Nieuwe „veegboot" voor bestrijding
van waterplanten
Minister v. d. Brink tevreden over
de vorderingen der industrialisatie
JIMMY BROWN, sportheld no. 1
Zeeuwse polderdeskundigen maakten
excursie naar Wadenoyen
Zeeuwse Almaoak
Een gedwongen
Huwelijk
Arbeidsproductiviteit in anderhalf
jaar met 14% gestegen
DONDERDAG 28 SEPTEMBER 1950
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
Vinding van T. Vinik in Sliedrecht.
(Van onze speciale verslaggever).
Langs de Linge onder Tiel, September. Het Is nog geen 50 jaar gele
den, nauwkeuriger: het was in 1940, dat aan de Merwede de eerste Slle-
drechtse fabriek voor reparatie van baggermolens en zandschuiten door
de oude heer Teunink begonnen werd. Hij, noch zijn zoon, de huidige di
recteur, noch ztfn kleinzoon, allen luisterend naar dezelfde voornaam,
zyn academisch gevormde werktuigkundige ingenienrs en evenmin M. T.
S.-ers. Wt} verklappen geen geheim en beledigen stellig niemand, indien
wy mededelen, dat de beide oudere generaties eigenlijk alleen uit de prac-
tjjk hun grote en veelomvattende kennis van motoren en de vele geheimen
daarvan hebben opgestoken.
„Och", zo redeneert de huidige directeur, wanneer w|j met hem In zyn
kantoortje boven de werkplaats praten en onze blik laten gaan over het
fraaie, bedrijvige rivierlandschap, terwijl onder ons het geluld van de ar
beid staag klinkt, „theorie is heel mooi, maar de. practjjk weet u, die
moet het toch maar doen." En ze heeft dat hier gedaan, want achter de
grote metalen naamaanduiding: T. Vink en Zoon, Scheepsmotoren-, Repa
ratie- en Inbouwlnrichting op de poort aan het water, ligt één dier vele
kleine bloeiende bedrijven, waarop ons land trots mag zijn, omdat daar
zonder veel drukte en met een personeel van enkele tientallen nijveren
veel werk voor onze belangrijke scheepvaartindustrie verzet wordt.
Nog iets anders echter leert ons dit
bezoek of vormde eigenlijk uitsluitend
de aanleiding daartoe: dat de geest
menig keer sterker kan wezen dan het
lichaam. Want hoewel de heer Vink
Sr. een drietal jaar geleden een licha
melijke handicap trof, waarvan hij
slechts langzaam en gedeeltelijk dan
nog aan het herstellen is, zodat hij in
zijn bewegingen zeer belemmerd
wordt, bleef hij met zijn vaardige en
vindingrijke geest aan het werk, zo
als hij ook nog de dagelijkse leiding
van zijn bedrijf voert. Die geest was
het, welke hem bracht tot een nieuwe
vinding, waarvoor bij vele water-
schaps- en polderbesturen in ons land
niet alleen, maar bij die grote catego
rie Nederlanders ook, die belang heb
ben of stellen in onze kleine rivieren,
grote interesse bestaat.
De heer Vink heeft namelijk een
vaartuigje geconstrueerd ter grootte
van een flinke roeiboot, speciaal be
stemd om op de binnenwateren de
strijd aan te binden tegen de te welig
tierende waterplanten. Het is een zes
meter lange veegboot, die toegerust is
met een 10 PK Dieselmotor, welke
zich door-middel van twee scheprade
ren door het water voortbeweegt,
waarbij één man het werk af kan.
Een twee meter lange maaibalk
maait de waterplanten tot de bodem
toe af en verwijdert de. slierten..aan
weerszijden van de boot. Deze maai
balk nu. die vooraan de boot is aange
bracht, kan zakken op verschillende
diepten tot 1.75 meter toe en heeft een
maaibreedte van 1.85 meter. De lange
slierten waterplanten schieten omhoog
en zouden voor de boot vastlopen, wa
re het niet. dat een rechtopstaande
maaibalk al het vuil, dat voor de boot
komt, weer doorsnijdt en het vuil aan
weerszijden van de boot wegvoert.
