Vissen in Mar
terug naar
del Plata of anders
Urk
Meteor-limousine raast door
de wolken
JIMMY BROWN, sportheld no 1
Toch is 'f zo I
DONDERDAG 13 MAART 1952
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
VLIEGEN VEREIST INTELLECT.
Ongelukken met straaljagers meestal
door een fout van de pi/oo'
VLIEGVELD TWENTHE, 11 Maart. „Van de ongelukken, die de
laatste jaren met de Meteor straaljagers gebeurd zyn, waren er misschien
twee of drie waaraan de piloot absoluut geen schuld had. Voor de overige
was de betrokken piloot hoe hard het misschien ook moge klinken, min of
meer zelf verantwoordelijk". Dit Is het oordeel van een ervaren Meteor-
vlieger, de kapitein-vlieger-waarnemer A. J. W. Wijting uit Enschede, in
structeur by de jacbtvliegschool van de militaire vllegschool ln Twenthe,
©en man die zjjn training tijdens de oorlog ln Engeland en Canada kreeg
en zjjn sporen, hoe jong hjj ook moge wezen, ln de oorlog en daarna ver
diend heeft.
En daar in verdisconteert hij ook de oorzaken van ongevallen, die mis
schien veroorzaakt zjjn geworden door het niet goed functlonneren van de
zuurstofmaskers „want a! moge dan niet iedere jachtvlleger ln Nederland
zjjn eigen zuurstofmasker hebben", zo zegt hy, „geen enkele vlieger gaal
<de lucht in zonder de nodige accessoires, zoals parachute, Mae West
(zwemvest), zuurstofmasker enz. En misschien mag dan zo'n zuurstofmas
ker op een kritiek moment niet goed functlonneren, dit Is dan de schuld
van de piloot, die het voor de vlucht niet concientieus gepast heeft en het
niet heeft laten onderzoeken met de aanwezige testapparatuur".
Hiermede raken we dan meteen de
kern van het probleem der vlieg
tuigongelukkenhet (bij uitzondering
voorkomend) gebrek aan zelfdiscipli
ne. vooral van jonge vliegers, het
overschatten van zijn eigen capaci
teiten en het niet beseffen van het
feit, dat er, vooral in de vliegerij,
nog steeds enkele factoren zijn, die
men zelf niet in de hand heeft, dat
men een respectabel aantal vlieguren
moet hebben wil men deze factoren
onderkennen en zelf de grenslijn voor
het optreden ervan kunnen bepalen
„Het opleidingssysteem bij de mi
litaire luchtmacht is zeer goed", zo
zeide kapitein Wijting en dit zelfde
geluid hoorden wij vandaag ook op
de vliegbasis Leeuwarden. Maar een
vlieger, en vooral een vlieger van
een slraaljager, moet nu eenmaal
aan zeer zware eisen voldoen en deze
eisen liggen zeer zeker ook in het
mentale vlak. In dit verband beeft de
tnstructeur een zeer zware taak,
want behalve een goed vlieger moet
hy tevens een uitstekend psycholoog
zijn, een man die het enthousiasme
voor de vliegerij in zich heeft, maar
zich tevens bewust moet zijn van de
verantwoordelijke taak die hem als
geestelijk leidsman op de schouders
ligt,
DRIE EIGENSCHAPPEN.
Het vliegen van tegenwoordig Is
niet meer de min of meer sportieve
bezigheid van vóór de oorlog. Vliegen
eist een bepaald intellectueel niveau,
een technische paraatheid en een so
lide mentale achtergrond, drie ei
genschappen die men nu niet direct
in elke mens belichaamd vindt, wat
weer het naar verhouding geringe
aantal jonge mannen verklaart dat
voor de opleiding tot jachtvlieger
waardig wordt gekeurd. En zelfs on
der hen vindt men nog enkelen die
de luxe van het uitverkoren zijn op
een gegeven moment niet kunnen
dragen en er soms de noodlottige
consequenties uit moeten trekken. In
dit verband wees kapitein Wijting op
220
Op het eerste gezicht lijkt het niet
moeilijk het verschil vast te stellen
tussen levende organismen en dode
stof, maar als we een scherpe schei
ding willen maken, blijkt het toch
niet zo eenvoudig te zijn als we ons
hadden voorgesteld.
