C
Indische ambtenaren voeren proces
tegen Nederlandse staat
Kinderbenden leverden hevige
straatgevechten in Zeeland
BOEK
PRINS BERNHARD REIKTE
ZILVEREN ANJERS UIT
DE BENELUX IN DE BRANDING
D
WOENSDAG 8 OCTOBER 1952
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
IN 1942 OP HUN POST GEBLEVEN.
Zij willen uitbetaling van salaris
over de bezettingstijd
Van het Comité Civiele Vorderingen, dat is ingesteld om de belangen van de
voormalige Nederlands-indisclie ambtenaren in rechten te behartigen, ver
nemen \vy dat mr. K. van Ryckevorsel, hierby .optredend als procureur van
een der Oud-Indische ambtenaren op 7 October op verzoek van dit comité
by het parket van de. Hoge Raad exploit heeft doen uitbrengen. Daarbij
werd de staat der Nederlanden gesommeerd vóór 15 November a.s. het
over de Japanse bezettingsperiode verschuldigd salaris, dat destijds
zulks bijvoorbeeld in tegenstelling met het marinepersoneel aan de In
dische ambtenaren niet werd uitgekeerd, alsnog te doen uitbetalen, c.q.
zich daartoe bereid te verklaren. By gebreke daarvan wordt de. staat op
18 November 1952 gedagvaard voor de arrondissementsrechtbank te
's-Gravenhage. Het gaat hierby om een zogenaamd proefproces.
Het bovengenoemde comité uit de
kringen van de Indische ambtena
ren heeft gelden bijeengebracht om
dit proefproces te voeren, waarvoor
een bedrag van ongeveer 12.000
nodig zal zijn.
ZIJ MOESTEN BLIJVEN.
Eén van de voornaamste motieven,
die tot deze actie heeft geleid, is ge
legen in het feit, dat de Nederlanas-
indische regering aan haar ambte
naren begin 1942 gebood op hun pos
ten te blijven toen de Japanse over
weldigers het land bezetten.
Velen moesten dat reeds aanstonds
met de dood bekopen, anderen wer
den direct of later geïnterneerd.
Na de oorlog bleek 25 van de
ambtenaren gestorven, een tweede
25 was te ziek en te zwak om
nog te kunnen werken en met de
resterende 50 plus een aantal
kort-verbanders uit Nederland, moest
de wederopbouw van het bestuurs
apparaat ter hand worden genomen.
Toen duidelijk werd. dat Neder
land zich uit Indonesië zou terug
trekken, stortte dit wederopbouw-
werk in een.
Een ander motief, dat tot deze
actie heeft geleid, is gelegen In de
toezeggingen, die de Nederlands-in-
dische regering eind 1941 en begin
1942 deed inzake vergoeding van ma
teriële oorlogschade. In Februari
1942 werd hiervoor zelfs in afwach
ting van een definitieve regeling
een post op de landsbegroting ge
bracht.
Na de bevrijding ontkende de rege
ring het recht van de ambtenaren
op uitbetaling van achterstallig sa-
Iaris en staatssecretaris Gëtzen loo
chende in de Tweede Kamer de toe
zegging van oorlogsschade-uitkerin
gen.
De Nederlands-indische regering
meende te kunnen volstaan met een
zogenaamde rehabilitatie-uitkering
(maximaal 8 maanden salaris)waar
in de materiële oorlogsschade enz.
verwerkt zou zijn.
Intussen eiste deze regering wel
terugbetaling van schulden, die tij
dens de bezetting waren ontstaan
bijv. voor onderhoud van familiele
den in Nederland.
Tot overmaat van ramp werd na
de souvereiniteitsoverdracht een
feldzuivering onvermijdelijk, waar
oor het grootste deel der ambtena
ren slechts .een zesde deel van de
toegezegde uitkering in handen
kreeg.
KORTINGEN.
