De Vrijzinnig Hervormden en het
dienstboek der Herv. Kerk
's Werelds wijsheid hangt aan
de
muur in
Soest
BOEK
NOG GEEN KLAARHEID OVER
WOERDENSE MOORDZAAK
ZATERDAG 31 JANUARI 1953.
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
HET SPREUKENHUISJE.
Van een eenvoudige pottenbakker
tot aardewerkbedrijf
(Van onze speciale verslaggever).
Soest, Januari In de spreuken van onze voorvaderen ligt een schat
van wjjsheid opgesloten en al leeft de moderne mens in menig opzicht ma
teria listischer en wufter dan zyn voorzaten in voorbije eenwen, toch koeste
ren wy ons nog zo graag in het schijnsel van de oude spreuken.
Vroeg in de veren, vroeg in de kleren en de morgenstond heeft goud in de
mond. Jawel, maar men maakt het tegenwoordig graag een beetje laat
's avonds en liet bed blijkt des morgens een onweerstaanbare aantrekkings
kracht te bezitten.
Maar is het niet goed, als we nu en dan nog eens met onze neus gedrukt
worden op waarheden als: elke vogel bouwt zijn eigen nest, eigen is *t al
lerbest; die kakelt moet ook eieren leggen; een jonge ooi en een oude man,
dat geeft ieder jaar een lam; visite brengt steeds vreugde aan, is 't niet bij
't komen dan bij 't gaan; ik ben de baas in huis, wat mijn vroiïw zegt ge
beurt; 't beste meubel in 'fc bedrief, is een goed en handzaam wief. Vooral
die laatste spreuken met een tikje ironie, die een glimlach op ons gelaat
toveren, zyn zo uitermate geschikt vooranderen. Daarom geven wij
als geschenk graag een aardig asbakje of een mooie schotel met een
aardige tekening en een sprekende tekst
De heer Bouwens in Soest heeft dat
uitstekend begrepen, hij vervaardigt
de schotels bij honderdtallen en ze
vinden hun weg gemakkelijk door ons
land en tal van andere landen, zoals
Noord- en Zuid-Amerika, Canada,
Züid-Afrika, Australië, Nieuw Zee
land, België en Indonesië. Op het
ogenblik heeft hij aanvragen van han
delaars in Zweden. Ook in vreemde
talen komen de spreuken van de heer
Bouwens, die in Soest al de spreuken
koning wordt genoemdhij beschikt
over een respectabel aantal en nog
steeds worden ze hem van alle kan
ten toegestuurd op de schotels
voor: a man should be like coffee, hot,
sweet and strong; keep your eyes
wide open before marriage and half
shut after; quatre filles et la mère
font cinq diables pour le père.
Het bedrijfje, dat de heer Bouwens
eerst alleen met zijn vrouw uitoefen
de, is uitgegroeid tot een onderne
ming met twintig man personeel. Men
begint van Soester aardewerk te spre
ken; dat zijn niet alleen asbakken en
schotels, maar ook beschilderde va
zen in velerlei vorm en bierpullen met
gezellige spreuken, zoals: „water for
431.
Nergens heb ik in het tooordenboek
kunnen vinden dat een trein op rails
moet rijden, of wielen moet bezitten.
De taaldeskundigen vinden dat „rij,
sleep of gevolg" voldoende duidelijke
omschrijvingen zijn voor iels dat ik me
vroeger zelfs nooit zonder locomotief
heb kunnen denken. Maar de vorde
ringen der techniek hebben de wijze
samenstellers van het woordenboek in
het gelijk gesteld en mij in het ongelijk.
Want door de electrische tractie is er
geen werkelijke locomotief meer nodig
en de wielen blijken ook te kunnen
vervallen, wanneer tenminste het idee
van de trein zonder rails ooit in ver
vulling zal gaan.
Eigenlijk gaat het hier om een elec-
tromagnetische zweeftreïn, die vóór de
oorlog door de Duitse ingenieur Kern-
per werd ontwikkeld en waarmee met
verkleind model bevredigende proe
ven zijn genomen. Het principe hier
van berust op de afstotende kracht die
door gelijknamige polen van magne
ten worden uitgeoefend, waardoor de
trein voortdurend zwevend gehouden
wordt en op geen enkele plaats met de
geleidingrails in aanraking komt. Dit
heeft het geweldige voordeel dat er
geen slijtage van het rijdende materi
eel ontstaat en dat de rit bovendien
practische schok- en trillingvrij is.
