De Fransen in Duitsland voelen
niets voor verbroedering
JIMMY BROWN, sportheld no.1
Baden-Baden tracht zgn oude
glorie te herwinnen
Zeeuwse Almanak
Vreselijke storm teisterde 125 jaar
geleden Friesland en Overijssel
EEN PRINS LANDT OP SABA
DINSDAG 7 FEBRUARI 1950
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
„Systematische liefde" heeft nog weinig resultaat.
BADEN-BADEX, Febr. De eigenaar van het hotel te Baden-Baden, die mij
onderdak verschaft, komt onmiddellk met zijn gastenboek aanlopen als hij
hoort, dat ik Nederlander ben. Vol trots toont hij my de forse handteke
ning van nu wylen Koningin-Moeder Emma. Meermalen is zij hier geweest
en zy moet zich, van huis uit uit een prinses van Waldeck-Pyrmont, hier
thuis gevoeld hebben. Niet alleen omdat de landaard en het landschap veel
overeenkomst vertonen met haar geboortegrond, maar ook, omdat in haar
goede dagen, tydens de wisseling der eeuwen, dit kleine stadje het punt
was, waar Europa's vorsten elkander ongedwongen ontmoetten.
badplaats wellicht (zie Elten) weer
tot welvaart zou zijn gekomen.
KUNSTENAARSCENTRUM.
al deze beroemdheden denke men
zich dan een stoet van keizers, ko
ningen, prinsen, hertogen, graven,
baronnen, landjonkers en andere
hooggeplaatste personen.
Het grote toerisme van voor 1914
heeft zich tussen de beide Wereld
oorlogen nooit geheel hersteld en in
1939 was het weer helemaal afgelo
pen. Nu 1945 vestigde generaal Kö-
nig, de militaire gouverneur van de
Franse zóne, er zijn hoofdkwartier.
Nog is het garnizoensplaats en, ten
dele, bestuurscentrum. Het Duitse
bestuur over het land Baden zetelt
overigens te Freiburg, Breisgau, een
stuk Zuidelijker.
De president van het land Wohleb,
doet zijn best om het „internationa
le klimaat" te herstellen. Gemakke
lijk zal het niet gaan. Wel zijn er
nog de twee grote badhuizen, af
zonderlijk voor dames en heren, wel
zijn er nog steeds de minerale bron
nen, maar dat is niet alles. Er zijn
vele bezwaren.
Europa, zei men toen, heeft twee
hoofdsteden: Parys voor de winter,
Baden-Baden voor de zomer. En dat
was niet eens overdreven als men
tenminste de aanwezigheid van ge- t
kroonde hoofden als enige voor- Baden-Baden is, hoe kan het an-
waarde stelt voor de status van rs met zon naam, een badplaats,
hoofdstad. Die waren er de hele Da?' was het al in de tijd der Ro-
zomer door bij tientallen soms. De j meinen, die een goede neus hadden lang niet alle m gebruik. In de der-
Lichtenthalèr Allee was de wandel- voor 't ontdekken van warme bron- de plaats zyn er maar heel weinig
weg der groten van ons werelddeel hen. In hun dagen al kwam het gekroonde hoofden meer in Europa
en van ver daarbuiten water hier bij een temperatuur van en daarbuiten. In de vierde plaats
Nu marcheren er slordig geklede over de 6? graden zo maar uit de
Franse soldaten over deze straat en grond spuiten en dat doet het nog.
In de eerste plaats zijn waterzu-
ren wat uit de mode geraakt. In de
tweede plaats zijn alle grote hotels
op één na nog gevorderd, ofschoon
zij zijn minder welkome gasten. Zij
worden gehaat door de Duitse be
volking en zij haten haar met de
zelfde felheid. Van de drie bezet
tende mogendheden, die West-Duits-
land onder de knie houden, is Frank
rijk de enige, die door Duitsland
bezet is geweest en dat komt dui
delijk tot uitdrukking in de wijze
waarop de bezettingstroepen optre
den. Hier is van verbroedering
geen sprake, zoals in de Amerikaan
se zöne alleen in de stad Mün-
chen zijn al 800 buitenechtelijke kin
deren, die een neger tot vader heb
ben hier staat men nog vierkant
tegenover elkaar.
