DE MOEILIJKE WE6 C Bacterievrij voedsel en verdere zegeningen van nieuwe wereld D SCHEEPSTIMMERMAN IN VRIJE TIJD... SCHEEPSBOUWER! KROONGETUIGE WEIGERT DE EED AF TE LEGGEN VACANTIE-RECREATIE- WERKKAMP OP „DE HORST" PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 7 AUGUSTUS 1954 TRIESTE CULINAIRE TOEKOMST. Twafelachtige experimenten met radio-actieve stralen (Van onze correspondtn te New York.) NEW YORK. Dames, wy staan op het punt een tipje op te lichten van de culinaire toekomst onzer maatschappij van de fornuisloze keuken, het bacterievrije voedsel en de verdere zegeningen van een nieuwe we reld, op welker drempel wjj aldus zeggen wetenschappelijke mannen ons thans bevinden. Om u dit voorproefje te kunnen bieden, waren wij heden ge kunt het zo letterlijk nemen als ge wilt proefkonijn bij een experimentele maaltyd, gekookt door ernstige heren in witte jassen, professoren wier taak het o.a. schijnt te zijn ons stervelingen tot onsterfelyken te maken, subsidiair te voorkomen, dat de mensheid ooit door voedsel-vergiftiging de kraaienmars zou moeten blazen. Dies hebben wij, als hoofdschotel een bedaagde bal gehakt verorberd. Een 42 dagen oude gehaktbal. Wij wisten dit. Toen de nauwelijks aan trekkelijk geknede brok potentieel voedsel, in een cellophanen zakje, rauw werd voorgebracht, zochten wij naar maden. Maar het gehakt lag stil en onbeweeglijk. Het was „gepasteuriseerd" Amerika's technisch genie had het op een lopende band gelegd, die het langs een bestralingsapparaat had gevoeld, dat vlees en vet 42 dagen geleden met radio-ac tieve stralen had „gebombardeerd", do or ROBERT KIEK Aldus mijn wetenschappelijke zegs man. „Daardoor zijn de alom-te- genwoordige bacteriën gedood, zo als een kogel hagel een heel regi ment kan vellen", was de verdere uitleg. Geen enthousiasme. Wij knikten instemmend, zij het zonder enthousiasme. Wij hebben n.l. heel prettige herinneringen aan bal len gehakt-met-bacteriën. Gewone, zoals u ze ook thuis maakt. Maar dit was niet de plaats om hiervan te gewagen. Wij spraken dus ern stig en belangstellend met onze wit- gejaste gastheren. Eerlijk gezegd, als gasten, hunkerden wij naar het geen men ter inleiding van derge lijke feestmaaltijden kan verwach ten een milde alcoholische op wekking, die de conversatie doet sprankelen en het bekende spreek woord van de gezelligheid en de tijd hielp ontstaan. Edoch. In plaats van een borrel meldde zich, iets te militair, een hagelwitte dame, met een vogelkooi achtig instrument, dat zij zonder zich zelfs voor te stellen voor het algemeen territoir tussen onze slokdarm en embonpoint hield. Ken nelijk een geiger-teller. Maar er tik te niets. Dat zei ze ook. Onze aan staande tafelheer scheen dat een goed teken te achten. „U bent niet radio-actief", zei hij. Wij beaamden, dit ook allerminst verwacht te heb ben. Er was daarop een lange pau ze in onze conversatie. Toen werd de bal gehakt opge bracht. Ge kent de maitre d'hotel- techniek. om m?t een zwier een nog groene kreeft, waarvan de scharen nog flauwtjes bewegen te presente ren. De cliënt zegt dan: „Ja dat 's een mooie grote". De maitre d'ho- tel glimlacht wijs, zendt de kreeft naar de keuken en zet een fiks be drag voor „salon grandeur" op de rekening. De bal gehakt kwam zwierloos. In een cellophanen zakje. En werd daarna in een electrischë bakpan gebakken. Die pan was even een onderwerp van conversatie. „For nuizen". zeiden de wit jassen, „zijn ondingen. Nemen plaats in. Stof nesten. Heeft u wel eens een oven schoongemaakt?" (Antwoord, ja. in een voor de vacantie gehuurd huisie en sedertdien hebben wij de voorkeur gegeven aan hotels. In dien electrische