VLISSINGEN ALS TOERISTENSTAD GASTEN ZINGEN DE LOF VAN VLISSINGEN Vlissingens orakel staat in de Coosje Buskenstraat V.V.V. EN MIDDENSTAND ZIJN BROERTJE EN ZUSJE BAEDE KER 1904. P. H. RITTER Jr. EN FODOR OVER VLISSINGEN «5 De ^Speelse muze Almanak DINSDAG 12 AUGUSTUS 1952. PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT V.V.V.-KIOSK GASTENMAGNEET Dagelijks worden honderden mensen te woord gestaan DE ADMINISTRATEUR VAN DE VLISSINGSE V.V.V., de heer G. H. Joosten, vervult met zgn assistente, mej. N. Priester, de rol van een modern orakel. De gehele dag door worden de meest uiteenlopende vragen op hen afgevuurd :„Kunt U me ook zegger. hoe ik in Zierikzee moet komen? Mag de Jacobstoren wel beklommen worden? Zijn de Zeeland-boten heus zee waardig? Bestaat er een rechtstreekse verbinding naar Duisburg? Wanneer brandt de verlichting van Brugge? Do you have... Haben SieMade moiselle nous sommes Wanneer men zo eens af en toe enkele ogen blikken in de V.V.V.-kiosk in de Coosje Buskenstraat doorbrengt, komt men pas tot de ontdekking, van hoeveel belang dit informatiecentrum in Vlis- singen is. De meeste gasten weten het te vin den ente waarderen. Vrijwel ie- dereen wandelt tevreden weg, wan neer hij of zij inlichtingen heeft ver kregen, maar er zijn niettemin uit zonderingen. Onlangs kwam er een dame binnenstuiven, die wilde weten, hoe laat een trein in de richting Roo sendaal vertrok. Deze vraag wordt tal loze malen per dag gesteld, zodat zo wel de heer Joosten als mej. Priester de dienstregeling wel kunnen dromen. De bewuste dames kreeg dan ook een vlot antwoord, doch zij vertrouwde het maar half. En plotseling klonk het: ,,'k Zou het maar even in het boekje opzoeken, juffrouw, dan heb ik ten minste zekerheid". En uiterst beleefd volgde het ant woord: „Zeker, mevrouw, zoals U wilt...." ZONDERLINGE SITUATIES. Soms doen zich in en rond de infor matie-kiosk zonderlinge situaties voor. Onlangs stopte voor het V.V.V.-huisje een volkswagen, waarin een meneer met twee jongens zat. De meneer sloeg géén acht op het parkeerverbod, liet de wagen staan en stapte de kiosk binnen. Inmiddels arriveerde een poli- tie-agent, die de achtergebleven jon gens duidelijk maakte, dat de auto juist op deze bewuste plaats niet mocht staan. Dat was niet erg, vonden de jongens, stapten uit en duwden de wa gen enkele meters verder. Doch ze hadden hun werk nog maar juist be ëindigd, toen opnieuw een volkswagen aankwam en op de verboden plaats stopte. Er zat een echtpaar in, waar van „hij" verdween om enkele bood schappen te doen. Ondertussen was „volkswagen-meneer nummer-Eén" klaar in de kiosk, wandelde naar bui ten, liep naar wat-hij-dacht dat zijn auto was, trok 't portier open en kwam even later tot de ontstellende ontdek king, dat hij naast een vreselijk ge schrokken en hem wildvreemde dame zat. Enkele meters verder stonden twee knapen om een blozende papa te gnuiven NYLONS. Dergelijke avonturen gebeuren bui ten de kiosk. Maar ook binnen heeft men soms de grootste moeite om het gezicht in de plooi te houden. Onlangs kwam er een oude dames vragen of het waar was, dat ze een bewijs van de dokter nodig had om op reis te gaan. Een ander maal kwam er iemand bin nen, die zonder blikken of blozen vroeg: „Mag ik een paar nylons van U?" En het toppunt van bereidwilligheid ondervond de meneer, die kort gele den binnenstapte met de vraag „Juf frouw, kunt U me even helpen met het oplossen van deze puzzle?" Hg werd correct geholpen zoals iedereen trouwens en ging onmiddellijk zijn oplossing naar de brievenbus brengen. Er wordt in de kiosk van alles ge daan om het de gasten en de Vlissin- gers zelf zo goed mogelijk naar de zin te maken. Er worden spoorkaartjes verkocht, reisbiljetten