Proza en poëzie om het meer der Bataks, het Toba-meer Concertgebouworkest wordt in Amerika verwacht Film over Maarten Luther een betrouwbaar document Peter Scharoff wordt in Amsterdam gehuldigd ZATERDAG 2 OCTOBER 1954 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 9 Interessante bundel Belangwekkend boek over Indonesische volksletterkunde HONDERD JAAR GELEDEN wisten de blanken wel reeds dat er ergens hoog in de Batakse binnenlanden een groot, geheimzinnig meer moest lig gen, maar men kende het slechts uit legenden en verhalen. Want het berg land rondom was, maar verluidde, ont oegankelijk, en bevolkt met „woeste menseneters" die geen enkele blanke indringer een blik op hun heilige meer gunden. Pas in 1853 wist een Europeaan, en wel de Nederlander dr. H. N. van der Tuuk, de grondlegger van de Indonesische taalwetenschap in het algemeen en van de kennis der Batakse taal en letteren in het bijzonder, tot aan de Zuidelijke oever van het Toba-meer door te dringen. Toen hy, na een ruim zesjarig verblijf onder de Bataks naar Nederland terugkeerde, had deze ge- niale geleerde een schat aan Batakse handschriften, teksten en gegevens bjj zich. TJit deze voorraad wordt nog steeds geput, want toen Van der Tuuk tot het Batakse volksleven doordrong, was dat immers nog vrjj zui ver, en in elk geval nog niet Westers beïnvloed. Pas in 1866 bereikte een tweede bla nke de Noordkant van het meer, en pas twintig jaar na Van der Tuuk stonden er weer drie Europeanen aan de Zuidelijke oever. (In 1873 dus.) Voor de volledigheid vermelden we nog dat pas in 1908 het laatste onafhankelijke Batakse landschap Habinsaran on der rechtstreeks Nederlands bestuur kon worden gebracht. De Bataks zijn een van de interes santste volken van Indonesië; niet in de minste plaats doordat de stammen vrij zuiver gebleven zijn en dus in ze kere zin nog een indruk geven van de oorspronkelijke bevolking van de archipel. Hoewel het Batakland (dus Noord-Sumatra, om het Tobameer) tussen twee.Islam-gebieden (Atjeh en Minangkabau) ingesloten ligt, is toch de invloed van de Islam slechts gering, terwijl ook andere, voor de Indonesische archipel oorspronkelijk uitheemse godsdienstena ls het wijd verbreide Hindoeïsme er weinig spo ren hebben nagelaten. Heel anders is het gegaan met de Europese invloed: de westerse cultuur heeft zich na de late entrée zeer sterk in de Bataklanden doen gelden, en mede door het werk van de „Rheini- sche Missi'onsgesellschaft" is de Ba takse Christelijke gemeenschap de grootste van Indonesië, belangrijk groter dan de mogelijk bekender Mi- nahassa-kerk. De Bataks, een intelli gent, energiek volk, nemen in het mo- Letterkundige kroniek door HANS WARREN derene Indonesië, met de Minakabau- ers een zeer belangrijke plaats in, vooral als men him nummeriek gerin ge sterkte in aanmerking neemt. Er is in het Nederlands een zeer mooi boek verschenen, dat de poëzie en het proza van dit belangwekkende volk nader tot ons brengt. Het is verzorgd door iemand die zelf zijn jeugd in de Bataklanden doorgebracht heeft, en wel door de heer W. A. Braasem, aan wie we reeds zovele voortreffelijke boeken en artikelen over de Indonesi sche letteren danken (We herinneren o.a. aan de ook hier besproken „Volkspoëzie uit Indonesië", het boek met „Pantuns" e.d.). Het aantal Ne derlanders dat Bataks kent, is uiter aard gering. De taal, eigenlijk 7 on derling nog al uiteenlopende dialecten waarvan het Tobas het belangrijkst is, wordt aan de literaire faculteit te Utrecht'gedoceerd. Hij komt met on geveer anderhalf miljoen sprekers in Indonesië op de 7e plaats (Er zijn daar meer dan 200 talen, waarvan het Javaans, de meest verbreide, rond 