Russische sfinx kreeg een
ander aangezicht
De kerken in het jaar 1953
De H.-bom als een boemerang
De Europese eenwording is iactor
van grootste betekenis
DONDERDAG 31 DECEMBER 1953
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
19
HET JAAR VAN STALIN'S DOOD
Het huwelijk van prinses Josephine
Charlotte van België met Prins Jean
van Luxemburg verwekte grote
vreugde in de beide landen.
vredesneigingen aan de dag legde,
evenwel met de bedoeling zijn greep
op het land (eventueel) te versterken,
hetgeen de nationalisten, die Bao Dai
als een figuur beschouwen, die bij de
gratie van Frankrijk regeert, stimu
leerde in hun streven naar volledige
onafhankelijkheid Een gang van za
ken, die de Amerikanen in venvar-
ring bracht, omdat ze de voorkeur ge
ven aan een militaire oplossing boven
een vredesregeling, die het gevaar
van communistische infiltratie in
Zuid-Azië, ook verder dan Indo-Chi-
na, met zich brengt.
Wereld in beweging
Wanneer we aan dit ^verzicht in
vogelvlucht dan nog kort toe
voegen, dat in Kenia de strijd
met de Mau Mau nog voortduurt, dat
in Marokko sensatie werd gewekt
door de afzetting van sultan Sidi Moh.
ben Youssef (20 Aug.), dat in Perzië
het bewind van de befaamde Mossa-
deq ten val werd gebracht, dat Enge
land in Brits Guyana en Boeganda
rigoureus moest ingrijpen, dat Joego
slavië meer aansluiting bij het Wes
ten zocht, de affaire Triest in rusti
ger banen kwam en dat in Egypte de
onderhandelingen over de Kanaal-
zóne nog slepende bleven, dan hebben
we tegelijk nog enkele uit de vele
pimten aangegeven, die aantonen, hoe
de hele wereld in beweging is. Ze
zoekt overal naar nieuwe vormen en
het zal nog geruime tijd duren voor
dat een betrekkelijke stabiliteit is be
reikt.
Het beste wat we van 1954 kun
nen hopen, is dat de lichte ont
spanning, die ontegenzeggelijk in
het afgelopen jaar kon worden
waargenomen al bleef de koude
oorlog dan ook voortduren - de
voorwaarden zal scheppen om te
komen tot het wegnemen van en
kele der hinderlijkste >truikelb!ok-
ken, die de geeesten voortdurend
op zo vermoeiende wijze hebben
beziggehouden.
Terwijl we daaraan de wens kunnen
toevoegen, dat de Westelijke wereld
bewaard za! blijven voor een econo
mische inzinking, die door enkele ex
perts is voorspeld en door de Sowjet-
Unie met verlangen wordt tegémoet
gezien.
byteriale Hervormde Gemeenten. Zo
doende zal bij een volgende volkstel
ling do lijst van kerkgenootschappen
in ons land, weer al langer zijn.
Geref. kerken
In de Ger. Kerken is het in 1953
betrekkelijk rustig geweest. Wel zijn
hier verschillende gedachten naar
voren gekomen over het vrouwen
kiesrecht en het diaconaat. Tot nu
toe heeft men hier niet willen weten
van overheidshulp wanneer leden van
de Kerk zich zelf niet meer konden
helpen. Het aantal stemmen om deze
houding te wijzigen, wordt groter.
In de Ger. Kerken volgens art. 31
D.K., heeft men het verlies moeten
betreuren van twee der leidende fi
guren, Prof. Schilder en Prof. Hol-
werda.
De Lutherse Kerk is gaan varen
op het kompas van haar nieuwe
kerkorde.
In de R.K. Kerk heeft men het feit
gevierd dat 100 jaar geleden de bis
schoppelijke hiërarchie werd her
steld. Op allerlei wijze is er op gewe
zen welk een activiteit er sindsdien
door deze Kerk ontpiooid is en hoe
zeer haar invloed op het volksleven
gestegen is,
Wanneer wij tot slot. denken aan
de Ned. Herv. Kerk, komt uit dit
jaar als belangrijk" feit naar voren,
dat de Gen. Synode een nieuwe rege
ling voor de predikantstractementen
en -pensioenen heeft aanvaard. Met
1 Januari 1954 za! deze in werking
treden. Te voorzien is echter dat de
ze noodzakelijke regeling, omdat de
tractementen niet op peil waren, ge
zien de stijging van het levensonder
houd en de pensioenen ontoereikend,
menige gemeente in moeilijkheden
zal brengen, omdat hieruit grotere
lasten voortvloeien.
