c
Van Riebeeck-tentoonstelling
van ongekende omvang
J
HET BELGISCHE WEGENNET
WORDT VERBETERD.
H
De Oosi-grens
WOENSDAG 26 MAART 1952
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
„ONS BOU 'N NASIE"
Z.-Afrika zal stempel zetten op nieuw
tijdperk in de wereldeconomie
(Van onze correspondent).
KAAPSTAD, Maart. „Deze tentoonstelling zal later genoemd
worden het begin van een nieuw tijdperk in de wereldeconomie, dat
beïnvloed zal worden door de ondernemingsgeest en de rijkdom van
Afrika". Met deze profetische woorden opende de gouverneur-generaal
van Zuid-Afrika, dr. E. G. Jansen, in aanwezigheid van vierduizend
gasten (waaronder vele Nederlanders), de enorme tentoonstelling, die
in Kaapstad gehouden wordt ter gelegenheid van de Van Riebeeck-
feesten. Fanfares weerklonken en een eskader van Zuid-Afrika's lucht
macht vloog boven de tientallen hallen en paviljoens, toen dr. Jansen
het oranje-blanje-bleu gekleurde lint doorknipte, dat het meer dan
zeshonderd meter lange hoofdgebouw nog voor het publiek hield
afgesloten.
inhoud aan goud en diamanten ter
waarde van twaalf millioen gulden.
Er is een door de Nederlandse ge
meenschap aangeboden Culem-
borgs marktplein (het stadhuis en
straatjes met fraai uitgevoerde oud-
Hollandse huisjes) en er is een oud-
Engels dorp, waarin de vreugde
hoogtij viert Daarnaast kan men
een goudmijn in bedrijf zien of wijn
drinken in de koele kelders van de
coöperatieve druivenkwekers in de
Kaapprovincie. Er rijden rikshwas
Negen maanden is er aan deze
tentoonstelling die gelegen is
tussen Tafelbaai en Tafelberg, dicht
bij de plaats waar driehonderd jaar
geleden Jan van Riebeeck aan wal
stapte door gemiddeld driedui
zend mensen gewerkt. En het be
hoeft dan ook geen verbazing te
wekken, dat de totale waarde (nog
afgedacht van de permanente ge
bouwen) geraamd wordt op 35 mil
lioen gulden.
Zij maakt een overweldigende in
druk en zij toont in meer dan veer
tig grote gebouwen en paviljoens de
enorme rijkdommen en industriële
mogelijkheden van de Unie van
Zuid-Afrika.
Vijf miniatuurtreintjes brengen
de bezoekers (men verwacht er een
millioen!) over het gehele terrein.
Wie deze gigantische tentoonstelling
werkelijk wil bekijken, zal daar vijf
of zes dagen voor nodig hebben. Er
zijn Bosjesmannen in hun hutten en
er is een stijlvol paviljoen met een
door A. KAPTEIN.
820.
In de tweede helft van de vorige
eeuw, toen liet wetenschappelijk on
derzoek naar de oude Egyptische be
schaving krachtdadig en systema
tisch werd aangepakt, moest de lei
ding van het Egyptische museum te
Cairo herhaaldelijk tot haar teleur
stelling en ergernis ondervinden dat.
waardevolle voorwerpen, waarvan
het bestaan haar zelfs onbekend was.
door de bevolking aan rijke touristen
werden verkocht.
Er moest, koste wat kostgetracht
worden, de bron op te sporen, van
waaruit deze zwarte markt in oud
heden, werd voorzien. Een beroep op
de Egyptische politie was in die da
gen volstrekt nutteloos en daarom
werd er een medewerker op uitge-
stuur, die zich voordoende als een
rijke vreemdeling de markten en
verzamelplaatsen, waar door de be
volking snuisterijen en curiositeiten
werden aangeboden, afstroopte. Zijn
kennis van oudheden was van die
aard dat de kooplieden al spoedig in
zagen dat de normale bazar-namaak
aan hem niet te slijten was en gelei
delijk kreeg hij daardoor contact met
de hogere Pieten, die de kostbaarder
stukken onder beheer hadden. Zo
wist hij steeds een plaatsje verder op
te schuiven in de wereld van de zwar
te markt en maakte tenslotte kennis
met Abd-el-Rasoel, het stamhoofd
van een wijdvertakte familie uit het
dorpje Koerma. Deze Abd-el-Rasoel
bood de jonge onderzoeker een beeld
je aan van bijna 3000 jaren oud en
had daarmede zijn eigen arrestatie
bevel ondertekend. Want op verzoek
van het museum werd het stamhoofd
gearresteerd en voor de kadi ge
sleept.
