ZEELAND ZEELAND Het mooiste sprookje in onze letteren: Complete uitgave van „De Kleine Johannes" C oud... j Griep? DAMPO Belastingfaciliteiten alleen via Rampenfonds en Rode Kruis nieuwi Wereldgebeuren Franse Senaat keurt amnestie voor twaalf Elzassers goed BOEK ZATERDAG 21 FEBRUARI 1953 PROVINCIALE ZEEUWSE CtyUK'ANT i Letterkundige Kroniek „DE KLEINE JOHANNES" VAN FREDERIK VAN EEDEN (1860—1932) Is, met de Sara Burgerhart en de Max Havelaar, één van de weinige „klassieken" uit onze letteren, die nog gelezen worden. Het boek is niet alleen beroemd, maar ook geliefd en iedere scholier," die middelbaar onderwijs geniet, maakt er stellig kennis mee. Met De Kleine Johannes I dan, het impresrionistische natuursprookje met Windekind en Wistik, Pluizer en dr Cijfer; een boek, dat een mengeling lijkt van Andersen met trekjes van Multatuli's Woutertje Pieterse, en dat rijk is aan kleurige en gr®urige, fijne natuuruitbeeldingen, die in proza dezelfde sfeer oproepen als Gorter deed in „Mei" en Perk in enkele van zijn sonnetten en in „Iris". Er bestaan ook een Kleine Johannes II en III, maar daarvoor heeft bijna niemand een goed woord over. Men leert al op school, dat die twee andere Johannessen zo helemaal niks zijn, en slaat men later toevallig nog eens een literatuurgeschiedenis op, vrijwel onverschillig welke, dan vindt men dat daar bevestigd. Daar er zoveel andere, nieuwe boeken te lezen zjjn, blijven Johannes II en III dan ongerept in de bibliotheek slapen en op den duur denkt niemand er meer aan. Uw recensent bekent eerlijk, dat hij tot voor kort die vervolgen ook nooit ingekeken had en hij zou het mogelijk nooit gedaan hebben, wanneer niet onlangs een omvang rijk, keurig verzorgd boek op zijn tafel was terechtgekomen, dat alle drie de delen in één aantrekkelijke, gestreeptgroene band bevatte. Hij besloot toen zonder enig voor oordeel De Kleine Johannes tot de aller laatste pagina uit te lezen, of liever, er was mogelijk wel een vooroordeel. Misschien vergaat het u ook als zovelen en voelt u een tikje (of veel) wantrouwen wanneer iedereen over een boek roept, dat het prachtig is en dat u het beslist lezen moet, en voelt u een tikje extra sympathie wan neer iedereen het er over eens is, dat een bepaald boek ongenietbaar is. Met die extra sympathie begon uw recensent de verguisde delen II en III te lezen, in de hoop, dat ze mogelijk even gaaf zouden blijken te zijn als het beroemde deel I en dat de weinige waardering voortkwam uit het feit, dat de één de ander napraatte. Laat hij maar direct bekennen, dat alle extra goede wil niet heeft gebaat. Tot half in deel II gaat het goed en wordt men menigmaal door prach tige passages getroffen, maar daarna komt men af en toe terecht in wat men een „draak" pleegt te noemen en dat herhaalt zich vaker naarmate men het einde nadert. Een steeds duisterder wordende, ja, eerlijk gezegd: verwarde, symboliek (symbolen dienen te verhelderen, niet te vertroebelen) maakt, dat de lezer zich onzeker gaat voelen en tenslotte moet men mét het grote koor beamen, dat de vervolgen, ondanks het vele schoons, dat zij bieden, niet in gaaf heid met deel I vergeleken kunnen worden. Zoals bekend, eindigt dat met de komst van de donkere gestalte over de avondgol- ven, voor wie Johannes afscheid neemt van de duinen en Windekinds zonnige elfenrijk, om zich te wenden „naar de grote duistere stad waar de mensheid was en haar wee dom". Profetische gestalte Nu is een groot deel van de roem van deel I stellig te danken aan de grote liefe lijkheid en de impressionistische