üroumeupagiua Onze Zal de Hertogin van Windsor aan het Engelse Hof ontvangen worden? PHYSIEK ZIJN KINDEREN NIET OPGEWASSEN TEGEN OMGEVING ITALIAANSE MODE GAAT DE TOON AANGEVEN Van Vrouw tof Vrouw ZATERDAG 4 OCTOBER 1952 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT c :USSEN GEVOEL EN STAATSBELEID Aan Wallis Simpson heeft Elizabeth als kind reeds een hekel gehad (Van onze correspondent). LONDEN, October. Ook de Engelse pers houdt zich thans bezig met de vraag, die sinds het overlijden van de koning de gemoederen van het Engel se volk in beweging gebracht heeft: zullen de Hertog en de Hertogin van Windsor bij de aanstaande kroningsfeesten aan het hof uitgenodigd worden? En als de thans nog bestaande hindernissen wegvallen, zal het echtpaar zicb dan definitief in Engeland vestigen? Het is beslist geen overdrijving, als men beweert, dat dit probleem mis schien een van de voornaamste zorgen van de jonge Engelse koningin is. Het gaat hier immers niet om een kwestie van de etiquette, van het hof-protocol, maar om het bepalen van een standpunt ten opzichte van de fundamentele morele principes, die in de Engelse bodem verankerd zün. Nog slechts kort geleden heeft het onvriendelijke commentaar van het of ficiële orgaan van de staatskerk, de „Church Times", naar aanleiding van het huwelijk van minister Eden, weer eens aangetoond, dat een belangrijk gedeelte van het Engelse publiek gro te betkenis hecht aan het probleem van de echtscheiding. Al is het ook be kend, dat de Hertog van Windsor de lievelingsoom was van de troonopvolg ster Elizabeth en dat de jonge konin gin ook de grootste sympathie voor hem heeft, zij heeft nog geen enkele aanduiding gegeven, waaruit men een conclusie zou kunnen trekken omtrent haar beslissing. „Oom David" is voor de jonge vrouw weliswaar de man, die uit liefde gehandeld heeft en daarom begrip verdient maai- aan Wallis Simpson heeft ze als kind reeds een hekel gehad. Als de latere Hertogin het meisje soms een beetje wilde pla gen, kon de Prinses heel gedecideerd zeggen: „Pardon mevrouw, voor u ben ik nog steeds: Koninklijke Hoogheid!" NIET MEER IN LEVEN. De oude tegenstanders van Eduard VIII, die hem indertijd tot de troon afstand gedwongen hebben, zijn niet meer in leven; dit waren vooral de eerste minister Stanley Baldwin, de Aartsbisschop van Canterbury en Geoffrey Dawson van de „Times". Zijn vrienden, Winston Churchill en Lord Beaverbrook, die in deze critieke we ken aan zijn kant gestaan hebben, zijn er echter nog wel en ze zijn hem openlijk trouw gebleven. De jonge ge neratie in Engeland denkt ongetwij feld minder streng over Eduard's han delwijze en de koningin zal in deze opvatting haar persoonlijke, toegeef lijke instelling ten opzichte van haar geliefde oom slechts bevestigd zien. Toch moet ze rekening houden met het feit, dat de echtscheiding in de Britse society nog steeds als een maatschap pelijke misstap beschouwd wordt en dat het huwelijk van de Hertog met een reeds twee keer gescheiden vrouw in vele kringen streng veroordeeld wordt. Weliswaar mag een vrouw, die als eiseres gescheiden is en de Her togin van Windsor heeft haar twee MRS. SIMPSON ..tóch aan het hof?,. scheidingsvonnissen inderdaad te ha ren gunste verkregen een zekere toegeeflijkheid verwachten en kan zij ook aan het hof toegelaten worden. Maar voor het volk is de Hertogin toch nog een „buitenlandse", een avonturierster, die zich tussen het volk en zijn koning gedrongen heeft en ook verder in geen enkel opzicht overeenkomt met het ideale beeld, dat de gemiddelde Engelsman zich nu eenmaal van een getrouwde vrouw maakt. Het rusteloze leven, dat de Hertogin leidt aan de zijde van haar echtgenoot, vooral haar voorliefde voor nachtclubs, is niet geschikt om een gunstigere stemming te kweken, hoewel het een vreemde tegenstrijdig heid lijkt, dat men Wallis Simpson aan de ene kant niet als lid van de ko- MERKWAARDIG MEUBILAIR Zweeds kinderpsycholoog levert aanschouwelijk bewijs Op een huishoudelijke tentoonstelling in Stockholm ontwaren de ver baasde bezoekers een ongewone bezienswaardigheid: een huisinrichting inet afmetingen, die gewoonlijk niet voorkomen, met