Twee dagen uitrusten tussen leeuwen en olifanten WATER TR0N1 DRIE NEDERLANDERS ZITTEN GEVANGEN IN NOORD-KOREA TELEFOONTJES mp het /iuukzee BOEK VRIJDAG 10 APRIL 1953 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 3 REIS NAAR HET HEILIGE MEER VAN AFRIKA (VI) „Jij is 'n Hollander (Van onze correspondent in Zuid-Afrika) Wat doet het er toe, of ge op een reis van achttienhonderd kilometer een zestig kilometer omrijdt En wat deert het U, als ge, op een doelloze tocht naar een nutteloos heilig meer een paar dagen uitrust in het Krij ger Wildpark? Onze Amerikaanse reisgezel had er vele, vele ellen kleu renfilm voor meegenomen in een apparaat, zoals ze alleen gebouwd schij nen te worden voor met zwarte dollars betaalde diplomaten en generaals. Enfin, die duurbetaalde films moesten nuttig besteed worden, we waren allemaal een beetje moe van het berg-op, berg-af sjouwen met onze dik onder de modder zittende auto en we besloten dus twee dagen zoek te brengen in het grootste wildreservaat ter wereld: de Kruger Wild tuin. Om half vijf in de ochtend slopen we uit ons, met muskietengaas bevei ligd, hotel en drie kwartier later re den we het geweldige gebied van het Wildpark binnen. Dit is 't uur, waar op de leeuwen en de hyena's hun prooi jagen, dit is het uur waar op hert en aardzwijn en giraf naar de boorden van de rivier gaan om hun dorst te lessen- Wel: we zagen de herten in grote troepen, wonderlijk- elegant voortsnellend, verbaasd en met grote, glanzende ogen naar onze auto kijkend. We zagen het enorme blauw-wildebeest: een brok saamge- balde oerkracht. We zagen het aard zwijn knorrend naar een onbekend doel hobbelen. We zagen in een woest bruisende rivier de logge nijlpaarden met ganse troepen nijlpaard-baby's. We zagen giraffen, zó wonderlijk één met hun omgeving dat ge twee keer kijken moest alvorens, ge zeker wist dat ze er stonden. En dan de troepen bavianen! Zo wijs, zo uitgeslapen, zo menselijk ver standig, dat ge er beurtelings stil van wordt en luid om lacht. We stopten bij een troepje van omstreeks dertig; mannetjes, vrouwtjes en kinderen. Ze bleven onder de doelbewuste leiding van een kolossale aap, op omstreeks twintig meter afstand van de auto zitten. Maar één klein aapje kon zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen. Schuw omkijkend naar zijn moe der sloop hij, voetje-voor-voetje, dichterbij. Zijn mammie trok hem weg. Éénmaal. En andermaal. En de derde maal pakte ze hem in het nekvel en sloeg hem stevig met de vlakke hand op z?n roze billetjes. Precies, maar dan ook helemaal precies, zoals een moe der uit de mensenwereld het haór ongehoorzame Pietje of Jantje zou doen. De kleine aap krijste met de handjes voor de ogen Een mijl verder: twee leeuwen op de weg! Een majestueuze aanblik! Zachtjes reden we nader. Zonder zich ook maar in het minst te haasten, waardig, lui en kalm staken de dieren de weg over, liepen het kreupelhout in en verwaardigden zich niet om ook nog maar éénmaal om te kijken. Temidden van opvliegende, bontge kleurde vogels, voortsluipend wild, vechtende bokken en in grote troepen rondzwervende zebra's reden we voort door het dichtbeboste Kruger Wildpark dat zich over een op pervlakte van ruim de provincie Utrecht lag te koesteren in de warme zon. We sliepen 's nachts in 532. Hoewel we er vroeger reeds op gewe zen hebben dat glas strikt genomen geen bepaalde stof is, doch dat we daar onder dienen te verstaan een toestand, waarin verschillende vloeibare stoffen komen te verkeren wanneer zij onder koeld zijn, zullen we allerlei buitennis- sigheden die