Vier eeuwen zilversmeedkunst in
Haags gemeentemuseum
Bijeenkomst defensieraad
Stille Oceaan gesioten
Jacht naar goudladingen
in scheepswrakken
AFGETREDEN PRESIDENTEN
RAKEN OP DE ACHTERGROND
BOEK
VRIJDAG 8 AUGUSTUS 1952
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
ZELDZAME COLLECTIE
Meesterstukken uit alle delen
van de wereld
(Van onze Haagse redactie)
's-GRAVENHAGE, Juli Eén van de belangrijkste stukken van zilver-
smeedkunst, welke op de juist geopende tentoonstelling ,,Vier Eeuwen
Zilver" in het Haagse gemeentemuseum voorkomt, is stellig de gedekselde
schaal op voet, die de stad Enkhuizen na de slag op de Zuiderzee op 11
October 1573 aan Willem de Zwijger geschonken heeft. Het is een schaal
van gedreven zilver, die jammer genoeg door latere bezitters in een goud
blad werd gestopt. Thans is dit historische kleinood eigendom van de En.
gelse Earl of Yarborough, die het voor deze expositie welwillend afstond,
afstond.
De ronde voet en de onderzijde
van de schaal vertonen een fries van
tritonen en zeemonsters. De vaasvor-
mige schacht draagt vier ramskop-
pen met een ring door de neus,
waaraan vruchten hangen. In de
binnenzijde van de schaal is de slag
op de Zuiderzee afgebeeld en boven
dien twee steden en het wapen "van
Willem de Zwijger binnen een La
tijns rondschrift.
Het bolvormige gedeelte van de dek
sel laat weer de Zuiderzee zien met
schepen en steden aan de kust, waar
onder Enkhuizen. Daarboven volgt
een verhoogd cylindervormig gedeel
te, versierd met een fries van zee
monsters, waaromheen weer 'n La
tijns randschrift gegraveerd is.
Een vrouwenfiguur op vaasvormig
voetstulp bekroont het geheel.
De binnenzijde van de deksel heeft
in het midden een medaillon met de
zinnebeeldige voorstelling van het de
vies van Willem de Zwijger, dat ove
rigens ook weer in het Latijn er om
heen gegraveerd is.
VELE MEESTERSTUKKEN
Deze gedekselde schaal is slechts
één van de zeshonderdvijftig
meesterstukken van oude zilver
smeedkunst, die hier in het Haags
gemeentemuseum bijeen gebracht
zijn. Van elk van die kostelijke
kunst, en ambachtsstukken zou een
verhaal te vertellen zyn. En wel ook
omdat de zilversmeedkunst zich van
de vr^je kunsten onderscheidt door
dat hierbij altijd een bepaald doel
gediend moest worden. Er moet een
kerksieraad gemaakt worden een
miskelk, een avondmaalsbeker
een kaarsenstandaard of een ge-
314.
Een paddenstoel is voor ons gevoel
een hoedvormig maaksel, zoals we dat
uit onze sprookjesjaren herinneren.
Niemand, die deze sprookjessfeer in
zijn nuchtere tuin in herinnering wil
houden, zal er aan denken in zijn
grasperkje een kogel- of lobvormig
geval neer te zetten, noch een op ko
ralen gelijkend boompje, of een vorm
loze sponsachtige massa, of een soort
gezwel zoals somtijds uit het hout der
bomen te voorschijn komt. Neen, als
de tuin moet worden opgesierd met
een houten paddenstoel, dan krijgt dat
ding een hoed; anders is het geen pad
denstoel. Daarmee uit!
Toch, als we in het bos om ons heen
zien, bemerken, we weldra dat de
eigenlijke hoedvorm bij de padden
stoelen volstrekt niet overheerst. Ve
lerlei vormen zoals wij er boven
reeds enkele noemden komen door
de ganse natuur verspreid voor, en
wat we zeer onnauwkeurig „schim
mel" plegen te noemen, is tevens een
grote verzameling kleine paddenstoe.
len.