natuur schildering (toen modern; da belangstelling voor het natuurleven, voor vogels, bloemen e.d. ontwaakte juist tegen het einde van de vorige eeuw in ons land, denk aan Heimans en Thijsse, met welke laatste Van Eeden be- vriend was). Het is een lieflijkheid, soms op het zoetsappige af, want zelfs die befaamde griezeltocht met Pluizer door de doods kisten, is in feite eerder aesthetisch dan luguber. De meeste mensen zijn nu eenmaal eerder te vinden voor een idyllische tocht naar de door Hans Warren duinen in de lente, dan voor een omzwer ving in de sloppen der fabriekssteden, en daarmee vangt immers deel II aan. (Daar deel I zo overbekend is, kan inhoudsver- melding wel achterwege blijven). De donkere man, die over het water wan delde, en waaraan Johannes vergeefs vroeg of hij Jezus of God was, is een nieuwe sym bolische figuur, die Van Eeden heeft opge roepen om hem zijn ethische, sociale, en allerlei andere maatschappelijke theorieën in de mond te leggen. Het is een idealis tische, profetische sprookjesfiguur, duidelijk geïnspireerd op Christus, die in de vermom ming van een doodarme scharesliep en onder de naam Markus Vis, zijn werk doet. Markus Vis (stellig moeten we in die naam een symbool zien) is evenzeer als Johannes van nu af een hoofdfiguur. Hij verkeert onder de armsten en volgt onder alle om standigheden zijn roeping, waardoor hij zich onvermijdelijk de vijandschap van iedereen op de hals haalt. Door Markus komt Johannes in aanraking met het kermiskind Marjon, dat later, doch pas na vele omzwervingen, zijn levensge zellin wordt. Want op zijn levenstocht, zijn reis om een goed mens te worden (Johan nes' achternaam luidt: de Reiziger) ver laat hij ook tijdelijk Markus en Marjon, zoals hij in deel I zijn vader, zijn hondje, ja zelfs Windekind verliet. Markus' weg is een lijdensweg: door steeds de (d.i. Van Eedens!) waarheid te spreken, in kerken dominees en priesters, dus protestantisme en katholicisme te bestrijden (typisch, dat Van Eeden later niettemin katholiek werd); door op protestvergaderingen van socialisten de socialistische stellingen aan te vallen, en door ten slotte tijdens een kroningsplech tigheid de orde te verstoren met een rede voering over het ware koningsschap, be landt hij via het cachot en het gekkenhuis ten slot^ in het ziekenhuis, omdat een woedende volksmenigte hem een asketel op 't hoofd heeft geworpen. Hij sterft, en wan neer de doodarme Marjon en Johannes, zijn enige getrouwen, met veel moeite wat geld bijeen hebben geschooid voor zijn begra fenis, blijkt, dat zijn stoffelijke resten al naar de snijkamer zijn doorgegeven. Dit is slechts de hoofdlijn, want er ge schiedt ondertussen te veel om op te noe men. Van Eeden berijdt vrijwel elk van zijn i stokpaardjes, en die had hij vele. Vooral zijn belangstelling voor de droomwereld en ook i voor het occulte (de schrijver was enige jaren als psychiater gevestigd) komt sterk i naar voren, wat trouwens ook al in Johan nes I het geval is. De Kleine Johannes I verscheen voor 't eerst in 1887 in boekvorm, nadat in Octo- berg 1885 de eerste aflevering van De Nieuwe Gids met het begin er van geopend was. De delen II en III dateren van 1905 en 1906, nadat Van Eeden eerst een ander ver volg (in 1892), „Johannes Viator" genaamd, had laten verschijnen, een werk waaraan ook nooit veel waardering ten deel is ge vallen. We kunnen niet anders doen, dan deze nieuwe complete uitgave van het beroemde boek met vreugde begroeten. Want ondanks de genoemde bezwaren, blijft Johannes I het mooiste