Dr. Proost schreef een boeiende grafie over Gorki mono c O8 Muzikaal schoolreisje over het eiland Walcheren Russische schrijver werd naiionale held Europese filmpool van groot belang voor Nederland Mevr. v. d. Broecke-de Man schreef de feksf en Jan Kuiler de muziek De Radio-Unie organiseert dirigentencursus ZATERDAG 6 JUNI 1953. PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 HACHELIJKE ONDERNEMING. MAAR TOCH... DE RUSSISCHE LITERATUUR VAN DE negentiende eeuw is, evenals de gelijktijdige Franse, een literatuur van wereldformaat en ze heeft dan ook de gehele wereld veroverd. De grootste schrijvers, als Poesjkin, Gogolj, Dostojefski en Tolstoi, genoten en genieten nog steeds in alle landen de grootste roem: ze behoren tot de onsterfelrjken uit de wereldliteratuur. Rondom deze figuren van de allereerste grootte bewogen zich nog vele an deer schrijvers van meer dan gewoon formaat. Bijna allen hebben zij zich bezig gehouden met sociale problemen, van hoe verschillende afkomst zij ook waren (Poesjkin bv. had vorstelijk- en negerbloed in de aderen, Tol stoi was een graaf, Dostojefski stamde uit ambtenaarskringen). Onge looflik schril waren nL de tegenstellingen tussen armoe en rijkdom, dom heid en intellect in het 19de-eeuwse Rusland: een thema dat als onder werp in vele boeken terugkeert. Tegen het einde Van de eeuw gaat echter de grootheid van de literatuur tanen, en, bijna als sluitstukken, treden twee schryvers op, wier naam eveneens over de hele wereld zal klinken, hoe totaal verschillend zjj ook zyn: Anton Tsjeehow (1860-1904), die in fij ne meesterlijke boeken en toneelstukken de ondergang van het oude Rus land heeft uitgebeeld, en Maxim Gorki (1868-1936)de talentvolle voor vechter en uitbeelder van de opkomende arbeidersklasse, die wegen voor het nieuwe Rusland effent. Met de woorden „meesterlijk" „talentvol" is het eigenlijk al een grote figuur, een nobel, en on baatzuchtig mens, een veel belang rijker mens dan Tsjeehow, zo ge wilt, is Gorki alleszins geweest; een geni aal schrijver stellig niet. Het laat zich nu reeds aanzien, dat het over grote deel van zijn werk, in hoevele millioenen exemplaren het ook ver spreid mag zijn, in vergetelheid zal raken. Want Gorki Is vaak ongeloof lijk langdradig in zijn dikke turven van boeken en langdradigheid Is een- Letterkundige kroniek door HANS WARREN maal een eigenschap, die in het ge heel niet meer bij het moderne le venstempo past. Ook het te zeer ten dentieuze maakt veel van zijn werk vergankelijk. Het is een merkwaardig coïnciden tie, dat juist de laatste jaren zowel over Tsjeehow als over Gorki oor spronkelijke levensbeschrijvingen in het Nederlands zijn verschenen. Dr. Eekman schreef een werk over „An ton Tsjeehow en de Russische intel ligentsia" en onlangs bereikte ons van de hand van dr. K. F. Proost „Maxim Gorki, zijn leven en wer ken" x) Dr. Proost ls niet rechtstreeks tot de bronnen kunnen gaan: hij kent Russisch noch Rusland en hij bekent dat eerlijk. Zelf noemt hij het dan ook een hachelijke onderneming, om onder die omstandigheden over iemand te schrijven, en dat ls het stellig. Zijn boek is meer een compli catie dan een schepping geworden, maar zeer zeker is dr. Proost er in geslaagd voor de belangstellende Nederlandse lezer een zeer goede en betrouwbare inleiding te schrijven tot het werk van Maxim Gorki, en dat wel in de eerste plaats door de warme sympathie die hg voor de schrijver koestert en die hij op de le zer weet over te dragen. Dr. Proost geeft grif toe, dat ook hem allereerst Gorki's boodschap: het geloof en vertrouwen in de mens en zijn mogelijkheden, zijn streven naar waarachtigheid en zijn strijd voor de verdryving van het lijden hebben getroffen. Een figuur uit een stuk was Gorki stellig niet, daarvoor was hij toch te zeer individualist. Het is een van de verdiensten van Proosts werk, dat hij dit duidelijk naar voren brengt en dat hij geenszins schroomt kritische opmerkingen over zijn