De snelheid van de boot ligt tussen
4 en 5 km. per uurt en zelfs dikke
Kalmoes-wortels, zware riet- en lies-
zanen en allerhand algen sneuvelen
gemakkelijk.
De twee schepraderen zijn zodanig
aangebracht achter aan de boot, dat
daartussen het riviervuil niet kan ko
men.
Op de werkplaats zagen wij een mo
del der sleepboot, zoals deze reeds na
besteld is door de Nederlandse Heide
maatschappij voor Valkenswaard, een
bootje van anderhalve ton gewicht.
Maar van vele kanten blijkt de
daadwerkelijke belangstelling voor de
ze interessante nieuwe vinding. En zo
waren wij in de gelegenheid met eni
ge Zeeuwse belangstellenden en des.
kundlgen een excursie te maken naar
de Linge by Wadenoyen onder Tiel.
Het waren de loco.burgemeester van
Yerseke, Wethouder P. de Koeyer, het
gemeenteraadslid dier gemeente, de
heer J. C. van 't Westeinde, beiden
in hun kwaliteit van bestuursleden
BOM.
Het verhaal van de mannen daar in
Breskens, die vyf jaar lang op een
aambeeld hebben gehamerd, waaron-
der een bom lag, is om van te grieze
len. Er kunnen van officiële zijde nóg
zoveel raadgevingen de wereld in
worden gestuurd, om niet te peuteren
aan projectielen, die zo hier en daar
nog in het land rondzwerven, als ge
op een aambeeld staat te hameren,
terwijl er zonder dat ge het weet een
bom onder ligt, dan helpen al die of
ficiële adviezen niets.
En het komt toch nog al eens voor,
dat zoiets gebeurt. In de dagen van de
droogmaking van Walcheren is het
voorgekomen, dat er een arbeidersba
rak gezet werd in een veld, dat be
zaaid lag met anti-tankmijnen. Wat
zou er gebeurd zijn, als toen een van
de arbeiders eens uit zijn bed was ge
rold?
Het hele kamp had de lucht in kun
nen vliegen. Edoch: het vloog de lucht
niet in. Omdat er geen arbeider uit
zijn bed viel. Maar toen er op een ge
geven moment een kaart werd gevon
den, waarop met rode inkt het mijnen
veld was ingetekend, toen heeft men
het veilige toch maar voor het onvei
lige gekozen, de barak ontruimd, be
hoedzaam afgebroken en ergens an
ders neergepoot.
De droogmaking is lang achter de
rug. Maar in Breskens lag nog een
bom van 500 pond onder een aam
beeld! Vyf jaar lang is daarop geha
merd en er is niets gebeurd. Een
mens moet zich niet voorstellen, wat
er had künnen gebeuren!
van het Waterschap De Brede Wate
ring Bewesten Yerseke, met de tech-
insche hoofdambtenaar van het Wa
terschap, de heer G. Beenhakker uit
Wemeldinge en de machinist van het
electrisch gemaal te Yerseke, de heer
A. Snoep.
Daar in het schilderachtige riviertje
de Linge knorde het eigenaardige
veegbootje, dat zulk een geduchte op
ruiming houdt onder de millioenen
waterplanten, die de oorzaak plegen
te vormen van overstromingen. Vroe
ger voer men met een schuit langs de
oevers en maaide dan met lange zeisen
het riet tot de bodem af. Het behoeft
wel geen betoog, dat zulks een zeer
tijdrovende kostbare en op de duur
weinig effectieve bestrijdingswijze
vormde. Thans kan een bootje met een
éénmansbediening van April tot Octo
ber 4 tot 6 maal de Linge over de ge
hele lengte en breedte afvaren en met
succes het euvel bestrijden, dat de
vervuiling onze binnenwateren ook in
hygiënisch opzicht stellig betekent!
Hoewel het probleem ln Zeeland
met zijn brakke binnenwateren en
brede taluds ietwat anders ligt en
veranderingen aan de maatbalken no
dig zullen wezen, om deze ook daar
doelmatig te kunnen laten werken, be
toonden zy zich zeer tevreden met de
resultaten welke met des heren Vinks
vinding bereikt worden.