Juist te Baden-Baden, de zetel
van het Franse opperbevel in Duits
land, komt dat sterk tot uitdruk
king. Niet alleen liggen er Franse
troepen in de kazernes buiten de
stad, er werken hier honderden
Franse ambtenaren, die hun gezin
nen hebben laten overkomen. Zij
hebben er zich stevig genesteld en
hebben niet de minste neiging ooit
weer te vertrekken. Wonen doen zij
in gevorderde huizen. En aangezien
de Franse huisvrouwen hier beslist
niet in Duitse winkels hun inkopen
willen doen, zijn er Franse kruide
niers, Franse groenteboeren, Franse
kappers, Franse krantenverkopers
en zo verder. Soms kan het gebeu
ren, dat men in de tram alleen maar
in het Frans hoort babbelen. Men
zegt dat meer dan de helft der te
genwoordige bevolking Frans is. De
invasie is zo grondig geweest, dat
het er veel op heeft geleken, dat
Frankrijk bezig was de hele Franse
zöne in te lijven.
Het is tenslotte by het Saarge-
bied gebleven en er is hier in de
Franse zöne ook een zucht van ver
lichting opgegaan toen Bizonia Tri-
zonia werd en Trizonia Bondsrepu
bliek. Het gevaar is nu geweken...
gevaar? Het is nog maar de vraag
wat beter zou zijn geweest voor een
Baden-Baden, dat als Duitse stad
te gronde gaat, maar als Franse
DE BOMEN VAN WALCHEREN
Op de dag, waarop deze krant on
der de ogen van onze lezers komt,
wordt er in Middelburg een man ten
grave gedragen, die de dankbaarheid
van geheel Zeeland heeft verdiend.
Onverwacht nog heeft de dood de
heer R. de Muynck uit dit leven weg.
gerukt en een einde gemaakt aan een
bewonderenswaardige activiteit, die
niet alleen ten zegen strekte aan zijn
particuliere bedrijf, maar ook aan de
gemeenschap.
Vier jaren is het nu reeds geleden,
dat „Nier de Muynck", zoals zijn
vrienden hem noemden eensklaps op
de gedachte kwam, dat het Nederland
se volk in staat gesteld moest worden
iets voor het zwaar getroffen Walche
ren te doen. Hij vond de leuze „Plant
een boom op Walcheren!" Hij lanceer
de die leuze enhet Nederlandse
volk begreep, dat het hier inderdaad
een kans had om zijn saamhorigheid
te demonstreren. Bij duizenden kwa
men de brieven binnen van mensen,
die een boom op Walcheren wilden
planten. En al die duizenden aanmel
dingen toerden door flier" geregis
treerd. Hij had er een taak aan, zo
omvangrijk, dat zijn eigen belangen
vaak achtergesteld moesten worden bij
wat hij zich als ideaal voor ogen had
gesteld.
De Muynck was het ook, die inzag,
dat de herbeplanting van Walcheren
óók waar particulieren het initiatief
namen toen de overheid nog andere
zorgen aan haar hoofd had, op ver
antwoorde wijze diende te geschieden.
Daarom zocht hij contact met de land
schapsarchitect Broerse uit Nieuwer-
amstél en hij slaagde er inderdaad in,
deze voor het herbeplantingswerk te
winnen. Op 4 November 1947 startte
de herbeplanting. Tweemaal heeft
Nier de Muynck de bomen, die hij
voor Walcheren bijeen bracht, mogen
zien botten.
Hij kon van die aanblik genieten.
Hij werd stil, als hij langs Middel,
burgs bolwerken liep, als hij in Vlis-
singen, in zovele dorpskernen, langs
zovele wegen het jonge groen in blad
zag staan.
Vandaag wordt hij ten grave gedra
gen.
Maar menigeen zal, als hij Walche
ren groen ziet, denken aan deze be
scheiden, harde werker.
