Geen menselijke tragedie evenaart die der ontheemden r~ s II - Van Vrouw toi Vrouw EEN OVERGANGSJURKJE VOOR HET VOORJAAR ALS HET HART SPREEKT.... 8 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 17 MEI 1952 RELAAS VAN EEN VROUW, DIE VEEL TE DRAGEN KREEG. Mevrouw Kutirin vond een gelukkige levensavond in Haarlems rusthuis (Van onze speciale verslaggever) Mevrouw de weduwe dr. Sofia Kutirin, geboren Barborchin, is eigenlijk niet de goede persoon om ons het leed te schetsen, dat haar op haar 6(i- jarige levensweg maar voortdurond aan haar zyde bleef. Daar is ze een te bescheiden, een te lieve vrouw voor. „Wat voor zin heeft het daarby stil te gaan staan1', zegt ze, wanneer wij haar benaderen in haar propere huiskamer in het Hervormde rusthuis in Haarlem. „En", voegt ze er dan aan toe, „ik ben toch eigenlijk zo'n bijzondere geluksvogel ook. Kyk nu eens hier, om me heen. Deze radio heb ik zolang te leen gekregen van een zieke huisgenote en telkens als de zon schijnt, kan ik wandelen in de tuin van het huis, die op een binnenplaats ligt en dus prachtig beschut is tegen de koude winden. Wat een vriendelijke zorg omringt me hier. De directrice van het huis is voor my meer dan een directrice. Zij is in zo korte tijd een lieve vriendin voor me geworden. Toen myn man vorig jaar overleed de doorstane ellende van de laatste jaren was hem teveel geworden heb ik enorme steun gekregen van allen hier. Ik voel me niet alleen meer. Er staan mensen naast me. Mensen met een o zo warm kloppend hart". Stil en opgewekt worden deze woorden gezegd. Alleen maar eerlijk en oprecht klinken ze in het weinigje Engels, dat deze dame zich bij haar omzwervingen over de wereld heeft eigen gemaakt. Ze spreekt moeilijk, zoekt telkens naar het juiste woord. Bladert nu en dan in een Russisch- Engels woordenboekje om ons wat ze bedoelt te zeggen toch maar voor al juist te laten begrijpen. Zo, by stukjes en beetjes horen we haar levensgeschiedenis. Feit na feit, zonder dat er één klacht over haar lippen komt. Zo nu en dan alleen maar een vermoeide zucht van één, die veel te dragen kreeg. „Ja, ja, ik ben geboren in Rusland. In Don. Va der was rentmeester over de landgoe deren van de gouverneur van onze provincie, een gebied van wel 7000 hectare. We hadden het goed, Niet dat vader geld kon overhouden, nee dat niet, maar we konden van wat hij verdiende goed leven. Er ontbrak ons niet veel, zover ik me herinner. En dat wil toch wel wat zeggen in een gezin met acht kinderen. Voor de studie van dit achttal was er natuur lijk geen geld. Maar de gouverneur betaalde die studie. Ik doorliep eerst het gymnasium van Samara aan de Wolga, en kreeg later mijn artsoplei ding In Moskou. Ik ben een leerling geweest van professor Snigeref, die een heel beroemd geleerde is ge weest in het Rusland van voor de re volutie. Na mijn doctoraal examen heb ik me gespecialiseerd in de chi rurgie. Ik werkte in een kliniek in Moskou. Getrouwd? Ja, in 1908. Eén en twintig jaar waren we toen bei den. En we studeerden nog allé twee. Mijn man' aan de juridische faculteit. Hij kreeg later een aanstelling bij het gerechtshof in Moskou. Ik heb een zoon gehad. Die is dood. Door de communisten gedood na mijn vlucht. Waarom vluchtte U? Mijn man was sinds 1914 bij de kozakken. Die probeerden de revolu tie van '17 nog de baas te worden, Toen werden de vróuwen van hen ge arresteerd, Terwijl Ik bezig was met een operatie, kwamen ze m\j halen. Door een achterdeur van het zieken huis ben lk weg kunnen komen. Dood-zenuwacktig was lk. Maar het personeel van het ziekenhuis heeft me kranig geholpen. Naar huis gaan, kon niet meer. Ik heb direct de trein genomen naar het Zuiden, waar lk mijn man hoopte te kunnen vinden. Myn zoon heb ik niet meer gezien. Een vriend heelt mij veel later zijn dood gemeld Noch in De Krim, noch elders in het Zuiden, waar het nog vrij rustig was, heb lk mijn man