Het zijn wonderlijke organismen,
want één deel parasiteert op ander le
ven, een tweede groep houdt zich be
zig met het verteren en ontleden van
dode organismen en maakt dit daar
door weer dienstbaar aan de aarde, en
wéér een andere groep bestaat uit lou
ter rovers en moordenaars, die niet
kunnen wachten tot zij een lijk vin
den, maar zélf jplanten en dieren om
brengen teneinde zich met hun eiwit
ten te voeden. Hun wapens bestaan in
den regel uit vergif, waartegen de
aangetaste planten en dieren zich wel
iswaar trachten te verdedigen, doch
waaraan zij vaak ten offer vallen.
Het doet daarom weldadig aan ook
schimmels aan te treffen die op spor
tieve wijze trachten hun prooi te van
gen. Zij gedragen zich dan ook meer
als jagers dan als sluipmoordenaars
(hoewel naar mijn smaak het verschil
vaak niet erg groot is!). Een vijftal
soorten waarvan ik U de namen be
spaar hebben draden gevormd die
aan het einde van een lus zijn voor
zien, gelijk de lasso van een cowboy.
Zodra kleine diertjes wormpjes b.v.
door dit lusje kruipenzwellen en
kele cellen in de lus plotseling sterk
op, waardoor de opening zodanig ver
nauwd wordt, dat het diertje komt
klem te zitten. In andere gevallen,
waarin dergelijke opzwellende cellen
ontbreken, bevat de binnenzijde van
de lus een kleverige substantie, waar
door de prooi belet wordt te ont
snappen.
Van dit tafereel over te stappen naar
de sterrenkunde, is 'n wel zeer plotse
linge overgang, waartoe ik echter wel
genoopt ben doordat zich uit de lezers
kring naar aanleiding van No. 310
de vraag aan de orde heeft gesteld
of de zon om de aarde draait, dan wel
of de aarde om de zon.
Denkt U niet dat dit, vier eeuwen na
Copernicus en na de onverkwikkelijke
dogmatische strijd die zich daarover in
latere jaren heeft ontwikkeld, een
overwonnen probleem is en dat het nu
wel vaststaat dat de aarde om de zon
draait. Want voor de stelling dat de
zon zich om de aarde beweegt is even
veel te zeggen.
H. Pétillon.
bruiksvoorwerp voor particulier ge
bruik. Het gevolg hiervan wqs dat
de kunstenaar sterk gebonden was
aan een grondvorm, en zijn vrijheid
slechts kon vinden in de versiering
of een lichte variatie op die grond
vorm. Nochtans is Nederland op het
punt der zilversmeedkunst sinds het
midden van de zestiende eeuw een
zeer voorname plaats in de wereld
gaan innemen. Bijna alle Nederland
se steden hebben hun grootmeesters
in deze kunst opgeleverd, die allen
een eigen ornamentstijl vertegen
woordigen. Van al deze steden on
derscheidt men echter drie hoofdrich_
tingen, namelijk do Amsterdamse, de
Haagse en de Friese. De Amster
damse stijl is krachtig en zelfbewust
de Haagse duidelijk internationaal, de
Friese regionaal, maar in zijn be
perktheid van een hoogte, als slechts
zelden in ons land is geëvenaard.
Op de Haagse expositie is het zil
ver gerangscliikt naar plaats en tüd,
voorzover deze beide richtingen elk
aar niet doorkruisen. Na een aan-
dachtige rondgang op zijn uitgangs.
punt terugkomend, zal men ver-
vuld zijn met ongelooflijke eerbied
voor wat deze oude meesters wisten
te maken.
Zy tot slot vermeld, dat vier eeuwen
werk geëxposeerd wordt van vóór
1813, het jaar, dat het stedelijke
zilverkeur kwam te vervallen en het
Nederlandse keur werd ingesteld.
(Nadruk verboden)
BIJZONDERE AANTREKKINGSKRACHT
Hertog van Argyll heelt nog steeds
geen succes
(Van onze Londense correspondent)
LONDEN, Augustus. Schepen, welke met lading en al op de bodem
der zee rusten, hebben voor bergingsmaatschappijen altyd een bijzondere
aantrekkingskracht. Voor de .kust van Schotland is de hertog van Argyll
al sinds twee jaar bezig het vlaggeschip van de Spaanse Armada te lich
ten, dat, naar in historische documenten vermeld wordt, een lading goud
ter waarde van tien millioen gulden aan boord moet hebben gehad. Tot nu
toe is de hertog evenwel van alle succes verstoken gebleven. Meer en meer
wordt duidelijk, dat hjj z'n geldverslindende pogingen zal moeten opgeven
en de schat zal moeten laten voor wat hij is.
