-plan in werking te stellen en een lening van 5 milliard te sluiten om een uitgebreid wegen plan te financieren. De regering voelt er voorshands niet veel voor, doch het is de vraag of zij nog veel langer de vraag om nieuwe, betere, bredere wegen kan weerstaan. Want het wegtransport is enorm ontwikkeld: het vervoert jaarlijks 900 millioen ton goederen, tegen slechts 300 millioen ton, die worden vervoerd door de spoorwegen en 40 millioen ton door de kustvaart. Wil Engeland, nationaal en interna tionaal. niet achterraken. dan moeten er betere wegen komen. Men wacht nu maar of de aangekondigde acties succes zullen hebben. LEZERS SCHRIJVEN. Cijfergroepering. In de P.Z.C. van 26 October jl. werd door de redactie het vraagstuk van het onderwyzerstekort aangesneden en het werd een juichttoon, dat het nu met dit tekort zo goed als gedaan is. Het spyt mij, geachte redactie, dat ik met U, wat dit punt betreft, van mening moet verschillen. Volgens U heeft minister Cals afgerekend met de mythe van het ontstellend onder wyzerstekort. Aan de leden der Eer ste Kamer heeft minister Cals een no ta doen toekomen inzake het onder wijzerstekort. En nu juist heeft Z.E. dit tekort toegegeven. Deze zaak speelt sedert 1947 in ons lieve vader land. Minister Gielen heeft toen stee vast beweerd, dat er geen tekort be stond. De A.N.O.P. organiseerde in Utrecht een monstermeeting, waar duizenden leerkrachten hun ontevre denheid kwamen uitspreken over het onderwyzerstekort. Ook minister Rutten heeft de zaak gebagatelliseerd, zodat het vorig jaar de N.O.V., Volksonderwijs en de N.O. R.O.L.O. nog eens duizenden in Utrecht in de Jaarbeurshallen by een riepen om duidelijk te demonstreren, dat het zo niet langer gaat In Neder land. Bij de behandeling van de on derwijsbegroting in de Staten Gene raal heeft toen voor het eerst minis ter Cals toegegeven, dat er werkelijk een onderwijzerstekort bestond. Na het overleg met de Eerste Kamer heeft minister Cals toegezegd over deze materie een nota aan de leden dier Kamer te doen toekomen. Deze nota verscheen op 3 September 19o4 en was een onderwerp van bespreking in de Eerste Kamer in de maand Oc tober. Daar heeft men minister Cals allerminst gespaard en hij raakte zo in het nauw, dat hy de voorzitter dier Kamer moest verzoeken zijn ant woord op de critiek een week te mo gen uitstellen. Het meest heeft wel de aandacht getrokken het feit, dat zijn partijgenoot, de heer Derksen, in eèn zeer'lang betoog het beleid van minister Cals heeft gekraakt. En nu enige getallen: Op 16 September 1953 waren er 93 onvervulde vacatures; op 16 Januari 1954 172 en op 16 Mei 1954 154. V/at zeggen ons deze getallen? Dat bij een klasse-gemiddelde van 35 leerlingen op de resp. data 3255, 6020 en 5390 kinderen in ons land geen onderwijzer hadden. En daarom gaat het nu juist, redactie! Dit zou alles nog niet zo erg zyn, als er geen 1402 gehuwde vrouwen en 231 defi nitief gepensionneerde leerkrachten voor de klas stonden op 16 September 1953. Op 16 Januari 1954 1860 ge huwde vrouwen en 303 definitief ge pensionneerde. Op 16 Mei 1954 2263 gehuwde vrouwen en 309 def. gepens. Zo staan dus gemiddeld 2500 leer krachten in de school, die er wettelijk niet mogen zijn. Persoonlijk heb ik niet het minste bezwaar, dat er ge huwde leerkrachten in de school ko men, mits aan deze dames de zelfde rechten worden toegekend als aan him mannelyke collega's en daar schort nog wel zo het een en ander aan. Op een andere zyde van het vraagstuk wil ilc nu nog graag het licht werpen. Er is nl. bij het onder wijs totaal geen arbeidsreserve. Vroeger dienden daar bij voorkeur de Op het hoofdkxoartie rvan de gealli eerde luchtmacht in Fontainebleau, de vroegere lusthof der Franse koningen bij Parijs, werkt luchtmachtpersoneel uit zes verschillende landen. Kortgeleden bracht het bekende En gelse orkest van Ted Heath een be zoek aan Fontainebleau, en vele luchtvaartmensen