c KAPPIS EN DE TRIL-MAGNEET Vaarwel aan Groenland en op de terugreis naar Nederland 1,1." Gillette Dc verdwenen beeldjes J KLANKEN uit HE AETHER OP NEDERLANDS OUDSTE JOODSE BEGRAAFPLAATS Lijdt niet langer 8 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT WOENSDAG 18 NOVEMBER 1953 ONDER GROENLANDERS EN ESKIMO'S (Slot) Het wonderlijke avondlicht over met ijs bedekte bergen De open brief aan de minister van buitenlandse zaken werd verzonden. W\J vroegen daarin aandacht voor het feit, dat ons geen vergunning werd ver leend om de basis Thule te bezoeken en dat wjj desondanks de basis gemak kelijk konden betreden. Dit wordt het laatste artikel over een reis langs Groenlands Westkust- Een reis die een zomer duurde en die ons vnn de uiterste Zuidpunt van die 2500 kilometer lange kust tot het hoo gste Noorden bracht. Een reis, die ons een onbekend land leerde kennen, een onbekend klimaat en 'n onbekend volk. Ik schrijf dit artikel kort na het vertrek uit Thule, in MelvHlebaai. Het is avond en bijna volle maan. De zee is vol ijsbergen en het laatste licht van de zon maakt er een betoverende zee van. Die zee heeft iets van een ingekleurde Japanse prent. Iedere kunstschilder zou in extase geraken als hy dit kon zien. Ik ben geen kunstschilder, maar wél In extase. Zó kunnen dus de are. tische wateren zyn. Zó wonderbaarlijk, ongelooflijk mooi. Zó betoverend. Zó verdroomd. Zó irreëel. En zó kan ik me deze zeeën blijven herinneren, lang nadat ik weer teruggekeerd ben In mjjn eigen land. Ik schrijf dit in een enigszins ge drukte stemming en misschien kimt U dit begrijpen. Natuurlijk is daar in ons hart de vreugde om naar huis te gaan, maar daar is ook ineens een leegte, een vacuum. Het ligt achter ons wat we wilden bereiken. Dit is het einde van een lang, heel lang ge steld doel. Het schijnt nu eenmaal het noodlot van de Westerse mens, dat hij altijd weer een nieuw doel wil najagen. Én we hebben nog geen doel. Een uur geleden hebben van der Zee en ik elkaar bekeken en we kwa men tot de conclusie, dat we er aar dig versleten uitzagen. lig versleten uitzagen. Schoenenjassen.hemden door ANTHONY VAN KAMPEN. we zullen blij zijn er Kopenhagen mee te halen. Om ons daar wat op te knappen en redelyk gekleed in Hol land binnen te komen. We stelden meer vast, die avond: dat de woeste hoogten van Thule ons nog lelijk in de benen zaten en dat we Tiard aan een langdurig dolce far nïente toe waren. Al was het dan maar voor en kele dagen. Om het heel eerlijk te zeggen: we verlangden naar een aal moes luxe. Naar een warm bad, naar schone kleren, naar een normaal bed. Wel, misschfen kunt ge U dit voor stellen, lezer, na drie maanden vaga- bonderen op de granieten chaos die Groenland heet. Naar Nederland Over deze terugreis zal ik verder niet schrijven. Ik beschreef U de heen reis en het zal opnieuw zijn: Operna- vikverloren in de oneindigheid van rots en besneeuwde bergtoppen, opnieuw Baffinsbaai, opnieuw Disko- baai, opnieuw Godthab en daar, naar wij hopen, een kans over te stappen op het m.s. Umanak, dat ons over de Noord Atlantic naar Kopenhagen zal brengen. Misschien dat we het geluk hebben buiten de eerste herfststor men te blijven. We hadden slecht weer genoeg gehad op deze reis. DaarnaHolland. En tenslotte: thuis. Er zal nog zo het een en ander te vertellen zijn en: te laten zien. Een paar concrete stukken Groenland be vinden zich in de rugzakken en kit- bags, als tastbare souvenirs aan een onvergetelijke periode. Onvergetelijk. Ja, in de ruimste be tekenis van het woord. Wie dit land bereisde zoals wij, die vergeet dat land niet meer. Ik weet nu al, dat