Boudewijnl: hervonden symbool der Belgische eenheid JIMMY BROWN, sporfhe/d no. 1 DE CHAUFFEUR SPRAK ENGELS GEREFORMEERDE MEISJES IN MIDDELBURG BIJEEN DINSDAG 17 JULI 1951 PROVINCIAL* ZIEÜWSE COURANT t BIJ EEN TROONSWISSELING Europa's jongste koning is een bedeesde maar intelligente jongeman (Van onze correspondent.) Gisteren om twaalf uur precies is in de grote balzaal van het koninklijk paleis te Brussel, het laatste hoofdstuk afgesloten van een koningsdrama, dat België gedurende meer dan vtff jaar in twee vijandige blokken verdeeld heeft gehouden en dat op zeker moment het land aan de rand van een bur geroorlog heeft gebracht. In tegenwoordigheid van een klein gezelschap 200 personen bestaande uit vertegenwoordigers van de regering, het parlement, de gouverneurs der 9 provincies, de burgemeesters der provinciehoofdsteden, kardinaal Van Roey en andere hoogwaardigheidsbekleders, heeft Leopold III officieel af stond gedaan van de Belgische troon, ten behoeve van zijn oudste zoon, de thans twintigjarige Prins BoudewQn, Hertog van Brabant. zins vervreemd van zijn volk. Evenals zijn vader spreekt hij de beide landstalen correct, alhoewel men aan zijn uitspraak van het Nederlands duidelijk hoort, dat hij niet gewoon is het als omgangstaal te spreken. Bij officiële gelegenheden maakt hij een nogal verlegen indruk. Volgens zegs lieden uit zijn hofhouding heeft hij een hobby voor wiskunde en fietsen. Het laatste doet hij echter alleen maar in de tuinen van het paleis te Laeken, waar hij sedert de terugkeer van de koninklijke familie in België heeft gewoond. Evenals alle leden van het Belgisch koningshuis, is hij een hartstochtelijk muziekliefhebber en bespeelt hy zelf enige muziekinstru menten. LEEMTEN. In zijn opvoeding en ln de voorberei ding voor zyn moeilijke taak, zijn enige leemten, waarvoor het thans waarschijnlijk reeds te laat is om de ze nog aan te vullen. Zo heeft hij bij voorbeeld de in het Belgische ko ningshuis traditionele militaire oplei ding niet gehad, alhoewel hij thans de rang heeft van luitenant-generaal en chef van de gewapende macht. Ook heeft hij nimmer zitting genomen in de Senaat, een functie waarop hij se dert zijn 18de jaar als kroonprins recht had. ""In weerwil van het gemis aan con tact met zijn volk gedurende zijn tudiejaren en de leemten in de voorbereiding voor zijn hoge post, schijnt de jonge Boudewijn volkomen opgewassen te zijn tegen zijn taak. In Vandaag zal de jonge koning Boude wijn I plechtig de eed van trouw aan de grondwet afleggen in de vergader zaal van de Kamer van volksverte genwoordigers. Alhoewel het Belgische volk nu ruim een jaar lang de gedegenheid heeft gehad de kennismaking met de jonge koning te hernieuwen hij v/as een jongen van dertien jaar toen hij, door de Duitse overheid gedwon gen, het land verliet weet men hier, buiten de officiële biographie welke over hem bestaat, eigenlijk weinig vèn hem. Volgens personen, die dagelijks met hem omgaan, is hij een verlegen be deesde jongen. Een knaap, wiens op voeding nog niet geheel voltooid was. toen hij, nu precies een jaar geleden, werd geroepen om de uiterst zware taak van zijn vader over te nemen. De oorlog en het lange verblijf in Zwit serland daarna, waar zijn vader en stiefmoeder, prinses de Rethy, in bal lingschap leefden, hebben hem enigs- Europa reist.... I. Het is volle zomer. Be wijde hori zonten lokken Bij duizenden, neen het moeten er tienduizenden zyn, trekken de Nederlanders erop uit. Door zeven landen voerde ons het snelle ding, dat men in de wandeling auto pleegt te noemen, in deze onze zomervakantie. En om heel eerlijk te zijn, wij hebben niet het gevoel erin geslaagd te zijn, Nederland werkelijk te ontvluchten, hetgeen toch de be doeling was. Er is geen dag voorbij gegaan, waarop wy geen onvervalst Nederlands hebben horen spreken en