held te maken. GORKI'S JEUGD Daar het onmogelijk is in dit be stek een bevredigend overzicht van Gorki's leven en werken te geven en we U gaarne het boek van Proost ter lezing aanbevelen, eindigen we met enkele opmerkingen over Gorki's jeugd, waaraan hij zelf zijn o.i. beste en blijvendste boeken heeft gewijd, <*e DE ZESTIGJARIGE Britse film- magnaat Sir Alexander Korda heeft zijn verloving bekend gemaakt met de 25-jarige Canadese Alexandra Boycnn. Korda is reeds tweemaal gehuwd geweest. VAN DE bij Querido verschenen roman van Hétta S. Haasse ,J)e scharlaken stad" Zijn thans vertalin gen in voorbereiding. Een Zioitserse uitgave verschijnt bij Gutenberg, Zu rich, een Engelse bij Mc. Graw-HiU, Londen en een Amerikaanse uitgave b\j dezelfde firma in New York. TER GELEGENHEID van het hon derdjarig bestaan van de mannen- zangvereniging ,^.póllo" is de diri gent van dit koor, de 84-jarige Fred Roeske benoemd tot officier in de orde van Oranje Nassau. DE MINISTER van onderwijs, kunsten en wetenschappen heeft aan de architect G. Rietveld te Utrecht opdracht verleend tot het maken van een ontwerp voor een nieuw Nederlands paviljoen op het terrein van de Biennale te Venetië. Het zal worden opgetrokken op de plaats van het oude, dat thans wordt afge broken. Er zal in 1954 reeds in kun nen worden geëxposeerd. AAN DE FLUITIST Everard van Royen is op zijn verzoek eervol ont slag verleend als conservator van de muziekhistorische afdeling van het Haagse Gemeentemuseum. zijn mémoires, getiteld: „Kinderja ren", „Onder Vreemden" en „De jon ge stormvogels". Maxim Gorki (gorki=de bittere) is een pseudoniem. De schrijver werd gedoopt, als Alexej Maximitsj Pesj- kow, en hij stamt eigenlijk uit de kleine burgerij. Pas door tegensla gen kwam de familie letterlijk tot de bedelstaf. Gorki's moeder was oor spronkelijk zelfs van ryke familie. Zijn beide grootvaders waren allebei niet veel meer dan barbaren, die op de afschuwelijkste manier hun vrou wen, kinderen en kleinkinderen mis handelden, wat overigens regel was in hét Rusland van die tijd. Gorki's vader stierf zeer vroeg, en zijn moe der, die nooit erg veel voor hem be tekend heeft, trok met het kind in bij haar familie. Het was daar een ware hel in huis en enkel de aanwe zigheid van zyn grootmoeder, van wie hij zielsveel hield, vergoedde veel van de onbeschrijfelijke narigheid. Ook die goede ziel werd af en toe half dood geranseld, maar haar wijsheid is: „Hij (d.i. haar man) moet voor God verantwoording afleggen; myn plicht is, alles te dragen". Die groot moeder is een van de onvergetelijk- ste figuren uit Gorki's boeken. Als zijn moeder, in 1877, nertrouwt, en ook mishandeld wordt, vermoordt het kind Gorki byna zijn stiefvader en daarna wordt hij naar zgn groot ouders teruggezonden, die inmiddels hun geld verloren hebben. In 1879 sterft zijn moeder, en dan, 11 jaar oud, krijgt hij van zijn grootvader te horen: „Alexis, jongen, het gaat niet aan dat je op mijn zak blijft teren, trek liever de wereld in Dan begint die afschuwelijke en rijke leerschool „Onder Vreemden", en tot welke wanhoop de jongen kwam, bljjkt wel uit de poging tot -zelfmoord, waarby hjj zich een kogel door de long schoot wat hem, hoewel hy oersterk was, levenslang tuber culose heeft bezorgd. Dat was in 1887. Uit deze leerschool des levens heeft Gorki telkens weer geput voor zijn talloze werken: hier komen al die trieste, verlopen, nutteloze typen vandaan, hieruit stamt ook zijn liefde en begrip voor de diepst gezonkenen, zijn hele levenshouding voor later. Wie Gorki wil 'eren begrijpen en waarderen, leze, liever nog dan zijn overbekende werken als bv. „De Moe der", die uiterst bloeiende mémoires. Weinig heeft Gorki, toen hij onder de penibelste omstandigheden begon te schrijven, kunnen vermoeden dat zijn werk later in 62 talen zou worden vertaald, dat er 42 millioen exempla ren van zijn werken zouden worden verkocht, dat hij, ook nog tijdens zijn leven, beroemd en vereerd