Ontmoetingen met Nederlanders in Frankrijk JIMMY BROWN, no.! GROOT RIOLERINGSPLAN VOOR GOES ONTWORPEN In Parijs vormt de afdeling van de NedProtestantenbond een centrum DE ZWARTE ORCHIDEE Zeeuwse Almanak DINSDAG 20 DECEMBER 1949 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 3 Gesprek na de dienst met ds. J. Zuurdeeg. (Van een onzer redacteuren) Wanneer je als vacantieganger door Frankryk zwerft, kan het je eigen, lyk in alle delen van het land overkomen, dat je plotseling tegenover een landgenoot staat. En dan bedoel ik natuurlijk nu eens niet in de eerste plaats die Nederlandse emigranten, meest boeren, want die ga je opzoeken en dan is er van verrassing, althans van de zijde van de vacantieganger, geen sprake. Maar het overkwam mij bijv. in Bordeaux, waar in een drukke winkel, straat in een balikerswinkel plotseling het opschrift „Mascottes hollan. daises" m'n aandacht trok. Mascottes hollandaiseswat konden dat zijn? De jonge vrouw achter de toonbank, die ik er naar voor vroeg, had di. reet „door", dat ik Hollander was en ze riep haar man: een jonge bak ker uit Rotterdam, die tijdens of kort na de oorlog hier verzeild was ge raakt, een charmant vrouwtje uit Bordeaux had getrouwd en nu hier een bloeiende zaak de zijne mocht noemen. En die mascottes hollandaises? Och ja, die noemden we in Holland vroe. ger Berliner bollen En dat geval in Bordeaux was heus niet het enige. In Tours reed op de Route Nationale ons een auto uit Gro ningen voorbij, in Lour des hoorden we een Nederlandse pater in de ba siliek juist Drentse en Overijselse -be devaartgangers toespreken en op de Col de Peyresourde, een van de hoge passen in de Pyreneeën, arriveerden we juist gelijk met een Amsterdams zakenman, die evenals wij kwam ont dekken, dat de Pyreneeën tot de mooiste bergen van West-Europa be horen. IN PARIJS. Maar in Parijs Ook daar hadden we van die toevallige ontmoetingen, maar daar leven toch ook weer Hol landers, vele zelfs, die hier een werk kring hebben gevonden of om andere redenen hier voor een langere perio de zijn neergestreken, dan in de re gel een vacantieganger pleegt te doen. Over die Nederlanders, die in Parijs wonen, werken of studeren, had ik een gesprek met ds. J. Zuurdeeg, de Nederlandse predikant, die nu ruim een jaar in de lichtstad die in de ze na-oorlogse tijd eigenlijk geen lichtstad meer is zijn werk onder de Nederlandse kolonie verricht. Ik ontmoette ds. Zuurdeeg 's Zon dagsavonds. We hadden bij hem ge kerkt in dat mooie Schotse kerkje in de Rue Bayard, even opzij van' de Champs Elysées, waar de Parijse af deling van de Ned. Protestantenbond, waarvan ds. Zuurdeeg voorganger is, elke veertien dagen een dienst houdt. Zo'n Nederlandse kerkdienst in den vreemde is een heel bijzondere bele. venis en je voelt je dan eigenlijk weer een ogenblik helemaal thuis. Zo is het voor de vacantieganger, maar zo moet het in nog veel sterkere ma te zjjn voor de Nederlanders, die hier in Parijs wonen sommigen al vele jaren en in deze diensten telkens weer een stukje van het eigen land en het eigen volk terugvinden. Ze ho ren ook zo echt bij elkaar, die Neder landers daar in dat kleine Parijse kerkje en dat blijkt nog eens duide lijk als de dienst afgelopen is. Dan komt de predikant achter in de kerk en niemand zal weggaan voor hij de dominé de hand heeft gedrukt en met een enkel woord de voorganger heeft gegroet. DS. ZUURDEEG VERTELT VAN ZIJN WERK. Toen dan de laatste kerkganger het gebouw had verlaten, had ds. Zuur deeg éen ogenblik tijd voor een kort gesprek met de journalist uit Zeeland, die hem graag iets wilde laten vertel len over zijn werk in Parijs. Ja, ziet U, begon ds. Zuurdeeg, om dat werk te kunnen begrijpen, moet U weten met wat voor mensen een Nederlands predikant in een stad als Parijs te maken heeft Mensen van allerlei slag, maar in geen geval kleine, bekrompen zie len, die menen, dat ze nergens kun nen leven, waar de appelmoes niet net zo wordt gekookt als bij moeder thuis. Een beetje avonturiersbloed zit er altijd wel in bij die Nederlanders in den