bak- en braadpan nen. een electrische braadspit in derdaad tot de uitrusting van de keuken van de toekomst behoren, zullen wil dus ook weer aan een va- cantiéhuisje kunnen denken). Aan tafel Daarop gingen wij aan tafel. Ge hakt werd geserveerd. Doch ook de melk, die er bij werd ingeschonken was gepasteuriseerd ongeveer een week geleden en toen ver pakt en met in een ijskast gezet. Ondanks de hittegolf waarin wij hier leven. De melk smaakte dan eerder naar knoflook, maar niet écht zuur. De ogen van onze gast heer straalden. „De vitaminen zijn door dit proces onaangetast geble ven", zei hij monter. Wij hadden melk, geen knoflook verwacht en konden even het juiste woord niet vinden. De aardappelen, die werden opge diend. hadden tot de oogst van '52 behoord. Radio-actieve bestraling had 't „spruiten" voorkomen („Be seft men wat dit voor de aardappel boeren betekent?", zei iemand). Ons inziens had men de gehele aardappel moeten voorkomen. Wes halve wij. hongerig, naar de gepas teuriseerde boter grepen, om het kersvers vier maanden geleden in geblikte brood mee te besmeren. „Wetenschappelijk is de boter per fect". kondigde onze tafelheer aan. En vist u, dat pasteurisatïe ons in staat stelt een sinaasappel, die in 1953 nog een kleureffect aan een Californische boom had veroor zaakt, vandaag met schimmel-loze schil ter tafel te brengen?" De boter was welensehauoelijk zonder vrees of blaam. Maar bij het eerste contact flitste ons verhemel te het opschrift „ranzig" naar onze hersenen. Het werd moeilijk de boer-met-kiespijn trek om onze mond de plooi van een lach te ge ven. Buurman merkte het. ..Deze boter is meer dan gepasteuriseerd. Zij is gesteriliseerd of-te-wel langdurig bes^aalt. Alle bacteriën zijn dood", zei hij. Wij begrepen toen, dat er voor de culinaire toekomst door ons verhe melte een offer moet worden ge bracht. Is dat nu zo'n ramp tegen over de zekerheid bacterieloze, doch met vitaminen volgepropte doperw ten, gesteriliseerde melk en van el ke potentiële smet bevrijde groen- tensoep voorgezet te krijgen? „Dit is de toekomst", zei onze ta felheer, vol enthousiasme. Dit maak te ons wat stil. Want wij houden van rood vlees, dat niet smaakt als door een gehaktmolen gehaalde boombast of aan een electrisch spit gebraden bordpapier Wij hebben de schimmelloze si naasappelschil bewonderd, maar verder niet aangetast. Afzakkertje met bacillen. Een mede-proefkonijn slaakte een verzuchting over een afzakkertje,' desnoods vol met bacillen en bacte riën. Maar bij wijze van afsluiting van het experiment kwam de witte met de geiger-teller weer op de- proppen, en leverde ons het wette lijk en overtuigend bewijs, dat wij ondanks de genasteuriseerde bal ge hakt en de gesteriliseerde boter niet radio-actief waren. „De smaak", er kende mijn tafelheer, „is inderdaad nog niet in ieder opzicht perfect (wij wierpen hem een blik vol af grijzen toe) maar dat probleem krijgen wij nog wel onder de knie". „Gesteriliseerde knie", corrigeer den wij. Bij het vertrek kregen wij nog een pakket vakliteratuur mee. Ordelijk als wy zijn, hebben wij het in ae eerste straatprullemand laten val len. Vooral tóen een actueel wonder van onze hedendaagse maatschap pij aan ons voorbij trok een mo biele bakkerij. De vrachtwagen ver laat zijn garage, des ochtends vroeg vol met deeg. Terwijl de chauffeur de rondgang begint, zorgt de bak ker, achter in de auto. er voor, dat broden en broodjes ovenklaar zijn. Tinkelend met bellen, als een ijs- karretje. trekt de „Travel-Bake" door de stad. Huismoeders komen aangerend en drukken hun neuzen tegen de glazen wand van de gepar keerde auto om de bakker te zien. Wij observeerden (het