sprookje in onze taal, en bieden ook de delen II en III zoveel schoons en stof tot nadenken, dat aandacht noch span ning verslappen. Men voelt achter dit boek de hele mens Van Eeden mei zijn vurig idealisme, zijn zuivere liefde tot de mede mens, zijn grootheid en zijn zwakheden. De Pakistan maakt een woestijn bewoonbaar Ruim 800.000 ha woestijngrond in het Noorden van de Pendsjaab (West Pakistan) worden thans door bevloeiing herschapen in vruchtbaar bouwland. Het bevloeiïngssy- steem, dat reeds voor een groot deel vol tooid is, zal hoofdleidingen tot een totale lengte van 230 mijlen en een distributienet van tezamen 1630 mijlen omvatten. De be langrijkste leidingen zijn met beton bekleed. Als het systeem over een jaar voltooid is, Kleine Johannes is een boek, dat als alle zal de jaarlijkse opbrengst aan landbouw- kunslwerken het stempel van zijn tijd 1 producten van de Pendsjaab met 80 millxoen draagt. Het is echter tevens boven het tijde- roepies kunnen worden verhoogd. Rond lijke uitgerezen en het heeft de lezer nu nog even goed iets te zeggen als rondom de eeuwwisseling. Dodelijke vergissing in Korea De leiding van het achtste Amerikaanse leger heeft medegedeeld, dat geallieerde achterhoedestellingen op 2 Februari bij vergissing door een Amerikaans vliegtuig zijn gebombardeerd, waardoor drie man werden gedood en vijf gewond. Geleidehonden voor enkele blinden uit noodgebieden De stichting voor blindengeleidehonden deelt mede, dat zij enkele blinden uit het noodgebied direct of op zeer korte termijn geheel gratis kan helpen aan een afgerichte blindengeleidehond. Aanvragen Sloterweg 80, Amsterdam of Javalaan 49, Zwijndrecht, telefoon 862^. (Advertentie.) bevordert mede een snelle genezing 10.500 vluchtelingengezinnen hebben hier reeds een nieuw bestaan gevonden. In to taal zijn hier 900 dorpen en zes steden ge projecteerd. In het Perzische dorpje Turnt kwamen bi) een aardbeving 900 van de 1400 inwoners om. Overlevenden bij de puinhopen. Minister Luns naar New York Minister mr J. M. A. H. Luns zal zich 1 Maart naar New York begeven om gedu rende ongeveer een week de leiding van de Nederlandse delegatie bij het tweede deel van de zevende algemene vergadering der Verenigde Naties op zich te nemen. De heer D. J. von Balluseck, permanent vertegen woordiger van Nederland bij de V.N., zal optreden als plaatsvervangend leider van de delegatie. De in Nederland verblijvende leden van de delegatie zullen niet deelnemen aan het tweede gedeelte van deze zitting, die waarschijnlijk medio Maart wordt be ëindigd. Adoptie-giften misschien over het Rode Kruis (Van onze parlementaire redacteur). Belastingfaciliteiten worden alleen ver leend voor giften via het Rampenfonds en het Rode Kruis. Dat deelde staatssecreta ris v. d. Berge Donderdag in de Tw. Ka mer mede in antwoord op de vragen van de heer C. v. d. Heuvel (A.R.). De belastingfaciliteiten gelden uitsluitend voor algemene, nationale hulp, aldus de staatssecretaris; voor giften in geld aan het Rampenfonds en wat ondernemers betreft voor giften in goederen uit voorraad. De faciliteiten gelden dus niet voor bijzondere hulp, zoals giften aan enkele instellingen of aan getroffen familieleden. Giften in de vorm van bedrijfsmiddelen, zoals paarden (499) Een Nederlander die in Quito, dus op een van de hoogvlakten van het Andesge- bergte, enige lichamelijke arbeid moet verrichten laten we veronderstellen dat hij de trap naar de volgende verdieping - moet oplopen raakt na enkele ogenblik- I 5 ken reeds uitgeput. Op de eerste etage 1 