maakten van de gelegenheid gebruik, de avond bij te wonen. Op de foto van links naar rechts: kor poraal Lambert van de R.A.F., de En gelse zangeres Ka thy Lloyd en de korporaal van de Nederlandse lucht macht Gabriëlse, afkomstig uit Mid delburg. gehuwde onderwijzeressen voor. Zij sprongen nog wel eens in, indien er in een school een leerkracht ontbrak door ziekte of anderzins. Wanneer er onder de onderwijzers absenten zyn, dan stagneert het onderwijs onmid- delijk en dit geldt niet alleen de klas, waar de afwezige onderwijs gaf, doch daar men dan de leerlingen op een an dere wyze moet verdelen over de aan wezige leerkrachten, is er in de hele school een abnormale toestand. Op het ogenblik zyn er ongeveer 47000 onderwijzersmensen in de lagere school. Ik neem nu aan, dat er een absenteïsme van 2% is, dan staan er dagelijks 900 leerkrachten te weinig in de school. Welk een ongunstige in vloed dit tegenwoordig uitoefent, is niet te peilen. De minister heeft maatregelen ge troffen onderwijzers naar de school aan te trekken, die wel de akte bezit ten, doch in een ander beroep werk zaam zijn. En nu schrijft de redactie, dat er van die mensen zijn, die 80 sol licitatiebrieven moeten schrnven en nog niet aan de slag zijn. Dit Kan een buitenstaander verwonderen, doch voor insiders is^et niet zo vreemd. Er zijn mensen by, die zeer lange tijd bui ten de school hebben gearbeid. Zij hebben hun arbeidsgeschiktheid volko men verloren en men is er niet op ge brand ze in de school te brengen. Er komt dan nog by, dat deze leerkrach ten hun sollicitaties sterk selecteren en de beste plaatsen trachten uit te zoeken. Er moest voor deze personen een herscholing mogelijk zijn, want zij kennen de schooln iet meer. Met minister Cals is de redactie be zorgd voor de toekomst. De minister strekt zyn bezorgdheid uit tot 1970. Dit is een lofwaardig streven. Ik heb alleen maar spijt, dat zyn ambtsvoor gangers ook niet wat meer in de toe komst hebben geblikt, dan waren we nu niet voor zulke ellendige omstan digheden geplaatst. Toch wil ik de redactie op dit punt gerust stellen. Als we ons enige vergelijkingen met het buitenland permitteren, dan blykt, dat Nederland er, wat onderwijsorga nisatie betreft, wel zeer ongunstig voorstaat. Alleen Portugal heeft een ongunstiger leerlingenschaal dan Ne derland en wat de leerplicht betreft, maken wij ook een niet al te best fi guur. Wanneer er dus in de toekomst eens wat opluchting komt, wat het geboortecijfer betreft, doch daar valt in de eerste tien jaar niet aan te den ken, dan zyn er nog maatregelen te over, die getroffen kunnen worden, waardoor onder de onderwijzers geen werklozen gemaakt behoeven te wor den. Willen we de onderwys-vernieu- win£r een behoorlijke kans geven, dan zal zelfs op korte termijn gedacht moeten worden aan verlaging der leerlingenschaal. Tot slot wil ik hier eerlijk verkla ren, dat niet minister Cals de enige schuldige is aan het veroorzaken van deze ongewenste toestand. Ik geloof zelfs, dat in het algemeen de onder wijsministers er niet al te veel aan kunnen doen. Het betreft hier het be leid van de regering. Onderwys hangt er altijd maar zo'n-beetle bij. De on derwijsbegrotingen worden in de Ka mer behandeld bij nacht en ontij in givce tijdnood, de persoon van de mi nister legt in ae ministerraad te wei nig gewicht in de schaal. De politieke partijen staan mede schuldig. Zij ook tonen veel te weinig belangstelling voor de zaken van het onderwijs. Zij hebben wel andere dingen aan het hoofd. Schuldig staan hier ook de Ne derlandse ouders, die hun eigen macht miskennen van onderen uit de stoot te geven, de regering te dwingen het onderwijsbeleid in betere banen te leiden. Dit zijn zij verplicht aan de opvoe ding van hun kinderen. Gelukkig is er enige kentering. Schoorvoetend is de regering de weg opgegaan te. trachten middelen te be ramen om aan een hoogst (ongewen ste) toestand een eind te