niet van aangezicht tot aangezicht hebben gestaan tegenover medeschul denaren van Lieftinck. Zij waren in België (ondanks de duurte). Zij waren in Luxemburg (waar zij hun fraaiste Duits demonstreerden). Zij waren i» Frankrijk (waarvan wij ditmaal niet meer dan de Voge zen hebben gezien). Zij waren in Zwitserland waar zij wonderbaarlijk snel-voor alle para- dijselyk-lokkende étalages wisten uit te rekenen, hoeveel by een koers van 86 cent de franc de vurig begeerde goederen in harde guldens kostten). Z\j waren in Liechtenstein Je kunt er met een lange polsstok over heen springen, zei ons in smakelijk hoog-haarlemmerdijks een donker- lokkige Amsterdammer, die toij voor een prachtig specimen van een Ita liaan hadden versleten). Zij waren in Oostenrijk „Wir ha ben den Krieg nicht gewollt, aber was sollten wir, als Hitier be- fahl Zij waren zowaar ook in Italië, maar in veel geringer en getale (omdat het zo ver weg is en je er geen stom woord kunt verstaan van wat ze te gen je zeggen). En nimmer zijn wij met zoveel ver bijsterend enthousiasme begroet door ons volmaakt vreemde landgenoten, als door die Nederlanders-in-het-buï- tenland. Binnen de vijf minuten wis ten we hun naam en al hun voorna men, hun beroep en hun kindertal en het werd op het laatst een aardig spelletje om onder elkaar te gokken, hoe lang het zou duren voor we wis ten aan wélke ziektes al hun familie leden geleden hadden van de wieg tot aan hun huidige staat van wasdom. Het was wel eens heel erg benau wend, al die vertrouwelijkheid. Als wij ergens acht of tien auto bussen bij elkaar zagen staan, zo maar ergens langs de weg of op een «nooi punt in een dezer zeven landen, wisten we lang voor we hen genaderd waren, dat er met rood-wit-blauwe vlaggetjes zou worden gezwaaid en de kreet „Hup Hollandl" zou weer klinken. Als toij door die schoonste van alle Europese straten, de Maria There- sienstrasse in Innsbruck dwaalden, zeiden we af en toe tegen elkaar Laat ons maar eens even Duits spreken, dan hebben al die andere Nederlanders tenminste de illusie, dat er ook nog Oostenrijkers in Tirol rondlopen En tot onze stomme verbazing gaf onze sluwe Italiaanse hotelier (hij liet ons voor f 2.per nacht per persoon slapen in een weelderige kamer en ons met slecht en karig avondeten en minimaal ontbijt mee toch rond f 20 betalen, ook per per soon ons toen wtj in Zwitsers geld betaalden, omdat het Italiaanse niet toereikend was, in Nederlands geld terug, hoewél het streng verboden is in het buitenland Nederlands geld wit te geven. Wy zaten in Cortina d'Ampezzo met een Engels echtpaar naar het laatste zonlicht te kijken, dat roiulorn de grillige, rode Dolomitentoppen speelde. Htj trok peinzend aan zijn pijp, zij blies de blauwe rook van een virgina achteloos door haar neusgaten. Merkicaardig, dat verschil tus sen Nederlanders en Engelsen, zei de Engelsman, terwijl hij loom achter over leunde in zijn fauteuil. Set- het afgelopen jaar heeft hij enige ke< ren blijk gegeven van helder inzicht in lastige binnenlandse aangelegen heden. Toen hy in Augustus van het vo rig jaar benoemd werd tot hoofd van de Belgische staat, was het land nog steeds verscheurd door de diepe con troversen, welke slechts een week voor zijn beëindiging in een ware burgeroorlog dreigde te eindigen. Zijn eerste taak was toen, zijn door de koningskwestie verdeelde volk weer bijeen te brengen rondom de troon. En in deze taak is hij wonder wel geslaagd. In het afgelopen jaar is gebleken, dat België zijn traditionele liefde voor zijn koningshuis niet heeft verloren en dat de voormalige tegen standers thans bereid zijn zich geza menlijk te scharen rondom de troon, is voor een niet gering deel te danken aan deze slanke, altyd ernstig kijken de, jonge prins, die van Dinsdag af een van Europa's jongste koningen zal zijn. Beter laat dan helemaal