Eet gehele dorp Koerma geraakte
door deze slechte koop in rep en roer
en alle bewoners bezwoeren voor
rechters en politieambtenaren de on
schuld van het familiehoofd, dat het
oudste en aanzienlijkste geslacht van
het gehele dorp vertegenwoordigde.
Abd-el-Rasoel werd dus vrij gelaten.
Dat zou ook in ons land gebeuren
door zo vele getuigenissen d déchar
ge.
Nu schijnt het gerecht in Oosterse
landen de tijd te hebben. Men windt
zich daar niet op, maar weet zijn zin
nen door te drijven, op welke manie
ren dan ook. De middelen hiervoor
zijn mij niet met zekerheid bekend,
maar ik zou er met goede kans op
succes wel naar kunnen raden. Hoe
het ook zij, kort na Abd-el-Rasoel's
vrijlating werd hij „vrijwillig" door
een medeplichtige bloedverwant ver
raden en toen kwam aan hei licht
dat het hele dorp Koerma één grote
bende van hartstochtelijke grafplun
deraars vormde, waarvan de familie
van Abd-el-Rasoel de dynastie was.
Sinds onheugelijke tijden toas het be
drijf in deze familie van vader op
zoon overgegaan. De vondsten, die zij
bij hun exploratietochten hadden ont
dekt, werden steeds zorgvuldig ge
heim gehouden en als er geld nodig
was werd er het een en ander uit de
schatkamers te voorschijn gehaald en
verkocht via de kanalen van familie
leden of andere dorpsbewoners. Door
deskundigen is de veronderstelling
geopperd dat deze familie het rover-
bedrijf in één onafgebroken reeks
heeft uitgeoefend sinds de dertiende
eeuw vóór Chr. Of hier een duizend
jaar overdrijving in schuilt, zullen we
in het midden laten. In ieder geval is
in 1881 aan dit bedrijf een eind ge
komen.
Nu we ons zo diep in de Egyptische
schatkamer-diefstallen hebben inge
graven. dienen we toch ook de „vloek
van de Pliarao". welke bfj het openen
van het graf van Toet-anc-Amon in
1922 in werking trad, nader onder
ogen te zien.
H. Pétitton.
met gevederde Zoeloe's en er speelt
een Amsterdams draaiorgel, dat met
de „Klipfontein" werd aangevoerd.
Meer dan duizend van de grootste
bedrijven van Zuid-Afrika hebben
er stands of eigen paviljoens, overal
draaien motoren en machines. De
landbouw en de veeteelt, de mijnbe
drijven en de staatsdiensten, de vis
serij en de luchtvaart, letterlijk
ieder facet van het Afrikaanse leven
is hier vertegenwoordigd.
NIEUW STADION.
Grenzend aan het tentoonstel
lingsterrein is een feestterrein op
gebouwd dat men vermoedelijk
terecht het grootste noemt dat
ooit ergens ter wereld gezien werd.
En in het centrum van alles staat
het nieuwe stadion, dat ruimte biedt
aan zestigduizend toeschouwers.
Hier zullen de beste sportlieden van
de Unie him krachten meten, hier
zullen ook Fannie Blankers-Koen
en Wim Slijkhuis tonen, wat ze
waard zijn; hier zullen de muziek
corpsen, de volksdansers en de
feestgroepen der kleurlingen van
allerlei ras optreden; hier zal de
kostbare historische optocht binnen
trekken op het hoogtepunt van het
feest. Hier zal ook de Jan van Rie-
beeck-anno 1952, die met zijn gezel
schap van toneelspelers in een
nauwkeurig nagemaakte „Dromme-
daris" (het schip van de Oostindi-
sche Compagnie, waarmee Van Rie
beeck naar Afrika kwam) in Tafel
baai komt landen, plechtig worden
ontvangen.