Lange tijd heeft men gemeend dat
de ademhaling, dus de verbramding
van zuurstof, een van de kenmerken
van het leven was, doch er bestaan
bacteriën, die het best zonder zuur
stof kunnen stéllen en andere, die er
beslist niet tegen kunnen- En het al
lerergste van het geval is dat een
dergelijke definitie van het leven ook
de auto tot een levend organisme zou
verklaren. Er zouden dus andere
kenmerken van het leven naar voren
moeten worden gebracht om het ver
schil tussen de levende en de dode
stof te kunnen onderstrepen.
Het wezenskenmerk van het leven
is ongetwijfeld gelegen in de groei
en ontwikkeling. Maar ook dit blijkt
geen eigenschap te zijn die uitslui
tend aan het leven is verbonden.
Want ook kristallen kunnen groeien.
Dus zocht men ijverig naar een an
dere definitie en meende die gevon
den te hebben in het feit, dat alle le
vende wezens zich op de een of an
dere wijze voortplanten. Maar ook
hier kwam weer iemand roet in het
eten gooien en wel de Amerikaanse
chemicus Stanley te Princeton. Hij
slaagde er in gezonde tabaksplanten
te besmetten met één mUlioenste
gram van het mozaïk virus en ver-
Kreeg na een maand niet minder dan
2 gram viruskristatten.
Niemand zal deze kristallen levend
willen noemen en desondanks blijken
zij zich binnen de plant in sterke ma
te te vermenigvuldigen! Buiten de
plant geschiedt deze vermenigvuldi-
ging niet, noch kan er er iets van een
stofwisseling worden vastgesteld.
Dit verschijnsel, dat van zeer grote
theoretische betekenis is, toont aan
dat niet met zekerheid te zeggen is
waar het leven ophoudt en waar er
slechts sprake is van levenloze stof.
Evenmin als het mogelijk is een
scherpe grens te trekken tussen het
planten- en het dierenrijk, evenmin
is het mogelijk de vraag te beant
woorden of virus en bacteriopliagen
'leven of niet.
Het is echter wél mogelijk déze
vraag te beantwoorden: waarom zeg
gen we dat iemand in een stad woont
en dp een dorp. ,Jn een stad wonen"
is een verklaarbare uitdrukking, wijl
deze stamt uit de tijd toen men zich
binnen de muren vestigde, maar
■waarom ,jop een dorp"? Dat is een
héél oude geschiedenis.
ff. PétiUon.
de jonge Nederlandse vliegers die in
Amerika worden opgeleid en soms
terugkomen met een zeker superio
riteitsgevoel ten opzichte van hun
„Nederlandse" collega's. Jongens die
aan het feit dat ze er „80 uren thun-
derjet" op hebben zitten een zeker
voorrecht menen te kunnen ontle
nen, wat in het kader van de straffe
discipline die de luchtmacht eist vol
komen misplaatst is.
Discipline in de luchtvaart, dat is
onder meer het zelf inspecteren van
zijn vliegtuig voor elke vlucht en het
niet uistluitend overlaten aan de
toewijding van het grondpersoneel.
En daarom loopt kapitein Wijting
enkele malen om de Meteor 7 heen,
waarin hij ons zo dadelijk voor een
vluchtje mee naar boven zal nemen.
Een tikje hier, het met de hand con
troleren van de aillerons, inspectie
van de banden, het testen van de ra
dioverbinding, het zijn handelingen
die zo licht domme routine worden,
maar die toch steeds weer zeer be
wust verricht moeten worden.
De Meteor gaat tot aan de "nek vol
met kerosine, 170 gallons, oftewel
680 liter, die de twee Dermott moto
ren een enorme macht geven. Een
macht, die het best tot zijn recht
komt op grote hoogte en bij grote
snelheid. Want de straalmotor heeft
zijn hoogste nuttig rendement bq een
hoog toerental en hoog ln de lucht.
