De Fransen in Duitsland voelen niets voor verbroedering JIMMY BROWN, sportheld no.1 Baden-Baden tracht zgn oude glorie te herwinnen Zeeuwse Almanak Vreselijke storm teisterde 125 jaar geleden Friesland en Overijssel EEN PRINS LANDT OP SABA DINSDAG 7 FEBRUARI 1950 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 3 „Systematische liefde" heeft nog weinig resultaat. BADEN-BADEX, Febr. De eigenaar van het hotel te Baden-Baden, die mij onderdak verschaft, komt onmiddellk met zijn gastenboek aanlopen als hij hoort, dat ik Nederlander ben. Vol trots toont hij my de forse handteke ning van nu wylen Koningin-Moeder Emma. Meermalen is zij hier geweest en zy moet zich, van huis uit uit een prinses van Waldeck-Pyrmont, hier thuis gevoeld hebben. Niet alleen omdat de landaard en het landschap veel overeenkomst vertonen met haar geboortegrond, maar ook, omdat in haar goede dagen, tydens de wisseling der eeuwen, dit kleine stadje het punt was, waar Europa's vorsten elkander ongedwongen ontmoetten. badplaats wellicht (zie Elten) weer tot welvaart zou zijn gekomen. KUNSTENAARSCENTRUM. al deze beroemdheden denke men zich dan een stoet van keizers, ko ningen, prinsen, hertogen, graven, baronnen, landjonkers en andere hooggeplaatste personen. Het grote toerisme van voor 1914 heeft zich tussen de beide Wereld oorlogen nooit geheel hersteld en in 1939 was het weer helemaal afgelo pen. Nu 1945 vestigde generaal Kö- nig, de militaire gouverneur van de Franse zóne, er zijn hoofdkwartier. Nog is het garnizoensplaats en, ten dele, bestuurscentrum. Het Duitse bestuur over het land Baden zetelt overigens te Freiburg, Breisgau, een stuk Zuidelijker. De president van het land Wohleb, doet zijn best om het „internationa le klimaat" te herstellen. Gemakke lijk zal het niet gaan. Wel zijn er nog de twee grote badhuizen, af zonderlijk voor dames en heren, wel zijn er nog steeds de minerale bron nen, maar dat is niet alles. Er zijn vele bezwaren. Europa, zei men toen, heeft twee hoofdsteden: Parys voor de winter, Baden-Baden voor de zomer. En dat was niet eens overdreven als men tenminste de aanwezigheid van ge- t kroonde hoofden als enige voor- Baden-Baden is, hoe kan het an- waarde stelt voor de status van rs met zon naam, een badplaats, hoofdstad. Die waren er de hele Da?' was het al in de tijd der Ro- zomer door bij tientallen soms. De j meinen, die een goede neus hadden lang niet alle m gebruik. In de der- Lichtenthalèr Allee was de wandel- voor 't ontdekken van warme bron- de plaats zyn er maar heel weinig weg der groten van ons werelddeel hen. In hun dagen al kwam het gekroonde hoofden meer in Europa en van ver daarbuiten water hier bij een temperatuur van en daarbuiten. In de vierde plaats Nu marcheren er slordig geklede over de 6? graden zo maar uit de Franse soldaten over deze straat en grond spuiten en dat doet het nog. In de eerste plaats zijn waterzu- ren wat uit de mode geraakt. In de tweede plaats zijn alle grote hotels op één na nog gevorderd, ofschoon zij zijn minder welkome gasten. Zij worden gehaat door de Duitse be volking en zij haten haar met de zelfde felheid. Van de drie bezet tende mogendheden, die West-Duits- land onder de knie houden, is Frank rijk de enige, die door Duitsland bezet is geweest en dat komt dui delijk tot uitdrukking in de wijze waarop de bezettingstroepen optre den. Hier is van verbroedering geen sprake, zoals in de Amerikaan se zöne alleen in de stad Mün- chen zijn al 800 buitenechtelijke kin deren, die een neger tot vader heb ben hier staat men nog vierkant tegenover elkaar. Juist te Baden-Baden, de zetel van het Franse opperbevel in Duits land, komt dat sterk tot uitdruk king. Niet alleen liggen er Franse troepen in de kazernes buiten de stad, er werken hier honderden Franse ambtenaren, die hun gezin nen hebben laten overkomen. Zij hebben er zich stevig genesteld en hebben niet de minste neiging ooit weer te vertrekken. Wonen doen zij in gevorderde huizen. En aangezien de Franse huisvrouwen hier beslist niet in Duitse winkels hun inkopen willen