ÊiMPPli IN WILDWEST C Puzzie-rubriek VOOR DE INVAL VAN DE VORST BEZOEK AAN HET HERFSTBOS van een VORSTIN BROMTOL WAS NIET LUI ZATERDAG 30 OCTOBER 1954 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT NAAR OOSTKAPELLE Nevelzwammen in een elliptische heksenring. Een kronkelende weg, open voor zon en wind, leidt naar de ingang van het herfstbos bij Oostkapelle; hij plaatst ons voor een moeilijke keuze en brengt reeds aan zijn einde de overgang varf de zakelijk verlichte landweg naar het romantische halfduister van de bospaden. Ook is hier reeds de welkome bescherming tegen de scherp-koude wind en daarmee de overschrijding van een drempel tussen door zwaar geruis geplaagde trommelvliezen en een zo goed als zuivere stilte. Zo, dat men het herfstbos betredende soms het gevoel krijgt binnen te dringen in een verlaten woning,'terwijl de eigenaar de deur heeft la ten openstaan. Wat heeft hij er achtergelaten? En zo er al wat te vinden is, welke kant zullen we uitgaan om dat, waarop wij hopen te vinden? We kiezen links, hoewel we weten, dat door deze keuze misschien zeer fraaie kansen worden buitengesloten. Lange tijd ontdekken wij geen teken van menselijk leven; onder de weini- fen, die er de gelegenheid toe heb- en, vindt men slechts enkelen, die door de herfstkleuren worden ge boeid. Het herfstbos is hun te leeg, de bomen, die daar zo mistroostig hun bladeren staan af te schudden, wekken niet hun sympathie. Daarom is het stil in het bos, men hoort niets door BAREND ZWERFMANS dan het ruisen van de voeten over de weggeschopte blaadjes, het dwarre len van de kleurige loverresten van tak op tak en als men intens luistert kan men zich verbeelden het lichte knakje te horen, onder welk geluidje het te zwaar geworden blad zijn tuimeling gaat beginnen. Het paddestoelen zoeken in -een bos, dat reeds een bladertapijtje on der zich heeft gelegd, valt niet be paald mee. Vooral niet in een bos, waar langs de paden en zelfs tussen de stammen, zich niet geplante hout soorten hebben binnengedrongen. De grote vai'iatie in vormen en "kleuren der gevallen bladeren helpen de zwamlichamen zich te verbergen. Zo blijken we reeds een flink gegroeide koraalzwam te hebben platgetrapt, aleer we het aardige groepje, dat de spitse einden van de knotsjes tus sen de grassen en blaren in de berm uitsteekt, wordt ontdekt. Hoe scher per we toekeken hoe verder de groep van knotszwammen blijkt te zijn uit gebreid, zowel in open terrein als onder de struiken. Vreemdgevormde paddestoelen werken al evenzeer op de fantasie van de natuurliefhebber als van de leek. Er worden enkele exemplaren meegenomen, alle behoren ze tot één soort de Asgrauwe Knotszwam (Cla- varia cinerea). PRACHT BTJNDELZWAM. Heel kort daarna trekt een zui vere, warme goudkleur aan de voet van een eik ons enkele meters naar links. Een vijftal flinke, sterke hoe den met gelijkgekleurde stelen heb ben zich op een volkomen schoonge- waaid plekje van donkere bosgrond aan de eikvoet verbonden. Die prach tige goudkleur doet iets aan je ogen, de zwam heet dan ook Prachtbundel- zwam, Phoüota spectabilils. Misschien hebben we toch de goe de keus niet gedaan; over uitge strekte bodemdelen vinden we geen enkele paddestoel. Waren er reeds kapers op de kust? Het lijkt ons meer een andere oorzaak te hebben. Wèl vocht, géén warmte, dat zal onze zwammen de das hebben aangedaan. Het valt ons op, dat we slechts één exemplaar vinden van de Groene glibberzwam, Volvaria, en één van de Groene knolzwam, de dodelijke giftige, Amanita phalloïdes. Eén Gele sen hebben gedanst, moet hier be paald één der heksen, of het gehele groepje, zijn uitgegleden. Hoe het zjj, de ring van ongeveer 25 hoeden van Clitocybe nebularis, de Nevelzwam, heeft er een lelijke schok door gekre gen. SCHOKJES. Tweemaal