Bij de Zuidwestelijke punt van En
geland is men ook al met zo'n legen
darische goudlading bezig. In 1917 is
daar de 14.000-ton-metende hulpkrui
ser „Laurentic" ten onder gegaan,
die muntmetaal ter waarde van vijf
tig millioen gulden aan boord had.
Tussen de jaren 1918 en 1924 eeft de
Britse marine voor 45 millioen gul
den aan goudstaven naar boven ge
haald. Stroom en getij drukten de
„Laurentic" echter steeds dieper in
het zand, zodat de bergingspogingej
moesten worden opgegeven.
Een paar maanden geleden evenwel
is het karweitje opnieuw ter hand ge
nomen. Het schip is weliswaar geheel
onder het zand verdwenen, maar met
een soort „Asdic"-apparaat een
toestel, dat geluidsgolven naar de bo
dem der zee zendt en daarna weer
opvangt hoopt men op het nog
resterende edele metaal te stuiten.
Eén van de grote problemen is, hóe
de duikers zich op de bodem van de
zee staande kunnen houden, teneinde
zich door de dikke laag zand en de
wirwar van ijzer en staal heen te
werken. Het wrak ligt namelijk meer
dan veertig meter diep, op een plek,
waar de meest verraderlijke onder
stromingen van de Atlantische Oce
aan voorkomen..
Inmiddels heeft de bergingsmaat
schappij haar eerste, zij het dan be
scheiden succes, geboekt. Ze is er in
geslaagd de twee gigantische schroe
ven van de gekantelde „Laurentic"
naar boven te brengen. De acht-ton-
zwa,re voorwerpen zijn geheel van
brons vervaardigd en brengen, bij
het huidige prijzenpeil, 15.000 gulden
per stuk op
GEWOON AMERIKAANS BURGER.
De „voorrechten" die een ex-president geniet.
WASHINGTON, Augustus. Als de presidenten van de Verenigde Sta
ten liun ambt hebben neergelegd dan gaan zy weer het leven van een ge
woon burger leiden.
Zy worden in feite onofficiële oud-staatslieden, die, ver van de politieke
arena, gerespecteerd worden en soms nog populairder zijn dan toen zy nog
in functie waren.
Dit is de algemene regel, waar natuurlyk ook uitzonderingen op zyn.
Als we een eind teruggaan in de geschiedenis dan zien we dat in 1888
Grover Cleveland als president moest aftreden omdat zyn ambtsperiode
om was, doch dat hy in 1892 weer in de politiek terugkeerde als de can-
didaat voor het presidentschap van de Democratische Party; hij werd
toen weer voor een periode van vier jaar tot president benoemd.
kiezing van Woodrew Wilson, een
Democraat, te verzekeren.
Warren G. Harding, de volgende
President en een Republikein, stierf
tijdens zyn ambtsperiode. President
Calvin Coolidge, die hem opvolgde,
trok zich in 1928 uit het openbare le
ven terug.
Herbert Hoover, die als opvolger
van Coolidge vier jaar aan de rege
ring was en die nu de enige nog in le-
Theodore Roosevelt, die in 1908
president-af was en toen William He-
ward Taft als zyn opvolger steunde,
nam in 1912 weer actief aan de poli
tiek deel als candidaat voor het pre
sidentschap van de Progressieve Par
tij. Door zijn persoonlijke invloed in
het gehele land nam hij genoeg stem
men van Taft weg, die zich herkies
baar gesteld had als candidaat van
de Republikeinse Partij, om de ver-
De verguld-zilveren gedeks-lde schaal, welke Enkhuizen in 1573
Willem de Zwijger ten geschenke gaf
„UITSLUITEND VERDEDIGING".
Geen enkel besluit inzake Korea.
De ministers van buitenlandse zaken van de Verenigde Staten, Austra
lië en Nieuw- Zeeland hebben aan het einde van de eerste bijeenkomst van
de defensieraad voor het gebied van de Stille Oceaan, welke bijeenkomst
in Honoloeloe werd gehouden, een communiqué uitgegeven.