tafels, die anderhalve meter hoog zyn en 4.80 meter lang, stoelen van 1.20 meter hoog, waar men slechts met behulp van gymnastische oefeningen op kan gaan zitten, borden, die zo zwaar zyn, dat ze byna niet opgetild kunnen worden, gla zen, zo groot, dat men ze met twee handen moet omvatten om ze niet te laten vallen en allerlei voorwerpen voor het dagelijks gebruik in over eenkomstige afmetingen. Het lijkt alsof het hele interieur onzin is, maar dit is toch niet zo. Het idee is afkomstig van dr. Loetjensen, die er op een goede dag over begon na te denken, waarom zijn twee zoons soms zo ongehoorzaam waren. Hij stuurde een van de twee jongens uit om een fles wijn te halen en het viel hem daarbij op, dat de jongen er erg veel moeite mee had de fles vast te houden. Deze waarneming bracht dr. Loetjensen op de gedachte, dat de fles tenslotte voor volwassenen gemaakt was en niet voor de greep van een kinderhand en dat uit deze wanverhouding tussen de realiteiten van de wereld der dingen en de reik wijdte van een kind spanningen ont staan, die een verklaring kunnen ge ven voor vele ongerijmdheden in de kinderlijke psychologie. Om deze gedachte nu voor vol wassenen begrijpelijk te maken, liet hij een huisinrichting als boven be schreven samenstellen, waarin een volwassen mens zich net zo onbe haaglijk moet voelen als een kind in onze omgeving. „Als u een van uw kinderen iets opdraagt", merkt dr. Loetjensen daarbij op, „en uw bevel wordt zonder enige belangstelling uitgevoerd, geef het kind dan geen standje, maar bedenk, dat de voor werpen, die u gebruikt, niet naar zijn maat gemaakt zijn. De onwilligheid, waarmee het kind volgens uw me ning gehoorzaamt, is eigenlijk alleen maar te wijten aan het feit, dat de physieke mogelijkheden van het kind niet overeenkomen met zijn omge ving." ninklijke familie erkent, maar aan de andere kant van haar eist, dat ze zich gedraagt, alsof ze er wel by hoort. De Hertogin maakt het haar vijan den niet al te moeilijk. Men verwijt haar, dat ze de rouw voor de overle den koning niet voldoende gerespec teerd heeft, dat ze liever zonder haar man uitgaat en haar eigen amusement zoekt, kortom dat ze hem niet-geluk kig maakt weer een vrij eigenaardig verwijt, aangezien de liefde tussen Eduard en Wallis immers door vele Engelsen veroordeeld wordt. Maar ook de Hertog zelf blijft niet van cri- tiek verschoond, ook al heeft men in vele kringen de oude sympathie voor hen bewaard. Nog onvergeten is ech ter de zin in zijn afscheidsrede: „Nu verlaat ik de publieke tribune en leg mijn last neer". Deze wending heeft men hem tot op heden niet vergeven, zoals onlangs een arbeider tegenover een journalist treffend opmerkte: „Wij anderen doen ons werk en God weet, dat het niet altijd gemakkelijk is. Waarom heeft hij zijn werk niet ge daan?" En waar men zich inmiddels tot een ruimere opvatting bekeerd mocht hebben, heeft de publicatie van de „Memoires" van Windsor als sen sationele onthulling van het privé-le- ven van de koninklijke familie in het algemeen een sterke ontstemming ver oorzaakt. BITTERE STRIJD. Met dit alles zal de Koningin, die niet alleen nicht, maar bovenal vorstin is, rekening moeten houden en het is nauwelijks teveel gezegd, als men in haar een bittere strijd tussen gevoel en staatsbeleid meent op te'merken. Ze zal ook de plicht van de piëteit tegen over haar vader niet over het hoofd mogen zien en George VI niet door een duidelijke beslissing ten gunste van het hertogelijke paar willen desavoueren. En dan zijn er nog de twee koningin-moeders: Mary, die on buigzaam aan haar vete tegenover de vrouw van haar zoon vasthoudt en Elizabeth, die altijd tegen Wallis Simp son geweest is en misschien de voor naamste hinderpaal is voor de toela ting van de Hertogin aan het hof. (Nadruk verboden). Geen terugblik. „Om de tijd waarin wij leven te symboliseren, heb ik niet terugge grepen naar een of andere klassieke mode, maar getracht iets heel nieuws te creëren. Een mode, die geïnspi reerd is op deze tyd, die ons noopt zelfs de meest belangrijke zaken snel af te doen. Daarbij heb ik getracht mijn modellen niet alleen zo elegant mogelijk te maken, maar deze