Aan Walcherens toekomstige schoon
heid blijft de naam de Muynck onver
brekelijk verbonden.
Het is bovendien een water, waarin
geneeskrachtige zouten zijn opgeslo
ten. De Romeinen hechtten daar,
niet geheel ten onrechte, grote
waarde aan. Maar met de Romein
se cultuur ging ook de waardering
voor de warmwaterbronnen te gron
de. Pas in 1797 werden zij heront
dekt. Er was toen een congres van
staatslieden in het naburige Rastatt
deelnemers daaraan zochten
na ingespannen arbeid ontspanning
in het toen nog armzalige boeren-
dorpje Baden. Zij gaven de stoot
tot de ontwikkeling van het tegen
woordige Baden-Baden, dat derhalve
ongeveer anderhalve eeuw oud is.
De uitgever Cotta en de archi
tect Friederich Wienbrennen koch
ten het door de monniken verlaten
klooster der Capucijnen en richtten
het in tot een hotel onder de naam
„Badischen Hof". De uitgever verza
melde een kling van kunstenaars
om zich heen, waardoor het dorp,
dat weldra tot een stadje zou uit
groeien er wonen nu een 35.000
mensen terstond een goede naam
kreeg. Carl Maria von Weber was
één der stamgasten van het eerste
hotel. In 1840 opende Jacques Bena-
zet een speelbank, waarna het be
zoek aan Baden-Baden met sprongen
omhoog ging. Alfred de Musset en
Gustave Doré waren er weldra vas
te bezoekers. Dostojewski schreef er
.,De Idioot". Hector Berlioz maakte
ér beroemd geworden composities.
Johannes Brahms en Johann Strauss
woonden er geruime tijd. En tussen
hebben staatslieden in onze dagen
geen tijd meer voor een zorgeloze
vacantie. In de vijfde plaats vindt
men geen grote kunstenaars meer
in Baden-Baden. In de zesde plaats
zijn er vrijwel uitsluitend luxe ho
tels, waar men voor 20 D. Mark
(18 gulden) per dag nog maar een
tweederangsgast is. En in de zeven
de plaats heeft de Duitse atmosfeer
voor millioenen Europeanen weinig
aantrekkelijkheid hoe fraai 't land
schap rondom mag zijn. Er zal heel
wat moeten gebeuren eer deze ze
ven grote bezwaren weggewerkt
zijn. Tegen het einde van de oorlog
hoorde ik toevallig een gesprek tus
sen een Amsterdamse winkelier en
een Duits officier.
Wat doen jullie nu als de oor
log voorbij is en jullie hebben ver
loren? vroeg de Amsterdammer.
Dan machen wir uns systema
tisch wieder beliebt, antwoordde de
man.
De man had een hotelhouder uit
Baden-Baden kunnen zijn. Het sy
steem draait op volle toeren. De
Amerikanen willen al wel weer. De
Engelsen zullen spoedig volgen.
Maar voor de Franse toeristen ko
men en de Belgen, de Nederlanders,
de Denen en de Noren moet er nog
heel wat water door de Rijn vloeien.
Die houden niet zo erg van syste
matische liefde van nette heren-in
burger met onderdanige strijkages,
die een jaar of wat geleden nog ge
laarsde officieren waren met een al
lesbehalve onderdanige grote mond.
(Nadruk verboden).
Honderden slachtoffers en enorme schade doordat de
dijken op vele p laatsen braken.
Het was Zondag 125 jaar geleden, dat een hevige stormvloed een deel
van ons land, namelijk Friesland en Overijssel, teisterde. Nadat de storm
van 28 October 1824 al heel wat schade had aangericht, woedde er bjjna
twee maanden aaneen een hevige storm, die geweldige watermassa's in
Noord- en Zuiderzee dreef. Toen in de nacht van 3 op 4 Februari 1825
dan ook een springvloed opkwam, waren die watermassa's door de zwa
re Friese zeedijken, die eenmaal onder leiding van Caspar di Robles wer
den gebouwd, niet meer te keren en deze zeewering bezweek op 30 plaat
sen. Tweederde deel van de provincie kwam onder water te staan. De
kop van Overijssel had het eveneens zwaar te verduren. Nadat eerst bjj
Blankenham, een dorpje tussen Kuinre en Blokzyl, de dyk was bezwe
ken, sloegen er bij Schotsrzyl nog 13 gaten in de djjk en ook meer Zui
delijk stroomde het water over het land.
