JOANNA'S DIEFSTAL
KAPPIE EN HET DRIJVENDE WOUD
3500 HUISHOUDBOEKJES VERTELLEN
HOE WIJ ONS INKOMEN BESTEDEN
Foster Dulles is tevreden over
conferentie te Rome
Voor meer geld, minder kleding
Maarschalk de Lattre de Tassigny,
gezien door de ogen van Frans officier
Slachtoffers van
de watersnood
Ruilhandel in
mensenvlees
U woont op Belgisch gebied
zei de Belgische huisbaas
4
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
MAANDAG 2 MAART 1953
Een enorme hoeveelheid cijfermateriaal, in 1951 verzameld om een overzicht
te krijgen van de besteding der inkomens in ons land, begint thans resultaat af te
werpen. Het Centrale Bureau voor de Statistiek, in samenwerking met de gemeen
telijke statistische bureaux van de drie grote steden, Eindhoven en Tilburg, hield
een landelijke enquête, waarvoor de hulp van meer dan 4.000 huisvrouwen werd
ingeroepen. Ongeveer 3.500 hebben het volgehouden, een jaar lang, week in week
uit, ijverig en nauwkeurig model-huishoudboekjes in te vullen. Hun echtgenoten
hielden kasboekjes van de zakgelden bij. Zo kreeg het C.B.S. de notities in 52 maal
3.500 kasboekjes en 200.000 zakgeldboekjes met in totaal 14 tot 15 millioen posten
te verwerken, welke op 420.000 artikelenkaarten moesten worden geboekt. Maar
nu begint men dan ook zo langzamerhand het fijne van de zaak aan de weet te
komen. Van ongeveer 1.000 hand-arbeidersgezinnen is de gemiddelde budgetbeste
ding thans berekend. Onderscheid werd gemaakt tussen de grote, middelgrote en
kleine gemeenten.
grote steden zijn de weekhuren voor kleine,
resp. grote gezinnen gemiddeld 6.20 tot
6.75, in middelgrote gemeenten 4.75 tot
5.75 en in kleine gemeenten van ƒ3.45 tot
4.15. Merkwaardig is, dat de tegenwoor
dige huren 5.5 tot 7.5 percent van de uit
gaven vergen tegen 15 percent in kleinere
en tot 19 percent in de grote gemeenten
in 1936. In Den Haag daalde het huurper-
centage van 19 tot 8.2 percent. Dit lagere
gemiddelde percentage houdt natuurlijk
Basis voor loon-
en prijsbeleid
De resultaten van het onderzoek zullen
naar mening der statistici een belangrijke
basis vormen voor het te volgen loon- en
prijsbeleid, mede ten aanzien van de ko
mende huurverhoging, de lopende subsidie
verlagingen en de te geven compensaties.
Dit budgetonderzoek 1951 werd een uitge
balanceerde steekproef, die handarbeiders,
landarbeiders, hoofdarbeiders in loondienst,
ouden van dagen en ondersteunden, zelf
standige middenstanders en beoefenaren
van vrije beroepen omvatte. Men hoopt
juist ook ten aanzien van de middenklasse
binnenkort belangrijke conclusies uijj, het
onderzoek te kunnen trekken. Dit laatste
wordt, althans officieel, niet door de sta
tistici gedaan.
De gezinnen werden verdeeld in groepen
tot vijf en groepen van meer personen.
Qua leeftijden en geslacht werd het „aan
deel" van ieder gezinslid in de gezinsuil-
gaven berekend en herleid lot. „verbruiks-
eenheid". Door deze methode kon men tot
vergelijkende becijferingen komen.
De handarbeiders in ons land geven met
gezinnen tot vijf personen 35,4 percent van
hun inkomen aan voeding uit en met gro
tere gezinnen 40,6 percent. In de grote
steden is het gemiddelde percentage 38, in
middelgrote en kleine gemeenten lager, zo
dat men tot een landelijk eindcijfer van 37,2
percent of, in guldens uitgedrukt, f 1.439 per
jaar komt. In middelgrote gemeenten wordt
voor voeding per gezin meer uitgegeven
■dan in de grote steden en in plattelands
gemeenten. Ten plattelande echter werd de
eigen teelt van aardappelen en groenten
noch het houden van varkens en nluimvee
hierin berekend. Bij berekening van
„overige behoeften" echter wel en dan
blijkt, dat ten plattelande het meest aan
voeding wordt besteed.