dit alles weer terug zal komen, als we in de beschaafd zich noemende wereld zijn, staande op grauwe perrons, zit tend in comfortabele en verwarmde autobussen, kijkend uit de ruitjes van electrische tremen, zittend achter een nuchter, gans niet romantisch bu reau. Dan zal het alles terugkomen... de herinnering aan de huilende hon den, in de door de middernachtzon vreemd verlichte nachten zwalkend over de zwarte rotsen. Aan dat won derlijke, spookachtige licht in de avond, opstralend van de met ijs be dekte bergen. Het vreemdste licht dat ik ooit zag. Zo koud en zo brandend tegelijk. Er is een boek van Jack Lon. don, handelend over een hond ergens In Alaska. Die hond'heet Burning Daylight, Brandend Daglicht. Ik heb die naam nooit goed begrepen. Nu wél. In Arctica is soms brandend dag licht. Andissa Aan de kleine Andissa, die eens in mijn arme lag, dat allerliefste Mon gooltje, dat ik mee had willen ne men als het mogeiyk was geweest. En aan al die andere onbekende Andis- sa's In dat lege, verlaten, omstormde rotsenland. Aan de dappere dokters en de moedige predikers, die de een zaamheid, de kou en een onvoorstel baar moeilijke taal verkiezen boven een carrière in de een of andere me tropool als Kopenhagen. Aan onze vrienden, overal aan de Westkust, die ons hielpen, vooral in het begin toen onze schreden op deze rotsen en klip pen nog aarzelend en onzeker waren. Aan Brattahlld, de oeroude Viking nederzetting, waar de inspiratie vaar dig over ons werd en waar we de Skalden hoorden zingen. Aan de grij ze, fladderende Jinten der watervallen, 1 omhuifd door regenbogen, aan de tur_ koise baaien en verdroomde fjorden, schoner dan de schoonst geschilderde pastel. Wh varen Zuidwaarts en ik weet: de winter zit ons op de hielen. Het wordt tijd dat we deze kust verlaten, omdat heel spoedig transport niet meer mogelijk zal zijn. Alleen trans port in dat land: met de hondensle den. Maar Europa zal dan onbereik baar zijn. De laatste stam We zullen, terug in Holland, den ken aan Thule. Aan de exodus, dc uittocht van de laatste stam Eski mo's, die zelfs daar, in het allerhoog ste Noorden, in het eenzaamste deel dezer wereld, noggeen rust vonden en moesten evacueren. Zónder vreug de. Aan de Ijskap die we betraden en ons gruwelijk imponeerde. Aan on ze Franse vrienden daarChau- chonEn Grisoni, die me duizend doden liet sterven op die verwenste weasel. Aan de gletschers, aan Ja, aan dat alles. En aan veel meer, dan waarover ik gelegenheid kreeg in een krant te schrijven. Omdat men zich nu eenmaal moet beperken en ook omdat men In een krant tenslot te niet alles kan zeggen. Vaarwel dan Groenland...! bitter- hard en wonderschoon bagnoba salten en granieten chaosIk zal in de komende maanden veel aan dat land denken, nu verduisterd door de maandenlange Poolnacht, alleen ver licht door de sterren, door Stella MariaStella Polaris en duizend anderen. En door dat machtig licht van Arctica: Aurora Borealishet Noorderlicht. Zwaaiend, wervelend er wiekend over de eindeloze onderge sneeuwde toendra's en over de met Ijsbergen opgepropte wateren. Het andere Groenland: hardei', bitterder, vijandiger nog dan wtf het zagen. En nog indrukwekkender. Eenzaamheid Wij zyn bezig terug te reizen naar de platte wereld, naar Holland. We zullen even aan die wereld moeten wennen. Omdat de wereld die we nu verlaten zo oneindig ander3 is. Hoe groots is dit land. Waar ter wereld waait de eeuwigheid zo bijna zicht baar om de rotsen als hier? Waar zijn de gryze zeeën zo oud als tussen Kaap Vaarwel en Kaap Atholl? Waar vindt een mens op deze over bevolkte aarde nog een plaats waar hij zich zó alleen, zo geconfronteerd met zich zelf kan vinden als op dit vergeten werelddeel, dit zesde conti nent? Dit ls het einde van de reportage. DONDERDAG 19 NOVEMBER. HILVERSUM L 402 m. 748 kc/s. 7.00 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 14.00—24.00 NCRV. KRO- 7.00 Nws. 7.10 Gram. 7.15 Idem. 7.45 Morgengebed en lit. kal. 8.00 Nws.