In 1652 landde Jan van Riebeeck
zonder animo in Zuid-Afrika
Zeeland oud...
ZEELAND NIEUW
Week van
besprekingen
B
ZATERDAG 23 FEBRUARI 1952
PROVTNOIALB ZBBUWSB COURANT
3
VAN CHIRURGIJN TOT KOLONIST
Tiert jaar later verliet hij een
bloeiende nederzetting
„O BRENG MIJ TERUG NAAR DIE OU-TRANSVAAL" Is een fragment
uit een in de 20ste eeuw populair geworden liedje, waarmee» de stichter van
het Hollands sprekende deel van Zuid-Afrika Jan Anthonlsz. van Rie
beeck zeker niet zou hebben ingestemd! Deze grote 17e-eeuwer, tijdge
noot van de Vlissingse Michiel Adriaansz. de Ruyter, had het ln de „Cabo
de Bona Esperence" namelijk allesbehalve naar zijn zin
Toen hij er nu byna drie eeuwen geleden met vrouw en kind voet aan
wal zette, was zyn liefste wens het verblijf zo kort mogelijk te malven. Zyn
ambitie ging uit naar een hoge, ja, naar de hoogste functie in Nederlands-
Oost-Indië.
De heren bewindhebbers van de Verenigde Oostindische Compagnie
dachten er evenwel anders over en Jan van Riebêeck zou tien jaren van
zijn leven aan de Kaap moeten doorbrengen; tien jaren, waarin hy een
brokje Holland zou stichten, dat na drie honderd jaren nog zou voortbe
staan. Een levenswerk van groot formaat, waarvoor Nederland en Zuid-
Afrika hem dit jaar begin April dankbaar zullen herdenken.
Op 21 April 1619 aanschouwde
Jan Anthonisz. van Riebeeck te Cu-
lemborg het levenslicht, als de zoon
van de scheepsdokter Anthony van
Riebeeck. Hij zou aanvankelijk de
voetsporen van zijn vader drukken en
na de schooljaren volgde hij een cur
sus in de heelkunde bij een chirur
gijn. Bij zijn opleiding behoorde on
der meer scheren, friseren der lok
ken en het met een warm ijzer op
draaien der snorrenzo schrijft
d*- c. Godée Molshopen
JAN VAN RIEBEECK.
J****-******#****-»**###*#»
Toch is 'f zo I
m
De ondergrond van de Sinaï woes
tijn bestaat uit graniet dat geduren
de de dag aan de medogenloze hitte
van de zonnestralen is blootgesteld,
doch des nachts een sterke afkoeling
ondervindt, omdat de woestijnnach
ten buitengewoon koud zijn. Ook ge
durende de dag kunnen bij de zeld
zame regenbuien somtijds snelle tem
peratuurdalingen worden waargeno
men, die in het gesteente wel eens
60° C bedragen.
Tegen deze temperatuurschommelin
gen is op den duur zelfs de sterkste
steen niet bestand en met scherpe
knallen barsten bij tijd en wijle de
reusachtige rotsblokken uiteen.
Kristallijne gesteenten bestaan ge
woonlijk uit verschillende gekleurde
mineralen en hebben daardoor bij
zonder van temperatuurswisselingen
te lijden, want de donkere bestand
delen (zoals hoornblende, au giet e.d.)
nemen meer warmte op dan de licht
gekleurde (veldspaat, kwarts) waar
door een ongelijkmatige uitzetting
der steendeeltjes plaats vindt. Ster
ke verwarming heeft korstvormïge
afbladdering van rotsen tengevolge,
plotselinge heftige afkoeling veroor
zaakt daarentegen het ontstaan van
radiale barsten.
Zo wordt het door ons als hard ge
roemde graniet in de loop der eeuwen
gemakkelijk vergruisd en dit gruis
wordt een speelbal van de wind, die
het tegen de rotsen slingert en de
kleinere deeltjes voortdurend tegen
elkaar laat botsen. De gemakkelijk
splijtbare mineralen als veldspaat en
hoornblende breken daarbij, het
kwarts, dat geen splijtvlakken bezit,
echter niet. Tenslotte zijn de splijt
bare mineralen tot zulk fijn stof ver
gruisd, aat zij door de wind uit de
woestijn worden gevoerd, zodat al
leen het kwartszand achter blijft.
De met dit zuivere zand gevulde
dalen tussen de granietwanden van
de Sinaï woestijn zijn van dit ver-
weringsproces de schamele restanten.