was 4,30 uur in de namiddag) dat een van 's bakkers nagels niet meer hagel wit was. Wat ons deed denken aan bacteriën en bombardementen en vers brood van zes weken geleden. Wij vroegen de baas van het be- Oost-Duitsland wèl Hulp uit V.S. aanvaard Oost-Duitsland heeft het Ameri kaanse aanbod aanvaard tot beschik baarstelling van voedsel voor de slachtoffers van de jongste overstro mingen. Dit is gisteren meegedeeld door een woordvoerder van de Ame rikaanse hoge commissie in Bonn. Het Witte Huis heeft medegedeeld, dat president Eisenhower verheugd is over deze aanvaarding. Een woordvoerder deelde mede, dat functionarissen van de liga van Ro de Kruisverenigingen zich in verbin ding stellen met Oostduitse vertegen woordigers om regelingen te treffen voor de voedselverzending. Eisenhower heeft ook Hongarije en Tsjecho-Slowakije levensmiddelen aangeboden. Van deze landen is tot dusver nog geen antwoord ontvan gen. Frans debat over E.V.G. op 24 Aug. De Franse nationale vergadering heeft besloten met het debat over het Europese leger op 24 Augustus te beginnen. „ALLEEN MAAR EEN DROOM" Vreem gedrag in rechtszaal „Ik heb het gehele geval gedroomd. Ik kan onmogelijk de eed afleggen". Dit zeide gisteren tot grote verwondering van de leden der strafkamer van de Amsterdamse rechtbank, van de officier van justitie en van de raads man, de kroon-getuige in een strafzaak ten aanzien van zijn voor verdach te zeer bezwarende verklaring, die hij onder ede had afgelegd voor de rech- ter-commissaris. „U begrypt, dat de rechtbank dit niet neemt", zo zei de president mr. A. de Ridder van der Does de Bye, „of U zult de eed moeten afleggen, of U zult onmiddellijk worden gegijzeld". „Ik kan geen eed afleggen, want ik heb het gehele geval gedroomd", zo hield de getuige, de ongeveer 55-ja- rige bloemenhandelaar J. F. van de K. uit Amsterdam vol. Op verzoek van de verdediger van verdachte, mr. F. O. J. Sickinghe, werd de zaak eni. ge ogenblikken geschorst, opdat de advocaat zich over de zaak kon bera den. De 52-jarige werkster E. M. L. uit Amsterdam stond terecht, omdat Stemmen uit de Kerken. (Slot van i g. 3) Maar wanneer wij U vandaag mee nemen naar Hydepark, (waarvan ook reeds verscheidene Zeeuwen hebben gebruik gemaakt) is het niet zo zeer om al die kamperende vacantie- gangers te doen, maar om een stel mensen, een kleine veertig, vrouwen en mannen, die op dit terrein druk aan het werk zijn. ïn deze groep kende mensen hoort ge geen Ne lands, maar Engels en Duits. Ze zijn Neder- Ze zijn bezig om middenop dit terrein een openlucht-theater te bouwen. Dat zijn de mensen van het internationa le werkkamp, dat op De Horst is ge legerd en hier zijn werkgelegenheid drijf naar de hygiëne en de volks gezondheid. Hij haalde zijn schou ders op, gaf een wélsprekend hand gebaar dat duidelijk impliceerde: „wij bakken alleen hygiënisch" en zei toen: „mijn klanten kunnen zich overtuigen, dat het vers spul is, dat wij bakken. Ik verkoop meer brood in deze ene auto dan in elk van mi,jn zes zaken". Wij hebben toen maar het risico van een niet radio-actief-gebombar- deerd broodje genomen. Wat smaakte dat na het gehakt, de melk, de boter en de aanblik van de schimmelloze schil. Wii gaan vermoedelijk niet met onze tijd mee. De fraaie hoogaars „Arnemuiden 4" op deze foto is vervaardigd door de heer C. J. Bliek, een 40-jarige Arnemuidse scheepstimmerman, die niet alleen overdag aan „grote" schepen werkt, maar ook 's avonds nog zijn grootste liefhebberij vindt in het bouwen van scheepjes op ver kleinde schaal. Dit op zichzelf is reeds een fraaie prestatie, maar er zijn in Zeeland wel meer scheepsmodelbouwers. Het bijzondere