(Nadruk verboden)
Bijna 62 millioen meer voor
Wederopbouw en
Volkshuisvesting.
Ingediend is de Rijksbegroting 1951
van het departement van wederop
bouw eri volkshuisvesting. Het totaal
van gewone dienst en buitengewone
dienst geeft in 1951 ten opzichte van
1950 een verhoging van rond f 61.8
millioen, terwijl de kapitaalsuitgaven
een verlaging te zien geven van rond
f 29.5 millioen. De verhoging wordt
voornamelijk veroorzaakt door een
toeneming van de uitgaven voor bij
dragen in exploitatietekorten van wo
ningwet- en particuliere bouw in voor
gaande jaren, alsmede voor directe ka-
pitaalsbijdragen bij de bouw van wo
ningen op grond van de premierege
ling woningbouw 1950.
Het aantal tot en met 31 December
1949 gereed gekomen particuliere wo
ningen, gebouwd met steun op grond
van de financieringsregeling woning
bouw 1947 of 1948, bedraagt 17.500.
400.000 is opgenomen voor herstel
van oorlogsschade aan monumenten.
D.U.W.
Aan de geestelijke verzorging van
de D.U.W.-arbeiders waarbij zowel de
bij het I.K.OJL aangesloten kerken
als de R.K. kerken zijn ingeschakeld,
zal als regel een avond per week per
bezet kamp worden besteed, waarbij
zoveel mogelijk de plaatselijke geeste
lijkheid wordt ingeschakeld. Voor dit
onderdeel wordt voor 1951 een bedrag
van f 100.000 geraamd. Het ligt voorts
in het voornemen het werk. met het
oog op het groeiend aantal werklozen,
in toenemende mate te leiden in soci
aal-culturele zin, o.a. door meer lezin
gen van ontwikkelende en voorlich
tende aard te doen houden.
Nieuwe veegboot op de Linge onder Tiel.
door:
Mary Burchell
42
Clarks de winkel, die zich mocht
verheugen in tante Lydia's bescher
ming werd gehouden door twee
ongehuwde dames, juffrouw Sophia
Clark en juffrouw Matilda Clark,
beiden van onkreukbare fatsoenlijk
heid. Hun vader was kolonel geweest,
die zijn vaderland in verschillende de
len van de wereld dapper gediend
had, naar de dames Clark haar klan
ten toevertrouwden. Wat ze er niet
bijvertelden was, dat hij, na uit de
dienst te zrjn gegaan, zich op vrij
jeugdige leeftijd doodgedronken had
door middel van de kostbaarste soor
ten alcohol. Tengevolge hiervan was
er weinig overgebleven voor het on
derhoud van zijn weduwe en beide
dochters en na met hun gemoed, en
mogelijk niet minder met het bank
saldo te rade te zijn gegaan, hadden
de dochters besloten een winkel te
beginnen.
Na een snoep- en sigarenwinkel
verworpen te hebben als „ordinair"
en zelfs de gedachte aan een banket
bakkerszaak als „toch niet helemaal"
te hebben laten varen, hoewel de bei
de dames, ongeacht de spotternijen*
Er zal nog meer geïnvesteerd moeten worden.
De minister van economische zaken, prof. dr. J. R. M. v. d. Brink, heeft
aan de Tweede Kamer doen toekomen een tweede nota inzake de indu
strialisatie. De bedoeling van deze nieuwe nota is enerzijds een overzicht
te geven van hetgeen op het gebied van de industriële ontwikkeling in
de afgelopen 2 jaar, voorzover daarover al statistisch materiaal beschik
baar is, is bereikt. Anderzijds dienden de ramingen, die de eerste indu
strialisatie-nota het vorige jaar gaf, op talryke punten herzien te worden.
ken), alsmede van de productie in de
gehele bouwnijverheid, gemaakte be
rekening wijst uit. dat er in 1% jaar
(van 1948 tot 1949/'50) een stijging is
geweest van 14
Wat de werkgelegenheid betreft, het
vorige jaar was geraamd, dat het aan
tal in de industrie werkzame arbei
ders in 4Vz jaar met 95.000 zou moe
ten worden vergroot. Dit aantal is
thans pp 125.000 geraamd. Daarbij
Op grond van de ramingen in de
eerste industrialisatienota zou in de
periode 19481952/'53 gemiddeld per
kwartaal iets minder dan f 320 min.
moeten worden geïnvesteerd. (Volgens
de nieuwe ramingen is dit bedrag
thans iets meer dan 320 hiln.).
