Ook op Schouwen-Duiveland
wordt het dit jaar Kerstfeest...
TOCH IS 'T
ZO!
Een BOEK van
WETSONTWERP RAMPSCHADE
WERD GOEDGEKEURD
DONDERDAG 24 DECEMBER 1953
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
8
OP DE DINSDAG VOOR KERST lag Schouwen onder een ondoordringbaar neveldek. In Zierikzee glom
men de straten van de neergeslagen mist* Zelfs de gevels dropen. In de etalages van de winkels brandde
het licht: om elf uur 's morgens. De stad maakte nog een mistroostige indruk. De mensen trokken hun jas
sen dichter om zich heen en huiverden.
En toch is Zierikzee nog een paradijs op Schouwen- Duiveiand. Alle zich nog steeds fel manifesterende
rampschade ten spijt. Zodra men de stad verlaten heeft, staat men midden in het verdronken land, in land
waar een zondvloed over heen is gegaan. Enkele wegen zijn weer goed berijdbaar, doch de meeste zijn
nog doorsijpeld. Overal langs die wegen staan verwoeste, ingestorte huizen, die tot lugubere schimmen
worden in de dichte mist. De hekken, die eens goede weiden hebben afgesloten, zijn met mosselen be
groeid, het land ligt bezaaid met stenen en dakpann en, de wegen zijn overdekt met gruis. In dit troostelo
ze landschap bewegen zich de mensen, onwerkelijk en schimmig.
Het is wel goed, dat men zich buiten Schouwen dit trieste beeld realiseert. Want nergens is de situatie
nog zo deprimerend als hier. In de Kruiningen-polder is men uiteraard verder met het herstel.
Maar gelukkig: ook hier zijn hoopvolle tekenen. Wie Zierikzee verlaat, hoort overal in de verte moto
ren ronken. Honderden vrachtauto's rijden af en aan en brengen zand. Voor de dijken, voor de wegen, voor
de demping van de kreken. Het herstel is begonnen.
Er gloort in ieder geval licht in deze dagen voor Kerstmis. Ondanks de nevel!
Over de dorre vlakten van een eiland.
De Nobelpoort markeert de grens tussen de intieme beslotenheid van de
oude vesting en de kille verlatenheid van de verdroriken landen met de
troosteloze ruïnes. De koplampen van de zware vrachtauto's, hoge G.M.C.'s,
lyken vaal-gele stippen in de grijze nevel.
De weg naar Kerkwerve slingert zich door de dorre vlakten als een lint,
dat van ouderdom vrijwel is vergaan en dat tientallen gaten vertoont
Triest is alles, triest en verlaten.
Plotseling doemt er een zwarte figuur op uit de mist: een man, in het
donker gekleed, gaat met trage stappen over de weg langs de watergang.
Over zijn schouder draagt hij een kruisnet, en rond zyn middel is een zak
gebonden, waarin zich de buit van de dag bevindt. Het is visser Vermont
nit Zierikzee, die in de goede jaren van Schouwen hier viste op paling, de
echte Schouwse paling, waarvan de bakkers in Zierikzee zulk een heerlgke
broodjes wisten te bakken.
„Ik vang geen paling meer" zegt
Vermont somber, „we zitten op een
verkeerde kust. Bot, meneer, bot, dat
is hier nog te halen. En zelfs dat is er
niet veel. Bot moet stromend water
hebben en stroom is er hier niet meer,
gelukkig. Het water gaat om, zoals
wij dat noemen. Het wordt brak
En Vermont laat zijn net opnieuw
in de watergang zakken, één minuut
lang, haalt het dan weer op, doch
daarin spartelen alleen een paar klei
ne visjes. Mistroostig viert de visser
het net opnieuw, schudt het hoofd:
„Neen, het water is om
Op de provinciale weg in de buurt
van Flaauwers staat een wegwijzer,
die naar de zeedijk wijst: „Mooie uit-
KKÜIS OF
109
We hebben de vorige keer betoogd,
dat er 50% kans is dat drie gelijk
tijdig opgeworpen munten met dezelf
de kant boven komen te liggen. Im
mers, van de drie munten liggen er in
ieder geval al twee met. een zelfde
zijde naar boven gekeerd, zodat de
ene overgebleven munt gelijke kansen
heeft om óók met de goede zijde bo
ven te liggen.