Tien minuten met een Meteor op ge
ringe hoogte staat gelijk met een
half uur op 40.000 voet wat brand
stof betreft. En als men weet dat een
uur vliegen met een Meteor de lucht
macht 10.000 a 12.000 gulden kost,
waarbij de afschrijving van het toe
stel nog niet eens verdisconteerd is,
begrijpt men waarom men een
straaljager zo hoog mogelijk door
het luchtruim ziet razen.
DE METEOR-LIMOUSINE.
Razen is het inderdaad. Binnen zes
minuten waren we van Enschede uit
boven Zutfen, een afstand van onge
veer 60 km. Het verschil tussen het
vliegen met een straaljager en een
propellervliegtuig is hetzelfde als dat
tussen het rijden met een glanzende
limousine en een oud fordje. Het is
het soepele haast geruisloze voort-
deinen boven de wolkenmassa's,
waar elk begrip voor snelheid verlo
ren gaat. Het is bijna geen sensatie
meer omdat het voor het oog zo
eenvoudig en rustig gaat. De start
met een snelheid van 200 a 300 km.
aanvaardt men gemakkelijker dan de
korte aanloop van het nijdig sputte
rende Austertje en de macht waar
mee de twee motoren het slanke ge
vaarte van 71/2 ton de lucht in sleu
ren is de hartklop van de moderne
tijd, die ons ondanks onszelf mee
voert.
Meevoert tot boven Zutfen, waar
we de wolken inklimmen, in het ver-
Koninginnedag met „Pancratius"
in Parijs.
De viering van de verjaardag van
H.M. Koningin Juliana te Parijs zal
dit jaar een bijzonder karakter dra
gen, dank zij de aanwezigheid van het
Koninklijk Heerlens mannenkoor
„Pancratius".
In de morgenuren zal „Pancratius"
zingen tijdens een plechtigheid bij het
Graf van de Onbekende Soldaat en
des middags zal het mannenkoor con
certeren op de receptie bij de ambas
sadeur.
blindende zonlicht komen en dan met
een snelheid van 800 km. per uur in
wereld komen waar snelheid
n factor meer schijnt te zijn.
ar het tegendeel zal ons aan het
verstand worden gebracht. „We zul
len eens eventjes een slow roll pro
beren". klinkt het door de koptele
foon. En daar gaan we dan. met 800
km. voorwaartse snelheid om onze
lengte as, waarbij de horizon een be
grip wordt dat in het verre en duis
tere verleden schijnt te liggen. En
plots zitten we weer recht, haast
onmerkbaar en we vliegen weer ge
woon door, 800 km., zonder welhaast
een trilling en met een rustig pra
tende piloot voor je. „Nog maar een
keertje?".
Ja. nog maar een keertje en daar
gaan we al, weer dat vage begrip
van wat eens een horizon was en dan
plotseling hangen we, met ons hoofd
naar beneden, zwaar liggend in de
riemen.
„We gaan maar even zo door",
spreekt een merkwaardig opgewekte
stem en je kunt weinig anders doen
dan berusten in het onwerkelijke van
de situatie. Wat stof dwarrelt naar
beneden op je neer en ln de overall
voel je je broekspijpen omhoog krin
gelen. Tot ze plots weer naar bene
den hangen en dan weet je dat je
weer gewoon vliegt, gewoon met een
snelheid van 800 km.
In de koptelefoon kraakt een stem,
de verkeersleider op de toren in
Twenthe, die ons wel even. door het
wolkendek zal loodsen.
Op de instrumenten gaan we naar
beneden, geleid door een stem daar
ergens in een kamertje. Dan ineens
zijn we boven de landingsbaan. Flaps
uit nu en dan gaan we langzaam, o
zo langzaam boven de baan. 300 km.
wijst de snelheidsmeter en je vindt
het langzaam. Merkwaardig licht ra
ken we de grond, het neuswiel nog
op om de snelheid eruit te halen en
daar gaan we dan eindelijk op drie
poten. Een paar voorzichtige tikjes
op de remmen en we staan.