aangeland heeft hij het gevoel of hij in 1 5 enkele minuten er een hele dagtaak op heeft zitten. Neemt hij echter de moeite even uit het raam te kijken, dan zal hij zien dat de voetballers van Quito op een verder, gelegen veldje een stevig partijtje spelen, zonder schijnbaar enige hinder van de hoge berglucht te ondervinden. Men heeft dit willen verklaren door het feit dal de bewoners van het Tioogland beter de zuurstof in het bloed kunnen vasthouden, in tegenstelling met de bewoners van het laagland, die door het aldus ontstane ge brek aan zuurstof vermoeid zouden ge raken. i Het kan zijn, maar hel probleem van de s moeheid is daardoor nog steeds niet opge lost. IVant. stelt u zich dè molenaarsknecht eens voor die de hele lieve dag met mud- zakken meel op de schouders jongleert en 's avonds nog energie over heeft om op de kermis zijn spieren te meten mei die van de krachtpatsers in de worstelaarstent. In dien we deze jonge man, dit brok onver moeibare kracht, zouden meesturen met een dame die op zoek is naar een nieuw hoedje, zou hij 's avonds volkomen uitge put thuiskomen. De slentergangen langs en door de modehuizen, het gehannes voor de spiegels, kortom de hele tocht die door de winkelende dame opgewekt wordt vol bracht, zou voor deze bonk spieren te machtig blijken. Toch heeft de molenaarsknecht niet be paalde spieren overbelast, noch te veel zuurstof verbruikt. Moeheid is dus nog wel iets anders dan alleen maar een stoffelijk proces en iedere arts weet door ervaring in zijn patiëntenkring daarvan mee te praten. In Europa is men dan ook vrü algemeen tot de slotsom gekomen dat vermoeidheid een verschijnsel is, waarbij zowel de geest als het gehele lichaam betrokken is. Wel iswaar zijn de spieren die een bepaalde beweging maken in eerste instantie aan sprakelijk voor het vermoeid raken van dit organisme, maar voor datgene wat er in de spieren plaatsvindt, is een hele organi satie nodig, iets dat bij de eerste onder zoekingen minder de aandacht trok. Vol gens latere onderzoekingen, hangt de actie van de spieren ten nauwste samen met de ademhaling, de bloedsomloop, de vocht en zoutuitwisseling in het organisme, de warmiehuishouding, de osmotische en ho- monale uilwisseling en voorts zijn de ge beurtenissen in het zenuwstelsel, de ver teringsorganen en de klieren die voor voe ding van het spierstelsel zorgdragen, daarbij ten nauwste betrokken. U ziel dat het complex wel wat ingewikkelder is dan de theorieën omtrent de melkzuurovermaal, of het zuur stof tekort, wilden doen geloven. En dan hebben we nog niet eens gespro ken over de geestelijke factoren die hierbij van invloed zijn en waarvan onze mole naarsknecht ongetwijfeld hel slachtoffer is geworden toen hij hoedjes ging passen! Maar laten we terugkeren tot hel water en het zout, waarvan we enige dagen ge leden uitgingen, xvant aan de hand daar van heeft men getracht de ouderdom, der oceanen te berekenen. H. Pétillon t De Toren van Oostkapelle 1745-1953 I t i i Wat heeft hij niet al gezien, de brave toren van Oostkappel? Hij kijkt den laatsten tijd wat ver schrikt; het is, of hij een pijnlijke verbazing niet meester kan wor den. Geen wonder, nu Walcheren een landbouw-woestijn schijnt te worden en de laatste oude bomen sterven of worden omgekapt. Véél heeft hij zien gebeuren en hij dacht, dat hij alle verwondering voorbij was. Maar déze ontluistering gaat zijn bevatting te buiten! Laten we dan het heden maar laten voor wat het is. Er is niet veel aardigs meer aan. Behalve, misschien, die guus- jes. Misschien, op den