Gooien we de drie munten stuk voor
stuk op, dan is er evenwel slechts 25%
kans dat de drie geldstukken dezelfde
zijde naar boven hebben gekeerd. Hier
klopt dus iets niet.
Inderdaad, de redenering, die we
hierboven toepasten, houdt geen steek,
hoe vernuftig zij overigens ook in elk
aar is gedraaid. Wanneer we ons aan
de termen kruis en munt houden en
dienovereenkomstig ook de begin
letters lc en m gebruiken, bestaan er
voor drie gelijktijdig opgeworpen
munten de volgende mogelijkheden:
kkk kmk mkk mmk klem kram
mkm mmm.
Van deze 8 kan
sen zijn er slechts
twee gunstig, t.w.
kkk en mmm, zo
dat de kans dat de
drie opgeworpen
muntstukken de
zelfde bovenzijde
tonen gelijk is aan
~is of 25%. Dit
wist u trouwens zelf ook welmaar
ohze vraag is: waar zit de fout in
bovenstaande redenering, die een
kans van 50% becijfert?
In die bewijsvoering wordt het voor
gesteld als zou er één mogelijkheid
zijn, vólgens welke de combinatie die
ons twee keer kruis laat zien, tot
stand komt. Dit is echter niet juist,
want twee maal kruis treffen we in
drie gevallen aan, t.w.: kmk, mkk en
kkm. In alle 8 de gevallen zijn 't ech
ter verschillende combinaties. Ook
tweemaal munt treffen we in
drie gevallen aan: mmk kmm
mkm, en ook hier rijn hét velschil
lende combinaties, waarin n.b. de
derde munt, ivaarvan we bereken
den dat hij 50% kans had om zus
of zo te vallen, twee keer is inbegre
pen! U voelt wel, dat dit niet gaat. We
moeten óf de kansen van iedere munt
afzonderlijk berekenen, óf van alle
munten gezamenlijk, maar we mogen
niet een stukje gezamenlijk doen en
dan één munt die in de gezamen
lijke telling heeft meegedaan er
uitwippen en de kansen daarvan af
zonderlijk gaan berekenen. Dat zou
ongeveer hetzelfde zijn als wanneer
we beweerden: Nederland heeft 10
mïllioen inwoners; Amsterdam. Rot
terdam en Den Har a hebben er samen
2 mïllioen, dus Nederland telt 12 mïl
lioen inwoners.
Tussen twee haakjes, wordt het niet
tijd, dat we de lijst met Wereldwonde
ren afwerken? Na de hangende tui
nen, de vuurtoren, het Mausoleum, de
tempel van Diana en het Zeus-beeld,
is dan nu de Kolos von Rhodos aan
de beurt.
H. Pétïllon.
zichten", meldt deze A.N.W.B.-wijzer,
die de watervloed heeft getrotseerd.
En men wendt onwillekeurig het
hoofd even in de richting, die hier
wordt aangegeven. Doch men ziet al
lesbehalve „ïpooie vooruitzichten"
een ruïne van een huis en een uitge
breide zandvlakte, ziedaar wat na de
watersnood is overgebleven van een
der aardigste delen van het eiland.
Hier immers waren de prachtige in
lagen met de rijke vogelkolonies. Nu
trekkbn de GMC's zich grommend
door de rulle zandmassa's. Een eind
verder staat de school van Moriaans-
hoofd. Jarenlang heeft meester Van
Westenbrugge hier de kinderen les
gegeven totdat hij kort voor de ramp
werd opgevolgd door de heer Van de
Vegt. Vorig jaar heeft in deze school
het kerstverhaal geklonken, nu zgp
de ruiten stuk en is het gebouw ge
havend en verlaten.
„Maar het slib is er weer uit
Dat vertelt Piet Boot, die met zijn
ouders achter de school woonde. „We
hadden ons landbouwbedrijf hier",
verklaart Piet, als we vragen of hü
soms in de school werkte. „Waar?