Ernstig bezwaar hebben de gedu
peerde ambtenaren tenslotte nog te
gen het feit, dat de Republiek In
donesia thans op wachtgelden en
pensioenen bedragen kort ter aan
zuivering van schulden, die in de be
zettingstijd ontstaan zouden zijn en
waarmee deze Republiek in feite
niets te maken heeft.
Het comité van actie wenst via
het aangespannen proces een uit
spraak, die een einde maakt aan het
innen van deze kortingen en zij wil
ook een uitspraak op het punt van
de salarisbetaling over de bezet
tingstijd.
Kapitein voor Hoog
Militair Gerechtshof
VEROORDEELD TOT 14 DAGEN
MILITAIRE DETENTIE.
I-Iet Hoog Militair Gerechtshof heeft
Dinsdag de kapitein S. A van H. van
de luchtmachtstaf tè Scheveningen
veroordeeld tot veertien dagen mili
taire detentie. Het Hof gelastte de on
middellijke gevangenneming van deze.
officier. Hij is overgebracht naar het
militaire strafgesticht te Nieuwersluis.
Aan kapitein van H. was ten laste
gelegd, dat hij een mindere heeft over
gehaald een reparatie te verrichten
aan een privè-auto.
We hadden ons tot taak gesteld eens
na te gaan hoeveel tijd er mee ge
moeid zou zijn om één regel druks in
alle mogelijke lettercombinaties aj te
drukken. Ons alphabet heeft 26 let
ters, die als kleine-, maar ook als
hoofdletters in ons schrift voorkomen,
in het totaal dus 52 verschillende te
kens. Voorts zijn er 10 cijfers, een
veertiental leestekens, de spade en
verschillende klinkers die door een
accent aigu, -grave, of -circonflexe
kunnen verschillen. Laten we dus aan
nemen dat er in het geheel een hon
derdtal verschillende tekens zijn.
De regels van onze automatisch ver
springende drukpers kunnen dus met
elk van deze tekens aanvangen, dat
zijn 100 mogelijkheden. Maar bij elk
van deze honderd mogelijkheden be
horen 100 mogelijkheden van 't twee
de teken, zodat er voor deze twee
reeds 10.000 zijn. En b$ deze 10.000
mogelijkheden voor het eerste en
tweede teken behoren wederom 100
mogelijkheden voor het derde teken.
Zo kunnen we doorgaan tot we een
reeks krijgen die evenveel factoren
bevat als er lettertekens op een regel
gaan. Nemen we aan, dat een pagina
druks gemiddeld 65 tekens bevat, dan
wordt de reeks dus: 100 x 100 x 100
....(65 factoren)x 100 10 tot
de macht 130 (of als u wilt: 10 met 129
nullen).
Dit is zo'n verschrikkelijk groot ge
tal, dat geen sterveling zich daarvan
een voorstelling kan mdken. Op goede
gronden kan worden aangenomen dat
de aarde ongeveer 3 milliard jaren
geleden is ontstaan en dat het ons be
kende heelal een aantal atomen be
vat dat kan worden uitgedrukt door
het getal 300 met 72 nullen. Welnu,
wanneer we ons zouden kunnen
voorstellen dat elke atoom van het
heelal wordt vervangen door een
drukpers en dat elk van dit onnoeme
lijk grote aantal persen sedert het
ontstaan van de aarde onafgebroken
regels van verschillende letter combi
naties zouden hebben geproduceerd
met een snelheid, gelijk aan de trillin
gen binnen het atoom, dus met een
snelheid van duizend billioen regels
per seconde, dan zou er momenteel
nog 300.000.000.000.000.000.000.000 maal
dezelfde tijd en in hét zelfde tempo
moeten worden doorgewerkt eer alle
combinaties van deze ene regel druks
zouden zijn verschenen.
Vindt U niet, dat met dit overwel
digend grote aantal mogelijkheden
van ons alphabet voor ogen, de zetter
en de schrijfmachine-virtuoos vaak
nog een aardige keus weet te doen?
