Wieler-wereldkampioenschappen door België georganiseerd JIMMY BROWN, sportheld no. 1 Nederland veroverde steeds minstens één titel EUROPESE BETALINGSUNIE VERSPUY REDACTIEVLINDERS NAAR ZWERFMANS PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT VRIJDAG 4 AUGUSTUS 1950 Robic is al wereldkampoen. Door M. J. Adrian! Engels. De jaarlijkse wereldkampioenschappen wielrennen vallen ditmaal ook al in de met Internationale sportgebeurtenissen overladen tweede helft van de maaitd Augustus. Vlak vóór de Europese athletlckkampioenschappen in Brussel en nog gedeeltelijk samenvallend met de Europese zwemkam pioenschappen in Wenen, krijgt men het tournool om de zeven wereld titels op wielergebied (voor amateursprinters, voor profsprinters, voor amateur-achtervolgers, voor profachtervolgers, voor profstayers, voor amateurwegrenners en voor profwegrenners), nadat de onbelangrijke achtste titel van 1950 voor de veldrit reeds een half jaar geleden door de Fransman Robic gewonnen is. Ditmaal is de organisatie toever trouwd aan België, dat van Zaterdag 12 Augustus tot en met Zondag 20 Augustus de sterkste wielrenners ter wereld op zijn grondgebied zal zien, aangemoedigd door tienduizen den toeschouwers uit België, Frank rijk, Luxemburg en Nederland. Zeer zeker ook uit Nederland, want het drukste wielerleven ten onzent vindt men in Brabant en Limburg, van waar de reis naar Luik minder ver is dan naar Amsterdam, waar twee jaar geleden de wereldkampioen schappen op de baan werden gehou den. Ditmaal eerst de baanwedstry- den te Luik, daarna op het circuit van Moordslede het wegkampioen- schap, dat onze Brabantse en Lim burgse wielerenthousiasten vooral zal lokken. Driemaal heeft Nederland dit jaar lijks wielerevenement mogen organi seren in 1925 in Amsterdam en op het Veluwse circuit, in 1938 en 1948 in Amsterdam en Valkenburg. He laas zal ons land er voorlopig niet meer voor in aanmerking komen, want terwijl anders de organisatie van een internationaal evenement, op weik sportgebied dan ook, in ons land voorbeeldig mag heten, werd het wereldkampioenschap van 1948 een ontzettende blamage, die aan Nederland's naam in wielerkrin- gen zoveel schade heeft gedaan, dat men er o.a. op reageerde door bij de eerstvolgende gelegenheid de enige Nederlandse representant uit het bestuur van de U.C.I., de internatio nale wielerunie, të verwijderen. Telkens als we in het buitenland spreken met journalisten, die twee jaar geleden Amsterdam en Valken burg hebben bijgewoond, komen ze nog terug op de dieptreurige orga nisatie van het ondeskundige be stuur van de Nederlandse Wleler Unie, dat, zelf niet capabel let» te regelen, de hele zaak had overgedra gen aan een bestuurslid, dat er ten slotte persoonlijk 30.000 gulden aan verdiende, maar Nederland's goede naam als gastheer voor de wieleror ganisatie voor lange jaren vernietig de, omdat zijn eigen portemonnaïe hem meer belang inboezemde. BIJ OPBOD VERKOCHT. Merkwaardig is het, dat de Bel gische Wielerbond bijna een soort gelijke fout maakte door de organi satie van het wegkampioenschap „bij opbod te verkopen." Het toeval wilde, dat het circuit, dat de hoog ste prijs bood, tenslotte door de in ternationale wielerunie werd afge keurd en dat men nu in Moorslede zal rijden op een gedeeltelijk gewij zigd parcours, dat in ieder geval iets minder aan een „kermiskoers" doet denken, al is het nog lang niet ide aal. „Elk jaar minstens één wereld kampioen" zou het motto kunnen zijn van de Nederlandse wielersport. In de laatste jaren kwamen we na melijk steeds met een renner in de regenboogtrui thuis, soms zelfs met twee. Dat was bijv. het geval in 1938, toen we in Amsterdam de beste sprintnummers wonnen door de ama teur v. d. Vgver en de prof. van Vliet. In 1939 wonnen we in Milaan slechts één titel Derksen bij de amateursprinters. Toen men na de oorlogsonderbre king weer aan een wereldkampioen schap toekwam, was het zeven jaar later en Klink