moe ten ook goed draagbaar zijn. Geen extravagance dit keer, geen terug blik in de eeuwen die achter ons lig gen. Meegaan met deze tijd. Want het is wel gemakkelijk om een mode te creëren naar een of ander tijdperk, maar ik streef naar persoonlijkheid en fantasie; naar datgene wat nog niet modem is geweest. Een mode voor onze eeuw". Deze opvatting wordt gehuldigd door Charles Montaigne. REEDS EERDER schreven wij, dat Italië tot de meest toonaange vende landen op modegebied gaat behoren. Frankrijk krijgt er dus een geduchte concurrente bij; men kan dit reeds bespeuren aan de sterk verminderde prijzen-hausse in ladou- ce France. Florence, het modecen trum bij uitstek, staat in het mid delpunt der belangstelling. Trok men vroeger veelal naar de Rivièra, thans heeft deze prachtige, oude en histo rische stad de titel van „Mode-Mek ka" verworven Ook van de Italianen zelf. In ijdelheid doen zij zeker niet onder voor haar Franse zusters; dikwijls weten zij op geraffineerde wijze van de nood een deugd te maken, met behulp van eigen, originele vindin gen. Legde men zich in Italië eertijds vooral toe op lingerie en blouses van zuivere zijde, thans hebben ook de japonnen, mantels en tailleurs 'n streepje voor Al kent men daar niet de strenge winters, toch heeft men wel degelijk winterkleding nodig. Temeer, onidat de meeste huizen slechte en over het algemeen wei nig verwarmingsinstallaties hebben. Ook besteedt men meer aandacht aan de kleding, doordat men er min der huiselijkheid kent en veel bui tenshuis vertoeft. Paraderen op de boulevards is een genot, dat geen enkele vrouw zich laat ontnemen. Voor de winterse kleding specia liseert men zich op de wollen stof fen; en met succes. Jersey, tweed, mohair, crêpe georgette flatteren door de zijdeachtige glans. De lijnen van de modellen zijn zacht en vrolijk. Ook hier schijnt aangepast naar de eisen des tijds alles te mogen, mits de verwerkte stoffen maar vol gens de- laatste nieuwtjes zijn. NATUURLIJK is in Italië ook al sprake van de „new-look" en heb ben de mantels de lengte van 28 30 cm. van de grond aangenomen. Zij zijn doorgaans zeer ruim met Tijd van de blouse. Wanneer het nog te vroeg in het seizoen is om reeds te besluiten tot een wintercostuum van tweed of van ruige wol, is het verleidelijker dan ooit om voor modezaken te blijven staan en de ogen te laten weiden over de nieuwste modellen van jer sey, tricotage en vlotte Schotse ruit- stoffen. Het najaar is de tijd van de blou se. Dit jaar worden ze bij voorkeur vervaardigd van dun flanel in een fijn Schots ruitje, te combineren met een effen wollen tailleur of een jer sey deux-piêcs van een levendige tint .De vorm van de kraag en de lengte van de mouwen is aanmer kelijk veranderd. Het nieuwste zijn de blouses met driekwart mouwen, opgeknipte hals, hoge, doorgestikte boorden en knoopsluiting op de rug. Ze staan voortreffelijk onder een tailleur, mits de draagster een klas sieke zwanenhals heeft eD vrouw, wier hals een beetje aan de korte kant is, kan haar keus maken uit velerlei hoge, aangesloten kragen met sluiting van voren en j puntig afgewerkte hoeken, waardoor de silhouet wordt verlengd. aangeknipte of kimonomouwen. De gehele herfst door kan men een top per dragen, zo decreteert men. Die is echter wel korter en wijder ge worden en voor de avond bewerkt met strass of pailetten. Donkergroen en donkerblauw en ook zwart, zijn de kleuren voor tailleurs, in de och tenduren domineren geel en turqolse, naast fijne strepen en gemêleerde materialen. In de stad van het marmer, Mi laan, is Veneziani de grote man. Hij presenteert zeer zware wollen man tels van mohair, met een fluwelen kraag of afgebiesd met satijn. Mocht U in de toekomst gelegen heid hebben er eens uit te wippen, verzuim dan niet om de bossen een bezoek te brengen. Vooral wanneer de zon schijnt. U zult dan kunnen zien, waarom de mode-ontwerpers zo'n grote voorkeur hebben voor herfsttintenDe hier afgebeelde modellen getuigen er van. De japon, van bronsbruine wollen stof, met het korte opstaande kraagje doet warm aan. Hoe vindt U verder zo'n swea ter met groen voor- en bruin ach terpand voor Uw dochter? Wat