doen, zijn er Franse kruide niers, Franse groenteboeren, Franse kappers, Franse krantenverkopers en zo verder. Soms kan het gebeu ren, dat men in de tram alleen maar in het Frans hoort babbelen. Men zegt dat meer dan de helft der te genwoordige bevolking Frans is. De invasie is zo grondig geweest, dat het er veel op heeft geleken, dat Frankrijk bezig was de hele Franse zöne in te lijven. Het is tenslotte by het Saarge- bied gebleven en er is hier in de Franse zöne ook een zucht van ver lichting opgegaan toen Bizonia Tri- zonia werd en Trizonia Bondsrepu bliek. Het gevaar is nu geweken... gevaar? Het is nog maar de vraag wat beter zou zijn geweest voor een Baden-Baden, dat als Duitse stad te gronde gaat, maar als Franse DE BOMEN VAN WALCHEREN Op de dag, waarop deze krant on der de ogen van onze lezers komt, wordt er in Middelburg een man ten grave gedragen, die de dankbaarheid van geheel Zeeland heeft verdiend. Onverwacht nog heeft de dood de heer R. de Muynck uit dit leven weg. gerukt en een einde gemaakt aan een bewonderenswaardige activiteit, die niet alleen ten zegen strekte aan zijn particuliere bedrijf, maar ook aan de gemeenschap. Vier jaren is het nu reeds geleden, dat „Nier de Muynck", zoals zijn vrienden hem noemden eensklaps op de gedachte kwam, dat het Nederland se volk in staat gesteld moest worden iets voor het zwaar getroffen Walche ren te doen. Hij vond de leuze „Plant een boom op Walcheren!" Hij lanceer de die leuze enhet Nederlandse volk begreep, dat het hier inderdaad een kans had om zijn saamhorigheid te demonstreren. Bij duizenden kwa men de brieven binnen van mensen, die een boom op Walcheren wilden planten. En al die duizenden aanmel dingen toerden door flier" geregis treerd. Hij had er een taak aan, zo omvangrijk, dat zijn eigen belangen vaak achtergesteld moesten worden bij wat hij zich als ideaal voor ogen had gesteld. De Muynck was het ook, die inzag, dat de herbeplanting van Walcheren óók waar particulieren het initiatief namen toen de overheid nog andere zorgen aan haar hoofd had, op ver antwoorde wijze diende te geschieden. Daarom zocht hij contact met de land schapsarchitect Broerse uit Nieuwer- amstél en hij slaagde er inderdaad in, deze voor het herbeplantingswerk te winnen. Op 4 November 1947 startte de herbeplanting. Tweemaal heeft Nier de Muynck de bomen, die hij voor Walcheren bijeen bracht, mogen zien botten. Hij kon van die aanblik genieten. Hij werd stil, als hij langs Middel, burgs bolwerken liep, als hij in Vlis- singen, in zovele dorpskernen, langs zovele wegen het jonge groen in blad zag staan. Vandaag wordt hij ten grave gedra gen. Maar menigeen zal, als hij Walche ren groen ziet, denken aan deze be scheiden, harde werker. Aan Walcherens toekomstige schoon heid blijft de naam de Muynck onver brekelijk verbonden. Het is bovendien een water, waarin geneeskrachtige zouten zijn opgeslo ten. De Romeinen hechtten daar, niet geheel ten onrechte, grote waarde aan. Maar met de Romein se cultuur ging ook de waardering voor de warmwaterbronnen te gron de. Pas in 1797 werden zij heront dekt. Er was toen een congres van staatslieden in het naburige Rastatt deelnemers daaraan zochten na ingespannen arbeid ontspanning in het toen nog armzalige boeren- dorpje Baden. Zij gaven de stoot tot de ontwikkeling van het tegen woordige Baden-Baden, dat derhalve ongeveer anderhalve eeuw oud is. De uitgever Cotta en de archi tect Friederich Wienbrennen koch ten het door de monniken verlaten klooster der Capucijnen en richtten het in tot een hotel onder de naam „Badischen Hof". De uitgever verza melde een kling van kunstenaars om zich heen, waardoor het dorp, dat weldra tot een stadje zou uit groeien er wonen nu een 35.000 mensen terstond een goede naam kreeg. Carl Maria von Weber was één der stamgasten van het eerste hotel. In 1840 opende Jacques Bena- zet een speelbank, waarna het be zoek aan Baden-Baden met sprongen omhoog ging. Alfred de Musset en Gustave Doré waren er weldra vas te bezoekers. Dostojewski schreef er .,De Idioot". Hector Berlioz maakte