duur, dat zij de huidige steppe-vorming op nieuw zullen mogen öm-buigen, tot iets weligers, iets spirituelers, zoo als vroeger. Maar dat zien wij niet meer. We keeren ons liever af. Het verleden was welig, avenant, geestig, onvergelijkelijk rijker. De Toren weet van een tijd, dat het bosch van Villa Nova, midden op het dorp, raakte aan het bosch van Molenwijk. De Toren weet van een tijd, dat Oostkappel in een krans van. statige buitenplaatsen lag. Het was de tijd van 't Hof Oost kappel, op nevenstaand prentje vertoond. In al zijn glorie. De plan- tagiën strekten zich uit tot den Duinweg toe. De Oostkappelaar weet, dat dit aardig ver is. Het plaatje 1745 vertoont U een natuur, die onder strenge discipline stond: kunstig geschoren hagen, koepels en prielen, een oranjerie en een keurig geacheveerde vijver. Een formidabele vijver moet het geweest zijn, dat er zelfs een zeil bootje in spelevaren kon. Zoals het Huis een formidabel Huis was. Om streeks 1680 geslicht door Mr. Willem le Sage. Smallegange zegt, „dat het als een vorstelijk paleis sou gerekend mogen worden". We geloven het gaarne; het étaleert zijn rijkdom zelfs wel wat nadruk kelijk. Ten tijde van het prentje hoorde het aan de familie Van der Poort; later ging het over aan een kleinzoon, Mr. Johan Steengracht van Oostkapelle, die het in 1805 verkocht, omdat de Fransche sol daten er dusdanig in huisgehouden hadden, dat. hij er geen plezier meer in had. Het werd verkocht aan Marinus Tak Zonen, koop lieden te Middelburg, voor F 56.000, benevens F 4.000 voor de behang sels, de schoorsteenstukken in het Heerenhuis, de heelden met de pië destallen in de Plantage en zo meer. Dit was hel einde. De ont luistering van Walcheren is al vroeg begonnen. Er was ook zoo véél. We wisten niet, hoe rijk we waren. Van het Hof Oostkappel is nu niets meer over, dan de half dichtgegroeide vijver, de „Alve Maene" zogezegd. Daarbinnen staat dan nu de school, onpefwy- feld een beste brave school. Alleen de Toren en misschien enkele dwa zen weten nog iets van de vroege re weelde hier. Misschien weten ze ook nog iets van een ouden tuinman, die hier ananassen kweekte. Hij heette Jo han Samuel Friedrichs en men noemde hem: den ouden Duil- sclier. In Merseburg was hij gebo ren, in 1767 trok hij, in het gevolg van Prinses Wilhelmina van Prui sen, gemalin van Stadhouder Wil lem V, naar Nederland. Van het L00 kwam hij op 't Huis ter Mee (óók al lang gesloopt en gekapt) en vandaar op 't Hof Oostkappel. Hij trouwde met een Suzanna Ma ria Crucq, uit een Hugenotenge slacht, en er waren nogal wat kin deren. Zo werd hij de stamvader van het geslacht der Frederiksen, een tijdlang op Walcheren niet on bekend; er zou hier heel wat van te vertellen zijn. Ook schrijver dezes mag hem onder zijn voorva deren tellen en als één der zoons, lussen 1804 en 1823 notaris en secre taris van Oostkappel, geen Johan Christiaan gedoopt was, dan zou er geen J. C. onder dit stukje staan. En altijd nog lopen er Son netjes rond, die teruggaan op die Suzanna Maria. In 1792 verdronk de oude Johan Samiiel, in zijn Vij ver. Hoe je in die tamme vijver verdrinken kon, hebben we nooit begrepen. Tot het nevenstaande prentje van den Vijver, zoals hij in zijn grootheid was, met het bootje en de glad betegelde oevers, het raadsel enigszins oploste. De To ren heeft het natuurlijk altijd ge weten. Wat mogen we hem toewensen, dien zwaren Toren, van wien nt'e- mand meer weet. wanneer hij werd gebouwd? In 1572 raakte hy, in de destijdse „troubles", al eens klok en uurwerk kwijt. De