C IjLL Odette, dapper geheim agente, leeft nu in Londen D li®, uk JÊiïm Nood van de jeugd aangrijpend beschreven door Amerikaan BELEDIGEND ARTIKEL OVER JONGE KONING BOUDEWIJN DONDERDAG 30 OCTOBER 1953. PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT EEN SPIONNAGEGESCHIEDENIS UIT '40—'45. Haar tegenspeler, Hugo Bleicher, woont bij het Bodenmeer en heeft een sigarenzaak Duitse Abwehr-man leidde eens verzetsgroep in Frank rijk; zijn medewerkers meenden echter, dat zij voor de geallieerde zaak werkten. Er zijn in de tweede wereldoorlog: vele dappere mannen en vrouwen ge weest. De meesten onder hen zyn naamloos gebleven of slechts in kleine kring bekend geworden. Een van de heldinnen, wier belevenissen echter in tal van landen bekend zijn geworden, is mevrouw Odette Churchill, over wier leven een film is gemaakt. Het is al weer vry geruime tyd geleden, ilat men deze film Odette in Nederland heeft kunnen zien, maar zeer velen zullen zich nog levendig herinneren de zeldzame moed, de onver schrokkenheid en de grote overtuiging van deze kleine vrouw, die als ge heim agente in Frankrijk landde en zich daar by de ondergrondse aan sloot. Mevrouw Odette Churchill, van afkomst Fran^aise, heeft er, ondanks het feit, dat zij door de Duitsers werd gearresteerd, het leven afgebracht. Zy kon uit het concentratiekamp Ravensbrück naar Engeland terugkeren, waar zij met haar chef, kapitein Peter Churchill, in het huwelijk trad. Het Hamburger Abendblatt heeft dezer dagen een groot opgemaakt ar tikel gebracht, waarin werd nagegaan, wat er van Odette en haar man geworden is. De grootste aandacht werd evenwel besteed aan de man, die tijdens de oorlog haar tegenspeler is geweest bjj de Duitse geheime dienst, namelijk Hugo Bleicher. Bleicher leeft thans, met zijn vrouw en twee kinderen, in het Zuid Duitse stadje Tettnang, vlak bij het Boden- meer aan de Zwitserse grens, waar hij een winkel in tabaksartikelen heeft. De avontuurlijke tijd van de oorlog is voor hem thans geheel ver dwenen. Hij leeft nu als een rustig burger en geniet van zijn gezinsle ven. Zijn dubbelleven als lid van de Abwehr is voorbij. Hugo Bleicher heeft er het een en ander over ver teld In 1943 is Odette Sansom aan de Franse Rivièra aan land gekomen. Zy had haar drie kinderen in Londen achtergelaten en was geheim agente geworden. Haar eerste opdracht be stond er in contact te zoeken met kapitein Peter Churchil, die leider was van een Britse spionnagegroep in Zuid-Frankrijk, de beroemde French Section. Peter Churchill had voor dit belangrijker werk zijn taak als ambtenaar op het Britse ministe rie van binnenlandse zaken laten lig gen. HOTEL LUTETIA Omstreeks dezelfde tijd, dat Qdet- te in Franltryk voet aan wal zette werd op het centrale bureau van de Abwehr in Parijs onder hoogspan ning gewerkt. In Hotel Lutetia kwa men vrijwel onafgebroken berichten binnen over.grote geallieerde activi- 370. Wanneer we ons de oliebronnen voorstellen als spuiters, die de olie in lioge fonteinen uit de aarde persen, moet het een koud kunstje zijn de olie op te vangen. Mits we maar voldoende emmers bij de hand hebben en onder het hozen geen cigaret opsteken, krij gen we onze olieproductie een heel eind op gang. De gasdruk in het bin nenste van de aarde zorgt er wel voor dat het kostbare goedje naar de op pervlakte komt en dat we spelender- wens binnenlopen. Maar spuiters zijn niet zo talrijk ge zaaid als we ons dat wel eens voor stellen. Doch ook al bestonden alle bronnen uit spuiters, dan zou door vermindering van druk de hoogte van de fontein voortdurend verminderen, zodat we toch genoodzaakt zouden worden onze emmertjes aan kant te zetten teneinde tot het werkelijk op pompen van de olie te komen. Dat is echter niet zo eenvoudig. Houdt het spuiten op, dan worden roterende pompen naar beneden gela ten, die de olie