Hier? luidt de wedervraag verwon
derd. „Tja, zegt Piet, „van het hois is
niets meer heel, alléén de schuur is
overeind gebleven. Kijk, die staat
daar. De Vier en twintig beesten in
de stal zijn in de rampnacht allemaal
verdronken".
Eén en twintig jaar is Piet nu en
soldaat bij de A.A.T. in Nunspeet. Hij
spaarde zijn periodiek verlof op om
rond de Kerstdagen thuis te kunnen
zijn en om te kijken of er niet wat op
te knappen viel. „Maar om op de
school terug te komen: de vloeren
zijn zo schoon, dat je er van de grond
kunt eten. Dat heeft een internatio
nale schoonmaakploeg gedaan, die in
Kerkwerve bezig was". En al pra
tend schept Piet een verroeste emmer
vol met vieze glibberige slib, om dit
ergens verder te deponeren. En ter
wijl hg met de emmer wegloopt de
modder zuigt plakkend aan zijn laar
zen omsluit de mist hemhij
schijnt opgelost in de eenzaamheid
van het eiland.
GEEN OORD VOOR
KERSTFEEST.:....
Het is hier geen oord om Kerstfeest
te vieren: „We gaan daarom maar zo
gauw mogelijk naar huis" vertellen
ons even later twee arbeiders van de
Grontmij., die bezig zijn de kreken in
de provinciale weg dicht te gooien.
Zij komen uit Bunschoten, 's zomers
gaan ze ter visvangst en 's winters
werken zij op het land. Koele wijn en
De Graaf, zo heten ze en met tien an
dere Bunschoters en Spakenburger,
zijn ze nu op Schouwen-Duiveland in
geschakeld. „Maar je zal er mee ge
straft wezen om hier Kerstfeest te
vieren", zegt één van hen. „Voor de
hekken, die eens weiden afsloten.
(Foto P.Z.C
mens hier is het toch maar erg. Aan
ons zal het niet liggen om de zaken
hier weer gauw op orde te brengen.
Maar Kerstmis hier, neen, daar moet
ik niet over denken
De vreemde arbeiders trekken deze
feestdagen allen weer naar hun woon
stede, om .r in de schoot van het ge
zin het feest van het licht te vieren.
Doch hoevelen van Schouwen-Duive
land zgn er niet voor wie dit feest zo
totaal anders wordt dan vorig jaar.
„Tja, de mens wikt...." zegt eén
man uit deze streek, „de mens wikt,
en het is maar goed, dat wij niet te
beschikken hebben. Achteraf bezien
meneer, zo'n jaar nog eens bekeken,
och, dan zeg ik we hebben het nog
niet zo slecht. Ik zit nou in een barak
en natuurlijk wóon ik liever met m'n
Mooie uitzichten over een dorre
vlakte met ruines. (Foto P.Z.C.)
Vermiste zat al thuis.
Politiemacht in Hilversum
zocht tevergeefs.
Op een vaeantietochtje naar Hil
versum van jeugdige Amsterdam
mers bleek een der jongens, de 16-ja-
rige P. van L., verdwenen. Wel vond
men zijn fiets en windjack, maar de
jongen zelf bleef spoorloos. Aange
zien in de bossen rondom Hilversum
wel eens meer delicten gebeuren, trok
de politie er op uit met een flink aan
tal manschappen en politiehonden,
maar ook deze speurtocht bleef
vruchteloos. Zelfs een tocht met
schijnwerpers leverde niets op. Eerst
later op de avond kwam via de mobi
lofoonauto het bericht binnen, dat de
jongen inmiddels thuis in Amsterdam
was aangekomen. Hij was tijdens het
spel in de bossen verdwaald en toen
lig zijn vrienden niet meer kon vinden
vreesde hij, dat zij zonder hem waren
vertrokken. Hij is daarop lopend en
liftend naar de hoofdstad terugge
keerd, niet beseffend welke grote
consternatie hij had verwekt.
Minister in onveilig
verkeer
Omstreeks de tijd, dat de mi
nisterraad opbreekt om te gaan
lunchen liep een heer van het
Binnenhof naar het Buitenhof.