We zijn hierboven in figuurlijke zin,
wel wat gemakkelijk over het aantal
atomen in het heelal heengestapt. Om
nu te demonstreren welk een fantas
tisch aantal moleculen er alleen al in
één glaasje water zitten, zullen we
vanuit een vliegmachine dit glas eens
boven ons land uitgietenwaarbij we
veronderstellen dat elke watermolecu
le gedurende de val in 'n zandkorrel
tje verandert. We strooien dus even
veel zandkorrels uit als het glas wa
termoleculen bevatte.
Zouden we met dit zand een stad
kunnen bedekken, of misschien wel
een hele provincie, wat denkt U?
Laten we U helpen: ons hele land
zou onder een zandberg bedolven
worden van een hoogte, dat zelfs
de hoggstvliegende stratosfeervliegen
slechts de voet van deze berg zouden
bereiken.
H, Pétillon.
VOOR CULTURELE ARBEID.
Belastingautoriteiten werken niet mee
Z.K.H. Prins Bernhard heeft de zilveren anjers 1952 uitgereikt in het
gebouw van de Nederlandse Handelsmaatschappij te Amsterdam en daarbij
heeft de prins een spijtige opmerking moeten maken.
Hy zeide het bijzonder te betreu
ren, dat het Prins Bernhard-fonds
de enige officiële hulp, die het als
centraal punt voor de financiering
der culturele arbeid van de overheid
genoot, aan het einde van dit jaar
zal moeten missen. Door de onlangs
tot stand gekomen wetswijziging zal
immers het integraal aanmerken als
bedrijfskosten van giften door ven
nootschappen aan het fonds gege
ven, tot het verleden behoren. De
prins, die dit met enige verheffing
van stem zeide, merkte op hoe an
ders deze materie in andere landen,
bijv. in de Verenigde Staten van
Amerika is geregeld en ook hoeveel
sterker-daar het besef van de nood
zaak van de vrije sociale en cultu
rele arbeid ligt.
Een woord van Cervantes citerend
wees de prins op het dubbele proces
in de wereld: het scheppen van ze
kérheid en het streven naar ver
nieuwing. Het is noodzakelijk, dat
onze cultuur op weg blijft en steeds
weer nieuwe wegen inslaat.
De prins reikte daarna de anjers
uit aan: mej. M. C. A. Schouwenaars
(Antwerpen), die zich verdienstelijk
maakte voor de persoonlijkheidsvor
ming van de vrouw. dr. Ernst Hel
dring zijn vrouw nam voor hem
de anjer in ontvangst voorzitter
van de vereniging Rembrandt, H. H.
Kiezebrink, koster en bewaarder van
de Walburgskerk te Zutphen en E.
U C. van Vrijberghe. de Koningh,
meer bekend als de acteur Vruys Voor-
bergh en als verzamelaar van oude
klederdrachten.
In grote gebieden van India heerst hongersnood, door het mislukken van
de rjjstoogst ten gevolge van de grote droogte. De regering tracht zoveel
mogelijk voedsel te verdelen onder de hongerende bevolking. Hier ziet
U een uitdeling van gratis rijst. Een regeringsambtenaar ziet toe.
WEDERZIJDSE BESCHULDIGINGEN.
De a.s. ministerconferentie staat
voor een zware opgave
(Van onze correspondent)
BRUSSEL, October. Wij vergeleken kort geleden de verhouding tus
sen Nederland en België met Pyramus en Thisbe, de twee geliefden die
door een muur van elkander gescheiden werden en enkel door een spleet
elkander hun liefde konden belijden. Maar de dingen staan niet stil en op
het ogenblik dringt zich een nieuw beeld op, dat van de koningskinderen
die elkander zo lief hadden maar onmogelijk bij elkander konden komen,
want het water was veel te' diep. Ja, het water dat België van Nederland
.scheidt, schijnt met de week dieper te worden. Eerst kwam liet tot de
enkels, daarna tot de knieën, maar op het ogenblik dreigt iedere zwemmer,
die de overkant probeert te bereiken, erin te verdrinken. Verstomd zjjn de
Liederen van „Vivat Benelux", en het enige dat nog vernomen wordt, zijn
stemmen van moties die wederzijds tegen elkander worden gericht en
waarin de ene party de schuld werpt op de andere.