Wijl ongeveer van deze graniet uit
kwarts bestaat, is in de loop van dui
zenden jaren deel van de woestijn
■weggeblazen, zonder dat er ergens
een spoor van te vinden is.
Terwijl we nog treuren over dit
verlies, nadert er veronderstellen
wij een onweersbui. Of U zich nu
in de Sinaï woestijn, in de Sahara,
of in ons Nederlandss duinlandschap
bevindt, doet weinig ter zake. De
vraag is, waar U zich opstelt tenein
de de geringste kans te hebben door
de bliksem te worden getroffen. Gaat
U* in een duinpan staan, of boven op
de top van het duin?
Natuurlijk in de duinpan, want
de bliksem zoekt altijd de hoogste
punten en zal dus in duinpannen niet
inslaan!"
Mag ik U een welgemeende raad
geven? Gaat U in dergelijke gevallen
liever tegen de duinhelling aanliggen,
want de bliksem slaat bij voorkeur
in duinpannen in!
Patria-boekje „Jan van Riebeeck en
zijn tjjd".
Op zyn twintigste jaar mocht hij
zich onder-chirurgyn noemen en in
die kwaliteit vertrok Jan van Rie
beeck op 19 April 1639 van Goeree
met het schip „Het Hof van Holland"
met bestemming Indië. Zijn maand
geld was twee en twintig gulden.
Zijn eerste zeereis was, allesbehal
ve fortuinlijk. Het schip verging hal
verwege Afrika's Westkust, bij Sierra
Leone, dat in die dagen bekend stond
als „Het Graf der Blanken"
Na zes maanden kon de jeugdige
Van Riebeeck met een passerende
vloot zijn reis vervolgen en in Juli
1640 na negen maanden varen
arriveerde hy te Batavia De „medi
sche loopbaan" werd afgebroken en
Van Riebeeck zag zich benoemd tot
„assistent op de penne" bij de Com
pagnie. Reeds in 1642 volgde promo
tie tot onderkoopman en in 1647 op
27-jarige leeftijd, was Jan van Rie
beeck koopman van de Compagnie.
GEDEGRADEERD.
Intussen had hy meer van de we
reld gezien, dan de Oost alleen; als
koopman was hy naar Japan gezon
den, doch in 1648, het jaar van de
Vrede van Munster, keerde hy in
Amsterdam terug en zonder
functie. Evenals vele van zijn colle
ga's had ook Van Riebeeck zich be
zondigd aan het bedryven van „eni
ge particuliere handel ten eigen ba
te" en hij trof het slecht, want juist
in die periode achtten de Heren Be
windhebbers het tijdstip gekomen
om een voorbeeld te Btellen. Dat
voorbeeld werd Jan van Riebeeck en
zo keerde hy in 1648 als geschorst
koopman van de Compagnie te Am
sterdam terug. En juist deze degra
datie werd de springplank tot zijn
latere roem!
Want op de terugreis maakte van
Riebeeck kennis met de Kaap en te
rug in Amsterdam zet hy in een
uitermate knap betoog „Nader
Considiratie" getiteld de moge-
lykheden van de Kaap voor de He
ren Bewindhebbers uiteen.
.GEREHABILITEERD
Met het gevolg, dat op 14 Decem
ber 1651 een inmiddels met Maria de
la Quellerie gehuwde koopman Jan
van Riebeeck uit Amsterdam naar
Texel vertrekt om aldaar scheep te
gaan op de „Dromedaris", met be
stemming: Zuid-Afrika.
In zyn „Daghregister" schreef van
Riebeeck: „Des middags omtrent 2
uyren onder buyigh regenachtigh we
der en de wint Westelijk synde is ge-
melten Riebeeck met syn familie
uyt de stadt Amsterdam vertroc-
ken".
Hy was een gerehabiliteerd man.
Als koopman en opperhoofd van de
nieuwe onderneming vertrok hy te
gen een salaris van 75 per maand.
HUMAAN „OPPERHOOFD"...
De 6e April 1652, straks drie eeu
wen geleden, zette Jan van Riebeeck
voet aan wal in het land, waar
voortaan ook Nederlands zou wor
den gesproken en waar nu, drie hon
derd jaar later, onze taal nog voort
leeft.
