Actueel en moeilijk probleem in „Men slaat geen dode honden" J C C. Artistiek organisator nummer één: Carel Briels TWEE BLIJSPEL-PREMIERES: TWEE SUCCESSEN LULLY WERD MÜZIEKDICTATOR ONDER LODEWIJK XIV ZATERDAG 17 MEI 1952 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 LETTERKUNDIGE KRONIEK Opmerkelijk debuut van jong Nederlands schrijver PAUL DE CASPARIS HEEFT IN ZIJN NOVELLE „Men slaat geen dode honden" een actueel onderwerp aangesneden; een*zeer moeilijk pro bleem, waarvoor geen oplossing schijnt te bestaan en waarvoor ook de schrijver ons geen oplossing geeft: de terugkeer in het dagelijkse leven van al diegenen, die gedurende de oorlog aan de Duitse zijde stonden en die, de een meer, de ander minder, de eigen landgenoten benadeelden en er gerden. Wie kent niet, ondanks alle vergevensgezindheid, ondanks de overwe ging: ze hebben hun straf gehad, we moeten verder leven, er zijn dndere dreigingen, wie kent niet, ondanks alles het alleronbehaaglijkste ge voel, wanneer men plotseling een oude vijand uit de oorlogsjaren weer op vrije voeten ziet, wat verouderd en vaal, maar zo keurig en zelfverzekerd in een net pak en met een actetas, juist alsof er niets gebeurd is? Hy geniet weer van de vrijheid en zon, hij werkt weer en we praten soms zelfs weer met hem. Ons verstand zegt: hy moet terug in de maatschappij, la ten we vergeven en „gewoon" doen. Maar dat gevoel van onbehagen is er. Van beide zijden, en de verhouding is gewrongen. Het is een gevoel, dat mogelijk nooit zal kunnen worden begrepen door iemand, die niet on der een vijandelijke bezetting heeft geleefd en bewust geleden heeft on der de houding van sommige van zjjn landgenoten. Het is een probleem, waar we mogelijk liever niet meer aan denken, maar waar we telkens weer mee worden geconfronteerd; een gevoel dat zich niet laat wegrede neren, maar dat weg moet slijten, afsterven, bij de een vroeger, bij de ander later. „Men slaat geen dode honden" is het ik-verhaal van een jongeman, Theodoor, die het plan heeft de vrij gelaten slappeling Kaps te doden. Kaps is het symbool van -alle onbe langrijke, maar schadelijke halfzacht heid tijdens de oorlog. Hij was po litiechef in Theodoors dorp en hij werd min of meer direct de oor zaak van de dood van Theodoors vader. Theodoor was toen nog een schooljongen. Kaps kreeg vijf jaar, en nu is hij vrij. Een van haat ver vulde jongeman volgt hem door Am sterdam; hij heeft een revolver in zijn koffertje om Kaps te doden. Een vriend van Theodoor, een soort personificatie van zijn tweede ik, wijst hem er echter op hoe nutte loos dat is: er blijven er duizenden als Kaps, erger en minder erg, en ze komen allemaal terug, ze zullen allemaal leven en ademen en zich reorganiseren. Doordat Kaps een groot zwak heeft voor Theodoor. is de moord al te gemakkelijk. Op het laatste mo ment laat ffhij, walgend, zijn wapen zakken: „Maar als ik Kaps niet doodde, wat dan met mijn eigen leven? Met mijn vrienden, die geen vrienden waren, mijn liefde, die geen liefde door HANS WARREN was, mijn leven, dat geen. leven was dat alles was de schuld van Kaps. Niet alleen van Kaps. Ook van anderen. En van me zelf, omdat ik mij nimmer bewust was geweest, dat ik niet alleen tegen Kaps moest vechten maar ook en vooral tegen de anderen, die mij persoonlijk geen kwaad hadden ge daan, maar die het mogelijk hadden gemaakt, dat een man als Kaps kon moorden, dat duizenden als Kaps de mogelijkheid gegeven was, ons le ven te verwoesten. Kaps was schul dig natuurlijk maar hij was niet de hoofdschuldige van de ge beurtenissen, die mijn leven vernie tigd