ker vissers konden weinig weerstand
bieden. Door in de vissersvaartuigen
te vluchten konden velen zich redden,
De gevolgen van deze stormvloed
waren ontzettend. Honderden gezinnen
moesten, met achterlaten van alle be
zittingen, vluchten. Sommigen tracht
ten zich te redden door op de daken
van de huizen te klimmen, maar vele
woningen werden door de koken
de golven uiteengerukt en menig
een verdronk cf werd door brokstuk
ken van instortende gebouwen gedood.
Koeien, paarden, schapen, varkens en
ander vee kwamen bij duizenden in
de golven om. Alleen in de Noord
westhoek van Overijssel gingen al
13.000 runderen en 525 paarden ver
loren.
Mensen, die een vaartuig bezaten,
waren dagen in de weer om in nood
verkerenden van de daken van hun
woningen te halen en naar veiliger
oorden te brengen. De hoge ruggen
in Zuid-Oost-Friesland vormden de
vluchtheuvels voor honderden. Toch
was het juist dit gebied de Stel
lingwerven dat het meest van de
vloed had te lijden. Alleen hier be
droeg de schade reeds 300.000. In
Friesland vonden 17 mensen de dood
in de golven.
CATASTROPHE VOOR
OVERIJSSEL.
In Overijssel waren de gevolgen even
wel nog veel catastrophaler. Het Kam
per Eiland leed een grote schade door
dat honderden zware palen, die van
het eiland Schokland waren losgesla
gen door de woeste golven tegen de
boerderijen werden gesmeten. Op de
ze wijze werden vele boerderijen ver
nield. In N.W.-Overijssel verdronken
ruim 300 mensen. Te Slijkenburg ver
dronk bijv. een moeder met al haar
kinderen. 2284 woningen werden ver
nield. Het herstel van de Overijsselse
zeedijken heeft later 1% millioen gul
den gekost.
Schokland, het eilandje in de Zui
derzee, dat thans is ingepolderd in de
Noord-Oost-Polder, had het wel zeer
zwaar te verduren doordat de kust
niet door dijken werd beschermd. De
drie buurten Emmeloord, Ens en de
Zuiderbuurt waren dan ook al spoe
dig drie aparte eilandjes geworden
en de houten woningen van de Schok-
maar toch vonden van de 500 bewo
ners nog ongeveer 20 de dood. De
Katholieke kerk te Emmeloord werd
zwaar gehavend. Het altaar en de ban
ken werden door de golven meegeno
men.
Behalve de onmiddellijke schade
werden er ook nog grote verliezen ge
leden doordat talloze landerijen on
bruikbaar werden. Koning Willem
gaf dan ook onmiddellijk opdracht in
het gehele land een collecte voor de
getroffen gebieden te houden. Hij
schonk zelf 100.000 en er kwam ook
een gift binnen van Tsaar Alexander
I van Rusland. De leden van het ko
ninklijk huis schonken gezamenlijk
248.000. De totale opbrengst van de
inzamelingen was 2.204.000.
De militairen sturen wapens naar Europa de kinderen zenden speel
goed. De drie Amerikaanse kinderen op de foto komen speelgoed inle
veren voor hun Europese vriendjes .De actie werd georganiseerd door
een Amerikaanse vereniging van oud-strijders. De eerste scheepslading
speelgoed is inmiddels onderweg.
Met motorschip en roeiboot door een woeste branding.
(Van onze speciale verslaggever)
SABA, Januari. Iedereen, die met Prins Bernhard meereist, is 't er ovcr-
eens, dat hy deze tocht in een veel te geforceerd tempo moet maken en
vaak niet verder kan komen dan enkele vriendelijke woorden en handjes.