Men krygt bij dit alles sterk de in
druk dat over en weer de argumen
ten gechargeerd zijn en dat men van
beide kanten denkt: als ik de ander
in een kwaad daglicht stel. kom ik
zelf het meest in het licht te staan.
België klaagt Nederland van onwil
aan; Nederland antwoordt met te
zeggen: het is enkel onmacht. België
beweert dat heel de dreigende schip
breuk van het Benelux-vaartuig is
toe te schrijven aan de weigering
van de Nederlandse patroons om de
salarissen aan te passen aan het
Belgische peil en ziet dus de gevrees
de schipbreuk als,een gevolg van spe
cifiek Nederlandse koppigheid en on
wil.
Maar Nederland verlegt de schuld
kwestie en zegt: gij, Belgen, moet
niet Uw blikken naar het Noorden
wenden; in het Zuiden moet gij het
zoeken; er is een BelgischLuxem
burgs probleem en wat gij moet doen
is de vraag onder de ogen zien, hoe
7N DE VIJFTIENDE EEUW
Zij schoten met pijl en boog
of wierpen met stenen
Wie klaagt over de ongehoorde baldadigheid der tegenwoordige jeugd
en hiervan een probleem maakt, dat slechts opgelost kan worden door
sprekers in een vergadering, waar de filmmaatschappijen en de uitgevers
van de beeldromans als de eigenlijke schuldigen worden gebrandmerkt,
heeft blijkbaar nooit de verordeningen, verboden en keuren uit vroeger
eeuwen gelezen.
De Zeeuwse jeugd gaf driehonderd jaar geleden de justitie al handen
vol werk, omdat haar spelen gevaarlijker waren en zy in luidruchtigheid,
hardhandigheid en roekeloosheid haar weerga zelden of nooit vond.
Het spel was een weerschijn van
het zo veel fellere leven en de jon
gens, die niet door het lezen van een
spannend boek hun zucht naar avon
turen konden afreageren, en de rou
tine en discipline van de school niet
kenden, gingen zo in hun spel op. dat
dit werkelijkheid voor hen werd.
EEN SLAG!
Zo vond er op 26 Februari 1489 te
Brugge een vechtpartij plaats, waar
aan vijfhonderd jongens van tien tot
veertien jaar deelnamen, die in twee
kampen waren verdeeld, die de naam
voerden van politieke partijen.
De jongens, die met stokken en
staven waren gewapend, naderden
„malcanderen met feilen evelen moe-
JACQ R. W SINN1NGHE
de, zo dat er horribelicke (verschrik
kelijk) zeere gevochten wiert."
Vijf bleven er op de plaats dood,
en de anderen waren haast allemaal
verminkt oi gekwetst: het gelukte de
ouders slechts met grote moeite om
een einde aan de strijd te maken.
Nog in 1617 bepaalden schout en
schepenen van Scherpenisse dat geen
kinderen troepsgewyze mochten uit
rukken om tegen kinderbenden uit
andere plaatsen te vechten met knup
pels en stokken. Vijf schellingen
Vlaams was de boete die de overtre
ders of hun ouders betalen moesten.
Nadat Vlissingen zich voor de Prins
verklaard had, en zo vele andere ste
den in Zeeland dit voorbeeld wilden
volgen, kregen zulke gevechten een
sterke politieke kleur. Vooral in
Sluis, waaruit reeds vele burgers ge
weken waren naar Vlissingen om
dienst te nemen op de geuzenvloot,
was het rumoerig, ondanks de druk
der Spaanse bezetting.
De overheid verbood dan ook op
9 December 1672 aan alle kinderen,
om „met groote mombre (aantal),
die eene zyde tegen den anderen,
krygsgewys op te trekken", opdat er
geen ernstig gewonden vallen zouden.
Wiens kind een a.nder wondde,
moest vijf schellingen betalen, be
halve de kosten van de chirurgijn,
het „meestersgeld".
