20 Kilometer in het binnenste
van de aarde
Het Bachjaar loopt ten einde
De grootste grot van Europa in
Oostenrijk
Amerikaans voorstel voor
verdrag met Japan
STEREO-FILM EN TELEVISIE
IN DE NAASTE TOEKOMST
Zeeuwse Almanak
Deze maand het laatste
Bach-concert in Zeeland
Van Vrouw tot Vrouw
Zorgen
Egypte tegen
Bevin
ZATERDAG 25 NOVEMBER 1950.
PPOVINCML8 ZEEUWSE COURANT
9
Enkele jaren geleden werd „Sprookjesrijk" ontdekt.
(Van onze correspondent)
SALZBURG, November Tnssen het Tennengebergte en de Watzmann
ligt ten Zuiden van Salzburg het Hagengebergte. In zijn binnenste heeft
onlangs een aantal Oostenrijkse grotonderzoebers 171 uur nodig gehad om
door de Tantalgrot te lopen of beter gezegd te klimmen. Deze geweldig
ste grot in de gehele Alpenketen heeft voor zover men deze tot nog toe
onderzocht heeft een lengte van 20 kflometer, met hoogteverschillen
van 2000 meter, die kruipend en klimmend door de onderzoekers moesten
worden overwonnen.
Dit kolossale sprookjesrijk in het binnenste der aarde, dat men, als het
vroeger ontdekt was, beslist toegeschreven zou hebben aan Keizer Barba-
rossa of aan de draak uit de Siegfriedsage, is pas kort geleden, op 13 Juli
1947 ontdekt. Op deze dag maakten bergbeklimmers uit Salzburg een tocht
in de zuidelijke bergen van het Hagengebergte en moesten daarbij door een
veld van geweldige rotsblokken klauteren. Bjj toeval vonden ze een slechts
25 cm brede opening, waarachter zich een grot bevond, die ze voorlopig
niet verder konden onderzoeken. Diepe ravijnen en huizenhoge, overhan
gende rotswanden beletten hen in het binnenste der aarde door te dringen.
Uit latere onderzoekingen bleek,
dat duizenden, jaren oude beekjes en
stroompjes zich een weg hebben ge
vreten door de harde kalksteen en
het dolomiet van het gebergte en dat
mers aan deze expeditie naar het bin
nenste der aarde schrijft hij: „Moei
zaam klimmend dringen we steeds
dieper in het binnenste van het Ha
gengebergte door en het licht van de
carbidlampen ontsluiert telkens weer
nieuwe wonderen van de eeuwig
scheppende natuur. De berg blijft ons
het loon voor ons zwoegen niet schul
dig. De wanden van de grot zijn ver
sierd met plekken vol duimgrote cal-
cietkristallen, met zachtroze druip
steen en sneeuwwitte stenen pegels.
Aan de zoldering hangen grote ara-
gonietbloemen, de chrysanthen van de
onderwereld. Iets verder leiden go-
thische spitsbooggewelven honderden
meters ver de berg in en om 'n slanke
pilaar door het geweld van het stro
mende water afgeslepen, slingert zich
een natuurlijke wenteltrap zeven -me
ter de hoogte in."
EEN HUT
Binnen in de berg, 4\2 kilometer
van de ingang verwijderd en 1000 me
ter lager gelegen, heeft men thans
een hut gebouwd uit aluminiumplaten.
waarin zich de onderzoekers kunnen
verwarmen, daar de temperatuur in
de grot slechts 2 graden C. bedraagt.