Uit vergelijkende eyfers met 1936/37 blijkt,
dat de Nederlandse bandarbeider tegen
woordig een groter percentage van zijn in
komsten aan kleding en schoeisel uitgeeft
(1213 i.p.v. 89V0), maar dat, gezien de
prijsstijgingen, in verhouding minder ge
kocht. wordt. Dit wijst op een niet onaan
zienlijke versobering, vooral in de grote
steden. Hier staat tegenover, dat in deze
steden de uitgaven voor fruit en snoep en
voorts voor groenten, melk, vis, eieren en
kaas vooral na de laatste oorlog niet on
aanzienlijk gestegen zyn. Het verbruik van
roomboter is sterk gedaald.
Relatief minder huur
Iets minder dan 20 procent van de uit
gaven wordt gedaan voor huur, woningin
richting, verlichting en verwarming. De
huren in de middelgrote en kleine gemeén-
ten liggen lager dan in de grote steden,
maar de kosten van verwarming en verlich
ting -blijken er hoger. De lagere huren
buiten de grote steden zijn mede gevolg
van bewoning van eigen huizen. In de
KLANKEN
UIT di AETHER
DINSDAG 3 MAART 1953.
Hilversum I, 402 meter.
(A.V.R.O.) 7.00 Nieuws: ".10 Gr.pl.- (V.P.R.O.)
7.50 Dagopening; (A.V.R.O.) 8.00 Nieuws; 8.15
Gr.pl.; 9,00 Morgenwijding; 9.15 Omroepkoor
en orgel; 9.25 Voor de huisvrouw; 9.30 Water
standen; 9,35 Gr.pl.; 10.50 Voor de kleuters;
11.00 Voor de zieken; 11.30 Pianorecital; 12.00
Lichte muz.; 12.30 Land- en tuinbouw; 12.33
Voor het platteland; 12,40 Pianoduo; 13.00
Nieuws; 13.20 Dansmuz.; 13.50 Gr.pl.; 14.00 Zeg
eens, Amerika! 14.30 Gr.pl.; 14.40 Schoolradio;
15.00 Gr.pl.; 15.15 Voor de vrouw; 15.45 Gr.pl.;
16.30 Voor de jeugd; 17.30 Orgelspel; 17.45
Voor de jeugd: 18.00 Nieuws; 18.15 Pianomuz.;
18.30 R.V.U.; 19.00 Paris vous parle; 19.05 Fan
fare ork; 19.25 Reportage; 19.35 Gitaarmuz.;
20 00 Nieuws; 20.05 Gevar. progr.; 21.15 Lichte
muz.; 21.35 Moet je horen; 21.50 Dansmuz.; 22.30
Mededelingen. 22.35 Gr.pl.; 22.45 Buitenlands
overzicht; 23.00 Nieuws; 23.15 New York cal
ling; 23.20 Gramofoonplaten.
Hilversum II, 298 meter.
(K.R.O.) 7.00 Nieuws; 7.10 Gr.pl.; 7.15 Och-
tendgymn.: 7.30 Gr.pl.; 7.45 Morgengebed; 8.00
Nieuws; 8.15 Gr.pl.9.00 Voor oe huisvrouw;
8.35 Gr.pl.. 9.45 Causerie; 1000 Voor de kleu
ters; 10.15 Blaaskwintet; 10.45 Omroepork.. 11.00
Voor de vrouw; 11.30 Schoolradio; 12.00 Ange
lus; 12.03 Metropole ork 12.30 Land- en tuin
bouw: 12.33 Metropole ork.: 12.55 Zonnewijzer;
33.00 Nieuws; 13.20 Actualiteiten; 13.25 Amuse-
mentsmuz.; i4.00 Zang cn piano; 14.25 Prome
nade ork.; 13.00 Schoolradio; 15 30 Ben je zes
tig? 16.00 Voor de zieken: 16.30 Ziekenlof; 17.00
Voor de Jeugd; 17.15 Felicitaties voor de jeugd;
17.45 Regeringsuitzending: 18.00 Hammondorgel-
spel; 18.20 Sportpraatje; 18.30 Voor de jeugd:
18.52 Actualiteiten; 19 00 Nieuws: 19.10 Gr.pl
19.15 Uit het Boek der Boeken; 19.30 Gr.pl.
(20.05—20.10 De gewone man); 20 30 Lijdensme
ditatie; 21.30 Viool en piano; 22.00 Orkest: 22.45
Avondgebed; 23.00 Nieuws: 23.15 Gr.pl.
mede verband met de „bevriezing" van het
huurpeil.
Het C.B.S. heeft over de besteding van
het inkomen van Nederlandse en Zwitserse
handarbeiders een vergelijking gemaakt
waaruit blijkt, dat deze, ondanks de hogere
Zwitserse levensstandaard, niet ver uiteen
lopen. Bij een gemiddelde verbruikseenheid
van 4.2 tegen 4.3 per Nederlands en Zwit
sers gezin, zien de cijfers er als volgt uit;
(in van bruto inkomen)
Nedcrl.
37,2
(7)
12,6
2,8
Zwitserl.
35,5
20,3
(11,6)
Voeding
Woning
(waarvan huur)
Kleding, schoeisel
Hyg. en, medische zorg
Ontw. en ontspanning
Verkeer
Roken
Verzekeringen etc.
(incl. kerken, vakbond, etc.).
Belastingen 3,
Andere uitgaven 1,
De statistici van het C.B.S. zullen trach
ten, binnen enige maanden de budgetover
zichten der andere onderzochte categorieën
gereed te hebben. Gestreefd zal worden
naar becijfering van de invloed van de
indirecte belastingen op het budget.
2,4
0,9
3,9
3,7
Mr Bondoux vocht in 1940
in Zeeland tegen Duitsers
Het was niet de eerste maal, dat mr Bon
doux, secretaris-generaal van de Orde van
Advocaten te Parijs een bezoek aan Neder
land bracht. De eerste maal, dat hij de lage
landen bezocht, was in de Meidagen van
1940. Het Franse legerkorps onder generaal
Giraud was vanuit Antwerpen Nederland
binnengetrokken om mede weerstand te
bieden aan de Duitse invasie. Het pnder-
deel, waartoe mr Bondoux behoorde, vocht
op Zuid-Beveland. In een achterhoede
gevecht trokken deze Fransen zich terug
op Middelburg, vanwaar zij later naar Ca
lais werden overgebracht.
Weet u wat mij zo in deze dagen heeft
getroffen, vertelde mr Bondoux ons, toen
wij dezer dagen aanwezig waren op de re
ceptie, die de Franse consul, de heer J. de
Latour Dejear., te zijner ere hield. Ik kreeg
uit Kapelle-Biezelinge op Zuid-Beveland
dezer dagen bericht, dat het kerkhof, waar
mijn gesneuvelde wapenbroeders liggen
begraven, van de watersnood niet heeft ge
leden. Uw trouwe Zeeuwen daar in de buurt
verzorgen deze begraafplaats met zeer veel
piëteit.
Mr Bondoux kwam thans een lezing hou
den over maarschalk De Lattre de Tassigny,
onder wiens bevelen hij had gestaan, toen
er in Noord-Afrika na de geallieerde lan
ding in November 1942 aldaar een Frans
leger werd gevormd, waarover het bevel
aan de toenmalige generaal De Lattre de
Tassigny werd opgedragen. Op 15 Augustus
1944 nam dit leger, waarin mr Bondoux
een escadron pantserwagens commandeer
de. deel aan de invasie van Zuid-Frankrijk.
Ook de Franse consul te dezer stede, die
toen onder de wapenen was ,nam aan deze
deel.