zich hierbij voordoen, la ten voor wat ze zijn. Vijftien jaar gele den is het research-bureau van de aard- appelmeelindustrie er bijv. in geslaagd een glazen lens van aardappelmeel te vervaardigen, doch wanneer deze lens in 'n bak water werd gelegd viel zij uit een. Dat was ivel grappig, maar voor de practijk toch een weinig hoopvol ge zicht. Maar ook zonder deze curiositeiten levert de glasindustrie voldoende stof om even de aandacht te vragen. Want door talloze combinaties van zeer ver schillende grondstoffen kunnen mo menteel meer dan 25.000 verschillende soorten glas worden vervaardigd. Dit is niet zó maar een modegril, maar een eis van de techniek, die materiaal wenst dat doorzichtig is, of bepaalde stralen doorlaat, of bijzondere stralen tegen houdt. Materiaal dat bestendig is tegen sterke zuren, of grote hitte, dat on breekbaar, kogelvrij of splintervrij is. Vandaar de vele zeer verschillende glassoorten, die ieder aan bepaalde eigenschappen moeten voldoen en waarvan wij er slechts enkele in het dagelijks leven tegenkomen. Wellicht heeft u ook wel eens onbreekbare gla zen gekocht. Mijn ervaringen waren niet van de beste, want één onbreek baar glas viel in gruizels toen ik op een caffé terras iemand hartelijk de hand caféterras iemand hartelijk de hancl schudde. Toch bestaan er onbreekbare glazen voorwerpen, waarmee u kunt kaatsen als met een bal. Het eerste vuurvaste schaaltje uit ons huwelijk barstte over de volle lengte open toen het eerste menu er in werd opgewarmd. Toch bestaan er glazen bakken die geen krimp geven wanneer zij met gloeiend staal worden volgego ten. Zo kunnen we doorgaan De eerste bijzonder fijne glazen draad werd niet vervaardigd om de textiel te verdringen, doch diende voor de snaar galvanometer van prof. Einthoven die er zijn electrocardiogrammen mee op tekende. Ook de eerste glazen schoen werd niet besteld door een modekoning dill wel eens wat anders zots wilde la ten zien, maar door een arts die deze doorzichtige voetbekleding noodzake lijk achtte voor een patient en hooptp een dreigende amputatie op deze wijze te kunnen voorkomen. O ja, nu we het toch over dit soort dingen IRebben, moeten we toch ook nog iets vertellen van voorwerpen die on zichtbaar gemaakt kunnen worden. H. Pétillon. der omheinde kampen, we roos terden ons vlees boven een vuurtje en we reden op de tweede dag „een straatje om" voor een troepje van vier kolossale olifanten, die met hun slurven stof omhoog gooiden en die, heftig met de oren klapperend, be gonnen te schelden tegen de auto. Als ge eenmaal hebt gezien hoe ze overal dikke, stevige bomen eenvoudig uit de grond hebben gescheurd, dan leeft ge graag een beetje gas als !e Jumbo's onaardig beginnen te doen jegens uw stinkend benzine-ding! En het werd wanner en warmer. Toen, in het vroege middaguur, ont dekten we de ramp. Onze waterzak, die we met zoveel zorg aan de radia tor hadden vastgemaakt, vól met kos telijk water, was spoorloos. Ergens in de wijde oneindigheid van het bos veld hadden we haar verloren. Hoe moesten we nu de soep koken, waar voor we twee kilo soepvlees, zes mergpijpen en een paar pond uien hadden gekocht? Hoe moesten we ons drankje mengen? Hoe de koffie zet ten? Whiskey tegen malaria. Een woudloper weet raad. In plaats var. koffie dronken we whiskey, want whiskey is goed tegen malaria In plaats van een aangemengd drankje dronken we een drankje-puur, want dat is óók goed tegen de malaria. En onze soep kookten we, nu het water ontbrak, van vijf flessen bier. Het brouwsel smaakte een beetje bitter, maar het was krachtig