niet.... Van onze Zuiderburen wordt wel eens gezegd, dat zij het leven wel heel erg gemakkelijk nemen en alles op zijn elf-en- dertigst doen. Toch kijk je als Nederlander even raar op als je ziet, dat Vrijdagmorgen, drie dagen vóór de plechtige troonswisseling, vlak voor het Koninklijk Paleis in Brussel de hele straat wordt opgebroken. „Wat gaan jullie hier doen?" vroegen we een arbeider. „De straat opbreken", zei hij laconiek. „Waarom „Dat weet ik niet". „Wanneer moet dat klaar zijn „Weet ik niet, volgende week misschien". We vroegen officieel om in lichtingen bij Publieke Werken en kregen te horen, „dat de weg voor het paleis zo slecht was en dat die met het oog op de plechtigheden verbeterd werd" „Wel wat laat" vonden wij. „Och", zei men, „er werken een kleine honderd man aan en het zal zeker Zaterdagavond of Zondag wel klaar zijn Dan rijden de hoge autoriteiten ten minste over een spiksplinter nieuwe straat". Delegatie* van Belgische, I^ixemhurgse en Nederland** minister*, onder voorzitterschap van de drie Kend' Ministers hebben bi „De Korenbeurs" te Goes een confe rentte gehouden met het doel eens geheel openhartig een algemeen overzicht van alle Benelux-problemen te geven. I)e 16 minister* (8 Belgische. 6 Nederlandse en 2 Luxemburgse.) en de (secretaris-generaal van de Benelux bijeen ln de zaal van „De Korenbeurs' te Goes» waar de conferentie plaats vond. BIJ DE KOREA-TROEPEN Maar een Amerikaan verstond hem niet. (Van de oorlogscorrespondent Wim Dussel) Het was tydens een patrouille deze winter, dat soldaten van het Neder lands Detachement Verenigde Naties, op zoek naar de vijand, in een kampong een jongen van een jaar of zestien vonden- Het jog werd meege nomen en zoals gewoonlijk aldra tot „houseboy" aangesteld, een baantje, waar alle Koreaanse Jongens wild op zyn. De jongens noemden hem „Charlie". Charlie had echter weinig taalge voel, sterker nog: hy had een hekel aan praten en hield dan ook de eerste tien dagen angstvallig z'n mond! Toen hoorden ze hem zeggen „O.K." en dat was een sein. Een sein om hem een woordenboekje te geven: „KoreaansEngels". En warempel, Charlie begon yverig te studeren! Een paar dagen later ontdekten de soldaten ergens in een half ver nield en vervallen huis een „badka mer", zoals de wrjdse betiteling gold voor een stenen kuip-met-stookgele- genheid. Onmiddellijk werden er plannen gemaakt e n „badhuis" te openen. Houseboys sleeden water aan en Charlie stookte met Koreaan se deskur igheid het vuurtje on der de kuip. Eén der soldaten wilde Charlie duidelijk maken, dat het water niet gelijk de Japanners plegen te doen gloeiend heet gestookt dien de te worden en stak daartoe zijn vinger in het water, deed alsof hij zich brandde en schudde vervolgens met het heefd. Charlie keek de soldaat aan. Een glimlach trok over z'n gezicht en toen zei hij, langzaam maar over duidelijk: „Iseewhat youmeanNottoo hotay IK SPREEK GEEN HOLLANDS We hebben een jeep-chauffeur, een klein kereltje, dat maar nau welijks boven de onderkant van z'n voorruit uit komt kijken. Eén en ander neemt chter niet weg, dat onze „driver" zich overal vlot be weegt en om de drommel niet op z'n mondje gevallen is. „Engels spreken vertelde hij aan iedereen. „Iedereen verstaat me hoor. Och, je praat maar wat en maakt wat gebaren en dan moet je zien. Nee, nergens moeite mee hoor". den zijn zij overtuigd, dat hun vader land het beste van de wereld is. Maar als Engelsen in het buitenland zyn, zoeken zij nimmer elkanders gezel schap. Zy constateren met zwijgende voldoening, dat er ook landgenoten zijn. Als Nederlanders elkaar echter ont moeten, zoeken zij elkaar onmiddel lijk op en vraten over hun land en hun volk. Misschien omdat Nederland klein is en de Nederlanders eigenlyk verbaasd zijn in den vreemde te ont dekken, hoe groot hun land is De zoetige mixturerook van de pijp kringelde om onze hoofden. De En- '.Ise schonk thee. En misschien is wat die Engels man over Engelsen en Nederlanders zei, wel niet van A tot Z waar. Maar wat hjj over de Nederlanders zei, dat klopte. Op een keer waren wè de weg kwyt. „Wacht even", zei de chauf feur. „Wacht even, zal ik die M. P.er even Op een kruispunt van twee we gen-door-het-pum stond een breed geschouderde Amerikaanse M.P.