Droumenpagina Onze Zo voelde zich de aan het Zeeuwse huisvrouw waterfront VAN VROUW TOT VROUW J EEN DEUX-PIECES COSTUUM STAAT ALTIJD CORRECT OOK „MISS AMERICA" DRAAGT „EVERGLAZE" ITALIË BRENGT EEN „ROMANTISCHE" MODE ZATERDAG 21 MAART 1953. PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 9 c KLEIN EN HULPELOOS Het eerste zandtreintje werd met vreugde begroet! RILLAND-BATH, Maart 1953. In 1944 zaten we hier meer dan een maand aan het front. Aan het oorlogsfront. Wederom zitten we aan het front. Ditmaal aan het water front. Klein en hulpeloos voelden wij ons op die grauwe Zondagmorgen toen wij daar stonden aan de rand van het kolkende water en naar het verdronken dorp keken. Op dat moment wisten we nog niet welk onheil er allerwege door de stormvloed was gesticht, want radio en telefoon zwegen en we hadden alleen contact met het klusje mensen, dat hier op het droge zat. Reeds spoedig echter rechtten zich onze ruggen en werd de strijd tegen het water aangebonden. Aanvankelijk slechts met beperk te middelen. Er moest op te veel fronten gevochten worden om al da delijk het nodige materiaal bij de hand te hebben. Doch er werd gedaan wat er gedaan kon worden. Met welk enthousiasme werkten de honderden militairen, die werden in gezet. Niet alleen onze eigen jongens, maai- ook Amerikanen, Engelsen, Fransen. Negers reden de zware trucks met feilloze zekerheid over de smalle, blubberige dijken. Helicoptè- res zweefden over ons heersen werden zo maar op de betonnen weg of op een stukje weiland neergezet. Heel dat gewemel van militaire uni formen, jeeps en trucks versterkte f door mevrouw L. N. HuysmanGriep. in ons het besef, dat we in de voorste linie lagen. Ook wij, die op het nippertje waren droog gebleven, volgden met beklem mende spanning de uitslag van de strijd, die tegen de machtige vijand, „het water", geleverd werd. Met vreugde zagen we het eerste zand treintje aankomen. Gelukkig, er was een begin. Tien, twintig maal per dag richtten zich onze ogen naar de uit zandzakken bestaande smalle nood dijk, die langzaam uit het water ver rees. Even zo vele malen tikten we op het weerglas en we schrokken als de wijzer een milimeter terug sprong. „Het weer moet meewerken en an ders is er niet veel te verwachten", zo hooiden we iedere dag van de mensen, die het weten kunnen. We leerden van de gezichten af te lezen hoe de zaken er bij stonden Eigen zorgen En daarnaast hadden we onze eigen zorgen. Onze huizen zitten vol eva cuees en daarbij was vooral in het be gin de huishouding niet gemakkelijk te voeren. Geen electrisch licht, dus ook geen stroom voor stofzuiger, strijkijzer of kookplaten. Lang verge ten looplampjes werden uit hun schuilhoeken tevoorschijn gehaald, een oud kolenfornuis in ere hersteld en we prezen ons gelukkig nog een pretroleumstel te bezitten. Maar al met al liep de zaak niet zo vlot als anders. Daarbij was er zoveel nodig. Niet alleen de mensen, die in onze huizen een toevlucht hadden gevon den, moesten verzorgd worden, maar ook de komende en gaande man. Bij voorbeeld de mensen, die reeds in de grauwe morgenschemer en bijtende kou uit hun evacuatie-oord ergens in Brabant waren vertrokken om gedeel telijk liftende naar hier te komen. Ze kwamen bij ons aan om hun schoenen te laten staan, hun laarzen aan te trekken, om dan verder liftende met een truck op het dorp te komen. Hoe dankbaar waren deze mensen voor een kop hete koffie en hoe smulden ze van een beker soep, als ze tegen de avond terugkeerden uit hun natte modderige huizen, beladen met zak ken doornat goed, dat ze toch nog zo graag