Hij maakte geen gebruik van de
oversteekplaats, werd opge
schrikt door auto's en bereikte
tenslotte snel zi0-zag lopend de
overkant.
De heer leek bedenkelijk veel
op de minister van Verkeer en
Waterstaat, mr. Algera, wiens
begroting 's avonds in de Twee
de Kamer aan de orde was. Het
Kamerlid Posthumus (arb.)
hield de mogelijkheid open, dat
het de bewindsman toch niet
geweest zou zijn, maar dat was
slechts beleefdheid.
„WIJ MOGEN NOG
Mist, ruïnes, slib, kapotte wegen en eenzaamheid
DR. J. H. VAN WIERINGEN
Bij de N.V. W. J. Thieme en Cie te
Zutphen verscheen het populair we
tenschappelijk werk „Van ontstaan
tot vergaan". Na een duidelijke uit
eenzetting over de bouw van het
atoom, geeft dr. Van Wieringen hier
in een boeiend verhaal over het ont
staan en de ontwikkeling van de aar
de, zonder zich daarbij te veel in ge
tallen te verdiepen. Alleen die getal
len, welke men noodzakelijkerwijs
moet weten, zijn er in verwerkt. Dit
boek. een bloemlezing uit causerieën
die de schrijver in krijgsgevangen
schap voor zijn medegevangenen
hield, geeft de lezer een duidelijk in
zicht in de geschiedenis van moeder
aarde.
0 Sowjet-Russische archeologen, die in
Centraal-Azië werken, hebben in Kirgi
zië de ruïnes gevonden van een zeer gro
te bakstenen Boedhistische tempel. De
tempel is in de zevende of achtste eeuw
na Christus gebouwd.
Het Wereldgebeuren
Rampenfonds in discussie
De Eerste Kamer heeft in baar vergadering van gistermiddag het
wetsontwerp op de rampschade goedgekeurd. De heer Reijers (C.H.)
merkte op, dat veel van wat in deze wet staat, reeds zijn beslag kreeg.
Hij acht het juist, dat het dijkherstel bg de Rijkswaterstaat berust.
Daarmede aanvaardt dit Kamerlid evenwel niet de centralisatie van het
dijkbeheer. Een andere indeling van de waterschappen acht spreker ge-
Is het wel verantwoord, zo vroeg
de heer Reijers, om de bepaling dei-
immateriële schadeuitkering aan het
rampenfonds over te laten? Wanneer
de regering hier bij moet springen,
kunnen er moeilijkheden ontstaan.
Het betreft hier een leemte in het
ontwerp. Het ontwerp komt echter
de slachtoffers in grote mate tege
moet en spreker zal gaarne voorstem
men.
Ook de heer Hellema (A.R.) acht
het niet juist, dat het rampenfonds
enige tientallen millioenen voor im
materiële schade gaat uitgeven zonder
controle van de Staten-Generaal De
vergoeding van deze schade had in de
wet moeten worden opgenomen.
Langs een omweg komt deze schade
toch voor rekening van de Staat De
Kamer zal t.z.t. niet kunnen beoor
delen, of bet beleid van het rampen
fonds juist is geweest, omdat iedere
controle ontbreekt
De heer De Vos van Steenwyk (V.
V.D.) verzoekt de verzekerden de
premies terug te betalen om hen toch
nog enigermate te doen profiteren
van de door hen genomen voorzorgen.
De heer Van der Himst (K.V.P.)
vertrouwt, dat de bepalingen van de
wet soepel zullen worden uitgevoerd.
Minister v. d. Kieft ontkende, dat
de regering door een achterdeur wil
doen. wat zij door de voordeur niet
kan doen. Het rampenfonds heeft
dadelijk de regeling der huisraad-
schade ter hand genomen. Het fonds
meende evenwel, dat het een verdere
ta3k had, n.L een vergoeding te ge
ven voor de immateriële schade.
Men heeft toen gevraagd de vergoe
ding voor de huisraadschade aan te
vullen als dit nodig zou worden door
de taak. die het fonds zich had ge
steld.
