ZEELAND
ZEELAND
Het mooiste sprookje in onze letteren:
Complete uitgave van
„De Kleine Johannes"
C
oud...
j
Griep? DAMPO
Belastingfaciliteiten alleen via
Rampenfonds en Rode Kruis
nieuwi
Wereldgebeuren
Franse Senaat keurt amnestie voor
twaalf Elzassers goed
BOEK
ZATERDAG 21 FEBRUARI 1953
PROVINCIALE ZEEUWSE CtyUK'ANT
i
Letterkundige Kroniek
„DE KLEINE JOHANNES" VAN FREDERIK VAN EEDEN (1860—1932) Is, met de Sara
Burgerhart en de Max Havelaar, één van de weinige „klassieken" uit onze letteren, die
nog gelezen worden. Het boek is niet alleen beroemd, maar ook geliefd en iedere scholier,"
die middelbaar onderwijs geniet, maakt er stellig kennis mee. Met De Kleine Johannes I
dan, het impresrionistische natuursprookje met Windekind en Wistik, Pluizer en dr Cijfer;
een boek, dat een mengeling lijkt van Andersen met trekjes van Multatuli's Woutertje
Pieterse, en dat rijk is aan kleurige en gr®urige, fijne natuuruitbeeldingen, die in proza
dezelfde sfeer oproepen als Gorter deed in „Mei" en Perk in enkele van zijn sonnetten
en in „Iris".
Er bestaan ook een Kleine Johannes II en III, maar daarvoor heeft bijna niemand een
goed woord over. Men leert al op school, dat die twee andere Johannessen zo helemaal
niks zijn, en slaat men later toevallig nog eens een literatuurgeschiedenis op, vrijwel
onverschillig welke, dan vindt men dat daar bevestigd. Daar er zoveel andere, nieuwe
boeken te lezen zjjn, blijven Johannes II en III dan ongerept in de bibliotheek slapen en
op den duur denkt niemand er meer aan.
Uw recensent bekent eerlijk, dat hij tot
voor kort die vervolgen ook nooit ingekeken
had en hij zou het mogelijk nooit gedaan
hebben, wanneer niet onlangs een omvang
rijk, keurig verzorgd boek op zijn tafel was
terechtgekomen, dat alle drie de delen in
één aantrekkelijke, gestreeptgroene band
bevatte. Hij besloot toen zonder enig voor
oordeel De Kleine Johannes tot de aller
laatste pagina uit te lezen, of liever, er was
mogelijk wel een vooroordeel. Misschien
vergaat het u ook als zovelen en voelt u
een tikje (of veel) wantrouwen wanneer
iedereen over een boek roept, dat het
prachtig is en dat u het beslist lezen moet,
en voelt u een tikje extra sympathie wan
neer iedereen het er over eens is, dat een
bepaald boek ongenietbaar is. Met die extra
sympathie begon uw recensent de verguisde
delen II en III te lezen, in de hoop, dat ze
mogelijk even gaaf zouden blijken te zijn
als het beroemde deel I en dat de weinige
waardering voortkwam uit het feit, dat de
één de ander napraatte. Laat hij maar direct
bekennen, dat alle extra goede wil niet
heeft gebaat. Tot half in deel II gaat het
goed en wordt men menigmaal door prach
tige passages getroffen, maar daarna komt
men af en toe terecht in wat men een
„draak" pleegt te noemen en dat herhaalt
zich vaker naarmate men het einde nadert.
Een steeds duisterder wordende, ja, eerlijk
gezegd: verwarde, symboliek (symbolen
dienen te verhelderen, niet te vertroebelen)
maakt, dat de lezer zich onzeker gaat voelen
en tenslotte moet men mét het grote koor
beamen, dat de vervolgen, ondanks het
vele schoons, dat zij bieden, niet in gaaf
heid met deel I vergeleken kunnen worden.
Zoals bekend, eindigt dat met de komst
van de donkere gestalte over de avondgol-
ven, voor wie Johannes afscheid neemt van
de duinen en Windekinds zonnige elfenrijk,
om zich te wenden „naar de grote duistere
stad waar de mensheid was en haar wee
dom".
