1 IET (El» V» PETER LEZERS SCHRIJVEN Boreel: een oud Zeeuws geslacht van magistraten en geleerden James William Denning van de Aïrborn-divisie zag Arnhem HET VERBRUIK VAN SIGAREN STIJGT IN NEDERLAND 8 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT VRIJDAG 7 NOVEMBER 1952 UIT OUDE ARCHIEVEN Zij dienden land en volk in vele ambten Vier eeuwen geleden, op de 28e October 1552, werd te Middelburg als zoon van Pieter Boreel, koopman en meester van het Goudsmedengilde en Catharlna Joossen uit Roemerswaal geboren. Jacob Boreel, die zich later mocht noemen Heer van St. Aagtekerke, Duynbeek, Westhoven en Dom burg. Jacob Boreel was President van de Staten-Generaal en ambassadeur te Londen. Op 19 Augustus 1584 trad hy te Middelburg in het huwelijk met aJ*® Gmnmmck, geboortig uit Rousselaere, die op ongeveer 46-jarige leeftjjd op 15 Februari 1606 te Middelburg overleed, terwijl Jacob Boreel, eveneens te Middelburg, op 9 December 1636 stierf in de leeftijd van ruim 84 jaar. De grootvader van Jacob Boreel was Jan Boreel, pensionai'is van St. Anna ter Muiden, die gehuwd was met Maria Scheuring en m 1554 over leed. De vader, Pieter Boreel werd op 24 December 1524 te Sluis gebo ren. Om zijn deelnemen aan het aan bod om voor een som van drie mil lioen gulden voor de Nederlanden vrijheid van godsdienst te kopen, werd hij door Alva verbannen en hij vluchtte toen naar Norwich, waar Jlij op 19 Januari 1568 is gestorven. Na de overgang van Middelburg tot de zijde van de Prins, keerde zijn ge zin weer daarheen terug. Een broer van Jacob Boreel was de predikant Johannes Boreel, die zich naar de gewoonte van die tnd Borelius noemde. Ook hij was te Mid delburg geboren is aldaar ook, op nog jeugdige leeftijd gestorven. Jo hannes Boreel liet zich 16 Mei 1573 als student inschrijven aan de Hei- delberse academie, maar binnen an derhalf jaar was hij alweer in Zee land terug. Op 28 September 1574 besloot der kerkeraad van Middel burg in zyn eerstvolgende vergade ring de vraag aan de orde te stel len Johannes Broeel voor te dragen als predikant. Nadat hij 3 October te Grypskerke en 17 October te Mid delburg gepreekt had, werd bepaald dat hij lid van het consistorie zóu kunnen zijn', doch daarin niet zou mogen presideren. 12 Juni 1575 werd hij tot derde predikant beroepen. Was aanvankelijk zijn taak om te werken in de Walcherse gemeenten buiten Middelburg, ook al verleende hij daarbij toen reeds aan die stad zelf nu en dan wel hulp, op 5 April 1576 werd hem voor vast arbeid bin nen haar muren opgedragen. Zijn huwelijk met Susanna Ewouds of Eewouts uit Zierikzee bleef kinder loos. De zoon van Jacob Boreel en Ma ria Grimminck was dr. Willem Bo reel, geboren te Middelburg op 24 Maart 1591, die zich mocht noemen Knight en Baronet van Engeland, Vrijheer van Duynbeek, Westhoven, Steeland en Perenboom, Baron van Vreendijk en Vreenhove. Hij was ad vocaat van de Oost-Indische Com pagnie, in 1619 gedeputeerde naar Londen om enkele gerezen verschil len uit de weg te ruimen, in 1626 werd hij Pensionaris van Amster dam, in 1639 gedeputeerde naar Bre men, Stade en Glückstadt en hij was ambassadeur in Zweden (1640j, De nemarken (1641), Engeland (1644) en Frankrijk (1650—'68). Op 26 Sep tember 1626 trad hij te Amsterdam in het huwelijk met Jacoba Carels, die op 6 Augustus 1607 te Amster dam werd geboren en op 17 Juni 1657 te Parijs overleed, waar ook dr. Willem Boreel, en wel op 29 Septem ber 1668, stierf. Hij werd op kosten van de Staten-Generaal begraven in de Grote Kerk te 's Gravennage. Mr. Willem Boreel. die zich buiten de plannen van prins Willem n hield, werd als ambassadeur opgevolgd door Pieter de Groot. Uit het huwelijk van mr. Willem Boreel en Jacoba Carels sproot voort dr. Jacob Boreel, geboren