In de bedrijven, waarin 10 of meer
personen werkten, nam de personeels
bezetting van midden 1948 tot einde
Maart 1950 (dus in 1% jaar) toe van o
793.000 op 860.000 personen, dus met komt, dat als gevolg van de noodza-
67.000 personen. Daarbij wordt er op kelijke stijging der arbeidsproductivi-
gewezen, dat de arbeidsproductiviteit
in deze periode met ca. 10% steeg,
hetgeen naar schatting 35.000 arbei
ders in hun oorspronkelijke functie
overbodig moet hebben gemaakt. Deze
35.000 arbeiders zijn echter in de in
dustrie werkzaam gebleven, zodat het
aantal nieuw geschapen arbeidsplaat
sen ca. 100.000 heeft bedragen.
STIJGENDE PRODUCTIVITEIT.
Voorts wordt nog een beschouwing
gegeven van het verloop van de ar
beidsproductiviteit. Dit is tot dusver
zodanig, dat het vertrouwen gewettigd
is. dat omstreeks 1952/'53 weer het
vooroorlogse peil gehaald zal worden.
Slechts als de arbeidsproductiviteit in
Nederland voort gaat te stijgen, zal
het mogelijk zijn de levensstandaard
van de Nederlandse bevolking te hand
haven en in de toekomst te verhogen
Een aan de hand van het verloop
der omzetten in de industrie (bedrij
ven waarin 10 of meer personen wer-
Schippers contra de Staat
Een aantal Rijnschippers heeft, zo
als gemeld, de Staat der Nederlanden
in civiele procedure gedagvaard. Zij
willen wel eens weten of bepaalde mi
nisteriële beschikkingen rechtmatig
zijn.
Zo is bepaald .dat alle ruim 7000
particuliere Rijnschippers aangesloten
moeten zyn bij de Nederlandse Parti
culiere Rijnvaart Centrale en een be
wijs van lidmaatschap bij de vaart op
Duitsland te Lobith moeten kunnen to
nen. Heeft men dit bewijs niet. dan
kan vertrek naar Duitsland geweigerd
worden. Dit geschiedde op 16 Juni
met de sleepboot „Tromp". Deze wei
gering was voor de eigenaars aanlei
ding de Staat aansprakelijk te stellen
voor de kosten. Zij verzocht de Haag.
se rechtbank de beschikking onverbin
dend te verklaren en een dwangsom
van f 10.000 voor elke weigering tot
1 uitkering vast te stellen.
teit naar schatting voor 120.000 arbei
ders een nieuwe arbeidsplaats beschik
baar moet komen. Bij elkaar genomen
zullen zodoende volgens de nieuwe ra
ming 245.000 nieuwe arbeidsplaatsen in
de industrie geschapen moeten worden.
Aangenomen, dat 80.000 arbeiders
door intensivering van het gebruik
van het bestaande apparaat nieuwe
werkgelegenheid kunnen vinden, dan
zal voor 165.000 arbeiders werkgele
genheid moeten worden gevonden
door nieuwe investeringen. Blijkens
het in de nota opgenomen industriali
satieschema eist dit t.o.v. 1952/'53 een
bedrag aan nieuwe investeringen van
rond f 2.900 min.
INDUSTRIALISATIE SCHEMA.
De hierboven geresumeerde beschou
wingen monden uit in een nieuw In
dustrialisatieschema. Berekend wordt,
dat in 4% jaar in totaal aan nieuwe
investeringen f 2.900 min. zal moeten
worden besteed (oude raming f 2.700
min.), voor vervanging en modernise
ring van het reeds aanwezige prodnc-
tie-apparaat wordt eveneens f 2.900
min. geraamd (f 100 min. minder dan
de oude raming)zodat in totaal f 5.800
min. geïnvesteerd zal moeten worden.