en zéér ver sterkend! Veertien kilometer reden we zonder één menselijk wezen, zonder één huis te zien En de zon brandde aan de hemel en onze tongen hingen uit on ze monden van de wurgende dorst. Toen, om de hoek van een berghel ling: een kleine boerderij! Ik liep ex- heen, met vier lege bierflessen en ach ter mij kwam de Zuidafi-ikaanse poli ticus en gooide zijn hele reputatie in de waagschaal door het aanslepen van viei*. nog maar kortelings geledigde whiskeyflessen... Een lief, blond meis je,deed de deur open. En achter haar stonden acht blonde kinderen van twee tot twaalf jaar. En achter die kindeven stond een gezellige, bloze moedei-. En naast de moeder een knoestige, sproetige boer. Het was een plaatje van gezond, huiselijk geluk en ik stond er een ogenblik zó van te genieten, dat ik helemaal mijn moeizaam aan geleerd Afrikaans vergat en in „hoog-Nederlands" vroeg: „Hebt U misschien een beetje water voor ons?" „Ek sou so sê: jp Is 'n Hollandei-", zei de boer. Hij schoof een paar blonde kinderen opzij en drukte me de hand, dat de vingerkootjes er van kraakten. Aangename kennismaking! „Ek is Wassenaar ek is 'n kleinseun van Theodoras Wasse naar uit Obdanx in Noord-Hol land". Nederlanders! Natuurlijk weer Ne- dex-landers; dat had ik toch direct kunnen weten bij het aanschouwen van heel die gezonde troep blonde kindei-tjes? Want deze kinderen wa ren Noordhollandse kindex-en, al was het dan ook in 1875, dat Iran groot vader het oude vaderland verliet om als landmeter in dienst van Paul Kru- ger te treden. Enfin, ik was een wel kome gast en de mooiste stoel werd nog even afgestoft en de andere toe risten moesten ook binnenkomen, want de koffie stond al te prattelen en dat vullen van al die flessen nam toch een heel beetje tijd, nietwaar? Er kwamen oude portretten aan te pas en veel familieverhalen en een uitrafeling van relaties en verhoudin- gen tot in het achtste geslacht. En boer Wassenaar vertelde me terloops nog even, dat z'n vader nog leefde in bloeiende gezondheid. „Hij is 87 jaar, maar hij komt nog iedere Zaterdag zestien mijl ver over de bergpassen rijden met z'n auto om de kinderen te zien". „En hij bestuurt nog zelf z'n auto?" „Natuurlijk. Hij bestuurt z'n tractor immers ook nog zelf?" Kijk daar zit een mens dan toch even over na te denken. Zeven en tachtig jaar! En elke week komt hij over de bergen met zijn auto om de kleinkinderen te zien: negen stuks en allemaal blond en allemaal blozend en allemaal stx-alend van levenslust. Het is te begrijpen, dat die grootvader maar niet oud wil woi-den Zo wonen daar die afstammelingen van de Noordhollandse landmeter Theodorus Wassenaar, in het warme, wijde bosveld in de conti-eien van het Transvaalse Middelburg. Het leven is er stil en zonder schokken. Maar de aarde brengt er zijn vruchten voort, jaar op jaar. De seizoenen komen en gaan en altijd schijnt er de zon. En negen bruingebrande, blonde lcinderen staan er gereed om als het viei-de geslacht in een nieuw vaderland de ploeg te hanteren en om er de naam van oud-Nederland hoog te hou den door een deugdelijk en arbeid zaam leven, gewijd aan de Goede Aar de van Zuid-Af rika- Een der prachtige wégen in het Noord-Oosten van Transvaal. Zij zijn niet ziek en niet gewond (Van onze Haagse redacteur) DEN HAAG, April. Nu tussen de Geallieerden en de communisten in Korea overeenstemming is bereikt over het uitwisselen van alle zieke en gewonde krijgsgevangenen en Pan- moendjon verzamelplaats zal worden, rijst de vraag, of ook Nederlandse krijgsgevangenen deze plaats zullen passeren. Officieel is