Deze bepaling hielp evenwel niet
veel. want bijna twee jaar later blij
ken de jóngens van Sluis elkaar te
bestrijden „met groote steenèn en
calsijden", wanneer zij in troepen
„achter straten" vechten; een ver
dubbeling der boete bleek nodig om
„meerder misschief" (onheil) te voor
komen.
De jongens hadden nog wel andere
wapens als stenen en stokken. Zo wa
ren zij in het bezit van „sleutelbus-
kens", de nabootsingen van het eer
ste geschut. Op een stük hout, dat als
affuit dienst deed, maakte men een
grote; holle sleutel vast, waarir bij
de ring een gat was geboord! In dat
gat werd een mengsel van kruit en
salpeter gedaan vraag niet hoe de
jongens daaraan kwamen! en deze
ontplofbare stoffen werden aangesto
ken. Door de luchtdruk schoten de
stenen, die in de schacht van de sleu
tel waren gestoken, er aan de andere
kant. by de baard, weer uit.
MET BOGEN.
Vaak trok de jeugd er op uit met
veerkrachtige bogen, voorzien van
sterke koorden, waarmee zulke ste
vige gepunte pijlen werden afgescho
ten, dat de ruiten er aan moesten
geloven en de leien van de daken ra
telden.
In Scherpenisse was dan öok aan
de kinderen het schieten met bussen
of bogen verboden, evenals in Zie-
rikzee.
De vroedschap van Reimerswaal
maakte een soortgelijke keur in 1564:
„Item, zoe wie schiet met. bogen, bus
sen ofte werpt met stenen ofte an-
dersins eenige schade dede aen de
kercke, susterhuys, gasthuys ofte
stadthuys. ofte aen de poorten, die
verbüert teleken reyse (keer) dry
pont."
De jongens bezaten ook lange blaas
roeren en proppenschieters van vlier
hout, smeten by voorkeur houten
kaatseballen „over sheeren straeten"
en wierpen „closcloten" tegen müren
en deuren van kerken en kapellen,
tegen de kruisen op het kerkhof en
door diverse ruiten.
STRAFFEN.
Het regende dan ook strenge ver
bodsbepalingen in vrijwel alle Zeeuw
se steden, van Aardenburg tot Zie-
rikzee.
Altijd luidde het refrein: „Ende die
kinderen, onderjarich (minderjarig)
zijnde, men zal 't verhalen aen haer
ouders". Dit was gemakkelijker ge
zegd dan gedaan, want de betrapte
kinderen gaven maar al te vaak ge
fingeerde namen van ouders op of
deze ontkenden dat hun „boufkens"
die dag uit waren geweest: wanneer
de overheid in het spel is, neemt men
het met de waarheid niet zo nauw.
De stadsbestuurders waren echter
ook niet van gisteren. Zij bevalen hun
dienaren om de kinderen hun „bon
net" of hun „overste cleet" af te ne
men, als een bewijs dat zij op hetei'-
daad waren betrapt. Voor het bedrag
der boete konden de ouders dat kle
dingstuk dan weer „lossen": waarna
zij de kinderen wel grondig onder
handen genomen zullen hebben.
gij het met uw Luxemburgse partner
eens kunt worden om de nadelen uit
de weg te ruimen van het te hoge
peil der prijzen en salarissen in uw
beide landen. En wat het voorstel
van de Nederlandse patroons aan
gaat. om een enquête in te stellen
om een soepele regiem entering van
de concurrentie te bevorderen, hier
in wordt door velen in België slechts
een listige poging van Nederland ge
zien om nog een beetje tijd te win
nen, terwijl, zo zegt men, er reeds
vier kostbare maanden verloren zijn
gegaan ten gevolge van de politieke
crisis in Nederland.
Waar, zo vraagt de toeschouwer
die dit alles ziet, zich mismoedig af,
is bi) deze koningskinderen de zo in
nig beleden liefde gebleven, als de
ene partij met represaille-maatrege
len dreigt in het geval dat de andere
het protectionisme in praktijk zou
gaan brengen
BLOK TEGEN BLOK.