zou wor den als een nationale held. En na zijn dood sprak Molotow: „Na Lenin is de dood van Gorki het zwaarste verlies voor ons land en voor de mensheid". Niemand minder dan Stalin zette zijn schouder onder het draagstel met zijn as. Heel dit boeiende, grootse leven beeldt dr. Proost op bevredigende, onpartijdige wijze uit, en deze Neder landse monografie over de grote Russische schrijver kan dan ook zon der voorbehoud een aanwinst worden genoemd. x) Uitgave: Van Lofkum Sloterus, Arnhem. (Met portretten). Ernest Hemingway, de Amerikaanse schrijver, die de Pulitzer-prize 1953 behaalde voor zijn „The Old Man and the Sea". Het was zijn eerste Pulitzer- onderscheiding, hoewel hij reeds grote bekendheid genoot sinds 1929, toen zijn beroemde „A Farexoéll to Arms" werd gepubliceerd. Ballet over de watersnood Deze week werd in de Stads schouwburg te Amsterdam in het kader van de derde Kunstmaand een voorstelling gegeven door de groep „Ballet Recital" onder de artistieke leiding van Sonia Gaskell en met me- rerking van de Haarlemse Orkest vereniging. Er waren enkele novitei ten, waarbij de grootste interesse uit ging voor het in opdracht van de Kunstmaand-organisatie door me vrouw Gaskell op muziek van Geza Frid gezette ballet „Luctor el Emer- go", de Zeeuwse wapenspreuk „Ik worstel en kom boven". Reeds bij de Elannen was er enige deining merk- aar, omdat men de ellende van de watersnood geen onderwerp voor een ballet achtte. Natuurlijk was die zienswijze hoe verklaarbaar ook niet juist, omdat immers de beweging zeer wel in staat is de emotie, ook de meest tragische, waardige gestalte te feven. De grondgedachte van het allet was uitdrukking te geven aan de neiging van de in vreedzaamheid levende mens, aanvankelyk niet te geloven in de verstoring van zijn ge luk. Zodra hij evenwel tot het besef is gekomen, vindt hy kracht om zijn moeilijkheden te overwinnen. ALLERAARDIGST GEHEEL Dr. VROOM MEENT: Enige tijd geleden hebben dertien afgevaardigden in de Raad van Europa te Straatsburg het voorstel ingediend een Europese filmpool in het leven te roepen. Het hoofd van de afdeling kunsten van het ministerie van onder wijs, kunsten en wetenschappen, dr. N. R. A. Vroom, heeft thans aan een A.N.P.-redacteur de achtergronden van dit voorstel nader belicht. Daarby wees dr. Vroom er op, dat het beeld van de financiering In Europa weinig rooskleurig is. Zonder steun van de overheid is geen filmproductie moge lijk. king op het gebied der filmproductie te geraken omdat, naar zijn mening, in deze samenwerking de enig moge lijke ontplooiing is gelegen om de Europese filmindustrieën een econo misch gezonde basis te verschaffen. Een gezonde filmèconomie betekent verlaging van de productiekosten en zal een groter mogelijkheid openen om in de culturele en kunstzinnige sector te experimenteren. Voor dit laatste is men thans huiverig. Met de huidige productiekosten komt men amper met de hakken over de sloot en men moet het publiek dus steeds naar de ogen zien. De middelmatig heid is daarvan dikwijls het begrijpe lijk gevolg. Dr. Vroom acht een filmpool voor ons land, dat thans nog meer „con sument" dan „producent" is, van de grootste importantie. Naar zijn me ning kan Nederland niet alleen uit stekende documentaires, maar ook goede speelfilms maken, want ons land beschikt over voortreffelijke krachten. Enerzijds verkrijgt het Nederlandse publiek door een filmintegratie de mogelijkheid van een zo groot moge lijke keuze van films. Anderzyds zal de Nederlandse filmproductie van de faciliteiten die door een filmpool ont staan, mede kunnen profiteren. De documentaires zullen gemakke lijker haar weg vinden naar de bio scopen der wereldsteden: de nationa le speelfilmproductie zal door deze integratie een dankbaar te aanvaar den impuls verkrygen. Doordat de nationale filmindustrie- en noodlydend zijn en kunstmatig in het leven worden gehouden, stemmen deze natuurlijk hun producten vrijwel uitsluitend op de behoeften van de eigen markt af. Zo ziet men, dat waar op vele terreinen de Europese gedachte meer en meer begint door te dringen, in de filmindustrie de na tionalistische tendenzen hand over hand toenemen. A.