van dit vaartuigje is, dat het aangekocht is door het bekende Rijksmuseum voor Volkenkunde „Het Openlucht-museum" in Arnhem, waar het gevoegd zal worden bij de collectie andere vissersschepen, die men daar reeds bezit. De „Arnemuiden 4" meet van boeg tot achtersteven één meter, de romp is van eikenhout, de bodem van ie penhout, de masten en het dek van grenenhout; de schaal is 1 op 10. De bouwer heeft er 400 werkuren aan Vertegenwoordigers van het Open luchtmuseum ontdekten het scheep je in een étalage van een Middelburg se zaak, Zij waren er onmiddellyk en thousiast over. De heer Bliek is reeds 26 jaar scheepstimmerman, maar eerst enke le jaren geleden begon hy met model bouwen. De „Arn. 4" is zijn derde. In de schuur achter zijn woning aan de Arnemuidse Langstraat groeit in middels het vierde reeds weer in de „bouwstoel"; de romp vordert al. Het bouwen gaat gepaard met het ge bruik van enkele eenvoudige hulp middelen, De heer Bliek heeft slechts enkele mallen; „de rest", zo zegt hij, „is zichtwerk, wat vaardigheid en een beetje „uitdokteren". vindt. In de weken die dit kamp zal duren, moet het openlucht-theater klaar zyn. Die internationale kerkelijke werk kampen zijn ook al een verschijning van na de oorlog. Ze gaan uit van de Wereldraad der Kerken. Toen in 1945 in zoveel landen de boel volko men kapot lag, is er, in landen die niet of weinig door de oorlog geleden hadden, bij mannen en vrouwen, bij ouderen en jongeren, de begeerte op. gekomen om in deze nood enigszins te helpen en nu eens niet met een gift in geld, klein of groot, maar door zelf dc handen uit de mouwen te ste ken en practische arbeid te verrich ten voor het opbouwwerk en om daar aan zijn vacantie te besteden. Het is een prachtige gedachte geweest. Door de Wereldraad der Kerken is toen leiding gegeven aan dit verlangen en zo zijn de internationale werkkam pen ontstaan, waar praetisch ge werkt wordt aan een bepaald doel, dat wel niet direct kerkelijk behoeft te zyn, maar toch in ieder geval zij delings met het kerkewerk in ver binding staat. Zo is er nu al enige jaren gewerkt aan de opbouw van Agapè, het centrum van de Walden zen in de Italiaanse Alpen. Het is bedoeld als een confe. rentieoord en recreatiecentrum voor zomer en winter. Zo zijn werk kampen ingezet voor de vluch telingen uit de Oost-zóne van Duits land. Zo zijn er kampen in België en Frankrijk georganiseerd. En zo is er nu ook al enige jaren een werkkamp dat zijn arbeid vindt op Hydepark. Het is hier het omgekeerde van de torenbouw van Babel. Daar gingen de mensen die bezig waren met een enorm werkobject, uit elkaar, om dat 7.\\ eikaars taal niet meer ver stonden. Hier komen mensen bijeen van allerlei tong. Zy zoeken te samen een werkobject, juist om elkaar weer beter te leren verstaan. Dat werken is wel een belangrijk element in deze kampen en een behoorlijk aantal uren wordt daaraan besteed, maar men maakt er toch geen volledige werkdag van, al moet het werkobject dan ook klaar komen. Het belang, rijkste element van deze kampen is dat men elkaar leert verstaan en be grip voor eikaars gedachten krygt. Behalve dat de avond vrij is, wordt een gedeelte van de tijd bewaard voor lezingen en besprekingen, terwijl bovendien gezamenlijk enkele excur sies worden gemaakt. Zo zijn daar dan op De Horst bij een een aantal mannen en vrouwen, boven de twintig (deze leeftijd is als benedenste grens gesteld) uit België en Zwitserland, en O.