wilden meenemen. Verkleumd van kou, soms met doornatte voeten kwamen ze aan en terwijl ze zich wat warmden, doken we maar weer op nieuw in één van onze kasten om te zien of er nog iets van kousen of sok ken was op 'te diepen. Geduldig luis terden we naar hun trieste verhalen over hun verdronken huis en de pro blemen, die ze te verwerken kregen. „Het is zo vervelend, dat mijn vrou we d'r eige nie verbeele kan, dat het kammenet voorover leit en de kop deur het raem is wig-edreve?" zegt een stoere man, terwijl hij zich op een stoel in de keuken laat neervallen. „Iedere keer as ik nae Rilland gae, zeit ze dat ik in dit en dat schuufje kieke mot, om d'r slot mie kraelen te vinden. Al onderd keer ek het ezeid, dat de schuufjes mie de kop bin wig- edreve, ma ze kan 't nie gloave." Hij laat een album met foto's zien, die doornat zijn, maar nog wel behou den kunnèn big ven. „Ik bi blie, dat ik dat nog evonden want di za m'n vrouwe ok blie mie zien." Hij trekt z'n schoenen aan en gaat weg met z'n al bum en een klusje nat goed. Even la ter komen weer twee mensen binnen. „Ier ei je twi slikmossels" zeggen ze en inderdaad zitten ze van onder tot boven onder de modder. „M'n wè veertig immers mie modder üut d'n uuzen edroge" zegt de vrouw, terwijl ze moeizaam haar laarzen uittrekt. Als deze vertrokken zijn, komen de laatste klanten van die dag, een echt paar, dat de kelder onderhanden ge nomen heeft. Ze milten naar de mod der en de vrouw vertelt blijmoedig, dat „de Weck" nog dicht was en ook de flessen met bessensap, mè de juun- tjes bin bedurve, die zaete in een stopflesse en di kon 't waeter bie. Ze hebben twee honderd emmers modder uit hun kelder gedragen en dan was er met een pomp al een klei ne acht duizend liter water uitge haald. Zo hoor je het éne verhaal na het andere en je bent innig dankbaar, dat je huis is gespaard. Je leert ook dankbaar zijn voor allerlei dingen, die je anders als vanzelfsprekend aanvaardt. Hoe blij waren we toen op een avond plotseling het electrisch licht aan knipte. Het was bekend, dat het lang zou duren voor de P.Z.E.M. ons weer van stroom zou kunnen voorzien, maar mensen uit „de Saar" waren ons met een noodag- gregaat ter hulp gesneld. We kon den het haast niet geloven, dat we nu weer enkele uren per dag stroom zouden hebben en omdat we het ze kere voor het onzekere wensten te nemen, gingen we die avond onze kamers eens extra onderhanden ne men met de stofzuiger. Wat een weelde om zo af en toe weer eens electrisch te kunnen strijken, de ra dio te kunnen horen of, 's morgens vroeg of, 's avonds laat als je weet dat er niet veel stroom gebruikt wordt, gauw wat op je electrisch fornuis te kunnen koken. Wat zaten we een paar dagen ge leden in zak en as, toen het bericht kwam. dat de Saarlanders met hun aggregaat weer terug moesten. Ge lukkig is ook dat weer geregeld eft we zijn er dankbaar voor. Innig dankbaar zijn we op deze zonnige Maartmorgen, nu we weten, dat de nooddijk, die nog altijd een zorgenkind is, het vannacht gehouden heeft, ai zag het er gistermiddag wat somber uit. En in de zonnige kamer staan de eerste narcissen te bloeien, die een Het kraagloze deux-pièces costuum is zeer gewild en dat is geen wonder. Het staat altijd correct en kleedt ook oudere en minder slanke dames uit stekend. Bovendien geven de vele blouses en plastrons, die eronder gedra gen kunnen worden, er steeds een ander cachet aan, van sportief tot ge kleed. Voor het model van het grootste figuurtje heeft u ca. 2,50 m. stof van 140 cm. breed nodig. Het patroon van het rugzijpand moet van het rugpand los