Profetische gestalte
Nu is een groot deel van de roem van
deel I stellig te danken aan de grote liefe
lijkheid en de impressionistische natuur
schildering (toen modern; da belangstelling
voor het natuurleven, voor vogels, bloemen
e.d. ontwaakte juist tegen het einde van de
vorige eeuw in ons land, denk aan Heimans
en Thijsse, met welke laatste Van Eeden be-
vriend was). Het is een lieflijkheid, soms op
het zoetsappige af, want zelfs die befaamde
griezeltocht met Pluizer door de doods
kisten, is in feite eerder aesthetisch dan
luguber.
De meeste mensen zijn nu eenmaal eerder
te vinden voor een idyllische tocht naar de
door Hans Warren
duinen in de lente, dan voor een omzwer
ving in de sloppen der fabriekssteden, en
daarmee vangt immers deel II aan. (Daar
deel I zo overbekend is, kan inhoudsver-
melding wel achterwege blijven).
De donkere man, die over het water wan
delde, en waaraan Johannes vergeefs vroeg
of hij Jezus of God was, is een nieuwe sym
bolische figuur, die Van Eeden heeft opge
roepen om hem zijn ethische, sociale, en
allerlei andere maatschappelijke theorieën
in de mond te leggen. Het is een idealis
tische, profetische sprookjesfiguur, duidelijk
geïnspireerd op Christus, die in de vermom
ming van een doodarme scharesliep en
onder de naam Markus Vis, zijn werk doet.
Markus Vis (stellig moeten we in die naam
een symbool zien) is evenzeer als Johannes
van nu af een hoofdfiguur. Hij verkeert
onder de armsten en volgt onder alle om
standigheden zijn roeping, waardoor hij
zich onvermijdelijk de vijandschap van
iedereen op de hals haalt.
Door Markus komt Johannes in aanraking
met het kermiskind Marjon, dat later, doch
pas na vele omzwervingen, zijn levensge
zellin wordt. Want op zijn levenstocht, zijn
reis om een goed mens te worden (Johan
nes' achternaam luidt: de Reiziger) ver
laat hij ook tijdelijk Markus en Marjon,
zoals hij in deel I zijn vader, zijn hondje,
ja zelfs Windekind verliet. Markus' weg is
een lijdensweg: door steeds de (d.i. Van
Eedens!) waarheid te spreken, in kerken
dominees en priesters, dus protestantisme en
katholicisme te bestrijden (typisch, dat Van
Eeden later niettemin katholiek werd); door
op protestvergaderingen van socialisten de
socialistische stellingen aan te vallen, en
door ten slotte tijdens een kroningsplech
tigheid de orde te verstoren met een rede
voering over het ware koningsschap, be
landt hij via het cachot en het gekkenhuis
ten slot^ in het ziekenhuis, omdat een
woedende volksmenigte hem een asketel op
't hoofd heeft geworpen. Hij sterft, en wan
neer de doodarme Marjon en Johannes, zijn
enige getrouwen, met veel moeite wat geld
bijeen hebben geschooid voor zijn begra
fenis, blijkt, dat zijn stoffelijke resten al
naar de snijkamer zijn doorgegeven.
Dit is slechts de hoofdlijn, want er ge
schiedt ondertussen te veel om op te noe
men. Van Eeden berijdt vrijwel elk van zijn i
stokpaardjes, en die had hij vele. Vooral zijn
belangstelling voor de droomwereld en ook i
voor het occulte (de schrijver was enige
jaren als psychiater gevestigd) komt sterk i
naar voren, wat trouwens ook al in Johan
nes I het geval is.
De Kleine Johannes I verscheen voor 't
eerst in 1887 in boekvorm, nadat in Octo-
berg 1885 de eerste aflevering van De
Nieuwe Gids met het begin er van geopend
was. De delen II en III dateren van 1905 en
1906, nadat Van Eeden eerst een ander ver
volg (in 1892), „Johannes Viator" genaamd,
had laten verschijnen, een werk waaraan
ook nooit veel waardering ten deel is ge
vallen.