Het relaas van deze inval, die eindigde
met de ondertekening van de wapenstil
stand door de geallieerde generaals te Ber
lijn, waarbij het energieke optreden van de
generaal zo opvallend was, vormde een der
voornaamste hoofdstukken uit het brillante
„pleidooi", dat mr Bondoux voor de leden
van de Alliance Francaise in de aula van
Museum Boymans gisteravond heeft uitge
sproken. Hier verloochende de advocaat
zich niet om een schets te geven van een
man, die Frankrijk de plaats terug wilde
geven onder de Europese volkeren, waarop
het van nature recht had.
De generaal was altijd daar te vinden,
waar gevaren dreigden, evenals zijn enige
zoon, die twee jaar geleden in Indo-China
op 23-jarige leeftijd is gesneuveld. Deze
voegde zich, nauwelijks hersteld van een
beenverwonding, in het leger van zijn va
der, die intussen de Rijn was overgestoken,
zeer tegen de bevelen van de Amerikaanse
legerleiding in. Maar deze stoutmoedigheid
verhaastte het einde van de oorlog, die zijn
bekroning vond in de ondertekening van
het wapenstilstandsverdrag te Berlijn. Daar
vertegenwoordigde de generaal Frankrijk
en mr Bondoux vergezelde hem.
Kostelijk was zijn beschrijving van het
ceremonieel, dat daar plaatsvond, vooral het
optreden van de Russen, die in een omme
zien een gala-souper hadden aangericht, in
clusief Balalaika-orkest.
Later is de generaal naar Amerika ge
gaan en wederom was het mr Bondoux, die
hem vergezelde bij zijn bezoek aan het Pen
tagon, waar hij de zaak van Frankrijk we
derom bepleitte.
De Lattre de Tassigny, aldus mr Bon
doux, was de enige generaal, die geen eisen
stelde, toen de Franse regering hem ver
zocht rapport uit te brengen over de toe
stand in Indo-China. Dadelijk na zijn aan
komst veranderde de toestand en schoot het
moreel omhoog. In vurige bewoordingen
schetste mr Bondoux, dat de zaak van
Frankrijk in Indo-China een zaak is, die
de gehele beschaafde wereld aangaat, ge
lijk de generaal destijds overal heeft doen
uitkomen.
Mr H. J. Sjollema, president van de Al
liance Francaise heeft mr Bondoux voor
zijn schitterende rede dank gezegd, waar
mee de talrijke aanwezigen door een zeer
nadrukkelijk en langdurig applaus hun in
stemming betuigden.
Het informatiebureau van het Neder
landse Rode Kruis 'heeft de 22ste lijst van
geborgen en geïdentificeerde slachtoffers
van de watersnood uitgegeven, luidende:
OUDE TONGE
BUYS-KERP, Pieternella, geb. 1.3.82;
HAMEETE-KONINGSWOUD, Klaasje, geD.
4.2.08; KNOPS, Lijntje, geb. 12.4.34; DE
KOKTE, Elizabeth, geb. 12.9.11; MUNTERS,
Neeltje, geb. 9.5.61 j MIJS, Job, geb. 6.10.16;
MIJS-VAN ES, Anna Antonia, geb. 23.5.17;
STOOP, Paulus, geb. 7.10.74.
Het smaakt niet anders
Twee negers en een negerin zijn Vrijdag
voor het gerechtshof van Fort Johnson, in
het Brifse Zuidafrikaanse protectoraat
Nyasaland verschenen, op beschuldiging van
een achttienjarige inheemse jongen te heb
ben ontvoerd, met de bedoeling hem te
doden en met een gedeelte van zijn vlees
„een schuld af te lossen". De schuldeiser
stemde echter niet in met het aanbod van
vlees van de jongeling. Hij verklaarde zijn
schuldenaren een stuk vlees, afkomstig van
een vrouw, te hebben geleend en hij wilde
zijn vordering op dezelfde wijze verrekend
hebben.
Aan de drie beklaagden is ontvoering en
schending der wetten, waarin het beoefenen
van toverkunsten verboden wordt, ten laste
gelegd.
