De Engelenwacht van ds. Smytegeld
0
ONRUST INBELGIE RONDOM
DEPARTEMENTSSECRETARIS
K? Een buitenkansje
Verborgen woorden
12
PROVINCIALZEEUWSE COU RA NT
VRIJDAG 10 JULI 1953
VERHAAL UIT OUD-MIDDELBURG
De „Oude van de Singel" kon de
regenten geducht de les lezen
Bernardus Smytegelt was streng voor zichzelf en streng voor anderen.
st?nd onwrikbaar vast in de leer en als liy de kansel beklom, en met
zyn stem, die kjonk als een bonzende klok, zijn gemeeiitenaren hun laks
er S l verweet, scheen hy een oud-testumeytlsche profeet.
Went een verschil tussen de stugge figuur van deze boet-predikant
en de heren regenten met hun aangename omgangsvormen, die zo ver
draagzaam en welwillend waren, en wier enige fout was, dat zij van de
armen namen wat zij krygen konden.
Wie echter riepen deze heren aan
in hun nood, toen het mis dreigde
te lopen met lien, omdat er elk ogen
blik een opstand in Middelburg kon
uitbreken, terwijl de schutters niet
meer betrouwbaar waj-en?
Dezelfde Berngrdus Smytegelt,
voor wie ze binnenskames geen goed
woord over hadden, hoogstens een
medelijdend schouderophalen.
Zij wisten wel waarom zij dat de
den.
Deze dominee mocht dan al pre
kend zijn bijnaam „de felle donder
zoon" eer aandoen, het volk kende
hem ook onder een andere, vertrouw-
t door
\^JACQUES R. W. SINNINGHE
de naam: „de oude van de singel",
die altijd onmiddellijk kwam wanneer
men hem het meest nodig had, in de
laatste en moeilijkste ogenblikken
van een mensenleven.
Dominee Smytegelt heeft in een
der achterkamers van het Stadhuis,
de heren, die daar bijeen gedromd
waren als verschrikte roofvogels, de
les gelezen, zoals hij dat nog nooit
tevoren had gedaan. De ganzeveren
verstijfden in de vingers van de kler
ken, die er getuige van waren, en
zij zijn daar nooit over uitgepraat
geraakt, dus het moet wel raak ge
weest zijn.
Eerst nadat de regenten goed be
seft hadden wie en wat ze eigenlijk
wel waren, ging Bernardus naar de
pui van het raadhuis en wist het op
roer met zijn woord te dempen.
2^/2 eeuw geleden
Het is niet te verwonderen, dat
zo'n man voortleeft in de overleve
ringen, die rond het haardvuur ver
haald werden. Meer dan twee en een
halve eeuw zijn er verlopen, sinds
deze Goesenaar in Middelburg kwam
als een man in de kracht van zijn
leven, om er vier-en-veert'ig jaar lang
op de kapsel te staan, en nóg vertelt
men wat er gebeurde in die najaars
avond aan eenvan de singels van
Middelburg.
De Noord-Westen wind woei met
harde vlagen, en in de straten der
binnenstad kon men de ijzeren uit
hangborden voor de winkels horen.»
kreunen en piepen in hun scharnie
ren, wanneer de storm even zijn
adem inhield.
Aan de singels klotste het \vater
dof tegen de houten steigers, waar
in de zomer de roeiboten meerden.
Zo nu en dan ratelde een rits leien
van een der daken of zwierde een
dakpan als een vreemde, rosse vogel
door de lucht.
't Liep al tegen middernacht.
Door de spleten van de zware gor
dijn en, die dichtgetrokken waren voor
de hoge vensters van de huizen aan
de singel, zag men niet meer de
flauwe weerschijn van het zachte
kaarslicht; alleen aan de bruggen
brandde nog licht in de hermetisch
afgesloten stormlantaarns.
De straten waren al lang verlaten,
want wie zou er in dit noodweer nog
op uit gaan? Alleen eep pi-edikant,
die de klopper op zijn deur heeft ho
ren vallen, en wiep yjt het donker
een stem heeft toegeroepen, om zich
te haasten, daar iemand op sterven
ligt.