besteld voor de internationale treinen, abonnementen klaargemaakt voor busdiensten, fol ders verstrekt van allerlei toeristen gebieden, kortom, de gehele organisa tie is erop gericht om iedereen zoveel mogelijk terwille te zijn. I TOERISTENDIENST Belangrijk in dit verband is uu.. di. toeristendienst, die op initiatief van de heer Joosten dit jaar werd ingesteld en die tot nu toe een groot succes is gebleken. Dank zij deze toeristendienst konden niet minder dan ruim 1400 mensen zowel binnen- als buiten landse gasten vlot geholpen wor den. In aanmerking genomen, dat de dienst nog maar in de kinderschoenen staat, mag worden aangenomen, dat er in de toekomst nog meer gebruik van zal worden gemaakt. Uit gesprekken met diverse gasten bleek ons, dat zij dit werk van V.V.V. zeer op prijs stellen, omdat hun geble ken was, dat er nauwkeurig op gelet wordt, dat zij datgene krijgen, waarom zij vragen. Zodra een adspirant-gast-om inlich tingen vraagt, krijgt hij een vragen lijst toegestuurd, zodat zijn wensen en verlangens beoordeeld kunnen worden. De heer Joosten, die bij deze dienst alle medewerking van de Horeca-be- drijven heeft en in nauw contact met hen staat, overlegt dan met hotel- en pensionhouders en geeft per kerende post antwoord. In negen van de tien gevallen is de adspirant-gast dank zij deze vlotte bediening voor Vlis- singen gewonnen! Er is slechts één wens: een betere huisvesting voor dit informatiebureau, want de kiosk voldoet reeds lang niet meer. Hopelijk ziet de zestigjarige V V.V. er kans toe om in het begin van haar nieuwe zestig jaar een betere huisvesting te verkrijgen voor dit zo uiterst belangrijke werk. IEDER OP EIGEN TERREIN. Voorzitter Middenstandscentrale: „Vreemdelingen verkeer is een algemeen belang". V.V.V. en middenstand zijn broertje en zusje. De middenstand heefi er pro- fgt'van als de Vereniging voor Vreemdelingenverkeer er in slaagt een grote stroom van gasten aan te trekken en omgekeerd is het voor V.V.V. een grote steun, wanneer zij bij haar arbeid geholpen wordt door een actieve midden stand. Het is dan ook volkomen te begrijpen, dat de Vlissingse Middenstands- centrale niet achter wilde blijven bij de organisatie van de feestwcck ter ere van de zestigjarige V.V.V. Een feestmarkt alsmede een grote etalagewed- jirijd zijn de belangrijkste bijdragen, die zij voor naar rekening neemt. Met de voorzitter van de Vlissingse Middenstandscentrale, de heer H. Groenouwe, hadden wij een kort on derhoud over de verhouding van de .V V.middenstand. Daarbij bleek ons 'Ja' de middenstand zeer goed be grijpt van hoe groot belang de arbeid is van Vreemelingenverkeer. „Het is echter niet zo, dat het V.V.V.-werk uitsluitend ten goede komt aan de middenstand" zo zeide ons de heer Groenouwe, „Het vreemdelingenver keer is namelijk een algeméén belang, al wordt dat nog niet altijd beseft!" De heer Groenouwe noemde de sa menwerking tussen de V.V.V. en de Vlissingse Middenstandscentrale in de laatste tijd uitstekend. „Wij doen ieder op eigen terrein ons werk zo goed mo gelijk en vullen elkaar daarbij aan. Vreemdelingenverkeer probeert de mensen naar hier te halen en de mid- stand tracht hen zo goed mogelijk te ontvangen". „Men moet echter geen overdreven voorstellingen maken van de grote sommen, die bijvoorbeeld de dagjes mensen hier zouden besteden", meen de de heer Groenouwe. Enkele jaren geleden werd er met name door de buitenlanders veel meer gekocht dan tegenwoordig. Dat kan ook niet an ders, want het prijzenverschil tussen bijvoorbeeld Nederland en België is thans niet zo groot meer als toen. Een enkele maal komt het nog wel eens voor, dat er artikelen weggaan, die in een bepaald land niet of moeilijk te krijgen