Dat is voor een goodwill-ambassador al heel wat zal men zeggen, maar
voor iemand die op deze manier grote stukken van de aarde moet afrei
zen is het geen volhouden. Dat de Prins het toch volhoudt en zelfs met een
zeker gemak, is alleen te danken aan zyn sportiviteit en zijn handigheid
om tussen de bedrijven door ook ontspanning te zoeken. Als hy het ge
daan krijgt, gaat hy b.v. zelf achter de stuurknuppel van het vliegtuig
zitten, dat hem en ons vervoert en als hy onderweg ergens 'n sportvlieg
tuigje ziet staan, zoals onlangs op Aruba, dan gaat hy ook daar nog even
mee de lucht in en heeft er het grootste plezier in, zyn gevolg, dat zich
met grote snelheid in auto's over de weg beweegt, op de afgesproken
plaats voor te zijn.
Op St. Eustatius zat de Prins bij
een familie van emigranten in huis.
Hy had nog geen voet binnen de deur
gezet of hij had een klein poesje ont
dekt, dat daar rondliep. Even later
zat het katje op de Prins zijn aim te
snorren en de Prins vergat de hele
diplomatieke wereld een paar minu
ten. om die poes eens gezellig achter
zijn oren te krabbelen en er allerlei
woordjes tegen te zeggen.
U moet weten, dat op de eilanden
Saba en Sint Eustatius nog nooit een
lid van het Huis van Oranje een voet
gezet heeft. Het was al een sensatie
voor die mensen, dat de Prins dat
deed.
Dat begon al op zee, toen de kruiser
„Jacob van Heemskerck" voor de rede
van Saba kwam met de Prins aan
boord. Het eiland lijkt van zee uit ge
zien een roversnest. Bovendien veeg
de de wind grote stuivende water
massa's tegen de stijle rotsen van deze
uitgedoofde vulcaan, die daardoor een
nog veel onheilspellender aanzien
kreeg. Het woei zo hevig, dat men de
Prins niet aan wal durfde brengen.
„Wij kunnen U er niet aan wagen,
Hoogheid", was 't oordeel van de
commandant van de „Heemskerck"
en de Prins werd er stil van. Men
zag hem niet meer. Men zag alleen
hoge golven, die de ..Heemskerck"
op en neer lieten wiegen. Hoog in
de lucht torende de massieve vul-
canische rots en daarboven was er
gens de bevolking met een commis
sie van ontvangst zich aan het op
maken om de Prins te ontvangen,
die hier de uiterste grens van het
koninkrijk zou komen bezoeken.
HERHALING 1813.
Even later zagen wij aan bakboord
een motorsloep te water gaan en voor
dat de marine-autoriteitèn er erg in
hadden, danste die sloep al op de gol
ven met de Prins erin, richting Fort
baai van het eiland. De commandant
en de gouverneur van de Antillen er
met een tweede sloep in haast achter
aan om te zien wat er zou gebeuren,
en eventueel hulp te bieden. De pers
mee aan boord, golven buiswater over
camera's en journalisten heen en alles
vol spanning wat er zou gebeuren.
Van land af naderde een roeibootje
met drie zeerotten er in, die als gek
ken aan de riemen lagen te trekken.
Het was n.l. beslist nodig, dat degene,
die aan land wilde, in een roeibootje
overstapte en zich door de branding
heen liet trekken. De Prins zette alles
op die ene kaart. Hij zou aan wal gaan.
De zeebonken hesen hem over en later
zag men een herhaling van Schevenin-
gen 1813, maar nog veel romanti
scher. Een twaalftal van de zwaarste
jongens van Saba kwamen tot hun
middel door de branding heen. Vingen
de roeiboot handig op, trokken hem
door de riffen heen, waar de kust be
zaaid mee is'en op de kop van een zwa
re roller stootte de boot op de kust,
waai- de Prins eruit sprong. De eerste
Oranje was op Saba geland.