30 miljoen sprekers heeft). Daar de belangstelling voor de In donesische kunst in het algemeen en de letteren in het bijzonder meer en meer toeneemt, zijn boe ken als dit: „Proza en Poëzie om Culturele Cavalcade DE A.V.R.O. RADORUBRIEK IN LEIDING TOT MUZIEKBEGRIP die dr. Peter van Anrooy zoveel jaren viel grote toewyding heeft verzorgd zal in het nieuwe seizoen niet meer terugkeren. Dr. Van Anrooy heeft zich om gezondheidsredenen genood zaakt gezien dit radiowerk te staken. Hij hoogt echter in de volgende maand nog een afscheidswoord tot de luisteraars te spreken. OP HET INTERNATIONALE FILM- FESTIVAL dat onlangs ter gelegen heid van het eeuwfeest van Durban, Natal, is gehouden, verwierf de film ,fHouen zo" van Herman van der Horst een bronzen medaille. De ove rige prijzen werden toegekend aan Engelse, Canadese en Russische films. ,,'t Schot is te boord", eveneens van Herman van der Horst, en (Kermes- se fantastique" van Joop Geesink ge noten bijzondere bewondering. DE ZANGERES JEANNETTE VAN DIJCK uit Den Haag heeft op het in ternationale muziek-concours te Ge- oiève, tezamen met, de Romeinse zan geres Adriana Martino een tweede prijs gekregen. De eerste prijs ging naar de Engelse zangeres Pamela Bowden. Bij de zangers ioon de Zuidslaaf Du- san Popovic, voor de Philippijnen Au- relie Estanislao. De eerste prys in de afdeling viool kreeg Annie Jodry uit Parijs, terwijl haar stadgenoot Ray mond Guiot by de fluitisten zich als eerste plaatste. De directie van de provinciale Noord brabantse electriciteitsmaatschappij (P.N.E.M.) heeft dr. Rudolf Mengel berg opdracht verleend tot het com poneren van een muziekwerk en wel op de tekst van een gedicht van An- toon van Duinkerken dat in de Amer- centrale op een der wanden is aange bracht. De eerste uitvoering van dit muziekwerk zal worden gegeven op een concert van het Brabants orkest bij de opening van het nieuwe hoofd kantoor van de P.N.E.M. te 's-Her- togenbosch in 1955. oogpunt interessant vindt; enkel ge schikt voor het rariteitenkabinet, of, als het literaire voortbrengselen be treft, enkel bruikbaar om er taalwe tenschappelijke verhandelingen over te schryven en er woordenlijsten uit te abstraheren. In brede kring is men de schoonheid en de betekenis in gaan zien, ook voor zichzelf, voor ei gen persoonlijkheid, van kunstvoort brengselen uit verre landen. VOLKSLETTERKUNDE Vanzelfsprekend ontgaat ons, Wes terlingen, zeer veel. Herhaaldelijk hebben we er al op. gewezen, dat deze „volksletterkunde" geen letterkunde in de hier gangbare zin van het woord is, en zeker geen „belletrie". Zij wordt mondeling overgeleverd (en is dus steeds aan wyzigingen onderhevig) en heeft meestal een rechtstreekse func tie in magisch-religieus of -maat schappelijk opzicht. Ze is bestemd om gezongen, voorgedragen, gebeden (en niet gelezen) te worden en steeds wis selend van vorm, zodat een notering van een verhaal altijd min of meer toevallig is. Bovendien blijft zeer veel in deze geschriften wegens het ma gische en geheime karakter voor niet ingewijde volkomen onbegrypelijk. Dan gaat er uiteraard in vertaling i een zo totaal andere taal als het N< het Heilige Meer der Bataks" x), die op bevattelijke maar weten schappelijk tevens volkomèn ver antwoorde wijze een onbekend ge bied voor de belangstellende leek I derlands nog veel verloren, al heeft ontsluiten, wel bijzonder welkom. Braasem op bewonderenswaardige Het is tegenwoordig immers niet wijze het specifiek eigen karakter van meer zo, dat men de kunst van verre de Batakse letterkunde in zijn verta- volkeren alleen maar uit cultureel lingen weten te bewaren, doordat hy Mening van prof. dr. W J. Kooiman