Alles goed en wél, maar van de
aanvang af was het de uitvinder al
duidelijk dat een dergelijke zwevende
trein nooit op economische wijze zou
kunnen worden toegepast, want om
de trein binnen de voorgeschreven
baan te houden zouden tenminste drie
rails met drie electromagneten en
evenzovele regelinrichtingen noodza
kelijk zijn geweest De hieraan verbon
den hoge kosten, konden echter voor
een groot deel worden ondervangen,
door de trein ondergronds te laten
zweven in speciaal daarvoor aangeleg
de buizen. Zoals de brieven verzonden
worden door de buizenpost in sommi
ge grote steden en in verschillen
de grote gebouwen hier te lande zo
zou ook het personenvervoer door bui
zen dienen plaats te vinden in wagons
van 10 a 15 m lengte bij een hoogte
van ongeveer 2 m. Met betrekkelijk
gering kosten (er is geen wrijving)
zou in de stedelijke ondergrondse ba
nen gezweefd kunnen worden met een
snelheid van zo'n 150 km, per uur, doch
bij hogere snelheden, die volgens de
berekeningen gemakkelijk tot 1000 km.
per uur zijn op te voeren, zou de
lucht in de buizen verdund dienen te
worden teneinde de luchtweerstand te
verminderen. Dit zou dan luchtdichte
afsluiting van de wagons noodzakelijk
maken.
Hoe het ook zij, de zwevende trein
opende op papier en volgens het ver
eenvoudigde en verkleinde model, gro-<
te mogelijkheden, maar omdat alleen
al de aanleg van de baan bijna 4 maal
zoveel kostte als een gewoon stukje
spoorweg van dezelfde lengte, is de
werkelijke uitvoerbaarheid van de
zwevende trein nimmer beproefd.
En van de zwevende trein komen we
haast als vanzelf opde vliegende
schotels. We hadden gehoopt hiervan
verschoond te blijven, doch de smeek
beden van enkele lezers hebben het
kille hart vermurwd. Het verlossende
woord daarover kan op deze plaats
natuurlijk niet worden gesproken,
maar wel kan een hoop onzin aan de
paal worden genageld.
H. Péttllon.
horses, beer for men" (water voor de
paarden, bier voor de mannen).
IETS GEKS.
De heer Bouwens plaatst zijn licht
niet onder de korenmaat; hij timmert
aan de weg. De directeur van de Soes
ter vereniging voor vreemdelingen
verkeer, de heer Surink, vertrouwde
de heer Bouwens het vorige jaar toe:
„Ik wou, dat ik eens iets geks had om
vreemdelingen te trekken". Een logé
stelde daarop aan de heer Bouwens
voor: plak je gevel vol met bordjes.
Krankzinnig eigenlijk, vond de on
dernemende pottenbakker het, maar
hy heeft het gedaan. Het oude huis,
waarin hij zijn klei bereidt en zyn ex
peditie gevestigd is, liet hy met ce
ment besmeren en daarin de schotels
bevestigen. Met een verrassend resul
taat. Al dadelyk kwamen de kijkers.
Op warme Zondagen moest een speci
ale regeling getroffen worden voor
het autoverkeer. Met honderden wilde
men de Soester bezienswaardigheid
aanschouwen. Om geen opstoppingen
te veroorzaken, werd het publiek in
„plukjes" langs het spreukenhuisje,
zoals het direct in de volksmond
heette, geleid
HET BEGIN.
Hoe deze affaire begon? In 1937
vestigde mevrouw Bouwens toen
nog Greta A. Klaar zich als alleen-
werkende pottenbakster. Zij had het
gymnasium bezocht en volgde enkele
jaren de lessen aan de kunstnijver
heidsschool. Zij kreeg daar echter
naar haar zin te veel theorie, ze wilde
Êractisch werk verrichten trok naar
Ingeland en doorliep bij Pieldings al
le afdelingen.
In Bussum oefende zij haar eerste
practijk uit. Greta A. Klaar had za
kelijke aanleg; zij begreep dat je van
de wind en de schamele verdiensten
van haar artistieke arbeid niet leven
kon en onwierp daarom gebruiksvoor
werpen, die zij in serie kon vervaar
digen.