zijn. Zo bestaat er bij de En gelsen nog altijd een grote vraag naar chocolade. Onlangs ontmoette hij een Engelsman, die een verlanglijstje voor de dag haalde, opgemaakt door diens vrouw, die in Engeland gebleven was. Bovenaan op het lijstje stond onder nummer één: „Chocolate". Als num mer twee werd verlangd: „Chocolate" terwijl als derde punt eveneens sprake was van „Chocolate". Zo ging het tien nummers onder elkaar door Maar al besteedt dan elke vreem deling geen grote bedragen, toch koopt iedereen wel wat: prentbriefkaarten en zuurtjes, kopjes koffie en souve nirs, fruit en wie-weet-hoeveal andere Stranddrukte te Vlissingen In 1952. zaken nog meer, zodat me nsteeds de middenstand volledig bereid zal vin den om het werk van V.V.V. te steu nen. PERSPECTIEVEN. Voor de toekomst ziet de heer Groenouwe mogelijkheden ten opzichte van een nauwe samenwerking, waar bij hij ook het werk van de Bond van Buurtverenigingen noemde, dat even min gemist kan worden. „Deze V.V.V.- feestweek bewijst, dat er goede resul taten te bereiken zijn dank zij coördi natie. De besturen van deze drie orga nisaties wisten elkaar te vinden, zodat het mogelijk werd een programma te bieden, zoals thans is vastgesteld. We zullen echter moeten afwachten, hoe het publiek en vooral ook hoe de vreemdelingen ons feest zullen vin den Wü geloven, dat de heer Groenouwe zich daar niet ongerust over behoeft te maken. Het programma ziet er im mers uitstekend uit, zodat vreemde ling in Vlissingen zich best zal thuis voelen in de feestende Scheldestad. Het wachten is nu maar op mooi weer.. ln de naam klinkt het klotsen van de golven IN DE BAEDEKER VAN 1904 wordt Vlissingen geroemd als een badplaats, die zich in een druk in ternationaal bezoek mag verheugen. De lucht is er zachter, de golfslag aanzienlijk zwakker, dan in de ande re badplaatsen aan de Noordzee. Er is industrie: de toenemende vraag naar stoomschepen maakt, dat de scheepsbouw opleeft. Maar lang staat Baedeker daar niet bg stil. Hij dwaalt weer naar de zeekant en komt daar onder de indruk van de machtige boulevards, waar het uitzicht over de brede Schelde uniek is. TOEN DR. P. H. RITTER Jr. zijn Hoorn der Schelde schreef, zo juist herdrukt in „Sentimentele aardrijks kunde", constateerde hij: „Vlissin gen is levend en levendig, maar het TIJDSBEELD Op de zandbank zat een meermin, Toen ik dreef, vannacht, in zee. 'k Zei: Hallo, spring er maar wéér i Drijf gezellig met me mee! Ze zei: neen man, 't zal niet wezen, 'k Kan niet komen van.mijn baan. Als ik met jou mee zou sjeezen, Kreeg ik van mijn baas gedaan. Toen ik spotte: baas, je tante, Zei ze vinnig, de kadee: Niks geen tante, man, contanten! Dacht je, dat ik 't gratis dee? Jochie., wie trekt hier de klanten? W ie is 't sprookje van de zee? Wiens portret komt in de kranten? 'k Zit hier voor de V.V.V.; ■J****-******************************** De verlichte Jacobstoren te Vlissingen I_^/igenlijk is dit stukske cursief geen gewoon krantenartikel, maar een lof zang op de Scheldestad, ge schreven of gecomponeerd zo ge wilt door enkele toeristen, die dit jaar hun vacantie in Vlissingen door brachten. Misschien klinken sommigen van deze loftuitin gen wat geflatteerd, maar toch zijn ze niet overdreven, want deze gasten zijn tijdens hun verblijf in Vlissingen van de stad gaan houden En zoals bij elke ware liefde: ze willen er geen kwaad van horen. Sommigen van hen werden dichterlijk, zoals die Nederlandse Amerkiaan uit New York, Albert Balink, hoofdredacteur van „The Knickerbocker". Hij stond voor het raam van zijn hotel en zag voor zich de wijde Schelde, waarboven wolken flarden werden voortgejaagd. De loodsbootjes zochten zich een weg door de wit-gekopte golven naar de fiere schepen