maken. W. SPINNAAY. Aantekening redactie: Het groeperen van cijfers is een verrassende bezigheid. Minister Cals heeft in de Eerste Kamer de totalen van de beschikbare en de benodigde leerkrachten bij het l.o. zodanig ge groepeerd, dat er op dit ogenblik evenwicht is. Hij becijferde zelfs, dat dank zij 1200 van militaire dienst vrij komende onderwijzers tegen 1955 een reserve van 600 leerkrachten aanwe zig zou zijn. Ongetwijfeld heeft ook de heer Spin- naay z'n cijfers juist gegroepeerd, maar hij deed dat van een geheel an der standpunt uit. Hij streeft naar verbetering van het onderwijs. In ons artikel echter meenden wfj te moeten waarschuwen tegen een plotselinge en al te grote toeloop van jongelieden naar het onderwyzersberoep, omdat de behoefte aan leerkrachten wel eens kleiner zou kunnen blijken te zijn, dan sommigen menen. Tot die opinie kwa men wy op grond van de ministeriële cijfers. De toelating van leerlingen bg het l.o. bereikte een top in 1953 met 257.800 leerlingen. In 1954 trad een daling in. Toen bedroeg de toelating 246.500 leerlingen. CasteÜR jSchoonheidszeep voor een stalend uiterlijk, een huid, z.o fris, zo zacht en geurend al» de lente zel£. Houdt U aatv- Castella. -Schoon- heidszeeps.. rijk aan huidversterbendo-oiïën, discreet geparfumeerd! 2 stuks voor 50 cent FEUILLETON •k -je door PATRICIA WENTW0RTH 40 „Nee, heus, het was niets. Maar moeder gaat zo te keer. Ze is zeker nooit met een jongen uit wandelen geweest!" „O, Glad!" protesteerde de aldus in haar eer getaste mama. Haar dochter liet de trapleuning los en ging op de derde trap van on- deren af zitten. „Stil maar stil maar, het was niets om zo'n herrie over te maken", sprak ze, haar moeder boos aankijkend. „Ik heb u verteld, dat ik naar juffrouw Bowbly ben gegaan en daar een tijdje naar de radio heb geluisterd. Daarna zijn Sam en ik wat gaan wandelen". „O, Glad!" „Schei toch uit, moe! Een meisje en een jongen kunnen niet altijd thuis zitten. Waarom roept u dan aldoor „O, Gladys!"? Het was zulk een mooie avond en dus gingen we samen wandelen. En toen we terugkwamen hebben we nog wat op het kerkhof ge zeten, maar we zagen niemand anders dan meneer Bush; hij zag ons niet deze keer niet, ofschoon hij anders altijd in het rond loert. Blijkbaar had hg haast en hy verdween dan ook gauw. Waarom al dat gedoe erover?" Janice was stil blyven zitten, maar maakte nu een onwillekeurige bewe- gng. Ja, natuurlyk, Bush had die insdagavond zgn gebruikeigke ron de gedaan. Dfi&raan had ze nog niet gedacht en vermoedelijk niemand an ders ook. En inderdaad was het feit van Bush's dagelijkse ronde om tien uur des avonds iets zo gewoons, dat men er geen rekening mee had gehou den. Inmiddels hoorde ze juffrouw Silver verder vragen. „Dus je hebt meneer Bush gezien. Wat deed hg dan?" Gladys keek haar verwonderd aan. „Hg deed zijn ronde". Juffrouw Silver kuchte. .Jawel, maar wat deed hg precies, toen ,1e hem in het oog kreeg?" „Hy kwam uit de kerk". Janice schrok op en hield haar adem in, maar juffrouw Silver's kal me stem ging op dezelfde toon voort. „O, juist. Het was heldere maan, nietwaar?" „Ja, heel helder". „En waar zaten jelui'" Andermaal gichelde Gladys. „Recht tegenover de muur van de oude pastorie, in de schaduw van een overhangende boom". „Jelui konden dus de kerkdeur heel duidelyk zien, maar meneer Bush jelui niet?" „Ja, dat ia zo". „En kwam meneer Bush uit de kerk?" „Ja. Hg kwam eruit, sloot de deur en ging vlug weg, zonder eerst als anders rond te loeren". „Hoe laat was dat?" vroeg Juf frouw Silver met een licht kuchje. „Dat weet ik niet". „Maar de klok slaat toch, niet waar? Hoorde je ze niet slstan, ter- wöl je op het kerkhof was?" Nu knikte Gladys. „O, ja, ze sloeg Oen uur". „Voor meneer Bush uit de kerk kwam of daarna?" „O, daarna". „Hoe lang ongeveer?" „Het zal niet meer dan een minuut of twee geweest zgn. HQ ging weg langs de kerk en toen sloeg de klok „Als ik het