Deze maand première voor Nederland Maandag 29 October a.s. zal in het „Alhambra-Theater" te Amsterdam voor Nederland de première gaan van de film „Maarten Luther", in op dracht van de Amerikaanse Lutherse kerk verv aardigd en door velen onge twijfeld met een zeker ongeduld ver beid. De Amsterdamse predikanten althans wachten de officiële première niet af. Zij zullen de film reeds Maan dag a.s. gaan zien in het Roxy-thea- ter. Intussen zijn er al verscheidene be. oordelingen over deze religieuze film verschenen, beoordelingen, welke over het algemeen bijzonder gunstig luid den! Prof. dr. W. J. Kooiman, Luthers hoogleraar te Amsterdam, die enige jaren geleden in New York in de ge legenheid was een blik achter de schermen te werpen, wijdde zowel in Elseviers Weekblad als in het Cri- tisch Filmbulletin beschouwingen aan de film „Maarten Luther". Hij komt o.m. tot de conclusie, dat deze film historisch verantwoord is, hetgeen mede te danken zou zijn aan de advi seurs prof. Tappert uit Philadelphia, een der beste kerkhistorici van de Lutherse Kerk, en prof. Roland Baier- ton, bekend specialist in de geschie denis der Reformatie, die bovendien een goede biografie van Luther schreef. De scriptwriter Allan Sloane, heeft gedurende enkele jaren de le vensgeschiedenis van Luther en diens geschriften bestudeerd, en uit een en ander blijkt wel, dat men niet bepaald over een nacht ijs is gegaan. Prof. Kooiman noemt de film in vele opzichten bijzonder geslaagd. De bedoeling van de vervaardigers was de persoonlijke geestelijke strijd Philip Melnnchtnn naar een ets van Albrecht Diirer (boven) en Guy Ver- ney (onder) als Melanchton in de film. van Luther te accentueren en tenein de dit te bereiken heeft men zelfs aanvankelijk opgenomen scènes na derhand weer doen vervallen, uitslui tend om de Lutherfiguur beter tot zijn recht te doen komen. Prof. Kooiman besluit zijn beschou wing in Critisch Filmbulletin als volgt „Zij (de film) geeft een helde re spiegel van de conflicten en een zuiver beeld van de gebeurtenissen. De kern van de reformatorische worsteling is naar voren gehaald en al wat naar het pathetische en thea trale zweemt is vermeden. Het is een betrouwbaar document". DE FILM. De opnamen voor de film, waarin de Ier Niall Mac-Ginnis de hoofdrol Vèrvult, werden in West-Duitsland gemaakt en in studio's in Wiesbaden werden de interieuren van Wartburg, Vaticaan en Rijksdaggebouw perfect nagebouwd. De bezetting van de rollen is over het algemeen zeer goed en met name het spel van de tot nu toe onbekende Ierse acteur Mac-Ginnis dwingt be wondering af. Voorts zijn in deze film houtsneden van Albrecht Dürcr te bewonderen, welke gebruikt zyn terwille van de situatietekening. Al met al schijnt het, dat de Ame rikanen er thans voortreffelijk in zijn geslaagd een waarlijk waardevolle religieuze film te vervaardigen, zulks in tegenstelling tot reeds eerder ge dane, veelal mislukte pogingen. Russische gast-regisseur vieri gouden jubileum (Van een speciale verslaggever) Wanneer vanavond in de Amsterdamse Stadsschouwburg het doek vult na liet laatste bedrijf van de gala-première van Tsjeehof's toneelspel ..Dc drie zusters", zal het applaus niet verstillen. Neen, als dan regisseur Peter Scharoff ten tonele wordt geleld, zal het zelfs nog aanzwellen; dan zullen er bloemen worden aangedragen en vele hartelijke woorden worden gespro ken; dan zal Peter Scharoff een huldiging worden bereid, waardig aan een regisseur van zijn formaat op de mijlpaal van een vijftigjarige toneelcar rière. In September van het jaar 1904 kwam de jonge Peter Scharoff, weg gelopen van het gymnasium, voor het eerst op de planken en wel als