H.
Twee feiten springen aan het eind van dit jaar 'onmiddellijk naar
voren uit de herinnering: de dood van Ruslands barse dictator (5
Maart) en de ontploffing van de eerste Russische waterstofbom
(omstreeks 13 Aug.) We weten niet welke van de twee gebeurte
nissen van méér invloed is op de internationale politiek. De eerste liet
een vraag open, de tweede was harde, concrete werkelijkheid, veront
rustend van aard, omdat ze de compensatie van de voorsprong op
atoomgebied, die de Westelijke wereld had tegenover de achterstand
in conventionele bewapening en strijdmacht, goeddeels ophief. In Ame
rika vooral, waar men zijn hele internationale houding en politiek had
gegrond op het bewustzijn der „atoom-superioriteit", gaf dit een zware,
geestelijke schok, die stellig verder zal doorwerken, ook op de interna-
tionaal-politieke gedragslijn.
Ongetwijfelddit zwaarste massa-vernietigingswapen, dat we tot
dusverre kennen, werkt voor ieder als een boomerang. Men heeft als
lichtpunt in de demonische ontwikkeling der moderne bewapenings
techniek wel gezien de mogelijkheid, dat ze zich door haar eigen ver
nietigend geweld uitschakelt. Maar voor het ogenblik staat de Weste
lijke, en in het bijzonder de Amerikaanse, wereld voor het feit, dat een
voorsprong, die ze meende als troef achter de hand te hebben, waar
deloos werd door een slag van de tegenpartij. Eisenhowers opzienba
rende rede voqr de Verenigde Naties, daags na beëindiging van de Ber
muda-conferentie, waarin hij de suggestie uitte een soort internatio
naal bureau voor atoomenergie en het vreedzaam gebruik van splits
baar-materiaal te stichten, zowel als zijn waarschuwing daarna aan de
Amerikaanse steden was het eerste teken van de bezinning op het
allesbeheersende probleem van een superioriteit, die haar zin verloren
heeft.
Europa zoekt zijn vorm
Betekent dit dat Amerika en de
Westelijke wereld hun onderhan
delingspositie practisch hebben
verloren in het jaar 1953? Zeker niet,
maar wèl betekent het. dat ze op een
andere wijze zullen moeten onderhan
delen. Hierbij wordt een zware wis
sel getrokken op het tactisch diplo
matiek beleid van de Westelijke we
reld, waarbij het er in de eerste plaats
op aankomt een gesloten eenheid te
bereiken en te behouden en van die
positie uit de Sowjet-wereld te bena
der-en, die óók haar eigen problemen
heeft. Het ligt voor de hand, dat in
een conglomeratie van democratische
volken een strakke figuur moeilijker
bereikbaar is dan in de geforceerde
eenheid der Sowj et-sfeer. In de ene
ligt zwakheid en sterkte besloten, in
de andere sterkte en zwakheid.
Hoezeer de Sowjet-Unie de sterkte
der democratische verbondenheid
kent en vreest bewijzen haar pogin
gen, vooral in de tweede helft van dit
jaar, om haar zwakke punten uit te
buiten en op haar innerlijke verdeeld
heid te speculeren. Zij kan daarbij
vrijelijk de Westelijke wereld berei
ken, terwijl haar eigen wereld prac
tisch voor het Westen gesloten blijft.
Haar hoop is vooral gevestigd op
het besluiteloze Frankrijk, dat in de
eerste plaats geen bruikbare rege
ring meer kan vormen en zelfs zijn
presidentsverkiezing maakte tot een
demonstratie van politieke na-ijver en
verdeeldheid, en in de tweede plaats
terugschrikt voor zijn eigen concep
tie: een Europa met een nieuwe
vormgeving, waarin Duitsland zijn
gelijkberechtigde plaats heeft en
waarin historische tegenstellingen
geen overwegende rol meer spelen.