slechts van drie Ne derlandse militairen bekend, dat zjj in Noord-Koreaanse krijgsgevangen schap verkeren. Het zgn Arie Biever, een hospitaalsoldaat uit Den Haag, die ongeveer twee jaar geleden door de Noord-Koreanen krijgsgevangene gemaakt werd en sindsdien in Noord- Ivorea in hospitalen werkzaam is; de soldaat Lamberti uit Maastricht en de sergeant v. d. Snepscheut uit Best. Van deze drie is het aan de familie bekend, dat 'zij in Noordkoreaanse gevangenkampen vertoeven. Zy ko men namelijk voor op de officiële communistische lijst. Het contact tussen Lamberti en v. d. Snepscheut en hun familie in Ne derland is sinds het ogenblik, dat zij gevangen genomen werden, verbro ken. Tussen Biever en zijn vrouw is enige briefwisseling geweest. Voor zover bekend zijn deze drie Nederlanders niet ziek. Men neemt aan, dat zij, wanneer het tot een uit wisseling van de overige krijgsgevan genen komt, spoedig hun vrijheid zul len herkrijgen. In liet verleden zijn meermalen Ne derlandse Korea-strijders als vermist opgegeven. De mogelijkheid bestond dan, dat zij gevangen genomen wa ren. Achteraf werden zij bijna steeds gesneuveld teruggevonden, zodat het voor de hand ligt, dat het totale aantal Nederlandse krijgsgevangenen in Korea inderdaad niet meer dan drie bedraagt. Hoe verheugend de bereikte over eenstemming op zich zelf is, voor ons land heeft zij dus niet zo'n grote be tekenis. Schilderij daalde in waarde Het schilderijtje, dat de 23-jarige Haagse werkster L. J. W. W. bij een van haar werkgeefsters schoonmaak te, was na deze behandeling aanmer kelijk in waarde gedaald. In feite f 400.De oorzaak hieraan was, dat de eigenaresse er f 400.aan bank biljetten achter had geplakt, die zij kunstig gecamoufleerd had Niet zo kunstig echter, of de werkster keek er achter en nam het geld mee. Voorts nam zij nog vijf taartvorkjes veg. Zij werd door de politie aange houden en legde een bekentenis af. Luchtlijn Moskou-Londen Volgens het Britse blad „Daily Te legraph" wordt de mogelijkheid van het openen van een luchtlijn tussen Londen en Moskou besproken door luchtvaartfunctionarissen. „Een dienst (op Moskou 1 zou mo gelijk zijn, indien de Russen in hun vriendelijker houding volhadden", al dus het 'blad. Zwager van Peron pleegde zelfmoord Jpan Duarte, de zwager van presi- dent Peron, die Dinsdag als secreta- I ris van de president aftrad, is Don- derdag door zijn chauffeur dood in zijn woning gevonden. Hij had een kogelwond aan het hoofd. Men neemt aan, dat Duarte zich van liet leven heeft beroofd. Juan Duarte heeft sinds Juni 1946, toen Peron het ge zag overnam, in dienst van Peron gestaan. Hij was ongehuwd. Duarte trad af omdat hij zich niet in staat gevoelde de nieuwe politiek van president Peron ten aanzien van lonen en prijzen uit te voeren. Deze politiek heeft ten doel de inflatie te beteugelen. Hij verklaarde ook, dat zijn achtjarige diensttijd zgn gezond heid had aangetast. De minister van arbeid en sociale verzekering, Jose Maria Freyre, trad gelijk met liem af en Woensdag werd het aftreden van nog drie ministers om dezelfde reden Bekendgemaakt. Het waren de ministers van land bouw, van handel en industrie en van financiën. Woensdagavond deed president Peron een beroep op het volk, zich aaneen te sluiten, daar het land zich geplaatst zag voor een grote aanval van binnenlandse vijanden op econo misch, politiek en sociaal gebied. „Wanneer ik van gevoelen ben, dat ik niet langer door werkelijke man nen gesteund wordt, zal ik heen gaan", aldus voegde Peron er aan toe. Naar de bollenvelden Langzamerhand komen de