„ tweede moeilijkheid, waarvoor de Europese filmindustrie zich ge plaatst ziet, noemde dr. Vroom de snelle groei van de televisie. De uit zending van de kroningsplechtigheid te Londen bijvoorbeeld was niets an ders dan een integratie op televisie gebied, waarby het Verenigd Konink rijk een uiterst belangrijke rol speel de. De Amei'ikaanse filmindustrie tracht dit gevaar te overwinnen door steeds grotere films in kleuren te ma ken. In verband met deze ontwikkeling heeft minister Cals reeds anderhalf jaar geleden het internationale ter rein der filmproductie laten verken nen en de mogelijkheden doen aftas ten om tot een filmpool voor Europa tc komen. Dat was dan ook de "eden, waarom deze bewindsman bij de huldiging van Herman van der Horst in bedekte termen zinspeelde op de mogelykheid om in de toekomst tot een samenwer- EEN VROLIJKE MENGELING van ldnderjolyt, „aanschouwelijk" on- derwys en goed-klinkende muziek! Ziedaar een uiterst-korte samenvatting van de kindercantate „Walcheren", waarvan mevrouw E. J. van den Broecke-de Man de woorden en Jan Kuiler de muziek schreef. Er wordt in dit alleraardigste werk verteld van een aantal kinderen, dat een reisje naar Walcheren maakt en daar allerlei plaatsen bezoekt: Middelburg, Vee- re, Berkenbos, Westhove, Domburg, Westkapelle, Zoutelande en Vlissingen, om tenslotte van deze stad uit weer op huis aan te gaan. Een gezellig uitstapje, waar de kinderen héél wat van opsteken, omdat het eiland tal van bezienswaardigheden heeft, die vanzelfsprekend niet worden overgeslagen. Dagen van tevoren zijn de jonge reizigers van streek en de nacht vóór de grote dag kunnen zij byna niet slapen van opwinding. Dat ervaart de luisteraar al spoedig door de piano-inleiding: drukke figu ren suggereren de agitatie van de woelige Irinderbent. HA, daar gaat de wekker, gelukkig maar, want nu kan het feest beginnen: „Naar Walcheren gaat het deze keer. Hiep-hiep-hoera, het is mooi weer!" Haastig worden alle ingrediënten voor onderweg samengepakt, „de broodjes hier, de melkfles daar", ter wijl moes, die ongerust is over de reis van haar kroost, de verzekering krijgt, dat ze dat niet behoeft te zijn: ,,'t Is immers al de tweede keer. En heus ik ben geen kleuter meer!" De schare trekt opgewekt naar de trein, waar van harte meegeleefd wordt met twee reizigers, die te laat komen en ondanks hard draven niet meer meekunnen. En men komt, vooral met het oog op de heerlykhe- den die deze dag nog wachten, tot de conclusie: „O, wat moet dat vreselijk zijn. Te laat komen voor de trein..." Het bewegelijke geloop en ge drang, zoals men dat nu eenmaal van kinderen ziet, is in deze can tate suggestief weergegeven, zo wel In de woorden als in de mu ziek. Kuiler schreef ten opzichte van de melodieën een vrij zelf standige pianopartij, technisch lang niet gemakkelijk, waarin op muzikale wijze de ervaringen van de kinderen worden onderstreept, zonder dat dit evenwel tot goed kope effecten leidt. Ondertussen nadert de trein via de Sloedam („het lijken wel taarten, ginds die je daar ziet. De schorren- beplanting van sterk Engels riet") Middelburg en daar aangekomen gaat men vanzelfsprekend naar de Markt, want het stadhuis moét men zien. Breed en statig klinkt ditmaal de muziek: „Het gotisch stadhuis uit de zestiende eeuw, de trots en de glorie van iedere Zeeuw. De gevel vol'beel den van Graven er in, Van Holland en Zeeland, Prinses en Vorstin". Even hoort men in de begeleiding het Wilhelmus-motief, maar niet lang, want de jongens hebben iets leuks ontdekt: „Daarboven die ruiters, joh, dat is mooi, galopperende vechten, een echt tournooi". De manier, waarop in deze cantate de jongens- en meisjesstemmen af wisselend worden gebruikt, is dik- wyls vermakelijk. Als het