figu rant in het Moskóuse Kiinstlertheater. Een jaar later mocht hij in Ibscns Peer Gynt zyn eerste rol sprekentwee woorden. Maar het toneel bleef trekken, ook toen hij de Petersburgse universiteit bezocht, waar hij de stu die In de rechten voltooide, maar waar hij ook de groten van het Peters burgse theaterleven tot zijn leermeesters mocht rekenen. Terug in Moskou werd Scharoff al spoedig regie-assistent, by de grote Stanlslavskl, aan het Kaisers- en het Kiinstlertheater. Er komt een glans in zijn ogen als I hfl over die periode spreekt in een van de kleedkamers van de Amsterdamse 1 er niet naar gestreefd heeft er ge lijkwaardige Nederlandse kunstwer ken (en dus bastaardproducten) van te maken. (De bekende geschreven Batakse zo genaamde „wichelboeken" hebben met ons begrip „literatuur" niets te maken, het zijn hand- en leerboeken voor priesters, tovenaars en medicyn- mannen). Evenals het volk zelf, is ook de let terkunde vrij zuiver gebleven en min der door Perzische, Arabische en Voorindische motieven beïnvloed dan het merendeel van de andere Indone sische letteren. Opvallend is het zeer sterk magische, ja, kabbalistische (spookgeloof-aehtige, toverijknnst- achtige) karakter van de meeste van deze geschriften. Braasem geeft ons van allerlei gen- re's voorbeelden: Umpana's en ende- ende's, die men als „Batakse pantuns" zou kunnen omschrijven, Klaagzan gen, Gebeden (vooral hierin komt het spookgeloof, de angst voor boze gees ten e.d. indrukwekkend tot uiting), Raadsels, Spreekwoorden en Gezeg den e.d. (van de laatste bv.: „Pralend overeind staat de lege rijsthalm, be scheiden terneergebogen is de volle": „Spuwt men naar de hemel, het valt steeds op de eigen schoot terug"; „Als men iets goeds erft, erft men ook strijd") en tenslotte uit de rij- - ke verhalenschat drie uit de nalaten- Stadaschouwburg in een verloren halt schap van de genoemde dr Van der "ur,tje, tussen een repetitie nietde I Tuuk stammende, prachüge verhalen. Nederlandse Comedie en zyn lessen die, naar onze smaak, met de Klaag- aan toneelschool. Maar als hy dan zangen en Gebeden, het boeiendste praat over zijn opvoeringen van Gor- - - - - ki's „Nachtasyl". over „De Kersen- tuin" van Tsjechof of over Ostrow- I gedeelte van deze interessante bundel Oud-Batakse geschriften vormen. x) Uitgave: De Moderne Boekhandel Indonesia, Amsterdam, Djakarta, Su- rabaia. sky's „Gewitter" is het soms of er even een spoor van weemoed in zijn stem klinkt, weemoed over die grote tijd en over het contact met acteurs en auteurs, die hij ver boven zich acht deze bescheiden man van in de zeven tig met zijn hartelijk en innemend ka rakter. De Moskouse periode werd echter afgesloten in 1919. het jaar van de Russische revolutie. „Neen, het was niet in de eerste plaats daarom, dat wrj li it Moskou weggingen. De levens omstandigheden werden er te slecht". Viljwel het gehele Kiinstlertheater, dertig man trok naar het zuiden; al leen Stanislavski kon geen afscheid nemen van Moskou. Eerst ging het gezelschap naar Jal- ta, or> de Krim. in de omgeving waar van Tsjechof zijn landhuis had, toen naar Tiflis In de Kaukasus. ZWERFTOCHT In 1922 begon het „zigeunerleven", zoals Scharoff het nu zelf noemt; een zwerftocht door Bulgarije. Servië en Oostenrijk. In Praag werden de beide hoofdrolspelers, Katschaloff en Knjepper-Tsjechova, namen, die Scharoff met eerbied uitspreekt, door Of de taal geen moeilijkheden ople vert? „Belangrijk is, wat er In (1e woorden ligt. Het gaat om de klank, om het rhythme, om de uitdrukking en dan is de taal geen probleem meer". In Rome heeft Scharoff nu een toneelschool. Hij is er een gevierd re gisseur, niet alleen bij het