geknipt en de op het voorzijpand aangegeven voeringzak nog eens apart getekend worden. de betreffende zijpanden verbinden, waarbij u in het voorpand de voering- zak aanbrengt. Bij effen stof staat het wel aardig, als u de zakopening ca. 1 cm. breed afstikt, maar nodig is dit niet. Zij- en sohoudernaden sluiten, de rugschouders iets inhouden. U pas- poileert het knoopsgat en zet tegen de voorkanten het met een stippellijn aangegeven belgg- De rughals wordt eveneens met een belegje afgewerkt. In de mouw de naden sluiten, het split met reepjes stof afwerken en van sluiting voorzien. Over de kop iets in- gehouaén, naait u de mouw met de naad ca. 4 cm. voor de zijnaad in. Heeft u een costuum, waarvan de kraag en de voorkanten lelijk gewor den zg'n, of dat u gaat vervelen, dan kunt u er aan de hand van dit patroon en een bijpassend lapje stof een gezel lig pakje van maken, dat u weer met plezier zult dragen. Kijkt u maar naar het kleine figuurtje. De driekwart mouw staat met een stippellijntje in het patroon aangegeven. Een 3 cm. breed ceintuurtje van de afstekende stof is boven de zak in de deetaaad meegestikt. Men zou zich bij dit figuurtje ook een pakje van effen jersey of andere soepele stof kunnen voorstellen, waaiwan het gehele voorpandje met diagonaal lopende naaldplooitjes ver sierd is. Een heel mooie garnering! U moet dan eerst in een grotere lap de plooitjes stikken en pas daarna vol gens het patroon het voorpand knip pen Een schoudersteuntje is bij zo'n pakje wel gewenst. ELLA BEZEMER. De rok heeft middenachter een die pe plooi, die u desgewenst naai- de voorkant moogt doen verhuizen of la ten vervallen. legt de plooi op o val lend in en stikt de figuurnaadjes in de achterbaan. Zijnaden sluiten en in de linker een ca. 20 cm. lange rits on- derstikken. D,e bovenrand zet u even ingehouden op een tailleband. .Voor- en rugpand van het jasje met „Kronings-hoeden" mèt of zónder struisveren Jn Oudtshoorn Zuid-Afrika) lezen struisvogelboeren de mo- de tijdschrift en met gespannen X aandacht. Zullen de Engelse da- ID mes bij de a.s. kroningsplechtig- -j- heden hoeden dragen met struis- :j: vogelveren? Zal de gouden tijd k herleven van een jaar of veertig -j- geleden, toen struisvogelveren X fantastische bedragen opbrach- ten en een vaar mooie vogels Ij: voor 10.000 gulden verkocht wer- 4= den? De veren/markt in Oudtshoorn vertoont tot nu toe geen ople- ving. Maar een erger lot dan ge- I's. plukt te worden, bedreigt de struisvogel de laatste 3 of 4 ja- jjj ren. Zijn vel levert zacht en mooi X leer op. dat in Europa en Ame- ;j; rika. gebruikt wordt voor tassen en schoenen. Reeds 13.000 van de 25.000 volstruisenin Oudts- Ij] hoorn zijn gevallen als slachtof- fer van de stijgende vraag naar struisvogelhuiden, die vijftig :j'- gulden per stuk kunnen opbren- gen. IC En zo wandelen de volstrui- 5f sen in hun dorre parken in af- •;I wachting van hun executie ten Ij. behoeve van de mode. En het zal niet helpen, als ze de kop in het zand steken evacué uit zijn verdronken tuin voor ons heeft meegebracht. Bloemen uit het zoute water. Zo léven we hier voort aan liet waterfront met onze zorgen van alle dag, onze gedachten steeds bij de nooddijk. die door liet water wordt belaagd en het eerste begin is van de overwinning op de golven. Nieuw katoenweefsel met vele variaties. Het mooie weer van de laatste weken zal menige vrouw aan 't denken hebben gezet over haar zomer-garderobe. Verschillende winkels tonen hun voorjaars-stoffen reeds in de étalages. Een nieuw artikel onder ai deze stoffen is „everglaze". Men zal misschien