Zo er in het langzame denk- en ge
voelsproces van West-Europa iets de
laatste tijd is duidelijk geworden, dan
is het wel dit: dat de eenwording van
Europa niet in de eerste plaats een
noodzaak is voor de afweer van een
dreiging van buiten, maar van ver-
val van binnen uit.
De wereld rondom West-Euro
pa is krachtig geëvolueerd, maar
West-Europa zelf is daarin gees
telijk niet meegegaan. Het hecht
zich krampachtig vast aan zijn
oude voorstellingen en denkwijzen,
al zijn er velen, in wier bewustzijn
de noodzaak van een nieuwe orde
ning stedes levendiger wordt. Het
oude, van zijn mondiale gezag
beroofde, West-Europa kan zich
tussen twee nieuwe werelden in
nog een positie veroveren en een
taak voor de wereldvrede wel
licht een beslissende taak ver
vullen, zo het de kracht opbrengt
tot een geïntegreerde politieke en
economische ontwikkeling, die in
overeenstemming is met de tijd.
Deze evolutie draagt alle kenmer
ken van een geestelijke worsteling,
waarin we waren er bijna dage
lijks getuige van dikwijls de kleine
elementen schenen te overheersen.
Ook de beperkte doelstellingen
ruimer bekeken behoort ook de E.D.
G. daartoe werd kwalitatief een
onevenredig gewicht toegekend, ty
pische symptomen van de geestelijke
verwarring, waarin voor West-Euro
pa het jaar eindigde. Dat de Ameri
kaanse minister van buitenlandse za
ken, Foster Dulles, juist in het geval
van de E.D.G. met zwaar geschut
ging werken, is begrijpelijk, omdat
het hier het practische werk in het
heden betreft, waarin de Amerikaan
se bijdrage en de gevoelens van het
Congres een rol spelen, maar voor
het overige kwam bijvoorbeeld bij de
behandeling van buitenlandse zaken
in onze Tweede Kamer de integratie
als West-Europees probleem in zijn
geheel veel meer tot haar recht.
Toch is de Europese Defensiege
meenschap en in het algemeen
de Europese eenwording ook als
factor op lange termijn van de groot
ste betekenis, omdat de figuur der
Nato er in belangrijke mate door be
paald zal worden. Men weet nog niet
wat Amerika ziet als alternatief voor
de E.D.G., als die er niet mocht ko
men, maar in eljc geval zal de „her
oriëntering' van de Amerikaanse bui
tenlandse politiek ook de Nato-stra-
tegie in zeer belangrijke mate beïn
vloeden. We moeten er maai- niet aan
denken wat de gevreesde „periferie"-
strategie in het geval van een oorlog
voor West-Europa zou betekenen,
wanneer ons Westelijke werelddeel
van Engeland, Spanje, Noord-Afrika,
Griekenland en Turkije uit zou moe
ten worden ,sbevrijd". We zouden,
naar het voorkomt, niet veel aan die
bevrijding meer hebben.
Intussen kan men zich ook niet
goed voorstellen, dat de Verenigde
Staten zonder meer de productiecapa
citeit van West-Europa en zijn be
langrijke stategïsche stellingen te
genover Amerika en Engeland aan
de Sowjet-Unie zouden overlaten. We
zullen moeten afwachten welke op
lossing in 1954 wordt nagestreefd
van het Europese probleem, dat
wat isolationistische kringen in Ame
rika, die daar sedert de overname van
de regering in het begin van dit jaar
door Eisenhower en de republikeinse
partij (sinds het optreden van Mc
Carthy c.s. dekken ze elkaar niet ge
heel meer) weer meer invloed kregen,
ook mogen denken en zeggen ook
een Amerikaans probleem is en blijft.
Trumans „doctrine" is meer dan ooit
van een politiek uitgangspunt een on
vermijdbare noodzakelijkheid gewor
den die misschien nuances in de be
nadering, maar geen ontkenning toe
laat.