kunnen vinden. Met vele ander-en ben ik toen naar Joegoslavië uitgeweken. Naar de hoofdstad Belgrado. Daar heb ik een levenstaak gevonden, dank zij de steun, die er mij gegeven werd door een vriend, eenmaal medeleerling van professor Snigeref, een jaargenoot uit myn studententijd. Jivcarisch heette hij. Wat een dankbare herin nering bewaar ik aan hem. Ook weer iemand met een hart van goud. Hij heeft me eerst geholpen mijn man te rug te vinden. HOOFD VAN KRAAMCENTRÜM. Dat was in Bulgarije. Later heeft hij het gedaan weten te krijgen, dat hem een som van zeven millioen di nar beschikbaar gesteld werd door de stedelijke overheid voor de bouw van een groot kraamcentrum, waar ik het hoofd van werd. Het was een even beeld van de inrichting in Moskou, waar ik gewerkt had. Alleen kleiner. Wat een gelukkige tqd hebben we daar gehad. Tot 1942 konden we er blijven. Toen kwam het bombarde ment van de Duitsers. De kliniek werd geheel verwoest. De pasgeboren babies heb ik zien liggen tussen het puin op de trappen. Zelf werd Ik ook getroffen. Gebroken benen. Twee maanden heb lk ziek ge legen. M\jn man, wien al eerder een been geamputeerd werd, was door het bombardement ook gewond ge raakt. Korte tyd later werd hy gear resteerd door de Gestapo, die hem naar een of ander kamp in Duitsland transporteerde. Daar ben ik hem later nagereisd, toen de Amerikanen inmiddels hun veroveringstocht begonnen waren. Die Amerikanen hebben me helpen zoeken. In een kamp bij München heb ik hem teruggevonden. Dat was in 1945. Vanaf dat moment werden we gerekend te behoren tot de D.P.'s. Displaced persons. Ontheemden dus. In grote kampen werden we onderge bracht, tot de I.R.O. zich over ons ontfermde in 1950 en ons een kans gaf naar dit schone land over te stap pen. November 1950 kwamen we hier in dit rusthuis. Voor compleet alles werd voor ons gezorgd. We kenden onze weelde niet. Maar voor mijn man bleek deze bevrijding te laat gekomen te zijn. Vijf maanden later stierf hij. 4 April 1951. Weer was ik alleen. Maar ik ben niet meer alleen. Ik heb gemerkt Hollandse vrienden gekregen te hebben. U hebt er geen idee van, wat dat betekent: vrienden Grootste probleem aller tijden Een van de schrijnendste problemen van na de tweede wereldoorlog, is de zorg voor de vluchtelingen, de. zogenaam de ontheemden, „displaced per sons", uit de landen, waar het regiem wisselde. Er zijn op dit ogenblik over de gehele wereld meer dan zeven en zeventig millioen van deze verdrevenen van huis en haard. Tot dit ogenblik heeft ons land enige honderden van dezê mensen een rustpunt kunnen bieden. Men zal het met ons eens zyn, dat 't een gering getal is. Maar het is iets. Verscheidene instanties ijveren ervoor, dat er indachtig aan een beroep dat Koningin Juliana onlangs op Amerika's president deed om dit probleem te helpen op lossen meer gedaan zal wor den. Er ligt een verzoek bij de regering om de kosten van le vensonderhoud van veertig van deze D. P.'s voor haar rekening te nemen. Teneinde nog eens de aandacht te vestigen op de wenselijkheid hiervan, plaatsen we hiernevens het relaas van een van de paar honderd, aan wie reeds eerder een gelukkige levensavond in ons land kon worden geboden. '«-VT Als U cr aftyd naar gesnakt heeft eens In een rond bed te slapen, dan kan deze wens nu vervuld worden. En, behalve de ongewone sensatie, heeft een rond bed nóg enige voordelen. Het is bqzonder decoratief en neemt weinig plaats in. Overdag tenminste kan het bed ongeveer vyftig centimeter kleiner gemaakt worden. Het was voor het eerst te zien op de Jaarbeurs voor het Hotelwezen te Mainz in Duitsland. Nieuwe mïllioenenorder voor onze zuivelindustrie. Melk en melkproducten voor Amerikaanse troepen- Het Amerikaanse leger heeft op nieuw een millioenenorder bij de Ne derlandse zuivelindustrie geplaatst. De order, die een hoeveelheid van 600.000 liter melk en melkproducten per week