hadden en die mij er toe ge bracht hadden, dat ik hier als een waanzinnige op deze donkere gracht met een revolver in mijn hand stond. Maar dat was verleden. Goed ik zou Kaps doden. Maar niet met 'n revolver. Niet met 'n schot. Goed ik zou vechten maar niet met wa pens, tenminste zolang zjj er geen gebruik van maakten. Ja ik moest vechten, om mijn eigen bestaan te rechtvaardigen en mij hoop te ge- ullurele avalcade EEN AMERIKAANS verzamelaar van op Voltaire betrekking hebbende documenten, heeft zijn collectie aan geboden aan het museum „Les Deli- ces" te Genève, onder voorwaarde, dat het tot een „Voltaire-instituuf" ge maakt zal worden, met de gever als onbezoldigd directeur voor het leven. NICO VAN DER LINDEN, de Ne derlandse dirigent, heeft te Nice veel succes gepogst met onder zijn leiding door het stedelijke philharmonisch or kest gegeven concerten. Zijn compo sitie „Roosevelt Elegie" werd in Nice voor de eerste maal uitgevoerd. DE NEDERLANDSE, 22-jarige pia nist John Pennink is een van de can didates die zijn toegelaten tot de tweede proef van het internationaal pianoconcours „Koningin Elizabeth" te Brussel. JOHAN DE MEESTER verzorgt de opvoering van Vondels „Joseph in Dothan", die op 29 Juli a.s. te Orange zal wo'den gegeven. Deze voorstelling, die gehouden zal worden in de groot ste in Frankrijk overgebleven open- luthtschouwburg uit de Romeinse tijd, r&l door Koningin Juliana worden bij- p'woond. De hoofdrollen zullen ver wikt worden door leden van de Comé- die Frangaise. HET ROTTERDAMS TONEEL zal begin Juni als laatste première van dit seizoen brengen „Hel geheim van dr. Spencer", geschreven door mr. H. M. Planten. Jan Teulings zal de regie voeren. TE AMSTERDAM wordt een ten toonstelling gehouden van de vijftig best verzorgde boeken. De uitgeverij „De Bezige Bij" verkreeg met 6 stuks het hoogste aantal onderscheidingen. WILLEM GEHRELS, directeur van de Amsterdamse Volksmuziekschool, zal op verzoek van het gouvernement der Nederlandse Antillen naar Cura sao komen om te adviseren bij de op richting van een gouvernements-mu- ziekschool. ven. Maar niet alleen- tegen Kaps. Ik moest met andere middelen vech ten. Tegen Kaps en tegen de duizen den als hij!" Een oplossing, hoe te vechten, weet Theodoor evenwel niet; hij blijft alleen met zichzelf. DE ANDERE VERHALEN. Behalve deze sober geschreven novelle bevat dit boek nog twee an dere verhalen: „Het gevecht van Frederilc Laarmans" en „Kermls- straat." Zij vormen Paul de Caspa- ris' debuut in de Nederlandse lette ren. en het is jammer dat deze be slist van talent getuigende verhalen zo'n snorlcerige, byna weerzinwek kende aanbeveling meekregen op de omslag van het boek; een aanbeve ling die bjj de lezer alleen maar de lust opwekt het boek in een hoek te gooien, en die dus een waarschu wend voorbeeld is van averechtse reclame. „Het Gevecht" is veel minder ge slaagd. Het vertelt van een 34-ja- rige man die veertien jaar geleden zijn moeder in de steek liet en die nu het bericht ontvangt van haar dood. Hij voelt zich verplicht, naar zijn geboortedorp terug te keren, maar hij kan niet besluiten. Dan volgt een irreële, symbolische reis naar huis, en om dat verhaal ten einde toe te lezen heeft men dezelf de onderworpen en geduldige moed nodig, als voor het aanhoren van een eindeloze droom die iemand met alle feweld wil uitvertellen. Werkelijke eklemming, zoals Kafka ons die brengt, ontbreekt hier volkomen; het is alleen vervelend. De beste novelle van het drietal, nog verre te verkiezen boven liet titel-verhaal, staat echter aan het eind. „Kermisstraat" is