omhoog persen. Ook worden wel straalpompen gebruikt, werkend op de wijze der waterstraal- pompen. Een deel van de olie circu leert en wordt onderaan met zulk een snelheid naar boven geperst, dat ze de rest van de olie mee omhoog voert. Wanneer men voor ogen houdt dat sommige boorputten tot een diepte van 5000 meter gaan, krijgt men respect voor de techniek die in staat is grote hoeveelheden op een derge lijke wijze naar de oppervlakte te brengen. Maar in verhouding tot de aanwezige massa olie, is de opge pompte hoeveelheden toch betrekke lijk gering, want zonder speciale maatregeden gelukt het nooit meer dan 40 van de in het veld voorhan den olie te winnen en meestal is het slechts 20 Meer en meer komt er belangstel ling voor het vraagstuk hoe de in het veld achtergebleven olie, die dus som tijds 4/5 van de oorspronkelijke hoe veelheid bedraagt, kan worden ge wonnen. Soms worden grote hoeveel heden gas of lucht onder hoge druk in de boorputten geperst, opdat de resterende olie naar boven zal worden gedreven. In andere gevallen worden leidingen aangebracht die het moge lijk maken de druk in de oliehouden de lagen te vergroten. Volgens deze (en dergelijke) methoden slaagt men er inderdaad in een veel hoger per centage olie te winnen, doch de kos ten worden dan zo hoog, dat van een algemene toepassing van deze werk wijze nog geen sprake kan zijn. Voorlopig blijft het dus zó, dat uit geputte velden nog meer olie bevatten dan er uit werd gewonnen. En nu willen we eens gaan praten over juridische misvattingen, die op een overlevering van honderden jaren stoelen. H. Pétillon.' teiten. Vliegtuigen van de RAF wier pen munitie af, wapens en levensmid delen voor de Franse ondergrondse. En de BBC gaf steeds vaker codebe richten door, waarin de namen Lise en Raoul voorkwamen. Achter deze twee namen verscholen zich, naar la ter bleek, kapitein Churchill en Odet te Sansom. In het Parijse hoofdkwar tier van de Abwehr, die vanuit Duits land op dat moment nog geleid werd door admiraal Canaris, werd alarm geslagen. De zaken leken steeds drei gender te worden en men besloot Bleicher, die al naam had gekregen met de oplossing van ingewikkelde zaken, te laten overkomen. door L. VAN BRUGGEN. Daar bleek overigens uiterlyk niet veel van. Want de man, die de activi teiten van de French Section onscha delijk diende te maken was slechts onderofficier van de Duitse Wehr- macht. Een onderofficier zonder uni form evenwel. Hy was gekleed in een keurig burgercostuum, reed in een auto met een Frans nummerbord en had een Franse pas. Het bleef ech ter niet by één pas. Bleicher kon zich uitgeven voor tien verschillende Fran sen, want zyn dienst keek immers niet op een valse pas meer of minder. De belangrijkste opdracht, die Blei cher van zijn chef heeft ontvangen is geweest het „onschadelijk" ma ken van Odette en Peter Churchill. Hij was daarvoor de meest aangewe zen man, omdat hij niet slechts als Fransman leefde, maar bovendien een zgn. verzetsgroep had gevormd, die kon beschikken over een eigen radio zender. Bleicher beweert, dat de leden van zijn groep niet wisten, dat zy in feite voor de Duitse contra-spionnage werkten. De groep, genaamd Lisieux, stond ook in radio-verbinding met Londen. Daarvan werd graag en veel gebruik gemaakt. Met het ge volg, dat per „luchtpost" koffie, thee, sigaretten en Frans geld werd ge zonden. De film, die van het leven van Odette is gemaakt, laat om. zien, hoe op een gegeven ogenblik de Italiaan se geheime dienst zonder overleg met de Abwehr besloot tot het „oprollen" van de French Section over te gaan. De werkelijkheid is niet anders ge weest. Dat leek een streep door de plannen van Bleicher, die ook juist op het punt stond in te grijpen. Hij trók onmiddellijk naar het Zuiden en inderdaad slaagde hij er in Peter Churchill en diens medewerkers te arresteren. In hetzelfde hotel" bleek ook Odette aanwezig te zijn. Tijdens het verhoor van de arrestanten kwam zij de trap aflopen. Het spel was ver loren. Verloren op de dag, nadat Pe ter Churchill juist uit Engeland was teruggekeerd. Verloren één dag voor dat de hele*groep naar Engeland zou terugkeren S.D.