Met een speciaal toestel moeten de
natuurvorsers zich op sommige plaat
sen meer dan 100 meter diep aan een
touw laten zakken, waarbij ze stalen
helmen dragen om zich tegen vallende
stenen te beschermen. Daarbij werd
een ruimte ontdekt van zulke gewel
dige afmetingen, dat de Dom van
Salzburg er drie keer in onderge
bracht zou kunnen worden. De ijs
koude watervallen in het binnenste
van de berg, die bijna verticaal naai
de bedding van de Salzach stromen,
geven de geologen nieuwe inlichtin-
gen over de afwatering van 't Karst-
de Salzach in een ver vóór mensen- gebergte. Men denkt op deze levens-
heugenis gelegen preglaciale oertijd gevaarlijke wijze nog onder het ge-
hier doorheen moet zijn gestroomd, hele Hagengebergte door te kunnen
In het verslag van een der deelne- I wandelen. Een groot gevaar biedt de
De mooie stad Salzburg in Oostenrijk, vooral bekend door de Salzburger
Festspiele. In welker omgeving zich de reusachtige grot bevindt, die nog
vele geheimen der onderwereld aan de moedige onderzoekers onthullen zal.
Moskou stelt vragen.
Het Russische persbureau Tass
heeft de bepalingen bekend gemaakt
voor een vredesverdrag met Japan,
zoals de Amerikaanse regering die
heeft voorgesteld.
Japan zou de onafhankelijkheid
van Korea moeten erkennen en de te
nemen beslissingen van de „Grote
Vier, ten aanzien van de status van
Formosa, de Pescadores. Zuid-Sacha-
lln en de Koerillen aanvaarden.
Vervolgens zou Japan toegelaten
kunnen worden tot de Ver. Naties.
Als de „Grote Vier" binnen 'n jaar
niet tot 'n beslissing zouden komen,
over Formosa en de andere gebieden,
zou de algemene vergadering van de
V.N. een uitspraak moeten doen.
De Russische regering heeft thans
gevraagd hoe het Amerikaanse voor
stel is te rijmen met de overeenkom
sten van Cairo en Potsdam en of na
sluiting van het vredesverdrag de
Amerikaanse troepen op Japans
grondgebied zullen blijven.
zogenaamde put, de diepste plaats in
de grot, die bij sterke regenval met
water gevuld wordt en de terugkeer
van de onderzoekers naar de boven
wereld dreigt af te snijden.
Nog is slechts een gedeelte van de
geweldige ruimten van dit grotten-
rjjk ontdekt en talrijke gangen wach
ten nog in het duister op de eerste
schijn der carbidlampen. Het is thans
reeds zeker, dat het binnenste van
het Hagengebergte een schat van
nieuwe ontdekkingen voor de weten
schap zal opleveren.
De bewoners van Salzburg gelo
ven. dat zjj nu rustig het atoombom
mentijdperk tegemoet kunnen zien,
daar ze de beste schuilkelder van de
wereld in hun buurt hebben.
(Nadruk verboden)
noe groot de belangstelling in En
geland voor het bezoek van H.M.
Koningin Juliana en Z.K.H. Prins
Benihard aan Londen was, blijkt wel
uit "het feit, dat een groot gedeelte
van het programma door de
ook via de televisie is uitgezonden.
Hieronder een viertal beelden, zo
als deze tydens dc uitzending uit
Guild Hall op het televisiescherm
verschenen. Van boven naar beneden:
H.M. Koningin Juliana, Z.K.H. Prins
Bernhard, H. M. in gesprek met de
Lord Mayor van Londen, Z-R.H.
Prins Bernhard in gesprek met de
Lord Mayor tijdens het noenmaal in
Guild Hall.
VIJF EN ZEVENTIG
Donderdag hebben de zusters van 't
St. Joseph-ziekenhuis in Vlissingen
gejubileerd. Vijf en zeventig jaar'lang
hebben zij hun goede zorgen gewijd
aan de zieken en hulp-behoevenden
Drie kwart eeuw!
Het gaat er ons natuurlijk niet om
wie deze dienende liefde in de Schel-
destad demonstreerden. Het gaat er in
de allereerste plaats om dat zij gede
monstreerd werd.
Zieken zijn over het geheel geno
men geen gemakkelijke mensen. Het
merkwaardige met de mens is, dat zt
lang hij gezond is, hij alle mogelijke
aandacht heeft voor andere mensen
en dingen. Wordt hij ziek, dan heeft
hij voor niets meer aandacht, dan
voor zichzelf, zijn ziekte en zijn hoop
op genezing. Egocentrische mensen
zijn nu eenmaal moeilijke mensen
Daarmede dag in dag uit omgaan, hen
verzorgen en moed in spreken, hen
dienen, met wegcijfering van het ei
gen ik, dat is in deze wereld geen ge
ringe zaak.