te Amster dam op 1 April 1630, gehuwd op 26 Februari 1667 te, Utrecht met Isa bella Coymans, geboren te Amster dam op 10 Maart 1647. Dr. Jacob Boreel, Ridder, Vrijheer van Duyn beek, St. Aecht en Meeresteyn, raadslid en sedei't 1661 schepen, daarna van 1681 tot 1691 hoofd schout, burgemeester en gecommis- sioneerd Raad van Amsterdam, in 1664 ambassadeur te Moskou, Brus sel en Parijs, afgevaardigde ter vre desconferentie van Nijmegen in 1678 en Rijswijk in 1697, luitenant-kolo nel der Burgerij, directeur der Socië teit van Suriname, overleed kort voor het sluiten van de vrede op zijn bui ten „Meeresteyn" op 21 Augustus 1697, zijn vrouw te Amsterdam op 88 Januari 1705. Bij het z.g. Aan- eprekersoproer in 1696 werd zijn huis geplunderd, waarvoor hem een scha devergoeding van f 28.750.werd toegekend. Ook hij werd op kosten van de Staten-Generaal begraven. Hun dochter, Isabella Sophia Bo reel, die op 5 April 1667 te Amster dam het levenslicht aanschouwde, huwde op 14 Augustus 1701 te Am sterdam met Wilhelm Heinrich von Imhoff, Rijksvrijheer, Opperschen ker en Geheimraad van de vorst van Oost-Friesland, Drost van Leer en Leerort, Pools-Saksisch geheimraad, gezant in Stockholm, Londen, War schau, Berlijn en Madrid die geboren was te Leer op 17 September 1663. Zij waren de ouders van Rijksvrij heer Gustav Wilhelm Baron van Im hoff, gouverneur-generaal van Ne- derlands-Indië, luitenant-generaal der Infanterie en gouverneur van Ceylon van 23 Juli 1736 tot 12.,Maart 1740. Hij werd geboren op 8 Augus tus 1705 te Leer en overleed op 1 November 1750 te Batavia. In de Wolfendaalkerk aldaar ligt zijn zoon Jacobus Willem Balthazarus van Im hoff die, 20 jaar oud, in December 1736 stierf, begraven. Andere bekende leden van het ge slacht Boreel zijn de Nederlandse taalgeleerde en magistraat Joannes Boreel, geboren te Middelburg op 22 April 1577 en overleden op 15 No vember 1629. Hij werd in 1615 se cretaris der Staten van Zeeland, in 1625 Raadspensionaris van Zeeland, was enige tijd gezant in Engeland, bereisde voorts geheel Europa. Sy rië, Palestina en verzamelde vele Oosterse handschriften voor zijn vriend, de Leidse professor Erpenius. Hij vertaalde voorts in 1599 de „Com- mentarius in Danielen" van Brough- ton in het Latijn. Voorts de godgeleerde Adam Bo reel, Heer van Duynbeke geboren te Middelburg 2 November 1602. Hij studeerde te Leiden en deed een gro te kennis op van theologie en philo sophic, terwijl hij zich zeer bekwaam de in het Hebreeuws. Hij kon zich echter niet verenigen met wat de Ge reformeerde Kerk leerde aangaande de staat der zichtbare kerk en werd daarom geen predikant. Na 1632 bracht hg geruime tijd in Engeland door, waar hij, waarschijnlijk wegens zijn verwantschap met de Indepeden- ten, zelfs in de gevangenis raakte. Hij vestigde zich in 1646 te Amster dam, arbeidde hier met dr. Gal. Abra hams, Mich. Komans en Dan. de Breen aan de stichting van een meer vrijzinnige Gemeente, de Secte van Coïlegianten. Hij had vele aanvallen van de Utrechtse en Groningse godgeleer den te verduren èn overleed in 1666. Een aantal godgeleerde werken staat op zijn naam. Johan Boreel, Heer van Westho ven, geboren in 1621 te Middelburg, studeerde eveneens in de godgeleerd heid. Hij werd lid van de Chambre mi-parti, gedeputeei-de op 's lands vloot (1665), ambassadeur aan het Engelse hof (1667-'72), maar hij was niet berekend voor deze taak, zodat hjj weer gedeputeerde ter zee werd en daarna burgemeester van ztfn geboorteplaats Middelburg. Hij overleed op 30 Maart 1673, Adriaan Boreel, geboren in 1674, was kapitein ter geleide van koop vaardijschepen naar Portugal in het eskader van Roemer Vlacq (1708). Toen deze sneuvelde moest Boreel zich overgeven. In 1704 was hij bij de