bedraagt, betekent een versterking van onze deviezeninkomsten met eni ge millioenen dollars. De melk, afkomstig uit het Drents melkwinningsgebied, wordt in een Amsterdamse fabriek verwerkt tot in glazen flessen verpakte melk, karne melk en room, terwijl een fabriek in Dordrecht de melk zal verwerken, die in de moderne papierverpakking wordt afgeleverd. Deze papierverpakking die voor binnenlands verbruik in de thans ge bruikte vorm nog steeds duur is, blijkt door de Amerikanen in toene mende mate gewaardeerd te worden. De melk is bestemd voor de in Duitsland, Frankrijk en Engeland ge legerde Amerikaanse troepen. In de toekomst zal de levering van melk en melkproducten aan het Amerikaanse leger minder worden door de inschakeling van de Franse zuivelindustrie. Vrijlating van gevangenen in Indonesië. De Indonesische regering overweegt de vrijlating van enkele duizenden personen, die volgens de bepalingen van de staat van oorlog zijn gear resteerd. Volgens mr. Roem bedraagt het aantal gevangenen in geheel In donesië ongeveer 21.000, waarvan in Midden-Java 11.000. Binnenkort zal de staat van oorlog en beleg in Indo nesië worden opgeheven en vervangen door nationale veiligheidswetten. Wat doen wij, vrouwen, de dingen toch soms averechts ver keerd, Ja, ik sluit mijzelf er schuldbewust bij in, te uwer geruststelling. Immers, wij ma ken schoon vóór Pasen, wan neer het weer zo spreekwoorde lijk onberekenbaar is, en Maart zijn natte staart steevast pleegt te roeren als alle matrassen o] de beste crapauds juist met veel moeite naar buiten zijn. ge sleept- Maar wij gaan met vacantie in de regenrijkste rriaand van 't jaar (in mijn herinnering al thans), al hebben wij aan die misplaatste vacantie niet alleen schuld. Wij stoppen donkerte sokken bij voorkeur bij lamp licht, ten gaan uil winkelen in de middaguren. De middag: de schelste, vermoeiendste, stoffig-, ste tijd van de dag. Als de stra- ten vol mensen, de „rijweg vol voertuigen, de winkels vol klan ten zijn. - Waarom reserveren we de middag niet voor die ogenbe- dervende sokken heerlijk rus tig. bij het raam gezeten, luiste rend naar de radio of medite rend over de geneugten van 'n stil huis, een vensterbank vol bloeiende planten en groene, bo men tegen een hemel vol witte wolken? En waarom verschui ven wij dat vermaledijde bood- schappen doen niet naar de morgen? Kan niet, zegt u. De melk boer, en de bakker, en bij tijd en wijle de slager; de slaapka mers en de keuken, de groente, die moet schoongemaakt en om elf uur opgezet; de kinderen, die om twaalf uur O la Za, dat is allemaal zo erg niet als het lijkt. Voor wie haar zinnen op iets gezet heeft is de huishouding een uurwerk dat naar believen voor- of ach- teruit gezet kan worden. Het is maar een kwestie van durf; heus waar,, ook al,rust de gehele verzorging van huis, man en kroost op uw bloedeigen tenge re schouders. De huiskamer kunt u voor één keer wel eens 's avonds aan kant maken, en de melkboer is. door de bank een inschikkelijke man,' met wie een accoord te treffen is in de vorm van een vaar flessen by de buurvrouw. Mei de bakker staat het even zo geschapen. Als u dan de groente 'smorgens vroeg schoon maakt, de aardappelen een dag tevoren schilt en de bedden in ijltempo opmaakt, met hoog stens een zwierige zwaai met de lange stoffer over het linoleum dan kunt u om klokke negen uur, aangekleed-gaat-uit, de voordeur met een gerust hart achter u dicht trekken. Als u dan de boodschappen op een lijstje in de beurs hebt, en van de postbode de kunst hebt af gekeken om uw route in te de len, zijn die twee uur totdat de spinazie op het gas moet royaal voor een maand voldoende. Maar daarbij garandeer ik u, uit ervaring, een serie gloed nieuwe belevenissen èn een op gewekt humeur voor de rest van de dag. Immens, de stad zien in de morgen is een genoe gen op zichzelf. Om té begin- -» i Oud in de mond 4f ¥r it nen is het altijd