En als dan knetterend onze goede
Dakota voor de terugreis staat warm
te draaien haal je je neus op:
Het ordinaire lawaai van het oude
fordje
In New-York wordt een tentoonstelling ran Nederlandse bloembollen ge
houden, „Nederland in Tulpentijd". Meer dan vijfduizend bollen staan ln
de Botanische Tuin van New-York In Bronx Park in volle fleur te
pralen en brengen op deze manier een stukje Nederlandse sfeer ln deze
mtllloenenstad. De tentoonstelling zal tot 23 Maart doren en is georgani
seerd In verband met het bezoek van H. M. Koningin Juliana aan de
Ver. Staten.
Het wereldgebeuren
Butlers begroting
De Dinsdag door de Engelse col
lega van onze minister Lieftinck
bij het Lagerhuis ingediende
grotlng vertoont enige merkwaar
dige aspecten. Ze is sluitend, ze
brengt zelfs enige verlichting van
belastingdruk voor een deel van het
Britse volk. maar tegelijkertijd an
nonceert zij tal van maatregelen, die
datzelfde volk en ons allemaal duidc-
ïyk maken, dat Engeland er financieel
en economisch helemaal niet best
voorstaat. Wat overigens natuurlijk
al lang bekend was. De cijfers verto
nen echter, juist door die verlaging
van sommige belastingen en verder
door enkele verhogingen van pensi
oenen en kinderbijslagen, een merk
waardige verschuiving van accent,
die er op schijnen te wijzen dat de
conservatieve regering bq het hante
ren van het operatiemes toch wil
trachten de grote massa niet al te
zeer van zien te vervreemden.
De begroting is sluitend, zoaig net
te begrotingen dat plegen te zijn.
Maar ook dat geeft natuurlijk geen
reden tot juichen want de cq'fers to
nen stuk voor stuk aan, hoe zorgelijk
het met de Britse staatsfinanciën is
gesteld en zelfs het feit. dat de in
komsten en uitgaven op papier met
elkaar in evenwicht waren te bren
gen, kan niet verhelen, dat de
betalingspositie van Londen steeds
zwakker wordt. Zó zwak zelf. dat mi
nister Butler in het Lagerhuis moest
verklaren, dat de daling van de goud
en dollarreserves van Engeland en
van het gehele sterlinggebled onrust
barende vormen begint aan te nemen.
Een zelfde probleem dus als in
Frankrqk, waar Pinay zijn gehele
plan van actie heeft gericht op het
tot staan brengen van de angstwek
kende teruggang van de goud- en
dollarvoorraad.
In Engeland zelf zijn de reacties
natuurlijk allerminst enthousiast.
De oppositieleider Attlee meende,
de», de beperking van de voedselsub
sidies een scherpe stijging van de
kosten van levensonderhoud zal ver
oorzaken. En de president van de
600.000 leden tellende bond van mijn
werkers in de kolenlndustrie Sir
William Lawther verwachtte een
golf van nieuwe looneisen. Hij kon
niet geloven, dat de concessies, die
de regering van plan is te doen. de
stijging van de voedselprijzen zullen
compenseren. Volgens de conserva-
DE URKERS IN ARGENTINIË.
Burgemeester Keyzer gaat recht
zoeken voor zijn mensen
(Van een speciale verslaggever)
Burgemeester Keyzer ran Urk heeft, zoals bekend, van de Argentijnse
luchtvaartmaatschappq het aanbod ontvangen om voor rekening van deze
maatschappij naar Buenos Aires te vliegen. „Ik ben daar erg dankbaar
voor", zegt de burgemeester tegen ons. „Want nu kan ik zelf gaan zien,
wat er aan de hand is. En Ik verzeker U, dat ik alles ln het werk zal stel
len om voor de Urkers recht te krijgen op grond van de gesloten contrac
ten en dat ik niet zal aarzelen de rederij Van is*frhem aansprakelijk te
stellen voor hetgeen zij contractueel op zich heeft genomen, niet alleen
met de geëmigreerde vissers, maar ook ln een afzonderlijk contract met
mq als burgemeester van Urk".