verovering van Gibraltar en ook streed hij in de Spaanse Successie oor og. Na de vrede van Utrecht trad hg in Portugese dienst. Mr. Jacob Boreel, geboren in 1711, werd als schepen van Amsterdam in 1747 door prins Willem IV afgzet; tqdens het bewind van de Gouver nante toonde hy zich een Staats- en Frans gezinde regent. Na de dood van de Gouvernante werd hij lid van het gezantschap naar Engeland te gen de kaperijen en inbeslagnemin gen (1759), maar deze missie lever de niets op. DE HUZAREN VAN BOREEL. Jonkheer Willem Francois Boreel, geboren 15 September 1775 te Am sterdam, is wel een van de bekendste leden van dit aloude Zeeuwse ge slacht. Naar hem werd het tegen woordige Regiment Huzaren van Bo reel genoemd. Hij trad in 1787 in mi litaire dienst en werd in 1791 offi cier bn de dragonders, doch hn nam in 1795 zijn ontslag. Na het herstel van onze onafhankelijkheid trad hij weder in dienst als luitenant-kolonel commandant van een regiment Hu zaren en hij maakte als zodanig de slagen bij Quatre Bras en Waterloo mede. In 1831 nam hg' als generaal- majoor deel aan de Tiendaagse Veld tocht, waarna hij in 1839 tot com mandant der gehele cavalerie en in 1840 tot luitenant-generaal werd be noemd. Na in 1841 zyn ontslag geno men te hebben, was hij in verschil lende functies aan het Hof werkzaam en hg overleed op 21 Mei 1851 te Friedrichshafen. P. C. HEISER. Rijdende tandheelkundige kliniek in gebruik gesteld Onder grote belangstelling is Woensdagmiddag te Bergen de „Den- talcar", de rijdende tandheelkundige kliniek van de Stichting ter bevorde ring der tandheelkunde, waarbij twaalf gemeenten zijn aangesloten, officieel door de voorzitter, dr. W. Huygens. burgemeester van Bergen, in gebruik gesteld. Deze auto is van alle moderne instrumenten op tand heelkundig gebied voorzien. Het ini tiatief ging uit van de heer J. Elema, tandarts te Bergen. Telefooncentrale voor blinden-opleiding. In het blindeninstituut te Bussum is Woensdag een nieuwe telefooncen trale overgedragen, welke niet alleen geschikt is voor het ontvangen en uitzenden van gesprekken, maar te vens voor het opleiden van blinden tot telefonisten. Naast het opgloeien van lampjes, noodzakelijk voor zien de telefonisten, laat het toestel ge luiden horen, welke voor alle lijnen telkens een quint in toon verschillen, zodat blinden aan de toon herkennen op welke lijn een gesprek wordt aan gevraagd óf binnenkomt. KANTOORMAN EN ARBEIDER Het valt niet mee om tegen zo'n knappe stylist als mönheer C. van Marion te moeten optornen, maar het is te proberen. Ik heb meer van die rake schetsen van hem gelezen en het vervelende is, dat hrj één van die mensen is die altyd gelijk hebben en waartegen' dat niet te argumenteren valt. Om dan met zyn laatste woorden te beginnen: „Ere, wie ere toekomt", wel mgnheer van Marion, natuur lijk! Er is geen weldenkend mens, die de waarde van de vakman zal ver kleinen. Er is geen maatschappg denk baar, zonder specialisten, dat behoeft hier toch geen nader betoog. Maar als U een bepaalde categorie denkt te moeten verdedigen, dan moet U dat niet doen ten koste van een andere. U bent handig in uw contrasten: bureaucratius en zyn trawanten (ik neem aan, dat U hiermede wel kan toormensen zult bedoelen) tegenover ambachtslieden, laag gesalarieerde pennelikkers tegenover knappe mo derne, geschoolde vaklieden, spits vondige beambten tegenover wiskun dige problemen uitdenkende arbei ders en meer van dit jargon. Bloemengroet aan de op vreemde bodem begraven soldaat. De gastvrouw, die de groet kwam brengen, bescheiden op de achtergrond. DE DAG DER OORLOGSGRAVEN Goed werk van Nederlandse oorlogsgravencomité De thans 32-jarige James William Denning is geneigd zo nu en dan schichtig naar de lucht te