We kunnen niet anders doen, dan deze
nieuwe complete uitgave van het beroemde
boek met vreugde begroeten. Want ondanks
de genoemde bezwaren, blijft Johannes I
het mooiste sprookje in onze taal, en bieden
ook de delen II en III zoveel schoons en
stof tot nadenken, dat aandacht noch span
ning verslappen. Men voelt achter dit boek
de hele mens Van Eeden mei zijn vurig
idealisme, zijn zuivere liefde tot de mede
mens, zijn grootheid en zijn zwakheden. De
Pakistan maakt een
woestijn bewoonbaar
Ruim 800.000 ha woestijngrond in het
Noorden van de Pendsjaab (West Pakistan)
worden thans door bevloeiing herschapen in
vruchtbaar bouwland. Het bevloeiïngssy-
steem, dat reeds voor een groot deel vol
tooid is, zal hoofdleidingen tot een totale
lengte van 230 mijlen en een distributienet
van tezamen 1630 mijlen omvatten. De be
langrijkste leidingen zijn met beton bekleed.
Als het systeem over een jaar voltooid is,
Kleine Johannes is een boek, dat als alle zal de jaarlijkse opbrengst aan landbouw-
kunslwerken het stempel van zijn tijd 1 producten van de Pendsjaab met 80 millxoen
draagt. Het is echter tevens boven het tijde- roepies kunnen worden verhoogd. Rond
lijke uitgerezen en het heeft de lezer nu
nog even goed iets te zeggen als rondom de
eeuwwisseling.
Dodelijke vergissing
in Korea
De leiding van het achtste Amerikaanse
leger heeft medegedeeld, dat geallieerde
achterhoedestellingen op 2 Februari bij
vergissing door een Amerikaans vliegtuig
zijn gebombardeerd, waardoor drie man
werden gedood en vijf gewond.
Geleidehonden voor enkele
blinden uit noodgebieden
De stichting voor blindengeleidehonden
deelt mede, dat zij enkele blinden uit het
noodgebied direct of op zeer korte termijn
geheel gratis kan helpen aan een afgerichte
blindengeleidehond. Aanvragen Sloterweg
80, Amsterdam of Javalaan 49, Zwijndrecht,
telefoon 862^.
(Advertentie.)
bevordert mede een snelle genezing
10.500 vluchtelingengezinnen hebben hier
reeds een nieuw bestaan gevonden. In to
taal zijn hier 900 dorpen en zes steden ge
projecteerd.
In het Perzische dorpje Turnt kwamen bi)
een aardbeving 900 van de 1400 inwoners
om. Overlevenden bij de puinhopen.
Minister Luns naar New York
Minister mr J. M. A. H. Luns zal zich 1
Maart naar New York begeven om gedu
rende ongeveer een week de leiding van de
Nederlandse delegatie bij het tweede deel
van de zevende algemene vergadering der
Verenigde Naties op zich te nemen. De heer
D. J. von Balluseck, permanent vertegen
woordiger van Nederland bij de V.N., zal
optreden als plaatsvervangend leider van
de delegatie. De in Nederland verblijvende
leden van de delegatie zullen niet deelnemen
aan het tweede gedeelte van deze zitting,
die waarschijnlijk medio Maart wordt be
ëindigd.
Adoptie-giften misschien
over het Rode Kruis
(Van onze parlementaire redacteur).
Belastingfaciliteiten worden alleen ver
leend voor giften via het Rampenfonds en
het Rode Kruis. Dat deelde staatssecreta
ris v. d. Berge Donderdag in de Tw. Ka
mer mede in antwoord op de vragen van de
heer C. v. d. Heuvel (A.R.).