Ook minister Witte beantwoordde
nog enige vragen op zijn «terrein lig
gende. Het ontwerp wordt goedge
keurd, evenals de wijziging betreffen
de de werkgelegenheidspolitiek. De
Eerste Kamer zal de volgende en de
daarop volgende week niet vergade
ren.
In de ochtendvergadering zeide
minister Witte, dat de kostprijshuur
thans 250 260 procent is van die van
1940. De arbeiderswoningen, die thans
gebouwd worden acht de minister in
doorsnee beter dan vóór de oorlog.
Het w.o. tot wijziging van de huur
wet werd aangenomen met de C.P.N.
tegen. De Kamer sprak voorts over
de belastingvoorstellen. Ook deze
voorstellen werden aanvaard.
De minister-president van Ceylon, de
heer Kotalawela, heeft de eerste minis
ter van India, Pakistan, Birma en Indo
nesië uitgenodigd om binnenkort bijeen
te komen. De eenheid van deze vijf lan
den is op het ogenblik meer dan ooit
noodzakelijk, aldus Kotalawela, in ver
band met het feit, dat het evenwicht in
dit gebied dreigt te worden verstoord
door de militaire bijstand van Amerika
aan Pakistan.
Niet naar huis
Tn de laatste week van Sept. 1953
rolden naar de gedemllita triseer ae
zone nabij Panmoendjon (Korea)
twee vrachtauto's van Russische ma
kelei. Op de wagens bevonden zich
23 Amerikaanse krijgsgevangenen en
een Brit, die het leven achter bet
ijzeren gordijn verkozen boven de
vrijheid.
Ze zongen het bekende lied .Ont
waakt. verworpenen der aarde". Com
munisten, die langs de weg stonden
stemden in met de slot-strophe: „Op
makkei, ten laatste male tot de strijd
U geschaard en de internationale zal
morgen heersen op aard...."
Men heeft zich in de Verenigde Sta
ten moeite gegeven om na te gaan uit
welk milieu de 23 Amerikanen kwa
men. Het waren eigenlijk allemaal
nette jongens uit gezinnen, waar men
het redelijk goed had. De meesten zijn
zelfs op de middelbare school geweest
en ze belijden een godsdienst. Hun
leeftijd is tussen de 20 en 30 jaar. De
moeders in Amerika konden het niet
geloven, dat hun zoons „bekeerd" wa
ren tot het communisme.De va
ders waren verbolgen....
Twee jaar lang hebben de Verenig
de Naties tegenover de commu
nisten het recht verdedigd van
de krijgsgevangenen om te weigeren
naar huis terug te keren. Duizenden
Noord-Koreanen en Chinezen hebben
van dat recht geprofiteerd Zij bevin
den zich nu in het speciale kamp, na
bij Panmoendjon, waar luit generaal
Thimaja uit India het bevel voert.
In dat kamp zijn ze voorgelicht"
over de repatriëring naar China en
Noord-Korea, maar die voorlichting
verliep weinig succesvol.
Gisteren Woensdag was het
de laatste dag van de voorlichting en
vandaag Donderdag zullen ze in
vrijheid worden gesteld.
Na de laatste uiteenzetting verklaar
den elf Chinezen en een Noord-Ko-
reaan zich alsnog bereid naar hun va
derland terug te keren. Het groepje
weigerachtige Amerikanen en de wei
gerachtige Brit ondergingen een laat
ste „bewerking'maar ze bleven wei
geren. De Amerikanen vervielen nog
weer eens tot het zingen van het bo
ven reeds geciteerde üed en de enige
Brit een marinier uit Schotland
schreeuwde luid, dat hij niet naar hui»
wilde.
Majoor Michael McNable, een Schot,
liet de weigerachtige Brit per gramo-
foonplaat weten, dat hij Maandag van
Japan uit met diens moeder getelefo
neerd had. „Zij was diep bewogen. Zij
huilde, gedurende het hele gesprek",
aldus de majoor. „Zij vroeg mij je te
smeken haar de gelukkigste dag van
haa, leven te bezorgen door naar huis
terug te keren" Alles wat Condron te
doen had. was naar een Indische wacht
te gaan en dan zou hij binnen enkele
uren op weg naar huis zijn. Condron
liet zich echter niet vermurwen.