zaken be treft, die de interesse van de knapen opwekken, zwijgen de meisjes, maar zij komen onmiadelljjk aan het woord afe er te vermanen valt. Zo ook hier: de jongens staan vol bewondering te turen naar de ruitertjes van de stad huistoren, maar hun vrouwelijke reis genoten dwingen hen dit object te la tei schieten: „Kom jongens, nu ver der, niet blijven staan De stoet trekt naar de Abdij, be klimt de Lange Jan om daarna per autobus naar Veere te vertrekken, waar. de Campveerse toren wordt aangedaan: „O, kijk eens daarbuiten, pas op voor de ruiten aan de overkant ligt Noord-Beveland". En passant wordt verteld van Veere's historie, toen deze plaats nog een ry- ke stad was. Voort gaat het weer, naar Berken- bos, naar de goudvisvijver en het ka bouterlaantje. Daar ligt Westhove, het „zomerhuisje" van de Middel burgse Abdijbewoners, waarvan de plechtige rust in statig c-mineur is geschilderd. Even verder komt men voorbij het Zeehospitium „Zonne veld" („hier is Jan's kleine broer hersteld"). HOOGTEPUNT. Dan komt een hoogtepunt van de trip: stoeien en spelen in de duinen, pootje-baden, schelpen zoeken en nog meer van die zonnige heerlijkheden, die men tijdens een zomerse dag aan strand en zee kan beleven. Tussen de regels door wordt allerlei verteld van de strandvogels, over meeuwen, het sterntje, een wulp, strandlopers en pieren, maar „het hardst schi'eeuwt bonte Piet, trie, trie. trie, trie, trie, trie, trie, triet". Men kan echter niet blijven spelen, want de bus staat al te wachten in de begeleiding keert het .„busmotief" terug; en de reis moet verder. Door Domburg met zijn pensions en het badhotel rijdt men langs het golfter rein naar Westkapelle, waar iedereen is geïmponeerd door de vuurtoren. En als het doel van deze oude wach ter wordt uiteengezet, dan geschiedt dat zeer toepasselijk op de wijze van „Daar was laatst een meisje loos...". Kuiler heeft driemaal in deze can tate gebruik gemaakt van de moge lijkheid om bepaalde indrukken te versterken door een bestaande melo die, namelyk door een Wilhelmus- fragment by het Middelburgs stad. huis, door het beroemde „loze meis je", dat by de Westkappelse vuurto ren te voorschijn komt enna tuurlijk door „de blauwgeruite kiel", die weerklinkt als de kinderschaar voor het standbeeld van De Ruyter in Vlissingen staat- Via Zoutelande is men in de Schel- destad gearriveerd, waar de scheeps werf en de zeevaart ieders grote be langstelling hebben. Hier stapt men in de trein naar huis en iedereen is het er over eens de hele groep zingt het uit volle borst „O, het was zo reuze fijn, Om in Walcheren te zijn". REËEL. Deze kindercantate, die 11 Juni door de zangschool van de Koninklij ke Vereniging „Uit het Volk voor het Volk" te Middelburg zal worden uitgevoerd, is een alleraardigst ge heel geworden. Zij boeit vooral, om dat zij zo reëel is. Slechts eenmaal wordt een uitstapje gemaakt naar een minder „echt" land, namelijk als het kabouterlaantje in Berkenbos wordt bezocht en daarbij het Kabou- terland blijkbaar niet vermeden kan worden. De tekst was voor de componist een dankbaar object, omdat mevrouw Van den Broecke de verhalende trant van het verhaal regelmatig onder breekt door korte passages van meer lyrische aard. De beschrijving van de reis gaat dan over in een minder puntige, meer bewogen aanduiding van een bepaald object; het Middel burgs stadhuis, de kerk van Veere enz. De muziek past zich hierbfl uit- De nieuwe eigenaar van kasteel Borg haren, de heer A. de Cock uit Amster dam. zal binnenkort een juegdherberg vestigen in 't kasteel, waartoe hij enige veranderingen aan het interieur heeft laten aanbrengen. Ook zal de slotgracht met water uit het beekje de Kanjel worden gevuld, zodat het ge vaar voor verzakking zal zijn gewe ken. De nieuwe jeugdherberg zal 53 kamers bevatten en een restaurant. Amerikaans koor naar i\eder)and Het „Roger Wagner Chorale" uit Hollywood, een Amerikaans koor, dat uit 24 jeugdige zangeressen en zangers