In Amsterdam heeft zij indertijd ge-
exposeerd. Zij verhuisde naar de
hoofdstad en daar begon een idylle.
Openhartig spreekt het echtpaar er
over, als wij in de ouderwetse woning
tegenover de heer en mevrouw Bou
wens zitten.
„Er kvyam iemand bij me, die les
wilde hebben" zegt zij.
„Ik was ambtenaar", vult de heer
Bouwens aan en geeft daarmede wei-
meer te raden.
Infin: verliefd, verloofd en ge
trouwd. Al een jaar na de kennisma
king ging men samenwerken. Gedu
rende de donkere oorlogsjaren hiel
pen acht onderduikers. Bij de bevrij
ding was de vraag: wat nu, terug of
verder
Het echtpaar koos het laatste.
NAAR SOEST.
In Soest vond het een geschikte ge
legenheid om voort te bouwen. Het
Amsterdamse personeel ging mee,
doch geleidelijk is het door inwoners
van Soest vervangen. Wel is er heel
wat vakbekwaamheid nodig en men
heeft wel eens met moeilijkheden te
kampen gehad, doch thans marcheert
de zaak goed. Mede dank zij het ex
poseren op de Jaarbeurs en zelfs op
de beurs in Toronto en dank zij de
relaties, die het spreukenhuis de heer
Bouwens heeft aangebracht.
Uit Midden Amerika ontving hij
eens een brief van een Nederlandse
jongeman, die bij kennissen een
bakje met een spreuk had zien staan
en op de onderkant het woord Soest
vermeld vond. „Kan ik hier de verte
genwoordiging niet voor U krijgei
vroeg hij. Overal blijken de producten
van de heer Bouwens terecht te ko
men, tot zelfs bij prof. Lieftinck, die
van een aantal ontvangers eens een
bord ontving met het opschrift „Om
de poen is het Pietertje te doen"
Vogelopzetter te Utrecht
kreeg hechtenisstraf
De kantonrechter te Utrecht ver
oordeelde de vogelopzetter J. G. R. uit
Utrecht, die gehele broedkolonies van
zeldzame vogels liet uitmoorden tot
tweemaal tien dagen hechtenis.
Twee jaar geleden heeft hij reeds
voor- soortgelijke feiten terechtge
staan. Hij moet overigens nog voor
een nieuw feit terechtstaan.
Peron brengt een bezoek
aan Chili
President Juan Peron zal 20 Febru
ari a.s. een bezoek aan Chili brengen.
Dit zal Perons eerste buitenlandse reis
zijn sinds hij in 1946 Argentijns staats
hoofd werd.
President Peron zal worden verge-
zeld door de Argentijnse minister van
buitenlandse zaken, Jeronimo Remori-
no. Hij zal gedurende een week de
gast zijn van de Chileense president,
.Carlos Ibanez del Campo.
Winthrop W. Aldrich, de nieuwe
ambassadeur van de Verenigde Sta
ten in Londen.
Het spreukenhuis i" Soest, een bezienswaardigheid, die honderden belang
stellenden trekt. De heer Bouwens bewondert, in Soester dracht, zijn eigen
schepping.
NA ONDERZOEK VAN 2 MAANDEN
Verdachten blijven ontkennen
Ogenschijnlijk keerde na de moord op de politieagent van Eek te Woer
den spoedig de rust terug, maar in werkelijkheid heerst er nog grote span
ning. Heeft men inderdaad de twee schuldigen gearresteerd, of lopen de
werkelijke daders nog op vrije voeten Zoals men weet was er in een No
vembernacht te Harmeien op enkele plaatsen ingebroken. De politie ach
tervolgde met een jeep twee wielrijders, die van deze euveldaden verdacht-
werden. De. jeep kreeg een lekke band en daarom waarschuwde men de
politie te Woerden. Samen met een stationscommies begaf de agent van
Eek zich op weg om de beide wielrijders aan te houden. Hij trof inderdaad
de wielrijders, die zonder licht reden, maar op zijn sommatie volgden re
volverschoten. De agent werd gedood en de stationseommies kreeg een
schot in het been.
Vijf dagen na dit drama sloeg de
recherche toe.