Dit laatste zal trouwens ook wel
tot uiting komen in de houding van
Amerika op de komende conferentie
van Berlijn, al zal men wel een beetje
op de vlakte blijven zolang de inpas
sing van Duitsland die de Sowjet-
Unie ten koste van alles wil voorko
men in de West-Europese verde
diging niet vaststaat. Toch moet zelfs
een min of meer oppervlakkige en
„vrijblijvende" bespreking tus-sen de
Grote Vier, vooral in het licht van
wat in de aanvang werd vezegd, van
grote betekenis geacht worden. Wat
Churchill in zijn beroemde rede van
11 Mei suggereerde informeel con
tact op het „hoogste niveau" wat zijn
licht- en zijn schaduwzijden heeft
maar sindsdien opzij werd geschoven,
moet nu op het tweede plan gepoogd
worden: te weten te komen in hoe
verre de „nieuwe" Sowjet-Unie be
reid is tot een, desnoods tijdelijke,
stabilisatie van de posities te komen.
Ook de besprekingen over Eisenho
wers voorstel inzake de atoom-ener
gie kunnen wellicht verhelderend
werken.
Wat wil Rusland?
Is er een nieuwe Sowjet-Unie en is
er van de nieuwe heersers van
het driemanschap Malenkov-Mo-
lotov-Beria is de laatste intussen al
weer afgevallen een nieuwe poli
tiek te verwachten? Sommigen zeg-
fen ronduit: neen. Er is een andere
ezetting, maar het spel blijft gelijk.
Anderen zijn daar niet zo zeker van.
Zeker, uiteindelijk blijven de Sowjet-
machthebbers krachtens hun dogma
naar wereldheerschappij streven
ze geloven zelfs dat de kapitalistische
maatschappij zich zelf door een na
tuurlijke inwendige verwording bin
nen de communistsche wereldsfeer
zal trekken maar ze zien dat op-
lange termijn. Dit behoeft ook niet
noodzakelijk door een open conflict
met de rest van de mensheid verhaast
te worden en inmiddels heeft de com
munistische maatschappij zo haar
eigen moeilijkheden. Die zijn in 1953
wel degelijk naar de oppervlakte ge
komen. Op de Russische bevolking,
en in het bijzonder op de boeren, is
een te zware wissel getrokken bij de
militaire voorbereiding en de daarbij
aan de zware Industrie gegeven voor
keur. Stalin kon dat doen door de
kracht van zijn overwegend gezag.
Zijn opvolgers begonnen met minder
overwicht en streefden er niet >lleen
naar de bevolking te doordringen van
het besef ener „collectieve" leiding,
maar zochten ook naar volksgunst.
Dit behoeft men niet met een cy
nisch oog te beschouwen en men zal
er zeker ook geen overdreven illusies
op moeten bouwen, wat aanvankelijk
nogal eens in het buitenland werd ge
daan. Het is volkomen begrijpelijk,
dat men te Moskou onder de omstan
digheden na Stalins dood aanvoelde,
dat op dat ogenblik de overspanning
gevaren inhield, die tgvoren ook aan
wezig waren, maar hun tegenwicht
vonden in de allesbeheersende figuur
van Stalin. Men trok er zijn conclu
sies uit, die intussen toch een ingrijr
pende wijziging inhielden. Men her
innert zich de concessies aan de boe
ren, de prijspolitiek, de toezegging
van beter en ruimer voorziening met
gebruiksgoederen. Kortom, men heeft
het Russische volk een beter leven be
loofd.
Geen haast
Dit moet zijn consequenties heb
ben op de buitenlandse politiek,
ook al zijn die niet direct zo dui
delijk merkbaar. Vooral dient men
daarbij ook niet te vergeten, dat
de Sowjet-Unie geen -eden heeft
haast tc maken, noch veel conces
sies te doen. Tegenover het ver
langen der leiding de inwendige
consolidatie veilig te stellen en
daarbij rekening te houden met
het vaststellen van baar buiten
landse politiek, staat de weten
schap der Russische militaire
sterkte. Zowel de ene factor als
de andere speelt een rol cn het is
nu maar aan de intelligentie der
Westelijke diplomatie overgelaten,
hoe ze lier het juiste midden zal
bepalen, zonder overdreven waar
de toe te kennen aan tijdelijke ver
schijnselen, zoals de gebeurtenis
sen in Oost-Duitsland op 17 Juni,
en aan dikwijls onbetrouwbare be
richten over spanningen in de sa-
tellietlanden.