De belastingfaciliteiten gelden uitsluitend
voor algemene, nationale hulp, aldus de
staatssecretaris; voor giften in geld aan het
Rampenfonds en wat ondernemers betreft
voor giften in goederen uit voorraad. De
faciliteiten gelden dus niet voor bijzondere
hulp, zoals giften aan enkele instellingen of
aan getroffen familieleden. Giften in de
vorm van bedrijfsmiddelen, zoals paarden
(499)
Een Nederlander die in Quito, dus op een
van de hoogvlakten van het Andesge-
bergte, enige lichamelijke arbeid moet
verrichten laten we veronderstellen dat
hij de trap naar de volgende verdieping -
moet oplopen raakt na enkele ogenblik- I 5
ken reeds uitgeput. Op de eerste etage 1
aangeland heeft hij het gevoel of hij in 1 5
enkele minuten er een hele dagtaak op
heeft zitten. Neemt hij echter de moeite
even uit het raam te kijken, dan zal hij
zien dat de voetballers van Quito op een
verder, gelegen veldje een stevig partijtje
spelen, zonder schijnbaar enige hinder van
de hoge berglucht te ondervinden. Men
heeft dit willen verklaren door het feit dal
de bewoners van het Tioogland beter de
zuurstof in het bloed kunnen vasthouden,
in tegenstelling met de bewoners van het
laagland, die door het aldus ontstane ge
brek aan zuurstof vermoeid zouden ge
raken. i
Het kan zijn, maar hel probleem van de s
moeheid is daardoor nog steeds niet opge
lost. IVant. stelt u zich dè molenaarsknecht
eens voor die de hele lieve dag met mud-
zakken meel op de schouders jongleert en
's avonds nog energie over heeft om op de
kermis zijn spieren te meten mei die van
de krachtpatsers in de worstelaarstent. In
dien we deze jonge man, dit brok onver
moeibare kracht, zouden meesturen met
een dame die op zoek is naar een nieuw
hoedje, zou hij 's avonds volkomen uitge
put thuiskomen. De slentergangen langs
en door de modehuizen, het gehannes voor
de spiegels, kortom de hele tocht die door
de winkelende dame opgewekt wordt vol
bracht, zou voor deze bonk spieren te
machtig blijken.
Toch heeft de molenaarsknecht niet be
paalde spieren overbelast, noch te veel
zuurstof verbruikt. Moeheid is dus nog wel
iets anders dan alleen maar een stoffelijk
proces en iedere arts weet door ervaring
in zijn patiëntenkring daarvan mee te
praten.
In Europa is men dan ook vrü algemeen
tot de slotsom gekomen dat vermoeidheid
een verschijnsel is, waarbij zowel de geest
als het gehele lichaam betrokken is. Wel
iswaar zijn de spieren die een bepaalde
beweging maken in eerste instantie aan
sprakelijk voor het vermoeid raken van dit
organisme, maar voor datgene wat er in de
spieren plaatsvindt, is een hele organi
satie nodig, iets dat bij de eerste onder
zoekingen minder de aandacht trok. Vol
gens latere onderzoekingen, hangt de actie
van de spieren ten nauwste samen met de
ademhaling, de bloedsomloop, de vocht
en zoutuitwisseling in het organisme, de
warmiehuishouding, de osmotische en ho-
monale uilwisseling en voorts zijn de ge
beurtenissen in het zenuwstelsel, de ver
teringsorganen en de klieren die voor voe
ding van het spierstelsel zorgdragen,
daarbij ten nauwste betrokken. U ziel dat
het complex wel wat ingewikkelder is dan
de theorieën omtrent de melkzuurovermaal,
of het zuur stof tekort, wilden doen geloven.
En dan hebben we nog niet eens gespro
ken over de geestelijke factoren die hierbij
van invloed zijn en waarvan onze mole
naarsknecht ongetwijfeld hel slachtoffer is
geworden toen hij hoedjes ging passen!
Maar laten we terugkeren tot hel water
en het zout, waarvan we enige dagen ge
leden uitgingen, xvant aan de hand daar
van heeft men getracht de ouderdom, der
oceanen te berekenen. H. Pétillon
t
De Toren van Oostkapelle
1745-1953
I
t
i i
Wat heeft hij niet al gezien, de
brave toren van Oostkappel? Hij
kijkt den laatsten tijd wat ver
schrikt; het is, of hij een pijnlijke
verbazing niet meester kan wor
den. Geen wonder, nu Walcheren
een landbouw-woestijn schijnt te
worden en de laatste oude bomen
sterven of worden omgekapt. Véél
heeft hij zien gebeuren en hij dacht,
dat hij alle verwondering voorbij
was. Maar déze ontluistering gaat
zijn bevatting te buiten! Laten we
dan het heden maar laten voor wat
het is. Er is niet veel aardigs meer
aan. Behalve, misschien, die guus-
jes. Misschien, op den duur, dat
zij de huidige steppe-vorming op
nieuw zullen mogen öm-buigen, tot
iets weligers, iets spirituelers, zoo
als vroeger. Maar dat zien wij niet
meer. We keeren ons liever af.