ontvangt Zwerfmans óók een schok, de eerste maal, wan neer een groep verpleegstertjes, on hoorbaar genaderd, plotseling op fietsen voorbij suist, onverwacht scherp giebelend, omdat ze plotse ling die vreemde paddestoelenzoeker terzyde van hel bospad ontdekten, 't Zal een wederzijdse schok zijn ge weest. De andere schok bracht groter schrik; in diepe aandacht voor de metershoge wilde karmozijnbessen, die hun rode stengels en bessen wijd om zich heen strekken, klinkt van vlakbij een scherpe knal en daarop een kort geblaf. Een jager loste op zeer korte afstand een schot, geluk kig zonder onbedoeld ernstige gevol gen. Dat is het risico van de in de jachttijden in het eenzame bos zwer vende natuurliefhebber. Al mint hij de serene stilte, waar door het oor op 't uiterst wordt ge spannen en alle zintuigen mee gaan Een olifantje voor Amsterdamse kinderen. Het olifantje, dat de kinderen uit de Spaarndammerbuurt te Amster dam aan premier Nehroe van India vroegen, is nu op weg naar Amster dam. In afwachting van zijn insche ping aan boord van het Nederlandse schip „Poelau Laut" dat Donderdag uit Ceylon is vertrokken, is het oli fantje negen dagen de gast geweest in de dierentuin van Ceylon. Het beestje is aan boord direct goede maatjes geworden met de passagiers, die het jonge dier volstopten met al lerlei lekkernijen. doen aan de speurneiging van de ge nietende, hij zou toch zo nu en dan eens wat kabaal moeten maken om aan te duiden: Pas op, hier loopt iemand, die juist bezig is het heel prettig te vinden, dat hg leeft. De tocht eindigt met de overgang van de mysterieuze sfeer van het bos in de zakelijk koele sfeer van de sterk verlichte en tochtige landweg. En slechts de herinnering blijft over naast de paddestoelen, die ter deter minatie worden meegenomen. HET LEVENSVERHAAL Russala, maar daarentegen groepjes va.n de Roestvlekkenzwam en een heksenring van de Nevelzwam. Wat zich hier met het mycelium van deze kringvormer heeft afgespeeld is on begrijpelijk. De „ring" is vrij volle dig te trekken, maar hij beschrijft niet een cirkel, integendeel een zeer langgerekte ellips. Daar heksenrin- gen behoren te ontstaan, waar hek- Een vrouw met een voorbeeldige opvatting van haar taak en een vaak verbijsterende moed, een vrouw van bijzondere talenten, kunstzinnig en begaafd, een moeder voor haar volk: Ziedaar in enkele lijnen het por tret van KONINGIN ELISABETH VAN BELGIË, wier veelbewogen, door twee wereldoorlogen gete kende levensverhaal gaat ver schenen in Libelle. Het wordt ontleend aan een zojuist in En geland verschenen boek, waar van de autenr de faam geniet, uitstekend gedocumenteerd te zijn- Talrijke foto's zullen de boeiende geschiedenis van dit vorstinnenbe- staan illustrerenU zult getrof fen worden door de warme toon en de diepe menselijkheid, die uit deze artikelenreeks spreken. Libelle van 6 November bevat een exclusief interview met de nieuw kunstzinnig benoemde ambassadrice van Pa kistan, Begum Ra'ana Liaquat AU Khan, de eerste Moslimvrouw ter wereld die op een belangrijke diplomatieke post werd benoemd. Libelle, Nassauplein 7, Haarlem De belangstelling voor onze puzzlerubriek groeit elke week. Dit keer was er weer een groot aantal inzendingen, waarvan dc meeste goed wa ren. Dit week-end hebben we een kleine „hersenbrekcr", die niet gemak kelijk Is. De oplossingen moeten geadresseerd z^n: REDACTIE P.Z.C., VLISSIN- GEN, niet in de linkerbovenhoek van de briefkaart of de enveloppe het woord PUZZLE-RUBRIEK. De oplossingen kunnen door abonné's worden ingezonden en moeten uiterlijk Woensdag S November a.s. Ls het bezit van de redactie zijn. Vermeldt U er ook bij of U dame of heer bent? Voorts zouden wij onze puzzelaars willen verzoeken niet de ingevulde puzzle uit de krant op te sturen, maa r de oplossing op een vel papier te schrijven. Horizontaal: 1. toonladder, 4 sein. 7 I Verticaal: 1 hoeveelheid, 2 verve plaatsje in N. Brabant, 10 melaats, 11 lend, 3 steeds. 