kijken, wanneer een snelle electrische trein hem door het zonovergoten Gelderse landschap trekt. Hij vreest, dat er ieder ogenblik iets uit de lucht zal komen vallen. Een granaat of iets van dien aard, waarmee je je hachïe kunt verspelen. „Onzin", zegt hy dan telkens tegen zichzelf. En dan kijkt hy weer even de coupé rond. De rust van zyn medereizigers en hun gezellig gebabbel in zyn eigen (En gelse) landstaal halen hem dan weer uit het schrikraoment, dat even door hem heen flitste. Maar d'r helemaal los van komen, nee, dat lukt hem niet. Naarmate hy dichter by Arnhem komt worden de indrukken zelfs sterker. Gespannen tuurt hij uit het raampje naar de beboste omgeving. Twee kilometer voor Wolfheze stoot hij een kreet uit. „Look there!". Z'n overbuurman, de 27-jarige Rob Foig- ham, uit Coventry, met wie hy en kele uren tevoren een vriendschap voor het leven sloot, kykt in de rich ting, die James hem aanwijst. Twee villa's steken hun glimmend pannen dak door het najaarsloof van het ge boomte. Rob ziet er niets bijzonders aan. James wel. En dan vertelt hy, hoe hij die twee villa's herkent uit die bange Septemberdagen van 1944, toen hg hier als sergeant van de be roemde Airbom-divisie uit een gijder gedropped was. BIJ ARNHEM. 17 September 1944. Een prachtige Zondag, 's middags om kwart voor één, was hg langzaam aan zijn para chute naar beneden gezakt. Het gra- naatvuur van de Duitsers spatte om hem heen. Ieder ogenblik zou de zg van zijn kostbaar valscherm ook ge troffen kunnen worden. Maar nee, veilig landde hij in de bossen bg Oosterbeek. Vier van zgn kameraden, onder wie de commanderende officier, waren tydens hun val dodelijk ge troffen. „vgftien man bleven er ten slotte over van de troep van twee- en-zeventig, waarvan ik deel uit maakte", zegt de ex-sergeant. „Ons doel hebben we niet kunnen bereiken. We moesten mynen leggen ter weerszijden van de brug bij Arnhem. Maar he. ging niet. De Duitsers had den hotel Wolfheze-al bezet voordat we de grond geraakt hadden. In de bossen hebben we ons ingegraven. We hebben met ons kleine groepje nog een vlammenwerper onschadelijk weten te maken en tenslotte de Ryn nog weten te bereiken. Met acht man ben ik toen in rubberbootjes de ri vier over gestoken. Maar het 4- squadron, waarbij we ons moesten aansluiten aan de overkant, kwam nooit opdagen. De verloofde van mgn zuster, die by hetzelfde squadron zat, werd gedood. Hg ligt by Arn hem begraven. Voor hem ben ik nu weer naar Holland overgestoken...". KLAPROOSDAG Op 14 November viert Ne derland Klaproosdag, hoewel Klaproosdag eigenlijk op 11 November valt. Dat is de dag van de oorlogsgraven. Dertig duizend graven van ge allieerde soldaten liggen in ons land. Het Nederlands oorlogsgra ven Comité zorgt er voor, dat nabestaanden van de gesneu velden bezoeken aan de oor logskerkhoven in Nedei'land kunnen brengen. Eén dag temidden van de Engelse vrienden, die onder auspiciën van Brittish Legion de Engelse oud- strydersorganisatie, die 1.250.000 le den telt en het Nederlands Oor logsgraven Comité naar ons land ge komen zijn, om een groet te brengen aan de verwanten, die hier in de jongste oorlogsdagen him leven lie ten, levert tientallen van dit soort relazen op. Elk der deelnemers heeft zijn eigen herinneringen aan de schrikdagen. Velen is 't aan te zien. Zoals de 27-jarige Rob Forgham, waarover we hierboven al spraken. Hg mist zijn linkerhand. „Verspeeld in de voorste linies bij Caen", zegt- ie met een cynisch glimlachje, ,,'t Ellendige is, dat ik altijd links was". Tegenover hem kan de 41-jarige bakkersltnecht George Hanshaw uit Littleport (Cambridge) zich dan wel gelukkig pryzen. Hg was de be stuurder van een rgdend stuk anti- tankgeschut. Met het 21ste regiment van dit wapen trok hg