Het verleden was welig, avenant,
geestig, onvergelijkelijk rijker. De
Toren weet van een tijd, dat het
bosch van Villa Nova, midden op
het dorp, raakte aan het bosch van
Molenwijk. De Toren weet van een
tijd, dat Oostkappel in een krans
van. statige buitenplaatsen lag.
Het was de tijd van 't Hof Oost
kappel, op nevenstaand prentje
vertoond. In al zijn glorie. De plan-
tagiën strekten zich uit tot den
Duinweg toe. De Oostkappelaar
weet, dat dit aardig ver is.
Het plaatje 1745 vertoont U een
natuur, die onder strenge discipline
stond: kunstig geschoren hagen,
koepels en prielen, een oranjerie
en een keurig geacheveerde vijver.
Een formidabele vijver moet het
geweest zijn, dat er zelfs een zeil
bootje in spelevaren kon. Zoals het
Huis een formidabel Huis was. Om
streeks 1680 geslicht door Mr.
Willem le Sage. Smallegange zegt,
„dat het als een vorstelijk paleis
sou gerekend mogen worden". We
geloven het gaarne; het étaleert
zijn rijkdom zelfs wel wat nadruk
kelijk. Ten tijde van het prentje
hoorde het aan de familie Van der
Poort; later ging het over aan een
kleinzoon, Mr. Johan Steengracht
van Oostkapelle, die het in 1805
verkocht, omdat de Fransche sol
daten er dusdanig in huisgehouden
hadden, dat. hij er geen plezier
meer in had. Het werd verkocht
aan Marinus Tak Zonen, koop
lieden te Middelburg, voor F 56.000,
benevens F 4.000 voor de behang
sels, de schoorsteenstukken in het
Heerenhuis, de heelden met de pië
destallen in de Plantage en zo
meer. Dit was hel einde. De ont
luistering van Walcheren is al
vroeg begonnen. Er was ook zoo
véél. We wisten niet, hoe rijk we
waren. Van het Hof Oostkappel is
nu niets meer over, dan de half
dichtgegroeide vijver, de „Alve
Maene" zogezegd. Daarbinnen
staat dan nu de school, onpefwy-
feld een beste brave school. Alleen
de Toren en misschien enkele dwa
zen weten nog iets van de vroege
re weelde hier.
Misschien weten ze ook nog iets
van een ouden tuinman, die hier
ananassen kweekte. Hij heette Jo
han Samuel Friedrichs en men
noemde hem: den ouden Duil-
sclier. In Merseburg was hij gebo
ren, in 1767 trok hij, in het gevolg
van Prinses Wilhelmina van Prui
sen, gemalin van Stadhouder Wil
lem V, naar Nederland. Van het
L00 kwam hij op 't Huis ter Mee
(óók al lang gesloopt en gekapt)
en vandaar op 't Hof Oostkappel.
Hij trouwde met een Suzanna Ma
ria Crucq, uit een Hugenotenge
slacht, en er waren nogal wat kin
deren. Zo werd hij de stamvader
van het geslacht der Frederiksen,
een tijdlang op Walcheren niet on
bekend; er zou hier heel wat van
te vertellen zijn. Ook schrijver
dezes mag hem onder zijn voorva
deren tellen en als één der zoons,
lussen 1804 en 1823 notaris en secre
taris van Oostkappel, geen Johan
Christiaan gedoopt was, dan zou
er geen J. C. onder dit stukje
staan. En altijd nog lopen er Son
netjes rond, die teruggaan op die
Suzanna Maria. In 1792 verdronk
de oude Johan Samiiel, in zijn Vij
ver. Hoe je in die tamme vijver
verdrinken kon, hebben we nooit
begrepen. Tot het nevenstaande
prentje van den Vijver, zoals hij in
zijn grootheid was, met het bootje
en de glad betegelde oevers, het
raadsel enigszins oploste. De To
ren heeft het natuurlijk altijd ge
weten.