4 voedsel, 5 munt, 6 glooiing, 12 telwoord, 13 jongeling, j breed water, 7 aanblik, 8 schuldig, 9 dó™ 14 eveneens, 16 dicht, 18 aparte ruim te voor pluimvee, 21 dorp aan Tjeu- kemeer, 24 opening in muur, 26 tegen, 27 verwachting, 29 omgang, 30 uit drukking, 33 bier, 34 hogepriester, 35 meubelstuk, 37 nauwelijks. 39 schijn, 40 meer op Sumatra. 42 Eur. hoofd stad, 44 fit, 46 reisgoed. 49 omdat, 51 boom, 52 staat in Azië. 53 bloedvat, 55 jongensnaam, 56 partij, 57 kweker, 58 brandbaar mengsel, 59 veredelen. De volgende morgen werd Kappie at vroeg ge wekt door opgewonden kreten, die uit het kamp op klonken. „Ze hebben zeker ontdekt, dat Billy de Beer ontsnapt is", dacht hij. En inderdaad, toen hij zijn tent uitkwam, zag hy nog juist de Indi anen wegrijden om de vluchteling te achtervolgen. Alleen Haviksneus was in het kamp achtergebleven. „Mijn rode broeders zul len Billy de B'eer waar schijnlijk niet meer inha len". veronderstelde de In diaan, „bleekgezicht op Snulver gevlucht en Snuiver er snel, oef!" „Wat?!" riep Kappie. „is hij er op Snuiver vandoor gegaan?! Deksels, dan zijn we weer even ver als in het begin!" Hij kreeg er bijna spijt van, dat hij die nacht stil letjes de boeien van Billy had doorgesneden, vooral toen Haviksneus opmerkte: ,;Zee-bleekgezichten doen beter kamp dadelijk te verlaten. Als mijn rode broeders zonder gevan gene terugkomen, zullen zij teleurgesteld zijn en dan zee-bleekgezichten aan paal binden om toch iets te hebben. Vooral daar opperhoofd vermoedt, dat gij gevangene hebt bevrijd". „Tjonge", zei Kappie ongerust, „dan moeten we maar meteen het anker lichten! Ga je met ons mee, Haviksneus?" De Indiaan schudde het hoofd. „Haviksneus heeft schuld vereffend", zei hij. „Toen Haviksneus in handen van bleke zeekapitein viel, heeft bleke zee kapitein hem gespaard en de vredespijp met hem gerookt. Nu Haviksneus zee-bleekgezlchten heeft gered, is goede daad met goede daad betaald. Ha viksneus blijft jn kamp van zijn rode broeders ach ter. Vaarwel, bleke broeders, val niet meer in han den van Indianen, want dan geen redding meer mo gelijk. Oefl" onderrichten, 15 gele aarde, 17 c bij Epe, 19 ambtenaar, 20 school, paardje, 23 binnenkort, 25 bedrag, 26 slang, 27 sluis, 28 meisjesnaam, 31 een en ander (afk.), 32 fout, 36 ver voerbedrijf, 37 klooster, 33 jurk, 39 soort brood. 41 gelogen. 43 rijschool, 44 keitjes, 45 deel van fiets, 47 inge wijde, 48 plaats in Ned„ 50 wapen, 51 natte grond, 54 uitroep. De prijswinnaars waren: J. L. D. Schier, Hoofdstraat 67, KRUININ- GEN; mevrouw A. de Jong, Lange Geer 3. HANS WEERT; mevrouw De Vugst-Risseeuw, Kustweg, GROEDE; Jac. A. van Baal, Dorpsplein 19, SCHOONDLJKE; ds. I. J. Wisse, Herv. Pastorie, GRIJPSKERKE; me vrouw J. Meesen-Feijtel, Wilhelmina- straat 47, KORTGENE. De oplossing was: Horizontaal: 1 telg. 4 verademing, 13 rel, 15 Laren, 16 kar, 17 of, 18 bob, 20 per, 22 Po, 23 desem, 25 smart, 28 W.L., 30 selah, 31 aroom, 32 portret, 34 stond, 36 Azië, 37 geweest, 39 ge. 40 rep, 42 Rijn, 43 her, 44 t.n., 45 trainen, 48 dans, 49 poene, 50 gobelin, 52 w'erda, 53 kater, 54 Ee, 56 teelt, 58 linde. 59 L.K., 61 oil, 63 Ede. 64 al, 65 uil, 67 honen, 69 ore, 70 bloed gever, 71 eten. Verticaal: 1 trouwpartij, 2 Eef, 3 1.1., 5 el, 6 rap, 7 Ares, 8 dermate, 9 en, 10 ik, 11 nap, 12 grol, 14 Moser, 18 beste, 19 beleg, 21 front, 24 materie, 26 Arosa, 27 tod, 29 lozen, 33 R.I.P., 34 Senegal, 35 versnellen, 38 wijn, 39 genie, 41 trede, 43 hal. 45 toren, 46 analoog. 