KAPPIE en het geheim van Swarte Daen C De Nederlanders in Indonesië beducht voor hun spaarduitjes KLANKBORD D ZUIDAFRIKANERS MOETEN MEER BELASTING BETALEN j> EEN VERLOREN UURTJE, DAT WINST OPLEVERDE D PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1953 MINDER TRANSFER NAAR NEDERLAND. Zullen zij naar het vaderland teleurgesteld terugkeren (Van onze correspondent in Indonesië) Het merendeel der Nederlanders werkt en leeft in Indonesië nog steeds onder zeer moeiiyke omstandigheden. In verschillende streken is het met de veiligheid op het platteland zodanig gesteld, dat aan de arbeid van de planter grote risico's verbonden zyn. In de steden is de huisvesting over het algemeen onvoldoende. Door de zeer hoge pryzen of het geheel ontbreken van verscheidene import-artikelen moet men zich veel ontzeggen. Tallozen gaan er gebukt onder, dat zy hun kinderen op nog betrekkelijk jonge leef tijd by vreemden in het Vaderland moeten achterlaten, omdat de gelegen heid voor Nederlands onderwijs in Indonesië zeer beperkt is geworden. De hygiënische omstandigheden zijn sterk achteruit gegaan, de kansen op ziekte en besmetting met tropische kwalen van allerlei aard derhalve toe genomen. den zelf wel een behoorlijk kapitaal tje konden vergaren van de toen soms zeer grote jaarlijkse tantièmes. Een pensioen was eigenlijk maar bijzaak. Spaargeld. De situatie is grondig veranderd. Een Rupiah is geen gulden meer. Zelfs als er nog van behoorlijke tan tièmes sprake is, kan dat geld niet meer ongelimiteerd naar Nederland worden overgemaakt. Er bestaat een deviezen-regeling, die ook de z.g. so ciale transfers zeer beperkt. Tot en met het vorig jaar mocht men maxi maal jaarlijks 5000.Ned. Crt. aan spaargeld remitteren, plus nog dele gaties voor in Nederland studerende Kinderen of daar verblijvende gezin nen, voor pensioenen en levensverze kering. Alles bij elkaar was het niet zo mooi als men misschien zou wen sen en dromen, maar toch nog bevre digend genoeg om de arbeid in de tro pen onder vaak gevaarlijke of slech te omstandigheden enigermate te verzoeten. Men kon zich althans een financiële basis in het Vaderland op bouwen om op terug te vallen. En nu zijn er onlangs, men heeft er in de Nederlandse pers misschien reeds kennis van genomen, officieus voor het komende jaar nieuwe vér gaande deviezen-beperkingen aange kondigd, nadat voor 1953 de spaarre- mise reeds tot de helft was terugge bracht. Hoewel die nieuwe beperking van de sociale transfers er zeker zal ko men, staat nog niet precies vast in welke mate zulks het geval zal zijn. Dit punt vormt nog een onderwerp van bespreking met de Nederlandse regering. In elk geval is het niet aan twijfel onderhevig of er komt een verslechtering, en de berichten hier over hebben onder de Nederlanders in Indonesië grote onrust en bezorgd heid gewekt. Zij hebben het gevoel of daarmede de laatste reden van hun bestaan en hun harde arbeid in dit land wegvalt. Ziedaar slechts enkele der factoren, die het leven in Indonesië er niet aan trekkelijker op gemaakt hebben. Des ondanks behouden velen een grote liefde voor dit land en dit volk, ook in het besef van de machtige worsteling, die het levert, om zijn vrijheid waar lijk inhoud te geven. De Nederlanders zijn hier evenwel buitenlanders ge worden. Meer dan ooit is hun oog er op gericht om te zh'ner tijd naar het Vaderland terug te keren. En de reeds genoemde onaantrekkelijke le