ontlxiistering onzer dagen is de eerste niet, ze zal de laatste ook wel niet 2yn. Misschien, zo tussen twee armoe- perioden in, mag hij dan óók nog eens een poosje een gelukkig Huis en bloeiende Plantagiën weerom zien aan zijn voet? Na de atoom bom dan. Als alle menschen wijs geworden zijn. J. C. v. S. en koeien, vallen onder andere faciliteiten, mits de ondernemer deze ter beschikking stelt van het Rode Kruis. Het Rampenfonds en het Rode Kruis aanvaarden geen giften, die aan bepaalde instellingen of personen moeten toekomen. Gelden, die niet aan het Rampenfonds zijn overgedragen, vallen in geen geval onder de bijzondere belastingfaciliteiten. Uiter aard moet er aan de hand van de wettelijke bepalingen worden uitgemaakt of een be paalde gift desondanks toch in een of an dere vorm tot belastingvermindering zou kunnen leiden. Het is mogelijk dat deze gif ten in een bepaald geval behoren tot be- drijfs- of beroepskosten of giften aan lief dadige instellingen, waarvoor extra belas tingvermindering mogelijk is ingevolge ar tikel 51a inkomstenbelasting, 16a besluit vennootschapsbelasting en 14a loonbelas ting. Het is volgens de staatssecretaris niet no dig en niet gewenst de toezeggingen van 3 Februari inzake belastingfaciliteiten, wette lijk te regelen omdat zij van tijdelijke aard zijn. De heer v. d. Heuvel (A.R.) vreesde dat het standpunt van de staatssecretaris rem mend zou werken op de offervaardigheid, vooral in geval van adoptie van gemeenten, waarbij men kan denken aan de schenking van paarden en koeien aan boeren die vee hebben verloren. De heer Lucas (KVP) vroeg nader of een noodwet kan worden verwacht inzake de belastingfaciliteiten opdat de Kamer er haar mening over kan uitspreken. Staatssecretaris v. d. Berge erkende dat tot op zekere hoogte zijn standpunt rem mend zou werken op de offervaardigheid, maar het departement van Financiën is toch al over bezwaren heengestapt en het heeft geen enkele grens gesteld aan de giften die voor belastingaftrek in aanmerking komen. De faciliteiten zijn alleen mogelijk bij cen tralisatie, waarbij toch nog fraude moet worden gevreesd. Paarden en koeien zullen feitelyk natuur lijk niet over het Rode Kruis lopen, maar alleen administratief. Misschien is het mo gelijk ook een regeling te treffen om de giften voortvloeiende uit adoptie te doen lopen over het Rode Kruis, waardoor zy voor belastingaftrek vatbaar zjjn. Het bezwaar tegen een wettelijke be krachtiging van de noodmaatregel is, dat twijfel kan worden gewekt aan het door gaan van de maatregel. Maar vooral geldt, dat de faciliteiten van tijdelijke aard zijn en hun actualiteit hebben verloren wanneer de noodmaaatregel zou zijn bekrachtigd. De vraag zal echter nog eens onder het oog worden gezien nu er uit de Kamer op wordt aangedrongen. Zeer algemeen is reeds een aanschrijving uitgegaan aan de belasting inspecteurs om op ruime wijze uitstel van belastingbetaling te verlenen aan degenen die door de watersnood in moeilijkheden zijn gekomen. VERKIEZINGS- HERRIE TN Oostenrijk draait Zondag de verkie- ■*- zingsmolen. Het ls een molen met vijf grote wieken van landelijke partijen en 6 kleine wieken van snipperpartijtjes Een kind kan vertellen, dat zo'n molen niet al te best draait. Men heeft er dan ook in Oostenrijk een zwaar hoofd ln. De beide grootste partijen zijn de Volkspartij, die overwegend katholiek is cn geleid wordt door de boerenzoon dr Leopold Figl en de Sociaal Democratische Partij onder leiding van dr Adolf Scharf. Deze partijen hebben sedert de bezetting van Oostenrijk