-GEVANGENIS De arrestanten werden naar Parijs overgebracht. Bleicher heeft Odette, nadat zij in de S.D.-gevangenis was opgesloten, niet weer teruggezien. Kapitein Churchill werd voor een bloedverwant van de Britse pre mier aangezien en hij werd met bij zondere zorg door de Duitsers be handeld. Bleicher heeft, naar hij ver telde, zyn Britse tegenspeler, één avond uit de gevangenis weten los te krijgen voor een zgn. bijzonder verhoor. De twee mannen reden door Parijs naar één van Bleichers woningen. Daar vond geen verhoor plaats, maar men heeft er, zij het onder wel erg sombere omstandig heden, met elkaar gepraat en zelfs gemusiceerd. Hugo Bleicher kon na de oorlog in Hamburg geen werk vinden. Hij reisde naar het Boden- meer en verkoopt daar nu rookarti kelen Peter en Odette Churchill hebben beiden hun gevangenschap overleefd. In Londen hebben zy elkaar na de oorlog weer ontmoet en zij zijn er in het huwelyk getreden. Zij wonen nu in een rustige straat in een van de voorname Londense wijken. Odette heeft de oorlogsjaren uiteraard niet vergeten, maar zy11" leeft nu als een van de vele Londense vrouwen. Het George-Cross, een van de hoogste Britse onderscheidingen, dat haar voor haar heldendaden is verleend, wordt slechts gedragen by zeer bij zondere gebeurtenissen. Odette heeft geen wrok tegen Hugo Bleicher. Zy meent, dat hij, evenals zij, slechts zijn plicht heeft gedaan! KONING BOUDEWIJN.... gebukt onder zware last? In 1958 zal de tunnel onder het Noordzeekanaal by Velsen gereed kunnen zyn. Dan zal het drukke verkeer tussen Noord-Holland ten Noorden van het Noordzeekanaal en de gebieden ten Zuiden daarvan zonder opont houd plaatsvinden. De tunnel wordt de grootste en mooiste verkeerstunnel van Europa, die met een breedte van 50 meter zelfs de Maastunnel in Rotterdam verre zal overtreffen. Op het ogenblik is men druk aan het bouwen aan deze tunnel, die geheel in een open bouwput wordt gemaakt. Het is de diepste bouwput, die ooit in Nederland werd gemaakt, en slaat met zyn 25 meter diepte met gemak de vroegere recordhouder, n.L de bouw put voor de sluizen van IJmuiden, die slechts 17 meter diep was. De „tunnel" onder het Noordzeekanaal zal uit twee doorgangen bestaan, n.l. een spoorweg- en een autotunnel, die ongeveer 4.50 meter van elkaar liggen. De spoorwegtunnel, die ten Westen van de autotunnel, gelijktijdig in de bouwput wordt gemaakt, wordt 12.08 meter breed, en iets hoger dan de autotunnel. Er komen twee autotunnels met elk twee rijbanen, elke tunnel heeft een ryweg van 7 meter breedte. Aan wcerszyden van de ryweg zyn voetpaden van 1.25 meter. De nieuwe bouwkuip waarin het diepste gedeelte van de Velser tunnels wordt gebouwd heeft een middellyn van 63 me ter. De ontgraving zal worden voortgezet tot 25.50 m. N.A.P. VERONTWAARDIGING IN BELGIË Officieel protest bij Zwitserse regering Het Zwitserse weekblad ,,Die Weltwoche" is begonnen met het schryven van een reeks artikelen over Europese, vorsten. Het eerste daarvan, dat gewijd was aan de jonge Koning Boudewyn van België, heeft in België grote verontwaardiging gewekt. Koning Boudewyn wordt in dit artikel voorge steld als een wat belachelijke figuur, die steeds minder populair wordt, sterk afhankelyk Is van zijn vader en door deze ten zeerste beïnvloed wordt. De verontwaardiging over dit artikel is in België en speciaal in Vlaanderen zo groot, dat uit vele delen van het land aangedrongen is op een officieel protest bij de Zwitserse regering. ver b.v.: „Als aan de jongen-met-bril in opdracht van zijn