Een half uur later waren wij allen
hem gevolgd en had een kleine drif
tige jeep ons tot boven in het arend-
nest getrokken. Dr" in de kom van
de krater lag het rpje „The Bot
tom", waai* de Prins luide werd toege
juicht door enthousiaste mensen, zoals
dat nu al wekenlang gebeurt hier op
iedere plaats, hoe ver en onbekend
ook waar de Prins verschijnt. In tegen
stelling tot het ruwe uiterlijk van het
vulcanische Saba, is deze kraterkom
een en al liefelijkheid. Vriendelijke
huisjes met de prachtigste tuinen en
een plantengroei, waarbij vergeleken
onze hortussen maar kinderwerk zyn.
Bloeiende Bougnivilles en Flamboyan-
tes en honderden bloemen meer en
daar midden in die enthousiaste men
sen met kinderen, die vaderlandse
liedjes zongen en een doosje met ge
handwerkte zakdoekjes voor de Prin
sesjes kwamen brengen. Het was daar
hoog in de lucht, ergens in de Caraibi-
sche Zee, waar het stormde en waar
men met geen boot haast doorheen
kon, een echt oud-vaderlands tafe
reeltje.
Wegens het veroorzaken van dood
door schuld bij een aanrijding eiste de
officier van justitie bij de Amsterdamse
rechtbank tegen de 31-jarige kapelaan J.
C. H. B. uit De Bilt een geldboete van
f 500 subs twee maanden plus één maand
voorwaardelijke gevangenisstraf.
1. Het vroor die winter dat het knapte. Op een
stille Decembernacht begon het te vriezen en twee
dagen daarna reeds dansten de kinderen op het ijs
en wéér twee dagen later zeiden de mensen dat er
al balken onder het ijs lagen zo dik was het I Ar-
resleden met prachtige paarden er voor gespannen
reden rinkelend over het ijs en overal zag je de
schaatsenrijders met de handen op de rug over de
bevroren wateren snellen. Er stonden hier en daar
koekezoopjes en als je er voorbij reed, snoof je de
heerlijke geuren op van anijs en chocolade. „Leg
'r 's an, 'r 's an, hete melk voor kouwe Jan!"
Het Wereldgebeuren
Een
„volksraadpleging"
Als U vandaag of morgen een
stembiljet in de bus vindt voor een
volksraadpleging kunt U twee din
gen doen: het biljet onverwijld ver
frommelen en weggooien of het
eerst eens nauwkeurig nalezen en
daarna een beslissing nemen. Het
argument, dat politiek U niet inte
resseert gaat in dit geval niet op;
de volksraadpleging heeft betrekking
op de vraag oorlog of vrede en dat
is een hoogst belangrijke zaak voor
ieder, een zaak van zijn of niet zyn.
De vraag, die gesteld wordt luidt
aldus:
„Ik inwoner van Nederland spreek
mij uit voor of tegen het buiten de
wet stellen van atoombommen als
wapen in een eventuele oorlog;
de vernietiging van de voorraden
atoombommen in alle landen;
internationale vermindering van
de bewapening en een blijvende
vrede tussen de volkeren."
De keuze voor of tegen is waar
lijk niet moeilijk. Welk zinnig mens
is niet tegen het gebruik van atoom
bommen en voor vrede en verminde
ring van de bewapening? Voor dit
geval geldt: de vraag stellen is
haar beantwoorden.
De simplistische tekst van het
biljet doet dan ook al aanstonds
vermoeden uit welke hoek de wind
waait. Dat vermoeden wordt beves
tigd door de naam van het comité,
dat de volksraadpleging organiseert.
Het is het organisatiecomité van 't
Nederlandse Wereldvredescongres,
dat 'n sterk communistisch stempel
draagt, ook al zijn de aangeslotenen
volstrekt niet allen volbloed commu
nisten. Vandaar, dat de tekst zo
duidelijk de hand van de meester
verraadt, de hand van Wisjinsky.
Diens uit den treure herhaalde voor
stellen in de Ver. Naties vindt men
er vrijwel letterlijk in tex*ug. De be
doeling van de Volksraadpleging is
een uitspraak te verkrijgen, dat de
Nederlandse regering de eisen van
Wisjinsky in de U. N. O. moet gaan
steunen.