Het was hier, aan de Kaap, dat
Jan van Riebeeck zich al spoedig in
zyn ware grootheid ontplooide. Hy
legde een buitengewone veelzijdig-
heid aan de dag en toonde zich voor
al een meester in de omgang met de
inboorlingen. De geschiedschrijver
zegt hierover, dat Jan van Riebeeck j
er niet tegen op zag „hen op te vul- i
len met tabacq, aracq ende eten, ne-1
vens vulderley apenspel; dat tot
meerder genoegen met hen aanrich
tende"De Hottentotten gaven
hem de titel „Soury" (Opperhoofd
Waar nodig trad hy streng op, doch
over het algemeen toonde hy zich
een humaan meester, zyn taak be
stond allereerst uit het bouwen van
een fort ter bescherming en voorta
uit de omvangrijke opdracht om de
Indië-vloten te voorzien van groen
ten, fruit en vers vlees. Dit alles
mocht de Hoogmogende Heren in
Holland geen stuiver kosten! Deze
opgaaf was evenwel te zwaar en er
moest dan ook menigmaal worden
bijgepast.
HARTEWENS NIET
VERVULD
Tien ja«u- na zyn aankomst aan de
Kaap werd Van Riebeeck's wens ver
vuld; hy mocht naar Indië. Toen hy
van de Kaap vertrok, verliet hy een
door hem geschapen bloeiende kolo
nie en de post, die hij tegen wil en
dank had bekleed, had hij vervuld
zoals geen ander dat gedaan zou
kunnen hebben.
In 1662 vertrok hij als Komman-
deur naar Batavia, waar hy op 18
Januari 1677 op 56-jarige leeftyd
overleed. Hy had toen de rang be
reikt van secretaris van de Raad van
Indië.
Zyn hartewens, eenmaal Gouver
neur-Generaal te zyn, was niet in
vervulling gegaan. Dit was wegge
legd voor zijn zoon Abraham. In
Afrika heeft Jan van Riebeeck even
wel genoegzaam de kans gekregen
en benut om te tonen wat hy
waard was.
Het standbeeld van Van Riebeeck te Kaapstad.
Engels meisje werd
„Miss Casino Amsterdam 1952"
Het twintigjarige Engelse meisje
Judy Breen uit Londen dat de vorige
zomer uit duizend Engelse meisjes ge
kozen werd als ,Miss Festival of Bri
tain", heeft in Amsterdam een tweede
titel bemachtigd, die van „Miss Casino
Amsterdam 1952". Van de tien schoon
heidskoninginnen uit Europa, die aan
dit concours deelnamen, behaalde zij
juist één punt meer dan Miss Zweden,
die tweede werd. De derde prijs viel
toe aan de 21-jarige Betty van Proos
dij uit Amsterdam, die het vorige jaar
eveneens in het casino gekozen werd
als „Miss Holland".
Tot nog toe is het bericht dat de
rookformaties, die de bemanning van een
militair vliegtuig boven Argentinië had
waargenomen, van een atoomontploffing
afkomstig zouden kunnen zijn. van geen
enkele zijde bevestigd.
De opbrengst van de vorig jaar
gehouden straatcollecten voor dc Geza
menlijke* Militaire Fondsen heeft in 1951
landelijk f 88.226,94 bedragen.
Beethoven-week in
Oost-Duitsland
Van 23 tot 30 Maart wordt in Oost-
Duitsland een Beethoven-week ge
houden om de muziek van deze com-
eonist nader tot de arbeiders te
rengen, aldus heeft het Oost-Duitse
nieuwsagentschap meegedeeld.
Grote orkesten zullen wérken van
Beethoven ten gehore brengen in de
staatsopera's, de fabrieken, de scho
len en de dorpen. De dirigent Her
mann Scterchen komt uit Zwitser
land om o.a. de „Missa solemnls" te
dirigeren. Men verwacht voorts be
kende buitenlandse en West-Duitse
musici en zangers. Prof. Harry Gold-
schmidt heeft materiaal bijeenge
bracht voor een Beethoven-tentoon-
stelling.
Walt Disney geridderd
De Franse regering heeft' Walt
Disney benoemd tot Officier d'Aca
démie" en hem het daarbij behorende
paarse lint met de zilveren palmen
uitgereikt als blyk van waardering
voor zyn uitstekende natuurstudies in
kleuren. Reeds eerder ontving Disney
van Frankrijk het Légion d'fionneur.
Teleurgestelde minnaar stak
meisje met dolk.
De Amsterdamse rechtbank eiste
drie jaar gevangenisstraf tegèn de
23-jarige los werkman A. van G. die
in de zomer van het vorige jaar het
24-jarig meisje J. W. te Amsterdam,
dat een verloving met hem had be
ëindigd, met een dolk enige steken
in de rug en in de borst had toege
bracht. Toen een op het hulpgeroep
van de huisgenoten toegesnelde agent
van politie de dader by het bloeden
de meisje vandaan trok, had deze
ook zichzelf met de dolk in de buik
streek verwond. Het meisje kon 5
weken niet verhoord worden en werd
7 weken in een ziekenhuis verpleegd.