De Indiase generaal Thimaja zal
vandaag het bevel geven om de
hekken van zijn kamp te open..
Dan kunnen de gevangenen gaan en
staan waar zij willen. Daarmee is een
merkwaardige phase van het Korea-
conflict afgesloten. Ongeveer 14.000
Chinezen en ongeveer 7800 Noord-Ko
reanen hebben van Thimaja's goede
zorgen geprofiteerd. Niemand kon
twee jaar geleden bevroeden, dat de
krijgsgevangenenkwestie het centrale
punt zou worden waarom de wapen
stilstandsbesprekingen draaiden. Nie
mand ook voorzag, dat om die kwestie
de wapenstilstand uitgesteld zou wor
den en dat er nog vele honderden do
den moesten vallen alvorens men een
vorm van overigens uiterst labiele
overeenstemming zou hereiken.
Juist op de dag voor Kerstmis gaan de
laatste krijsgevangenen nu weliswaar
niet naar huis, maar dan toch naar de
vrijheid
Voor Westerse mensen zegt dat wel
iets zo'n bevrijding vóór Kerstmis,
maar voor de Oosterlingen zegt dat
weinig Hun kennis van het Christen
dom is zo gering en hun oorlogserva
ringen met Westerlingen zijn niet zo
danig, dat de gedachte aan „vrede op
aarde" hen sterk zou imponeren.
Generaal Thimaja volbracht te
Panmoendjon een onp-cttige taak.
vrouw en kinderen in ons eigen huis
je. Maar we mógen in elk geval nog
Kerstfeest vieren, we mógen het en
we kunnen het nog. En deze jaren
van ellende gaan voorbij
Het zjjn milde woorden, die deze
Schouwenaar spreekt, woorden, die
in de angstige verlatenheid in dit
rampgebied er plotseling op wijzen,
dat het Kerstfeest niet alleen afhan
kelijk is van uiterlijke omstandighe
den.
DONKER
Het is inmiddels donker geworden,
de nacht gaat over het verdronken
land heersen. De motoren van de
draglines zijn verstomd en de vele
vrachtwagens zijn geparkeerd. De
stilte en de koude nemen bezit van
Schouwen-Duiveland. En terwijl wij
teruggaan naar de beslotenheid van
de vesting Zierikzee, klinkt ons de
echo van die naar woorden ons nog in
de oren: „De mens wikt. Wij mógen
nog Kerstfeest vieren
Ook op dit trieste eiland.
De oude boodschap blijft nieuw.
Ook hier
Visser Vermont, een donkere f i
guur in de mist (Foto P.Z.C.)
Radionieuws op de
Kerstdagen.
De Kerstdagen brengen enige ver
anderingen in de normale uitzendtij
den van het nieuws. Op de Eerste
Kerstdag is er 's ochtends om 7 uur
geen nieuwsuitzending. Ook niet om
8 uur, maar wel van 8 uur 05 tot 8
uur 20, alleen via Hilversum H. Van
half tien tot kwart voor tien: Hil-
versum I.
Om half één mededelingen voor
land- en tuinbouw, alleen Hilversum
I, 's middags van kwart over één tot
twintig over één: beide zenders. Om
zes uur 's avonds normaal over Hil
versum II, om 7 uur Hilversum I, en
om 23 uur: belde zenders.
Daartussen in: niet de gebruike
lijke korte uitzending om 8 uur, maar
om vijf voor negen.
Op de Tweede Kerstdag: om zeven
uur geen uitzending, om 8 uur over
heide zenders, om half tien Hilver
sum I, om half één mededelingen
voor land- en tuinhouw alleen Hil
versum H, om één uur 's middags
vijf minuten nieuws over beide zen
ders, om 6 uur normaal Hilversum
n, om zeven uur Hilversum I en om
elf uur 's avonds beide zenders. Daar
tussen in niet, zoals gebruikelijk om
8 uur, maar om kwart over 8.
EERSTE KAMER OP RECES