samen een coalitie gevormd en kabinetten samengesteld die de staat niet onverdienstelijk hebben bestuurd. Er is echter een heel groot bezwaar aan die coa litie. De beide partijen zijn zo ongeveer ei kaars natuurlijke vijanden. Ze hebben ln 1934 een burgeroorlog onder elkaar uitge vochten en ondanks een Hitler-staatsgreep, een oorlog en een vreemde bezetting, zijn ze niet tot elkaar gekomen. Dr Figls partij wordt beheerst door de zakenwereld en de boeren, die vrij ver van de sociaal-democraten afstaan. De grote strijd van Zondag gaat nu om 165 parle mentszetels, waarvan de Volkspartij er thans 77 bezet houdt en de Sociaal Demo cratische Partij 67. De leuze, waaronder de socialisten strij den is die van werkverruiming omdat 12 tot 15 pet van de werkende bevolking geen baantje heeft en om grotere investeringen in de industrie, zonodig met staatshulp. "TVE Volkspartij daarentegen vecht voor ■*-' stabilisatie van de Oostenrijkse munt en voor een conservatief financieel beheer. Het grote gevaar voor de Volkspartij komt van de onafhankelijke kiezers, een groep, die thans 16 zetels heeft en die op 25 hoopt te komen. Zij speculeren op stemmen van de ontevreden middenstanders uit de Volks partij en ze vormen bovendien een geeste lijk tehuis voor oud-nazi's en nieuwe nazi's, waarbij ze kwistig met anti-communistische leuzen werkt. Een groep Katholieke jongeren heeft zich bij deze onafhankelijken gevoegd en die groep ageert speciaal tegen de sociaal-de mocraten. De vierde partij, die we even moeten noemen de vijfde partij heeft geen betekenis zijn de communisten. Zij hopen van 5 op zeven zetels te komen, het geen op zichzelf niet van waarde is. Maar altijd bestaat het gevaar, dat de Russen op enigerlei manier ten gunste van deze heren zullen intervenieren, hetzij door relletjes te veroorzaken, waardoor de verkiezingen on geldig verklaard kunnen worden, hetzij door „administratieve" aardigheidjes zoals het overboeken van de communistische em ploye's der RussischOostenrijkse bedrij ven naar districten, waar de communisten een kans op een zetel hebben. Er zijn inderdaad enige aanwijzingen, dat de Russen naar relletjes streven, hoewel bij de vorige verkiezingen in 1950 de rel letjes zeer duidelijk in het nadeel van de communisten verliepen. "T\IT is op zichzelf wel belangrijk, maar toch niet het allerbelangrijkste. Dat al lerbelangrijkste is de vraag of de Volkspartij door deze verkiezingen uit elkaar zal val len en als stabiliserend element in Oosten rijk zal verdwijnen. Een van de leidende Katholieke geestelij ken in Oostenrijk heeft al het denkbeeld ge opperd na een nederlaag de vroegere Chris telijk Sociale Partij te laten herleven, die een zuiverder Katholiek karakter had dan de huidige Volkspartij. Dit is dus een interne moeilijkheid voor de partij. Een andere in terne moeilijkheid is de heer Julius Raabe, oud-leider van de Heimwehr in Oostenrijk en thans de tweede man in de partij na dr Figl. Deze Raabe is sterk gekant tegen de sociaal-democraten en hij heeft het denk beeld geopperd, dat men na een verkie zingsoverwinning toch maar liever niet meer met de sociaal-democraten moest sa menwerken. Hij meent, dat de onafhanke lijke kiezers een betere coalitie-partner vormen. Zondag zal daarover beslist wor den. De sociaal-democraten zetten er alles op om de grootste partij in het land te worden. Dat zal voor hen niet gemakkelijk zijn, yiaar mochten zij iets versterkt uit de strijd ko men en mocht de Volkspartij niet al te zeer verzwakt worden, dan schijnt het wel in het belang