zeggen: „Maar dat is niet nieuw, want dat hebben wij vorig jaar ook al gezien". Inderdaad is het artikel „everglaze" vorig jaar reeds gestart- Dit voorjaar is veel meer variatie in „everglaze" te zien, zowel in effen geïm pregneerd met verschillende dessins, als In bedrukt. Het is Interessant eens iets meer te weten over dit „hobbeltjes-goed", zoals het in de wandeling nog veel wordt genoemd. „Everglaze" is een 100 pet katoe nen weefsel, dat echter door een spe ciale behandeling, waarvan het pa tent bij Joseph Bancroft in Amerika berust, sterk veredeld is. Het woord veredeld is hier inderdaad op zijn plaats, want door deze speciale be handeling, waaraan o.a. kunstharsen te pas komen, is deze stof kreukher- stellend, vuil-afstotend. practisch krimp- en rek-vrij, sneldrogend en verder is het artikel gemakkelijk te strijken en te wassen. Amerika veroverd „Everglaze" heeft Amerika enkele jaren geleden stormenderhand ver overd en h"°ft daar haar plaats we ten te behouden door de nauwgezette controle, die de licentie-houder Ban croft uitoefent op de kwaliteit van de door hem voorgeschreven behan deling. De betekenis, die „everglaze" op het ogenblik nog in Amerika heeft, wordt het beste gedemon streerd door het feit. dat mevrouw Eisenhower bij de inhuldiging van haar man als President van de Ver. Staten een hoedje droeg van „ever glaze". Ook Miss America laat zich graag in japonnen van „everglaze" fotograferen. Hét is niet verwonderlijk, dat de Nederlandse katoenindustrie van be gin af grote interesse in dit artikel heeft getoond. Het doek zelf stelt geen bijzondere eisen aan de techni sche outillage van deze fabrieken, zo dat het artikel gemakkelijk in de product! kon worden opgenomen. De technische moeilijkheden liggen in dez geheel bij de finisher. Bancroft heeft aan twee Neder landse finishers de licentie ver leend. waarvan thans door zeven vooraanstaande Nederlandse tex- ,*ww\*ww*ww\ Och heden, wat heb ik mij daar op de hals gehaald. Heb ik onlangs in een dartele bui zo maar een kolommetje ge schreven over een grappige ont moeting in een kunsthandel, waar de eigenaars om personeel zaten te springen en daar be gint het van alle kanten epistels te regenen alsof ik êen premie per sollicitatie had uitgeloofd. Het ging mij werkelijk aan het hart al die liefhebbers te moeten teleurstellen, en dus heb ik met een royaal gebaar de ver antwoordelijkheid op de kunst- handelende schouders gescho ven, door alle brieven aan het bedoelde adres door te geven. Wie dus niets verneemt weet dat hij of zij ditmaal met een niet is uitgekomen en hope getroost op een volgende keer. Maar, en dat is altijd het aar dige, in deze kolom: in die brie- venregen ruiste lang niet alleen het motief van het baantje. Nee. allerhande lieden iwn beiderlei kunne hadden naar de pen ge grepen om naar aanleiding van de strekking mijner bescheiden regelen hartgrondig te proteste- Zij meenden te hebben gelezen, dat ik beweren wilde: het „zelf standig kunnende werkenis de wereld uit. Er is geen betrouw baar, competent personeel meer le vinden. Wie de kolom nog eens zou willen nalezen zal een dergelijke bewering er moeilijk in kunnen vinden, het enige wat ik meende te moeten opmerken ivas: Begrijpt u het? Ik wel. En daarmede heb ik heel iets an ders bedoeld. Dit namelijk: dat „zelfstan dig kunnende werken", naar mijn ervaring, 't gros der jeug dige werknemers niet meer aan trekt. Men houdt niet van een werkkringwaarin men op eigen initiatief, eigen inzicht, eigen verantwoordelijkheid is aange wezen. Men laat zich véél lie ver iets opdragen, en dan