Een oud-collega van de vermoorde
werd gegrepen. Een die noch bij de
Rotterdamse politie, noch in Woerden
blijk had kunnen geven de juiste men
taliteit te bezitten voor het politie
ambt. ,Nu was hy werkzaam ter se
cretaire van het naburige Oudewater.
Maar naast dat, droge ambtelijke le
ven zocht hy het avontuur, zo wisten
velen te vertellen. Het avontuur van
de wildstropery. Samen met een
vriend, metaalbewerker op de Rotter
damse werven en eveneens woonach
tig in Woerden. Ook deze vriend werd
gearresteerd.
En sindsdien hoorde men er weinig
meer over. De verdachten ontkennen.
Maar de officier van justitie in
Utrecht, mr. Hollander, die het onder
zoek in deze zaak persoonlijk leidde,
heeft nog steeds aanleiding gevonden
de heren in arrest te houden. Begin
van deze maand werd dit voorarrest
weer met een maand verlengd.
VREES
Wie in Woerden zijn oor te luiste
ren legt, merkt onrust over deze nog
altijd voortdurende onzekerheid. Men
is voorzichtig in zyn uitlatingen te
genover de vreemdeling, die naar de
tails informeert. „Vraag het die of die
maardekt de een zich al gauw
achter de rug van de ander. En de po
litie? „De officier van justitie heeft
ons een streng verbod opgelegd over
deze zaak te praten", zegt de adju
dant.
„De zaak is in behandeling in Utrecht.
Wie dus inlichtingen wil hebben,
wendt zich maar tot deofficier zelf".
De burgemeester zegt: „Het is
maar beter over deze zaak op dit
ogenblik niet te schrijven. Waarom?
Ja, dat kan ik U niet zeggen, maar
als U het zou weten, zou U het ge
heel ermee eens zijn".
De stallingsbaas bij het station
zegt: „Van Eek was een beste vent.
Maar van die arrestanten, nee daar
weet ik niets van. Ik ben geen gebo
ren Woerdenaar, weet U... Misschien
kan deze meneer er U meer van ver
tellen". En dan wijst hij op een juist
arriverende stallingsklant, die fijntjes
begint te lachen, maar -beslist niet be
reid gevonden wordt om zijn achter
ste kies te laten zien.
NIET PRATEN
By de huidige stand van zaken
praat men liever niet. Er zit een hei
melijke vrees achter. De wees, dat de
justitie de beide arestanten aanstonds
wegens gebrek aan bewijs op vrije
voeten moet laten. Men wil zijn han
den niet in een wespennest steken.
Als de beide arrestanten de moord niet
bedreven zouden hebben, blijft men
hen toch kennen als een paar onge-"
makkelijke heren. En zo ze het wel
gedaan zouden hebben, wel...... dan
is het nog minder verstandig zyn ge
dachten bloot te geven.
Het lijkt, alsof de rust in .Woerden
is weergekeerd. Maar achter die
schijnbare rust, gaat een grote mate
van onrust schuil.
Het Wereldgebeuren
STEMMEN UIT DE KERKEN
Een poging om verstaanbare taal
te spreken
Al een paar jaar lang heeft de Hervormde Kerk een nieuw ontwerp voor
een dienstboek, d.w.z. een boek met formulieren, gebeden en orden voor de
kerkedienst. Dit is voorlopig aanvaard en ten gebruike aangeboden. Com
pleet is het nog niet, maar wat er in staat is heel wat meer dan tot nu toe
officieel in de Hervormde Kerk kon worden gebruikt. Bij een huwelijksbe
vestiging bijv. heeft men nu de keuze tussen verschillende formulieren.
Naast het vierhonderd jaar oude, kunt ge liier drie andere vinden.
De oorzaak waarom men besloten
heeft een nieuw dienstboek op te stel
len is hoofdzakelijk tweeërlei. In de
eerste plaats is de taal van de oude
formulieren verouderd. Wanneer een
predikant met zyn belijdeniscatechi-
santen deze leest, en hij vraagt wat
bepaalde uitdrukkingen daarin bete
kenen, zal hij meestal geen antwoord
krijgen. En soms ook een antwoord
dat nergens op lijkt. Als een formulier
zó is, dat gedeelten daarvan zelfs
niet meer verstaanbaar werden door
die catechisanten die zich nog enigs-
inspannen om ze te begrijpen,
dan is de tijd wel gekomen om ze te
herzien.