bestaat, zal volgende week voor het eerst naar Nederland komen om in Den Haag op te treden. Aan dit optreden zal de mezzo sopraan Nan Merriman van de Me tropolitan Opera te New-York als so liste, en een kamerorkest, bestaande uit 22 musici, medewerken. Het „Roger Wagner Chorale" dat onder leiding van de in Frankrijk ge boren dirigent Roger Wagner staat, geeft in Amerika regelmatig eigen concerten. Het werkte aan een groot aantal films mede (o.a „Jeanne d'Arc"), trad met het Philharmonisch. Orkest van Los Angeles op en con certeerde in het „Los Angeles Musio Festival". Nachtelijk „begin" van Holland-Festival. Donderdagavond hadden zich tientallen personen geposteerd voor de Stadsschouwburg te Amsterdam, w* arin het cen traal bespreekbureau voor het Holland Festival van Vrijdag af zijn poorten voor de kaart verkoop zou openen. 's Nachts om 12 uur werden reeds 115 gegadigden geteld, die door enige heren van het Holland Festival op warme koffie en broodjes werden ge- tracteerd. De directeur van de Neder landse opera, Abraham van der Vies, de directeur van de schouwburg, Johan Beudien en de heren Peter Diamant en Elsendoorn van het Holland Festival reikten enige gratis abonnementsplaatsen uit aan sommige wachtenden en spra ken daarby enige toepassely- ke woorden. Het nachtelijk tafereel in de open lucht trok veel bekijks. Shirley Booth, de Amerikaanse film ster, die de onderscheiding ,J3este ac trice van het jaar" voor 1953 ver wierf tijdens het filmfestival te Can nes. Zij kreeg deze onderscheiding voor de rol van huisvrouw in „Come back little Sheba". De Nederlandse Radio-unie zal van 15 Juni tot 12 Juli een internationale dirigenten-cursus organiseren. De plannen voor een dergelijke cursus zijn reeds in 1949 geopperd, maar worden eerst thans na rijp beraad tot uitvoer gebracht- In Hilversum zullen circa 24 leerlingen lessen, gegeven door de dirigenten Paul van Kempen en Carlo Zecchl, bijwonen als „werk- cursisten". Bovendien zal een aantal adspirant-dirigenten de lessen als „toehorend cursist" volgen. Op de sluitingsdatum (1 Mei) had den zich 44 candidaten aangemeld als werkend cursist, waarvan 27 Neder landers en 17 buitenlanders, t.w. uit België 2, Duitsland 1, Engeland 2, Finland 2, Frankrijk 2, Israël 1, Italië 3, Zuid-Slavië 1, Portugal 1 en Zwit serland 2. Van de Nederlandse candidaten zijn er inmiddels 12 afgevallen na de toelatingsexamens op het gebied van muzikale en algemene vorming. Volgende week zullen in Hilversum stekend aan, waarby het verschil ln sfeer soms mede wordt aangeduid door het gebruik van een andere toonsoort. Voor de Middelburgse zangschool, die door de Gehrels-me- thode niet voor modulaties uit de weg gaat, is dit een kolfje naar haar hand. Dank zij een goede samenwerking tussen deze twee Zeeuwse kunste naars kwam een cantate tot stand, die niet alleen de jeugdige zangers voldoet, maar zeker ook de luiste raars genoegelijke ogenblikken zal bezorgen. de K. de overige candidaten en de buiten landers, vier kennis men uiteraard nog niet heeft kunnen toetsen, aan nadere toelatingsexamens onderwor pen worden. De verschillende examencommis sies worden gevormd door dc heren: Paul van Kempen, Carlo Zecchi, Wil lem Andriessen, Jean Antonietti, dr. R. Mengelberg, Henk Spruit en dr. C- L. Walther Boer. Het doel van de cursus is, in aan sluiting op het bestaande muziekon derwijs bij.te dragen tot de vorming van dirigenten voor symphonie-or- kesten in het belang niét alleen van de Nederlandse maar ook van de in ternationale muziekwereld. Tijdens de cursusweken zullen Wil lem Andriessen en Sem Dresden le zingen houden over „De Nederlandse muziek na 1900". De docenten zullen lezingen houden over instrumenten- kimde. Aan het einde van de cursus zullen ten hoogste zes der bekwaamste cur sisten in het openbaar concerten van net Radio Philharmonisch Orkest, eventueel met koor, dirigeren: op 13 figji Am-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 3