een voortref-, felijk, pretentieloos, eenvoudig ver haal over een samenleving in een oud Amsterdams grachtenhuis in een duistere buurt. De bewoners zijn al lemaal licht, of zwaar zonderling en temidden daarvan vestigt zich, door woningnood gedwongen en ook door toeval, een gezond, jong arbeiders- paar. De reacties wederzijds zijn kos- tejijk getekend en ook de niet na drukkelijke, maar steeds merkbare, diepere lcvensichtergrond is tot het einde toe helder gehouden. In „Ker misstraat" vooral betoont Paul de Casparis zich een novellist van on miskenbare kwaliteit. Uitgave: Foreholte, Voorhout, „Het Parelsnoer." PLANKENPROMENADE Haagse en Nederlandse Comedie uitstekend op dreef. (Van een speciale correspondent). Zowel de Nederlandse als de Haagse Comedie hebben de maand April besloten met 'n première; beide gezelschappen brachten een nieuw blyspel, respectievelijk van Belgisch en van Engels origine. De Haagse Comedie had liet oog laten vallen op ,,'t Is maar betrekkelijk" van Noel Coward, de Britse auteur wiens „Ik lach erom" enkele jaren terug zo'n groot suc ces in ons land incasseerde. De Nederlandse Comedie koos „Een vrouw met een ldein hart" van de Belgische schryver Fernand Crommelynck. Belde premières trokken volle zalen en oogstten een langdurig en verdiend applaus. „Kon-Tiki" is de titel van een füm- documentaire, die eerdaags in ons land gaat rouleren en die een boei end relaas geeft van de vermetele tocht, welke de geleerde Thor Heyer- dahl en enige vrienden op een pri mitief houten vlot maakten. De ge hele film is tijdens deze merkwaar dige expeditie opgenomen en heeft talryke prijzen gekregen, o.a. de Os. car als de beste documentaire van 1951. Onze foto toont het vlot mid den op de oceaan. Koningin Elizabeth van België naar concert in Gouda Koningin Elisabeth van België zal het concert bijwonen, dat de Neder landse Bachvereniging zal geven in het kader van het Holland-Festival op Vrijdag 13 Juni a.s. in de Sint Janskerk te Gouda. Voor deze uitvoe ring heeft men een orgelwerk van Dietrich Buxtehude gekozeneen van de korte missen van Joh. Seb. Bach en „The Dettingen te Deum" van Handel. Er zal medewerking worden verleend door Mea Naberman, so praan; Annie Hermes, alt; David Hollestelle, bas; door het koor van de Ned. Bachvereniging en door Wil lem Goedhart, orgel. Voorts door Al- bert de Klerk, orgel continuo en door leden van het Concertgebouworkest. Op. Vrijdag 27 Juni a.s. zal de tra ditionele uitvoering van Bach's „Ho- he Messe" worden gegeven in de Gro te Kerk te Naarden, met medewer king van o.m. het Concertgebouw orkest. Onder régie van Cees Laseur ont rolde zich in de Haagse Koninklijke Schouwburg een vlotte opvoering van ,,'t Is maar betrekkelijk", waarin de auteur Coward danig de spot drflft met de heersende opvattingen over standsverschillen met name in Enge land. Hij laat een jonge graaf wiens voornaamste „sport" het vrou- wenjagen is zijn ganse aristocra tische familie de stuipen op het lijf jagen, wanneer deze jonge edelman te kennen geeft dat hij wil trouwen met een beroemde, doch zeer domme cn bovendien niet-adellijke filmster. In de algemene consternatie blijft slechts de butler van de familie zijn ijzige kalmte bewaren en het is voor namelijk aan zijn adviezen en be moeienissen te danken dat de huwe lijksplannen niet doorgaan, en een mésalliance in de boezem der adel lijke familie voorkomen wordt. Deze butler was een pracht-crea- tie van Cees Laseur die zich volko men in zijn rol had ingeleefd en met zijn voortreffelijk spel van het begin tot het eind wist te boeien. In één adem