wel heb, zdn er drie uitgangen van het kerkhof: één, die leidt naar het dorpsplein, één naar het kerkpad en één naar de dorps straat. Welke kEint ging meneer Bush uit?" „Recht naar de straat. Dat is zyn weg naar huis". Gladys stond op. Ik moet me gaan verkleden, want anders kom ik te laat voor de bioscoop". Ook juffrouw Silver stond op. „Nog een ogenblik, Gladys? Waar heen ging je wandeling?" „O, even rondom het dorpsplein". „En hoe lang was je op het kerk hof geweest voor je meneer Bush zag?7' „Dat weet ik nietzo ongeveer vgf minuten". „Hoorde je op je wandeling ook een schot?" „Ik weet niet. Meneer Giles schiet op vossenheel dikwijls.ik heb er helemaal niet op gelet". Ze ging een paar treden op en zei toen, zich nog even omdraaiend: „Ik heb u al gezegd, dat het niets was, hele maal niets. En ik zal te laat komen". Toen kwam haar goede humeur weer boven en besloot ze met de woorden: „Voor Sam kaai het geen kwaad als hy eens moet wachten, maar ik wil de film niet missen". HOOFDSTUK XXIX. De volgende morgen klopte Garth Albany aan de deur van juffrouw Sil ver vóór ze nog gekleed was. Ze deed open en stond voor hem in een war me roodflanellen ochtendjapon, afge zet met eigen gemaakte kant, en een wat vlak, maar ondanks het ontbre- ken van een netje toch keurig kap sel. Hg trad binnen, sloot de deur achter zich en zei toen: „Ezra Pln- cott is dood gevonden. De melkjongen heeft het aan Mabel verteld. Ik dacht, dat u het dadelyk moest weten". „Ja, jazeker". Een ogenblik bleef ze zwggend staan. Toen ging ze voort: „Ik was er al bang voor. En ik had gevraagd, of de politie een oogje in het zeil wilde houden". „Nu", merkte Garth op, „ze kun nen moeiigk beweren, dat Madoc dit gedaan heeft, nietwaar?" „Neen", sprak juffrouw Silver, blykbaar ln gedachten verdiept. Bn daarop: „Geeft u me als 't u belieft alle bijzonderheden, die u heeft ge hoord?" „Ik heb de jongen niet zelf gespro ken Hy is circa zestien jaarheet Tommy Pincott, een neef van Ezra en nogal een pientere vent. Volgens Mabel werd Êzra juist bulten het laatste huis van het dorp met het ge zicht voorover in de beek gevonden. Diep is het water daar niet niet meer dan zowat een voet maar als hg dronken erin getuimeld is, kon hy er toch wel in verdrinken". „Denkt u dan, dat het een ongeluk was?" vroeg juffrouw Silver. „Nee, ik geloof er niets van. Ezra mocht dronken of nuchter wezen, maar hg kende de weg naar huis en zou er ook nu wel gekomen zyn. Hg Is die weg te veel jaren gegaan om een kwartmyl buiten zgn gewone rou te bij ongeluk te verdrinken. Ik ge loof, dat iemand hem er in heeft ge gooid en gedacht, dat men 't wel voor een ongeval zou versigten ,en het motief zal wel geweest zgn, dat Ezra chantage trachtte te plegen". „Ja", stemde juffrouw Silver toe. „Maar nu moet ik me aankleden. In specteur Lamb dient het onmiddellyk te weten. Hy Zal wel hier komen". 't Was echter al over half drie, vóór hoofdinspecteur Lamb en brigadier Abbott aan de bel van de oude pasto rie trokken. Juffrouw Silver ontving hen in de studeerkamer. Ze schudde hun de hand en informeerde glimla chend naar ieder van de drie dochters, die Lamb's trots en glorie uitmaakten. Lily, Violet en Myrtle. „En mevrouw Lamb maakt het toch goed?" Frank Abbott wist zorgvuldig zyn gelaat in de plooi te houden. Hy had juffrouw Silver even voor een ervaren diplomate versleten, maar zowel zy als Lamb spraken blijkbaar in volle ernst. Haar belEingstelling voor z'n dochters en wederhelft was onge veinsd. Inmiddels profiteerde Frank van de gelegenheid om alvast een pot lood te slypen en wachtte toen gedul dig tot er aan 't gesprek over fami liezaken een einde kwam. Lamb nam het initiatief. „Maar laat ons nu tot de kwestie komen. Be hoor, dat U graag meneer Madoc zou willen spreken". „Ja, heel graag, als U me daartoe gelegenheid zou willen geven". Hij knikte toestemmend. (wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 4