Zo is ook Smytegelt die pacht op
weg gegaan, zijn gestalte wat voor
over gebogen öm de kracht van de
wind op te vangen in zijn hand een
lantaarn, waarin net lichtje op en
neer wapperde als een kleine vogel,
die telkens tegen de tralies van zijn
nauwe kooi vliegt.
Hij ontmoette niemand onderweg,
alleen in de schaduw van het hoek
huis bij een der bruggen, die hij over
moest gaan, zag hij twee mannen
stpan, die, in hun stormjekkers ge
doken, zioh niet om het weer sche
nen te bekommeren.
Dat zijn stellig varens-gasten,
dacht Smytegelt, die overleggen of ze
naar hun schip terug zullèn keren
of in de stad zulen overnachten. Hij
hief gijn hand op om hen te groe
ten.
Eindelijk kwam hij op de plaats van
zijn bestemming aan, maar hg moest
lang kloppen aan het donkere huis
eer een verbaasde en verschrikte man
hem opendeed, in wien hij de ster
vende herkende, die hij had willen
troosten.
Alle huisgenotep haastten zich hem
uit te leggen, dat er een vergissing
in het spel moest zijn, daar niemand
hem, bij hun weten, had geroepen.
Daarom durfde Smytegelt niet te vol
doen aan hun verzoek, om deze nacht
bjj hen te blijven, inplagts vap zich
opnieuw in de storm te wagep. De
boodschap was misschien verkeerd
Overgebracht, go cjacjit hg, en weldra
zou een ander vóór zijn huis staan
om hem te halen voor de zieke, die
op zijn komst wachtte.
Daarom haastte hij zich terug paar
de pastorie en zette hij zich bij het
vuur. Maar die nacht wachtte hg te
vergeefs.
Na 2 jaar
Twee jaren waren voorbijgegaan
en de Novemberstormen joegen we-
Indonesische interesse voor
Nieuw-Guinèa
De' nieuwe Indonesische zaakgelas
tigde in Australië, dr. Tamzil, heeft
bij aankomst in Sydney verklaard, dat
Indonesië inlichtingen wenst over de
jongste besprekingen tussen de minis
ters van buitenlandse zaken van
Australië en Nederland. Dr. Tamzil
voegde hier aan toe, dat aan de Indo
nesische regeripg tal van bijzonderhe
den over deze besprekingen bekend
zijn, doch dat zij volledig op de hoogte
wil zijn alvorens beslissingen te nemen
derom over de stad en over het ei
land. Weer werd er in het holle van
de nacht geroepen om de dominee,
maar deze maal bleef de bode wach
ten, om Smytegelt te begeleiden naar
liet deftige huis van een raadsheer,
die zijn bitse en bittere vijand was
geweest, eer hij zich in een bevreem
dend stilzwijgen had teruggetrokken.
Toen de dominee binnenkwam,
keerde de man zijn gezicht naar de
muur en begon te vertellen, dat hij
het was geweest, die voor twee jaren
in het donker naar de pastorie was
gekomen, om de boodschap over te
brengen, die Smytegelt in de storm
nacht naar buiten had gelokt.
Hij en een van zijn vrienden waren
de vermeende bootsgezellen geweest,
die in de schaduw bij de brug hadden
gestaan, wachtend tot de dominee
hen voorbij zou gaan en hen de rug
zou toekeren.
Dan hadden zij naderbij willen snel
len en hem beet grijpen pm hem óver
de leunipg van de brug in het don-
kere, onstuimige water te werpen, en
toe te zjen, hoe hij, gehinderd door
zijn zware geplooide mantel, in de
diepte zou-zinken, om piet meer bo
ven te komen.
Op dat ogenblik echter werden zij
door een ontzettende schrik bevan
gen, want eensklaps viejen hun de
schellen van de ogen en zij zagen dat
hoge engelengestalten, met vlammen
de zwaarden gewapend, de kleine,
gebogen figuur op zijn weg begeleid-
Dat is het verhaal van de engelen
wacht van dominee Smytegelt, zoals
dit mij in Zèeland werd verteld.