op 'de redeen Balink greep zijn pen en schreef. „Hier ligt Nederlands ge schiedenis als een open boekMen denkt aan Ruysdael en Vermeer, aan de grote admiraals en ont dekkingsreizigers Hier ondergaat men de inspiratie van het oude moederland." Dit zijn schone woorden. Niet iedereen zegt het zo poëtisch. De generaal van de Franse luchtmacht Robert Collas doet het in de spran kelende, zoet-vloeiende taal van zijn land en vindt daar bij alles „goed, heerlijk en magnifiek". En als hij even zwijgt begint zijn geestdrifti ge vrouw te vertellen hoe beminnelijk zij Vlissingen toch wel vindt. „Wat wilt U nog meer?" zo vraagt de ge neraal, „U hebt hier alles Een rivier met prachtige schepen en een strand. Een juweel van een boulevard en een vriendelijke bevolking. Een stad, die weer volmaakt opgebouwd is en een caril lon: Ohdat carillon, monsieur. Beseft U wel hoe mooi dat is? Gisteren was ik in Amsterdam en daar is geen enkele klok, die zo mooi klinkt als uw beiaard. Uw beiaardier gaf er een prachtig avondconcert op, waarbij het geluid over het wijde water vervaagde." „En dan de keuken! Excel lent. Als ik U dat als Frans man zeg, kunt U dat gerust (jWare liefde voor de Scheldesiad aannemen, want wij ho/uden van lekker eten!" Me, eneer en mevrouw Ueberschlag uit Luzern maakten kennis met Walche ren door de vertaling van „Het verjaagde water" van Den Doolaard, „Besiegtes Wasser". Zij besloten naar Vlissingen te gaan om alles uit dit werk eens van nabij te zien, zonden een telegram naar Vreemdelingenverkeer en.... „Stelt U voor, de an dere dag reeds hadden we antwoord. Een allervriende lijkste brief, waarin gemeld werd dat alles voor elkaar was. Elke dag hier is op nieuw een belevenis. Ieder een is zo vriendelijk en zo hartelijk, dat we nooit meer zullen spreken over „de Hol landers", maar over „onze vrienden de Hollanders". De heer Ueberschlag had over de Boulevard gewan deld en was zeer geïmpo neerd door het drukke scheepvaartverkeer. Van seinvlaggen en wimpels had hij niet het minste verstand, zodat hij aan iemand („een man, met een zeepet op!") had gevraagd om uitleg. „Ruim een half uur lang ver telde deze vriendelijke heer mij allerlei interessante din gen over de zeevaart. En dat heerlijke zwemmen in zee en 's Zondags het mooie geluid van de kerkklokken, precies zoals bij ons thuis. Met de boot naar Breskens is het helemaal plezierig. Overi gens is dat veer niet duur! Levert het geen tekorten op...Het gehele gezin, vader, moeder en drie kinde ren, voelt zich thuis in Vlis singen: „Het is alsof we bij eigen mensen zijn." obert en Ernie Gardens Hit Sydney in Australië waren in Helsinki naar de Olympische Spelen geweest, zakten naar het Zuiden af en stonden nu op de Boulevard te genieten van wolken, wind en water. „Helaas kunnen we hier niet blijven. We moeten naar Londen en daar na naar huis. Maar aan Vlis singen zullen we een van de prettigste herinneringen van de gehele reis houden. Trou wens aan heel Holland. Voor Amsterdam kunnen ze alle steden ter wereld van mij cadeau krijgen. En waar vind-je het als hier? Strand en boten! Een pracht-plaats." En hoe denkt de „Neder- lander-niet-Vlissinger" over dit alles? Wij vroegen dit tenslotte aan de heer en me vrouw Strijland uit Bussum. „Vlissingen is uniek. Je ver veelt je nooit omdat je niet uitgekeken raakt op het be- loodsen. Bovendien kun je van hieruit leuke uitstapjes maken. Je bent dicht bij Bel gië, zodat je daar ook eens heen kunt. We hebben het hier best naar ons zin!" We e schreven hierboven, dat dit artikel een lof zang op de Scheldestad was. En een lofzang behoort te eindigen met brede, impo- sant-klinkende accoorden Welnu hier zijn ze. ontleend aan de geestdriftige loftuitin gen