plezierig om te constateren hoe ijverig ieder een aan de arbeid is en hoe voordelig uw eigen zorgeloos flaneren daarbij afsteekt. Kijk eens hoeveel bellen en brieven bussen naarstig worden ge poetst. Hoeveel nijvere klein handelaren in groente, zuivel, petroleum, brood, koek en be schuit, keukengereedschappen, bloemen en vleeswaren zich langs de deuren reppen. Hoe kwiek de posterijen uw schrif telijke belangen behartigen. Hoe naarstig achter kantoorramen de schrijfmachines ratelen, hoe blij van zin de schoolkinderen vaderlandse liederen aanheffen. Wezenlijk, u hoort het inge wikkeld raderwerk der maat schappij snorren, tot uw innige tevredenheid, en u loopt daar. maar te lopen als een soort on bezoldigd inspectrice die alle tijd aan zichzelf heeft Leef v, niet al te zeer in de rol voor noemd in, anders loopt u ge vaar een ijverig stadsreiniger op de rug te kloppen of bij een plichtvergeten slagersjongen, die belangstellend naar het ver loop van een bekeuring staat te kijken, te informeren of dit de juiste wijze is om de tijd van zijn baas te besteden. Wees wijs, en houd u afzijdig. Kijk alleen maar om u heen en verbaas u over het frisse morgengezicht van de stad. Kuier het park binnen, dat nu, ten uwen gerieve, zo paradijse lijk verlaten ligt. Waar u de eigen voetstappen hoort kner pen op het kiezel, en het gras ■nog ziet fonkelen van de drup pels. Als u dat wilt, kunt u, met handschoenen en al, zo maar ergens over een brugleu ning staan turen om een praam vol bloemen te zien voorbij va ren. En indien u van dat hout gesneden bent zoudt u eventueel een tijdlang uw onverdeelde aandacht kunnen geven aan het heien van een paal of het met selen van een rriuur. Het is alleen maar jammer, dat lieden die zich met heipa len of bakstenen bezig houden, zich zo vaak gedrongen voelen, tegenover een toeschouwster enige opmerkingen ten beste te geven, die er in druk bijzondex indecent uitzien. Vaak, zeg ik nog eens: niet altiid. Dit ter voorkoming van ingezonden stukken en open brieven sta mens de- bond van bouwvakar beiders. Maar als u zich na al deze geneugten met enige wroeging de boodschappenlijst herinnert: dan staat u een nieuwe, verras sing te wachten. U hebt u zelf een lap voor een zomerjurkje beloofd. Iets in liet maisgeel, 't mag ook naar citroen zwemen, al of niet met een klein pa troontje, liefst in bruin U drukt de winkeldeur open bent u werkelijk terecht? Waar zijn de volgestapelde toonbanken, de drommen koop sters, de rood aangelopen, haas tige winkeldames? Leeg en glanzend staan de toonbanken, u hebt uw bediening maar voor het kiezen, en stort u op uw ze ven gemakken, in een heerlijke uitgesponnen discussie over dit maisgeel eventueel citroen, ge completeerd met iets in melk chocolade-nuance yan kreuk- herstellende vlistra, met ruimte in de rok en een rondgeknipte bolero of doorgeknoopt en dan een ietsje klokkend U komt thuis met twee koopjes en een goudgeel humeur. SASKIA. ONS MODEHOEKJE Met een opstaand kraagje De knoppen zwellen, groene puntjes wippen uit de grond: de Lente maakt haar enrtee. Ze doet het nog wat schutter, maar als ze zo haar „jour" heeft, zijn we direct bereid mee te doen. Dan komt zo'n gezellige over gangsjurkje van pas. De aardige hals met het even opstaande kraagje, de aparte knoopsluiting, de royale zak ken, het zijn allemaal charmante dé tails, die het japonnetje tot een suc- ces maken. Men heeft ervoor nodig Feuilleton door Renée Shann Generaal Eisenhower zal Dinsdag 20 Mei spreken op de conferentie over dc geestelijke verzorging van de W.-Euro pese luchtmachten, die op 19 Mei in hotel Figi te Zeist geopend wordt. 