Deze luchtopname van de K.L.M. toont de werkzaamheden 1
van de Moerdijkbrug.
de Brabantse kant
Onrust om de Sjah
van Perzië
A Vervolg van pag. 1.
Waarnemers zien de jongste gebeurtenis
sen als een bewijs, dat de Sjah opnieuw
een belangrijke factor in de binnenlandse
aangelegenheden van Perzië is geworden.
Sinds het begin van deze week zyn al be
richten geweest over verschillen van me
ning tussen de vorst en de regering over
de financiën van het hof en over de vraag
of de Sjah het opperbevel over de strijd
krachten moet behouden.
Verhouding tussen Sjah
en Mossadeq
Sinds Perzië op 1 Mei 1951 zijn olie
industrie nationaliseerde heeft de ver
houding tussen de Sjah en dr Mossadeq
veel te wensen overgelaten. De vorst on
dertekende toen weliswaar de twee de
creten, waardoor de concessies en de grote
raffinaderij te Abandan van de Anglo-
Iranian in handen van de staat kwamen,
doch het was premier Mossadeq, die door
zijn optreden in en buiten het Perzische
parlement hiertoe de stoot gegeven had.
Bij het hieruit ontstane en nog steeds
niet opgeloste oliegeschil kwam het her
haaldelijk tot woordenwisselingen tussen
de Sjah en zijn eerste minister.
Dikwijls heeft dr Mossadeq zich be
klaagd over de „hofintrigues" en semi-
officiële bladen meldden Maandag j.l. nog,
dat de premier gedreigd had te zullen af
treden indien hieraan geen einde kwam.
Volgens deze persberichten had hij be
sloten een beroep om steun op het volk te
doen en een volksstemming te eisen. Hij
zou de Sjah hebben meegedeeld, dat de
bezittingen, welke deze van zijn vader
heeft geërfd naar verluidt goederen ter
waarde van ongeveer 75 millioen gulden
aan de staat moeten worden gegeven.
De moeilijkheden tussen de vorst en zijn
premier schijnen vooral te zijn verscherpt
sinds de ongeregeldheden in Juli van het
vorig jaar. Op 16 Juli trad Mossadeq n.l.
af omdat de Sjah weigerde hem de porte
feuille van defensie te geven.
In December werd gemeld, dat de be
trekkingen tussen de eerste minister en
het hof een ernstige crisis hadden bereikt.
Naar verluidde had de premier de onmid
dellijke verbanning van de koningin-
moeder geëist, die hij er van beschuldigde
de oppositie aan te moedigen.
„Geen richtlijnen inzake
handdrukken!"
De Amerikaanse minister van buiten
landse zaken, John Foster Dulles, heeft
op een persconferentie verklaard zeer
bemoedigd te zyn door de resultaten
van de conferentie, welke vorige week te
Rome is gehouden. Hy had de indruk ge
kregen, dat de ministers van buitenlandse
zaken van de zes landen van de E.D.G.
hun bedoeling om eensgezind voort te gaan
hebben vastgelegd, een streven, dat Dulles
had opgemerkt, toen hy onlangs een
oriëntatiereis door West-Europa maakte.
De minister was van mening, dat hel
Saarprobleem, een geschilpunt tussen
Frankryk en West-Duitsland, snel zal kun-
KERKNIEUWS
Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Nunspeet
(vacature W. G. G. Beerekamp): H. van
Wiel te Sneek.
Aangenomen naar Noord-Bergum: C.
Bogaard, vicaris te Luttelgeest.
Bedankt voor Zandvoort: J. de Groot te
Apeldoorn.
Gerei'. Kerken. Beroepen te Urk (tweede
maal): W. Baas te Bezum, die dit beroep
ook aannam.
Benoemingen bij de Nederlandse
Radio Unie
Met ingang van 1 Maart heeft het bestuur
van de Nederlandse Radio Unie tot hoofd
van de hoorspel kern benoemd de heer Con
stant van Kerckhove. Hij volgt de heer C.