Hierin wordt o.m. gezegd: „Wy verklaren met nadruk, dat het Anzus-
verdrag („Anzus": Australië, Nieuw-Zeeland en de V.S.) zich uitsluitend
de verdediging harer leden tegen aanval ten doel stelt".
Verder wordt o.m. verklaard, dat
de regeringen van de drie landen het
versterken en bevorderen van vriend
schappelijke betrekkingen tussen de
landen in het gebied van de Stille
Oceaan nastreven. Op de bijeenkomst
is geen enkel besluit genomen in ver-
De eerste zeven maanden van dit jaar laten in vergelyklng met vorige
jaren een verrassend sterke toename van de gemelde gevallen van kinder,
verlamming in ons land zien. Toch kan men waarschynlyk nog niet van
een bijzonder verontrustend verschijnsel spreken; dergelyke sterke verschil
len zijn in de loop der jaren telkens opnieuw waarneembaar, zonder dat
van een epidemisch verschijnsel sprake kan zyn. Men mag niet vergeten,
dat de cyfers tegen de achtergrond van onze tien millioen tellende bevol-
king moeten worden gezien. De sterke toename in 1952 wordt overigens I verandering gekomen,
ook uit andere landen gemeld. I (Nadruk verboden)
ven zijnde ex-president is, heeft zo
nu en dan eens over openbare aange
legenheden gesproken. Sinds hij door
wijlen Franklin Roosevelt verslagen
werd, is hij niet meer als de leider
van de Republikeinse Party be
schouwd.
De enige bydrage die Hoover nog
aan het openbare leven, waaruit hij
zich in 1933 terugtrok, schonk was
dat hij de functie vervulde van voor
zitter van de z.g. Hoover Commissie
voor de reorganisatie van de natio
nale regering. Deze bestond uit een
neutrale groep algemeen bekende
burgers. De rapporten en aanbevelin
gen van deze commissie hebben de
president en het Congres de afgelo
pen jaren er toe geleid belangrijke
veranderingen aan te brengen in de
uitvoerende macht van de regering.
Van tijd tot tijd is in het Congres
i kwestie behandeld van het toe
kennen van pensioen aan ex-presi
denten. Hiertoe is het evenwel nooit
gekomen. Er wordt van hen ver
wacht dat zij als zij zich uit het open
bare leven terugtrekken van inkom
sten uit eigen middelen kunnen leven.
Aan- weduwen van vroegere presi
denten is m bijzondere gevallen door
het Amerikaanse Congres pensioen
toegekend.
Ongeveer de enige voorrechten, die
een ex-president geniet als hij zijn
ambt neergelegd heeft, is het recht
om boeken uit de Congres bibliotheek
te lenen als hij in de hoofdstad
woont, het gratis ontvangen van de
Congresverslagen en het recht om
als bezoeker de vergaderingen van de
Amerikaanse Senaat bij te wonen.
Het is ook traditie dat oud-presi
denten als zij hun ambt neergelegd
hebben zelden beschouwd worden als
nationale leiders of woordvoerders
voor hun politieke partijen.
In de eerste tijd van de Republiek
putte Thomas Jefferson, nadat hij het
ambt van president had neergelegd,
zijn aanzienlijke particuliere inkom
stenbronnen zo uit, dat hij als een
arm man stierf.
John Quiney Adams, eveneens een
van de eerste* presidenten, werd, na
dat hij president-af was, tot lid van
het Huis van Afgevaardigden be
noemd en stierf toen hij die functie
nog bekleedde.
Men speculeert er op dat president
Truman misschien wel naar de Ame
rikaanse Senaat waar hij vroeger
lid van was zal willen terugkeren
zyn aftreden als president. Hij
heeft evenwel gezegd dat hij het le
ven van een particulier burger wenst
te leiden en in zijn besluit is nog geen
band met het optreden van de Ver
enigde Naties in Korea of ten opzich
te van het helpen van de vrije landen
in Azië in het verzet tegen het com
munistisch imperialisme. Evenmin,
zo wordt in het communiqué gezegd,
.verplichten wij ons tot iets in zaken
van direct belang voor onze vrienden
in het gebied van de Stilie Oceaan of
elders". Omtrent deze zaken werden
wel de meningen uitgewisseld.