10 „Ja, een koffer", „In orde, daar is hq al. De conduc teur heeft hem juist uitgeladen. Hebt u een auto hier, juffrouw?" „Ja, op het stationsplein". „Goed, dan breng ik hèm daar heen". Zich dan weer tot Barbara wen dend, zei Joan glimlachend: „Zullen wo dan maar gaan? Hebt u een goede reis gehad?" „O, een heel gemakkelijke. De trein was half leeg". Langzamer dan op de heenweg reed Joan terug en Barbara had ge legenheid, de omgeving goed te bekij ken. Het landschap beviel haar bo venmate en ze bedacht ln stilte, dat ze verstandig had gedaan, hier te ko men. Ze was blij, niet meer in Lon den te zijn. Lucie had beweerd, dat Barbara die stad begon te haten. Lucie's uitingen van afschuw, toen haar vriendin had verteld, dat ze de betrekking had gekregen, waren bij na komisch geweest. „Ik had die morgen nooit gedacht, dat je in ernst 'sprak, Barbara", had ze gezegd, „maar je kunt je toch niet op het platteland gaan begraven. Bovendien had ik gedacht, dat je bij mij zou blij ven". In. die omstandigheden was het een beetje moeilijk gebleven. Lucie te overtuigen, dat 't Barbara met haar besluit werkelijk ernst waa. En de moeilijkheid werd nog vergroot om dat ze in geen geval Lucie's gevoelens wilde kwetsen. Gelukkig was plot seling 'n andere vriendin opgedaagd, die een onderdak te Londen zocht, zij had telefonisch gevraagd, of er in de flat nog een kamer vrij was en een bevestigend antwoord ontvangen. Weliswaar had Lucie jegens Barbara verklaard, dat zq (Lucie) en Julie niet zo best samen zouden opschie ten, „want we spreken niet dezelfde taal", maar in elk geval was er een plaatsvervangster gevonden en bij Barbara's vertrek had Lucie haar nog op het perron uitgenodigd, toch dik wijls over te komen. Er zou altnd een slaapgelegenheid voor haar zq'n op de divan in de huiskamer. Barbara van haar kant was in vriendelijkheid niet achtergebleven. Natuurlijk zou ze graag eens naar Londen komen, al wilde ze er dan lie ver niet meer wonen. „Ik wil nu eens nagaan, hoe het buitenleven me be valt, Lucie. Als ik spijt krijg, kan ik altijd naar de stad terugkeren". De herinnering aan dit afscheid moest plaats maken voor nieuwe in drukken, toen Joan, na de hekken te zijn doorgereden, Barbara's aandacht op Lawnside Hall vestigde. „U kunt ons huis door de bomen heen zien. Het heeft wel iets van Windsor Cas tle, maar in werkelijkheid is het zo groot niet". Zich voorover buigend, moest Bar bara erkennen, dat het gebouw er inderdaad wezen mocht. Het was uit oude grijze steen opgetrokken rond om een vierhoek, met in het midden een massieve eikenhouten deur. Op het geluid van de naderende auto kwamen twee jachthonden, die ln de middagzon hadden geluierd, haastig toelopen. „Dit zijn Stephen en Smudge", zei Joan. „De zwarte heet Stephen. Smudge is mooier, maar Stephen liever". Terwijl Barbara uit de auto stapte, sprongen de honden tegen haar op, ter verwelkoming druk met hun staarten kwispelend. „Laten ze u niet hinderen'., riep Joan uit, maar Barbara zei, dat van hinderen geen sprake was. „Ik houd van honden". (Wordt vervolgd), ca. 2.50 an. stof van 140 breed, of 3.75 m. van 90. U begint met alle figuurnaden dicht te stikken. Zijschouder- en mouwnaden sluiten, de oksels inknip- pen en er de stukjes inzetten. Let U daarbij op het kruisje! Dan zet U het beleg tegen de voorkanten en de aehterhals. De mouwen stikt U tus sen de dubbele stof van de manchet (3.3x5 cm). Tegen de voorbaan naait U de voeringzalcken, waarna U haar met heupstukken verbindt. De zijna den van de rok sluiten. Links blijft een split voor de treksluiting open. De plooien x op o vallend inleggen én de rok met het lijfje verbinden. Een strikje in de kleur van de cein tuur sluit de kraag. Het andere jurkje geeft een aardi ge variatie te zien. Hier is de voor sluiting vervallen. De voorkanten zijn volgens de middenvoorlijn geknipt, van boven even afgerond en aan elk aar gestikt. Aan weerskanten van de naad maakt U op 1 c.m. afstand een stiksel, evenals langs de halsopening kraag, manchetten en zakken. Het strikje kunt U desgewenst vervan gen door een leuke speld of broche. ELLA BEZEMER

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 8