Geen vergunning nodig voor
vaste brandstoffen
Blijkens publicatie in de Neder
landse Staatscourant van 8 Juli 1953,
is de vaste brandstoffendistributie-
beschikking 1950 gewijzigd. Hierdoor
is met ingang van 1 Juli 1953 de dis
tributie van vaste brandstoffen voor
de zeevisserij, voor kook- en verwar
mingsdoeleinden aan boord van zee-
sfchepen, voor rivier-, bipnen- ep
sleepvaart alsmede voor drijvend ma
terieel opgeheven.
Dit betekent, dat voor het betrek
ken van deze brandstoffen door bo
vengenoemde verbruikers, geen ver
gunningen meer nodig zijp. De rege
ling betreffende hgt verstrekken van
toewijzingen aan de handel blijft on
verminderd van kracht.
Hongaren krijgen meer
voedsel en textiel
De Hongaarse minister vap handel,
Josef Bognar, heeft in het officiële
blad van de Hongaarse communisti
sche partij, de „Szabad Nep", nieuwe
beloften gedaan voor het verbeteren
van de levensstandaard van de arbei
ders.
De minister verklaarde, dat de aan
voer vap levensmiddelen, vooral van
groente, moet worden verbeterd, en
beloofde, dat tegen eind Juli de prijs
van meel tot ongeveer de helft zal
worden teruggebracht. Voorts beloofde
hij, dat van 1 Augustus af wit brood,
roggebrood en andere broodsoorten in
de winkels beschikbaar zullen zijn. De
prijzen van aardappels, en kolen zijn
volgens hem reeds gedaald. De textiel-
voorziening zal worden verbeterd.
De minister gaf toe, dat ,de bevol
king in de grote industriële centra en
in de steden voortdurend leed onder
de dringende tekorten aan belangrijke
goederen. Hij schreef dit toe aan het
slechte beheer van de landbouwcoö
peraties.
Het Weense blad „Die Presse" meldt,
dat in de nacht van 27 op 28 Juni
duizenden pamfletten in de straten van
Boedapest zijn verspreid, vooral in de
arbeiderswijken. Zij droegen het op
schrift: „door staking naar vrijheid".
Vorige week, zo wordt voorts be
richt, zouden de arbeiders Van een fa
briek in Hongarije spontaan in staking
zijn gegaan. Zij eisten verlaging van
de arbeidsnormèn. De politie zou de
staking de kop ingedrukt hebben en
een 2(Mal arbeiders hebben gearres
teerd.
HIJ WERD VEROORDEELD
Gaat rustig voort met zijn werk
(Van opze correspondent in België)
De Heer M. Harmei is minister van Publieke Instructie (onderwijs) in
België. Hij is niet één van de meest naar voren tredende personaliteiten en
voor het Belgische volk is Uy geen. man, die een aureool van bijzondere gCote
verdiensten draagt. De laatste tijd is zijn naam telkens in opspraak gekomen,
en het schynt, dat zijn parlementaire weg steeds minder voorsi>oedlg
wordt.
Men zal zich herinneren, dat enige
tijd geleden in het gebouw van het
mini§terie van Publieke instructie te
Brussel een -vreselijk ongeluk gebeul
de, dat aan achttien mensen het leven
kostte. Er brak brand uit in het ge
noemde gebouw en bij de paniek, die
toen ontstond, vonden deze achttien
mensen een vroegtijdige dood. Toen
men later een onderzoek instelde naai
de oorzaak vap het ongeluk, kwam
een verschrikkelijk verzuim van de
heer Kuypers, secretaris-generaal
van genoemd departement, aan het
licht. Hij had namelijk goed gevonuep,
dat onder de verdieping, waar zich ,de
burelen van zijn departement bevon
den, in een kelder negen ton film
materiaal werd opgeslagen, alles een
zeer gevaarlijke, zeer ontvlambare
stof; en hij had dit gedaan, niettegen
staande de ernstige waarschuwingen,
die hem gegeven waren.