- man. De jeep stopte op twee centi meter van 's mans tenen en het stemmetje van onze driver begon een eenzijdige conversatie in drivers- Engels. De grote kerel stond met een vragend gezicht het voor hem blijk baar onverstaanbare relaas aan te horen en wachtte geduldig tot het kleine chauffeurtje uitgepraat was. Toen antwoordde hij, bescheiden en met een blik op ons rood-wit blauw vlaggetje voorop: ,,I' am sorry Sir, but I don 't speak Dutch Jaarlijkse provinciale vergadering van de meisjesverenigingen. Meisjes uit alle delen van de provincie waren Zaterdag byeen ln de Noonk-rkerk te Middelburg, waar de jaarlijkse provinciale vergadering van de Zeeuwse Gereformeerde Meisjesvereniglngen werd gehouden. In de ochtendbyeenkomst behandelde mevrouw C. H. van Aikemade Kwakkelstein het onderwerp „Brood en spelen", in de middagvergadering sprak ds. J. Meynen uit Den Haag over „De zin van ons leven". De ochtendsamenkomst werd ge opend door de presidente, mej. F. Oostdijk. die las Ps. 119 1—17. Na dat het bondslied uit volle borst was gezongen, bracht de secretaresse, mej. S. Hillebrand, op originele wij ze, namelijk in de vorm van een radio-uitzending, haar jaarverslag uit. De penningmeesteresse. mej. C. Mesu, kon mededelen, dat er een ba tig saldo is van 152.50. Vervolgens was het woord aan mevrouw Van AlkemadeKwakkel stein. die in haar causerie „Brood en spelen" het probleem van de vrije tijdsbesteding aansneed. Zij was van mening, dat er momenteel een ont stellende zucht naar spel en vermaak kan worden geconstateerd, ook in Gereformeerde kringen. „Hebben wij recht op vrije tijd aldus vroeg de spreekster, „rust niet het oog van God op iedere minuut van onze tijd? Hy beschikt er over en wij moeten ons laten leiden door Gods Woord". Het werk voor of in Gods koninkrijk moet primair zijn bij onze vrije tijds besteding, aldus spreekster; daarna komen sport en gepaste ontspanning. De bioscoop is verboden terrein. Mevr. Van Alkemade betoogde, dat van vrijwel alle films een verderfe- ïyke invloed uitgaat en dat de Bi oscoopbond, die de films distribu eert (vermoedelyk bedoelde zij de verhuurkantoren) uit louter winstbe jag werkt. De wereld van de film acteurs en -actrices zou volgens haar door en door pervers zijn. Ook meen de zij, dat de literatuur, de schilder kunst en de muziek vele voetangels en klemmen verborgen houden. Ver dorvenheid verbergt zich vaak onder het mom van schoonheid. ONTWORTELD. 's Middags sprak ds. Meynen over de zin van het leven. Hrj verklaarde, dat de toekomst voor talloze ontwor telde en ontredderde jongeren geen De verbinding Antwerpen Hollandsch Diep. De Antwerpse Kamer van Koop handel heeft in een telegram aan de Belgische regering verzocht „in geen geval af te zien van een spoedige en volledige vervulling van de Bel gische eisen inzake een snellere en veiliger verbinding tussen Antwer pen en 't Hollandsch Diep." De Ka mer heeft aangedrogen op verwer ping van alle voorstellen „welke nadeliger zouden zijn voor de Ryn- vaart dan de bestaande toestand." De „Gazet van Antwerpen" en het Brusselse dagblad „Het Volk" heb ben stelling genomen tege nhet door ir. Van Konijnenburg ontworpen plan voor een doorbraak van het Kreekrak. hoop meer biedt. Inderdaad kan men zich in deze tijd wel afvragen, of het 'nog de moeite waard is om te leven en of het nog zin heeft idealen te koesteren. Velen leven luchthartig over alle problemen