ONZE AFZET.
Inzake het af zet-vraagstuk wijst de
nota er op. dat het grootste deel van
de vergroting van onze industriële
productie, hetzij in het buitenland zal
moeten worden afgezet, hetzij import-
vervangend zal moeten zijn. Hoewel
de ontwikkeling op dit punt tot dus
ver niet onbevredigend is, volgt uit de
terzake gemaakte analyse, dat de af-
zetvergroting in de gewenste omvang
alleen verkregen kan worden door een
verbetering in de concurrentiepositie.
De devaluatie van September 1949
heeft hiertoe een belangrijke mogelijk
heid geschapen, die echter nog niet
volledig is gerealiseerd.
Geconcludeerd wordt, dat wat de
arbeidsproductiviteit betreft, de ach
terstand in vergelyking tot voor de
oorlog in Nederland groter is dan in
de andere landen (behalve West-
Duitsland). De nota waarschuwt der
halve tegen optimisme omtrent het
huidige Nederlandse kostenpeil en her
haalt, dat het afzetvraagstuk slechts
opgelost kan worden als een relatieve
daling van de Nederlandse aanbod-
prijzen op de internationale markt
(dank zy verlaging ran de productie,
kosten) plaatsvindt. De nota wijst er
vervolgens op, dat naast het kostenpeil
de vrUheid van het internationale goe
derenverkeer van eminent belang is
voor het afzetvraagstuk.
ONTWIKKELINGSPLANNEN.
Tenslotte worden de regionale as
pecten van het industrialisatieprobleem
besproken. Afgezien van het ontwik
kelingsplan voor Z.O. Drenthe, dat
reeds bij de Tweede Kamer is inge
diend, zijn momenteel ontwikkelings
plannen in voorbereiding voor de vol
gende gebieden: het Zuidelijk Westér-
kwartier in Z.W. Groningen; de Ka
naalstreek en Westerwolde in Z.O.
Groningen; het Oostelijk deel van
Friesland; de N.O. hoek van Overijs
sel; Oostelijk West-Friesland in Noord-
Holland; Zuid-Westelijk Noord-Bra
bant; Noord-Oostelijk Noord-Brabant.
VERTROUWEN.
In een korte slotbeschouwing ver
klaart de minister' het vertrouwen te
hebben zülks op grond van de in
dustriële ontwikkeling der afgelopen
periode dat de grote nog voor ons
volk liggende taak inzake de industri
alisatie met succes kan en zal worden
volbracht. Dit zal echter een grote
zelfbeheersing en krachtinspanning
van alle lagen van ons volk vergen.
Hoewel het moeilijkste deel van de
af te leggen weg nog voor ons ligt, is
door de gezamenlijke inspanning van
het Nederlandse volk naar de mening
van de minister aan de primaire voor
waarde voor het welslagen van de in
dustrialisatie voldaan.
van de wufte kolonel voortreffelijke
kokkinnen waren geworden, besloten
ze tenslotte tot 'n „kunst-naaldwerk
studio", die ze nu al vijftien of twin
tig jaar bezaten en met grote zake
lijkheid dienden, zonder schade voor
haar fatsoen.
Zijzelf spraken nooit over de zaak
als over een winkel, behalve in ver
band met de inkomsten-belasting.
Voor haar bleef het een „studio" en
ze gaven hier nog wat kleur aan,
door de oude mevrouw Clark des win
ters bij een mooi open vuur te plaat
sen en 's zomers naast een enorme
vaas met bloemen en haar toe te
staan aldaar met een uitgelezen bor
duurwerkje bezig te zijn.
Haarzelf kon men, als de tijd het
toeliet, in lavendel-kleurige smock-
jurken aan borduurramen zien zitten.
Maar de „studio" was zo'n succes ge
worden, dat er voor de dames maar
weinig tyd per dag overschoot, om te
gaan zitten met een handwerk.