de andere illustratie aangaat, deze heeft het patroon van vallende herfstbla deren, doch doet, qua stof, vrij pom- pens aan. Iets, waarvoor dus wel de slanke, maar niet de meer gezette vrouw in aanmerking komt. RITA. De vorige maal ben ik geëin digd met de toezegging: des- verlangd wilde ik wel in deze rubriek iets verklappen van mijn eigen goede voornemens voor het winterseizoen. Daar deze regelen te vroeg in zee moesten om uw gewaar deerde nieuwsgierigheid af te wachten, wil ik alvast wel met één punt van de agenda eige ner beweging voor de dag ko men: 11c zal alle brieven en ingezonden stukken die mijn schrijftafel bereiken, serieus en zo uitvoerig mogelijk behan delen in de komende winter maanden. Deze belofte is geen doekje voor het bloeden: ik heb dat beantwoorden juist met opzet naar het donkere gedeelte van het jaar verschoven. Wie heeft er in de zomer nu lust en tijd om zich in allerhande proble men te verdiepen? Saskia zal wel wijzer zijn om huwelijksmisère, het leed van de kinderloze en de ongehuwde, de speciale moeilijkheden van de weduwnaar en de chronische zieke uitvoerig te gaan behan delen voor een publiek, dat in zwembaden of vaderlandse dre ven dartelt, op bromfietsen of in kano's het avontuur tegemoet snelt of in ligstoelen de uren verdroomt. Een krant is in die maanden goed genoeg om een dutje te maskeren Maar nu, bij de lamp en binnenkort de snorrende kachel, worden wij weer solide en be reid tot debatteren, desnoods op papier. Vandaar dat de sta pel brieven, in de zomermaan den gestaag en zelfs verrassend .aangegroeid, nu op 't vloeiblad wordt uitgespreid, om eindelijk eens aan zijn trek te komen. Ik moet zeggen, tot mijn ge noegen en uw eer: het zijn aar dige brieven. De anonymus is een hoge uitzondering in deze rubriek, en allen, zowel vrou wen als mannen, al zijn zij het soms gloeiend oneens met uw dienstwillige ondergetekende, hanteren de pen met hoffelijk heid, en zelfs genegenheid. Dat is een niet genoeg te waarderen peil van conversatie, dat moed geeft om voort te gaan en vol doening over over wat bereikt is. Maar die brieven zijn, behal ve aardig, ook uiterst gevari eerd. Niet alleen dat heel veel mannen reageren op kolommen met typisch vrouwelijke onder werpen: ook schrijvers van al lerhande overtuiging, stand en ontwikkeling behoren tot de wekelijkse klanten van deze brievenbus. Dat is eens te meer verheugend, omdat daarmee 'n ietwat hachelijke onderneming: schrijven voor een zeer uiteen lopend publiek, in de practijk heel ivel mogelijk blijkt. En tenslotte is het zo frap pant, en in strijd me$ de pessi mistische kijk van velen op het huidig mensdom: de brieven geven blijk van velerlei uitste kende eigenschappen. Lust tot nadenken, neiging tot ernst, be sef van morele en geestelijke TOT NUT VAN HET ALGEMEEN verantiooordelijkheid, behoefte om allerlei vraagstukken in het publiek diepgaand en met over tuiging besproken te zien. Dat zijn al te gader hoopge vende en stimulerende dingen, die hier wel eens ronduit mo gen gezegd worden. Als ik mijn briefschrijvers één ding vrien delijk. zou mogen verzoeken, dan is het wel dit:. Alvorens naar de pen te grijpen, verge wis u er toch van iaat er staat in de kolom, die u tot scrijven dringt. In de komende weken zal ik er voorbeelden van aanhalen, hoe haastig en bevooroordeeld lezen aanleiding is tot totaal foutieve conclusies, en dat el lenlange brieven, tijd, moeite en postzegels bespaard hadden kunnen worden met die ene simpele goede gewoonte: twee keer overlezen voor men in zijn pen klautert. Dit kleine genoe gen wilt u mij wel doen? Dan sta ik in het komende winterseizoen van harte open voor al uw opmerkingen, vra gen, biechten en suggesties, en ben te allen tijden bereid een speciale kolom te wijden aan één of ander onderwerp, dat uw bijzondere belangstelling heeft, op practisch zowel als op geestelijk gebied. Aansluitend op dat laatste mag ik dan om te beginnen met grote erkentelijkheid wel iets aanhalen uit een brief van iemand die tekent met Land arbeider", en die zich bij mij verontschuldigt over zijn even tuele stijl- en taalfouten, daar hij met negen jaar al van school is gegaan