bij voorkeur een eenvoudige, des noods monotone taak, die een afgepast, aantal uren duurt en met een afgepast loon wordt ge- honóreerd. Al wat daarboven o] daarbuiten valt is inspannend, lastig, veeleisend, vergt teveel moeite en wordt bovendien niet betaald. Gaat u nu alstublieft weer niet ijlings achter een blocnota zitten om mij een lange brief te schrijven dat U zo niet bent en dat u bosjes jongelui kent die VWW*A*\*W»/WWW VERHEUGEND PROTEST vvvwv\\vvvwv\wvw wélWant ik zal u dat dade lijk met genoegen toegeven, en er zelf ook nog een ritsje loffe lijke uitzonderingen op mijn eigen regel bijvoegen. Maar dat bewijst niets op het grote geheel. En mijn ervarin gen, getoetst aan die van vele anderen, hebben mij geleerd dat de voorkeur voor zelfstandig, nauwgezet, plichtsgetrouw wer ken steeds geringer wordt. Dit is trouioens, in het. kader der algemene tendens van deze tijd, niet anders dan volstrekt logisch. De persoonlijkheid is bezig te verdwijnen: is in elk ge val een lastig en onbruikbaar verschijnsel in deze maatschap pij geworden. Het is veel gemakkelijker en voordeliger geleefd te worden, dan te leven; wie „iemand" we zen wil stoot zich dagelijks aan allerlei hoeken en kanten, haalt zien schrammen aan prikkel draad en builen tegen hekken op de hals. Hoeveel vaders, die zichzelf met vlijt en doorzettingsvermo gen omhoog hebben gewerkt tot de begeerde vrijheid van „zelf standige", hebben mij niet steen en been geklaagd over hun zoons, die vader voor gek ver klaarden en een baantje prefe reerden van afgepast acht uur werken, vast loon, gegarandeer de vrije tijd en een van staats wege verzekerde oude dag. Wat zal een mens zich dan al de last en het risico van iets méér doen, zélf doen, ja, eigen werk gever zijn op de hals halen? En de samenleving, die vit noodzaak of principe, de tijd zal het leren druk bezig is ons met papier op papier ogen en oren dicht en handen en voeten vast. le plakken, werkt die re denering duchtig in de hand. Daarom, o verontwaardigde en hoofdschuddende lezers en le zeressen, ben ik zo ontzaggelijk in mijn knollentuin met uw hef tige protesten al is het maar een druppel in de zee van brie ven die in de pen gebleven zijn uit onverschilligheid of gemak zucht. Want deze protesten bewijzen mij, dat er toch nog altijd, alle nivellering ten spijt, mensen te over zijn die iemand wil len zijn, hoe bescheiden en een voudig ook. Die met allebei hun voeten stevig op hun eigen plek je grond staan en zich daar door niets en niemand af laten drin gen. Ik wens hun, uit de grond van mijn hart, tot heil van het lieve vaderland, een talrijk na kroost. SASKIA. W*W\AA^WWV\*WW*A*WW\*VWVWWVVWWWWVV tielfabrieken gebruik wordt ge maakt Deze fabrikanten hebben in een zeer korte tijd een behoorlijke export in deze stof opgebouwd en zijn tevens in staat in de Neder landse behoefte te voorzien. Vele variaties Het zou overigens een vergissing zijn te denken, dat „everglaze" alleen in „hobbeltjes" wordt gebracht, want in het aanzien van „everglaze" zijn vele variaties. Men heeft ..cver- glaze"-taft, -piqué, -moiré, -chintz, -damast etc. De stof is dus niet uit sluitend geschikt voor japonstof, doch ook voor meubelbekleding en ander huishoudelijk gebruik. Op het ogen blik zijn zelfs de mogelijkheden in studie voor „everglaze"-behang. Verschillende Parijse couturiers hebben dit jaar „everglaze" in hun collectie opgenomen. Men zag het in taft en pioué. Dit wel een bewijs, dat dit artikel in de grote mode ook een rol speelt. 