ér beroemd geworden composities. Johannes Brahms en Johann Strauss woonden er geruime tijd. En tussen hebben staatslieden in onze dagen geen tijd meer voor een zorgeloze vacantie. In de vijfde plaats vindt men geen grote kunstenaars meer in Baden-Baden. In de zesde plaats zijn er vrijwel uitsluitend luxe ho tels, waar men voor 20 D. Mark (18 gulden) per dag nog maar een tweederangsgast is. En in de zeven de plaats heeft de Duitse atmosfeer voor millioenen Europeanen weinig aantrekkelijkheid hoe fraai 't land schap rondom mag zijn. Er zal heel wat moeten gebeuren eer deze ze ven grote bezwaren weggewerkt zijn. Tegen het einde van de oorlog hoorde ik toevallig een gesprek tus sen een Amsterdamse winkelier en een Duits officier. Wat doen jullie nu als de oor log voorbij is en jullie hebben ver loren? vroeg de Amsterdammer. Dan machen wir uns systema tisch wieder beliebt, antwoordde de man. De man had een hotelhouder uit Baden-Baden kunnen zijn. Het sy steem draait op volle toeren. De Amerikanen willen al wel weer. De Engelsen zullen spoedig volgen. Maar voor de Franse toeristen ko men en de Belgen, de Nederlanders, de Denen en de Noren moet er nog heel wat water door de Rijn vloeien. Die houden niet zo erg van syste matische liefde van nette heren-in burger met onderdanige strijkages, die een jaar of wat geleden nog ge laarsde officieren waren met een al lesbehalve onderdanige grote mond. (Nadruk verboden). Honderden slachtoffers en enorme schade doordat de dijken op vele p laatsen braken. Het was Zondag 125 jaar geleden, dat een hevige stormvloed een deel van ons land, namelijk Friesland en Overijssel, teisterde. Nadat de storm van 28 October 1824 al heel wat schade had aangericht, woedde er bjjna twee maanden aaneen een hevige storm, die geweldige watermassa's in Noord- en Zuiderzee dreef. Toen in de nacht van 3 op 4 Februari 1825 dan ook een springvloed opkwam, waren die watermassa's door de zwa re Friese zeedijken, die eenmaal onder leiding van Caspar di Robles wer den gebouwd, niet meer te keren en deze zeewering bezweek op 30 plaat sen. Tweederde deel van de provincie kwam onder water te staan. De kop van Overijssel had het eveneens zwaar te verduren. Nadat eerst bjj Blankenham, een dorpje tussen Kuinre en Blokzyl, de dyk was bezwe ken, sloegen er bij Schotsrzyl nog 13 gaten in de djjk en ook meer Zui delijk stroomde het water over het land. ker vissers konden weinig weerstand bieden. Door in de vissersvaartuigen te vluchten konden velen zich redden, De gevolgen van deze stormvloed waren ontzettend. Honderden gezinnen moesten, met achterlaten van alle be zittingen, vluchten. Sommigen tracht ten zich te redden door op de daken van de huizen te klimmen, maar vele woningen werden door de koken de golven uiteengerukt en menig een verdronk cf werd door brokstuk ken van instortende gebouwen gedood. Koeien, paarden, schapen, varkens en ander vee kwamen bij duizenden in de golven om. Alleen in de Noord westhoek van Overijssel gingen al 13.000 runderen en 525 paarden ver loren. Mensen, die een vaartuig bezaten, waren dagen in de weer om in nood verkerenden van de daken van hun woningen te halen en naar veiliger oorden te brengen. De hoge ruggen in Zuid-Oost-Friesland vormden de vluchtheuvels voor honderden. Toch was het juist dit gebied de Stel lingwerven dat het meest van de vloed had te lijden. Alleen hier be droeg de schade reeds 300.000. In Friesland vonden 17 mensen de dood in de golven. CATASTROPHE VOOR OVERIJSSEL. In Overijssel waren de gevolgen even wel nog veel catastrophaler. Het Kam per Eiland leed een grote schade door dat honderden zware palen, die van het eiland Schokland waren losgesla gen door de woeste golven tegen de boerderijen werden gesmeten. Op de ze wijze werden vele boerderijen ver nield. In N.W.-Overijssel verdronken ruim 300 mensen. Te Slijkenburg ver dronk bijv. een moeder met al haar kinderen. 