telde niet meer mee. Het was toen zyn landgenoot Gerard Peters, die het achtervolgingsnum mer won in Zürich (1946) en Derk sen voegde er bij de profsprinters een tweede titel aan toe voor ons land. Daarna plaatsten Middelkamp (1947 Reims), van Vliet (1948 Am sterdam), Schulte (idem) en Faan- hof (1949 Kopenhagen) hun naam op de erelijst der wereldkampioenen, zodat Nederland inderdaad elk jaar met minstens een wereldtitel naar huis ging. behoorlijk zal meetellen, al het ove rige ligt verborgen in de schoot der goden. België heeft evenveel of, beter gezegd, even weinig wielerbanen als momenteel Nederland, waar Utrecht en Nijmegen ook al „in ruste" zyn gegaan, zodat eigenlijk alleen het se stadion gebruikt Amsterdamse snelheid over Arle van Vliet de baas is geworden. Onze amateursprint- kampioen Hljzelendoorn, wiens va der ook reods kampioen van Neder land was, kan het in zyn nummer een heel eind brengen, maar nog meer verwachten wij van de ama teur-achtervolger Willekes, die zijn sportloopbaan begon als worstelkam pioen van Zuid Holland! NEDERLAND ZONDER STAYERS. Bij het achtervolgingsnummer voor professionals ontbreken de beide laatste wereldkampioenen Coppi en Schulte, zodat van Est een uitsteken de kans maakt, als hy zich niet door allerlei trucjès van sluwe vos sen als de Fransman Piel het hoofd op hol laat brengen. Ook van Beek kan een eind komen. Schulte rijdt geen achtervolging, omdat hij zich spaart voor het wegkampioenschap, Met Middelkamp, Van Est en andere heeft Nederland verder een sterke wegrennersploeg, die echter door onderlinge concurrentie- gevoelens niet bepaald homogeen mag heten. Voor Schulte en Middel kamp is van Est meer een vijand dan een ploeggenoot! Onze amateur renners zoals Dielissen en Dekkers zijn behoorlijk zonder dat men over veel vergelijkingsmateriaal met de amateurs uit andt dere landen beschikt. wordt. De wereldkampioenschappen Eigenlijk zijn we alleen slecht ge- op de baan worden ditmaal verreden sorteerd in het stayersnummer, waar op de bijna nooit gebruikte wieier- Pronk onze enige representant van baan van Roncourt bij Luik, waarnaam is, maar toch plaatsten zich we bij de profsprinters verschijnen vorig jaar nog twee Nederlanders met het vaste na-oorlogse duo Derk- j in de finale van dit voor ons zwakke sen (wereldkampioen-1946) van i nummer, zodat we maar willen zeg- Vliet (wereldkampioen-1948) als re- gen, dat in België de Nederlandse delijke kanshebbers tegen de jonge- wielrenners eigenlijk op elk gebied re Brit Harris, die zyn titel te ver- zullen meetellen met hun helaas wel dedigen krijgt en daarvoor favoriet I wat oude ploeg, die hoognodig wat is, omdat hij momenteel in zuivere nieuw bloed zou dienen te krygen. De ministers van Buitenlandse Zaken van de Westerse Unie zijn onder voorzitterschap van minister Stikker in Den Haag in conferentie byeen geweest. Na afloop van de conferentie v.l n.r. de ministers Paul van Zeeland (België), Robert Schuman (Frankrijk), minister-president Wil lem Drees, Ernest Bevin (Engeland), Dirk Stikker en- Joseph Bech (Luxemburg). Het hoe en waarom. NEDERLANDS KANSEN. En nu 1950! Over enige tijd begint de strijd om de zeven wereldkam pioenstitels vóór de oorlog waren het er maar vijf, omdat de achter volging nog niet de hoogste eer kreeg en opnieuw zal Nederland een be langrijke rol spelen. Of we onze prettige gewoonte om minstens één eretitel te behalen ook ditmaal zul len voortzetten, zal zelfs de knapste insider niet durven voorspellen, want wielerwedstrijden, waarbij één onbe nullig lek bandje alles kan vernieti gen. zyn nog veel moeilijker te voor spellen dan voetbalwedstrijden. We mogen alleen zeggen, dat Nederland Advertentie Een heer in hansop is een drama van Middelburg tot aan Yokohama. „Wees eeri heer", ook in bed, draag een passend toilet Dus koop by Uw pyama Lange Delft 11 Middelburg.. (Van onze economische medewerker). Wat is er nu voor verschil tussen de