Vandaar dat de zusters van St. Jo
seph, die vijf en zeventig jaar lang in
Vlissingen hun roeping vervulden
van één ding zeker kunnen zijn: By
menig jubileum worden ongemeende
vriendelijke woorden gezegd. Bij hüv
jubileum werd geen woord ge
dat niet volkomen verdiend was.
„Tot Oefening en Uitspanning" en de „Vereniging voor
„Instrumentale muziek" komen met kerkelijke en
profane werken.
Het Bachjaar loopt ten einde, ook in Zeeland. Deze maand zal de grote
componist in onze provincie nog eenmaal worden herdacht in de gewestelij
ke hoofdstad met een concert van kerkelijke en profane werken. Hier wordt
dus zowel de Cantor als de wereldlijke musicus geëerd, waar door men ge
legenheid krijgt de grote veelzijdigheid van deze componist te bewonderen.
Over de betekenis van Bach in onze tijd schreven wjj reeds eerder uitvoe
rig, zodat wij ditmaal mogen volstaan met een bespreking van het pro
gramma, dat 30 November te Middelburg zal worden uitgevoerd door de
Koninklijke Zangvereniging „Tot Oefening en Uitspanning" en de „Vereni
ging voor Instrumentale Mnziek".
Dit programma vermeldt o.a, de can
tate nr. 144 „Nimm, was dein ist".
Het opschrift is zoals bij Bach-
cantates gebruikelijk ontleend aan
het eerste koor: „Nimm. was dein ist
und gehe hin." Wie echter met het
werk kennis maakt, zal geneigd zijn
om het anders te noemen, omdat de
Inhoud zowel muzikaal als door de
tekst gebaseerd is op Bach's over
tuiging, dat alles, „wat God doet, wel
gedaan is". Voor een pist begrip van
deze compositie is het nodig na te
?aan, waarom de componist haar heeft
geschreven en dan blijkt, dat ze oor
spronkelijk werd uitgevoerd in de
kerk op de Zondag Septuagesima, dat
is in het kerkelijk jaar de eerste Zon
dag van de z.g. Paaskring". Op de-
j ze dag wordt herinnerd aan de bal
lingschap der Joden en tegelijkertijd
gaat de Kerk zich voorbereiden op het
lijden van Christus. Is het daarom
wonder, dat de cantate „Nimm, was
dein ist" geen stralend en vrolijk ka
rakter draagt, doch integendeel medi
terend en enigszins berustend is. Mis
schien is het niet helemaal juist om
dit laatste woord te gebruiken, om
dat Bach in dit werk twee koralen
invoegt, namelijk „Was Gott thut,
das ist wohlgetan" en „Was mein
Gott will, das g'scheht allzeit", die
o.a. door de harmonisatie een'allesbe
halve „berustende" indruk maken.
Dit is echter een typisch kenmerk
van Bach reeds eerder werd er in
deze rubriek op gewezen de berus
ting is bij hem geen defaitisme, maar
een vaste zekerheid, dat alles toch te-
reoht komt. want „was Gott thut,
das ist wohlgetan." Deze levensopvat-
-ing vindt men wel zeer goed gekarak-
veriseerd in het slot van het werk:
..Wer Gott vertraut, fest auf ihn
baut, den will er nicht verlassen".
KERSTCOMPOSITIE
Voorts wordt op dit concert uitge
voerd de cantate „Sehet, welch' eine
Liebe". Bach schreef deze compositie
voor de derde kerstdag en gebruikte
voor het openingskoor de bijbel tekst:
„Ziet, welk een liefde ons de Vader
heeft gegeven, dat wij kinderen Gods
genoemd worden". Het gehele werk
getuigt van een blijde sfeer, zonder
echter rechtstreeks van het Kerst
feest zelf te spreken. Men mag daar
bij niet vergeten, dat in Bach's tijd
op de belde andere kerstdagen canta
ten waren uitgevoerd die wel direct
van de geboorte van Christus spra
ken. Daarom kan dit werk beschouwd
vorden als een soort „toepassing".