heen. anderen, met name de existentialisten, ver somberen in een hopeloos pessimisme. Slechts zij, die een fundament heb ben in het geloof, kunnen volgens ds. Meynen de zin van het leven begrij pen en de toekomst met vertrouwen tegemoet zien. want elk leven, dat in Christus geworteld is, gaat vrucht dragen. Zowel 's morgens als 's middags werd voorts gedeclameerd en werd er met grote animo gezongen. Vooral de canons klonken bijzonder aardig. Deze samenzang werd geleid door mej. J. Buyze. Mej. E. Verbeek zong enige soli en de Meisjesvereniging Middelburg heelde de „cirkelgang van het vrouwenleven" uit. Het slot woord werd gesproken door ds. P. van Til. Gereformeerd predikant fc Middelburg. De landelijke bondsdag van de Meisjesverenigingen op G.G. wordt in 1952 in dc Zeeuwse hoofd stad gehouden. Zweedse super-opa. Verleden week begon de Ronde van Zweden, een wielerwedstryd van Ha- paranda bij de Poolcirkel naar Ystad in Zuid-Zweden. De 34-jarige Lennart Hjortvall won de bijna 1800 km. lange rit.Vnaar de held van de vijfdaagse tocht was de 66-jarige Gustav Hakansson. Omdat hij boven de leeftijd was, mocht hij niet meedoen. Dat kon ..Stalen Opa' of de „Fietsende Baard" hij droeg een baard van een voet lang er niet van weerhouden, om op zijn een tje de tocht te maken. Hjj vertrok tegel Uk met de wielrenners en arri veerde een dag eerder aan de finish. „Stalen Opa" had zowat dag en nacht doorgefietst. sliep in totaal maar tien uur en na afloop verklaarden de dok ters, dat de rit voor hem geen nade lige gevolgen had gehad. Eenmaal maakte opa een val. maar hy krab belde overeind en vervolgde zijn reis. Op zijn tocht werd hij door duizenden geestdriftige Zweden aangemoedigd. Stijgende in- en export. IN JUNI WAS 65 PCT. VAN ONZE INVOER GEDEKT DOOR UITVOER Volgens voorlopige gegevens van het Centraal Bureau voor de Statis tiek bedroeg de waarde van de invoer in Juni 954 millioen (vjn. 939 mil lioen». terwyl voor een waarde van 622 millioen <v.m. 578 millioen) werd uitgevoerd. Het dekkingsper centage bedroeg 65 pet (v.m. 62 pet.) 17. In een looppas en nog steeds meneer Van KnuUenburgh als een soort schild boven zyn hoofd houdend, rende Jimmy naar het nachthok van de olifant. Dit stond leeg, want de enige olifant, die de dierentuin van Kuiten dam had bezeten, was het vorige jaar aan de waterpokken overleden. Met zijn rechtervoet gaf Jimmy een schop tegen het slot, de deur sprong open en het volgende ogenblik verdween meneer Van Knullenburgh met een sierlijke boog in het duistere hok. Hij raasde «■n tierde zo verschrikkelijk, dat alle dieren het hoorden. Dirk de Drommedaris was eigenlijk de enig, die precies had kunnen waarnemen, wat er was geschied, omdat zijn hok grensde aan het verblijf van wijlen Alie de Olifant. Dirk wist eigenlyk niet of hy zijn eigen ogen durfde te ge loven. Was het waar, dat hij niemand minder dan de even gehate als gevreesde directeur had zien opsluiten in het vroegere nachthok van Alie? Hij keek Jimmy vol ontzag na en begon toen schielijk het grote bijna ongelofelijke nieuws verder te vertellen. Het ging als een lopend vuurtje door de dierentuin.... De nieuwe oppas heeft meneer Van Knullenburgh in het olifantenhok opgesloten. Hij heeft hem er vierkant ingekwakt. De meeste dieren konden eerst heel laat de slaap vatten. Zij begrepen, dat er een grote verandering in hun leven zou komen. Hei wereldgebeuren Hulp voor Tito Tijdens een rede te Catarro heeft maarschalk Tito van Joego-Slavl* vorige week een interessante tegen stelling gemaakt lussen Moskou en Washington, interessant omdat de uitspraak uit de mond kwam van een volbloed communist, als hoedanig de maarschalk zich toch nog steeds be schouwt- Uit Moskou, zo zeide Tito, krjjgen wij slechts dreigementen en beledigingen. Waariyk hulp krijgen wij van een zijde, waarvan wij dat het minst