met hem moeten wij Diny Sprock noemen, die als kamenier uitstekend spel té genieten gaf. Fie Carelsen speelde op geroutineerde en overtuigende wijze de moeder, al had zij enige ogenblikken nodig om op dreef te komen; Annie van Duyn bleek geknipt voor de rol van film ster. Ook de kleinere rollen werden met animo gespeeld. Twintig jaar geleden schreef de Belg Crommelynck zijn stuk „Een vrouw met een klein hart", en thans beleefde dit blijspel in de Utrechtse Schouwburg zijn eerste opvoering in Nederland. Originele complicaties vindt men te over in deze luchtige geschiedenis, geestige dialogen even eens, al zullen sommige bezoekers zich misschien wel eens ergeren aan Pennestreek in testament bracht kunstschatten op de veiling Schilderijen van Rembrandt en Van Gogh, zestig etsen van Dürer, zes beeldhouwwerken van de grote Fran se meester Rodin en nog vele andere kunstschatten zullen van Mei tot De cember te Parijs verkocht worden. Ze waren het eigendom van de Franse millionnair en kunstverzamelaar Ga- brial Cognacq, die voor de oorlog voorzitter was van de Franse „Raad der Musea". Tengevolge van zijn houding tijdens de oorlog werd hij van dit ambt ont heven en uit verbittering schrapte Cognacq het Louvre uit zijn testa ment. Dit pennestreekje beduidde, dat het Louvre niets van zijn kunst schatten zou erven, want aanvanke lijk had Cognacq bepaald, dat dit mu seum alleen erfgenaam zou zijn! De vertegenwoordigers van het Louvre zullen willen zij nog iets „erven" moeten opbieden tegen rijke kunst verzamelaars, die uit alle delen van de wereld naar Parijs zijn gekomen om deze unieke verkoping bij te wo nen. een té gewaagde grap. Doch spreekt een grote levensblijheid uit is met een verregaande preutsheid, waardoor ze onmiddellijk flauw valt wanneer gesprekken of gebeurtenis sen rondom haar daartoe ook maar de geringste aanleiding geven (zelf noemt zij dit euvel „een te klein hart"). De frisse creatie van Kitty Janssen als de moderne jeugdige dochter, het gedegen spel van Henk Rigters( die tevens de regie had) als landheer, de goede vertolkingen van dit stuk: iets dat men tegenwoordig i BÓesnach en Maxim "Hamel; niet genoeg kan waarderen. Voorts (1Un auer spel wettigt de venvach- is er een prima rolbezetting. Mary Dresselhuys blonk uit in de hoofdrol als de landgoedeigenaresse die behept ting dat nog vele bezoekers een pret tige avond aan deze „Vrouw met een klein hart" zullen beleven. MUZ1EKFEU1LLETON. Werken van Lully en Corelli op het programma van „De Symphonie" te Goes. ANNEMAKIE VAN MONTPENSIER, het nichtje van Lodcwyk de Veertiende van Frankrijk, wilde graag goed Italiaan» leren. Niet zo maar uit een boekje, maar door geregelde conversatie met. Italianen. Daarom toog Annemarle naar haar neef Gaston de Guise, die op het punt stond naar het buurland te vertrekken en hem vroeg ze: „Gaston, breng je een lief Italiaantje voor me mee?" Gaston wilde «Un bloedver wante niets weigeren en haalde voor haar uit Florence een veertienjarige knaap, en levenslustige molenaarszoon, die babbelen, zingen en guitaar- spelen kon. Giovanni Battista Lully heette de jongen en hjj was al spoe dig in de hofhouding van Annemarie Ingeburgerd. Daar bleek alras, dat h\j uitstekend kon dansen, boordevol frisse ideeën zat en muzikaal zeer begaafd was. Dit bracht de hertogin van Mont- pensier aan het denken en het ge volg was, dat zij op advies van de graaf de Nogent de jeugdige Bat tista of Baptist zoals hij ln Frankrijk werd genoemd in de ge legenheid stelde zich op muzikaal terrein te bekwamen. Lully maakte van deze kans een goed