Hoe is dat Argentijnse avontuur
eigenlijk begonnen? Dat werd ons
van verschillende kanten op Urk
haarfijn verteld. Het was de Urker
hotelhouder Albers, die het vorig
jaar September aan enkele Urkers,
van wie hij wist dat zq wilden emi
greren, de boodschap bracht dat een
agent van de Belgische reder Van
Iseghem ervaren vissers zocht voor
Argentinië. De man was in zijn hotel
neergestreken. Hij heette Scygalsky,
was een Hongaar van geboorte, doch
bleek later een statenloze te zqn,
woonachtig in Monster. Hij vond dat
de Urker schuiten er zo verzorgd
uitzagen. Waren er nog bekwame
visserslui, die mee wilden met zijn
baas, de reder Gabriel van Iseghem,
die al drie maanden in Argentinië
was geweest en die nu met zijn vis
sersvloot over wilde steken om in
Mar del Plata te gaan vissen en daar
industrieën te stichten, verwant aan
de visserij: een vismeelfabriek, een
visconservenfabriek, een rokerij?
Daar viel over te praten nietwaar?
De Urkers hadden het niet zo erg
op meneer Scygalsky, maar toen de
burgemeester, enkele emigratie-lief
hebbers, de hotelhouder en meester
Bos van de Wilhelminaschool naar
Oostende trokken en daar met de re
der kennis maakten, kreeg de zaak
een betrouwbaarder aanzien.
De schepen, waarmee van Iseghem
naar Argentinië wilde varen, werden
grondig geïnspecteerd het waren
flinke voormalige Wehrmachtkotters
ongeveer twee maal zo groot als de
normale Urker kotters en er wer
den gunstige inlichtingen over Van
Iseghem ingewonnen bij de Scheep
vaartinspectie te Oostende en bij ver
schillende bankinstellingen.
Dat zat allemaal goed. Er werd
nog lang gepraat over de kansen in
Argentinië, de gages, de overtocht
enz., maar het eind van het liedje was
toch, dat zeventien Urkers, twee
Enkhulzer vissers en één Amers-
foortse besloten met Van Iseghem ln
de boot te stappen.
CONTRACTEN EN GETUIGEN.
De contracten werden op Urk ge
tekend ln het bijzijn van de burge
meester, vertegenwoordigers van de
Stichting Landvel-huizing en een
Geref. predikant uit Argentinië, ds.
40. Het stadje Poppelsga bezat een knus ha
ventje, waarin heel wat vissersschuitjes gemeerd
lagen. Jimmy of liever „opoe Knuffel" kende ze
bijna allemaal. Ook de MM 22 lag binnen. Er
was echter niemand aan dek. .Timmy bedacht
2ich niet lang en stapte de herberg „De Goede
Vangst" binnen, ,,'n Beetje drinken zal me toch
goed doen", mompelde hij, „en ik kan dan meteen
eens zien wie er allemaal binnen zijn. Als ik die
kerel met die dikke neus nou maar kan ontdek
ken dan heb ik mij ln elk geval niet voor niets
zo raar toegetakeld." Nu er zaten mensen
genoeg in de herberg en het zag er zo blauw
van de tabakswalm, dat Jimmy moeite had nog
een lege stoel te ontdekken. Het verschenen van
een oude juffrouw ln de herberg „De Goede
Vangst", die eigenlijk meer een zeemanskroeg
dan een herberg was, veroorzaakte nog al wat
opschudding onder de aanwezigen. Er werden
heel wat gewaagde grapjes naar „opoe's" hoofd
geslingerd door het overmoedige scheepsvolk,
maar opoe Knuffel trok er zich niets van aan.
„Ja jongens", zei ze gemoedelijk, ,,ik ben op
doorreis naar Muidermonde. Ik moet naar me
dochter, die 't water in d'r knie heb en die nou
wat hulp moet hebben. Waar een oud mens al
niet goed voor Is." Er werd nog wat nagelachen,
maar toen vergat iedereen opoe Knuffel, die
daarna alle gelegenheid kreeg haar omgeving
eens goed te observeren.