De raad verzekerde opnieuw, dat
het gebied van de Stille Oceaan ge
zamenlijk verdedigd moet worden en
onderzocht de mogelijkheid van maat
regelen tot het inschakelen van ande
re regeringen bij dit werk. Tenslotte
werd besloten, dat van elk der drie
regeringen een militaire vertegen
woordiger aan de raad zal worden
toegevoegd om de raad van advies te
dienen inzake kwesties van militaire
samenwerking en voorts o.m. om te
letten op de verbetering der verdedi
ging van Australië en Nieuw-Zeeland,
in verband met de algemene strate
gische verdediging van het gebied
van de Stille Oceaan. De militaire
vertegenwoordigers van de raad zul
len periodiek bijeenkomen, beurte
lings te Pearl Harbour, Melbourne en
Wellington.
Indonesische regering
laakt ontvoeringen.
Verwondering over vrijheid
van Westerling.
De Indonesische regering keurt de
onlangs gepleegde laaghartige ontvoe
ringen van Nederlanders in het ge
bied van Cheribon, ten sterkste af, al
dus verklaarde de Indonesische mi
nister van voorlichting, Mononoetoe.
Hij noemde ontvoeringen in strijd
met de grondwet en zeide o.m.: „Wij
behoren te beseffen, dat het leven en
de goederen van buitenlanders (Ne
derlanders), die met goede bedoelin
gen in Indonesië werken, overeenkom
stig de hier te lande gangbare gebrui
ken verzekerd moeten zijn". De re
gering zal niet schromen maatregelen
te treffen om herhalingen te voorko
men, maar zij kan anderzijds niet in
stemmen met inwilliging van de eisen
om losgeld te betalen, aldus minister
Mononoetoe. De minister betoogde
tenslotte, dat de ontvoering van Ne
derlanders zeker niet door verant
woordelijke elementen moet worden
aangegrepen om 't Indonesische valk
tegen de Nederlanders op te hitsen.
In het belang van de veiligheid en
het welzijn van de natie verlangt het
Indonesische volk juist een goede sa
menwerking met de andere naties,
dus ook met Nederland.
Over Westerling zei minister Mono
noetoe nog, dat het in Indonesië ver
wondering wekt, dat Westerling zich
in Nederland vrijelijk kan bewegen
en uitlatingen kan doen, welke de
goede verhoudingen tussen het Indo
nesische en het Nederlandse volk
psychologisch afbreuk doen.
Het wereldgebeuren
Wijzigt Parijs zijn
koers op Tunis?
De Bey van Tunis speelt op het
ogenblik, zo denkt men tenmin
ste in politieke kringen, een han
dig spelletje van ontwijken en op de
lange baan schuiven van de Franse
hervormingsplannen. Eind vorige
v/eek heeft hij deze plannen met veel
misbaar en veel protocol voorgelegd
aan een indrukwekkend gezelschap
van 48 hoge figuren uit Tunis: hij wil
de immers niet over één nacht ijs en
wenste zich raad te verschaffen van
zéér wijze mannen. Zijn goed recht,
nietwaar? En na diepgaande beraad
slagingen heeft men het geval maar
overgedragen aan een commissie, die
de plannen uitvoerig zal bestuderen
en hierover een uitgebreid rapport zal
uitbrengen.
Intussen zullen er wel enige maan
den verlopen voor zo'n rapport ter
tafel komt. Dan moet het nog eens
goed doorgelezen, toegelicht, bestu
deerd, desnoods gewijzigd worden en
wellicht zelfs verwezen naar een spe
ciale commissie. In elk geval is men
dan diep in het najaar beland. Daar is
het wellicht om te doen. Voordat de
Bey wil beslissen ziet hij liever de
algemene vergadering van de Ver.
Naties op volle toeren met het vraag-
stuk-Tunis bezig. En de Fransen is
daarmede 'n lelijke spaak in't wiel ge
stoken: deze willen de affaire vóór 14
October aan de kant hebben, juist om
te voorkomen dat de Ver. Naties er
zich mede zouden bemoeien, al is die
kans wel zeer gering. Tenzij,...
Tenzij de zaken een onverwachte
keer nemen, hetgeen in de poli
tiek nu eenmaal altijd kan. De
bekendmaking van de hervormings
plannen door de Franse resident-gene
raal van Tunis, de Haute Cloque, wel
ke eergisteren is geschied, vormt
reeds een aanwijzing, dat de Fransen
thans proberen de zaak te forceren.