vreemde. Men vindt hier Nederlanders in dienst van Franse bedrijven, maar ook in de filialen van grote Neder landse zaken, in de Nederlandse sec tie van het Marshall-plan, bij de U.N. E.S.C.O. en bü de staf van Generaal Montgomery Maar er zijn ook Neder landse kunstenaars, 'studenten en per soneel van ambassade en consulaat. En dan loslopende meisjes Nee, schrikt U nu niet. Er is heus niets oneerbaars met die Nederlandse meisjes, welke ds. Zuurdeeg hier op het oog had. Het is nu eenmaal een feit, dat heel wat meisjes uit ons land om zich de Franse taal geheel eigen te maken naar Parijs trekken en daar bij een Franse familie in de huishou ding gaan. .,Au Pair" heet dat in de advertenties, maar hoe welwillend dat ook moge klinken, de Nederlandse meisjes hebben het beslist niet altijd $ven gemakkelijk in die Franse be trekkingen. EEN CENTRUM Kijk, aan die meisjes en aan al die andere Nederlanders, die in deze j enorme wereldstad zich vaak zo heel erg verloren gevoelen, wil ook de Ne- j derlandse Protestantenbond een een-1 trum bieden. Niét alleen door de i kerkdiensten natuurlijk, al zijn die j heel belangrijk, maar ook door het vormen van clubs, door catechisaties1 en persoonlijke gesprekken. Kortom, op elke denkbare manier, welke een I eenzame Nederlander hier steun kan geven. De medewerking en samenwerking, welke ds. Zuurdeeg bij zijn werk on dervindt is gelukkig groot. Vanuit zijn pastorie in het vermaarde Sèvres, even buiten Parijs aan de Seine, trekt hij er dagelijks met zijn autotje op uit: naar de stad, maar ook verder het land in, waar vrijzinnigen wonen. En ook de samenwerking met Nederland' se orthodoxe groeperingen is goed. Men helpt elkaar over en weer waar mogelijk aan adressen en het is zelfs al voorgekomen, dat ds. Zuurdeeg door een van de drie Nederlandse pa ters, die in Parijs met de zorg voor Katholieke Nederlanders belast zijn, werd opgebeld met de mededeling, dat ergens een, Protestantse Neder-, landse schipper in een Katholiek zie kenhuis lag. En het omgekeerde komt natuurlijk evenzeer voor! JONGE GEMEENTE Ds. Zuurdeeg, die „van huis uit" Hervormd predikant is, werkt nu in Parijs sedert 1948, maar de afdeling van de Nederlandse Protestantenbond, die hem naar Parijs riep, bestaat reeds sedert 1939. Toch is dit werk van het Nederlands protestantisme in Frankrijk nog maar heel. jong, verge lijken bijv. bij de Hollandse gemeen te van Londen, die in de zestiende eeuw ontstond toen Nederlanders voor de inquisitie naar Engeland waren ge vlucht. Het werk in Parijs kan nog niet steunen op traditie en ervaring van peuwen als in Londen, maar in de weinige jaren, dat hier door de klei ne afdeling van de Ned Protestanten bond werd gewerkt, heeft deze toch al bewezen, dat ook zij een band kan vormen tussen Nederlanders in den vreemde, die zich anders wellicht een zaam en verloren zouden wanen. FEUILLETON door ALLAN SWINTON TURKSE TROM In Oostburg heeft de heer Bossand vijftig jaren lang de grote trom ge roerd in de muziekvereniging „Har monie". Zeventig jaren oud is hij ge worden en vanaf zijn twintigste is hij de man, die de Turkse trom'trhyth- me doet aangeven, waarnaar de ande re muzikanten zich richten. Een zeldzaam jubileum, voorwaar. En ivaard om het niet onopgemerkt voorbij te laten gaan. Maar het roept gemengde gevoelens wakker. Eenmaal in mijn leven heb ook ik de Turkse trom beslagen. Het ge wicht viel mee. Als ge bij sommige muziekkorpsen een mannetje voorover gebogen ziet zwoegen onder dit instru ment en een ander er achter ziet lo pen, die het bespeelt, dan ligt dat ge bogen zijn aan het mannetje, dat de trom draagt en niet aan de trom zelf. Maar het effect dat de trom in mijn edele delen teweeg bracht was van dien aard, dat ik er niet zonder hui vering aan terug kan denken. Het geluid plantte zich namelijk met verbluffende directheid voort op mijn longen en mijn hart, op de maag en op de nieren en na de twee en zeven tigste slag kreeg ik het gevoel, dat er in mijn inwendige een Spaanse kermis werd gevierd met een animo en een luidruchtigheid, waarvan