vader boksonder- Het artikel zegt onder meer, dat Boudewijn ongetwijfeld de meest tra gische figuur is op een Europese koningstroon. Als nij in 'generaals uniform een plechtigheid bijwoont, schijnen de schouderstukken hem een last van honderden kilo's op de rug te leggen. Men vreest deze jonge man elk ogenblik onder de last der ver antwoordelijkheid en het decorum in elkaar te zien storten. Over zijn opvoeding zegt de schry- !n Juli kwamen bijna 5000 woningen gereed In de maand Juli 1952 werden 7161 woningen goedgekeurd, waarvan 255 montagewoningen. In Juli 1952 kwamen 4995 woningen gereed. Sedert de bevrijding zijn in totaal 225.468 nieuwe woningen op geleverd, waarvan in de eerste ze ven maanden van 1952 29.095. Het aantal woningen in uitvoering op het eind van Juli 1952 bedroeg 50.469 stuks. „KLOP MAAR OP 'N DEUR" Een appèl op het mens-zijn! Wanneer in onze tyd over jeugdzorg gesproken wordt, is er bijna on middellijk inhaerent aan, dat wy ook het woord „massajeugd" gebruiken. Het is zelfs langzamerhand een merkwaardige gemeenplaats geworden en tal van mensen weten nauwelijks, wat er mee bedoeld wordt. Toch is er het gevaar van de z.g. massaficering van onze moderne jeugd. Daar mee wordt dan bedoeld en ik mag het misschien wat populair en dus niet helemaal „raak" zo uitdrukken flat er een jeugd ontstaat zonder enige binding. Dit is dan in de ruimste zin van het woord genomen. Tal van organisaties hebben zich op dit probleem geworpen en ook de kerk heeft vanuit haar bewogenheid met haar medemens hier een taak gezien. Met name in de Hervormde Kerk maakt men zich zorgen over deze jeugd. Nu is er onlangs een boek versche nen, dat ons op benauwende wijze confronteert met de vragen, die op dit terrein liggen. Ik bedoel Willard Mot ley s „Klop maar op 'n deur". Na tuurlijk zijn de toestanden in Ameri ka anders dan in Nederland en het gaat hier om een wel heel grote stad. Maar de diep-menselnke vraag, die ons hier wordt voorgelegd, houdt ons wel degelijk bezig. Het boek bevat het levensverhaal van Nick Romano, de jongen die uit 'n goed Rooms-katholiek gezin komt. Zijn ouders zijn van afkomst Italia nen. die naar Amerika geëmigreerd zijn. Zyn vader, geknakt door aller lei tegenslag in zaken, is een hard man geworden. Zijn moeder, een kla- gerig-sentimentele vrouw, hoopt dat haar „mooie" kind Nick eenmaal iets bijzonders zal zijn. Maar geen van beiden begrijpt dit kind. Het is ont roerend, te lezen, hoe deze jongen, die van nature gevoelig is, en als mis- dienaartje zich inleeft in de sfeer van de kerk, langzaam maar zeker af zakt. Allerlei omstandigheden werken er toe mee. Min of meer buiten zijn schuld komt hij terecht in een ver beteringsgesticht, waar de grondslag gelegd wordt voor zijn latere ontspo ring. Hij komt na zijn vrijlating te recht in West-Madison een volks buurt van Chicago. Een ogenblik schijnt zijn huwelijk met Emma hem te redden, maar wanneer Emma zelf een eind aan haar leven heeft ge maakt, is het hek van de dam. Ten slotte pleegt hij een moord op een politie-agent en wordt na een uitvoe rig beschreven proces ter dood ge bracht op de electrische stoel. Dit proces is ongetwijfeld het knap ste stuk van het Doek. Daar strijden mensen om zijn leven, en zijn advo caat heeft gelyk. als hy in zijn pleit rede zegt: „De maatschappijU en ikwij allen wij die g o e- de mensen! Wy hebben Nick Roma no vermoord!" En een eind verder: „Vel hem neer, als U dat wilt als U dat durft! Morgen schieten er tien Nick Roma no's op om zijn plaats in te nemen. Honderd! Duizend!" De openbare aanklager wint ech ter het pleit en zo wordt uiteindelijk Nick Romano ter dood gebracht. Het is niet bepaald salon-literatuur, wat óns hier wordt gebracht en het is evenmin een boek met een happy end. Het is ook geen „christely'k" boek. waarbij wij op een afstand kun nen blyven, na