Het is nu echter volledig hersteld.
Bij het verhoor voor de rechtbank
had het er, zoals ook de officier van
justitie, rar. B. Kist, verklaarde, veel
van. dat de twee betrokkenen dit
liefdesdrama als een privé-aangele-
genheid beschouwden. Vooral het
meisje verzweeg angstvallig zoveel
mogelijk. De officier zeide echter
hier de veiligheid van de maatschappij
in het geding te achten en eiste daar
om bovengenoemde straf.
Nieuw vrachtgebouw aan K.L.M.
overgedragen.
In een feestelijke bijeenkomst is op
Schiphol het nieuwe vrachtgebouw
door de bedrijfsdirecteur van de lucht
haven Schiphol, de heer U. F. M. Del-
laert, namens het gemeentebestuur
overgedragen aan de president-direc
teur van de KLM., ar. A. Plesman
Dr Plesman zeide in een toespraak
„Met het openen van dit vrachtge
bouw is een begin gemaakt met het
bouw is een begin gemaakt met hel
uitbouwen van Schiphol tot een lucht-
P. Pétillon. vrachthaven".
Domburg
De markt
Zoals Smallegange hef zag
Zoals wij hel zien
Het wordt wel eens wat afge
zaagd, altijd weer de lof van
het verleden te zingen om zyn
gemoedelijkheid, zijn bloemrij
ke rust, zijn wat breedsprakige
maar toch wel erg genoeglijke
krullaria, in tegenstelling tot
het jachtige, nuchtere, kaal-ge-
stroomlijnde heden, dat de na
tuur opoffert aan de techniek
en dat dan ook prompt de vroe
gere buitenplaats en het oord
van plaisantie moet gaan in
richten tot ziekenhuis en ze
nuwlijdersgesticht Zeker, der
gelijke boetpredicaties behel
zen een heleboel waarheid,
maar er steekt ook een gevaar
in: ze zien te veel achterom.
Wie door de storm moet, zie
vóóruit!
Daarom weigeren we nu eens,
een treurzang aan te heffen, bij
het bovenstaande dubbelbeeld.
Wat ons overigens niet behoeft
te beletten, even te genieten
van dat plezierige oude Dom
burg, waar de klapbanken
breeduit midden op de tegen
woordige verkeersweg staan en
waar de bomen al evenmin
kwaad van de prins weten..
Waar de welput nog floreert
en een Stadsbestuur nog aar
digheid had in een tweetal zot
te koppen aan de pomp, in een
paar heraldieke leeuwen op het
Stadhuisbordes, in het étaleren
van een dikke „schandsteen"
(naast de Stadhuisdeur), ter
duidelijke illustratie van een
reeds in 1545 geldende Dom-
burgse wet, die luidde: Soo
wat vrouwe d'eene d'andere
verspreeckt met quade injuri-
euse woorden, ofte met twist
ofte vechten, die sal verbueren
drye pondt zwardt ofte sal de
steenen dragen"; met deze steen
om de hals moesten ze dan een
wandeling door de Stad maken.
Zie, dergelijke pleziertjes mis
sen we tegenwoordig, de vrou
wen zitten elkander niet meer
in de hairen en de wet is al
mede veel saaier geworden.