de hersens in de schedelpan begonnen te tollen. Sedertdien bekijk ik een man, die de Txirkse trom roert met onuitspre kelijk respect en met een zekere deernis. Want de grote trom moge dan al een onmisbaar instrument zijn denk u die trom eens weg, de muziek wordt smakeloos, de trom is het zout van 'n harmoniegezelschap! dit instrument bespelen iq geen onverdeeld genoegen. Daarom: dubbele hulde aan de Oost- burgse trombespeler, de heer Bos sand. Een taaie volhouder werd hij genoemd. Met reden'. „Het is afgesneden", riep Mary uit. Er viel een kleine stilte; waarin niemand sprak en zij staarden als be toverd naar het eind touw. Toen zei Hugh: „Ik stal zijn meisje en nam de baan, die hij al dacht te hebben. Ik pikte Bourassa's karavaan in en gaf hem een pak slaag, om dit te kunnen volbrengen. Ik deed wat ik kon, om hem hier buiten te houden en intussen.,...." Hij ging op het touw zitten en be gon te lachen. Een beetje geïrriteerd zei Sam: „Waar voor den duivel lacji je om?' „Om mijzelf. Heeft Pasquale die doos met smaragden gezien?" „Ja". ,,En dus geeft hij twee slagen met zijn manchete en krijgt die doos en zeven en twintig muildieren en de gehele uitrusting en kan mij boven dien nog uitlachen. Het is fraai". „Je bedoelt, dat hij die touwen door gesneden heeft?" „Wie anders?" „Maar dat zal hem toch niet luk. ken?" zei Sam woedend. „Waarom niet? Het zal uren du ren voor we hieruit kunnen klimmen. Hij kan jouw specimen opzij gooien, de muildieren berijden en als de wind maken, dat hij wegkomt. Tegen de tijd, dat we achter hem aan kunnen en dan nog te voet, is hij wèet hoe ver weg". „Maar je manschappen. Zij zullen toch niet „Begrijp je deze mensen nu nog niet Het zijn gebroken, onderworpen en volkomen passieve lui. Het kan ze niets schelen. Vito weet dat en ook hoe hij die lui behandelen moet. De enige, die tot welke actie ook in staat is, is Hulpé. Pasquale weet dat net zo goed en je kunt er alles om verwedden, dat hij rechtstreeks op de vuurwapens afgegaan is en die in be slag heeft genomen. AlsHulpé moeilijkheden zou maken, zou hij hem doodeenvoudig neerschieten. Misschien doet hij het in ieder geval wel. Het geheel is prima in elkaar ge zet". „Maar hij kan ons hier toch niet laten", zei Mary op ongelovige toon. „Dacht je dat?" zei Hugh met som bere stem. Je kent hem nog niet". Hy keek omhoog naar de steile klip. „Zie je iets daarboven „Nneen". „Het licht van de toortsen is weg. Hij is al op weg. Hij zal waarschijn lijk regelrecht naar Guanaré of Bari- nas gaan, of de een of andere stad, waar eveneens een muildiermarkt is. Daar zal hij alles verkopen en ver dwijnen. Ik moet hem te pakken zien te krijgen voor hij zover komt. Ut ben nu wel geen Jivanté, maar ik ge loof toch wel, dat ik het spoor van twee dozijn muildieren kan volgen. Ik zal met dat heerschap afrekenen, al is het 't laatste, wat ik ooit hier op de wereld doe! Ga mee. We moeten zien, dat we hier uit komen". In het vage licht keek hij over de rivier, die schuimend langs de grote gebogen inham stroomde, die eeu wen van schurend water in de klip hadden uitgeslepen. „Je zou een vlieg moeten zijn, om daar tegenop te klimmen. Misschien gaat het beter op de. plaats, waar de rivier naar bin nen komt". Zij begaven zich stroomopwaarts naar de plaats, waar het water bin nenkwam, aan de voet van de klip door de een of andere ongeziene ope ning opwellend. Naar boven kijkend, om zich te oTienteren, zei Hugh: „Dit moet ongeveer onder het water bij het terras zijn. Dat is de reden, waarom dat zo helder blijft. En hoe loopt nu van hier af die klip?" De kloof vórmde een ruwe cirkel. Eeuwen geleden was er een draai- kok geweest, die de gehele muur on dergraven had. Door verschillende* nuances van een spookachtig licht, volgden zij de muur. De vloer was bedekt met een diepe laag meelachtig stof, hetgeen niefs anders was, dan de volkomen tot stof vergane lichamen van vogels en vleermuizen. Met een luguber ge luid vluchtten bij htm nadering land krabben met spookachtige ogen, die op hoge sprieten uitstaken. Er waren verschillende plekken verwarde plan ten, die ongeveer drie voet hoog wa ren. Over alles hing een doordringen de kerkhoflucht. (Wordt vervolgd). Het Wereldgebeuren Vorige week werd het 25-jarige bestaansfeest gevierd der S.