van onze toeristen: „Vlis singen, dat is geschiedenis en zeevaart! Dat is vriendelijk heid en hartelijkheid! Dat is in één woord: Uniek!" is altijd de zee, die ons lokt". Bastion en zee, dat is Vlissingen, want het oude stadje, waarvan men de schoon heid kapot bombardeerde, is zo ver stopt en zo bescheiden achter de machtige waterval". Ritter hoort in de naam der stad het geklots der golven. Hij noemt water en scheepvaart imposanter dan bg Rotterdam, al pronkt de stad dan met geleende Antwerpse veren, hg wijst erop, dat Vlissingen met zijn slanke pier Scheveningen concurren tie aandeed en constateert, dat de werkkranen van „De Schelde", de historie der stad, het badstrand en het wgde land rondom, deze stad een zeer eigen karakter geven. "De modernsté Amerikaanse reis gids, FODOR's „BENELUX IN 1952" ziet Vlissingen wéér anders. Fodor constateert allereerst met Ameri kaanse zakelijkheid, dat de stad de enige grote Nederlandse haven is, die aan de zee zelf ligt en wijst op haar reeds sedert de Middeleeuwen grote strategische betekenis. Geen Amerikaan zal de scheepsbouw hier over het hoofd zien en dat er op „De Schelde" 4500 werkkrachten een be staan vinden, wordt op een in het oog lopende plaats vermeld. Maar ook Fo dor woï-dt door de boulevards aange trokken. En hij ziet een ander Vlissin gen, dan Ritter en Baedeker 1904. Hij ziet aan het einde van de grote Vlis singse zeestraten de nieuwe Nollednk er is een oorlog achter de rug. Hij roemt de hotels, en constateert dan: „Vlissingen is een prettige plaats, rustig en schilderachtig. Het verhaal wil, dat vreemdelingen er „bewuste loos wakker worden omdat de lucht zacht en zwaar is en de zeewind veel slaap noodzakelijk maakt". Drie stemmen over de Scheldestad. Uit drie verschillende tijden. Geen van deze drie reizigers kon aan Vlis singen voorbij gaan zonder de lof der stad te zingen. En Fodor gaat zelfs nog verder. Hij roemt Vlissingen als uitgangspunt voor trips door Zeeuwsch-Vlaanderen, Walcheren en Beveland. Wat wil men meer? Als een stad zo rijk gezegend is met natuurschoon als Vlissingen en zo in de smaak valt van de reiziger, behoeft zg voor haar toekomst als toeristenstad niet bezorgd te zgn. Er blgft voor V.V.V. werk aan de winkel Vlissingse IN FEESTKLEED De havenstad Vlissingen, waar het altijd gonst van bedrijvigheid, waar het lied van de arbeid zijn vèrdragen- de stem van dag tot dag doet horen en waar het immer woelende water der Westerschelde deze bedrijvigheid nog accentueert, de havenstad Vlissingen dan zal zich in een feestkleed steken. Een feestkleed in vele kleuren, ter ere van de vereniging, die zich nu reeds zestig jaren lang ten doel stelt de Vlissingse bedrijvigheid nog te ver hogen door het bevorderen van het vreemdelingenverkeer. Ter ere van de vereniging, die er zoveel toe heeft bij gedragen, dat Vlissingen naast haven stad, ook toeristenstad werd, waar in de zomermaanden het stugge lied van de arbeid een wat frivoler, luchtiger klank schijnt te krijgen door het ge- flaneer van opgewekte vacantie- gangers. Het zal een vrolijk feest worden, de haven- en toeristenstad Vliisingen waardig. Vele straten zullen in feest tooi gehuld worden; de aloude Jacobs toren zal des avonds uit de schemering oprijzen in een zee van licht, in „Ond- Vlissingen" zal men avond aan avond kunnen genieten van „kostelijk ou i vermaak" en de gehele week zal k"t giede echte oude Vlissingen m de gelegenheid zijn zichzelf gedurende deze korte tijd uit te schakelen Een adempauze in een lange reeks van jaren voor het waarachtige Vlis singen, dat zeven dagen een onbekom merd schijnbestaan mag voeren, met als wachtwoord: „Vlissingen! Vreug de!"

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 5