Bach stelt zich als het ware de vraag:
.Wat betekent nu eigenlijk het Kerst
feest voor mij?" en hij geeft in deze
cantate onmiddellijk antwoord: „Geh,
Welt. behalte nur das Deine, der Him-
mel ist nun meine!"
Terecht kan men zich bjj deze beide
cantaten verbazen over de stuntelige
tekst van aria's en recitatieven en men
vraagt zich' af hoe ter wereld het
mogelijk is. dat Bach zulk een prach
tige muziek kon schrijven bij derge
lijke rijmproducten.
WEREIJJLIJKE WERKEN
Tenslotte de wereldlijke werken,
die het program vermeldt, nl. de
Suite in g klein en het concert voor
piano en strjjdorkest in d klein. Men
neemt aan, dat Bach dit laatste werk
componeerde voor het „Collegium
Musicum" der Leipziger studenten,
voor wie hjj meer van dergelijke mu
ziek schreef. Het pianoconcert doet
hier zijn intrede in de Westeuropese
muziekcultuur en begint zijn ontwik
keling, die in de 19e eeuw bij Beetho
ven en andere componisten zo'n hoge
vlucht zou nemen. Waarschijnlijk is
dit d-moll concert niet geheel oor
spronkelijk, omdat Bach meermalen
vioolconcerten van Vivaldi tot con
certen voor cembalo en orkest om
werkte, ontstonden o.a. ook de z.
f, Concerto's voor orgel. Toch ademt
it werk een typische Bach-geest en
is ten volle op zijn plaats in deze Bacil
herdenking.
De Suite in g-klein, waarmede het
concert begint, wordt aan Johan Se
bastian toegeschreven, maar op het
manuscript waren de voorletters weg
gelaten en stond alleen vermeld:
„Bach": Het is dus zeer goed moge
lijk, dat dit werk is gecomponeerd
door een van diens begaafde zonen.
Ook de stijl wijst enigszins in deze
richting.
Zo zal dus het Bach-jaar in Zee
land worden besloten met een con
cert, dat gezien het programma zeker
mag worden geplaatst naast de ande
re manifestaties, die ter gelegenheid
van de herdenking van Bach's sterf
dag, in ons land werden gegeven.
de K.
De Franse regering heeft besloten
het parlement te verzoeken nieuwe be
lastingen tot een bedrag van ongeveer
187 milliard francs goed te keuren, om
de begroting 1950—1951 in evenwicht te
brengen.
Goede brilloze stereo-projectie In Delft.
Nederland spreekt een woordje
mee.
(Van onze Haagse redacteur)
Na de opzienbarende demonstraties
van het Veri-Vision stereo-opnamesy
steem in het voorjaar 1949 was het
geruime tijd schijnbaar stil geworden
rondom de stereofilm.
In werkelijkheid echter werd er
achter de schermen ijverig verder ge
werkt, om Nederland by de „film en
televisie der toekomst" een vooraan
staande plaats te bezorgen.
In Eindhoven vonden, naar wij ver
nemen, onlangs besprekingen plaats
tussen ir. F. J. Philips, de Australi
sche ingenieur E. G. Beard en dr. F.
H. Reijnders. Zoals men weet, is dr.
Reijnders de uitvinder van het funda
mentele natuurgetrouwe sterio-op-
name-systeem, aat zowel voor film
en foto als voor televisie geschikt is
Ingenieur Beard, in dienst bij Philips
in Australië, is de uitvinder van een
goed bruikbaar brilloos stereo-projec
tiesysteem waarmede men de „diep-
te"-film en -televisie kan waarnemen
zonder door een bril of ander hulp
middel belemmerd te worden.