gebruik, studeerde bij de belangrijkste mu sici, die Frankrijk in die dagen ken de en trad in dienst van de koning. Daarmee begon de merkwaardige carrière van de Florentijnse page, die zich wist op te werken tot de muziek-dictator van Frankrijk en tot stichter van de Franse opera. Zodra de geniale Lully aan het hof kwam, kreeg hij wijwei alles fedaan wat hij wenste: hij werd ln e adelstand verheven, wist na vele intriges van de koning het monopo lie af te dwingen om opera's op te voeren, ondanks hevige protesten van vele zijden, werd dirigent van de koninklijke kapel, hofcomponist hy schreef even gemakkelijk een opera als een requiemmis en werd tenslotte zelfs lid van de Raad van State! Voor Lodewijk XIV was Lully's muziek onweerstaanbaar en boven dien zorgde deze Italiaanse Frans man steeds voor nieuwe „stunts", waarmede hij het soms eentonige leven in Versailles opvrolijkte. Eens sprong hy tydens een ballet-opvoe ring van het toneel ln de orkestbak, boven op bet clavecymbel, zodat hy pardoes door het dunne hout en de fyne snaren zakte. Daverend succes Boston Symphonie-orkest speelde in Amsterdam. Vorige week heeft het Boston Sym phony Orchestra te Amsterdam zijn tweede en laatste concert in Ne derland van zijn Europese tournee gegeven. Na te 's-Gravenhage te zijn opgetreden onder Charles Munch concerteerde het Amerikaanse orkest in het Amsterdamse Concertgebouw voor een bijna geheel bezette zaal on der leiding van Pierre Monteux. Het programma luidde: Berlioz, ouver ture Benvenuto Cellini; Brahms, der de Symphonie; Schuman, derde Sym phony; Ravel, Alborada del Gracioso en Richard Strauss, Till Eulenspiegel. De zaal bracht de dirigent aan net eind van het concert een langdurige ovatie, waarin deze de orkestleden ruimschoots liet delen. De dirigent werd een bloemstuk aangeboden. Het concert was geopend met het spelen van het Nederlandse en het Ameri kaanse volkslied. SPECTACULAIR EN GROOTS Hij was een slecht leerling op de toneelschool (Van onze speciale verslaggever). AMSTERDAM, Mei. Heel Nederland kent zo langzamerhand Carel Briels. Is het dan niet van aangezicht tot aangezicht, dan toch van naam. Onverbrekeiyk is die naam verbonden aan zeer spectaculaire en zeer kostbare vertoningen, waarmee enige stad of streek meende by een bij zondere gelegenheid het gemene volk te moeten vermakn. Deze Carel Briels Is vyf en dertig jaar, gehuwd en vader van vier zo nen, die al even gemakkelijk te temmen zijn als vader'het geweest moet zijn ln zyn schooljaren, toen menigeen in het rustieke Tilburg waarschyn. lijk wel eens hoofdschuddend gezegd zal hebben, dat die aap van een jongen opgroeide voor galg en rad. Leren? O, neen, dat was er niet by. Altyd had-ie wat te knutselen of te organiseren en het vervelende voor meester of juf was, dat-ie telkens weer kans zag, de hele klas achter zich aan te krijgen, zyn woord was by de jongens weinig minder dan wet. En omdat 't ruwe typisch mannelyke bedryf z'n voorkeur had, gaf dat nogal ecu» moeilijkheden. Wijze lieden hebben er hun hoofd wel eens over geschud, en de wijs ten voorzagen dan ook heel gauw, dat die knaap met zijn overigens rijke fantasie, hoogstens alleen nog zou kunnen deugen voor het toneel. Wanneer hij zich in deze richting zou gaan bewegen, zou het hun ten minste niets verwonderen, zeiden ze. Daarmede bedoelden zy uiting te ge ven aan hun meest vernederende gevoelens voor dat toneel. Hoe zeer is deze goe-gemeente in het gelyk gesteld geworden. Carel Briels ging naar de hoofdstedelijke toneelschool. Maarook op die school mocht hij zich niet tot de uitblinkers gaan