47 notie, 48 derde, 49 pet, 51 bende, 55 club, 57 Tine, 60 kil, 62 lev, 64 are, 66 l.o., 67 H.D., 68 ne, 69 O.T. Er was eens een aard mannetje. Hij heette Bromtol en woonde in een uitgeholde boom er gens midden in een groot bos. Bromtol was best een aardige aardman, Hij had alleen één na deel, n.l. hij verveelde zich altijd verschrikke lijk. Als hij 's morgens uit zijn kleine geschil derde bedje stapte, zich gewassen had, zijn baard had gekamd en wat ge geten had, dan zei hij „Wat moet ik nu weer gaan doen?" Het ant woord wist hij daar nooit op. Dan ging hij héél, héél diep zitten naden ken over die dingen dje hij zou kunnen gaan doen en werd daarvan zo slaperig dat hij maar weer gauw zijn bedje in kroop. Alle andere aardman netjes vonden Bromtol daarom een lui manne tje maar Bromtol vond zich zelf helemaal niet lui. „Ik weet alleen nooit wat ik doen moet!", zei hij altijd. Eens op een dag toen Bromtol zich 's morgens weer helemaal had klaar gemaakt, viel zijn oog op zijn kleine tuintje voor zijn boom. „Ik zou best eens wat in de tuin kunnen gaan werken! zei hij. „Als je me nou' voegde hij daar direct aan toe, „ik weet zowaar wat ik doen moet. heerlijk is dat hoef me dus niet te ver velen!" Hij sprong van vreugde de lucht in, ren de naar zijn keukentje, pakte een hark, een schoffel, een bezem en een schop en stond even later te werken dat de stukken er af vlogen. Alle aardmannetjes, die langs zijn huisje kwamen, wreven hun ogen uit. En als een lo pend vuurtje ging het door het bos .^Bromtol I is aan het werk, Brom-j tol is zijn leven aan het beteren!" Maar Bromtol was precies de zelfde ge bleven, hij wist alleen wat hij doen moest, dat was alles. Toen vier dagen later onze aardman weer op het punt stond in zijn bedje te kruipen omdat hij weer zo slaperig was geworden van het den ken over „Wat zal ik nu weer gaan doen!", hoor de hrj opgewonden stem men buiten. Hij snelde naar de deur en hoorde al spoedig dat er brand was. De zon had zo hard geschenen op het rieten huisje van de familie Bolleneus, dat er brand was ontstaan. „Maar wat staan jullie hier nu te babbelen!" riep Brom tol. „Als er toch brand is dan is er toch wat te doen, dan kan er toch worden geblust red! Kom mee we gaan er heen!" Bromtol was zó bljj dat er weer werk was, dat hij hard voor de andere aardmannetjes uitliep en als eerste bij het brandende huisje aankwam. Er stonden nog verschillende aard mannetjes toe te zien en te jammeren. „Want", zeiden ze, „we kunnen Kleutertje Bolleneus nergens vindenmis schien is hij nog wel in het brandende huisje, maar het is zo heet.... niemand durft er in...!" „Maardat begrijp ik niet!" riep Bromtol kwaad. „Als er toch wat te doen is, dan is er toch wat te doenik ben veel te big dat ik weer niet in mijn bed hoef te kruipenik ben niet bangik ga naar bin nen!". Voordat iemand Bromtol kon tegenhou den was hg al door het deurtje het huis inge- rend. Hg kon niets zien van de rook, voelde op de tast een trap, klauter de naar boven en riep .Kleutertje Bolleneus, ben je daar? hoorde niets... ji zacht huilen. Hij stapte Bromtol ja toch, regelrecht op het j mm vond het 1 ïluid leine jonge aardmannetje nog In zijn bedje met zijn ogen vol tranen van ver driet en van de rook. Er ging een gejuich op toen Bromtol met het kleine kereltje op zijn arm het huisje uitkwam. Hij gaf het aan meneer Bolleneus en riep toen: „Maar er is toch nog meer te doen. Het huisje is nog best voor een deel te te redden, moet geblust worden. Ik ben veel te big dat ik nog wat kan gaan blus sen. Als de brand uit is, weet ik weer niet meer wat ik doen moet. Hij greep een emmertje, ren de naar de beek, vulde het emmertje met water en gooide het in de vlammen. „Hier", zei hij tot een andere aardman, „hier is ook en emmer tje ga ook water halen!" Spoedig waren alle aard mannetjes bezig emmers water aan te dragen die Bromtol steeds