- en W. Duits land, uit Engeland en Amerika. Zelfs is er een Portugees bij en een neger ergens uit Afrika. Er zyn kampen ge- Wie hem bezig ziet, krijgt de in druk, dat het bouwen van zulk een model kinderspel is. „De eerste keer was het erg moeilijk", zegt de scheepstimmerman, „daarna oen, toen ging het vanzelfMaar intussen is hij er niet weinig trots op, dat één van zijn scheppingen straks in het Arnhemse Openluchtmuseum zal prijken! (Foto P.Z.C.). haar ten laste was gelegd diefstal van f 350.eigendom van een buf fetjuffrouw, in een der vele café's aan de Nieuwendyk. Het geld was verdwenen uit een lade van een lin nenkast en alleen de werkster was in de kamer geweest. De kroongetuige Van de K. had voor de rechter-commissaris ver klaard, dat verdachte, waarmee hy feruime tijd samenwoonde, hem een edrag van ruim f 200.had laten zien, met de mededeling dat zij dit ergens in Amsterdam had gevonden en dat het afkomstig was van een Duitser, die inmiddels was vertrok ken. Gistermiddag zei hij, dit gedroomd te hebben. Toen verdachte na veel gepraat ein delijk had toegestemd in net niet ho ren van de kroongetuige, vroeg de officier van justitie mr. W. K. Baron Van Dedem drie maanden met aftrek van de preventieve hechtenis, die vrij wel gelijk is aan drie maanden. De verdediger achtte het bewijs in het geheel niet geleverd. Wegens de zwakke getuigenverklaringen, die hij stuk voor stuk ontzenuwde. Uit spraak 20 Augustus. Werkgeversbijdragen in bouw- en spaarfondsen Op vragen van het Tweede Kamer lid de heer De Kort of werkgeversbij dragen in bouw- en spaarfondsen als belasting- en premieplichtig loon zijn te beschouwen, hebben de staatsse cretarissen van sociale zaken en van financiën geantwoord, dat naar hun oordeel werkgevers-bijdragen in bouw- en spaarfondsen, waarin arbei ders rechtens aanspraak hebben, te beschouwen zijn als belastingplichtig en premieplichtig loon. Niettemin vragen zij zich af of het wenselijk is om stortingen als de on derhavige voor de berekening van de premie voor de sociale verzekerings wetten wel, doch voor de vaststelling van de uitkeringen niet als loon te beschouwen, en of niet aldus een op lossing zou kunnen worden gevonden, dat ook bij bepaalde uitkeringen met deze stortingen rekening wordt ge houden. doch het deel van de uitke ring, dat correspondeert met deze stortingen, ten bate van het fonds wordt gebracht. Dit vraagstuk zal om advies aan de sociale verzekeringsraad worden voorgelegd. Brits verzoek aan India Engeland heeft India verzocht geen geweld fce gebruiken of maatregelen te nemen, die tot geweld leiden by de oplossing van het geschil met Portu gal over Goa, weest waar de bevolking uit een nog groter aantal landen was samen ge steld. De practiik heeft uitgewezen dat het mee maken van zulk een kamp een grote geestelijke verrij king betekent. Dat kan ook haast niet anders. Maar nu moeten we nog even te rug komen op het recreatie-centrum Hydepark. Wanneer er dit jaar een openlucht-theater wordt gebouwd, wijst dit in een bepaalde richting. Daarmee is men natuurlyk van plan iets te doen. Wanneer de Hervormde Kerk zich begeeft op het terrein van de recreatie, is het vanzelfsprekend dat zij dit doet als Kerk en dat zy zal trachten daar geestelijk vormend te werken. Hiervoor zyn enkele wika's ingeschakeld. Voor zover my bekend, is er van uit Zeeland tot nu toe weinig be langstelling voor deze internationale werkkampen geweest. Dat is jam mer. Het seizoen voor dit jaar is wel voorbij, maar men zegt wel eens dat er direct na een vacantie al weer plannen worden gemaakt voor een volgende. Het zou toch wel eens goed zyn om de mogelijkheid te overwe_ gen of die volgende niet kan worden besteed aan een internationaal ker kelijk werkkamp. H. FcUILLCIUN De laatste weken was Shirley Peg gy's uitverkorene, als het er oo aan kwam, iets te „lenen" en tot Shirley, veeleer dan tot