rekenen. Met de hakken over de sloot kwam hij door zijn eind-examen. Wie hem nu naar die scholin? vraagt, krijgt steevast te horen, dat hy ook daar een slech te leerling geweest is. En zo heeft Nederland hem na dat examen ei genlijk niet op de planken kunnen vinden. Want deze afgestudeerde to neelspeler gaf er de voorkeur aan van meet af aan de touwtjes zelf in handen te nemen. Dus ging hij regisseeren en bleef achter de scher men. TONEELLEIDER. Met een amateur-groep uit Oos tenrijk maakte hy in 1939 zyn en tree als toneelleider. Niet minder dan „Don Quichotte" zette hij op de planken en deze opvoering gaf hem zoveel zelfvertrouwen, dat bij meen de steek genoeg te staan om een eigen toneelgroep te kunnen forme ren met het Nederlands Toneel Ly ceum. Dr. Goedewagen de beruchte uit de bezettingstijd van de Duitse „Kultur"-kamer heeft die groep in 1941 verboden. PromDt antwoord de Carel Briels de brutale, voor niets terug deinzende Carel Briels met 'n dagvaarding aan de „Kultur"- vriend. Het enige effect ervan was, dat de Duitsers de levenslustige jon geling Carel een poosje gastvrijheid gingen verlenen. En toen kwam de bevryding. En met die bevryding ook de kans voor de zoekende geest van Carel Briels om tot ontplooiing te komen. „Dank zy wylen Herman van Eerenbeent, die myn geestelijke vader werd", zegt de Briels van dit ogenblik met een mymering in zyn stem. CAREL BRIELS. duizenden en duizenden bij Hunne Majesteiten en de hofhou ding! Lully was een brillant en geestig causeur, maar hij had één fout: vaak werd hij spoedig driftig en verloor dan alle zelfbeheersing. Eens timmerde h(j een viool in stukken op de rug van een der orkestmusici en zelfs werd zyn temperamentvol karakter de oorzaak van zijn dood. By de uitvoering onder zijn leiding van een Te Deum, stampte hij met zijn stok heftig op de grond en kwetste daarby zyn voet. Hij kreeg infectie in de wonde en overleed als gevolg daarvan, 55 jaar oud. Kennis van Lully's levensgeschie denis is niet beslist noodzakelijk om zijn muziek te begrypen en te waarderen, maar toch kan het ver helderend werken, wanneer men weet voor wie en onder welke om standigheden zijn aristocratische, composities werden geschreven. Dinsdag geeft de Goese Orkestvere niging „De Symphonie" onder lei ding van Jan Kuiler een uitvoering van een van z(jn suites. Waarschijn lijk is dit werk voor het eerst ge speeld ais verstrooiingsmuziek voor de verwende Zonnekoning en zyn ge volg. Ook de moderne mens wordt nog door deze klanken geboeid, al zal het hof van Versailles er meer door geïmponeerd geweest zyn als de luisteraar van 1952. CORELLI. De eveneens Italiaanse componist Arcangelo Corelli, van wie Dinsdag ook een werk op het programma staat, was een generatie jonger dan Lully. Als zovele van zyn collega's- landgenoten zwierf hy door Europa, voornamelijk in Duitsland, waar hy werkte in MUnchen, Heidelberg en Hannover. Zyn beste composities werden in Amsterdam uitgegeven. Corelli is de schepper van het Concerto Grosse, waarvan het prin cipe op deze plaats reeds eerder is uiteengezet: een groepje solisten, het „concertino", speelt beurtelings samen met bet „grote" orkest. De kracht van Corelli ligt vooral in de wijze, waarop hij zijn vioolpartyen heeft geschreven. De grote vocale eigenschappen van het Italiaanse volk schijnt hy op het instrument overgedragen te hebben. Dat is niet helemaal verwonderlijk, want de da- fen van Corelli zyn immers ook de agen van de grote vioolbouwers, zodat toondichter en ambachtsman hier hand ln hand gaan. Zijn bekendste werk is het „Con certo Grosso fatto per