vens-omstandigheden hebben dat einddoel voor tallozen zeer dwingend gemaakt. Nu beseft men hier zeer wel dat de werkgevers in Nederland niet aan de boot staan te wachten om de repatri- erenden een betrekking aan te bie den. Velen hebben, als zij teruggaan, een leeftijd bereikt, die op dit punt slechts geringe kansen bieat. Zij zijn door HENDRIK BRANDT gewend hard te werken, maar de ty pische bekwaamheden en ervaringen van de tropen hebben vaak in het Va derland geen waarde. Er zyn geen rubberbomen in Nederland, er is geen suikerriet en geen Deli-tabak noch palmolie. Men moet dus over de nodige mid delen in Nederland beschikken om het althans enige jaren te kunnen uitzin- fen. Dit is te meer noodzakelijk, om- at de Immigratiedienst van Indone sië niet erg scheutig is met z.g. „Re entry-permits". Men dient er dus ook rekening mede te houden, dat zijn loopbaan in de tropen op een gegeven ogenblik, als de toelatingskaart ver streken is, plotseling wordt afgebro ken. Geen dik pensioen. Het is een legende, dat de mensen, die na een jarenlange tropen-carrière in Nederland terugkeren, een dik pen sioen zouden genieten. Dit zijn slechts uitzonderingen. De z.g. Indische pen sioenen. speciaal van de cultures en alle andere particuliere bedrijven, ple gen zeer gering te zijn. Tot voor en kele jaren hadaen sommige bedrijven in het geheel geen pensioenregeling. Vóór de oorlog gingen de meeste werkgevers er van uit, dat de stafle- Het enig motief, dat het dóórzetten onder vaak hachelijke omstandighe den verzoette, verdwynt in het met. Dit is een groot nadeel voor de Ne derlanders in Indonesië, maar er dient wel op te worden gewezen, dat de voordelen, welke men in Djakarta door die nieuwe verslechtering denkt te bereiken nl. deviezen-besparing voor Indonesië zelf wel eens op een grote schadepost zouden kunnen uit lopen. De buitenlanders waar het hier om gaat zijn nameljjk de werkers in de frote bedrijven die voor Indonesië de eviezen verdienen, of in bedrijven die daarmede annex zijn. Over het alge meen kunnen zy nog niet door Indo nesische krachten vervangen worden, omdat Indonesië nog niet voldoende mensen oplevert, die voldoende des kundig zijn, of een behoorlijke techni sche administratieve ondergrond be zitten. Wanneer deze buitenlanders straks in nog groter getale dan reeds het ge val is geweest dit land gaan verlaten, omdat de allerlaatste attractie om hier te blijven werken in rook vervlo gen is, wordt de goede gang van za ken in die bedrijven geschaad. En dat kost op betrekkelijk korte termijn méér deviezen, dan men door de be snoeiing der sociale transfers be spaart! Sentiment. Dit in overweging genomen wordt het geuite voornemen tot drastische transfer-beperking dan ook algemeen betreurd, in de eerste plaats natuur lijk door hen, die er het meest en het eerst door getroffen zullen worden, maar ook door verscheidene Indonesi sche economen, die met de beide be nen op de grond staan. Men zal moe ten afwachten, in hoeverre de soep niet zo heet gegeten wordt als zij kort geleden in officieuze berichten werd opgediend. Indonesië is een moeilijk land om op grond van wiskundige of nuchter-economische overwegingen voorspellingen te doen, omdat hier in alles, maar dan ook alles, het politie ke sentiment nog steeds zo'n aanzien lijke rol speelt. Het valt voor Indonesië en voor de talloze hard-werkende Nederlanders in dat land intussen van harte te ho pen. dat