- en weerber. 8.15 Gram. 9.00 Voor de huis vrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Gram. NCRV.: 10.00 Gram. 10.03 Gewijde muz. 10.30 Mor genwijding. KRO: 11.00 Voor de zieken. 11.45 Schoolradio. 12.00 Angelus. 12.03 Lunchconc. (12.30—12.33 Land- en tulnb meded. 12.33—12.40 Voor de boeren) 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws, en kath nws. 13.20 Pianorecital. 13.45 Gram. NCRV: 14.00 Kamermuz. 14.25 Gram. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Gram. 15.25 Tenor en piano. 16.00 Bijbellezing. 16.30 Vocaal ens. 17.00 Voor de Jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Voordr. 18.00 Gram. 18.35 „Raadhuis praat". 18.45 Gram. 19.00 Nws.- en weer ber. 19.10 Brlevenbeantw, voor de jeugd. 19.30 Gram. 20.00 Radiokrant. 20.20 Gevar progr. 21.00 Amus muz. 21.30 Luisterwed strijd. 22.00 Gram. 22.10 „Ik denk er zo over.... en 22.20 Orgelconc. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nws. en S.O.S.- ber. 23.15—24.00 Gram. HILVERSUM H. 298 m. 1007 ko/S. 7.00— 24.00 AVRO. (7.50—8.00 VPRO). AVRO: 7.00 Nws. 7.10 Gram. 7.1B Gym. 7.30 Gr VPRO: 7.50 Dagopening. AVRO: 8.00 Nws. 8.15 Gram. 9.00 Morgenwijding, 9.15 Koorzang. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Gram. 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Ge- var. muz. 12.00 Zang en piano. 12.25 In 't spionnetje. 12.30 Land en tulnb. meded. 12.33 Lichte muz. 12.50 Uit h«t bedrijfsle ven. 13.00 Nws. 13.15 Meded. of gram. 13.20 Amus. muz. 14.00 ..Mag ik mij even voorstellen? Mijn naam is Coxl", hoor spel. 14 35 Sopr. en piano. 15.00 Voor de zieken. 15.45 Gram. 16.00 Tussen vier en vijf. 16.45 Voor de jeugd .17.30 Gram. 17.45 Regeringsuitz.: Prof. Dr. V J. Konings berger: ..West Europa en de Tropen". 18.00 Nws. 18.15 Sportproblemen. 18.25 Repor tage of gram. 18.30 Gram. 18.45 „Bill She riff en zijn Prairie-duivels", hoorspel 19.00 Voor de kinderen. 19.05 Gesproken brief uit Londen. 19.10 Lichte muz. 19.3: „Apartheidspolitiek", caus. 19.45 Ham mondorgel. 20.00 Nws. 20.05 Don Kozak- kenkoor 20.20 Concertgebouwork. en so list. (21.20—21.45 Chansons). 22.30 Sport- act. 22.45 Gram. 23.00 Nws. 23.16—24.00 Gram. FEUILLETON OOOR PATRICIA WENTWORTH 68 „Zo ernstig als het maar'kan. Maar waarom vraag je dat, Rietta? Is er iets spaak gelopen?" „Een hele boel", klonk het ant woord. En daarna, in het Frans (voor alle zekerheid)„Gisteravond werd James Lessiter vermoord". „Dat is me medegedeeld, maar ik wacht nog op bericht van Drake". „Nu ik ben de hoofdverdachte, Randal", zei Rietta Cray en hing de haak op. Randal March keek op van de ge tikte vellen, welke hij zo juist had ge lezen, zonder zijn lectuur door com mentaar te onderbreken. Toen hij het laatste velletje had neergelegd, merk te hoofdinspecteur Drake op: „Dat is alles, meneer. Ongetwijfeld staat het er niet best b\j voor juffrouw Cray". „Beste vriend" zei March glimla chend, „je spreekt onzin. Ut heb juf frouw Cray gekend sinds ze een kind was. Ze is heus niet iemand om een ander met een pook de hersens in te slaan". Die woorden ergerden de hoofdin specteur bovenmate. Zo. dus op die manier bekeek de hoofdcommissaris het geval. Hij had die juffrouw Cray sinds haar jeugd gekend en daarom kon ze geen moord begaan! Al dat soort lui hing