Heel het leven van de Unie van
Zuid-Afrika wordt in de komende
drie weken hier geconcentreerd on
der de feestleuze: „Ons bou 'n
nasie". Op 5 April is het afgelopen.
Op 6 April openen alle kerken van
Zuid-Afrika hun deuren voor een
nationale dankdag.
De provincie Transvaal bracht een miniatuur-dierenpark naar de Van Rie
beeck-tentoonstelling, tot groot vermaak van de kinderen, die er zelfs met
een jong leeuwtje kunnen spelen. Het dier dat Jan heet spint als een
poes zodra de kleuters hem strelen.
Productiebeperking
strocartonfabriek
Met ingang van 7 April zullen alle
Nederlandse -strocartonfabrieken een
productiebeperking invoeren van
25 Een en ander is oorzaak van
de teruggang van de binnen- en bui
tenlandse opdrachtenpositie. Een
strocartonfabriek te Hoogkerk en
een fabriek te Oude Pekela zullen
zich niet bij deze regeling aansluiten.
15.000 gulden voor arts, die
Officier van Gezondheid wordt.
By ministeriële beschikking is be
paald, dat aan artsen, die zich ver
binden om gedurende tien achtereen
volgende jaren als Officier van Ge
zondheid bij de Kon. Landmacht te
dienen, een premie van 15.000 wordt
uitgekeerd. De loonbelasting over dit
bedrag komt ten laste van het rijk.
Hiertoe is besloten, omdat bij de
K. L. op korte termijn dient te wor
den voorzien in de behoefte aan be
roepsofficieren van gezondheid.
ONHOUDBARE TOESTANDEN
Magnifiek plan van geheel nieuwe wegen en
autostrada's ontworpen.
(Van onze Belgische correspondent).
Het zal voor Nederlandse automobilisten een verblijdend bericht
zijn, als ze vernemen, dat België een grote stap gaat doen in de richting
van een verbeterd wegennet. Over de noodzakelijkheid van deze stap
is iedereen het eens. De toestanden waren onhoudbaar. Volgens de
statistieken door de Administratie der wegen ingesteld, rijden dagelijks
570.000 gemotoriseerde wagens (en 3 millioen fietsen) over een wegen
net van globaal 60.000 kilometer. Berekeningen, die kort geleden ge
daan zijn, brachten aan het licht, dat in België een gelijk aantal reizigers
zich over de weg als per spoor en tram verplaatst. Van 1949 tot 1951
is het verkeersrhythme met 25 procent gestegen en men verwacht, dat
binnen afzienbare tijd de toeneming zo groot zal zijn, dat het automo
bielpark twee of driemaal vergroot zal moeten worden.
Waar het niet mogelijk blijkt geheel
nieuwe wegen aan te leggen, zullen
de bestaande zodanig worden ge-
1 wijzigd of omgelegd, dat zij aan be
hoorlijke eisen voldoen en het ver
keer kunnen opvangen. Bovendien
is een magnifiek plan van geheel
nieuwe wegen en autostrada's ont
worpen, dat de niet verwende auto
rijder in dit land reeds doet water
tanden naar de realisering. Voor
Nederlandse wagenbestuurders zal 't
stellig aangenaam zijn te vernemen,
dat deze plannen vooral, ja zelfs
bijna uitsluitend de noordelijke, dus
aan Nederland grenzende provincies
van België betreffen. Zuid-België
wordt erg stiefmoederlijk bedeeld,
hoewel toeristen in het zuiden ook
wel enige wegverbeteringen kunnen
gebruiken.
De kosten van deze plannen wor
den wat de verbetering van de be
staande wegen aangaat, op vijf mil
liard francs geschat en wat de nieu
we autostrada's betreft op 20 mil
liard francs. Het eerst zullen die
wegen onderhanden genomen wor
den, waaraan men reeds begonnen
is te werken, zoals Brussel-Antwer-
pen en Brussel-Oostende.