afloop het boek dicht klappend met de opmerking: „Het is toch erg, zulke toestanden!" Neen, dat allemaal niet! Maar het brengt ons misschien wel tegen onze wil in aanraking met een stuk menselijke nood, zó, dat het ons niet loslaat. De schrijver sleept ons mee midden in dit bloed warme leven en laat ons ménsen zien, echte levende mensen. Mogelijk men sen, waarvoor wij in 't leven van al ledag weinig bewondering hebben, maar die er toch zijn. Mensen, die zó leven in déze wereld! Déze 'wereld, waarvan het Evangelie ons verkon digt, dat God die wereld alzo lief heeft gehad, dat Hij Zijn ééngeboren Zoon ervoor heeft over gehad. TWEEËRLEI STANDPUNT. Het is helaas mogelijk, dat wij koud blijven onder al deze nood en maar liefst zo spoedig mogelijk overgaan tot de orde van onze (fatsoenly'ke) dag. Zo kom je ze helaas tegen, tel kens weer, mensen, die er rustig on der blijven, die alles weten en die voor alle vijgen dadelijk 'n antwoord klaar hebben. Zó een is de openbare aanklager Kerman bijvoorbeeld, en met de wet in de hand heeft hy ge lijk. Och, ja natuurlijk, ze hebben al- tijd gelijk: Nick Romano kunnen we niet gebruiken, hij is een schurk en hij moet dood! Maar er zijn ook anderen. De fi guur van Grant Holloway, de schrij ver. Hij is een barmhartig mens. Dat betekent niet, dat hij alles goed vindt; het betekent ook niet. dat hij het ge makkelijk heeft. Integendeel, zijn te leurstellingen zijn vele. Maar in deze man leeft iets van de „innerlijke ont- ripht wordt verstrekt en Boudewijn zijn vader de vraag stelt, hoe hij bok sen moet als zijn bril wordt afgesla gen en hij bijgevolg niet zien kan, schreeuwt zijn vader hem en de boks- leraar toe: „Wees niet bevreesd. Sla hard op Boudewyn toe. Hij moet ge hard worden!" De Zwitserse schrijver zegt dan verder, dat Boudewyn op niets-ont- ziende wijze werd volgepropt met we tenschap en dat hij zich meer en meer terugtrekt uit het openbare leven. Hij wei'd schuchterder en ongenaakbaar. Alleen voor zijn stiefmoeder, Prinses De Rethy voelt hy veel; zij kan wel eens een lach op zijn gezicht toveren. Zij is een ware tweede moeder voor hèm geworden. De Zwitserse schrijver beweert ten slotte, dat de gei-uchten over zyn ont slag als koning en intrede in een klooster van dag tot dag nieuwe voe- dingsgronden vinden. Een dergelijk bericht zou allerminst een verrassing zijn, aldus „Die Weltwoche" Besprekingen over K.S.G in Luxemburg Op het ogenblik zijn te Luxemburg een 200-tal deskundigen en persoon lijkheden uit de landen der Europese kolen- en staalgemeenschap bijeen, die op grond van hun ervaringen door het Hoge Gezagsorgaan van het plan-Schuman zijn aangezocht een algemeen overzicht op te stellen over de huidige toestand en de vooruit zichten van de gemeenschap. Dit overzicht zal op 10 Januari aan de assemblee van de K.S.G. te Straats burg moeten worden voorgelegd. Deze deskundigen en persoonlijkhe den, onder wie zich industriëlen, vak bondsleiders, producenten en rege ringsvertegenwoordigers bevinden, hebben zich verdeeld in een aantal commissies en onder-commissies, die haar werkzaamheden tot 6 Novem ber te Luxemburg zullen voortzet ten. In een toespraak stelde Jean Mon- net, de voorzitter van het Hoge Ge zagsorgaan in het licht, dat voor de eerste keer ïn de geschiedenis een al geheel overzicht zal worden opgesteld het productievermogen c de vooruitzichten der Europese industrie. waarover het Evangelie ferming" spreekt. Neen, wie een „gezellig" boek zoekt, moet dit maar laten liggen. Maar wie een echt menselijk boek zoekt, dat. ons confronteert met onze mede mens, wel, die koopt dit boek en leest het in één adem uit! Deze schryver doet een appèl op ons mens-zijn. Hy doet het zo, dat we als we eerlijk luisteren na le zing van het boek zeggen: Dat had mij ook kunnen overkomen. Daarom zijn wij dankbaar voor dit boek, om dat het- ons heendryft naar Hem, die genadig en barmhartig ïs, en groot van goedertierenheid: Jezus Chris tus! H. M. STRATIXG. Willard Motley: „Knock on any door". Ned. vertaling: „Klop maar op 'n deur" van Hans de Vries. Uitgave: Zuid-Hollandse Uitg.