nieuwe Europese Betalingsunie en de thans bestaande regeling f Momenteel heeft Nederland met elk Europees land een afzonderlijk han delsverdrag gesloten. Hebben wfl een saldo op die balans, dan moeten wij wachten tot dat dit geld ons eens zal worden betaald: hebben wij een schuld, dan moet de tegenpartij wach ten totdat wy geld genoeg hebben. Hét 'gevolg is, dat de handel tussen die twee landen gaat stokken, omdat in het eerste geval wij niet meer wil len leveren om onze vordering niet nog groter te maken en in het twee de geval zal de schuldeiser ons niet meer willen leveren om zijn schuld niet te vergroten. Bij het nieuwe systeem wordt dit bilaterale stelsel overboord gegooid; het wórdt dan multi-lateraal. Vorde ringen die wij op land A en B hebben, kunnen wy nu gaan gebruiken voor schulden aan land C en D enz. Wie zorgt nu'voor de verrekening van al die vorderingen en schulden Er wordt een nieuw lichaam ge vormd, Europese Betalingsunie gehe ten (in het Engels European Pay ments Union, daarvandaan de afkor ting E.P.U.), dat wordt beheerd door de Bank voor Internationale Betalin gen te Bazel. Aldaar komen nu periodiek (b.v. één maal per twee maanden) de op gaven binnen van de vorderingen en schulden van elk land op de andere landen. Dan worden al die vorderin gen en schulden omgerekend in een nieuwe Europese munteenheid (wel ker waarde gelijk is aan de dollar). Alle Nederlandse vorderingen en schulden op dat moment worden dan tegen elkaar weggestreept („ge- cleared") en er rest dan een saldo vordering of schuld. Aan de hand van dit positieve of negatieve saldo wordt nu berekend of wy crediet moeten geven of zul len krijgen. Dus wij kunnen nu voortaan een vordering op Engeland benutten voor het betalen van een schuld np Bel gië en wij krijgen dan bovendien nog crediett Inderdaad, Hiervoor ls een inge wikkelde regeling gemaakt, die ver schillend ls voor schuldenaren en schuldeisers. In het kort komt het er op neer, dat als Nederland na de clearing een saldo schuld heeft, wij tot een bepaald bedrag van de E.P.U. crediet krygen (waarvoor wy rente moeten betalen). Wordt onze schuld echter groter, dan krijgen wij voor dit meerdere wel gedeeltelijk cre diet doch het andere deel moeten wij in goud betalen. Zo doorgaande blijkt, dat van het totale bedrag, dat wij maximaal als schuld kunnen kweken, 60 pet. aan crediet wordt ontvangen en 40 pet. aan goud moet worden betaald. Om gekeerd zal een land dat een over schot vormt, 60 pet. crediet moeten geven en 40 pet. goud ontvangen. Maar waarom is die góudbetaling f Om de landen te dwingen hun schulden niet te veel te laten oplo pen en dus hun best te doen zoveel mogelijk uit te voeren. Merkt de gewone man ook iets van de E.P.U. t Neen. Zelfs de sfekenman of de bank niet. Voor goederen die anen Dezer dagen werden aan 120 jongens te Zaandam tussen de 9 en 13 jaar paspoorten uitgereikt, die toegang tot het braak liggende terrein aan het eind van de Zaandamse Zuiddijk gaven. En toen maar bouwen. Links op de foto: met vereende krachten werd eerst het gemeentehuis gebouwd, want een stad zonder gemeentehuis is geen stad, zeg nu zelf! Rechts op de foto: ook de winkel kan in een stad van jongens met gezonde magen niet ontbreken. De ligusterpijlstaart ls In Nederland zeldzaam. Redactievlinders, bestaan die? Wat zyn dat dan wel voor bijzondere die ren? Om U uit de droom te helpen, vertellen we maar dadelijk, dat het hier gaat om vlinders, die door het een of ander opvallen en waarmee men naar de Redactie van bepaalde bladen loopt, omdat men verwacht iets bijzonders te hebben gevangen. Negen van de tien keer is dit niet het geval, maar een enkele keer kan men het treffen met zijn vangst. Meestal komt het bovenstaande voor in de eerste maanden van het jaar, wanneer een warm zonnetje de vensters doet openen en de in wonin gen overwinterende vlinders, door de zonneschijn naar buiten worden ge lokt. Men staat dan versteld