de nieuwe transfer-regeling voor 1954 tenslotte toch nog een klein beetje meevalt. Anders kan Nederland het volgend jaar rekenen op een nieuwe invasie van teleurgestelde repatrianten, die voor hulp aan de economische opbouw van Indonesië nog jarenlang van zeer groot nut hadden kunnen zijn. Nette mensen. De heer S. uit Den Haag, die naar Canada emigreerde heeft een goede in druk van de Hagenaars mee genomen. Op de dag van zijn vertrek verloor hy op straat zijn portefeuille met al z'n emi gratiepapieren en 250 Canadese dollars. Des avonds werd hem de portefeuille weer ter hand gesteld door de vinder. Dure benen. De Franse revue ster Mistinguette (acht kruis jes) heeft de millioen-francs- verzekering voor haar (dans) benen opgezegd. Mistinguette: „De Franse franc zakt sneller in waarde dan mijn benen". Sport. E. Foster, die op 24 me ter hoogte van het zonnedek der Queen Elisabeth (Enge land) dook: „Ik wil helemaal nief zeggen, dat ik een goede duiker ben, maar ik weet vrij aardig te dalen." Baseball. Amerikaanse base- ballclubs zijn eigendom van di recteuren, die de exploitatie voeren. Ze hebben ook een ba lans, waarop hun spelers ge boekt staan. De Yankees in New York lopen voor 5 millloen dollar op de balans... de Car dinals in St. Louis hebben 4 millioen balanswaarde. Opvoeding. Opvoedkunde is de kunst kinderen zo op te voeden als de ouders hadaen moeten zijn. Bobo. De heer Winthrop Roc kefeller in New York wit schei den. Dat is dan al de derde maal. Ditmaal wil hij scheiden van Bobo, die 23 jaar is en een zoon heeft. Maar Bobo weigerde het aan bod van een millioen dollar. Ze ging naar New York, instal leerde zich in een Rockefeller- huis en ze woont daar nu. Haar advocaat heeft haar namelijk verteld, dat Rockef eller een mil lioen dollar per jaar inkomen heeft, dat Bobo daarvan 'n vier de kan claimen voor zichzelf en haar zoon en dat het bijgevolg verstandig is zolang mogelijk dat aanbod van „een millioen dollar ineens" uit te stellen. Vryspraak. Vrijgesproken werd te Bergen (België) de heer Emi- lio Rondoti, die er van verdacht werd zijn vrouw, zijn drie kinde ren, zijn huisraad en zyn huis voor de somma van 24.000 francs verkocht te hebben aan z'n vriend Martina. Bescheidenheid. Frank Lloyd Wright (84), beroemd Ameri kaans architect (bekendste uit spraak „Ik heb een vaste basis voor mijn uitdagendheid", kreeg de gouden medaille van het Amerikaanse Nationale Kunst instituut. Wright verklaarde: „...Er valt een schaduw over me..." het schijnt, dat een zeldzame ziekte mij overvalt:... beschei denheid!" Amsterdamse Beurs 30 Juli 31 Juli Bank van Ned. Gem. 0-5-10 123 123 Nederland 1951 (3%) 101 Nederland 1948 (3%) 99% 99% Nederland 1947 (3%) 3 98% 98% Nederland 1937 3 97% 97 Dollarlening 1947 3 pet. 96 95% Investerlngseertiflcaten 3 98% 98% Nederland 1962-64 z.b. 3 99% 99% Nederland N.W.S. 2% 78% 783/4 Ned. Indië 1937 A 3 98 98 Nat. Handelsbank 123% 123 Ned. Handelmij. 