De angstwekkende bewapenings
wedloop, de voorraadvorming aan
de afschuwelijkste verdelgingsmidde
len en de voortschrijdende verslech
tering in de internationale betrek
kingen bieden sombere vooruitzich
ten. Het aantal kerkelijke leiders,
geleerden en staatslieden, dat waar
schuwt voor een nieuwe catastro
phe, neemt met de dag toe. Elke be
weging, die zich ten doel stelt alle
krachten in te spannen om een
nieuwe oorlog te verhinderen, elke
beweging, die de vredeskrachten wil
mobiliseren, verdient de steun van
alle mensen van goeden wille. Zodra
dit echter gesol met woorden en
begrippen wordt, is zulke steun zin
loos.
Het Vredescongres gebruikt een
eenvoudig recept. Op alles wat de
Sovjet-Unie doet en voorstelt wordt
het etiket „vrede" geplakt, de po
litiek van de Westerse landen wordt
afgedaan met de term „oorlogshit-
serij." Dat is bor/renbedrog.
Verbod en vernietiging van atoom
bommen is alleen mogelijk indien
hiervoor afdoende waarhorgep in
de plaats komen, dat beide partyen
zich aan de overeenkomsten terza
ke houden en de vrede kan slechts
verzekerd zijn indien de nu een
maal bestaande belangentegenstel
lingen tussen de grote mogendheden
weggenomen kunnen worden langs
andere weg dan door militair optre
den.
Als de Sovjet-Unie werkelijk naar
vrede streeft, waarom dan sluit het
zich cultureel en economisch geheel
af van de buitenwereld, waarom
dan voert het obstructie in de Ver.
Naties, waarom belaagt het Joego
slavië, waarom zoekt het machts
uitbreiding in Noord-China, waar
om instrueert het de communisti
sche partijen in het Westen wanor
de te zaaien. De lijst met waaroms
zou naar believen uitgebreid kun
nen worden.
De eenvoudige vraag „bent U vóór
vrede" is van hetzelfde genre als
„bent U voor welvaart."
Ja natuurlijk, maar als de vraag
in wezen inhoudt „bent U het vol
komen eens met de Sovjet-politiek",
dan nee.
Derhalve is het misschien toch
beter zich van dergelijke soort volks
raadplegingen afzijdig te houden.
Israël bevordert zijn agrarische
productie.
(Van onze correspondent).
Tel Aviv. Februari. Het ministerie
van Landbouw in Israël heeft bekend ge
maakt, dat 7000 ton pootaardappelen naar
het platteland zijn gebracht. De, opper
vlakte. waarop men nu aardappelen gaat
verbouwen, is tien keer zo groot als tot
dusver.
Er zijn plannen in voorbereiding om de
productie van de olijfplantages op te voe
ren en daardoor de olieproductie te ver
meerderen.
In December is onder toezicht van het
militaire gouvernement een departement
ter bevordering van de Arabische land
bouw in Noord Israël opgericht. Dit de
partement is nu toegevoegd aan het mi
nisterie van landbouw en heeft een kan
toor gevestigd in Haifa. Het departement
verricht zijn werkzaamheden in 76 dor
pen. hoofdzakelijk met een Arabische be
volking. In het afgelopen jaar verdeelde
het 80.000 kuikens en 10 broedmachines,
elk met een capaciteit van 900 eieren.
Dit jaar zal men 100.000 kuikens, 6000
olijfbomen, 400 ton pootaardappelen. 50
ton uienzaad en tomatenplantjes extra
verdelen. Aangezien het departement
groot belang heeft bij de aanmoediging
van de groententeelt in de Arabische dor
pen. zal het groentenzaden distribueren.
Een mobiele mechanische eenheid, be
staande uit vier tractoren en andere me
chanische en landbouwtechnische machi
nes, toebehorende aan het departement,
gaat al de dorpen af om te ploegen en te
zaaien.
De dorpen ontvangen leningen en be
scheiden geldelijke tegemoetkomingen, als
zij zich op de tabakscultures gaan toeleg
gen. Heeds dit jaar hoopt men een gro
te oppervlakte niet tabak te beplanten.