verwacht hadden, van hel kapitalistische Amerika. Nu is de dollarhulp aan Joego-Sla- vië een van die wonderlijke trekjes in het wereldgebeuren, waarmee theore tici en schriftgeleerden in de werken van Marx en Engels eigenlyk geen weg weten. Dat de bankiers in Wall- street nog eens een communistische staat op de been zouden moeten hel pen. spot met het geijkte begrip, dat communisme en kapitalisme water en vuur zijn. Voor de communistische propagan da is de zaak al zeer eenvoudig Tito is overgelopen naar het kamp van de bourgeois-sUten en een agent van Washington geworden. Wie echter zijn intelligentie n*g vrijelijk mag ge bruiken kan uiteraard moeiiyk deze simpele redenering slikken. Er is waarlhk nog steeds geen sprake van, aal dé Amerikanen zwijmelen van bewondering voor Tito's regiem en evenmin zweeft de maarschalk president Truman als lichtgevend voorbeeld voor ogen. Dc verhouding van vriendschap tuss*n Washington en Belgrado berust op een zuiver zakeiyke basis, zonder enige politieke of culturele verwant schap- Joego-SIavië is langzamerhand fel ler anti-Russisch geworden, dan welk ander Europees land ook, zoais dat meestal gaat, wanneer een aan vankelijk nauw bondgenootschap in openlijke vijandschap verkeert. Tito kent de heren van het Kremlin en hun plannen mitsgaders de milieux van de Kominform uit eigen ervaring en hij weet. niet op genade te kunnen rekenen. Deze fel anti-Russische hou ding, waarbij gebaren van verzoe ning onmogelijk zyn. bestempelen Tito tot een stil. maar betrouwbaar Amerikaans bondgenoot in de koude oorlog. Omgekeerd heeft Tito, hoezeer hij zich ook op de borst slaat als de in carnatie van volkomen onafhanke lijkheid, steun van buiten nodig. Steun om zijn 14 goed geoefende di visies van zware wapens te voorzien, steun om de economische moeilijkhe den te boven te komen. Welnu, de Ver. Staten en in min dere mate ook Engeland, zyn bereid leningen in dollars en ponden te ver strekken, ook al ia Joego-SIavië niet officieel opgenomen in de Marshall hulp en nog minder in het Atlantisch Pact. De dollarhulp kent eigenlyk drie stadia. Na de oorlog, in 19451946. toen Joego-Siavië zich ook ln het Westen in de volle glorie V3n fel en standvastig verzet tegen Duitsland bevond, profiteerde het van de U.N. RJLA.-hulp, verstrekt binnen het ka der van de Ver. Naties. Na China en Polen kreeg Joego-SIavië de hoogste toewyzingen. Ofschoon voedsel, kle ding en medicynen uit de Ver. Staten het land binnenstroomde, verslech terde de verhouding Belgrado Washington met de dag van koel tot vyandig. In 1949, na Tito's breuk met Mos kou. begon de tweede fase van de hulpverlening. Amerika zorgde voor een lening van 20 millioen dollar via de Export-Import Bank, welke later met 35 millioen dollar verhoogd werd. Ook de Britten gingen meedoen en stelden eredieten beschikbaar. De huidige economische crisis ln Joego-SIavië, mede als gevolg van de magere oogsten, deed de derde fase beginnen, die nog aan de gang is. De Ver. Staten hebben kortgeleden 103 millioen dollar beschikbaar gesteld voor voedsel aan kopen, bestemd voor de burgerbevolking en voor het leger. Een aanvullende lening van 29 mil lioen dollar diende voor aankoop van grondstoffen, om de Joego-Sla vische fabrieken draaiende te houden. Over meer hulp, geschat op 120 tot 150 millioen dollar, wordt op het ogenblik onderhandeld. Tito mag dus niet klagen, dat het Westen hem in de steek laat en dat doet hy dan ook niet, getuige zijn zoeven vermelde woorden. Indonesische commissaris voor Suriname benoemd Ter behartiging van de belangen der Indonesische bevolkingsgroep in Suriname is de heer Radeh Soedarto Hadinoto door de Indonesische rege ring benoemd tot commissaris van de Republiek Indonesië met de rang van consul te Paramaribo.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1951 | | pagina 5