157 157% A.K.U. 171 171% Bergh's en Jurgens 272 273 Calvé-Delft 125 125% Centrale Suiker 171 Kon. Ned. Hoogovens 170 172 Unilever 197% 196% Ned. Kabelfabriek 217% 217 Philips 167% 168% Wilton-Feijenoord 175 176 Kon. Petroleum Mij. 327% 329% Kon. Petroleum Mij. 327% 329% Amsterdam Rubber 95% 94% Holland Amerika Lijn 133% 133% Kon. Paketvaart 119% 118% Rotterdamse Lloyd 124% 123% Ned. Schheepvaart Unie 1253/4 125% Stv. Mij. Nederland 135 134 H.VA. 113% 109% Deli-Batavia Mij. 164 160 Deli Mij. 102% 100% Baltimore-Ohio 24% Missouri K.T. 5% New York Central 24% 24% Pennsylvania 21% 22 Anaconda 33% 34% Bethlehem Steel 52 52% General Motors 58% 59% Intern. Nickel 41 41% Kennecott 61% 63% Republic Steel 48 48% U.S. Steel 38% 38% North American Cy. 20% Midcontinental 588,4 61 Shell Union 72% 74 Tide Water 22% 22% Reeds eergisteren tegen slot heeft men ernstig rekening gehouden met een nieu we staatslening en de Vrijdagmiddag ge publiceerde emissie van f 400 millioen 3% procents 30-jarige obligatiën tegen pari verwonderde eigenlijk niemand. De cón- versielening 1947 was zelfs een kleinig heid beter. De beurs acht het succes van de nieuwe lening reeds bij voorbaat ver zekerd. Verrassend groot is Donderdag de obli- gatieomzet geweest, nl. meer dan f 7 mil lioen nominaal waarvan niet minder dan ruim f 2% millioen converteerbare obli gaties Kon. Olie. Ook Vrijdag was de be langstelling voor olies weer zeer groot. Ook de andere industrieën gaven van een licht verbeterde stemming blijk, al bleef Unilever iets achter. De scheepvaartafde ling opende goed prijshoudend, maar liep daarna achteruit. ZIJ SCHREEUWEN MOORD EN BRAND. Een bijna komisch schouwspel (Van onze correspondent in Zuid-Afrika) Oom Klasie Havenga, de Zuidafrikaanse minister van financiën, heeft voor de twee-en-twintigste keer in zijn lange ministeriële loopbaan een be groting ingediend en voor het eerst in al die jaren heeft hij het volk ge schokt door wat hier beschouwd worden als drastische voorstellen. De prijs van het brood wordt een stuiver hoger, auto's worden gemiddeld zeshonderd gulden duurder, de benzine zal vyf cent per liter meer gaan kosten en de „hereregte" (belastingen op het aankopen van onroerende goederen) zijn met één procent verzwaard. En voorts is de inkomstenbelasting verhoogd met ongeveer tien procent. Dat betekent, dat een echtpaar met drie kinderen bij een jaarlijks inko men van 8000 gulden thans 180 gul den per jaar aan de fiscus moet offe- door A. KAPTE1N. ren. Van inkomens die 20.000 gulden per jaar bedragen eist minister Ha venga onder aeze omstandigheden tien procent. En dit is voor Zuid- Af rika een ongekend hoge belasting. Maar: alle belastingbetalers kra gen de bedragen, die zy thans méér gaan betalen dan in vorige jaren, over vijf jaren geheel terug met nog vier procent rente bovendien! Want de minister beschouwt de verhoogde belasting niet als belasting, maar als een lening, die het volk aan de rege ring verschaft. Een lening met een looptijd van vijf jaar, vier procent rente dragend. Vermoedelijk is dit wel de meest vriendelijke belasting, die nog ooit een minister van financiën heeft in gevoerd. Maar het door lange wel vaartsperioden verwende volk van Zuid-Afrika schreeuwt niettemin moord en brand. En de parlementaire oppositie bevecht de maatregelen tot het uiterste. Men weet, dat het land voor zyn fantastische ontwikkeling enorme ka pitalen nodig heeft, maar men is niet van harte bereid, de daarvoor nodige offers te brengen, zelfs niet al komen die offers over vijf jaar met rente te rug. Voor wie gewend is geweest aan de drukkende belastingen in het na-oor- logse Europa is de politieke agitatie tegen minister Havenga's begroting een bijna komisch schouwspel. In dit ryke land met zijn hoge salarissen en zyn overvloed aan consumptiegoede ren zijn de belastingen nog altyd veel lager dan elders. En nu ae regering bij wijze van