dwars door België naar Nijmegen en Arnhem, en na de strijd aldaar in de September dagen van 1944 ging hg door naar Cuxhafen. Negentienhonderd mijl heeft hg met zgn kar afgelegd. „Nog geen blussie, meneer" weet-ie ons te vertellen. „Niet aan mezelf en niet aan mijn kar. Ik heb bijzonder veel geluk gehad. Mijn beste vriend zag ik op zyn verjaardag kapot schieten. Twee van mgn vijf vrien den liggen op het oorlogskerkhof by Nijmegen: „Jonkerbos" heet het. Het zijn korporaal-schutter David Thomp son en Walter Bill. Precies op de plaats waar nu „Jonkerbos" is aan gelegd, waren we in 1944 vyf uur in een hete strijd gewikkeld. We waren afgesloten van het 2e leger. Tot Uden en vervolgens tot Veghel moes ten we ons een corridor vechten om weer contact te krijgen. Het is moeilyk onder woorden te brengen, wat er in je omgaat als je deze plaats dan weer terugziet, zo vredig en hersteld van de vele wonden, die het vuur erin geslagen had". MOEKE. We denken het te begrijpen. Het moet ongeveer hetzelfde zyn, als wat er omging in 't eenvoudige vrouwtje, dat bij het gemeentehuis van Nyme- gen stond, waar de Engelse vrien den officieel werden Verwelkomd. Met een punt van haar schortedoek veegde ze zich tranen uit de ogen, de langs haar trekkende gasten in gebroken Engels alsmaar vertellend: „I washed for the soldiers" „Ik waste voor de soldaten". Maar haar gestamelde emotie ging verloren in de vele emoties, die de groep op dat moment bestormden, en die de emo ties waren van een eerste weerzien van een plek, waaraan ten eeuwigen dage herinneringen verbonden zullen blyven. [pjiiuiroN] KITTY LBSSBL8 57 Lynne maakte de zwarte bloem af, naaide di« op haar avond-tasje, ont ving een -telegram van Philip, waarin hij vroeg wanneer zg zou afreizen en raakte voor een ogenblik dat nogal schuldig gevoel van vrij-zyn kwijt. Deze dagen waren eigenlijk slechts een tussenspel, een tijdelyke breuk in het weefsel der komende dingen, een rustpauze voor het weefgetouw van deze idylle. Beatrice was er zich van bewust en haar aanhankelijkheid voor Peter werd er niet dieper om, die onbewuste hindernis op de weg van Lynne's vertrek. Voor een vrouw van haar karakter was 't ongehoord op deze wyze door een kind verslagen te woi'den; en onverdragelijk. Toen brak er een morgen aan, D'R GAAT WAT IN ROOK OP Ruim 64.- per hoofd (Van onze Haagse redactie). DEN HAAG, November:Sinds October 1951 heeft het Nederlandse volk 655.000.000 grote sigaren gerookt, 124 millioen oigarillos, 9.243 mil- Hoen sigaretten en 10.728.000 kg. kerftabak. Dat wil zeggen, tot 1 October van dit jaar. Wat in rook vervloog in deze eigenste maand October is nog niet meegeteld: Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft deze getal len voor ons vastgesteld. De kleinhandelswaarde van die zeker niet geringe hoeveelheid rookvverk van 668,2 millioen gulden. Kind en grijsaard, man en vrouw, kortom iedere Nederlander betaalde aan deze som een bedrag van f 64.54 gedurende dat jaar, zynde de kostende prys van 63 zware sigaren, 12 cigarilles, 893 sigaretten en 1.04 kg kerftabak. Tegenover de vooroorlogse quanta en bedragen zijn dit opmerkelyke cy- fers. In 1938 gaf de Nederlander ge middeld f 15.19 voor zyn rookwerk uit. Daar kocht hy voor 143 grote sigaren, 36 cigarillos, 549 sigaretten en 1.16 kg. kerftabak. Wat zien we uit deze cijfers, be halve dat de prijzen verschillende keren over de kop gegaan zijn? Wel, de byzondere voorkeur van de Neder lander annc 1952 vooy de sigaret. Het sigarenverbruik is met ruim de helft teruggelopen. Slechts langzaam stijgt het sigarenverbruik weer. In 1951 rookten, we kunnen wel zeggen de mannen, gemiddeld 58 grote en 12 kleine sigaren. Het gemiddelde van nu van 63 en 12" laat zien, dat de be lastingverlaging