la notte di natale", dat door de „Symphonie" wordt uitgevoerd, een combositie ge schreven voor de Kerstnacht. Het „wedyver-principe" is hier niet zo goed merkbaar, omdat het concertino twee Wol en en cello zelden buiten de orkestbegeleiding optreedt. De kerstsfeer wordt gevon den in het laatste deel. een „Pas torale", waarin de prachtige lyri sche melodie-bouw van de componist duidelyk blijkt. Het programma van „De Sympho nie" vermeldt voorts twee trio'6 (Mozart en Beethoven) en enkele delen uit de „Haffner-serenade" van Mozart. de K. „A. den Doolaard schreef bet ,,Dra. ma der Bezetting" en dat werd myn eerste grote stadionspel." Daar zijn vele andere grote spelen op gevolgd, spelen, die een volkomen eigen plaats krep-en in de hedendaagse Nederlandse cultuur. Spelen, die door de fantasie, die Carel Briels er in wist te leggen inderdaad konden spreken tot de verbeeldingskracht van duizenden en nog eens duizen den. Met dit beeld voor ogen hebben we dezer dagen Carel Briels' jongste werk in het Amsterdamse R_A.I.-ge- bouw bekeken, waar 21 Mei niet minder dan twee miUioen liter water op de badtemperatuur van 24 gra den doorheen zal stromen, waar dan in de nok van het gebouw een imi tatie-vliegtuig van de KX<.M.-lijn- dienst AmsterdamZürich zal vlie gen, waar een nabootsing te zien zal zijn van de spiegel van het uit Hol lands glorietijd daterende vlagge- schip „De Zeven Provinciën", waar moderne sluiswerken, bergen en ste den geïmiteerd zullen worden, en dan tenslotte waternimfen zullen dar telen in het stromende water. Het is andermaal een fantasie en uitvoering van deze Carel Briels, die niet deugen wilde. En wie enig begrip heeft van organisatorisch werk, vervult het andermaal met bewondering. Albert Basseman overleden. De Duitse toneelspeler Albert Bas- sermann Is Donderdagavond te Zü rich in de ouderdom van 85 jaar over leden, kort nadat by per vliegtuig uit New York was aangekomen. Bassermann werd op 7 September 1867 te Mannheim geboren. Nadat hij aanvankelijk scheikunde studeerde, ging hy al spoedig naar het toneel. Dank zij zyn doorzettingsvermogen wist hij een grote handicap voor een toneelloopbaan, zijn zwakke, hese stem, te overwinnen. Na o.m. verbon den te zijn geweest aan het hofthea ter van Meiningen, trad hij van 1899 tot 1915 op in het „Deutsche theater" en het „Lessing-theater" te Berlijn, waar hy, in de school van Otto Brahms en Max Rheinhardt, naam maakte door zijn sterk persoonlijke vertolking van verscheidene rollen uit stukken van Ibsen. Na 1915 was Bassermann niet ver bonden aan een gezelschap, doch vervulde, meestal met zijn vrouw El- se Schiff, gastrollen aan Duitse thea ters. Hieraan kwam een einde, toen in 1934 te Leipzig een engagement aan zijn vrouw werd geweigerd. Basser mann bedankte voor het lidmaat schap van de „Vereniging van Duit se tonelisten" en trok zich terug in Arosa (Zwitserland). Later vertrok hij naar de Verenigde Staten, waar hij bleef tot 1946. Na enige tournees in West-Europa, waarbij o.m. Neder land werd bezocht, keerde het echt paar Bassermann in 1949 naar Duits land terug. Elizabeth H. Korevaar-Hesseling 65 j'aar. Donderdag 22 Mei wordt Elisabeth H. Korevaar-Hesseling te Delft 65 jaar. Ter gelegenheid daarvan zal zij op Zaterdag 24 Mei in het museum „Paul Tetar van Elven" worden ge huldigd voor haar verdiensten op het terrein van de kunstgeschiedenis. Er heeft zich een huldigingscomité ge vormd waarin verscheidene vooraan staande figuren op het gebied van kunst en wetenschap zitting hebben.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1952 | | pagina 7