hyacin then op de velden in bloei, zodat men het aanstaande weekeinde zal kun nen genieten van bloeiende narcissen en van hyacinthen, die met hun ty pische zware geur de bollenstreek vervullen. Hier en daar zitten langs de wegen de Bantoe-vrouwen in gezellige lcout bijeen. „Hier Vogelaar..." De dokter is inderdaad thuis. Onder normale omstandigheden zou dat niet zo gemakkelijk ge lukt zijn, maar nu treft men de dokters van Zierikzee nog al eens thuis. Hoe kan het ook an ders? Drie kwart van de patiën ten is geëvaccueerd en van hen, die achterbleven, kan men na tuurlijk niet zeggen, dat het hei m,eest ziekelijke deel van de be volking vormt. Waarmede we natuurlijk niets ten kwade van de geëvacueerden willen zeg gen. Maar ja.... de ouden en zwakken zijn nu eenmaal weg en die hadden de dokter vaker nodig dan menig ander. Dokter Vogelaar heeft het dus niet druk, evenmin trouwens als zijn collega's in Zierikzee. Een uzsite of drie, vier per dag, dat is toch wel om te doen", spot hij opgewekt, wanneer we hem naar zijn werk in de stad aan het waterfront vragen. Maar hij laat er onmiddellijk vglkomen seri eus op volgen, dat het toch een bijzonder gelukkige omstandig heid is, dat de ramp medisch ge zien betrekkelijk geringe gevol gen heeft gehad. Afgezien van de omgekomen slachtoffers, ont moet men maar weinig ziektege vallen, die direct met de ramp en haar gevolgen te maken hebben. Zelfs zenuwstoringen zijn, ook tijdens de rampnacht, maar heel weinig voorgekomen. „Veel min der, dan ik verwacht had", zegt dokter Vogelaar. „De mensen hebben zich in het algemeen uit stekend gehouden". Dan komt het gesprek op het- huis van de dokter aan de Oude Haven. „Water in huis gehad? Een beetjeWeet U, mijn huis is er op gebouwd. „U bedoelt?" „Ja heus. Die knapen van vroe ger wisten het best. U moet mijn huis maar eens komen zien: een hoog voorgedeelte, een laag ach terhuis en daar midden doorheen een gang, die nog een centime ter of tien lager ligt. Wanneer de haven overliep, kreeg je wa ter voor binnen en door de gang kon je het als door 'n goot ach ter weer laten weglopen. Zo is het ook nu vrijwel gegaan. Na tuurlijk hebben we wel een paar natte vloerkleden gehad, maar de grote massa ging toch regelrecht naar de achterkant....." Zo'n huis lijkt ons in de gege ven omstandigheden inderdaad ideaal. Er moeten er zelfs nog enkele zijn in Zierikzee. Dokter Vogelaar vertelde ons nog, dat de vloeren van zijn benedenkamers „rond" liggen. Als er water bin nenkomt, blijft het midden van de kamer nog een héle tijd droog! Een deel van dit huis moet al tn de zeventiende eeuw gebouwd zijn, maar toen men het drie kwart eeuw geleden vergrootte, is men weer van hetzelfde prin cipe uitgegaan. Ou,. .enier Hogerheyde aan h-.t ±.avenplein) heeft een huis, dat voor hoger ligt dan achter, maar heeft toch niet kv.n- uen voorkomendat zijn laag gelegen magazijnen en drie kelders, waarin aanzienlijke voorraden waren opgeslagen, ge heel onder water liepen. „Een enorme strop, meneer", luidt zijn commentaar. Maar weet U wat eigenlijk het ergst voor onze zaak is? De evacuatie van de eilanden. Voor de ramp gingen we met de bestelwagen de boer op. Over het hele eiland, maar óók naar Overflakkee, naar St. Philipsland en naar Noord- Beveland. Dat is voorlopig on mogelijk natuurlijk. Da's 'n strop!" Inderdaad is deze zakenman ernstig gedupeerd. Als zoveel an deren natuurlijk „De winkel zelf? Och dat loopt nog wel. Er zijn natuurlijk wel een boel klanten weg, maar ook van de kruideniers is de helft tot vertrek gedwongen. Een deel van het personeel