Wat mogen we hem toewensen,
dien zwaren Toren, van wien nt'e-
mand meer weet. wanneer hij werd
gebouwd? In 1572 raakte hy, in de
destijdse „troubles", al eens klok
en uurwerk kwijt. De ontlxiistering
onzer dagen is de eerste niet, ze
zal de laatste ook wel niet 2yn.
Misschien, zo tussen twee armoe-
perioden in, mag hij dan óók nog
eens een poosje een gelukkig Huis
en bloeiende Plantagiën weerom
zien aan zijn voet? Na de atoom
bom dan. Als alle menschen wijs
geworden zijn. J. C. v. S.
en koeien, vallen onder andere faciliteiten,
mits de ondernemer deze ter beschikking
stelt van het Rode Kruis. Het Rampenfonds
en het Rode Kruis aanvaarden geen giften,
die aan bepaalde instellingen of personen
moeten toekomen.
Gelden, die niet aan het Rampenfonds zijn
overgedragen, vallen in geen geval onder
de bijzondere belastingfaciliteiten. Uiter
aard moet er aan de hand van de wettelijke
bepalingen worden uitgemaakt of een be
paalde gift desondanks toch in een of an
dere vorm tot belastingvermindering zou
kunnen leiden. Het is mogelijk dat deze gif
ten in een bepaald geval behoren tot be-
drijfs- of beroepskosten of giften aan lief
dadige instellingen, waarvoor extra belas
tingvermindering mogelijk is ingevolge ar
tikel 51a inkomstenbelasting, 16a besluit
vennootschapsbelasting en 14a loonbelas
ting.
Het is volgens de staatssecretaris niet no
dig en niet gewenst de toezeggingen van 3
Februari inzake belastingfaciliteiten, wette
lijk te regelen omdat zij van tijdelijke aard
zijn.
De heer v. d. Heuvel (A.R.) vreesde dat
het standpunt van de staatssecretaris rem
mend zou werken op de offervaardigheid,
vooral in geval van adoptie van gemeenten,
waarbij men kan denken aan de schenking
van paarden en koeien aan boeren die vee
hebben verloren.
De heer Lucas (KVP) vroeg nader of een
noodwet kan worden verwacht inzake de
belastingfaciliteiten opdat de Kamer er
haar mening over kan uitspreken.
Staatssecretaris v. d. Berge erkende dat
tot op zekere hoogte zijn standpunt rem
mend zou werken op de offervaardigheid,
maar het departement van Financiën is toch
al over bezwaren heengestapt en het heeft
geen enkele grens gesteld aan de giften die
voor belastingaftrek in aanmerking komen.
De faciliteiten zijn alleen mogelijk bij cen
tralisatie, waarbij toch nog fraude moet
worden gevreesd.
Paarden en koeien zullen feitelyk natuur
lijk niet over het Rode Kruis lopen, maar
alleen administratief. Misschien is het mo
gelijk ook een regeling te treffen om de
giften voortvloeiende uit adoptie te doen
lopen over het Rode Kruis, waardoor zy
voor belastingaftrek vatbaar zjjn.
Het bezwaar tegen een wettelijke be
krachtiging van de noodmaatregel is, dat
twijfel kan worden gewekt aan het door
gaan van de maatregel. Maar vooral geldt,
dat de faciliteiten van tijdelijke aard zijn en
hun actualiteit hebben verloren wanneer de
noodmaaatregel zou zijn bekrachtigd. De
vraag zal echter nog eens onder het oog
worden gezien nu er uit de Kamer op wordt
aangedrongen. Zeer algemeen is reeds een
aanschrijving uitgegaan aan de belasting
inspecteurs om op ruime wijze uitstel van
belastingbetaling te verlenen aan degenen
die door de watersnood in moeilijkheden
zijn gekomen.
VERKIEZINGS-
HERRIE
TN Oostenrijk draait Zondag de verkie-
■*- zingsmolen. Het ls een molen met vijf
grote wieken van landelijke partijen en 6
kleine wieken van snipperpartijtjes
Een kind kan vertellen, dat zo'n molen
niet al te best draait. Men heeft er dan ook
in Oostenrijk een zwaar hoofd ln. De beide
grootste partijen zijn de Volkspartij, die
overwegend katholiek is cn geleid wordt
door de boerenzoon dr Leopold Figl en de
Sociaal Democratische Partij onder leiding
van dr Adolf Scharf.