De rechtbank te Brussel veroor
deelde de heer Kuypers tot zes maan
den gevangenisstraf, omdat hg door
nalatigheid en onvoorzichtigheid,
schuldig was aan de brand. De man
zag kans in hoger beroep te gaan en
door allerlei slimmighéden uitstel
van uitvoering van het vonnis te ver
krijgen.
In functie
Tot hiertoe loopt alles nog tamelijk
gewoon. Vreemder wordt het geval
als wij mededelen, dat de heer Kuy
pers heden, vijf maanden nadat de
rechtbank vonnis over hem velde,
niet slechts nog steeds op vrije voeten
loopt, maar ook nog altijd zijp functie
aan het departement waarneemt, on
danks de uitspraak van de jury, de
stem van de pers en allerlei felle pro
testen, die uitgebracht werden. Mi
nister Harrnel tart elk verzet en, wat
de heer Kuypers betreft, men zou
hem in de schoenen willen schuiven,
dat hij het welbekende kwajongens
adagium in practijk wil brengen:
„J'y suis, j'y raste, al was het al-
Jeen maar om je te pesten," Dat het
kussen waarop deze heer zit hem niet
te warm wordt, begrijpt de meerder
heid, terecht in België niet.
Onkies
Meer nog-, deze heer Kuypers heeft
nu de onkiesheid gehad om te ver
schijnen op een plechtige samen
komst, die zijn departement gaf om
de nagedachtenis te eren van de leden
van het personeel, die in de Joop van
twee oorlogen gevallen zijn en ook
ter gedachtenis van de mannen, die
omkwamen hij de brand.
Men zou zeggen eep mooie gelegen
heid voor de' heer Kuypers om zich
heel stil en bescheiden terug te trek
ken en, als hij zich al op deze plech
tigheid vertonen moest, om in alle
mogelijke talen te zwijgen, zoals een
mens zwijgt, die door nalatigheid de
oorzaak werd, dat achttien mensep
moesten sterven. Geen sprake van!
De secretaris-generaal heeft een har
de huid. Hij verscheen op deze her
denkingsplechtigheid, inplaats van te
zwijgen, zette hij in een prachtige
„oratio pro domo" uiteen, dat de
brand van het gebouw van Publieke
Instructie te wijten was aan opzette
lijke kwaadwilligheid en dat hij op
dit punt nieuwe bewijzen aan de
Rechtbank had voorgelegd.
Achtergrond
Een' nieuwe poging om uitstel te
krggen? Wij weten het niet. Twee
dingen moeten ops van het hart. Ten
eerste, als het waar Is, wat hier al
gemeen wordtaangenomen, dat het
zitten blijven van de heer Kuyper op
het secretariële kussen te danken is
aan het feit, dat hij dezelfde poli
tieke partij aanhangt als zijn minis
ter, dan vinden wij dit een geval van
zulk een vergaand politiek favoritis-
me, dat onze eerbied voor de Belgi-
In verband met de verandering va/n
het peil der Walcherse binnenwate
ren, moeten aan de bruggen kostbare
veranderingen worden aangebracht.
Hier de Noordpoortbrug- te Middel
burg, waaraan op dit ogenblik ge
wérkt wordt. (Foto P.Z.C.)
Ontoereikende publicatie
nieuwe posttarieven
Het Eerste Kamerlid de heer De
Vos van Steenwtjk heeft pan de mi
nister van verkeer en waterstaat
schriftelijk gevraagd of het waar is,
dat het hoofdbestuur der P.T.T. vóór
1 Jpli 1953 op onvoldoende wijze aan
de naderende tariefswijzigingen be
kendheid heeft gegeven en of het
hoofdbestuur aan de postkantoren
heeft medegedeeld, dat tot 31 Juli
a.s. geen strafport in rekening be
hoort te worden gebracht? Het Ka
merlid wil nu weten wat het oordeel
is van de minister over het door het
hoofdbestuur der P.T.T. in deze ge
voerde beleid.