Wie België wel eens per auto
doorkruist heeft en by die gelegen-
Bedenkt men verder, dat in 1951
op de wegen 60.000 ongelukken zijn
gebeurd, waarbij meer dan 700 men
sen gedood en 20.000 gewond wer
den en dat in het jaar daarvóór drie
maal méér mensen op de weg ge
dood werden dan door arbeidson-
gelukken, dan begrijpt men, dat
het Belgische volk wakker geschud
is en dat het rapport, dat over deze
aangelegenheid door de Senaats
commissie van Publieke Werken
uitgegeven werd, de belangstelling
van de gehele bevolking heeft. Wel
is het komen vast te staan, dat on
gelukken op de openbare weg
voor een groot deel het gevolg zijn
van de onwetendheid en onvoor
zichtigheid van autobestuurders,
maar men neemt hier officieel aan,
dat het aantal doden met 70 procent
zou afnemen, indien het auto-, het
fietsen- en het voetgangersverkeer
geheel van elkander gescheiden
zouden worden.
HERZIENING.
Dergelijke overwegingen hebben
aan de Minister van Openbare Wer
ken de gedachte ingegeven van een
totale herziening van het Belgische
wegenstelsel. Twee punten trekken
in het rapport vooral de aandacht.
Uncle Sam: „Zou ik hem onder d&t hoedje kunnen vangen?"
heid de betreurenswaardige toe
standen op het gebied van wegver
keer heeft aanschouwd, kan zich
slechts erover verblijden dat, al is
het laat, de hand aan de ploeg wordt
geslagen en de tot dusver felle
tegenstelling tussen het Nederlandse
en het Belgische wegennet in de
toekomst zal verdwijnen.
..Meer bierfeesten
voor de armen".
Met een schreeuwend varken
onder de arm is de veertigjari
ge Henry Krajewsky, een boer
uif New Jersey, die als „candi-
daat van de partij der armen"
naar het presidentschap der
V. S. wil dingen, te New York
aangekomen.
De boer bezit vierduizend
varkens en is eigenaar van een
goed beklante bar. Zijn pro
gramma is: „Geen zwijntjes
voor de rijken in Washington
en meer bierfeesten voor de ar
omen".
Een boek over Nederland
bestemd voor Amerika.
PRINS BERNHARD SCHREEF
VOORREDE.
Dezer dagen zal een boek verschij
nen, bestemd voor het grote publiek
in Amerika, dat in tekst en illustra
ties een beeld geeft van Nederland
en zfn historische en hedendaagse
betrekkingen met Amerika.
Ton Koot schreef de tekst, eenen
twintig Nederlandse fotografen
brachten de 218 kleuren- en zwart-
witfoto's bijeen.
Prins Bernhard schreef de voorre
de. Daarin wijst Z.K.H. erop. dat „de
auteur vele boeiende aspecten van
Nederland, in het bijzonder ten aan
zien van de steden, het landschap,
het volk en de cultuur onder woorden
en in beeld heeft gebracht, er naar
strevend, de charme van Nederland
op de voorgrond te stellen". Er ver
schijnt ook een Nederlandse versie
van het werk,
Gravin Pia Bellentani
tot 10 jaar veroordeeld.
In aansluiting op het artikel, dat
wij wijdden aan het „drama aan het
Comomeer", weet „Le Monde" thans
te melden, dat Maria Pia Carosselli
Bellentani, de Italiaanse gravin, die
in 1948 tijdens een feest in haar vil
la aan het Comomeer, haar minnaar
Carlo Sacchi vermoordde, thans is
veroordeeld tot 10 jaar gevangenis
straf en tot drie jaar verblijf in een
psychiatrische inrichting. De gravin
heeft haar daad bekend, doch het
hof heeft rekening gehouden met het
feit, dat zij op het ogenblik van de
moord geestelijk niet geheel normaal
was. De daad wordt toegeschreven
aan jaloezie. Gravin Bellentani was
op de dag van de moord niet alleen
ontdaan over het feit, dat Carlo zich
van haar wilde ontdoen, omdat hjj
een andere vrouw boven haar prefe
reerde, maar omdat haar die dag bo
vendien gebleken was, dat Carlo, te
gelijk met haér. vijf andere minna
ressen had afgeschreven, van wier
bestaan de gravin niet op de hoogte
was geweest
V.A.R.A.-secretaris kreeg
geldboete van 150.