terug te betalen Delas- tinggelden een lening vraagt (tenein de het welvaartspeil te handhaven door voortgaande industrialisatie)nu zucht het verwende volk van Zuid- Afrika alsof het 't grootste onrecht ter wereld te verduren krijgt. Degelijk beheer. Maar de regering-Malan, in welker gelederen oom Klasie Havenga een gezaghebbende positie inneemt, denkt er niet aan om ae voorgestelde maat regelen terug te nemen. Men heeft 114 millioen gulden extra nodig voor de uitvoering van „kapitaahverke" en dat bedrag moet er komen, goed schiks of kwaadschiks. Minister Ha venga is een conservatief financier; hy is nog altyd een aanhanger van de simpele maar degelijke theorie, dat het huishoudboekje van de Staat moet kloppen. Hij heeft in zyn nieu we begroting veiligheidshalve zelfs een overschot van vyf millioen gecal culeerd. En hij is er, gezien de gunsti ge reacties uit het buitenland, in ieder geval in geslaagd om door deze be groting aan te tonen, dat de Unie nog altijd een land is, waar buitenlands kapitaal niet alleen welkom, maar ook veilig en winstgevend is. En dat is, voor een zo snel groeiend land als de Unie van Zuid-Afrika, van eminent belang. BIJ DE NOLLEDIJK. Boeiende ogenblikken in het strandgebied. Een uur wachten is voor (le huis- tuin- en keukenmens een byna on overkomelijk bezwaar. Voor do dito natuurliefhebber behoeft het hele maal geen ramp te zijn. Vooral ais het waclitpunt zich bevindt in de om geving van de Nolledyk, valt er wel het een en ander te beleven. Daar is ten eerste het strand met de schynbaar achteloos neergewor pen bescherming van bazaltblokken. Een kaal gedoetje als men er van een afstand de blik over laat weiden. Zelfs van vry dichtbij schijnt dit maar een armzalige levenskring. Een wat grovere steenmassa lokt tot bezichtiging. Wat wierslierten, half verdroogd door zon en wind, wat zeepokken, daar schynt het wel i Het vloedwater begint weer aan te spoelen. Met krullende golfjes wringt het zich tussen de stenen door. Ze spreiden zich uit, lopen weer vast, wagen nog eens een po ging tot doorbraak en trekken zich dan langzaam, als teleurgesteld te rug. Het mag een tijdverpozing heten daar enkele minuten op te kijken, de ogen heen en weer te laten val len op de cadans van de golvingen, maar werkelijke belangstelling ont staat niet door het zich op en neer bewegen van enkele opgetilde slap pe wierslierten, ze wordt gewekt door de bewegingen waarachter het leven schuilt. Geloof nu maar vrij, dat dit leven hier is, zelfs al zou het bij beter toekijken nóg afwezig schij- nen. Overal, waar men de denkbeeldige laagwaterlijn kan trekken over een door BAREND ZWERFMANS. strandgebied, waarin tussen de ste nen kleine waterplasjes blijven in gesloten, wanneer de eb zich doet gelden, daar overal is leven te vin den, ook waar men het niet ziet. Zoek zo'n afgesloten waterpoeltje op en bekijk de bodem zorgvuldig. Tien tegen een dat, als men het wa ter aanraakt met de punt van de schoen er een garnaaltje met zeer snelle vaart wegschiet over de bo dem; zo snel, dat men slechts een ribbeling waarneemt, terwijl men door het glasachtige diertje heen kijkt. Het eist wel een paar minuten om de diertjes werkelijk te zien; voor een wachtende een boeiend spelletje. Komt het dicht by een donkere spleet tussen twee stenen dan schiet op z'n onverwachtst soms een stelletje scharen naar voren. Een levende krab zit daar verborgen, onmerkbaar be wogen