Naar deze studio ging Teresa dus
om wol voor haar tante te kopen. Ze
was er al eerder geweest, eens ge
durende dit verblijf en verscheidene
malen vroeger en de dames, die er 'n
koninklijke eer in stelden, nooit een
gezicht te vergeten, groetten haar
met de juiste hoeveelheid eerbied, ver
schuldigd aan een nichtje van me
vrouw Vaylon. Toevallig was Teresa
de enige klant op dit moment en ter
wijl ze haar wol uitzocht, legde de
oude mevrouw Clark haar werk neer
en keek naar haar vanaf haar verre
plaats bij het vuur. Ze hield ervan te
weten wat er gaande was en daar zy
de laatste tijd heel oud werd, was ze
meer nieuwsgierig en minder voor
naam dan haar dochters. Daarom
vroeg ze; toen ze Teresa niet her
kende, met een hoge, heldere stem:
„Wie is dat meisje met de blauwe
muts, Mattie?"
Juffrouw Matilda ging snel naar
haar moeder toe en zei vriendelijk,
maar onderdrukt: „Dat is het nicht
je van mevrouw Vaylon, moeder. Juf
frouw Teresa Vaylon".
„Ze kon wel eens hier komen en
me begroeten", zei de oude dame.
Juffrouw Matilda mompelde iets.
Maar Teresa legde dadelijk haar wol
neer, die ze aan het uitzoeken was
en ging naar het vuur.
„Hoe gaat het u, mevrouw Clark?"
Ze keek glimlachend op de oude da
me neer. „Wat is het hier prettig en
gezellig bij uw vuur".
„Ja, het is gezellig. Oude mensen
houden van gezelligheid, zie je?"
„Jonge mensen ook soms", zei Te
resa lachend en ze strekte haar han
den uit naar de vlammen.
„Dus jij bent het nichtje van me
vrouw Vaylon?" Mevrouw Clark be
studeerde haar critisch. „Je lijkt niet
op haar".
„O, ik ben alleen maar aangetrouw
de familie", legde Teresa uit.
„Moeder, dit is juffrouw Vaylon. Zij
heet ook Vaylon", verklaarde juf
frouw Matilde verwijtend, alsof er,
door TereSa bij de verkeerde kant van
de Vaylons in te delen, iets onbehoor
lijks gebeurd was.
(Wordt vervolgd»
Het Wereldgebeuren
Duitslands vrijheid
Toen de Grote Drie in New York
bijeen vorige week via Frankfort
een communiqué uitgaven over de
toekomst van Duitsland, waarin de
Duitsers heel wat vryheden beloofd
werden (o.a. de beëindiging van de
oorlogstoestand tussen de geallieer
den en Duitsland), merkte Adenauer,
de Bondskanselier, fijntjes op dat
men het document heel zorgvuldig
moest lezen om precies te weten wel
ke consequenties de beloften inhiel
den.
Inderdaad staat er zo veel in het
communiqué, dat er nog menig
woordje over gesproken zal moeten
worden. Adenauer zelf is er thans
mede begonnen. Zaterdagmiddag
heeft hij een conferentie gehad met
de drie Hoge Commissarissen in
West Duitsland. En het resultaat van
dit eerste contact is dat gemengde
geallieerde-Duitse commissies in net
leven zullen worden geroepen om de
consequenties van de minister-confe
rentie te New York te bespreken.
Volgens een verklaring van Aden
auer zelf liggen „langdurige en moei
lijke onderhandelingen in het ver
schiet".
Adenauer was niet geheel ontevreden
over het verloop van deze besprekin
gen met de Hoge Commissarissen,
waarbij men de grote lijnen van het
ministerbesluit onder ogen had ge
zien om de details over te laten aan
de in» te stellen commissies. Aden
auer verklaarde niet verzocht te heb
ben om een onmiddellijke herziening
van het bezettingsstatuut. En verder
wilde Adenauer zich niet over deze
bespreking uitlaten.
Maar de F
Malversaties in legerkamp
Oldebroek
De Legervoorlichtingsdienst heeft
bevestigd, dat op het ogenblik een
officieel onderzoek wordt ingesteld
naar eventuele onregelmatigheden
in het legerkamp Oldebroek, waar
over reeds enige tijd geruchten de
ronde doen. Resultaten van dit on
derzoek zyn echter nog niet bekend
gemaakt.