De Amsterdamse rechtbank heeft
Dinsdag beslist, dat de wijze, waarop
de secretaris-penningmeester van de
VARA, de heer J. W. L., in de VARA-
gids van November 1950 critiek had
geleverd op de brochure „de dictator
van de radio-omroep" uitgegeven door
de Vereniging Comité Radioluister
aars, geen zakelijke bestrijding is ge
weest. Z8 legde de heer L. wegens
eenvoudige belediging ten aanzien
van ir. A. Dubois en wegens smaad
schrift ten aanzien van mr. A. A. M.
Enserinck, een geldboete op van
150, subs, één maand gevangenis
straf.
Mijnenvegers kosten
5 millioen per stuk
De minister van financien heeft aan
de voorzitter der Tweede Kamer aan
geboden een nota inzake de met de
regering van de Ver. Staten van
Amerika bereikte overeenstemming
inzake de besteding van 856,3 mil
lioen gulden ten laste van het saldo
der speciale rekening ten name van
de Nederlandse regering bij de Ne
derlandse Bank, waarop de tegen-
waardegelden worden gestort.
De gelden worden als vo:gt besteed
Schuldaflossing bij de Nederlandse
Bank f 750.000000: de bouw van 1
mijnenvegers 76.300.000; producti-
viteitsbevordering in Nederland
30.000.000.
Het wereldgebeuren
In de Duitse beschouwingen over de
perspectieven van een eventueel
overleg met de Sovjet-Unie neemt
het probleem van de Oostelijke Duit
se grens een belangrijke plaats in. De
Oder-Neisse-grens, die in 1945 in
Potsdam voorlopig werd getrokken,
vormt een der moeilijkste kwesties,
die bij zulk een overleg aan de orde
gesteld zouden moeten worden. Met
uitzondering van de communieten,
zijn politici van alle richtingen in de
bondsrepubliek het er over eens, dat
„Potsdam" zeker in dit opzicht zal
moeten worden gecorrigeerd. Er is
echter een merkwaardig verschil in
de wijze, waarop de Duitse ambities
in deze thans worden voorgedragen.
Dr. Adenauer heeft het Duitse ver
langen naar een herwinning der ver
loren gebieden op nogal drastische
wijze gesteld. Polen neeft volgens
hem zo zeer gezondigd tegen de ver
plichtingen, die het tegenover de on
dertekenaren van „Potsdam" op zich
heeft genomen, dat het het recht zou
hebben verspeeld te worden schade
loos gesteld voor de provincies, die
het zelf aan de Sowjet-Unie heeft
moeten afstaan.
Zijn liberale coalitiegenoten en de
socialistische oppositie hebben de re
visie-eisen deze keer minder scherpe
vorm gegeven dan vaak in het verfe-
den. Dit is mede één van de redenen,
waarom bij een groot deel van de
Duitse publieke opinie de overtuiging
heeft post gevat, dat de kanselier
vooralsnog geen beraad met de Sow
jet-Unie wenselijk acht. Deze over
tuiging wordt voorts gevoed door het
feit, dat dé kanselier in zrin party-
kring een verdere doelstelling dan
Duitse hereniging heeft uitgestippeld,
namelijk „een nieuwe orde in Oost-
Europa".
oewel de revisie-eisen in het ver
leden steeds zonder enige terug
houding zijn gesteld, begrijpt
men in Duitsland natuurlijk zeer wel,
dat een volledig herstel niet met
vreedzame middelen te bereiken is.