Rijken op, die met pensioen gaat, doch nog
enige maanden zal aanblijven om zijn op
volger in te werken. Constsyit van Kerck
hove was reeds als acteur aan de kern ver
bonden.
Voorts is tot plaatsvervangend hoofd van
de afdeling muziek der N.R.U. met ingang
van 1 September a.s. benoemd de heer Her
man Passchier, thans leraar in muziek
wetenschap aan de school van Kees Boeke.
Hogere huren door
historische fout
Enige weken geleden kocht de veekoop
man F. van der E. uit Weelde Statie (B)
negen woningen aan, gelegen onder het ge
hucht Zondereigen naby BaarleNassau.
23. Nadat koning Houmejasvas bevel had gegeven, dat zijn
Vlag op Kappie's sleep moest worden geplant, werd hij opeens
erg vriendelijk.
,,Je moet het planten van die vlag maar als een formaliteit
beschouwen", zei hij tot Kappie, „wees maar niet bang, dat het
drijvende woud nu moet achterblijven; je kunt het straks rustig
verder slepen".
Vervolgens liet hij Kappie en de Maat een heerlijk maal voor
wetten van bananen, arranas en gepelde coeosnoten.
„Die koning valt toch geweldig mee", zei de Maat, die dol op
bananen was, „ik dacht eerst dat hij ons op wilde eten, maar
nu gééft hij ons eten!"
Maar Kappie's gezicht vrolijkte niet op; hij at zijn cocosnoot met
zorglijk geknap. „Ik wou dat ik wi6t, wat hier achter zat", mom
pelde hij. „Waarom wil de vent met alle geweld zijn vlag op
mijn sleep planten, terwijl hij mij toestaat, het drijvende woud
verder te slepen? Ik vertrouw die scheerkwastenverzamelaar
niet!!"
De man meende en hij had daar een be
vestiging van, afgegeven door het betrok
ken departement te Brussel dat de huizen
in een Belgische enclave lagen. Hij bracht
er dan ook de bewoners van de huizen vai
in kennis, dat zij op Belgisch gebied woon
den en dat hy dientengevolge de huur in
francs zou innen. Hy bepaalde de huur
volgens Belgische maatstaven, waardoor z<
viermaal zo hoog werd als de huidige, Ne
derlandse huur!
Er kwamen nog enkele andere moeilijk
heden opdagen. Een van de huurders is b.v.
raadslid van Baarle-Nassau, hetgeen door
deze plotselinge „emigratie" ten einde zou
zijn. „Zondereigen" zou dan onder de Bel
gische gemeente Baarle-Hertog komen te
ressorteren.
De Belgische veekoopman had evenwel
vergeten om de historie te raadplegen. In
1841 is de grensregeling BaarleNassau—
Hertog tot stand gekomen. Deze is korte
tijd later opgenomen in de grenserkenning
tussen Nederland en België, maar dit blijkt
niet foutloos te zijn gebeurd.
Was Zondereigen in het eerste, originele
stuk, waarvan er een in Baarle-Nassau en
een in Baarle-Hertog berust, bij de Neder
landse gemeente ingedeeld, in de overdruk
had men er Baarle-Hertog van gemaakt. Zo
kan het gebeuren, dat er in België kaarten
bestaan, o.a. een stafkaart en een politie-
kaart van Weelde (B), waarop Zondereïgen
als Belgisch is aangegeven. Deze kaarten
zijn enkele van de overtuigingsstukken,
waarop v. d. E. zijn mening baseert.
De bewoners, die uiteraard een andere
mening zijn toegedaan, hebben hun stand
punt nog niet bepaald. Misschien willen zij
afwachten, of de overheid deze historische
fout zal corrigeren.
nen worden opgelost. Hij voegde hieraan
toe, dat er natuurlijk geen organisch of
juridisch verband bestaat tussen de
Saarkwestie en de Europese Defensie
gemeenschap.