Nederlandse fabriek in
Canada?
Een handelsmaatschappij in Rotter,
dam heeft het voornemen ih Canada
een bedrijf op te richten, dat aan 1000
tot. 2000 man werk zou kunnen ver
schaffen. Hiervoor zouden Neder
landse emigranten in aanmerking
kunnen komen, die in Canada door
omstandigheden veelal een ander be
roep uitoefenen, dan zij bezitten. In
samenwerking met de Canadese au
toriteiten wil men met de oprichting
van deze fabriek de werkgelegenheid
voor deze Nederlandse emigranten
vergroten.
sche onpartijdigheid, in hoogste aan
gelegenheden erdoor een diepe deuk
krijgt. En in de tweede plaats achten
wij het verschijnen van de heer Kuy
pers op bovengenoemde Herdenkings
meeting en de woorden, die hij daar
gesproken heeft, op zijn minst een
grote onfijngevoeligheld. Wie in op
spraak is, doet het best te zwijgen.
In ieder geval moet onze eigen mond
ons dan niet prijzen. Het is goed, dat
een deel van de Belgische pers hard
nekkig over deze kwestie blijft schrij
ven, want daarmee toont zij, dat zij
de standaard van alles wat hoog,
goed en edel is, hoog wil houden. Als
uiteindelijk hét reeds te lang geboeide
recht de overwinning zal behalen in
deze onverkwikkelijke geschiedenis,
zal die overwinning méé te danken
zijn aan deze pers, die de storm blijft
luiden in het Belgenlond.
Is er iets heerlijkers denk
baar dan Eleetrische loco
motieven, seinlichten, wis
sels en snelheid? Joop Ver
beek was er wég van. Iedere
week kocht hij van zijn zak
geld een perronkaartje en
genoot dan van al de bedrij
vigheid van het grote sta
tion. De machtige Interna
tionale treinen vooral deden
zijn hart open eq dicht gaan.
Met glinsterende ogen kon
hij kijken naar de prachtige
locomotieven. Als hij op zijn
tenen ging staan kon hij
juist door het raampje de
plaats van de treinbestuur
der zien en al die knopjes,
meters en lichten. Later liep
hij dan de hele lange trein
langs. Hij kon gewoon niet
begrijpen dat al die reizi
gers van die gewone, alle
daagse gezichten konden
trekken. Ochals hij
eens meemocht. Hij zou jui-
ohen en zingenhij zou
zich héél belangrijk voelen.
En die reizigers waren alle
maal nog wel buitenlanders,
Fransen, Engelsen, Ameri
kanen
Wat een prachtige coupé's
héDaar zat je nog heer
lijker in dan in de mooiste
stoel thuis. Stel je toch eens
voor dat je zó de hele wereld
werd doorgetrokken. Pat je
alleen maar het raampje
hoefde uit te kijken om alle
verre landen te kunnen zien.
Al starende door een cou
péraampje dwaalden Joop
zy'n gedachten helemaal
weg. Hij was treinbestuur
der en zag de wissels onder
zich doorschieten. Hg hoor
de het gedender van de wie
len over de railshij zag
Parijs en Rome en Madrid...
Er was geen school meer en
geen huiswerk, alleen maar
vrijheid en avontuur......
Plotseling werd Joop uit
Zijn droomwereld geholpen
doordat het coupé-raam,
waardoor hti steeds had
staan staren, langzaam naar
beneden schoof. Een vrien
delijke dame boog zich naar
buiten en Joop kreeg een
kleur, want nu pas bemerk
te hjj, dat hij deze dame
steeds had staan aankijken
zonder haar te zien. „Waar
ciacht jij allemaal aan...?"
vroeg de dame in gebroken
Hollands, terwijl ze vrjepde.
lijk lachte. Ik ik
stamelde Joop ver
legen „...neemt U mij niet
kwalijkik droomde een
beetje... ik
„Jij zou zeker óók wel
eens in zo'n mooie trein wil
len zitten", vervolgde de
dame. Joop knikte. „J,,.ja.
mevrouw", antwoordde hij
beleefd, „m...maar boe weet
U dat lk daaraan dacht!"