als klitten aan elkaar. Scherp langs zijn dunne neus kijkend, antwoordde Drake: „Zoiets zeggen sommigen altijd tot het bewijs is ge leverd. Een moordenaar is voor hen precies als een ander tot hij goed en wel wordt opgehangen". Randal March had het kalme, ge lijkmatige karakter dat samengaat met goede gezondheid, goed verzorgd lichaam en een goed geweten, maar op dit ogenblik stikte hy, tot zijn eigen verrassing en spijl, bijna van woede. Gelukkig was hij in staat, daarvan naar buiten niets te laten blijken en eenvoudig zyn opinie in andere woor den te herhalen. „Juffrouw Cray", verzekerde hij, „is absoluut niet in staat, iemand te vermoorden". Drake, wiens stekelige blikken hem op een hongerige vos deden lijken, hield zynerzy'ds voet by stuk. „We moeten op de aanwijzingen ver trouwen, meneer. Als u deze verkla ringen nog eens wilt nagaan, zult u zelf inzien, dat juffrouw Cray sterke beweegredenen had. Ongeveer twintig of meer jaren geleden is ze met me neer Lessiter verloofd geweest. Ze zegt, dat ze zelf die verloving heeft uitgemaakt, maar weigert mee te de len om welke reden en ter plaatse is men algemeen van oordeel, dat hy haar slecht behandeld heeft. Ik wil niet beweren, dat er enig formeel be wijs is voor wrok harerzijds, maar die wrok kan er geweest zijn. Dan, na twintig jaar, komt hij als schatrijk man hier terug en volgen de gebeur tenissen van gisteravond. Dat meneer Carr Robertson weigert, ook maar iets te vertellen is m.i. een hoogst ver dachte omstandigheid, vooral omdat- het een jonge man van plm. achten twintig jaar geldt, een van de soort, die gewoonlijk niet zo voorzichtig is. weet iets, maar vreest dat hij of juffrouw Cray in het gedrang zullen komen en houdt dus zyn mond. Intus sen volgt uit het getuigenis van juf frouw Bell, dat meneer Robertson, na de foto van meneer Lessiter met on derschrift in een der tijdschriften te hebben gezien, de deur is uitgerend. (Wordt vervolgd) LANGS DE AMSTEL De meeste zerken zijn reeds jarenlang overwoekerd (Van onze speciale verslaggever) OUDERKERK, November „U treft het, dat de stenen nog niet met zand zyn afgedekt. Dat gebeurt meestal om deze tijd van het jaar. Het gebeurt om stuit vriezen van de zerken te voorkomen". Met de heer L. Vega, wan delen wij over de Portugees-Israëlietische begraafplaats in Ouderkerk aan de Amsteï, waarvan men zegt, dat het de oudste is van West-Europa. De heer Vega is de bewaarder van dit historische plekje grond, waar een Ruysdael zelfs eenmaal de entourage vond voor een van zyn beroemde schilderingen en waar de hedendaagse bezoeker in ongerepte staat eeu wenoude grafmonumenten kan vinden van grote kunst-historische waar- Zy werd geschreven onder niet altyd gunstige omstandigheden en datzelf de geldt voor de gemaakte foto's. Ik denk dat men zich dit wel kan voor stellen. Maar wij hopen beiden, Van der Zee en ik, dat we U een enigszins met de werkelijkheid overeenkomend beeld gegeven hebben van die verlo ren wereld die Erik de Roode Groen land noemde, naar de kleur die men er bijna niet aantreft. In ieder geval we deden ons best U datgene te laten lezen wat onszelf in deze maanden zo boordevol vervulde, fascineerde én soms obsedeerde. De begraafplaats dateert uit het jaar 1614. Het is een stille getuige nis tot op de huidige dag van de ge loofsvrijheid, die de uit hun land ver dreven Portugese Joden begin 17e eeuw in het hart van de Noordelyke Nederlanden hebben kunnen verove ren. Voordat ze hun doden hier aan de boorden van de Amstel konden be graven „op slechts anderhalve my'l van Amsterdam", zoals de histo rie-schrijvers zeggen gebeurde dit in