moest ontsla gen worden, maar gelukkig heb ben ze allemaal weer werk Op het kantoor van notaris v. d. Ende horen we dat de ramp in bepaalde opzichten ook daar tot toeneming van werk heeft ge leid. Er zijn immers helaas veel slachtoffers gevallen en dat brengt automatisch veel cn onder de gegeven omstandighe den, waarin vaak meer leden uit één gezin om. het leven kwa men, ingewikkelde nalalen- schapsregelingen mede. En dan de correspondentie met geëva cueerde cliënten Dat is óók en aspect van de rampgevolgen: grotere dmkte op het notariskantoor. En dan tot. slot de dochter van de havenmeester Schot. Zij ver telt nog even van die angstige rampnacht, waarin op de kaai in Zierikzee als het ware de eerste klappen moesten worden opge vangen. Maar nu? „Bij hoog tij krijgen we nog steeds water", vertelt ze, „maar we wonen hoog op de kaai en dus is het lang niet zo erg als in de lage stadsgedeel ten. Wij kunnen tenminste nog ailyd thuiskomen....." Ja, in Zierikzee kan men lang niet altijd thuiskomen. Daar zijn nog heel wat huizen, die twee maal daags in het water komen te liggen en waar men alleen met de hulp van stevige vloedplan ken het water althans zo'n beet je buiten de deur kan houden. Onze foto laat zo'n plekje zien: de Godshuizen aan het Hoffer- plein bij de ingang van het Slin- gerbos. De „Schosjes", zoals ze in de volksmond worden ge noemd, liggen er op onze foto vriendelijk en schilderachtig bij. Schilderachtig is het misschien nog steeds, maar van die vrien delijkheid heeft het loater toch wel het meeste weg doen spoe len! Het Werel^gbeuren Eenzaamheid Het wordt eenzaam rond de Ar gentijnse dictator kolonel Juan Péron. De man, die eens de na tionale held van Argentinië was. is bezig zijn beste vrienden en medewer kers te verliezen. Zijn ministers be danken voor en na. Ze zeggen dat ze vermoeid zijn en niet bekwaam ge noeg voor de aan hen opgedragen taak- Zijn volk bewijst hem nog lippen dienst, maar het gehoorzaamt zijn be velen niet langer. Woensdagavond slingerde de kolo nel zijn banbliksems naar tie kooplie den en middenstanders, die thans zijn economische voorschriften met voe ten treden Drie feiten doen zich in Argentinië voor: de prijzen stijgen, de lonen blij ven er bij achter en de productie is veel te laag. Daarom oegon kolonel Juan Péron met het vaststellen van prijsmaxima. Het effect was verrassend: de wettig geprijsde goederen verdwenen van de openbare markt naar de zwarte markt, waar men dik moest betalen. Toen had Péron vlees nodig om te exporteren, v/ant Argentinië moet uiteindelijk zijn buitenlandse ver plichtingen nakomen. Maar de goede Argentijnen dachten ei- anders over- De vleesprijs stond hun niet aan. Ze lieten de koeien rustig in de wei lopen ende bui tenlanders zonder vlees zitten- Nu bevindt dan Argentinië zich in de na righeid. Het heeft aankopen gedaan in het buitenland en het kan die aan kopen niet betalen, omdat de eigen export stagneert. Dit heeft Péron wild gemaakt. Woensdagavond trad hrj voor de microfoon van de Argentijnse radio en hij bedreigde de onhandelba re middenstanders met niet minder dan een legeractie. Vele kolonels denken, dat alles zwicht wanneer het leger in bewe ging komt en zo denkt blijkbaar ook de Kolonel Péron. Helaas Is het in het zakenleven niet zo. dat men op dit terrein met zwaar gerinkel veel tot stand brengt. Wat wil Péron Het zal voor hem toch zeker niet doenlijk zijn achter elke toonbank een soldaat te zetten voor de prij3Contró- le? Hij moet dat ten dele zelf begre pen hebben, want hij deed ook een be roep op het volk om toch vooral