Men heeft echter ook in Delft, dat
meer en meer het optisch centrum
van Nederland wordt, intussen niet
stilgezeten. Ir. F. A. Weber, con
structeur der Veri-Vision opnameca
mera's, had, ook naar aanleiding van
in 1949 in een der bioscopen van het
Ciniac-concern genomen proeven, al
spoedig ingezien, dat de toekomst der
stereofilm niet op smalfilm-, maar op
normaalfilmgebied ligt.
Terwijl dr. Reijnders zich aan de
universiteit te Utrecht ging bezig
houden met de wetenschappelijke ste
reofilm begon ir. Weber te Delft, in
samenwerking met ing. F. B. A. Prin
sen, die reeds een 25-tal jaren aan 't
probleem van de brilloze stereopro
jectie werkt, de stereoprojectie syste
matisch voor bioscoopdoeleinden ge
schikt te maken.
Natuurlijk hebben mijn getrou
we lezeressen mij ook deze keer
niet in de steek gelaten, en ver
scheidene brieven hebben eens
precies uit de doekjes gedaan,
hoe dat nu zit met die bloemen-
kwekerij. Zó precies, dat ik met
een verlegen oog schuin naar de
stapel blocnote-vellen kijk, want
als ik dat allemaal haarfijn in de
krant moet gaan zetten, zijn wij
er over een maand nog zoet mee.
Behoeft ook niet. Uit alle epistels
heb ik wel ongeveer dezelfde al
gemene regels kunnen puren;
dat is alvast een flinke portie
hoofdschotel. En daaromheen gar-
neren we het geheel dan met de
vrolijke peterselie van aardige
bijzonderheden.
Mocht de kwekerij in uw eigen
vensterbank, na toepassing van
al deze goede raadgevingen toch
niet willen floreren, dan moet u
mij niet boos aankijken, want ik
heb het alles ook maar van ho
ren zeggen.
Allereerst decreteren de liefheb
sters, dat de ware artiste in het
plantenkweken altijd begint met
een of ander gekregen stekje.
Een mooie, forse plant in de win
kel kopen, alia, dat is geen kunst.
Maar zo'n afgesneden takje van
een begonia of geranium te zien
uitgroeien tot een weelderig en
robust volwassen exemplaar: dat
is pas je ware.
Dan moet men niet per se ólle
planten willen kweken, maar de
ervaring moet leren, welke het
goed doen in uw vensterbank, en
welke spoedig gaan kwijnen.
Hebt u een raam op de zonkant,
zet er dan geen primula's of va
rens in. Van varens vooral is dat
te begrijpen: het zijn oorspronke
lijk bosplanten en vragen dus 'n
niet te lichte standplaats, vochti
ge omgeving en lichte grond.
Geranium's en Ster van Bethle
hem daarentegen houden van
licht: en Vlijtig Liesje matig.
Begonia's ook niet al te overda
dig. Te felle zon is trouwens voor
de meeste bloeiende planten na
delig; de liefhebsters schermen
die dan ook spoedig af. Allen zijn
zij het eens over geregeld en
vooral niet te sterk plantenmest
geven. Besproeien, door het ge
hele gelid in de regen te zetten,
doet de meeste planten ook ge
weldig opfleuren. Maarpas
op voor kouvatten. (De verzorg
sters praten over haar bloemen
of het babies zijn: en zo heel mal
is dat ook weer niet).
Dus alleen een mals voorjaars- of
zomerregentje benutten, maar na
de eerste nachtvorsten zo'n kou
de douche niet meer geven, de
stakker zou het meer kwaad dan
goed doen. Wel de planten, voor
al de bloeiende, geregeld „do
pen": in een teil met lauw water
zetten tot het borrelen ophoudt,
schrijft een lezeres. Zij doet dan
meteen een lepel plantenmest in
het water. Niet bloeiende gerani
ums, fuchsia's en dergelijke over
winteren bijna droog in de kei-
rond Flora's kinderen
der. Uitgebloeide planten worden
kort afgesneden en krijgen dan 'n
poos rust met weinig water.