Groet. De grote afstand tussen dit benoorden Alkmaar gelegen Noordhollandse dorpje en Amster dam, de woonplaats van de meeste afgewekenen, had heel wat ongemak gegeven. De aankoop van. de Ouder kerker buitenplaats van Jacob Bac ker, schepen van de stad Amster dam en de inrichting van het enige hectaren grote terrein als begraaf plaats, is dan ook voor de jonge Por tugees-Israëlietische gemeente van die dagen van grote betekenis ge weest. De Ouderkerkers zyn er eertijds minder content over geweest. Ze pro beerden de inrichting zelfs te ver hinderen. In hoogste instantie beslis- teen Gillette Tclligheidsscheer apparaat Een geschenk waar iedere man, elke morgen, opnieuw plezier van beleeft. Vraag er een voor de komende feestdagen. Dit is de Gillette 24.. Driedelig apparaat in plastic etui en 2 blnuwo 1 Q 9 0 Gillette mesjes. Dit is de Gillette 52. Eendelig apparaat «ware aiivoeriog. In sierlijk etui, met Dispenser, bevattende 10 t tfj blauwe Gillette mesjes. Prijs li Ui Dispenser met 10 blauwe Gillette mesjes en veilig- heidsvnkje voor niet 0Q (Zelfde prijs als patje van 10 stuks) Precisle-scheerapparates. Verkrijgbaar van f. 1.10 t.m. f.25." Een „goeie morgen''' begint met Cillette 8. Zorgelijk ging Kappie verder, terwijl de Maat hui lend aan het touwtje achter hem aan zweefde. „Ik ben ook altijd het kind van de rekening!" huilde de arme stuurman, „er ik heb nog zo gezegd, dat „Hou op met dat gemekker", riep Kappie, „dat helpt ja alle maal nieta. Was van dat ra re apparaat afgebleven, dan zou je nu niet zo.... eh.... gewichtloos zijn." „Hoe kon ik dat weten?" klaagde de Maat, „ik krijg ook altijd de schuld. Was ik maar nooit zeeman geworden!" „Stil eens", riep Kappie plotseling, „ik hoor een eigenaardig gezoem". Op het geluid afgaande, bereik te hij een open plek in het bos en midden op dit open gedeelte ontwaarden zij een reusachtige hoefijzer-mag neet, die met de punten >nihoog was opgesteld. Aan de voet van de reuzenmag- aeet bevond zich een eigenaardig gebouwtj' „Ik denk. dat wij hier de oorzaak van al die rare gebeui ten'ssen zullen vin den", zei Kappie. En ondanks de tegenwerpingen van de Maat, die nog meer ellende verwachtte, stap- te hij resoluut op het gebouwtje af. Hij had het bij na bereikt, toen '=<-ling de deur openging en een gezette man naai huiten kwam. De dlkkert scheen helemaal niet onder de indruk van de toch heus niet alledaagse aanblik, die Kappie en de Ma'it opleverden. Hij wierp hen een achteloze bh *.oe. groette beleefd en wildé verder gaan. „Wacht eens even!" riep Kappie. ten de Staten van Holland echter dat de Baljuw van Amsterdam, Schout en Gerecht van Ouderkerk hadden zorg te dragen, dat de begrafenissen ongestoord zouden plaats vinden, zij het zonder ceremoniën, „in alle stil- ligheyt ende zedigheyt". Wanneer men echter leest, dat de Baljuw van Amstelland, ondanks een hem in 1618 aangeboden „vereringe" een onvrien delijke houding bleef aannemen en dat in Juni 1625 de kapitale som van 88,- werd uitgegeven voor een fraaie zilveren karaf voor de nieuwe baljuw van Ouderkerk, wiens be scherming men nodig had tegen de zerkenvernielzucht der pachters, dan is het nogal duidelijk, dat er rond dit stukje grond wel enige deining is geweest. Daar is in onze dagen overigens niets meer van te merken. Een wel dadige rust hangt er over het door knoestige wilgen omzoomde terrein aan de Amstel. De Zuid-Westelijke sector is het historische gedeelte, dat einde van de vorige eeuw een gron dige restauratie onderging onder de bekwame handen van de heer D. H. de Castro. Een uitgestrekt grasveld lijkt het zo op het eerste gezicht. Licht