In de tweede plaats heerste er een
onbeperkte vrijheid op liturgisch ter
rein. Ieder deed, wat goed was in zijn
ogen. Uit het enige officiële formulier
werden naar eigen smaak gedeelten
weggelaten en veranderd. Zelfs kwam
men met ejgenmaakte formulieren
voor de dag. De bedoeling met het
nieuwe dienstboek is geweest de ker
keraden, die volgens de kerkorde de
beslissing hebben over de liturgie, in
de toekomst te binden aan dit dienst
boek der kerk. Binnen de hier gege
ven mogelijkheden zouden zij vrijheid
van keuze hebben.
Er kan niet gezegd worden dat
over het algemeen dit ontwerp-dienst-
boek met geestdrift is ontvangen-
Vooral aan de zijde van de Vrijzinnig
Hervormden huiverde menigeen by de
gedachte dat men aan dit dienstboek
gebonden zou zijn. Er zijn nu een
maal ook bepaalde Vrijzinnige heilige
huisjes. Er is in deze Itring onmisken
baar meer kerkelijk denken gekomen.
Maar als wij het goed zien, is dit
vooral het geval bij de predikanten.
Zij moeten dikwijls strijden aan de
uiterste rand van de kerk.
Dat er uit de kringen van de Vrij
zinnig Hervormden bezwaren zouden
komen tegen het ontwerp-dienstboek,
stond eigenlijk reeds tevoren vast.
Men heeft goed gedaan een commis
sie te benoemen om het te beoordelen.
Na een kleine twee jaar is nu enkele
weken geleden uitgegeven de: „Bij
drage tot de Hervormde Eredienst".
Dit wil zijn een: „critische behande
ling met voorstellen tot aanvulling
van het ontwerp-dienstboek".
In het woord vooraf wordt er re
kenschap van gegeven op welke wijze
gewerkt is en hoe men getracht heeft
alle gemeenten en kringen die hier
voor in aanmerking komen, er bij te
betrekken. In totaal heeft men acht
entwintig antwoorden gekregen
waarvan zich de meesten bepaalden
enkel tot critiek op het dienstboek.
Men vond het over het algemeen
kerkistisch en conservatief, „exclu
sief Calvinistisch-Gereformeerd", on
verteerbaar en onbruikbaar, waardoor
men kerkelijke randbewoners zal af
schrikken". Een hele reeks van uit
drukkingen werd als onaanvaardbaar
verworpen.
Het strekt de Commissie tot eer
dat zij, erkennende dat de Synode te
recht paal en perk stelt aan'de wille
keur in de eredienst, ruiterlijk erkent
dat aan de opvoeding tot liturgie in
eigen kring nog wel het een en ander-
moet worden gedaan. Zy heeft zich
niet laten afschrikken door al die af
keurende uitlatingen, maar heeft een
positieve bijdrage willen leveren, en
daartoe verbeteringen en aanvullin
gen gegeven.
Wanneer men, niet tot de Vrijzinni
gen behorend, deze critiek leest krijgt
men hier en daar wel eens een krie
belig gevoel. Een reeks van eenzelf
de soort opmerkingen zou er te ma
ken zijn over hetgeen hier wordt
voorgedragen als voor de Vrijzinnigen
aanvaardbaar. Hoeveel uitdrukkingen
komen ook daarin niet voor «ie voor
de tegenwoordige mens niet zo maar
verstaanbaar zijn.
VERSTAANBARE TAAL
Toch willen we juist de poging om
een voor ieder verstaanbare taal te
spreken, waarderen. Waarom moet er
een vreemd woord worden gebruikt
als er een goed Nederlands is en
waarom moeten in kerkelijke formu
lieren uitdrukkingen bly ven staan, die
niet meer begrepen worden, terwijl
zij wel verstaanbaar zyn als hetzelf
de op een andere wijze wordt gezegd.
De Statenvertaling is geschreven
de volkstaal van de zeventiende eeuw.
Het is waarlijk niet die plechtige taal
geweest, zoals wij nu denken. En de
taal van de formulieren en gebeden,
die wij hebben, is nóg weer een eeuw
ouder dan die van de Statenbijbel.