De hardnekkigheid, waarmee de
Sowjet-Unie de erkenning der nieuwe
grens door het communistische Oost-
Duitse bewind heeft nagestreefd,
geeft weinig reden om te verwach
ten, dat de Russen in dit opzicht een
verregaande correctie zouden kunnen
aanvaarden. In deze overtuiging is
jaren geleden reeds door de minister
president van Noordrijn-Westfalen,
dr. Karl Arnold* naar een tussen-op-
lossing gezocht. De Oost-Duitsers,
die zich in het Westen nog altijd
vreemd voelen, zouden de gelegenheid
moeten krijgen naar hun stamland
terug te keren en vreedzaam moeten
gaan samenwonen met de nieuwe Po
len. Op dit thema is nooit verder ge
borduurd. Eerder zh'n de Duitse ad-
spiraties in de laatste twee jaren ge
groeid van hoop op betrekkelijk ge
ringe correcties tot de verwachting,
dat een nieuwe machtsverhouding m
Europa een volledig herstel van de
oude grenzen zou kunnen brengen.
De Duitse stelling is steeds ge
weest, dat de afscheiding van de
Oostelijke provincies tot een di
recte verarming van geheel Europa
heeft geleid. Zn hadden onder Duits
beheer een landbouwareaal van ruim
zeven millioen hectaren, het vierde
deel van het voormalige Duitse Rijk.
Daar werd een overschot van 414
millioen ton levensmiddelen (graan,
aardappelen en suiker) per jaar ge
produceerd. Niet alleen moet de rest
van Duitsland dit overschot missen,
maar het moet nu bovendien de negen
millioen vluchtelingen onderhouden.
De voedselproductie der Oostelijke
gebieden werd toereikend geacht
voor vijftien millioen mensen. De
nieuw gevestigde Poolse boeren heb
ben, naar men in Duitsland meent,
zulk een productie nog niet bij bena
dering kunnen bereiken. Polen heeft
veeleer zijn volle aandacht gewijd
aan een industrialisering van wat het
noemt „de herwonnen gebieden", vol
gens de West-Duitse regering met de
uitdrukkelijke bedoeling om nier een
economisch zwaartepunt van het
nieuwe Polen te vestigen en daardoor
een eventuele vredesconferentie, die
uiteindelijk over de Potsdamlijn zal
moeten beslissen, een volledig „gepo-
loniseerd" gebied aan te bieden, dat
moeilnk weer uit zijn nieuwe verband
zou kunnen worden gesneden. Het
zwaartepunt dezer Poolse industria
lisering ligt in het Silezische kolenge-
bied. De Duitsers produceerden hier
vroeger 32 millioen ton kolen per
jaar. De Polen openen nu bij Katto-
witz tien nieuwe mijnen en zij willen
hun jaarproductie in 1955 opvoeren
tot 100 millioen ton. Breslau wordt
gemaakt tot een centrum der elec-
trotechnische industrie. In Danzig en
Stettin worden de scheepswerven en
haveninrichtingen sterk uitgebreid,
in Posen de machinefabrieken Maar
ook uit de vroeger meer landelijke
streken van Allenstein, Koeslin,
Bromberg en Grünberg worden grote
industrialisatie werken gemeld. Van
de 441 nieuwe industrieën, die het
vroegere Duitse gebieden, waar vol
gens het plan ook 320.000 nieuwe
woningen zullen worden gebouwd.
Deze grote Poolse bedrijvigheid
wordt in Bonn met veel zorg gevolgd.
Zij wordt geplaatst in het kader van
de industriële ontwikkeling van het
Oostelijke blok en men begrijpt, dat
de Sowjet-Unie niet van plan 'kan zijn
deze ontwikkeling straks ten dele op
te offeren.
EEN BOEK OVER:
Suggestief bordtekenen
Dat tekenen niet gemakkelijk is,
weet iedereen, die het wel eens ge
probeerd heelt. Maar dat het tekenen
op een schoolbord een zeer speciale
techniek vereist, weten vermoedelijk
alleen de leerkrachten van allerlei ty
pen scholen. J. van Ingen schreef over
het onderwerp Suggestief Bordtekenen
een boekje, dat door J. B. Wolters
(Groningen-Djakarta) fraai werd uit
gegeven. Het bevat vele voorbeelden,
die zó suggestief zijn, dat de leek, die
het boekje in handen krijgt, het jam
mer vindt, dat hij geen schoolbord
heeft. De literatuurlijst vermeldt niet
minder dan 20 andere boeken over
Bordtekenen. Nooit geweten, dat die
bestonden!
Voor onderwijzers en leraren in ieder
geval een belangwekkende uitgave.