toneel, maar ook bij de opera. Dan zijn er toumée's ieder jaar naar Nederland, maar ook naar Tel Aviv. Een druk le ven. maar „goede arbeid maakt het leven licht", luidt zijn devies. Of hij zelf ook wel eens iets heeft geschreven? „Neen, dat nooit. Maar iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinimHiiniiio Maarten Luther (boven) naar een schilderij van Cranach en Mc. Ginnis (onder) als Maarten Luther in de ge lijknamige film. Stanislavski teruggeroepen naar Mos- ga misschien mijn memoires ach rij- kou. Scharoff stichtte toen zyn „Pra- ger Gruppe", waarmee hij vele tour- née's maakte door Europa, o.a. ook naar Nederland. In 1927 werd Scha roff benoemd tot ober-regisseur te Dusseldorf en in 1929 trad hij voor het eerst als gastregisseur op in Ne derland bij het gezelschap van Rika Hopper. „Ik werk graag in Holland", vertelt hy. „De Nederlandsche acteurs vatten hun taak ernstig op". En ook Nederland waardeert Scharoff, die zelf voortgekomen is uit de oude Rus sische school en ons met zijn kunste naarschap en zijn vakbekwaamheid heeft laten doordringen tot het we zen van het werk van de grote Rus sen. Talrijk zijn de voorstellingen, die hij hier reeds heeft gebracht; Tsje ehof's „Kersentuin", Gogol's „Revi sor", Turgenjefs ..Een maand op het land", om slechts enkele te noemen. „In Nederland regisseer is stepds Russische stukken, in tegenstelling tot Italië, waar mijn repeftoir voor namelijk Wcst-Europese en Ameri kaanse stukken omvat. Vooral voor Tsjechof heb ik grote waardering, maar ook Astrofsky en Gogol zyn knappe auteurs". Zalen reeds uitverkocht en niet al te lange „rukken" van de ene concertzaal naar de andere. Wjj zijn er nu trots op een reisprogramma te hebben vastgesteld, dat gemiddeld n n/> rL'., rvi t nn clbbhlc "ITO mill /Q1 ft I.-! Voor tournee door V.S waren 28 mensen een jaar in touw (Van onze correspondent te New York) Het Amerikaanse muziekleven, dat een periode van ongekende bloei door maakt, bevindt zich momenteel in de greep van de grootste gebeurtenis der na-oorlogse jaren: de komst van het Amsterdamse Concertgebouworkest. De reputatie van de musici uit de Van Baerlestraat is hier zo mogelijk nog groter dan in Nederland. De gramofoonplaten met het repertoire van het orkest uit de dagen van Mengelberg tot en met Van Beinum worden hier de laatste jaren in stijgende getale verkocht en de radiostations hebben er in hun uitzendingen een zodanig gebruik van gemaakt, dat er onder het Amerikaanse publiek niet de minste twijfel bestaat, dat het Concertge bouworkest als het allereerste symphonische ensemble uit Europa moet worden beschouwd. neerkomt op slechts 170 mijl (310 ki- reizen per dag. Dit is noj aanzienlijk beneden 't maximale reis- lometer) i per dag. Dit is len 't maximale criterium door het orkest gesteld". Er stonden aanvankelijk 7 rustda gen op het programma. Maar de be noeming van een Nederlander tot Voorzitter van de Algemene Vergade ring der United Nations heeft ertoe feleid, dat het orkest de avond van de le October het „piece de resistance" zal vormen van een gala-receptie voor het Corps Diplomatique door mr. Van Kleffens te houden in de koepelvormi ge vergaderzaal van de Assemblee aan New York's Oostrivier. Men is thans doende een podium te construe ren, dat bij het aspect van deze im posante zaal past. Muzikaal afscheid De hoofdstad heeft Vrijdag morgen afscheid genomen van de leden van het concertge bouworkest, die in een extra trein van het centraal station te Amsterdam naar Rotterdam vertrokken,, waar het gezel schap zich inscheepte op de „Rijndam". Tientallen vrienden en be kenden en talloze reizigers, die merkten, dat er iets gaande was, hadden