2284 woningen werden ver nield. Het herstel van de Overijsselse zeedijken heeft later 1% millioen gul den gekost. Schokland, het eilandje in de Zui derzee, dat thans is ingepolderd in de Noord-Oost-Polder, had het wel zeer zwaar te verduren doordat de kust niet door dijken werd beschermd. De drie buurten Emmeloord, Ens en de Zuiderbuurt waren dan ook al spoe dig drie aparte eilandjes geworden en de houten woningen van de Schok- maar toch vonden van de 500 bewo ners nog ongeveer 20 de dood. De Katholieke kerk te Emmeloord werd zwaar gehavend. Het altaar en de ban ken werden door de golven meegeno men. Behalve de onmiddellijke schade werden er ook nog grote verliezen ge leden doordat talloze landerijen on bruikbaar werden. Koning Willem gaf dan ook onmiddellijk opdracht in het gehele land een collecte voor de getroffen gebieden te houden. Hij schonk zelf 100.000 en er kwam ook een gift binnen van Tsaar Alexander I van Rusland. De leden van het ko ninklijk huis schonken gezamenlijk 248.000. De totale opbrengst van de inzamelingen was 2.204.000. De militairen sturen wapens naar Europa de kinderen zenden speel goed. De drie Amerikaanse kinderen op de foto komen speelgoed inle veren voor hun Europese vriendjes .De actie werd georganiseerd door een Amerikaanse vereniging van oud-strijders. De eerste scheepslading speelgoed is inmiddels onderweg. Met motorschip en roeiboot door een woeste branding. (Van onze speciale verslaggever) SABA, Januari. Iedereen, die met Prins Bernhard meereist, is 't er ovcr- eens, dat hy deze tocht in een veel te geforceerd tempo moet maken en vaak niet verder kan komen dan enkele vriendelijke woorden en handjes. Dat is voor een goodwill-ambassador al heel wat zal men zeggen, maar voor iemand die op deze manier grote stukken van de aarde moet afrei zen is het geen volhouden. Dat de Prins het toch volhoudt en zelfs met een zeker gemak, is alleen te danken aan zyn sportiviteit en zijn handigheid om tussen de bedrijven door ook ontspanning te zoeken. Als hy het ge daan krijgt, gaat hy b.v. zelf achter de stuurknuppel van het vliegtuig zitten, dat hem en ons vervoert en als hy onderweg ergens 'n sportvlieg tuigje ziet staan, zoals onlangs op Aruba, dan gaat hy ook daar nog even mee de lucht in en heeft er het grootste plezier in, zyn gevolg, dat zich met grote snelheid in auto's over de weg beweegt, op de afgesproken plaats voor te zijn. Op St. Eustatius zat de Prins bij een familie van emigranten in huis. Hy had nog geen voet binnen de deur gezet of hij had een klein poesje ont dekt, dat daar rondliep. Even later zat het katje op de Prins zijn aim te snorren en de Prins vergat de hele diplomatieke wereld een paar minu ten. om die poes eens gezellig achter zijn oren te krabbelen en er allerlei woordjes tegen te zeggen. U moet weten, dat op de eilanden Saba en Sint Eustatius nog nooit een lid van het Huis van Oranje een voet gezet heeft. Het was al een sensatie voor die mensen, dat de Prins dat deed. Dat begon al op zee, toen de kruiser „Jacob van Heemskerck" voor de rede van Saba kwam met de Prins aan boord. Het eiland lijkt van zee uit ge zien een roversnest. Bovendien veeg de de wind grote stuivende water massa's tegen de stijle rotsen van deze uitgedoofde vulcaan, die daardoor een nog veel onheilspellender aanzien kreeg. Het woei zo hevig, dat men de Prins niet aan wal durfde brengen. „Wij kunnen U er niet aan wagen, Hoogheid", was 't oordeel van de commandant van de „Heemskerck" en de Prins werd er stil van. Men zag hem niet meer. Men zag alleen hoge golven, die de ..Heemskerck" op en neer lieten wiegen. Hoog in de lucht torende de massieve vul- canische rots en daarboven was er gens de bevolking met een commis sie van ontvangst zich aan het op maken om de Prins te ontvangen, die hier de uiterste grens van het koninkrijk zou komen bezoeken. HERHALING 1813. Even later zagen wij aan bakboord een motorsloep te water gaan en voor dat de marine-autoriteitèn er erg in hadden, danste die sloep al op de gol ven met de Prins erin, richting Fort baai van het eiland. De commandant en de gouverneur van de Antillen er met een tweede sloep in haast achter aan om te zien wat er zou gebeuren, en eventueel hulp