„Dat kon ik aan je gezicht
zien!", lachte de dame nu.
„Kom maar hoor, de trein
vertrekt pas over een kwar
tier, Elk ogenblik kan mijn
zoontje ook komen. Je kunt
dan zolang zijn plaats be
zet houdenI"
(Vervolg volgende week.)
Hieronder volgen een zes
tal zinnen waar steeds de
naam in is verstopt van Iets
dat in de huiskamer is te
vinden.
1. Stram en recht marcheer
den de soldaten voorbij.
2. Je kunt-dit schilderij van
me kopen maar ik heb ook
nog diverse anderen^
3. Met tonggeklak lokte Jan
zijn kippen naar het hok.
4. Deze winkel ls goed ge
sorteerd. Je koopt er stop
zijde, speelgoed, leesboe
ken, kastpapier, enz. enz.
5. Ik heb nog een tube wa
terverf, kleur sepia, nodig.
6. De boer houdt van de
schemer. Lampen aanste
ken doet hij pas als het
helemaal donker is.
■durexjauieqa# '9
'ouujd 'g 'jSBifuaiiaoq y
'HOM 'g 'uoAlp z 'uauioi
aujssoido
Het was op een hete
middag,
Onze Mies de Muis
had vrij.
„Nu ga ik mijn gras
eens knippen!",
Riep ze, „dat staat er
lelijk bijl"
Met een grote schaar
gewapend,
Liep ze snel haar
tuintje in.
„Echt een werkje voor
vanmiddag!!".
Riep ze vrolijk,
„ik heb zin!"
„Knip-knap-knip".
Mies knipte vlijtig
Al het lange gras er af,
Dochze kwam
langzaam maar zeker
Op de dikke tuinslang af.
„Knip", deed plots de
schaar,
„Wat is dat!", riep de
muis, „Dat was geen
gras!"
Maar de muis zou heel
gauw weten,
Wat er aan het
handje was.
Want een dikke straal
koud water,
Spoot recht in de
muisjessnoet.
Maar omdat het reuze
warm was,
Deed dit bad de muis
toch goed.
Het was vacantie en Em
my kreeg haar nichtje
Truus op bezoek. Emmy
woonde in een grote stad en
ze wilde Truus er graag zo
veel mogelijk van laten zien.
Maar Truusje zou reeds de
volgende morgen weer terug
gaan. Er was dus niet veel
tijd meer en daarbij kwam
nog dat, de belde meisjes
precies 30 cent rijk waren.
„Ik wil ook een keer ln de
tram!", riep Truus. „Ja,
maarwierp Emmy te
gen, „er is hier een prachtig
paleis, een mooie kerk en
een schitterend station en
die bouwwerken moet je ge-
zien hebben voordat je weer
weggaat."
Het meisje pakte een
plattegrond van de stad.
„Kijk", zei ze, „hier wonen
wij, zie je wet? bij A. Nu to
B. het station, C. bet paleis
en D. de kerk.
Er zijn vier tramlijnen,
Lijn één, tyi twee, tyn «ttfe
en lijn vier.
„Wacht eensM, riep ze
echter plots, „een overstapje
op de tram feost vijftien cent.
Laten we nu eens proberen
met maar één keer over te
stappen van A. af langs B,
C en D, te komen en ten
slotte weer bij A, uit te stap
pen. Dan heb je alles gezien
enje hebt nog in de
tram gezeten ook!"
Nu, de belde meisjes heb
ben het gevonden hoor! Ze
stapten in de tram, kochten
een overstapje en zagen
's middags het paleis, het sta
tion en de kerk. Kunnen
jullie zien hoe het tweetal
geredon heeft, en met welke
Üjnen? De zwarte streepjes
zijn de halten waar je al of
niet over kunt stappen.