aanpak te en in de vlammen gooide. Steeds als hij nog een vlam zag gooide hij er water op net zo lang totdater hele maal geen vlammen meer te zien waren en de brand dus geblust was. Iedereen stond ver steld van Bromtol, ieder een bedankte Bromtol maartoen de aard man even later weer thuis waswist hij niet meer wat hij moest doen. „Wat jammer dat het afgelopen is!" mop perde hg. „Nu verveel ik' me weer verschrikke lijk!" Toen kroop Brom tol maar weer in bed. Maar de burgemeester die van het heldhaftig gedrag van Bromtol had gehoord, sprak tot de hooggeplaatste aard mannen uit het bos. „Het is goed als er hier in ons bos een brand weer komt. Aardmanne tjes die zich speciaal be zig houden met het blus sen van brandjes en ik vind dat Bromtol daar maar de leider van moest worden". Toen Bromtol deze heuglijke tijding hoorde, voelde hij zich de koning te rijk. „Als er nu maar genoeg branden komen, anders verveel ik me weer", zei hg tot de bur gemeester. Nu, er waren naturlijk niet veel branden slechts een heel enkele keer, en hoewel Bromtol een prachtige brandweer in het leven had geroe penverveelde hij zich nog 5 dagen per week. „Dit gaat niet langer", zei Bromtol tenslotte. .,Ik ga hierover met de burgemeester praten. Hij werd in de kamer van de burgemeester gelaten, ging zitten op een mooie, stoel en zei „Meneer de burgemeester het zit zo. Iedereen zegt dat ik lui ben. Maar ik ben niet lui, want ik weet alleen niet wat ik doen moet. Als ik maar wist wat ik doen moest, dan zou ik ook doen wat er gedaan moest worden!" De burgemeester krab de zich eens achter zijn oor. „Beste Bromtol" zei hij. „De meeste aard mannetjes hebben niets te doen. Ze zoeken over het algemeen de hele dag beukenootjes om te kunnen leven. Er is er, als je het mij vraagt, maar één die het ver schrikkelijk druk heeft. Die wel degelijk weet wat hij dagelijks moet doen, die eigenlijk veel te veel te doen heeft en datben ik". „Kan ik dan geen bur gemeester worden!" vroeg Bromtol, alsof het de gewoonste zaak van de wereld was. „Ik voel me oud wor den", zei de burgemees ter. „Eerlijk gezegd kijk ik al lang rond naar een geschikte opvolger, maar :on er tot nu toe niet één vinden. Nu weet ik het. Jij, Bromtol, wordt burgemeester en ik ge loof dat je het er best zal afbrengen. En zo werd Bromtol burgemeester, en dit was het verhaaltje van de aardman, die helemaal niet lui was maar,... die alleen nooit wist wat hij doen moest. ALLEEN MAAR INVULLEN Miesje is een reuze goei erd, ja dat wisten jullie al. En dat dit maar al te 7caar is kan bewijzen dit geval. „Ring", de telefoon ging over. Beste Miesje, hoor eens hier Wil je met mijn baby wandelen ,Best". zei Miesje, „met plezier!" Maar de telefoon ging wéér eetxs. Tante Lies was er nu aan. „Wil je soms mijn baby rijden?" ,Ja hoor!" zet de muis spontaan. Maar de muis beloofde veel zeg. ,JDomoor!" riep ze ntei ze ,Boe kan jij twee wagens duwen? Grutjes zeg, dat valt niet meel!" Maar een muisje heeft een staartje. Dadr bond ze een wagen aan en de andere veer zich duwend is ze toch ov stap ge- gaat Bij deze kruiswoord- puzzle gaan we nu eens omgekeerd te werk. Alle woorden hebben we hier bij afgedrukt en jullie behoeven alleen maar te proberen deze woorden in de vakjes te plaatsen zó dat er niet éen over blijft en alles klopt. Om je wat op weg te helpen zou ik je aanra den eerst de langste woorden te nemen, hier voor zal je spoedig de juiste plaats kunnen vin den en de kleine woor den laten zich dan mak kelijk plaatsen. Veel succes hoor. an links naar reehts. op-ans-ada-te-eva-pak- .■ol-ria-ar-krant-as-ier- ria-erp-la-kat-rit-vla. Van boven naar beneden. paard-alkmaar-va-al- praten-per-sittart-kaars- os-er-in-van-ik-al- damrak.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 11