te bieden. De pers mee aan boord, golven buiswater over camera's en journalisten heen en alles vol spanning wat er zou gebeuren. Van land af naderde een roeibootje met drie zeerotten er in, die als gek ken aan de riemen lagen te trekken. Het was n.l. beslist nodig, dat degene, die aan land wilde, in een roeibootje overstapte en zich door de branding heen liet trekken. De Prins zette alles op die ene kaart. Hij zou aan wal gaan. De zeebonken hesen hem over en later zag men een herhaling van Schevenin- gen 1813, maar nog veel romanti scher. Een twaalftal van de zwaarste jongens van Saba kwamen tot hun middel door de branding heen. Vingen de roeiboot handig op, trokken hem door de riffen heen, waar de kust be zaaid mee is'en op de kop van een zwa re roller stootte de boot op de kust, waai- de Prins eruit sprong. De eerste Oranje was op Saba geland. Een half uur later waren wij allen hem gevolgd en had een kleine drif tige jeep ons tot boven in het arend- nest getrokken. Dr" in de kom van de krater lag het rpje „The Bot tom", waai* de Prins luide werd toege juicht door enthousiaste mensen, zoals dat nu al wekenlang gebeurt hier op iedere plaats, hoe ver en onbekend ook waar de Prins verschijnt. In tegen stelling tot het ruwe uiterlijk van het vulcanische Saba, is deze kraterkom een en al liefelijkheid. Vriendelijke huisjes met de prachtigste tuinen en een plantengroei, waarbij vergeleken onze hortussen maar kinderwerk zyn. Bloeiende Bougnivilles en Flamboyan- tes en honderden bloemen meer en daar midden in die enthousiaste men sen met kinderen, die vaderlandse liedjes zongen en een doosje met ge handwerkte zakdoekjes voor de Prin sesjes kwamen brengen. Het was daar hoog in de lucht, ergens in de Caraibi- sche Zee, waar het stormde en waar men met geen boot haast doorheen kon, een echt oud-vaderlands tafe reeltje. Wegens het veroorzaken van dood door schuld bij een aanrijding eiste de officier van justitie bij de Amsterdamse rechtbank tegen de 31-jarige kapelaan J. C. H. B. uit De Bilt een geldboete van f 500 subs twee maanden plus één maand voorwaardelijke gevangenisstraf. 1. Het vroor die winter dat het knapte. Op een stille Decembernacht begon het te vriezen en twee dagen daarna reeds dansten de kinderen op het ijs en wéér twee dagen later zeiden de mensen dat er al balken onder het ijs lagen zo dik was het I Ar- resleden met prachtige paarden er voor gespannen reden rinkelend over het ijs en overal zag je de schaatsenrijders met de handen op de rug over de bevroren wateren snellen. Er stonden hier en daar koekezoopjes en als je er voorbij reed, snoof je de heerlijke geuren op van anijs en chocolade. „Leg 'r 's an, 'r 's an, hete melk voor kouwe Jan!" Het Wereldgebeuren Een „volksraadpleging" Als U vandaag of morgen een stembiljet in de bus vindt voor een volksraadpleging kunt U twee din gen doen: het biljet onverwijld ver frommelen en weggooien of het eerst eens nauwkeurig nalezen en daarna een beslissing nemen. Het argument, dat politiek U niet inte resseert gaat in dit geval niet op; de volksraadpleging heeft betrekking op de vraag oorlog of vrede en dat is een hoogst belangrijke zaak voor ieder, een zaak van zijn of niet zyn. De vraag, die gesteld wordt luidt aldus: „Ik inwoner van Nederland spreek mij uit voor of tegen het buiten de wet stellen van atoombommen als wapen in een eventuele oorlog; de vernietiging van de voorraden atoombommen in alle landen; internationale vermindering van de bewapening en een blijvende vrede tussen de volkeren." De keuze voor of tegen is waar lijk niet moeilijk. Welk zinnig mens is niet tegen het gebruik van atoom bommen en voor vrede en verminde ring van de bewapening? Voor dit geval geldt: de vraag stellen is haar beantwoorden. De simplistische tekst van het biljet doet dan ook al aanstonds vermoeden uit welke hoek de wind waait. Dat vermoeden wordt beves tigd door de naam van het comité, dat de volksraadpleging organiseert. Het is het organisatiecomité van 't Nederlandse Wereldvredescongres, dat 'n sterk communistisch stempel