Laat mij hem hier dan even de hand reiken voor een com pliment: in z'n drie-en-een-half kantje heeft hij maar vijf spel lingsfouten gemaakt. Dat noem ik een prestatie voor iemand met drie jaar lagere school; ik heb er in brieven van gestu deerde mensen met titels wel méér geteld! Spellingsfouten zijn trouwens van generlei be tekenis; onze goede moedertaal is uiterst moeilijk om te schrij ven, en de waarde van een brief ligt in de gedachten, daar in uitgedrukt; niet in het feit of men op de hoogte is met alle muizenvalletjes der orthografie. Wat die gedachte betreft: die zijn bij onze landarbeider lang niet dom. Zijn conclusie is deze en dat legt ons allen een taak op voor het komende halfjaar. „Nu komt het inderdaad op een krachtige geest aan en daar ligt een prachtige taak voor de vrouw". Al moet hij er bij voe gen, dat hij van die geestelijke weerbaarheid nog niet veel ge merkt heeft. Speciaal veront rust het hem, dat de vrouw zich nu ook al bij het leger laat in lijven. Ik kan hem verzekeren, dat hij daar een uiterst zere plek heeft geraakt, en dat de vrouw in uniform een gevaarlijk tijd verschijnsel is. Persoonlijk ge ven die wervingsadvertenties in de trant van: Meisjes, zoek je een goedbetaalde werkkring? mij een alleronaangenaamste smaak in de mond, en dat niet alleen omdat ze een scheve voorstelling van zaken geven. Het zou wel eens goed zijn om daarover onder dit vertrouwde embleem van gedachten te wis selen. Maar in ieder geval: laten wij ons de opmerking van' die een voudige landarbeider voor ge zegd houden: vrouwen, laat nu ook eens iets ZIEN van die geestelijke weerbaarheid! SASKIA. Hoe leer ik mijn man het roken af? Ontelbaar zijn de vrouwen, die zich het hoofd breken over de vraag, hoe zij hun man het roken af kunnen leren en even talrijk de mannen, die graag van hun nicotinisme af zouden komen. Een Schots medicus, doctor Len nox Johnson, heeft de remedie ont dekt! De beste manier om het roken te stoppen, is het roken te stoppen, zegt hij. De methode, geeft hij toe, is noch zo eenvoudig, noch zo eenvoudig be doeld, als zy klinkt. De verslaafdheid aan tabak moet worden begrepen en de gevaren van nicotine moeten wor den beseft, voor en aleer wilskracht Maar het kan! In het jongste num mer van Lancet, het Britse medische tijdschrift vertelt Johnson erover. De oorspronkelijke behoefte, zegt de dokter, is zuiver psychologisch, nauw verwant aan het verlangen om volwassen te worden en er uit te zien als een man. Deze psychologi sche „infectie" wordt vergroot door andere rokers. Iedere roker is, of hij wil of niet, een wandelende reclame voor tabak en er zijn tegenwoordig zoveel rokers en zy roken zoveel en spreken zo vaak aanmoedigend over het roken, dat hun overtuigende druk op niet rokers om te gaan ro ken of weer te gaan roken enorm is. Daarbij komen dan nog de weten- schappelijk-verleidelijke advertenties van de sigarettenfabrieken. Weldra wordt de psychologische behoefte vergroot door een pharma- cologische behoefte: de zuiver licha melijke behoefte aan tabak. Tabak wordt een middel om de aandacht af te leiden van onprettige dingen, dus een middel tot betere concentratie. Een roker, die van het roken af wil, moet bang worden gemaakt met het spook van de longkanker. Hij moet er van doordrongen worden van het feit, dat tabaksrook vergif is De moeilijkste periode, aldus dok ter Johnson, is de eerste dag en nacht zonder tabak. Omdat infectie der ademhalingsorganen de behoefte om te roken vermindert, moet een man wachten tot hij flink verkouden is om de strijd te beginnen. Of hij zou een avond overmatig moeten ro ken Te veel rook kan een behoorlij- ke_keelprjn veroorzaken, j T- j "ian vo'> dan zal hij wel dra helderheid van geest, toenemen de energie groeiende eetlust en ver sterkte vitaliteit bij zichzelf consta teren, alsmede een verdwijnen van zyn hoesten. Dokter Johnson verwacht echter weinig genezen rokers, zolang de art sen met meewerken. Tachtig pro cent van de dokters zijn rokers. Col lectief zyn zij aan tabak verslaafd. En toch is tabak roken niet moeilij ker te voorkomen dan opium roken...

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 9