Naar de minister verder meedeelde,
heeft de Russische regering de Verenigde
Staten geen voorstellen gedaan voor een
eventuele ontmoeting tussen Stalin cn
Eisenhower. Dulles zei dat hij Wysjinski
niet de hand zal drukken, tenzij de Rus
sische minister van buitenlandse zaken
hem het eerst zijn hand zal toesteken. Hij
verklaarde dit naar aanleiding van een
vraag of hij het optreden van het hoofd
der Amerikaanse delegatie bij de V.N.,
Cabot Lodge, goedkeurde, die geweigerd
heeft Wysjinski een hand te geven, toen
deze week de Algemene Vergadering weer
te New York bijeen kwam. Lachende zei
de minister, dat het ministerie van buiten
landse zaken geen richtlijnen voor derge
lijke gevallen heeft uitgegeven. Het was
naar zi.in mening een kwestie van persoon
lijke smaak, waarover de delegatie zelf
moest beslissen.
Vervolgens legde Dulles een verklaring
af over de stand van zaken bij zijn mi
nisterie. Hij was van oordeel, dat het amb
tenarencorps dient te worden gereorgani
seerd en betuigde dan ook zijn instemming
met het onderzoek onder leiding van se
nator McCarthy. „Ik ben bereid te ver
dedigen, wat ik als juist en te verdedigen
beschouw, doch ik voel er niet voor blin
delings een toestand te verdedigen, die
onder mijn voorgangers is ontstaan en die
ik, ingevolge een opdracht bij mijn ambts
aanvaarding, moet verbeteren", aldus de
minister.
Bevel tot aanhouding
van Lammerding
Een Britse politierechter te Bonn heeft
Zaterdag een bevel tot, inhechtenisneming
uitgevaardigd tegen ex-generaal Bernhard
Lammerding, in 1944 bevelhebber van de
S.S.-divisie „Das Reich" in Frankrijk, aldus
hebben Britse functionarissen meegedeeld.
De verblijfplaats van Lammerding is onbe
kend. Men vermoedt, dat hij zich schuil
houdt in de Amerikaanse zone.
Het bevel is uitgevaardigd na een Frans
verzoek om uitlevering van Lammerding, die
wordt gezocht in verband met het doden
van verzetslieden te Tulle in 1944.
Een woordvoerder van de Amerikaanse
hoge commissie heeft verklaard, dat nog
geen verzoek is ontvangen van Britse of
Franse zijde om hulp bij het opsporen van
Lammerding. Men acht het onwaarschijnlijk,
dat de Weslduitse autoriteiten om hulp zal
worden gevraagd, aangezien de Westduïtse
grondwet uitlevering van Duitse staatsbur
gers verbiedt.
Advertentie
FEUILLETON
door MARY BURCHELL
Dat doe ik van fiartei glimlachte Joanna
vól instemming en bij zich zelf dacht ze, hoe
gelukkig het was, dat de Fellings althans in
deze aardige en nobele neef wat vergoed
kregen voor het met de andere geleden ver
lies.
Naarmate de avond vorderde begon ze Ro
ger Conway's optreden en uiterlijk steeds
meer te waarderen. Had ze 'dit optreden
eerst aan jeugdige uitgelatenheid toege
schreven. weldra besefte ze, dat het een
kwestie van temperament, niet van leeftijd
was. Zelfs op zijn zestigste jaar zou hij nog
die frisse, geestdriftige indruk maken en
zijn gezelschap deed iemand zich blijder, ge
lukkiger voelen.
Tot haar groot genoegen nam hij aan, dat
deze avond door vele andere zou worden
gevolgd en toen hij haar tot haar huis had
gebracht, waren er al stoute plannen gereed
voor een bezoek aan dancings, aan een
schouwburg en, bij het eerste mooie week
end. een boottocht op de rivier.
De volgende dagen ontmoette Joanna her
haaldelijk de neef van haar chef. Soms
kwam hij zogenaamd om zijn oom te bezoe
ken maar een andere keer maakten de twee
jongelieden afspraken voor een lunch of
een avonduitgangetje.