zich op het eer ste perron aan de westzijde verzameld. Handen werden ge drukt, blitzlampen der foto grafen flitsten onophoudelijk, en dit afscheid werd muzikaal opgeluisterd door de Amster damse politiekapel. Met de stiptheid der N.S. hief de stationschef op het vastge stelde tydstip zijn „spiegelei", zijn fluitje snerpte, met een ruk zette de trein ziuh in be weging, en onder de pittige to nen van de toepasselijke mars „Stars and Stripes", die onder de overkapping nog eens extra luid klonk, gleed de snel op trekkende trein van het per ron weg. De tien weken duren de tournee van het concertge bouworkest was begonnen. Nog nimmer heeft enig orkest ge concerteerd voor zulk een schitterend gezelschap van diplomaten. Door de ze avond zal het cultureel vlagvertoon van deze reis nog aanmerkelijk ge- intensifeerd worden. Een 450 pers vertegenwoordigers uit alle landen ter wereld, onder wie er zijn die tot dusver nog weinig muziek in de U.N. hebben gezien, zullen ongetwijfeld in dagblad, radio en televisie gewag maken van dit uniek precedent. De verwachtingen zijn hoog ge spannen; het Concertgebouworkest heeft nog zelden een zo belangrijke culturele missie vervuld en is nog nimmer met zo grote spanning en be langstelling verwacht. Het grote publiek herinnert zich al lang niet meer de valse start van de tournee, die enige jaren geleden was opgezet; slechts de insiders herinne ren zich de botsingen, die zich daar bij hebben voorgedaan. Het Ameri kaanse impressariaat is ditmaal in handen van een organisatie, Columbia Artiste Management, die niet alleen in naam de grootste in de V.S. is, maar ook metterdaad heeft bewezen het artistieke begrip te hebben voor de vele problemen, verbonden aan een tournee van een orkest van meer dan 100, uit de aard van hun beroep reeds sterk individualistische persoon lijkheden, die gedurende twee maan den 12.000 kilometer, grotendeels per bus, moeten reizen, om de concertza len van 42 centra te bestrijken en 200.000 Amerikaanse muziekliefheb bers in de gelegenheid te stellen ken nis te nemen van dit by uitstek Ne derlands cultureel vlagvertoon. Columbia Artists heeft 25 man van zijn personeel een jaar lang aan niets anders dan deze tournee laten wer ken. De Nederlandse Ambassade te Washington heeft daarenboven drie leden van zijn staf beschikbaar ge steld voor alle voorbereidende activi teiten. Daardoor is er geen twyfel aan, dat men goed beslagen ten ys, of ten podium zal komen. Men heeft letterlyk niets aan het tóëvai willen overlaten. Dit is de best voorbereide artistieke tournee, ooit door enig gezelschap in de V.S. on dernomen. Tijdens een gesprek met Leveritt Wright, tournee-manager van Colunv bia Artists, die het afgelopen jaar et telijke luchtreizen heeft ondernomen teneinde in de Van Baerlestraat alle problemen te bespreken en „glad te strijken", was het een genoegen te kunnen opmerken, dat net enthousi asme van deze Amerikaan voor de ko mende tournee nog steeds crescendo liep. Zijn bewondering voor het orkest en zijn begrip voor ae eisen van de orkestvereniging bleken uit elke uit spraak. GEEN „LANGE RUKKEN". „Toen wij deze tournee begonnen te organiseren, was ons voornaamste probleem ons in te stellen op de men taliteit van uw landgenoten", aldus Leveritt Wright. „Ik mag heus wel zeggen, dat wij In het begin wel eens in onze baarden hebben gebromd. Maar ik ben er nu van overtuigd, clat de orkestleden, niet zozeer om hun persoonlijk gerief dan wel om het handhaven van de sublieme kwaliteit van het orkest, gelijk hadden toen zij insisteerden op voldoende rusttydeu .Concfrtgrboiworkest a> Tnntt

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 5