golvend in het begroeid is centrum, dat met zich wild dooreen- stréngelend struikgewas. Verspreid over het veld liggen schots en scheef ten opzichte van elkaar op als nieuw ogende bakstenen ramen, wat graf zerken. Prachtige witmarmeren ste nen van soms enorme afmetingen, waarin niet zelden de fraaiste By- belse taferelen in diep-reliëf zijn uit- fehouwen. Meesterstukjes van beeld- ouwkunst komt men er tegen, die duidelyk de relatie verraden, die de ze 17e eeuwse refugiées nog onder hielden met de beroemde Italiaanse marmerwerkers uit die dagen. „Slechts enkele stenen zijn by de restauratie blyvend blootgelegd", licht de heer Vega toe, wanneer we onze verwondering te kennen geven over de verspreide ligging der zer ken. „Maar elke voetstap, die u zet, is op een zerk. Ze liggen min of meer diep onder de grond, die de graven in de loop der eeuwen overwoekerd heeft. Hier en daar steekt een niet gerestaureerde, een niet schoonge maakte steen er nog boven uit. Soms heeft boomgroei zware stenen ver- gruizeld. Het is alles zo mogelijk geweest, omdat het tegen de gevoelens in druist van velen uit het Joodse volk, ooit veranderingen aan te brengen in de status van het graf, waar men zijn dierbaren aan toevertrouwde. Er ls ook geen of nagenoeg geen tussen ruimte gelaten tussen net ene en het andere graf. De doden liggen hier letteriyk mannetje aan mannetje en bijkans met de voeten en hoofden te gen elkaar. Beroemde figuren Dan wandelen we langs de zerken, die dr. Joseph Bueno geschilderd door Rembrandt in 1625 reeds tot de waarschuwing brachten te grote kostbaarheid te vermijden om niet de schijn te wekken van al te grote rijkdom. Daar is dan de vrij eenvou dige zerk van de dichtersvrouw, die algemeen beschouwd wordt als het model van Rembrandt's beroemde „Joodse Bruidje". Daar liggen ook minder zorgvuldig gerestaureerd de zerken op de graven van Spino za's ouders. Daar is ook het steentje, dat gelegd werd op het graf van het kind Joseph van David Senior, de eerste dode die hier in 1614 aan de schoot der aarde werd toevertrouwd, hoewel pas in 1616 volledige inge bruikneming van de begraafplaats geschiedde. Beroemde namen uit de geschiede nis van Portugese Israëlieten komen we tegen. Die van de in 16'57 op 14 Kislew 5418 volgens de Joodse jaartelling te Middelburg overle den Menasseh Ben Israël, die bij Cromwell met zoveel kracht gepleit heeft voor officiële toelating van de Joden in Engeland, en die van hét nog in onze dagen bekende geslacht Teixeira de Mattos, naast vele ande ren. Al deze stenen zyn van vóór 1750, de gouden eeuw. De stenen van na 1750 zyn niet kostbaar meer en be zitten weinig of geen kunst-histo rische waarde. Die tot omstreeks 1750 echter zyn een ryke weerspie geling van de stijlveranderingen, wel ke zich in die periode in de kunst 1 ebben voltrokken. Moge tenslotte nog één ding be schouwd worden van deze historische begraafplaats: de aula. Die is onder gebracht in.een gesloten gedeelte van .:et oorspronkelijke buiten. Een smal pad leidt van deze aula naar een meerplaats dan de Amstel, waar eer tijds de doden per trekschuit arri veerden. En in de meer dan vierhon derd jaar oude aula ligt nog altyd een laagje wit zand op de houten vloer. Een eeuwenoude traditie, die gehandhaafd werd Advenentie) door rheumatiek, spit, ischias, hoofd en zenuwpijnen. Neemt regelmatig Togal, dat verdryft in al die gevallen snel en afdoende de pijnen. Togal baat waar andere middelen falen Zuivert door de nieren", is onschadelijk voor hart en maag. Bij apotheek en drogist f 0.95, f 2.40 en f 8.88.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 8