Heeft men varens Adianthums en
andere planten met veel blad
(die dus wel verdampen) in een
warme kamer, dan kan men ze
mooi in conditie houden door ze
dagelijks te besproeien met een
verstuiver: een soortgelijk appa
raat als wij voor eau-de-cologne
gebruiken. Misschien is dat weer
speciaal voor planten te krijgen.
Het lauwe sproeiwater wordt dan
tot fijne damp verstoven en
houdt de bladeren lang vochtig.
Zoiets moet u echter, in de goed
heid. van uw hart, niet uithalen
bij gloxinia's, bladbegonia's
bloeiende azalea's en dergelijke
(evenmin als bij nestvarens),
want dan gaan de bladeren rot
ten en de mooie bloemen smet
ten als nat papier. Neemt u ook
deze goede raad van een liefheb
ster ter harte: prop met teveel
planten in uw vensterbank, ook
niet als zij nog klein zijn. Een
gezonde plant groeit en vraagt
steeds meer ruimte, en tenslotte
lijkt het gelid dan veel op een
stukje oerwoud, waar doorheen
wij nog met moeite iets van het
daglicht ontwaren. U kent ze ook
wel, die raamvlakken welke bij
na geheel gevuld worden door
enorm uitgegroeide geraniums of
balseminen, terwijl meestal ten
overvloede nog een flinke trades-
cantia als hangplant, het laatste
restje bovenlicht wegneemt. De
beivoners van het huis hebben
óók nog recht op een lichtstraal
tje, voor wie het vergeten mocht
Planten moeten sieraad blijven,
geen breed-uitgegroeide potenta
ten, die alle licht en lucht voor
zichzelf opeisen. Dat wij ook de
planten kiezen die bij de stijl van
onze meubilering passen, spreekt
wel vanzelf. Een kamerlinde of 'n
ficus doen het prachtig tegen de
achtergrond van een licht en
strak interieur. In een donkere
kamer met ouderwetse meubels
stemmen ze de toeschouwer rond
uit droefgeestig.
Eén van de brieven stipt nog
even een kwestie aan, waarover
vele huisvrouwen met hart voor
haar interieur vooral in de win
termaanden zich het hoofd bre
ken. Behalve planten voor het
raam willen wij toch ook graag
iets fleurigs op tafel zetten, en
zelfs op de schoorsteenmantel of
in die ene donkere hoek. De tuin
levert niet veel meer op en snij
bloemen worden peperduur. Ge
noemde briefschrijfster maakt
zelf bloemstukjes, dikwijls mei
heel eenvoudig materiaal, zoals
de mooi gevlekte bladeren van de
lucuba. Hebt u 't ook wel eens ge
probeerd met behulp van een
schaaltje en een bloemprikker?
Loopt u eens langs de étalages
van de bloemisten en kijkt u eens
wat een aardig stilleven zij we
ten te maken van een stuk of wat
bruine chrysantjes en een paar
lisdotten of takjes lampicms.
Ook van dr oogmateriaal en ge
prepareerde bladeren is zoveel
aardigs op te bouwen. En hebt u
het wel eens met fruit gepro
beerd? Wat denkt u van een
grijze schaal met een paar zacht
groene appels, donkergroene pe
ren, een klein trosje druiven en
één of twee sinaasappels?
SASKIA.
Met het resultaat, dat dezer dagen
voor het eerst üi Nederland, door mid
del van 'n „Delfts" systeem, dat ln
samenwerking met buitenlandse des
kundigen tot stand kwam, in kleine
kring een zeer goede brilloze stereo-
projectie vertoond kon worden.
Nóg kan de sluier niet verder opge
licht worden, nóg zal er achter de
schermen ijverig verder gewerkt wor
den op dit moeilijke gebied van de
film en de televisie der toekomst. Nóg
hangt het tempo van de ontwikke
ling in Nederland ook af van het feit,
dat de overheid hier te lande derge
lijke belangrijke onderzoekingen
slechts platonisch steunt in tegen
stelling met b.v. Amerika en Rusland
waar de staat jaarlijks millioenen
aan stereo-onderzoek besteedt.