een paar draaddunne spriet jes en een paar gestulde oogjes, maar ze letten op elke beweging in de buurt. Weet ge eenmaal zijn schuilplaatsje, dan wacht ge graag vijf minuten om hem dat nog eens te zien doen en zo is er vóór ge het weet reeds een kwartier van het wachtuur voorbij. Had men slechts meer van die onderwerpjes. dan zou men heus geloven het gehele uur aangenaam door te brengen. Nu, eenmaal gewend nóg een beet je scherper te kijken, zal men geen moeite hebben ze te vinden. Men be hoeft immers niet by dat ene poeltje te blijven staan Toch wel, anders leert ge uw aan dacht niet voldoende te concentre ren en u ontgaat wéér, wat ge vroe ger niet hebt gezien en ook verder nooit zult aanschouwen. Bekijk de stenen eens goed. Behal ve de ordinaire pokken (die ook le ven en fraaie waaiertjes steken van tussen hun kalkplaatjes) ziet ge onder water, vaak een witte franje aan de steen zacht heen en weer wiegen. Dunne draadjes met knop- Jes er aan. Dat is de zeedraad, een :olonie van kleine poliepachtige dier tjes. Wieren bevatten bladgroen; de ze diertjes maken niet hun eigen voedsel, ze vangen het, hun bleke kleur doet ze dadelijk als van dier lijke oorsprong kennen, voor ge ze met zekerheid hebt gevonden zijn al licht weer vijf minuten verstreken. Misschien ligt daar in de buurt dan een zeester, die in vochtige omge ving niet is uitgedroogd, maar toch ook niet veel moed heeft zich nog te bewegen. Schuif hem dan eens het water in, tien tegen een, dat de eigenaardige manier, waarop hij zich gaat uitrekken en voortbewe gen, u doet vergeten, dat er juist een boot passeert, welke aanblik u anders had moeten boeien om de verveling te verdrijven. HOOG EN LAAG WATER 2 Augustus. U.-f N.A.P. U.+N.A.P. U.- N.A.P. U.N.A.P Vlissingen 6.48 1.97 19.09 1.74 0.52 2.03 12.59 1.64 Terneuzen 7.18 2.17 19.38 1.95 1.28 2.22 13.33 1.83 Hansweert 7.52 2.26 20.04 2.05 2.06 2.37 14.12 1.98 Zierikzee 8.09 1.57 20.25 1.35 1.19 1.64 13.46 1.26 Wemeldinge 8.28 1.77 20.44 1.54 1.57 1.90 14.14 1.50 3 Augustug. Vlissingen 7.47 1.73 20.17 1.54 1.42 1.90 14.00 1.56 Terneuzen 8.14 1.94 20.43 1.74 2.15 2.10 14.31 1.74 Hansweert 8.43 2.05 21.06 1.86 2.51 2.24 15.08 1.89 Zierikzee 9.00 1.42 21.25 1.23 2.16 1.60 14.52 1.28 Wemeldinge 9.19 1.60 21.44 1.41 2.47 1.83 15.13 1.47 35. Vlug klom de Zeewolf aan boord van de Kraak en liep op de Maat toe. „Maak te je een grapje?" vroeg bij wantrouwend, „of wil je werkelijk jouw aandeel in de schat van Swarte Daen ruilen tegen die paar goud stukjes, die ik van je schip heb meegenomen?" „Ja", piepte de Maat. „dat wil ik werkelijk!" „Dan", besloot de Zeewolf, „ben je gek, öf er zit een truc ach ter.'.en ik denk het laat ste!" Hij lachte breed. „Je vader zat ook al'ijd vol trucjes", zei hij in tedere herinnering verzonken, „als je niet oppaste, ging hij al tijd met het leeuwenaandeel van de buit strijken! Maar ik ga er niet op in, voor ik weet, wat hier achter zit! Dus we gaan samen naar de schat zoeken I Ik neem een paar stevige mannetjes mee, want je staat op dit eiland altijd voor verrassin gen. En laat die kleine ook maar meegaan", vervolgde hij, op Kappie wijzend, „die lijkt me wel een pientere snuiterl" i afgelopen... Als je vijf lange poten hebt, met hoeveel moet je dan gaan lopen Kijk maar eens hoe de zeester dat probleem oplost. Daar schuift hij voort over de bodem en passeert een plekje, waar een rond kuiltje uw aandacht nog niet had