9 Dit is Miss America 1953, in het dage lijks leven luisterend naar de naam Neva Jane Langley. Zij draagt hier een tweekleurig japonnetje, uit everglaze vervaardigd. Zeemeeuw inspireerde Charles Montaigne Het is langzamerhand dc gewoonte van de „Hollandse Parijzenaar" Charles Montaigne geworden om, na dat hij op de eerste Februari zijn collectie aan het internationale pu bliek te Parijs heeft getoond, de buitenlandse primeur aan het Am sterdamse Doelen Hotel te geven. Dit keer is Montaigne's collectie ge ïnspireerd op de zo sierlijke vogel de zeemeeuw. Kragen, strikken en slip pen vertonen een duidelijke vleugel- lijn die nu eens gepliseerd, dan weer gesteven is. Montaigne's rokken zijn voor de japonnen en tailleurs over wegend aansluitend en elk model vestigt de indruk alsof de stof over het lichaam van de draagster werd gelegd, zoals de veren van de meeuw het lijfje van dit dier omsluiten. De draperiën, gestrikte blouses en der gelijke zorgen dan weer voor het vleugeleffect. Heel goed bedacht en uiterst elegant zijn deze effecten, terwijl elk stuk voor honderd pro cent „draagbaar" is. öz. g a zszex w In de Bianca-zaal van het palazzo Pitti te Florence kan men zijn eigen stem byna niet meer verstaan. Het wemelt er van kopers en koopsters, die beslist lang niet allemaal tot de particulieren behoren; naast rijke .Amerikaanse vrouwen ziet men hier vele confectionnalrs. De Italianen brengen voor het komende seizoen een „romantische" mode: lijnen die elke vrouw, of zij nu komt uit Zuid- Amerika, Alaska of Azië, tevreden zullen stellen. De jeugdige Roberto Capueci kleedt zijn prachtige, aristocratische mannequins in modellen die haar (mooie) figuren accentueren en die jeugdig maken. Hg brengt voor de mantels en de japonnen de „ligne princesse", die hoewel zeer zwierig, toch minder overdaad vertoont dan de collectie die hij in October in Ne derland vertoonde. Capucci begint, hoewel hg nog zeer jong is, zgn „wilde mode-haren" kwijt te raken. Carossa brengt een oneindig ge varieerd aantal tailleurs in wollen zomer-kwaliteiten. Zijn kleurengam ma ligt tussen marineblauw en grijs. Voor de ochtend brengt Carossa fla nellen costumes, terwijl hij voor de middag fgne lakense stoffen prefe reert. Naast Carossa is Antonelli de tail leur-specialist in Rome. Hij comple teert zijn tailleurs voor het komen de voorjaar met bijpassende tamelijk wijde mantels. Deze vertonen niet meer direct, maar wel indirect de pyramidelijn. De mouwen van dit huis zijn ook nog steeds aangeknipt en kunnen meestal driekwart en lang worden gedragen. Femandi vecht voor de terugkeer van het klassieke mantelcostume. Zijn mantels vertonen de tube-lijn, terwijl bijna al zijn creaties ra wol len materialen worden verwaardigd, te weten: pastelkleurige tweeds, fla nel en wollen ottoman voor de tail leurs; tweed, flauseh en een enkele visgraat voor de mantels. Giovanelli-Scïara creëerde niet te wijde mantels met grote kr agen, die boothalzen vertonen en zowel hoog als laag kunnen worden gedragen. Bijzonder* chic zgn zijn japonnen die óf het model princesse vertonen, óf zeer aansluitend zijn en voor-zien van slippen. Bijna al zijn modellen ver tonen de aangeknipte mouwlijn. Schubert, hoe Duits zijn naam ook moge klinken, is een rasechte Itali aan. Dat bewijst trouwens het al lereerste zijn fijn en exotische kleu rengamma. Licht rose en azuur zijn Schubert's tinten voor de donkere vrouwen. De Kimonolijn is één van zijn hobbies, die hij voorlopig niet zal opgeven. Veneziani creëerde een zeer harmo nische collectie mantels en tailleurs. Zijn tinten zgn rose, groen en parel grijs.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 11