Maar laten we dan tóch lie
ver vooropstellen, dat het pren-
tje-1952 stof levert tot een be
scheiden triomf. Allereerst om
toat bleef: het waardige, aardi
ge, elegante Stadhuisje met het
torentje en „Zotte Bette"
het klokje, dat hier zo aller-
attentst op half uur héél slaat
nop steeds, gezond present en
in actie. Om die éne, dappere
boom, die het, ondanks alles,
nóg niet opgegeven heeft. Om
de wei-stand der nieuwe huizen
laten we nu op deze plaats
ook maar eens even uitdrukke
lijk erkennen, dat de oorlog
(per ongeluk, zeker, maar even
goed is het een feit) nogal wat
lelijks en karakterloos' van Dom
burg opruimde en dat de
nieuwbouw, die ervoor in de
plaats kwam hoe zware be
zwaren een moderne opvatting
ook tegen de zgn. Delftse school
■mag inbrengen dan toch
maar evenwicht en goede ma
nieren bracht op plekken, waar
vroeger wel eens ongelukkig
en stijlloos gestunteld was door
timmerman en bouwheren. Want
can de 18e-eeuwse gaafheid
was in 1940 niet al te veelmeer
overgebleven. De nieuwbouw
heeft ongetwijfeld een zeker
herstel gebracht
O
En dan mogen we misschien
ook nog even triomferen om en
kele dingen, die men op het
plaatje niét ziet Bijv. om het
feit, dat deze hoek, vanouds
„de beurs" geheten, nog steeds
en in weerwil van het ver
dwijnen der klapbanken, zijn
functie van nieutcsbeurs voor
de Domburgse manschap ver
vult, gestimuleerd zelfs door een
Zaterdagse patattefriét-kraam,
die Smallegange ons mag be
nijden. Om de komende promo
tie van de woning naast het
Stadhuis reeds in 1700 niet
al te ooglijk van fagade
ze zal bij het Stadhuis getrok
ken worden en daarmee allicht
van aanschijn verbeteren. Maar
vooral om de bomen, die hier
weer komen zullen' Komen
moéten, het kan niet anders,
want gelukkig is Domburg
wakker en beseft men hier,
dat men de kip, die de gouden
eieren legt, vooral niet' moet
slachten en dat Domburgs vroe
gere houtrijkdom in een aller
nauwst verband staat met die
symbolieke kip. Hoe idyllisch,
hoe lieflijk lag het vroeger in
zijn hout verscholen, hoe trots
waren we op wat de vreemde
lingen daar wel van zeiden en
hoe jammerlijk weinig is daar,
door allerlei oorzaken, van over
geblevenDomburg wandelt in
dit opzicht, om het zo eens te
zeggen, aan de rand van de af
grond. Maar het wéét het en er
wordt weer geplant en dat be
looft. Die eenzame candidaal
voor de iepziekte blijft daar
niet alléén staan voor het Stad
huis; straks staat er weer een
hoopvol rijtje jonkjes en wie
weet zitten we daar over 25
jaren niet weer prinselijk onder
het lommer van breedgespretde
takken ons theetje te dringen?
Als we tenminste niet al te ruw
met de „young hopefuls" om
springen. Bij de Kerk staat er
één, waar nog juist het halve
stammetje can overgebleven is.
Misschien zouden we op school
weer eens wat meer aan sprook
jes kunnen doen? Bijv. dat van
die kip....?
Hel we*eldgebeuren
Het was deze week weer een week
van onderhandelingen en be
sprekingen. Onderhandelingen in
Korea, waar nog altijd aan de wa
penstilstand wordt gedokterd, onder
handelingen in Perzië, besprekingen
in Londen, besprekingen in Lissabon.
En daarby komen nu dan nog dc her
nieuwde besprekingen tussen Enge
land en Egypte, waartoe de persoon-
ïyke boodschap van Anthony Eden
aan de Egyptische premier de weg
heeft geëffend.
Om te beginnen met Korea: daar
zyn de pailyen het in Pan Moen Djon
wel vrywel eens geworden over een
na het bereiken van do wapenstil
stand te houden conferentie, waarin
de verdere toekomst van het land zal
moeten worden besproken, maar over
de voorwaarden van de wapenstil
stand zelve is er nog altyd geen over
eenstemming. De uitwisseling van de
krijgsgevangenen vormt nog altijd één
van de obstakels, waarover men blijk
baar maar niet heen kan komen,
maar belangrijker zijn toch de kwes
tie van de vliegvelden en die van het
toezicht op het naleven van het be
stand. De Westelijken kunnen nu een
maal Sovjet Rusland niet als „neu
traal" lid van de commissie van toe
zicht accepteren. Daarvoor heeft Mos
kou te duidelijk de Noordelijke agres
sie gesteund, moreel en materieel. En
bovendien achten zij het o.i. volkomen,
terecht ontoelaatbaar, dat men tij
dens het bestand zou voortgaan met
het aanleggen van vliegvelden.