draagt, ook al zijn de aangeslotenen volstrekt niet allen volbloed commu nisten. Vandaar, dat de tekst zo duidelijk de hand van de meester verraadt, de hand van Wisjinsky. Diens uit den treure herhaalde voor stellen in de Ver. Naties vindt men er vrijwel letterlijk in tex*ug. De be doeling van de Volksraadpleging is een uitspraak te verkrijgen, dat de Nederlandse regering de eisen van Wisjinsky in de U. N. O. moet gaan steunen. De angstwekkende bewapenings wedloop, de voorraadvorming aan de afschuwelijkste verdelgingsmidde len en de voortschrijdende verslech tering in de internationale betrek kingen bieden sombere vooruitzich ten. Het aantal kerkelijke leiders, geleerden en staatslieden, dat waar schuwt voor een nieuwe catastro phe, neemt met de dag toe. Elke be weging, die zich ten doel stelt alle krachten in te spannen om een nieuwe oorlog te verhinderen, elke beweging, die de vredeskrachten wil mobiliseren, verdient de steun van alle mensen van goeden wille. Zodra dit echter gesol met woorden en begrippen wordt, is zulke steun zin loos. Het Vredescongres gebruikt een eenvoudig recept. Op alles wat de Sovjet-Unie doet en voorstelt wordt het etiket „vrede" geplakt, de po litiek van de Westerse landen wordt afgedaan met de term „oorlogshit- serij." Dat is bor/renbedrog. Verbod en vernietiging van atoom bommen is alleen mogelijk indien hiervoor afdoende waarhorgep in de plaats komen, dat beide partyen zich aan de overeenkomsten terza ke houden en de vrede kan slechts verzekerd zijn indien de nu een maal bestaande belangentegenstel lingen tussen de grote mogendheden weggenomen kunnen worden langs andere weg dan door militair optre den. Als de Sovjet-Unie werkelijk naar vrede streeft, waarom dan sluit het zich cultureel en economisch geheel af van de buitenwereld, waarom dan voert het obstructie in de Ver. Naties, waarom belaagt het Joego slavië, waarom zoekt het machts uitbreiding in Noord-China, waar om instrueert het de communisti sche partijen in het Westen wanor de te zaaien. De lijst met waaroms zou naar believen uitgebreid kun nen worden. De eenvoudige vraag „bent U vóór vrede" is van hetzelfde genre als „bent U voor welvaart." Ja natuurlijk, maar als de vraag in wezen inhoudt „bent U het vol komen eens met de Sovjet-politiek", dan nee. Derhalve is het misschien toch beter zich van dergelijke soort volks raadplegingen afzijdig te houden. Israël bevordert zijn agrarische productie. (Van onze correspondent). Tel Aviv. Februari. Het ministerie van Landbouw in Israël heeft bekend ge maakt, dat 7000 ton pootaardappelen naar het platteland zijn gebracht. De, opper vlakte. waarop men nu aardappelen gaat verbouwen, is tien keer zo groot als tot dusver. Er zijn plannen in voorbereiding om de productie van de olijfplantages op te voe ren en daardoor de olieproductie te ver meerderen. In December is onder toezicht van het militaire gouvernement een departement ter bevordering van de Arabische land bouw in Noord Israël opgericht. Dit de partement is nu toegevoegd aan het mi nisterie van landbouw en heeft een kan toor gevestigd in Haifa. Het departement verricht zijn werkzaamheden in 76 dor pen. hoofdzakelijk met een Arabische be volking. In het afgelopen jaar verdeelde het 80.000 kuikens en 10 broedmachines, elk met een capaciteit van 900 eieren. Dit jaar zal men 100.000 kuikens, 6000 olijfbomen, 400 ton pootaardappelen. 50 ton uienzaad en tomatenplantjes extra verdelen. Aangezien het departement groot belang heeft bij de aanmoediging van de groententeelt in de Arabische dor pen. zal het groentenzaden distribueren. Een mobiele mechanische eenheid, be staande uit vier tractoren en andere me chanische en landbouwtechnische machi nes, toebehorende aan het departement, gaat al de dorpen af om te ploegen en te zaaien. De dorpen ontvangen leningen en be scheiden geldelijke tegemoetkomingen, als zij zich op de tabakscultures gaan toeleg gen. Heeds dit jaar hoopt men een gro te oppervlakte niet tabak te beplanten.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1950 | | pagina 3