Deze partijen hebben sedert de bezetting
van Oostenrijk samen een coalitie gevormd
en kabinetten samengesteld die de staat niet
onverdienstelijk hebben bestuurd. Er is
echter een heel groot bezwaar aan die coa
litie. De beide partijen zijn zo ongeveer ei
kaars natuurlijke vijanden. Ze hebben ln
1934 een burgeroorlog onder elkaar uitge
vochten en ondanks een Hitler-staatsgreep,
een oorlog en een vreemde bezetting, zijn ze
niet tot elkaar gekomen.
Dr Figls partij wordt beheerst door de
zakenwereld en de boeren, die vrij ver van
de sociaal-democraten afstaan. De grote
strijd van Zondag gaat nu om 165 parle
mentszetels, waarvan de Volkspartij er
thans 77 bezet houdt en de Sociaal Demo
cratische Partij 67.
De leuze, waaronder de socialisten strij
den is die van werkverruiming omdat 12 tot
15 pet van de werkende bevolking geen
baantje heeft en om grotere investeringen
in de industrie, zonodig met staatshulp.
"TVE Volkspartij daarentegen vecht voor
■*-' stabilisatie van de Oostenrijkse munt
en voor een conservatief financieel beheer.
Het grote gevaar voor de Volkspartij komt
van de onafhankelijke kiezers, een groep,
die thans 16 zetels heeft en die op 25 hoopt
te komen. Zij speculeren op stemmen van de
ontevreden middenstanders uit de Volks
partij en ze vormen bovendien een geeste
lijk tehuis voor oud-nazi's en nieuwe nazi's,
waarbij ze kwistig met anti-communistische
leuzen werkt.
Een groep Katholieke jongeren heeft zich
bij deze onafhankelijken gevoegd en die
groep ageert speciaal tegen de sociaal-de
mocraten. De vierde partij, die we even
moeten noemen de vijfde partij heeft
geen betekenis zijn de communisten. Zij
hopen van 5 op zeven zetels te komen, het
geen op zichzelf niet van waarde is. Maar
altijd bestaat het gevaar, dat de Russen op
enigerlei manier ten gunste van deze heren
zullen intervenieren, hetzij door relletjes te
veroorzaken, waardoor de verkiezingen on
geldig verklaard kunnen worden, hetzij door
„administratieve" aardigheidjes zoals het
overboeken van de communistische em
ploye's der RussischOostenrijkse bedrij
ven naar districten, waar de communisten
een kans op een zetel hebben.
Er zijn inderdaad enige aanwijzingen, dat
de Russen naar relletjes streven, hoewel bij
de vorige verkiezingen in 1950 de rel
letjes zeer duidelijk in het nadeel van de
communisten verliepen.
"T\IT is op zichzelf wel belangrijk, maar
toch niet het allerbelangrijkste. Dat al
lerbelangrijkste is de vraag of de Volkspartij
door deze verkiezingen uit elkaar zal val
len en als stabiliserend element in Oosten
rijk zal verdwijnen.
Een van de leidende Katholieke geestelij
ken in Oostenrijk heeft al het denkbeeld ge
opperd na een nederlaag de vroegere Chris
telijk Sociale Partij te laten herleven, die een
zuiverder Katholiek karakter had dan de
huidige Volkspartij. Dit is dus een interne
moeilijkheid voor de partij. Een andere in
terne moeilijkheid is de heer Julius Raabe,
oud-leider van de Heimwehr in Oostenrijk
en thans de tweede man in de partij na dr
Figl. Deze Raabe is sterk gekant tegen de
sociaal-democraten en hij heeft het denk
beeld geopperd, dat men na een verkie
zingsoverwinning toch maar liever niet
meer met de sociaal-democraten moest sa
menwerken. Hij meent, dat de onafhanke
lijke kiezers een betere coalitie-partner
vormen. Zondag zal daarover beslist wor
den.