reeds zo vroeg in 't voorjaar vlinders bui ten aan te treffen. Dan zijn het vaak de dagpauw oog. de kleine vos, het roestje; ook wel het citroentje, dat al heel vroeg vliegt, omdat het (buiten overwin terend) een stevige dosis kou kan verdragen. Vandaag moet Zwerfmans het ech ter hebben over een paar redactie vlinders, die in de mid-zomertijd b\j de hoofdredacteur van ons blad wer den gebracht en natuurlijk prompt naar Zwerfmans werden doorgege ven. Gelukkig regende het, zodat om met de titel van een boek te spre ken „de zwerver thuis" werd aange troffen en onmiddellijk nieuwsgierig Advertentie Acht van de tien mannen en vrouwen boven de veertig zijn vatbaar voor Rheumatische pij nen. Dat komt omdat, als die eerste jeued achter de rue is. de bloedzuive rende organen allengs trager gaan werken. En zo is 't dan de hoogste tijd om regelmatig Kruschen te nemen. De zes minerale zouten van Kruschen hebben een natuurlijke aansporende werking op die bloedzuiverende orga. nen. Naarmate die nu weer op gang komen, krijgen de onzuiverheden in het bloed geen kans meer zich vast te zetten en hun slopende werk te doen. Rheumatische pijnen maken chagrijnig, want ze verstoren Uw goede humeur; op de duur zit ge Uzelf en anderen in de weg. Wordt liever weer de oude. Neem Kruschen als een vasté dage lijkse gewoonte. de zending opende. Het bleken vlin ders, door arbeiders bij hun nach telijk werk gevangen. Niets bijzonders, nachtvlinders ko men graag op licht af en men heeft daarvan zelfs een methode gemaakt om verzamelingen uit te breiden met zeldzame soorten, die men op een andere manier niet machtig kon worden. Toch moet ditmaal het feit niet ongemerkt passeren. Met één oogop slag konden de namen der vlinders worden vastgesteld, ze waren beide opvallende vertegenwoordigers van de kleurige, wiekende insectenbran che. PIJLSTAART VLINDER. Istaart- rupsen, koopt in het buitenland, krijgt men een vergunning, waarmee men naar de bank gaat en waar men de tegen waarde in guldens betaalt. Omge keerd ontvangt men guldens by ver koop. Buitenlandse valuta krijgen wij dus niet in handen. Nu niet en in de toekomst voorlopig niet. Alleen wordt de handel wat gemakkelijker gemaakt, omdat er meer goederen vrQ verhandelbaar zullen worden. In plaats van met het aanvragen van vergunningen kan men dan volstaan met het zelf invullen van een ver-, klaring, waai'op de bank dan weer betaalt. Dochin guldens. De E. P.U. werkt van land tot land met het uiteindelijke doel de handel te verv gemakkelijke^ en te vergroten. Wanneer begint de E.P.U.f Als de parlementen van de 18 O.E. E.C. landen zich er mede accoord Verklaard hebben en dan met terug werkende kracht tot 1 Juli 1950. De ene behoorde tot de pijl: vlinders, zo geheten naar de i_r die een doorn op het eind van het lichaam dragen. Deze vlinder, de lijnsterpylstaart (Sphinx ligustri) heeft ccn roze lichaam, getekend met zwarte dwarsbanden, grauwe vleugels, waarvan de voorvleugels smalle zwarte lynen dragen en de achtervleugels een roze gloed dra gen, waarover drie brede zwarte banden. Men treft de rupsen op ligusters, seringen, sneeuwbal, sneeuwbes en andere tuinplanten. Ze heeft zeven Voor bridge-spelers (Door onze Bridge-medewerker) zo veel mogelijk over de kracht van je kaarten (door goed te bieden dus) en de tegenstanders zo weinig mogelijk... Het is welhaast een axio ma geworden, waartegen vooral wat het laatste betreft toch nog wel eens gezondigd wordt. Hoe ik dit bedoel. Ik kan dat het beste uitleg gen aan de hand van een voorbeeld, zoals hieronder volgt. (U vergeet toch niet eerst zelf het eindbod te bepa len?). N. A, 10, 8 V H,V O H, B, 8, 7 10, 6, 5, 2 W. 4 V, B, 3, 2 C? 10, 7, 4, 2 O 10, 6 4 9, 8, 7 O. 4 H, 7, 6, 5 C? B, 6, 5, 3 V, 9 4 A, V, 4 Z. Eikmblad (f.»rftr-r.z ittend schuine zijstrepen, waarvan de laat ste over twee leden schijnt te lopen en uitkomt In de doorn. Een gewone vlinder. De tweede geheel roodbruin, met