opgeëist, 't Was dan ook een gevuld kuiltje en het grijze gedoetje, dat als vulling diende, viel helemaal niet op als iets levends. Maar nu is het opeens een echt kuiltje geworden, er heeft zich iets teruggetrokken in het zand of het slib. Als ge nu nog eens over de bodem speurt zult ge misschien der gelijke zuiver ronde, opgevulde kuil tjes ontdekken en dan tot uw ver wondering zien, dat de opvulling be staat uit een grijze, maar toch fraaie ster. Nu raakt ge die ster even aan met een aangespoeld strootje en op eens ontstaat weer het echte kuiltje en de ster is weg. In dat kuilj te woont enkele cm's diep een zee-anemoontje een zoge naamde „hol"bewonende anemoon. In het midden van de ster zit de mond en de stralen van de ster zijn de vangarmen, de tentakels. Dat diertje moet, dit zij tot uw bescha ming gezegd, niet één uur maar meest meerdere lange uren wachten tot het met die vangarmen een prooi kan grijpen. Het kan zich in het zand verplaatsen, maar waarom zou het dit doen, de kansen op prooi worden er niet beter door. Nu ge dit weer kent, zult ge rondziende overal van die sterren kunnen ontdekken, onder water open enboven water als slijmerige klontjes aan de stenen ge kleefd. Ja, ge zult verschillend ge kleurde vinden, wit, oranje, bruin, gestreept Dan moogt ge wel eens op uw hor loge kijken, ongemerkt is een flinke hap uit uw wachttijd gebeten en wilt ge nog de bloemen op de dijk bekijken met het aanvliegen van bij en, vlinders en vliegen, met hun be wegingen over de bloemen om ho ning of stuifmeel te veroveren, dan zult ge u moeten haasten! Ik wed, dat U geen tijd meer zult hebben om de noningklavers, de haasjeskruiden, de heggerank en nog zoveel andere planten te ontdekken, die de Nolledijk op zijn hoge rug heeft laten groeien. En ik weet zeker, dat ge de prachtige helling geheel en al begroeid met de herts hoorn weegbree niet eens meer zult kunnen ontdekken. En die is er toch ook. 't Is natuurlijk erg, als men een uur heeft gewacht en de persoon, die men moet spreken is nog steeds niet teruggekeerd. En men onmogelijk nog langer kan wachten. Misschien zal die persoon het zelfs erg iammer vinden, d&t men zo lang heeft moeten wachten voor niets. Dan mag dit babbeltje over een wachtuurtje aan de Nolledyk die per soon troosten met de gedachte, dat Zwerfmans zich in gene dele heeft verveeld, want hy zal daarbij nog verklappen, dat dit stukje niet de helft vermeldt van al de leuke din gen, die hij in dit „verloren" uurtje heeft gezien. En„wat in het vat is, verzuurt niet". Dagelijks terugkerende verschrikking verdwijnt Afwas thans kinderspel! Eindelijk is er een einde gekomen aan die eeuwige afwas-misère. Niet langer behoeft de huisvrouw met een zucht van tafel op te staan en vol tegenzin aan de afwas te beginnen. In deze moderne wereld van nylon, plastic en straalmotoren hebben de Castella-fabrieken ook daar iets op gevonden. Een lepel van het nieuwe afwasmiddel Castella Vaatwas ver schaft U teilen vol actief schuim, waaruit Uw vaat- en glaswerk, lepels en vorken in een oogwenk blinkend en stralend te voorschijn komen. Voorbij is de narigheid van natte do'eken, want afdrogen is niet meer nodig en voorbij is ook... de ellende van ruwe „afwashanden". Dit won dermiddel maakt de handen in plaats van ruw fluweelzacht! En de prijs voor dit jongste Castella-product... slechts 25 ct. per pak.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 8