mee te werken aan de handhaving van de prijsvoorschriften en de strijd aan te binden tegen de lieden, die de rege ring beschuldigen van knoeierij, om koperij en corruptie. Na deze rede van Péron kwam een daad: in Buenos Aires werden 31 bakkers gegrepen, die de prijsvoorschriften hadden over treden. Het is mogelijk, dat de president op deze wijze iets bereikt, maar ken ners van de Argentijnse volksaard twijfelen daaraan. Ook geloven ze niet, dat de boeren, die via hun t den e veren, nu op eens naar de weilanden rennen om'slachtkoetjes uit te zoe ken. Men is bij alle tyrannie in Argen tinië heel erg op de persoonlij ke vrijheid gesteld. Men wil doen en niet doen wat men verkiest. Bovendien groeit de oppositie dage lijks in kracht. Zo sterk is die groei, dat Péron het kort geleden veilig ooi- deelde een verzoening aan te kondi gen en in een redevoering aan de op positie lof toe te zwaaien. Ze zou „uit het verleden geleerd hebben en bereid zijn tot constructieve samenwerking". Nu is misschien Péron we! tot die samenwerking bereid, maar de oppo sitie toch vermoede! yk niet- Het is namelijk altijd nog zo geweest, dat partijleiders, die met Péron tot een soort accoord kwamen prompt uit hun partg werden gestoten. Men staat daar heel fel tegenover elkaar. En nu het land steeds dieper wegzinkt in de economische chaos zullen de oppositiepartijen er liever alles op zetten om Péron ten val te brengen dan met hem samen te wer ken. Daarbij zal men dan niet moeten rekenen op het tot standkomen van een democratisch bewind in Argenti nië. Hoogstens op een machtsver schuiving van de Péron-groep naar een andere militair-maritieme groep. Maar dat zijn toekomstbespiegelin gen. De regering Péron houdt het nog wel even uitvoordat ze aan in nerlijke zwakte ten onder gaat. via hun bedrijfsverenigingen wer- aangespoord om slachtvee te le- EEN OVER* PAUL CITROEN L. J. C. Boucher in Den Haag is een van die zeldzame uitgeverijen in ons land die het aandurven echte „boekjes" uit te geven: van die klei ne schatten van enkele bladzijden en in vestzakformaat, die de verrukking vormen van de echte boekenliefheb ber door keurige verzorging en uitge lezen inhoud. Zo verscheen in een ci troengeel huidje het „Kunsttesta ment van de schilder Paul Citroen, die in 42 zeer kleine bladzyden een rede richt tot zijn imaginaire toehoor ders waarin hg „um sich ein wenig Luft zu machen, von seinen Sorgen spricht". (Zijn biecht is, men kan dat aan de titel niet zien. in het Duits ge steld. Citroen, hoewel Nederlander, werd in 1896 in Berlijn geboren en kwam pas op 30-jarige leeftijd naar ons land). Hjj vertelt hoe hjj als 15-jarige jon gen. geheel opgegroeid in de impres sionistische sfeer, plotseling met de toen nieuwe kunstrichtingen als kubisme, futurisme, expressionisme en abstracte schilderkunst in aanra king kwam, zich hopeloos ouderwets voelde en ook zo bekeken werd. „niet meer mee kon" en het palet, aan de wilgen hing om zich in woord, ge schrift en in de kunsthandel als kampvechter voor die nieuwe richtin gen op te wei-pen. Tenslotte kwam de oude Adam weer boven: Citroen be gon opnieuw te schilderen en werd tekenleraar. Hij verdedigt de zaak van de men sen die „in der Mitte marschieren" en maakt zo terloops vele zeer behar- tenswaardige opmerkingen over de moderne schilderkunst en kunst in 't algemeen. Dat dit boekje voor een be ter inzicht in de figuur van Citroen onthullend is, spreekt van zelf. Wie het hebben wil lope hard, want er zyn maar 600 exemplaren van gedrukt. H. W.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 5