Franse Hoge Commissaris
Poncet heeft wèl iets meer gezegd en
veel wijst er op, dat er voor Duits
land nog vérstrekkende bepalingen
opgemaakt zullen worden. Want hij
onthulde dat een „tweede accoord
van Petersberg" waarschynlijk was
(het eerste accoord kwam het vorige
jaar tot stand en maakte voor een
groot deel een einde aan de ontman
teling). Dit tweede accoord zou ener
zijds „zekere verzachtingen van de
bestaande controle-maatregelen" in
houden. Verder bevestigde Poncet dat
de Hoge Commissarissen Adenauer
van het geallieerde besluit om Duits
land een mobiel politiecorps van
30.000 man toe te staan, in kennis
hadden gesteld.
De bezettingstroepen, aldus Pon
cet, zijn thans niet langer troepen
als zodanig, maar troepen voor de
bescherming van het Duitse federale
gebied. Niettemin hebben de gealli
eerden de gezaghebbende aard van de
bezetting niet gewijzigd in een „con
tractueel regiem". Zij zouden echter
in de toekomst met de Duitse rege
ring tot overeenstemming trachten te
komen. De conferentie van New York
had een nieuw stadium ingeluid in de
ontwikkeling van het proces van de
toetreding van Duitsland tot de ge
meenschap van landen als gelykbe-
rechtigd deelgenoot. „Op deze stap
zal een volgende en wellicht de laat
ste volgen", voorspelde Poncet. Want
de studiegroep in Londen was zelfs
reeds geïnstrueerd voor deze laatste
stap, althans over de voorbereiding
er van.
Over de staalproductie zeide Pon
cet nog, dat onmiddellijke verlichting
van de geallieerde controlemaatrege
len zoals de vergunning om de
staalproductie op te voeren tot boven
de huidige limiet van 11.100.000 ton
per jaar, indien staal wordt geprodu
ceerd voor dé Westerse defensie, ten
slotte maar „interim-maatregelen"
waren. Want men overweegt thans
een verdere herziening van de pro
ductielimieten.
Bovendien zou Duitsland er op kun
nen rekenen, dat althans volgens
Poncet de staats- en federale wet
ten onmiddellijk, zonder voorafgaan
de goedkeuring van de geallieerden,
van kracht worden. Hiermede zou
dan het veto van de Hoge Commissie
ver-vallen, het veto dat reeds tot
tweemaal toe geleid heeft tot ernsti
ge meningsverschillen tussen de Hoge
Commissie en de West Duitse rege
ring.
C.N.V. blijft
prijsstop verlangen
Woensdagochtend begon in Den Haag
een bespreking van vertegenwoordi
gers van de Raad van Vakcentralen
met de regering. Waarschijnlijk houdt
deze bespreking verband met de door
de Raad geuite verontrusting over het
geveerde prijzenbeleid.
Een woordvoerder van het bestuur
van het Chr. Nat. Vakverbond deelde
het ANP mede. dat dit verbond blijft
vasthouden aan de wens. dat de rege
ring een prijzenstop zal afkondigen.
Het ANP verneemt nog, dat de rege
ring het vraagstuk van de loon- en
prijspolitiek in studie heeft gegeven
aan de Sociaal-economische Raad.
De 15-jarige Italiaanse dirigent Ple-
rino Gamba zal in December een tournee
door Nederland maken.
De regeringen van India en Indone
sië hebben in beginsel overeenstemming
bereikt voor een handelsverdrag tussen
beide landen.
96. Op dat ogenblik kwamen in een zijspan-
motor aangereden inspecteur Viebel van de ver
keerspolitie en de agent IJskil. Zy keken met
grote ogen naar Jimmy met dat vreemde vracht
je op z^jn rug en daarna zagen zy elkaar veelbe
tekenend aan. Omdraaien IJsbrand, zei de In
specteur tot de agent IJskil, die van voren IJs
brand heette. Daar is iets niet pluis! Een aap op
een racefiets met een heer in een netje op z'n
rug. Daar moeten wij méér van weten.