Aanvankelijk vreesde Joanna wel
enigszins, dat Sir Henry de omgang van
secretaresse en neef wat al te intiem
zou vinden, maar elke bange twijfel
werd weggevaagd door een wel strikt
formeel doch zeer vriendelijk schrijven
van Lady Feiling, waarbij deze haar voor
het komende weekeinde op Felling Court
uitnodigde.
Uiteraard zou Joanna de invitatie onder
alle omstandigheden dankbaar hebben ont
vangen. Nu ze wist, dat Roger ook van de
partij zou zijn, nam ze de uitnodiging met
nog groter genoegen aan.
Dus dit weekeinde, zeg je? riep Roger uit,
leen ze 't hem vertelde. En Joanna meende
in zijn toon iets te horen, dat haar lachend
de wenkbrauwen deed fronsen.
Ja, heb je er bezwaar tegen, Roger? vroeg
ze (de jongelui waren elkander al spoedig
bij de voornaam gaan noemen).
Neen, natuurlijk niet. 't Is een uitstekend
idee. Misschien zelfs, ging hij nadenkend
voort, een wenk van de Voorzienigheid.
Nu, nu, lachte Joanna, zover had ik het
niet gezocht. Wat bedoel je eigenlijk?
Och, 't doet er niet toe, antwoordde Ro
ger, nu ineens buitengewoon geheimzinnig,
in tegenstelling met zijn gewone openhartig
heid. 't Was maai een plannetje van mij,
maar het is betei-, dat je het eerst ziel
als het zover is. En ondanks alle plagerij
van Joanna's kant met zijn gewichtig ge
doe, bleef hij hardnekkig weigeren, zien
verder uit te laten. Zodat ze tot de con
clusie kwam, dat hij zeker een of andere
prettige en genoeglijke verrassing voor haar
in petto had.
Haar eigen familie was met de uitnodiging
zeer ingenomen. En Auriel, die nu al, heei
onverstandig op gespannen voet stond met
haar aanstaande schoonmoeder, riep vol
geestdrift: O, wat ben ik blij! Gerald's moe
der beschouwt de Fellings als het neusje van
de zalm op het stuk van voornaamheid en
deftigheid. Als je haar hoort, zou Sir Henry
er zelfs nooit aan gedacht hebben, jou tot
secretaresse te nemen, wanneer zij je niet
persoonlijk had aanbevolen. Ze zal woest
zijn als ze bemerkt, dat jij daar met hei
weekeinde heengaat.
Ze heeft er niets mee te maken, merkte
Joanna op. Als ik jou was, zou ik er niet
eens over spreken.
Natuurlijk heeft ze er niets mee te ma
ken, gaf Auriel toe, maar juist daérom zal
ze zich er mee oemoeien. En ik zal er zeker
over praten. Ik zou haar teleurstelling en
boze bui voor geen geld willen missen.
Maar, Auriel, zei Joanna vermanend, ze
is toch Gerald's moeder.
En wat zou dat? vroeg Auriel. terwijl ze
ongeduldig de schouders ophaalde. Ik be
hoef toch, omdat ik met hem ga trouwen,
niet van al zijn familieleden te houden.
Neen, maar het is verstandiger, niet in
conflict te komen met zijn naaste familie,
geheel afgescheiden van je gevoelens daar
omtrent.
Welke gevoelens? riep Joanna's stiefzusje,
met een gebaar van volslagen verrassing.
Stel je gerust, ik zal haar geen vat op me
geven. Ik zal erg vriendelijk en poeslief zijn,
dat beloof ik je.
Joanna lachte een beetje gedwongen. Ze
wist, dat er met Auriel in zulk een stem
ming geen land te bezeilen was en ging,
nu ze eenmaal haar mening had gezegd, niet
verder op de kwestie in, maar bereidde zien
met een goed geweten op het komende
weekeinde voor.
De volgende Vrijdagavond nam Sir Henry
haar in de auto mee. Beiden genoten van het
ritje en toen hij haar een typisch voorbeeld
van Byzanttijnse architectuur uitlegde, was
ze een ogenblik niet als tot dusver „juffrouw
Deane", maar „kindlief".
(Wordt vervolgd)