Intussen neemt men van beide zij
den dezelfde maatregelen en wordt
blok tegen blok gevormd. Terwijl in
Nederland een aantal bonden een
brief gericht heeft aan de minister
van Economische Zaken,' zijn in Bel
gië gevolmachtigde vertegenwoordi-
fers van een twintigtal bedrijven, die
ijzonder te lijden hebben onder de
Nederlandse concurrentie, samenge
komen. Na kennis te hebben geno
men van de alarmerende toestand, is
de vergadering op staande voet over
gegaan tot de oprichting van een
„Verweer- en Actie-Comité" dat
„met alle beschikbare middelen de
openbare mening zal alarmeren en
de verantwoordelijke instanties ertoe
zal aanzetten onmiddellijk de be
schermingsmaatregelen te treffen
welke, in afwachting van de herzie
ning der Benelux-accoorden, noodza
kelijk zyn gebleken". Er volgt een
lijst van bedrijfstakken die reeds
deel uitmaken van bovengenoemd
comité en men staat verbaasd over
de klinkende namen, die een zeker
aanzien aan de actie verlenen.
Het Antwerpse blad „La Métropo-
le" kondigt een extra nummer van
haar uitgave aan, waarin de moei
lijkheden van de ondernemingen wor
den uiteengezet.
Natuurlijk ontbreekt het spectacu
laire, waarop het Belgische volk zo
zeer gesteld is, niét. Er is een comi
té gevormd onder leiding van de di
recteur van één der meest getroffen
industrieën, de BelgischLuxem
burgse tabaksindustrie, om een
grootscheepse demonstratie, liefst
met 1000 vrachtauto's, op touw te
zetten om de regering tot protest
aan te vuren.
Al moet men deze dingen niet al te
ernstig nemen en niet dadelijk den
ken dat wij al op het kerkhof van de
Benelux, rondom de groeve staan
waar aanstonds de lijkrede zal wor
den uitgesproken. Men moet aan de
andere kant nuchter genoeg zrjn om
in te zien dat er allesbehalve een
funstige Beneluxsfeer bestaat en dat
e ministers van beide landen de aan
staande grote conferentie met zorg
tegemoet zien.
Arm België! Nauwelijks is de las
tige kwestie die tot het ontslag van
de minister van Justitie leidde ach
ter de rug of het moet weer uit alle
macht vechten tegen een vriend van
wie het nog zo kort geleden zei: ,,'t
is goed ermee te wandelen". Moge het
blijken dat goede vriendschap een
stoot als deze kan verdragen, en
naar liet woord van Nietzsche „Wat
mij niet ombrengt maakt mij ster
ker". gelouterd uit de vuurproef te
voorschijn komt
Het Wereldgebeuren.
Ike of Adlai
Hoe boeiend is de reclame rondom
de Amerikaanse presidentsver
kiezingen, wanneer men dat
toneel op een afstand volgt. Glim
lachend reizen Ike Eisenhower en zijn
vrouw Mamie het land af. Ike houdt
redevoeringen, kust babies, omhelst
een snikkende medestander, die een
vervelend affairetje heeft gehad.
- „I like Ike", zeggen zijn partij
gangers, „want hy is een mens met
gevoel." En van Mamie zeggen ze,
dat die nou net de meest ideale huis
vrouw is. Heeft ze niet met Ike op
een soort zolderkamertje gewoond
toen hij van een bitter klein sala-
risje moest leven als jong officier?
Zijn tegenstander is Adlai Steven
son Hy woont alleen, want z'n hu
welijk ging scheef. Vorige week nam
hij het initiatief om z'n belastingbil
jet te tonen en daarna barstte een
algemeen gezwaai met belastingbil
jetten los. Iedereen weet nu zo on
geveer wat de politieke leiders in
Amerika verdienen en of ze de in
komsten van politieke bijbaantjes
hard nodig hebben. We weten nu ook
dat Adlai millionair is.