We zijn er kerkelijkniet meer mee
gebaat wanneer we een stel oude uit
drukkingen bewaren, die dan mis
schien enigszins plechtig klinken in
sommige oren. Dé Vrijzinnigen heb
ben groot gelijk als zij geen" „kerke
lijk geklink-klank" wensen. Daarme
de is niemand gebaat. De taal van het
dienstboek moet zuiver, helder en
foed verzorgd zijn. Ze moet verstaan-
aar wezen voor de mens van van
daag.
Maar aan de andere kant mag van
een formulier ook niet weer worden
verwacht, dat het een bepaald aantel
verstaanbare stichtelijkheden bevat.
Een formulier van de Doop bijv. moet
ons klaar en duidelijk zeggen wat het
betekent wanneer ouders him kind
laten dopen. Dan komen we onherroe
pelijk terecht in een stuk Bijbelse en
kerkelijke verkondiging, die zo maar
niet klaar en overzichtelijk is voor
mensen die buiten de kerk staan en
die volkomen leven buiten de gedach-
temvereld van de Bijbel. Ook het
meest eenvoudige formulier, dat in
deze Vrijzinnige Bijdrage te vinden is,
is zo maar niet zonder meer te ver
staan voor hen die buiten de kerk le
ven. Ook daarvoor is nodig een ker
kelijke opvoeding en evenals van <3e
opvoeding tot liturgie kan ook hier
gezegd worden dat deze „een uiterst
moeilijk en langdurig werk" is. Het
lijkt mij nog moeilijker en" langduri
ger dan de opvoeding tot liturgie en
nog meer noodzakelijk.
De Gereformeerde Prof. Brillenburg
Wnrth heeft een boekje geschreven
aver: Kentering bij de Vrijzinnigen.
Hij is tegenwoordig met hen enigs
zins verlegen. Zyn slotconclusie is
echter «lat zij nog in wezen dezelfde
zijn als de modernen van een eeuw
geleden. Met deSe Bijdrage tot de
Hervormde Eredienst in de hand,
kminen wij zien dat dit niet waar is.
Zij hebben een positieve bijdrage wil
len leveren en laten wij hopen dat
door deze bydrage de belangstelling
voor het. gesprek over het dienstboek
moge toenemen.
H.
Marianne
Soms staan er in de krant berich
ten, welke ouders toch maar lie
ver verborgen willen houden
voor hun kinderen. Daar is het ver
haal van de 81-jarige dame in Enge
land, die werd gehuldigd, omdat ze
39 jaar lang <x>rlog-of-geen-oorlog,
weer-of-geen weer, tweemaal per
week naar de bioscoop was geweest.
Ze hield van een lach en traan zei ze
en die had ze ln de droomfabriek
overvloedig gevonden.
Ouders zitten dan met de moeilijk
heid, dat ze zo'n eerbiedwaardige ou
de dame moeilijk tén voorbeeld kun
nen stellen aan hun opgroeiend
kreost. Hoogstens kan men zeggen,
dat ze van volhouden wist.
Blijft het verkeerde voorbeeld van
de overdrijving, die altyd schaadt...
Wanneer dat nu nog maar op enke
le mensen of famihe's betrekking
heeft, dan is het slechte voorbeeld nog
overkomelijk, maar soms heeft het
betrekking op gehele regeringen en
op staten.
Wij noemen in dit verband het feit,
dat de Franse tationale vergadering
dezer dagen moest beslissen over de
kostbaarste militaire begroting in
zijn geschiedenis. Men zou venvach
ten, dat zoiets toch de volll aan
dacht heeft van de Franse parle
mentsleden en dat ze althans uit be
leefdheid tegenover de Franse rege
ring en als vertrouwensmannen van
het Franse volk daarbij aanwezig wil
den zijn. Welnu toen dan het debat
begon waren er van de 600 parle
mentsleden 27 aanwezig
Het blad „Paris Pre.Hse" maakte er
aanmerking op en wij kunnen
ons voorstellen, dat de Franse
parlementsleden dat bericht liever
voor hun kinderen verborgen willen
houden. Het voorbeeld van pappie
verdient geen navolging!!
Zeker niet nu er de laatste maan
den tussen Frankrijk en de Verenig
de Staten nog al scherpe verwijten
gewisseld worden, waarbij het Ame
rikaanse weekblad „Life" het zelfs be
staan heeft de Franse natie te verge
lijken met een dame van luchthartige
levenswandel, wier belangstelling al
leen maar uitgaat naar chèques van
een milliard dollar, die ze in haar
kous laat glijden.