op sigaren wel eni ge invloed gehad heeft. Merkwaar dig blyft het dan inmiddels, dat ook het sigarettenverbruik nog steeds stygt. In 1950 stond het gemiddelde op 793, in 1951 op 822, nu al op 893. Laten de verstokte anti-rokers het maar niet horen! waarop het weefgetouw weer begon te weven en alle draden van een be ginnende idylle, tezamen het patroon opzettend voor een nieuwe en ditmaal niet te bederven, avond samen uit. Bryce had Lynne gezegd: „De drukte is voorbij, ik kan weer over mijn avonden beschikken; ik heb een zak vol geld en „De kaars" brandt gaat jes in myn geduld. Laten wij van avond samen er tussen uittrekken. Lynne". „Er op uit trekken naar „De Kaars" en als twee geblakerde nachtvlinders thuis komen?" zei zy. Zij keken elkaar aan. „Dat hangt van de soort kaars af, die wij aansteken, is 't niet? Onze kaars zou ons pad kunnen beschijnen, en het zou een vrolijk en onbezorgd pad zyn, waar niemand letsel zou be komen", beloofde hij. Zij dacht: „Onze kaars zou het be staan van Philip kunnen doen ver branden als papier, indien ik het toe liet. Die zou de trouw kunnen ver branden, en alle maanden van mijn verloving, en elke belofte die ik ooit aflegde, als ik het wou". Zij wist, dat zy niet moest toestaan dat deze kaars aangestoken werd, En de hele verdere dag was er een verlangende, opgewonden verwach ting in haar hart. De gloed van de kaars was al in haar ogen en Beatri ce keek naar die gloed, bewust dat de tabaksfirma van Garron weer aan zyn normale werk-uren toe was zy had Charles Garron dat horen zeggen aan het ontbyt. Toen Peter klaar was voor de nacht en Lynne haar slank lichaam in de lichtgryze jurk gehuld had, haar ver lovingsring uit de la had genomen en die had aangedaan, kwam mevrouw Garron terug in de salon en vond Beatrice in haar stoel liggen met haar ogen gesloten en zei: „Moe, lieveling?" „Een beetje". De bleke oogleden openden zich als luiken, de donkere ramen onthullend, waardoor men nooit een blik kon slaan in het huis der gedachten. „Ik geloof, dat ik mh liever niet verkleed; om mg zo mooi te maken doet mg soms teveel den ken aan vóór dat het gebeurde". Mevrouw Garron nam de cigaret- tendoos op, presenteerde die en vroeg gejaagd: „Beatrice, je gaat toch niet achteruit, wel? Nu dat Peter er is; geloof je dat hy teveel voor je is?" „Peter?" Beatrice sprak met onge wone heftigheid. „O, Peter niet". En de zichtbare en enige andere Neemt U dit van mij aan, mijnheer van Marion, door zulk gesehryl ver heft U Uzelf en zeker de mensen die U meent te moeten verdedigen, niet. Integendeel. Moet ik U nog vertellen, dat zowel de arbeiders als „de kan toorlui" met gezamelijke inzet van al hun capaciteiten slechts iets goeds tot stand kunnen brengen. Of behoort U soms ook tot die mensen', waarvan ik er eens één in alle ernst heb ho ren beweren: „Geef mij maar een goeie tekening, dan kunnen alle inge nieurs ons gestolen worden". Waar „die goeie tekening" dan vandaan moest komen, werd gewoon wegge wuifd. Ook ik wil over dit onderwerp niets meer zeggen, dan „Ere wie ere toe komt". nietwaar! Vlissingen, D. van Wolferen KRABBENNIJPKRS Naar aanleiding van de rubriek „Zo maar wat Vlaams" in één van uw exemplaren van deze week bericht ik aan uw Vlaamse(?) medewerker, dat ltrabbennypers de Vlaamse uitdruk king is voor krabbetengels of scho ren. En dat de betreffende vissers daar mee door de Gendarmerie gegrepen werden, is te danken aan de Dierenbe scherming, daar de politie van mening was, dat deze schippers de krabben le vend van hun „nypers" ontdaan had den. Overigens een mooie vraag voor mijnheer Pétillon, deze n.l.heeft een schaaldier als een krab en een kreeft pijn, wanneer zijn „nypers" uitgetrok ken worden. Verder kan ik U berichten, dat de