Jill, wendden zich de tweelingen als ze samen eens uit, b.v. naar de bioscoop wilden of wat later opblijven. Dikwijls als Jill hun iets weigerde, antwoordden ze op een toon, die Jill buiten zichzelf kon brengen: „Shirley heeft het goed gevonden" zo dat de oudere zuster er woedend maar machteloos tegenover stond. Intussen gebood de eerlijkheid haar te erkennen, dat Shirley ook vele be wonderenswaardige eigenschappen bezat. Jill had haar nog nooit in een minder prettige bui gezien en wat het huis aan netheid had ingeboet, had het aan opgewekte sfeer ruimschoots gewonnen. Ook was er geen twijfel aan, dat zij haar echtgenoot hartelijk liefhad en oprechte genegenheid koes terde voor haar nieuwe familie, de oudste stiefdochter dan wellicht uit gezonderd! Van haar kant verheugde Jill zich zeer, dat 't huwelijk zo goed geslaagd was en haar vader zo gelukkig scheen, al verbaasde ze zich dikwijls over zyn gedrag. Zo bijvoorbeeld toen ze by haar thuiskomst op een mooie Mei avond hem met Shirley zag tennissen tegen Peggy en Jack Morgan. Ze wist maar al te goed, dat hy sinds het over lijden van haar moeder nooit meer zyn tenniskleren had gedragen en veron derstelde, dat Shirley en Peggy ze uit het bergkamertje op zolder hadden gehaald, waar zij, Jill ze had opgebor gen toen het huis geheel onder handen werd genomen. Zodra hij zijn oudste dochter zag, drong hij er op aa.i, dat ze zich zou verkleden en dan zyn plaats innemen. „Ik geloof, dat ik buiten adem ben", klaagde hij al hygend. „We hebben nog maar kort gespeeld en ik puf als een locomotief". „Hij doet het nog heel goed, niet waar Shirley?" lachte Peggy, waarop Shirley grinnikend antwoordde, dat hij het nog Beter zou doen als hy wat van zijn overbodige vet was kwijtgeraakt. Welke opmerking meneer Lockwood aanleiding gaf, schertsend een uitval met zijn racket te doen, precies alsof hy niet vijf en veertig, maar Vijf en twintig was. Jill deelde in het algemene gelach, maar soms kwam het haar toch voor, dat haar vader zyn verjongingskuur tioor BARBARA STANTON overdreef. En terwijl ze het spel stond gade te slaan, herinnerde ze zich, hoe hij de vorige zomer aanmerking had gemaakt op Peggy's temuscostuum. Terwijl hij nu dat van Shirley... „Maai- ja", dacht ze in haar streven naar objectiviteit, als het huwelijk je zo jong kon maken, was er van zyn standpunt veel voor te zeggen". Jill was hevig teleurgesteld toen me neer Margrave haar circa half Juni mededeelde, dat de volgende Maandag zijn gewone secretaresse zou terug keren en hy dus haar tijdelijke plaats vervangster niet langer nodig had... Hij zei het in de meest hoffelijke vorm, maar Jill vermoedde, dat aan zijn bijna niet geloven toen ze het bedrag van de cheque zag, die ze met alle ge weld van hem moest aannemen en een blos kleurde haar wangen, terwijl ze het hoogst-loffelyke getuigschrift tik te, dat Bij haar dicteerde. Dit docu ment was zo geestdriftig gesteld, dat JiU meende te moeten protesteren. „Ik vind het verbazend aardig van u, meneer Margreve, maar legt u het er niet een beetje te dik op?" „Onzin kindlief, je hebt er volko men recht op. Voor iedereen zul je als secretaresse onschatbaar zyn. Ik wil je wel vertellen, dat als het iemand anders was geweest dan Beryl Otter- ly, die je zo prachtig en keurig hebt vervangen, ik je gevraagd zou hebben om te blijven. Maar Beryl's vader was een van mijn beste vrienden. Boven dien heeft ze meer dan vijf jaar voor me gewerkt, dus je begrijpt, niet waar?" „Volkomen, meneer Margreve". voor ze definitief afscheid namen, nodigde mevrouw Margreve haar har telijk uit, nog eens aan te komen en beloofde Jill's tijdelijke „baas", dat hij haar