De sociaal-democraten zetten er alles op om
de grootste partij in het land te worden. Dat
zal voor hen niet gemakkelijk zijn, yiaar
mochten zij iets versterkt uit de strijd ko
men en mocht de Volkspartij niet al te zeer
verzwakt worden, dan schijnt het wel in
het belang van het Oostenrijkse volk te
zijn de huidige coalitie voort te zetten. Men
leeft daar nog altijd onder vreemde bezet
ting en men zal dus over politieke en an
dere tegenstellingen heen moeten stappen.
Hier gelat tenslotte alleen het parool: Eerst
de vrijheid herwinnen en pas daarna her
vatting van de politieke twisten.
Huis verkocht ten bate
van het Rampenfonds
In Hoogezand is een verkoping gehouder-
van een herenbehuizing aan de Meint Ve-
ningastraat. Verkoopster was de N.V. Si
mons (Simetas). De opbrengst, 10.000, zal
worden afgedragen aan het Nationaal Ram
penfonds.
Uit Bonn wordt vernomen, dat Lammer-
ding, de commandant van de voormalige
S.S.-divisie Das Reich, zich in het gebied
van Wiesbaden verborgen houdt. Een woord
voerder van de Britse commissie voor
Noord-Rynland-Westfalen verklaarde, dat
Britse autoriteiten bezig zyn het bewijs
materiaal te bestuderen dat Frankrijk ter
ondersteuning van zyn verzoek tot uil
levering van Lammerding bij de Britse
autoriteiten heeft ingediend.
Proteststaking van
burgemeesters
De Raad van de Republiek de Franse
Senaat heeft Donderdagavond met 174 te
gen 79 stemmen 't wetsontwerp goedgekeurd,
waarbij amnestie wordt verleend aan de
twaalf Elzassers die vorige week wegens het
aandeel dat zij hadden in de uitmoording van
het Franse plaatsje Oradour, zijn veroor
deeld. De Senaat schrapte een clausule uit
het ontwerp, waaFbij de Orde van de Natie
aan de 642 slachtoffers van Oradour wordt
toegekend. De Senaat vond het niet juist,
dat de slachtoffers onderscheiden worden by
dezelfde wet waarbij de misdadigers am
nestie wordt verleend.
Het enige doel van de amnestie is het
handhaven van de nationale eenheid, aldus
Mayer. Na de stemming over het wets
ontwerp keurde de Senaat een voorstel goed
tot het opstellen van een officiële „erelijst
van vaderlandslievende martelaren van
194045" om de namen te bewaren van de
Fransen, „die door Hitleriaanse barbaars
heid zijn vermoord".
George René Boos. de Elzassische ser
geant, die vrijwillig gediend heeft bij de
Waffen-S.S. en de vorige week door een
militaire rechtbank te Bordeaux ter dood
veroordeeld is, is gisteren door. dezelfde
rechtbank op grond van hoogverraad boven
dien tot 15 jaar dwangarbeid veroordeeld.
De burgemeester van Oradour-sur-Glane
en negen burgemeesters van omringende
plaatsen hebben een bestuursstaking van
veertien dagen afgekondigd als protest tegen
de amnestie. De staking zal op 21 Februari
beginnen. Aan de openbare gebouwen zullen
1 de vlaggen halfstok hangen.
OVER:
BRIDGE
De boeken van mr F. W. Goudsmit en H.
W. Filarski over het bridgespel kunnen ge
voegelijk als standaardwerken op dit ge
bied worden beschouwd. De schrijvers be
handelen de bied- en speeltechniek in dit
driedelige werk vrijwel volledig en in zo
veel details, dat zelfe de meest ervaren spe
ler er veel uit kan leren. Van het derde
deel, dat in het bijzonder voor deze erva
ren spelers is bestemd, is thans een vijfde,
geheel herziene druk verschenen. De me
thode, welke de schrijvers hierbij hebben
gevolgd, n.l. een beschrijving van proble
men en systemen aan de hand van zeer veel
voorbeelden, heeft er toe geleid, dat ook de
liefheber, die nog niet over zoveel ervaring
beschikt, er wat uit kan opsteken. We den
ken hierbij in het bijzonder aan de hoofd
stukken over het signaleren en over de
kans-berekening.
Ook in deze nieuwe druk. is dit werk van
Goudsmit en Filarski weer een uitstekende
gids voor iedere gevorderde bridgespeler
geworden!