van het Oostenrijkse volk te zijn de huidige coalitie voort te zetten. Men leeft daar nog altijd onder vreemde bezet ting en men zal dus over politieke en an dere tegenstellingen heen moeten stappen. Hier gelat tenslotte alleen het parool: Eerst de vrijheid herwinnen en pas daarna her vatting van de politieke twisten. Huis verkocht ten bate van het Rampenfonds In Hoogezand is een verkoping gehouder- van een herenbehuizing aan de Meint Ve- ningastraat. Verkoopster was de N.V. Si mons (Simetas). De opbrengst, 10.000, zal worden afgedragen aan het Nationaal Ram penfonds. Uit Bonn wordt vernomen, dat Lammer- ding, de commandant van de voormalige S.S.-divisie Das Reich, zich in het gebied van Wiesbaden verborgen houdt. Een woord voerder van de Britse commissie voor Noord-Rynland-Westfalen verklaarde, dat Britse autoriteiten bezig zyn het bewijs materiaal te bestuderen dat Frankrijk ter ondersteuning van zyn verzoek tot uil levering van Lammerding bij de Britse autoriteiten heeft ingediend. Proteststaking van burgemeesters De Raad van de Republiek de Franse Senaat heeft Donderdagavond met 174 te gen 79 stemmen 't wetsontwerp goedgekeurd, waarbij amnestie wordt verleend aan de twaalf Elzassers die vorige week wegens het aandeel dat zij hadden in de uitmoording van het Franse plaatsje Oradour, zijn veroor deeld. De Senaat schrapte een clausule uit het ontwerp, waaFbij de Orde van de Natie aan de 642 slachtoffers van Oradour wordt toegekend. De Senaat vond het niet juist, dat de slachtoffers onderscheiden worden by dezelfde wet waarbij de misdadigers am nestie wordt verleend. Het enige doel van de amnestie is het handhaven van de nationale eenheid, aldus Mayer. Na de stemming over het wets ontwerp keurde de Senaat een voorstel goed tot het opstellen van een officiële „erelijst van vaderlandslievende martelaren van 194045" om de namen te bewaren van de Fransen, „die door Hitleriaanse barbaars heid zijn vermoord". George René Boos. de Elzassische ser geant, die vrijwillig gediend heeft bij de Waffen-S.S. en de vorige week door een militaire rechtbank te Bordeaux ter dood veroordeeld is, is gisteren door. dezelfde rechtbank op grond van hoogverraad boven dien tot 15 jaar dwangarbeid veroordeeld. De burgemeester van Oradour-sur-Glane en negen burgemeesters van omringende plaatsen hebben een bestuursstaking van veertien dagen afgekondigd als protest tegen de amnestie. De staking zal op 21 Februari beginnen. Aan de openbare gebouwen zullen 1 de vlaggen halfstok hangen. OVER: BRIDGE De boeken van mr F. W. Goudsmit en H. W. Filarski over het bridgespel kunnen ge voegelijk als standaardwerken op dit ge bied worden beschouwd. De schrijvers be handelen de bied- en speeltechniek in dit driedelige werk vrijwel volledig en in zo veel details, dat zelfe de meest ervaren spe ler er veel uit kan leren. Van het derde deel, dat in het bijzonder voor deze erva ren spelers is bestemd, is thans een vijfde, geheel herziene druk verschenen. De me thode, welke de schrijvers hierbij hebben gevolgd, n.l. een beschrijving van proble men en systemen aan de hand van zeer veel voorbeelden, heeft er toe geleid, dat ook de liefheber, die nog niet over zoveel ervaring beschikt, er wat uit kan opsteken. We den ken hierbij in het bijzonder aan de hoofd stukken over het signaleren en over de kans-berekening. Ook in deze nieuwe druk. is dit werk van Goudsmit en Filarski weer een uitstekende gids voor iedere gevorderde bridgespeler geworden!

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1953 | | pagina 5