Sonnevelt, die al 40 jaar in dat land
werkt. Schriftelijk werd overeen ge
komen. dat gedurende het eerste jaar
de schippers 400.per maand en
de schippersknechts 300.per
maand zouden verdienen. Dit geld
zou grotendeels aan de achtergeble
ven gezinnen worden gezonden, tot
deze na een jaar over zouden komen.
Daarna zouden de Urkers nog 3 jaar
voor de rederij werken.
Met de burgemeester van Urk
werd een afzonderlijk contract geslo
ten over de toezending van de gel
den voor de gezinnen.
Mondeling gaf de reder in 't bijzijn
van vele getuigen de verzekering, dat
er geen arbeid op Zondag behoefde te
worden verricht. Men vond het niet
nodig dit schriftelijk vast te leggen.
Het sprak vanzelf, dat men de prin
cipiële bezwaren van de Urkers te
gen de Zondagsarbeid zou eerbiedi
gen.
BEGRAFENIS OP ZEE-
Tijdens de grote oversteek had er
een droevig voorval plaats op de
kotter van de schippers Teunis Ras
en Reinler Korf. De vloot was de eve
naar juist gepasseerd. Een jongetje
van een Belgische vader en een Ita
liaanse moeder werd ziek. Het lag in
een hangmat op het dek. Daar vond
Teunis Ras het in de vroege morgen
dood. De beide mannen gaven net
een christelijke begrafenis. In de
nieuwe plunjezak van Teunis Ras
werd het kleine lichaam aan de gol
ven overgegeven, terwijl Korf het
Onze Vader bad.
HARTELIJKE ONTVANGST.
De reis verliep verder, dank zij het
goede weer, voorspoedig. Hartelijk en
gastvrij was de ontvangst door de
Nederlandse kolonie in Mar del Pla
ta. Er werd een gemeenschappelijke
slaapzaal voor de Urkers ingericht
en na enige weken kon het vissen be
ginnen.
Iets meer dan een week hebben de
Urkers gevist op makreel, eekvis of
korreina, een soort baars. Toen gaf
Van Iseghem de mannen ontslag, dat
wil zeggen, hq vroeg, of zy in de
daarop volgende week twee reizen
wilden maken en als gevolg daarvan
dos ook 's Zondags op zee wilden biy-
ven. Unaniem weigerden de Urkers.
Het ontslag volgde onmiddellijk,
mondeling.
WAT DE SCHIPPERS
SCHREVEN.
Burgemeester Keyzer heeft ons de
brief getoond, waarin de gang van
zaken, resulterend in het ontslag,
wordt beschreven namens de gehele
bemanning. De brief was gedateerd
25 Febr. '52.
..Allereerst moeten wjj U medede
len, dat de gehete bemanning
met Bobeldijk, Balk en Makkers
door Van Iseghem is ontslagen.
De reden hiervoor is, dat wij geen
makreel kunnen vangen. Deze
makreel is anders dan in Holland.
Zij is zo watervlug en schichtig,
dat ze met een kuïlnet niet is 'te
vangen. Maar Van Iseghem geeft
ons geen gelegenheid om het op
een andere manier te proberen.
De week daarop -werden wjj naar
zee gestuurd om korreina te van-
geil. Dat is een soort baars, maar
dat bracht hem ook niet genoeg
op, omdat wij niet op een goede
plaats geweest waren. Ook op dat
punt kregen wij geen gelegenheid
om ons i')t te werken. Toen dwong
Van Iseghem ons ook 's Zondags
te varen, want wij konden buiten
de Zondag maar één reis doen.
Dit laatste hebben wij aUen gewei
gerd, omdat wij God 'meer gehoor
zaam willen zijn dan de mensen.
En Van Iseghem wist toch dat ui;
geen Zondagsarbeid wilden ver
richten. Maar het ergste is, dal
Van Iseghem reeds op S Januari,
tievèn getuigt de begroting van But-
werkelijkheidszin e:
Ier van
verbeeldingskracht
Het punt waarover de meningen
het meest uiteenlopen, ls de verho-
Sng van het bankdisconto. Dit is
ans de tweede maal dat de conser
vatieve regering hiertoe overgaat se
dert zij aan het bewind is gekomen.