betrokken vissers als verdediging aanvoei'den, dat zij de krabben eerst gedood hadden, alvorens de „nijpers" uit te trekken, 2e dat krabben en kreeften toch levend gekookt worden, waartegen de politie niet optreedt. Tot zover! Tholen, J. H. BAL, Officiële publicaties VLISSINGEN. GEMEENTEBEGROTING 1953. B. en W. van Vlissingen brengen ter openbare kennis, dat de begroting der plaatselijke inkomsten en uitgaven voor het jaar 1953 met memorie van toelich ting alsmede die van de gemeentebedrij ven op de secretarie (le afdeling, kamer no. 2) voor ied'er ter lezing zijn neerge legd en tegen betaling der kosten alge meen verkrijgbaar worden gesteld. Vlissingen, 28 October 1952. VLISSINGEN. MEDEWERKING ART. 72 L.O. WET 1920. B. en W. der gemeente Vlissingen bren gen ter algemene kennis, dat door dte raad der gemeente bij zijn besluiten van1 31 October 1952, No. 7 en 29 aan het R.K. Kerk- en Schoolbestuur medewerking is verleend voor respectievelijk: a. het aanschaffen van nieuwe school banken ten behoeve van de jongens school aan de Glaeisstraat; b. de bouw van een nieuwe school met 7 lokalen in de omgeving van' de Adriaam Coortelaan. Vlissingen, 3 November 1952. MIDDELBURG. WINKELSLUITINGSWET. B. en W. van Middelburg brengen ter openbare kennis, d'at de volgende verordening bij Koninklijk besluit van 15 October 1952, no. 15. is goedgekeurd: Verordening betreffende ontheffing winkelsluiting op Zondag. Artikel 1. Het verbod vervat in artikel 2 onder a van de „Winkelsluitingswet 1951" geldt niet voor de Zondagen, gelegen in het tijdvak van 1 Mei tot en met 30 Septem ber en voor de Paaszondag, van 12 tot 16 uur en uitsluitend' voor de. verkoop van de hieronder genoemde waren voor winkels gelegen aan de Markt, Lange Delft, Korte Delft, Nieuwe Burg, Lange Noordstraat, Vlasmarkt, Pottenmarkt, Langeviele, Plein 1940 en Gravenstraat waarin uitsluitend of in hoofdzaak prent briefkaarten, souvenirs, goud- en zilver werken, byouterieën, foto-artikelen, rook artikelen, vis, fruit, brood, banket en chocolade- en suikerwerken worden ver kocht. Artikel 2. Deze verordening treedt in werking op 1 October 1952. Middelburg, 31 October 1952. MIDDELBURG. HINDERWET. Verzoeken om vergunning, B. en W. van Middelburg brengen ter openbare kennis, dat ter gemeentesecre tarie ter inzage liggen de volgende ver zoeken met bijlagen van: D. Koole, Langeviele 26 te Middelburg, om vergunning tot het exploiteren van een limonadefabriek in perceel Lange viele 26; Gebr. Lindenbergh te Wemeldinge, om vergunning tot het oprichten en exploi teren van een fruitkoelinrlchtlng in per ceel Oude Vlissingseweg 7; N.V. Benzine- en Petroleum Handel Maatschappij te Amsterdam, om vergun ning tot het plaatsen van een electrische benzinepomp-installatie op perceel Blau- wedijk te Middelburg. Op Maandag 17 November a.s., des voormiddags resp. 10. 10.30 en 11 uur. zal gelegenheid bestaan om bezwaren te gen inwilliging van deze verzoeken in te brengen en .deze mondeling en schrifte lijk toe te lichten. Zowel de verzoekers, als zy, die be zwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen vóór de bovenvermelde tijdstippen ter secretarie der gemeente kennis ne men van ö'e terzake ingekomen schrift uren. Middelburg. 3 November 1952. oorzaak dus, was Lynne Carrick. En mevrouw Garron, eerlyk tegenover haaf heilige, maar ook eerlijk tegen over de waarheid, zei: „Ik wens de hele dag door dat wy een ander soort afspraak gemaakt hadden, om Peter naar hier te brengen. Maar dan zeg ik weer tegen mijzelf dat ik onvrien- delyk ben door zoiets te wensen, om dat dat meisje zo geweldig aan hem gehecht is. Zij doet maar niet alsof, wel Beatrice? Zy is toch echt aan hem gehecht?" (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 8