In een artikel van een bekend Rus
sisch commentator over de buiten
landse politiek werd in de laatste
maand van dit jaar niet alleen nog
eens de bekende passage uit Malen-
kovs grote rede voor de Opperste
Sowj et (Augustus) aangehaald: „Wij
blijven onveranderlijk het standpunt
handhaven dat er op het tegenwoor
dige ogenblik geen punt van geschil
of nog niet geregelde kwestie is, die
niet op vredelievende wijze kan wor
den opgelost op basis van wederzijd
se overeenkomst tussen de betrokken
partijen", naar werd tevens betoogd,
dat de Sowjet-Unie bereid is te onder
handelen op de grondslag van „we
derzijdse voordelen", maar nooit op
die van een „dictaat". Elke keer als
Amerika van tevoren de voorwaarden
wil bepalen, zal dat afstuiten op af
wijzing door de Sowjet-Unie, naar
wanneer het Westen wil geven en ne
men, gelijk de Sowjet-Unie dat (des
noods) wil, kan men tot een compro
mis komen.
Hiertussen zal dus het Westen zijn
weg moeten vinden. De Russische
sfinx blijft een sfinx, maar heeft nu
een ander aangezicht Het karakter
van Oost en West is fundamenteel
verschillend. Ook de reacties zijn
nooit gelijk. Ieder zal op zijn eigen
manier de ander moeten begrijpen, en
er zal zelfs bij een compromis
wel altijd een stuk onbegrip blijven.
Vrede in Korea
Dat werd ook duidelijk bij de onder
handelingen in Korea, waar in
1953 (27 Juli) eindelijk na een
bloedige strijd, waarvan millioenen
militairen en burgers het slachtoffer
werden, een wapenstilstand werd ge
sloten, nadat tevoren reeds tot uit
wisseling van zieke en gewonde
krijgsgevangenen was overgegaan en
niet dan nadat de Noordelijken door
een der zwaarste aanvallen in de Ko
reaanse oorlog vlak voor het sluiten
van het bestand hadden aangetoond,
dat ze mensenlevens niet achten wan
neer het erom gaat een goede onder
handelingspositie in te némen. Bij de
kwestie der krijgsgevangenen en bij
de voorbereiding van de politieke con
ferentie over Korea ontstonden de be
kende moeilijkheden, waarbij de ge
allieerde onderhandelaars zo nu en
dan hun geduld, dat zwaar op de
proef werd gesteld, verloren. Op de
achtergrond stond hierbij overigens
de gehele Zuid-Azië-politiek, waarbij
het verschil van inzicht tussen de
Amerikanen en de Europese mogend
heden voortdurend op de voorgrond
trad. evenals trouwens in de Verenig
de Naties.
Aan het einde van het jaar is de
toestand hier nog niet opgehelderd
het probleem van Noord- en Zuid-
Korea ligt politiek trouwens net zo
moeilijk als dat van West- en Oost-
Duitsland terwijl ook nog geen de
finitieve houding is bepaald ten aan
zien van het opnemen m het interna
tionale overleg van de Chinese rege
ring te Peking, die stellig een be
langrijke factor in de wereldpolitiek
is geworden. Men herinnert zich. dat
de Sowjet-Unie tijdelijk haar eis van
een vijfmogendheden-conferentie liet
vallen, maar ze zal er stellig op te
rugkeren. Hoe men ook de positie van
Peking-China beziet, voorlopig be
hoort het tot de Sowjet-combinatie,
die zich beijvert overal de invloed van
de Westelijke wereld terug te dringen,
waar ze er kans toe ziet" en een ver
dere versterking van het Westen, het
zij in Azië, hetzij in Europa of Afrika,
te voorkomen.
Een interessante ontwikkeling was
die in Indo-China, waar Ho Tsji Minh
ER WERD VEEL ARBEID VERRICHT.
Ook het kerkelijk leven werd
gekenmerkt door watersnood
We horen wel eens de gedachte uitspreken dat er in de kerk niets veran
dert, terwyl er in het bonte leven van deze wereld zoveel verandert. In de
kerk blijft het altijd maar bij het oude. Zij is conservatief! Z\j gaat met haar
tijd niet mee en blijft onberoerd bij alles, wat er op deze aarde gebeurt.