Wilde protesten zijn daartegen op
gegaan in "de Franse pers. Niet omdat
men bezwaar had tegen critiek, maar
wel tegen de wijze, waarop „Life"
haar uitoefende. Een Frans blad wees
er op, dat sedert de dagen van Vol
taire en ook.daarvoor de Franse bla
den niet geaarzeld hebben hun poli
tici en hun regeerders onder vuur te
nemen. „Dat echter", zo zegt het blad
„dat is een Franse aangelegenheid en
geen Amerikaanse1'.
Hoofdzaak van de critiek die Life
uitoefende en die ook in andere
Amerikaanse uitlatingen te on
derkennen valt, is het verwijt dat de
Franse parlementsleden zich niet als
volwassenen gedragen.
Het blad heeft bezwaar tegen de
manier, waarop men Franse regerin
gen na enkele maanden omver kegelt
en het ziet in deze en andere „onmo
gelijke" politieke gewoonten de hoofd
oorzaak van het stagneren der Euro
pese unificatie en van het feit, dat
men niet tot een Europa kan komen,
dat militair-verdedigbaar is.
Dit laatste ligt de Amerikanen en
ook de minister van ouiteniandse za
ken Foster Dulles zwa^r op de maag.
In de grote rede, die hij Dinsdag
hield over de buitenlandse politiek
was een bijzonder opvallende passage
gewijd aan de noodzaak van Europese
integratie, van een-wording en van
geïntensiveerde samenwerking.
Dulles dreigde zelfs, dat Amerika
zich van bepaalde militaire verplich
tingen ontslagen zou achten, wanneer
de economische en militaire integra
tie op de lange baan geschoven zou
worden.
In Frankrijk is dat nogal hoog op
genomen. Het dagblad „Le Monde"
kwam direct met een protest en ver
zekerde, dat men in Washington geen
helder inzicht heeft in de Europese
problemen. Men ziet ze daar veel te
simpel.
Toen men Donderdag in Washing
ton een plaat afdraaide, waarop
de toespraak van Dulles was
vastgelegd, bleek, dat een passage
over Marokko en Tunis door liet
Amerikaanse ministerie van buiten
landse zaken uit de tekst was gelicht,
voordat de rede werd uitgesproken...
In die passage verzekerde Dulles
aan zijn Franse vrienden, dat revolu-
tionnaire woelingen in Marokko en Tu
nis wel eens tot zulke onaangename
dingen zouden kunnen leiden als het
verbreken van de verbindingen tussen
Europa en zijn grondstoffenbronnen
in Afrika
Het is maar goed, dat dit fragment
geschrapt isHet zou een te zwa
re belasting zijn geweest voor de ge
voelige tenen
Intussen weet men in het intergeal-
lieerde hoofdkwartier te Fontaine-
bleau bij internationale samenkomsten
al niet goed meer, waarover men pra
ten moet. Men zou elkaar eens voor
het hoofd kunnen stoten. Daarom
speelt men avond aan avond bingo...
Dat is een kaartspelletje met als prij
zen Duitse koekoek-klokken en Fran
se parfums
EEN
UB. F. OOUVÉE.
VAN:
By de uitgever van Loghum Slate
rus te Arnhem verscheen een opmer
kelijk werkje van de oud-advocaat-
generaal bij het gerechtshof te 's-Her-
togenboscn, mr. F. Couvée, getiteld:
„Ik heb dé eer te requireren
waarin deze oud-magistraat zijn be
levenissen als officier van justitie
aan de openbaarheid prijs heeft en op
onderhoudende wijze vertelt hoe de
rechtspleging in ons vaderland ln de
practyk toegaat, hoofdzakelijk dan
bezien door de bril van het openbaar
ministerie. Bij het lezend publiek zul
len ongetwijfeld veel wanbegripnen
worden recht gezet en daarom alléén
is de lectuur reeds zeer de moeite
waard.
De uitgave geschiedt ten bate van
de J.P. Heye-stichting te Oosterbeek,
vereniging tot het verzorgen en op
voeden van zwakzinnige kinderen
van alle gezindten, van welke vereni
ging de schrijver voorzitter is.