paarsachtige glans en zwarte be stuiving over de voorvlerken is nog gemakkelijker te benoemen. Er be staat geen enkele vlinder, die men daarmee kan verwarren. Ze draagt in 't Hollands zowel als 't Latijn ae kenmerkende naam van „eikenblad" 49. De volgende Woensdag werd een kermis koers gehouden rond de kerk van het dorp Dwaalhui#en en Janus Joppe besloot er met zijn stal heen te trekken, want er viel daar een aar dige duit op te stryken. De rijke boeren hadden flink in de bus geblazen en het prijzengeld liep in de honderden. „Een mooie gelegenheid voor Jimmy", zei meneer Joppe, „om daar eens te la ten zien. wat hij kan. Als-ie in de prijzen komt, ben ik al blij. Da's elk geval meegenomen". 4 9, 4 A, 9, 8 O A, 5, 4, 3, 2 •f» H, B, 3 Z. was gever, beide partijen kwets baar. Ik kan me voorstellen, dat de Z., die ik dit spel zag spelen, met 1 Ru. opende, ook al bevat zijn kaart wel geteld slechts 2 h.t. De zeer korte Sch. kleur verhoogt de kracht van deze kaart in niet geringe mate. Ja, U hebt volkomen gelijk! Bij kwets bare stand is het beter met 3 h.t. mi nimum te openen. W. paste en N. liet prompt 2 S.A. horen. O. zweeg en Z. nu in moeilijkheden bood 3 Ru. N. knikte tevreden en kwam met 4 KI. uit de bus. (azen vragen). O. dou bleerde teneinde zijn partner er op te wijzen, dat uitkomst in deze kleur iets beloofde. Z. meldde gehoorzaam twee azen via 4 Sch., waarna N. met 4 S.A. naar het aantal heren infor meerde. Z. (steeds benauwder) gaf 5 Ru. (één heer), waarop N. paste, O. doubleerde en... N. redoubleerde. Hoewel Z. niet zonder opluchting de sterke troefsteun van zijn partner zag, realiseerde hij zich, nadat W. met Sch. V was uitgekomen, dat het een moeilijk spel zou worden. Hij nam met de Aas in N. en speelde eerst Ha. H. en V-, daarna volgde Ru. H en A. en KI. 10. Toen O. KI. 4 speelde, volg de bij Z. KI. 3 en de slag bleef aan de 10. Weer volgde KI. uit de blinde, O. nam met de Aas en kon alleen Sch. H. nog maken. „Nooit open ik meer op 2 h.t. bij kwetsbare stand", zei Z. opgelucht, toen hy zyn contract had gemaakt. ,,'t Had anders geen haar gescheeld of ik had 6 Ru. geboden", zei N.( „en als W. gezien de Kl-dubbel van O. met KI. was voorgekomen, had je het nog gemaakt ook". W. glimlachte eens en bleef dat doen, ook toen de drie anderen (ja, ook O!) hem kapittelden dat hjj in derdaad niet met Kl. was gekomen. Maar W. was dan ook een speler, die meer met O. had samengespeeld. Hij kende hem (Gastropacha quercifolia). De twee de naam betekent hier immers ook eikenblad. Volgens Ter Haar-Keer, „het" Ne derlandse vlinderboek, in geheel Ne derland gevangen, maar overal zeld zaam. Dit blijkt wel uit het feit, dat Oudemans de vlinder in zyn beken de boek niet eens noemt en men zich tot grote vlinderboeken moet wenden om er iets over te weten te komen. Die zeldzaamheid zit niet zozeer in het ontbreken van de nodige voed selbronnen voor de rupsen. Ter Haar noemt een heel rijtje: loofhout, wilg, meidoorn, populier, pruim, appel. Eckstein vult de rij nog aan met de sleedoorn en de roos (op eiken komt de vlinder niet voor, al draagt zy de naam eikenblad). Wat het dier aan zo zeldzaam maakt? DE VLEUGELS. Merkwaardig is bij deze vlinder- groep de eigenaardige manier, waar op ae vleugels worden dichtgesla gen. De achtervleugels gaan nl, slechts iets terug tegen het lichaam, de bovenvleugels sluiten zich als een dak daarboven, zó, dat de onder vleugels ter zijde een eind uitsteken. De rups is grof, bruin, behaard en draagt op de eerste leden een blau we dwarsband, verder rode stippen. Hij kan wel een decimeter lang wor den. Al met al hadden de fabrieksarbei ders dus een aardige vangst gedaan, het doet Zwerfmans genoegen hen iets over deze vlinders te hebben kunnen vertellen, vooral omdat ook de overige lezers waarschijnlijk wel belang zullen stellen in dit vlinder- paar. Barend Zwerfmans.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1950 | | pagina 4