Want de zaken staan zó, dat vooral
de Arabische landen zich druk maken
voor deze kwestie en op alle mogelij
ke wijzen proberen de affaire bij de
Ver. Naties aanhangig te maken. Nu
hebben deze landen (nog)' wel niet
voldoende steun, maar Amerika b.v.
heeft zich tot nog tce van steun ont
houden omdat het meent dat er an
dere manieren zyn om alles in het
reine te brengen. Eén van die manie
ren zou dan zijn wat onlangs is ge
schied: Frankrijk heeft verregaande
concessies gedaan t.a.v. de hervormin
gen in Tunis.
Toch is de kwestie van „procedure"
niet zo eenvoudig als zij lijkt. Men
kan wel zeggen dat de Bey uitstel wil
tot de algemene vergadering van de
Ver. Naties bijeen zal zijn, maar het
is tenslotte óók mogelijk, dat hij
slechts draalt om de Fransen tot nog
meer concessies te dwingen, met als
stok achter de deur: wij stellen uit
tot het najaar, totdat de Ver. Naties
bijeen zijn gekomen. Als hij dan be
reikt dat de Fransen nog verder gaan
met hun toegeven aan de Tunesische
nationalistische eisen, heeft hij waar
schijnlijk meer gewonnen dan hij zou
kunnen krijgen wanneer de Ver. Na
ties zich met de zaak zouden gaan
bemoeien.
Maar nóg is de achtergrond niet
compleet. De gebeurtenissen in
Egypte en Perzië hebben de na
tionalisten in Tunis genoeg moed ge
geven om de volksbewegingen tot het
uiterste uit te buiten; men kan thans
verwijzen naar wat er zich daar in
het Nabije Oosten afspeelt om de
Fransen de schrik op het lijf te ja
gen. Als een volk eenmaal in bewe
ging komt
De Fransen zijn hiermede intussen
in een wel zeer moeilijke positie gfe-
bracht. Zij hebben mei twee dingen
rekening te houden en moeten probe
ren hiervoor een compromis te vin
den. Enerzijds willen de Fransen Tu
nis absoluut niet verlaten, er zijn daar
vele Franse kolonisten, die er hun
brood verdienen en bovendien is het
strategisch heel wat waard om in Tu
nis nederzettingen te hebben. Ander
zijds zien de Fransen echter in dat zij
aan de gerechtvaardigde eisen van
een nationalistische beweging maar
moeilijk weerstand kunnen bieden.
Zoals reeds gezegd, ziet het er naar
uit, dat de Fransen er nu een einde
aan willen maken. Zij zijn met hun
concessies reeds tamelijk ver gegaan
en bovendien moeten zij óók rekening
houden met de gevoelens en belan
gen van de Franse kolonisten in Tu
nis. De bekendmaking van de plan
nen door de Haute Cloque schijnt er
volgens ingewijden in elk geval wel
op te wijzen, dat een koerswijziging
in de Franse politiek ten opzichte van
Tunis op handen is.
EEN
OVER
Het staat wel vast, dat er voor Span
je de laatste jaren een levendige be
langstelling bestaat Politiek is deze
belangstelling reeds gewekt in de der
tiger jaren, toen eerst de monarchie
werd verdreven en daarna een gru
welijke burgeroorlog het land teister
de. En ook de periode waarin Franco
nu reeds vele jaren de teugels in han
den heeft, en ondanks alle druk van
buiten af tot dusver ook in handen
hield, was er wel geschikt voor om 't
Iberische schiereiland in de belang
stellingssfeer te doen handhaven. Dre
A. H. H. van Lier heeft thans een
boek over Spanje het licht doen zien,
waarin hij de problemen van dit „land
van tegenstellingen" uitvoerig en met
een lofwaardige objectiviteit behan
delt. Niet alleen voor hen. die zich
politiek voor Spanje interesseren,
maar ook voor de steeds groter wor
dende groep van toeristen, die Spanje
op het programma hebben geplaatst,
is dit werk, dat bij J. A Boom en Zn.
te Meppel in de bekende „Terra-bibli
otheek" verscheen, een goede aan
winst