twee met zijn handtekening voorziene exemplaren van het boek, waaraan ze de laatste weken had ge werkt, zou sturen. Eén voor haar zelf en één voor Peggy, die eens haar zus ter was komen afhalen, omdat, naar ze ruiterlijk erkend had, ze graag een bekend schrijver in persoon zou willen ontmoeten. Toen Jill die prachtige Juni-avond thuiskwam, was ze enigszins onder de indruk en haar stemming werd er niet beter op bij de ontdekking, dat alle an deren uit waren. „Waar zijn de jongens?" vroeg ze Sarah. „Mevrouw Lockwood zei, dat ze naar de bioscoop mochten, juffrouw", ant woordde de blijkbaar ook niet erg foedgemutste Sarah, op wier gezicht uidelyk afkeuring te lezen stond... Jill wist, dat haar vader dineerde met een zakenvriend, terwijl Peggy een tenniswedstrijd bijwoonde. „Komt mevrouw Lockwood misschien gauw thuis?" vroeg Jill verder, terwijl ze eigenlijk niet goed wist, wat in de gegeven omstandigheden vervelender zou zijneen eenzame maaltijd of een koel-beleefd gesprek met Shirley. „Ze heeft er niets van gezegd, juf frouw", gaf Sarah koeltjes te kennen, „en heeft de keukenmeid ook geen in structies gegeven. Zoiets maakt het werk er niet gemakkelijker op en de keukenmeid zegt..." Jill was echter niet m de stemming om naar de grieven en grief jes van de dienstboden te luisteren. ,,'t Doet er niet toe, Sarah", zei ze kortaf. „We hebben nog koua lams vlees en sla en nemen er dan gestoof de vruchten by". Als bij uitzondering was Shirley tij dig thuis en toen ze beiden aan hun eenvoydig maal zaten, scheen ze in een ongewoon verzoenend humeur... Jill moest by zichzelf toegeven, dat haar jeugdige stiefmoeder er in haar eenvoudig blauw japonnetje jong en knap uitzag. „Ik hoop, dat je het goed vindt, dat de jongens naar de bios zijn", merkte Shirley op. „Er is een nieuwe Tarzan- film en ik weet, hoe ze daarnaar ver langd hebben. Aan het ontbijt hebben ze helemaal vergeten, jouw permissie te vragen". „O, ja", dacht Jill verontwaardigd, daar ze heel best begreep dat de twèe- lingen met opzet vergeten hadden, haar zo'n verzoek te doen, maar hard op zei ze slechts: „O, dat is goed; ik hoop alleen, dat ze niet te laat thuis komen". Waarna het gesprek dermate verflauwde, dat de stilzwijgendheid, waarmee Sarah de sla binnenbracht, wel moest worden opgemerkt. „Wat scheelt haar?" vroeg Jill, toen het m-'sje weggegaan. „O, grote revolutie beneden", ant woordde Shirley gedwongen lachend. „Ik ben bang ,dat je het -iet prettig zult vinden, maar de keukenmeid heeft de dienst opgezegd. „Lieve help! En waarom in vredes naam?" „Och het broeit al minstens een week. Toen ik haar vanmorgen een aanmerking maakte, was ze buiten gewoon onbeleefd en gaf min of meer te verstaan, dat het haar gewoonte niet was, bevelen van onbevoegden als mijn persoon aan te nemen: ja, dat sinds ik het beheer van jou had overgenomen alles hier in huls van kwaad tot erger was gegaan. Nu, dat mag waar zyn, maar het stond zeker niet aan haar om dé,t te zeggen. Je kunt je voorstellen, dat ik kookte, maar ik wist me kalm te houden. Ik zei, dat het me speet, dat ze niet over myn beheer tevreden was, maar dat, nu we toch over dit onderwerp spra ken, ik ook wel het een en ander over haar werk zou willen opmerken". „En wat dan?" vroeg ze zo onbe schaamd, dat ik haar de volle laag gaf. Eerst was ze te onthutst om ook maar iets te zeggen, maar ten slotte bracht ze er hevig opgewonden uit: „Nu mevrouw, als mijn diensten u niet schijnen te bevallen, is 't misschien het beste, dat ik u de dienst opzeg". Ik zei haar, dat het me aangenaam zou zijn... en dat is alles". (wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1954 | | pagina 8