Voor mensen die zo denken heeft een overzicht van hetgeen er in de ker
ken gebeurd is gedurende een heel jaar, weinig zin. Kleine veranderingen
zyn er natuurlijk. Er sterven ook mensen, die voor het kerkelyk leven van
grote betekenis zijn geweest. En dan zijn er die twisten over de leer, waar
om de kerk door de eeuwen heen berucht is geweest. Daarom leefde een
anderhalve eeuw geleden het verlangen dat er nu eens een kerk moest ko
men, waar dergelijke twisten onmogelijk waren. Maar ook toen ging het
niet goed. Toen kwamen er de kerksplitsingen.
Tegenover deze gedachten, dat de
kerk van af Adam tot op heden, al
tijd zich zelf gelijk gebleven is in
verstarring, is een andere gedachten-
fang mogelijk. Wanneer er heftige
eroeringen in de wereld zijn, heb
ben die altijd him weerslag in de
kerk. Als de wereld lijdt, lijdt de kerk
mee.
Wanneer we aan het einde van
1953 denken aan al hetgeen er in de
ze 364 dagen gebeurd is, zal dit jaar,
ook in de kerk, gekenmerkt worden
als het jaar van de watersnood. En
aangezien onze provincie daarvap
ruimschoots haar deel heeft gekre
gen, is ook het kerkelijke leven daar
door in sterke mate beïnvloed en op
dezelfde wijze gedesorganiseerd als
dat met de burgerlijke maatschappij
het geval was. Die stormramp heeft
elke kerkelijke gemeenschap, die er
mee te maken had, voor een aantal
problemen geplaatst, die zo maar
niet waren opgelost. Juist voordien
waren er enkele richtlijnen gekomen
hoe te handelen in geval een gemeen
te moest evacueren. Maar, wat kon
daar mee worden gedaan, toen de
ramp ons zo plotseling overviel en de
kerkelijke gemeenten uiteenspatten
naar alle hoeken van ons land. Er is
toen veel geïmproviseerd, soms met
meer, soms met minder succes. En
bij de terugkeer van een gemeente
wachtten er nieuwe problemen. Vele
werkers in kerkelijke arbeid we
denken hier niet alleen aan predikan
ten hebben zich tot het uiterste
gegeven. Aan het eind van dit jaar
is een woord van dankbaarheid wel
op z'n plaats.
Geref. gemeenten.
Wanneer we, in aansluiting hierbij,
iets willen noemen wat onze provin
cie direct geraakt heeft, dan denken
we aan de scheiding die er in de Ger.
Gemeenten heeft plaats gevonden.
Ingewijden hebben reeds langer ge
weten dat er in deze kerken span
ningen waren. Een teken daarvan
was ook een schrijven van een aan
tal jongeren aan de Gen. Synode van
deze gemeenten, waaruit o.a. bleek
dat zij niet meer geheel tevreden wa
ren over de prediking. Maar de niet-
ingewijden stonden ineens voor een
conflict. Zij zagen een kokende ketel
overlopen, toen Dr. Steenblok als
hoofddocent van de theologische
school van de Ger. Gemeenten, werd
ontslagen en later als predikant werd
geschorst en afgezet. Dr. Steenblok
bleek overal in het land, maar vooral
ook in Zeeland, uit welke provincie
hij afkomstig is, aanhangers te heb
ben. In een 37-tal gemeenten gin|
men geheel of gedeeltelijk met hen-
mee. Deze hebben een nieuw kerk
verband gevormd. Toen we eens
vroegen aan iemand die niet uit het
oude verband was getreden, waarom
het eigenlijk ging bij deze twist, kre
gen we ten antwoordJe weet dat bg
ons de deur van de hemel niet al te
ver open staat en nu vindt Dr. S. dat
dit nog te veel is. Dit antwoord is
toch wel tekenend voor deze broeder-
De Ger. Gemeenten zijn trouwens
de enige niet die last hebben gehad
van een kerkscheuring. We zijn ook
een groep van Chr.- Geref Gemeenten
rijker geworden in ons land. Deze be
staat uit een groep van 5 gemeenten
die uit de hr. Ger. Kerk zijn getreden.
Het eigenlijke conflict was er reeds
een vorig jaar.
Ds. Taverne, die predikant was bij
de Herv. Gemeente te Hoogeveen,
heeft een verband gesticht van Pres-