Toch zyn er de laatste dagen in
Pan Moen Djon onmiskenbare vorde
ringen gemaakt en dat houdt de hoop
levend, dat men cr eens toch wel zal
komen. Maar het blijft een kwestie
van vallen en weer opstaan
Als de voortekenen niet bedriegen,
is er nu een redelijke kans, dat
zowel Egypte als Engeland ten
slotte toch bereid worden gevonden
wat water in hun wijn te doen. Er is
reeds enige ontspanning ingetreden in
de toestand in Egypte zelf, vooral
door het feit, dat de Britten een aan
tal beperkende maatregelen hebbe»
opgeheven, maar de hoop op een op»
lossing werd ons toch vooral ingege
ven door het feit, dat beide parthen
in de afgelopen dagen vrij duidelijk
bink hebben gegeven van nun bereid
heid om opnieuw de kwestie van hun
onderlinge verhouding tot onderwerp
van bespreking te maken. Dat daarbij
óók aan beide zijden sprake is
van enige zachte drang van de zijdo
van de machtige Amerikaanse bond
genoot, is tamelyk waarschijnlijk,
maar het resultaat is er toch met
minder om. En voor de opbouw van
de Westelijke verdedigingsorganisa
tie is het beslist van het grootste be
lang, dat ook op de Zuid-Oostelijke
flank een hecht verdedigingsfront kan
worden gevormd. Zonder accoord met
Egypte zou de veel omstreden toela
ting van Griekenland en Turkije wel
eens heel wat minder waard kunnen
blyken dan men zich heeft voorge
steld. Geen wonder dus, dat men op
het ogenblik, dat in Lissabon ver dei-
wordt getimmerd aan het gebouw van
de Westelijke defensie, met grote be
langstelling het resultaat van de
nieuwe Brits-Egyptische besprekin
gen afwacht.
y de besprekingen in Lissabon zal
het overigens niet gaan om het
bereiken van spectaculaire re
sultaten. De voorzitter van de N.A.T.
O-raad, Lester Pearson, heeft er in
zyn openingsrede al voor gewaar
schuwd de verwachtingen zeker in
dit opzicht niette hoog te spannen en
alles, wat tot dusver over de onder
handelingen is „uitgelekt" de be
sprekingen worden n.l. om begrijpe
lijke redenen zeer geheim gehouden
bevestigt deze zienswijze. Evenals
in Ottawa en Rome gaat het er in de
eerste plaats weer om de militaire en
politieke samenwerking der veertien
verdragspartners soepeler en doel
treffender te organiseren en wanneer
die arbeid er na deze en de nodige vol
gende conferenties ten slotte toch tot
succe3 zal hebben geleid, zullen de
spectaculaire problemen ongetwyfeld
van zelf hun oplossing vinden. Dit
geldt evengoed Voor ae hereniging
van Duitsland als voor de verdere
éénmaking van Europa. De bekende
Amerikaanse journalist Walter Lipp-
man heeft er dezer dagen nog eens
op gewezen, dat deze kwesties na
tuurlijk wel belangrijk, maar niet pri
mair zijn. Dat is de N.A.T.O. zelf en
het is eerder een ongeluk dan een
voordeel, dat al deze kwesties met de
N.A.T.O. verwikkeld zijn geraakt.
Wanneer over deze waarheid ook in
Parijs en Bonn waarmen deze
week ook nog al heeft getobt met
parlementariërs, die niet helemaal
„zuiver op de graat" bleken goed
in het oog zou 'rillen houden, zou de
toekomst van Europa er waarschijn
lijk heel wat hoopvoller uitzien dan
thans het geval is.
Omwenteling in papier
industrie door gebruik
van atoomkracht?
De papierindustrie staat op het
punt een revolutionnaire wijziging te
ondergaan, dank zij de invoering van
nieuwe technieken, die verband hou
den met het gebruik maken van
atoomenergie, aldus heeft de voorzit
ter van het Canadese instituut van
onderzoek voor de papierfabricage,
Lincoln Thiesmeyer, te New York
verklaard. „De papierindustrie staat
aan de vooravond van geweldige ont
wikkelingen op het gebied van het
toegepaste onderzoek", aldus Thies
meyer.
Grouw vierde St. Pi eter.
In Grouw gaat men het St Nicolaas-
feest stilzwijgend voorbij, maar als
het voorjaar wordt en de goede tijd
voor schippers en vissers weer nadert,
dan viert men in dit Friese waterdorp
St. Pieter Het mag zijn, dat St. Pieter
oorspronkelijk de schutspatroon van
de vissers is, de oude baas, die op 21
Februari door de straten van Grouw
rijdt en door de kinderen wordt toe
gejuicht, verschilt uiterlijk niets van
St Nicolaas. Hij heeft ook een zwarte
knecht en hij komt ook uit Spanje.
Gisteren is weer gebleken, dat hij even
royaal is als zijn collega van 5 Decem
ber, want vele geschenken en lekkers
rijn met gulle hand door hem uitge
deeld.