Maar wanneer eenmaal het ogen
blik zal aanbreken dat iedere bioscoop
bezoeker of televisie-toeschouwer
op de projectiewand alles als het wa
re in levende lijve zal kunnen aan
schouwen, dan zal het stellig niet in
de laatste plaats te danken zijn aan
het stage volhardende werken dei-
Nederlandse onderzoekers en film
technici.
(Nadruk verboden)
Het wereldgebeuren.
Het Midden-Oosten staat opnieuw
m de politieke belangstelling sinds
Koning Faroek van Egypte by monde
van zijn premier Pasha de Engelsen
te verstaan heeft gegeven, dat de
Egyptische regering het verdrag van
1936 niet langer beschouwt als basis
voor de Anglo-Egyptische betrekkin
gen. By dit verdrag werd overeenge
komen, dat Engeland in de Suez-ka-
naal zóne 10.000 m. troepen en lucht
strijdkrachten tot 400 piloten mocht
stationneren. Anderzijds werd ruim
schoot tegemoet gekomen aan de
Egyptische wens om weer deel te ne
men aan het bestuur van de Soedan.
De bedoeling van Engeland met dit
verdrag, dat tot 1956 rechtsgeldigheid
zou bezitten was geen andere dan de
veiligheid in het Midden-Oosten te
verzekeren en een sterke positie te
verwerven in strategisch belangrijke
gebieden. De eerste moeilijkheden
van betekenis ontstonden in 1947 toen
premier Pasha een zo felle aanval
deed op de Britse Soedan-politiek, dat
zelfs de oppositie enthousiast werd.
In het zelfde jaar werden besprekin
gen geopend tussen Engeland en
Egypte over een herziening van het
betreffende verdrag: deze onderhan
delingen hadden zeker tot goe
de resultaten geleid ware het niet.
dat minister Be vin op het laatste
ogenblik uitleg gaf van een passage
in het ontwerp-verdrag die voor de
Egyptenaren volkomen onaanvaard
baar was. In 1948 kwam de ontrui
ming van de Kanaalzóne aan de orde.
maar de Engelsen weigerden op
grond van de ernstige politieke situa
tie de eisen van Cairo in te willigen.
Premier Pasha. die in 1936 voor
Egypte tekende, heeft de oude kwes
tie vorige week opnieuw aangesne
den. Het ontbreekt hem in zijn verkla
ringen zeker niet aan zelfverzekerd
heid, wellicht wel aan tact In zo
scherpe bewoordingen, dat hij bij na
dere besprekingen weinig politieke
armslag meer zal bezitten, heeft* hij
het verdrag van 1936 opgezegd, de
Britten de deur gewezen en Soedan
opgeëist voor de Egyptische Kroon.
Bevin heeft deze verklaringen onmid
dellijk van de hand gewezen en
Maandag in het Laeerhuis verklaard,
dat Engeland het Midden-Oosten on
mogelijk onverdedigd kan laten. En
met betrekking tot de Soedan hand
haaft Engeland zijn oude standpunt:
te gelegenertiid zal dit gebied zelf
over zijn politieke status moeten be
slissen.
Egypte staat in vuur en vlam en
de pers dringt bij het volk aan op een
boycot van de vijand. Waarschiinlrik
is het Pasha bij zijn eisen vooral te
doen de sterke Egyptische oppositie
de wind uit de zeilen te nemen.
Rechtsgeldige eisen kan de premier
niet stellen en de wereldsituatie
maakt het op het ogenblik meer dan
in 1936 politiek noodzakelijk, dat in
het nabije Oosten een deugdelijke
troepenmacht voorhanden blijft. In
Atlantisch verband gezien kan het
stationneren van een zekere troepen
macht in Egypte ter verdediging van
het Midden-Oosten, moeilijk als ee.n
bedreiging gezien worden van de
Egyptische souvereiniteit en de Soe-
danese kwestie bezit helemaal geen
actualiteit.