-Mij.. Den Haag. Het Wereldgebeuren Groeiende Nato K° onrad Adenauer 76 jaar oud wil een keukentje hebben. Bij zit daar in Bonn des middags te eten in zijn Bondskanselary en dan moet hij het stellen met een opge warmd hapje. Tijd om des middags naar huls te gaan heeft hij niet. Dus zal er nu een keukentje komen en iemand zal daar eten koken voor Konrad, opdat hij zich rustig kan concentreren op het spellettje poker, dat hij met Frank rijk speelt. Dinsdag zyn er grote besluiten ln Bonn gevallen. Ondanks de Saar- kwestie wil Duitsland deelnemen aan de Westeuropese defensie en aan en kele andere Europese verdragen. In siders fluisterden: „Wij laten ons niet door Frankrijk beïnvloedenwij vragen ons af of de Fransen spelen op de Russische kaart Men behoeft geen insider te zyn om vast te stellen op welke kaart Konrad Adenauer speelt Voor hem werken de Amerikanen of het nu Ike of Adlai zal zijn, die strales president wordt! Voor de defensie van West-Europa zijn de Duitse divisies onmisbaar Over twee jaar zullen ze opmarche renvier Duitse pantserdivisies met elk 280 tanks, zes gemotoriseer de infanteriedivisies, twee divisies, die zich verplaatsen in gewapende carriers360.000 man en daar naast een luchtmacht van 80.000 man met 1300 vliegtuigen en een vloot van 18.000 man met kleine eenheden tot maximaal 1800 ton. Wie in Europa zou ze kunnen leve renanders dan Duitsland? De Fransen nietdie met moeilijkhe den in Indo-China en Noord-Afrika zittende Benelux niet, die de mankracht mistDenemarken, NoorwegenEngeland met zijn vele taken?? Men weet in Bonn het antwoord en daarom pokert men rus tig op de Amerikaanse kaart. Intussen is Lord Ismay, de secreta ris van de Noordatlantische ver- dragsorganisatie,^ half Europa rond gegaan om te vertellen, dat het zo heel goed gaat met het Noordatlan- tisch verbond, maar dat het met da militaire inspanning toch nog iets beter moet vlotten. Generaal Ridg- way bezweert in Lissabon, dat we er nog niet zijn met de opbouw van da Nato-strijdkrachten. Kortom men luidt weliswaar dê stormklok niet, maar men is by lange na niet tevreden. Lord Ismay vindt, dat er ook nog iets hapert aan de samenwerking tussen de Nato-landenelke re gering is zo volkomen onafhankelijk. Het gevolg daarvan is een wonderlijk uitgebreide militaire administratie in Parijs. Daar werkt men in het Atlan tisch hoofdkwartier met ontzagwek kende vragenlijsten, die aan alle deel nemende landen worden toege stuurdhoeveel kazernes heeft u en hoe groot zijn ze, wat is de capa citeit van uw wapenfabrieken hoeveel politiemannen hebt u be schikbaar bij stakingen of sabota gehdeveel depóts hebt u voor dit en voor dat Moedeloos hebben sommige staf officieren daartegen geprotes teerd, die van mening waren, dat nog nooit een oorlog werd ge wonnen met vragenlijsten. Zelfs de waarnemend Nato-secre- taris, onze landgenoot Van Vreden- burgh, raakte er van onder de indruk en verzuchtte: „Het is het noodlot van alle vragenlijsten, dat niemand tijd heeft om ze door te. lezen laat staan ze te beantwoorden". Nu komt dan van de Nato-raad, die samen met de permanente com missie in Lissabon bijeen is. de ge zaghebbend e verklaring,dat er tot dusver geen redenen zijn om de uitbreiding van de strijdkrachten te vertragen of de krachtsinspanning te verslappen.Tot zover de Nato- leiders. Na die vragenlysten is het mis schien levensgevaarlijk toch nog een enkele vraag te stellen, maar ze brandt ons op de tong: hoe sterk zijn we nou eigenlijk in die Nato en wie weet dat nou eigenlijk?

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 3