Men zou om zo iets knnnen glim
lachen, wanneer daar niet de felle
realiteit was van de geweldige ver
kiezingsstrijd, Zoiets is in U, S.
A. niet zo maar een politiek débat
in leuke bijeenkomstjes van verkie
zingsclubjes of politieke theekrans
jes.
Het is één lange en geweldige
vuurproef voor de beide candidaten.
De felheid van de reacties, de veel
heid van de argumenten, de gesle
penheid van de aanvallen, zijn adem
benemend. Men moet voor mensen
als Eisenhower en Stevenson, die dit
gevecht in Je schijnwerpers van de
Amerikaanse publieke opinie aan
durven, respect hebben. Van hen
wordt het uiterste gevergd, maar ze
flappen er ook heel wat uit!
Nauwelijks vriendelijk was Ike
toen hy doelend op zijn tegenstan
der (s) uitriep: „Is het droevig
op mannen te stuiten, die wel veel
moed, maar weinig hersens hebben".
En Adlai Stevenson was bepaald
bitter toen hij na een financiële be
schouwing verzuchtte ..dat militai
ren zo weinig van geld weten."
President Harry Truman heeft
zich vorige week in de strijd ge
worpen om Stevenson te hel
pen. Hij heeft een oud advies van
Eisenhower opgeduikeld, waarin de
generaal het was in 1945 ver
klaarde: „De grootste drijfveer van
de Russische buitenlandse politiek is
het bewaren van de vriendschap met
de Verenigde Staten".
Zaterdag vertelde Harry dat in een
politieke bijeenkomst en hij riep uit:
„Nou vraag ik U, wat te denken van
de vooruitziende blik. die zo'n advi
seur heeft
De felheid van de strijd, die se
dert enkele dagen tot het peil van
persoonlijke aanvallen is afgedaald,
wordt geaccentueerd door de onze
kerheid van de uitslag. Men heeft
opiniepeilingen gehouden, die weinig
uitsluitsel gaven. De ene candidaat
staat iets boven de ander iets onder
de 50%. Daarin kan uiteraard bij een
licht geënerveerd publiek als het
Amerikaanse vrij snel verandering
komen.
Een voorspelling valt daarom niet
te doen en ze is ook voor het bui
tenland niet zo hyper belangryk,
want de grote lijn van de Ameri
kaanse buitenlandse politiek ligt nu
wel vast. Daarin zullen Stevenson
en Eisenhower geen betekenisvolle
verandering brengen.
We kunnen dus de dag van de pre
sidentsverkiezing met kalmte tege
moet zien.
ADLAISTEVENSON
bezit meer dan een millioen
EEt>v
VAN:
ANNIE SCHMIDT
Van het nieuwe boekje van Annie
Schmidt „Nieuwe Impressies van een
Simpele Ziel" (Querido, Amsterdam)
valt weer niets anders te zeggen
dan: koop het direct, lees het, en ge
niet, en lach hartelijk, wordt eens
wakker geschud en denk eens na.
Het is toch werkelijk een zeldzaam
verschijnsel dat ons kleine landje te
gelijkertijd twee uitzonderlijk be
gaafde luchthartige, humoristische
auteurs heeft: Annie Schmidt en Si
mon Carmiggelt. Beiden zijn op hun
terrein meesters: Annie- Schmidt als
vrouw. Simon Carmiggelt als man.
Door en door vrouwelijk, vol speci
fieke subtiliteiten zoals alleen de
dochters van Eva die aanvoelen en
tot uitdrukking brengen kunnen, zijn
deze heerlijke „Impressies"; vanaf
het verhaal over de beproefde winkel
juffrouw uit de ganuturenzaak, die
een standbeeld zou moeten hebben
voor haar zelfbeheersing, tot aan de
overpeinzing; van wat Annie Schmidt
doen zou als ze rijk was. Wat daar
tussen door in een kleine honderd
vijftig bladzijden zoal gebeurt, we
zouden het u wel allemaal na willen
vertellen. En daar dat niet kan, zit
er niets anders op dan zelf lezen; het
zal u stellig niet berouwen. H. W.