De voorstanders van deze maatregel
verwachten als gevolg hiervan een
grote
prijsdaling, daar verhoging van het
disconto de geldcirculatie zal vermin
deren. De tegenstanders beweren
echter, dat juist een prijsstijging het
resultaat zal zijn, daar vele onderne
mingen thans genoodzaakt zullen zijn
geld te lenen voor heruitrusting van
hun bedreven, hetgeen de productie
kosten zal doen toenemen.
Uit Washington wordt gemeld, dat
de begroting verzekerd is van een
enthousiaste ontvangst in het Ameri«
kaanse Congres. Zij komt tegemoet
aan de wensen van sommige Con
gresleden. die hadden J J~*
de sedert de oorlog in I
voerde belastingtarieven
voorzieningen de prikkel tot het wer
ken hadden weggenomen, terwijl aan
de Ver. Staten werd overgelaten het
hierdoor ontstane productietekort aan
te vullen. Men verwacht dan ook, dat
de begrotingsvoorstellen, die de na
druk leggen op harder werken en
productieverhoging. het Congres
gunstiger zullen stemmen voor het
verzoek van president Truman om in
het belastingjaar 1952'53 hulp ten
bedrage van 7.9 milliard dollars aan
Engeland en andere landen in West-
Europa te verstrekken.
Naast vele sombere- aspecten, ver
toont Butlers begroting dus toch ook
enkele lichtpuntjes, waarop niet al
leen Engeland, maar de gehele met
Engeland verbonden vrije wereld de
hoop gevestigd zullen houden. De
reactie uit Washington is daarom ze
ker niet het minst onbelangrijk.
Utrechtse Voorjaarbeurs
xnternationaler dan ooit.
De Utrechtse Voorjaarbeurs, welke
van 25 Maart tot 3 April zal worden
gehouden, zal eert sterk internatio
naal karakter dragen. Behalve de in
dividuele Inzendingen uit een dertig
tal landen, welke zijn ondergebracht
in de 45 aan de Jaarbeurs deelnemen
de branches, zullen in het internatio
nale paviljoen op het Vreeburg niet
minder dan negen collectieve buiten
landse inzendingen worden aangetrof.
fen. Deze zijn afkomstig uit België,
Luxemburg. Zwitserland. Oostenrijk.
Joego-SIavië. Algiers. Tunis, Zuid-
Af nka en Canada. Voorts is in dit
paviljoen een ruimte gereserveerd,
waar een twintigtal West-Duitse fir
ma's hun kwaliteitsartikelen zal
tonen.
de dag na aankomst van de vloot,
het geld voor onze gezinnen heeft
stopgezet. Al die tyd heeft hij hui
ten onze weet om, onze gezinnen
aan hun lot overgelaten. Toen
zijn schepen hier waren, konden
wij wél weer terug gaan".
Hieruit blijkt dus, dat de Urkers
geen gelegenheid hebben gekregen
om zich met de visvangst ln de Ar-
gentqnse wateren vertrouwd te ma
ken. Voor de makreel moeten zij an
dere netten hebben, Voor de eekvis
moeten zij op een diepte van 130 me
ter vissen. Daarvoor zijn hun kuil-
nctten te kort en is de motor van de
kotter te licht. Hoe dieper de zee ls,
hoe langer het kuilnet moet zyn en
hoe zwaarder de motor om het net
te trekken.
Ondanks deze moeilijkheden had
den de Urkers in één week met twee
schepen nog een besomming van 170
kisten (iedere kist is 100 pond). Dat
was meer dan de Belgen uit zee had
den gehaald.
Maar op Urk zeggen ze: Wie een
hond wil slaan, kan altijd wel een
stok vinden.
De Urkers kunnen vissen. Zij zijn
niet lui of onbekwaam. Tal van Ur
kers trekken wekelijks de Noordzee
op voor de kust van Bretagne. om oo
haring te vissen. Zij zullen het ook in
-'.nttnlë met de visser^ wel klaar