\. Tcrneu- zense Scheepsbouw Mij. en ook herdacht de directeur, de heer J. F. de Klerk, het feit, dat hy 25 jaar directeur van het bedrijf is. Vl.n.r.: de heer J. F. de Klerk; mr. R. J. J. Lambooy, burgemeester van Waalwijk en de 'lieer W. A. V. van Doorne, directeur van t an Doorne's Aanhangwagenfa- briek te Eindhoven, by het gedenkbord, dat de jubilerende directeur van de Scheepsbouw Mij. werd aangeboden. Kosten ongeveer f2 millioen Goes staat voor de uitvoering van een groot rioleringsplan, dat op zijn minst ze ker tien jaar in beslag zal nemen. Een omvangrijk karwei, dat grote financiële of fers van de gemeente zal vragen. De kosten zijn op ongeveer twee millioen gul den geraamd, zodat het in de eerstkomende jarèn practisch niet mogelijk zal zijn, enig ander groot object, onder handen te nemen. De toestand op rioleringsgebied is in het zich steeds uitbreidende Goes echter zodanig, dat de uitvoering van dit nieuwe plan geen langer uitstel gedoogt. ,rein aan het eind van de Zuidvlietstraat, tegen de grens van de gem. 's Heer Arendskerke gekozen. Daar de installa tie 75 jaar dienst zal moeten doen, zal zij uiteindelijk een capaciteit krijgen vol doende voor bediening van een stad met 30.000 inwoneds. Voorlopig zal slechts de helft worden ge bouwd. Door middel van filters zal hiér het rioolwater worden gezuiverd, om ver volgens 'op de polderleiding te kunnen worden geloosd. De afvalstoffen worden op zgn. vloeivelden gedeponeerd, om van tijd tot tijd als meststoffen te worden 'af gevoerd. Voor de toevoer zal een net van hoofd- of moerriolen door de stad worden ge legd, waarop de zijriolen zullen aanslui ten. Om bij overvloedige regenval het hemelwater in de vesten te doen pompen, zullen by het Beatrixplein, de Voorstad en op de Westsingel-hoek Piet Heinstraat. overstortpomputten in de moerriolen wor den aangebracht. De kosten van aanleg van deze moerriolen alleen worden reeds op f 570.000 geraamd. In drie jaar zal ca. f 700.000 uitgetrok ken moeten worden voor de zuiveringsin stallatie en de moerriolen. Gehoopt wordt dat de aanleg in vijf jaar klaar zal zijn. Hierna zullen de zijriolen aan de beurt komen. In een onderhoud met de adj. directeur van gemeentewerken, de heer J, Oranje, mochten wij een antwoord ontvangen op de vragen wat dit rioleringsplan nu eige- ïyk inhoudt en waarom de uitvoering niet langer kan wachten. Er zijn voor dit laatste velerlei redenen. Het behoeft geen nader betoog dat het uit het oogpunt van de Volksgezondheid on gewenst is voor een stad als Goes, het tonnenstelsel dat uit 1692 dateert nog lan ger blijft bestaan. Temeer ook, omdat het van de gemeente duizenden guldens vraagt per ton. Er 2yn nog 1300 tonnen, die de ge meente elk jaar f 15 20 per ton kosten en straks bij de nieuwe lonen nog meer! Hiertegenover staat slechts een retributie van f 2,50 per ton, De reinigingsdienst moet ook de septictanks ledigen. De eigenaar betaalt hiervoor wel f 3.50, doch daarop kan de gemeente nog f 6.aan arbeidsloon toeleggen. Door dit alles komt de reinigingsdienst te Goes op niet min der dan ca. f 4.75 per inwoner! Daar komt nog bij, dat de bestaande riolering onvoldoende functionneert. Bij de aanleg, even voor de eerste wereldoor log. is namelijk geen rekening gehouden met de afvoer van het regenwater. Het buizennet zit voor de helft of driekwart vol met grond en kan het hemelwater niet verwerken. Met uitzondering van enkele nieuwe gedeelten, zal daarom ook de bestaande riolering in het kader van het nieuwe plan dienstdoende als. zü riolen geheel vernieuwd moeten worden. Hier onder valt practisch de gehele binnen stad. De eerste vijf jaar zal men aan deze vernieuwing echter nog niet toe zyn, omdat eerst de hoofd- of moerriolen ge legd moeten worden HET NIEUWE PLAN. Wat behelst nu het nieuwe riolerings plan? In de eerste plaats de bouw van een zuiveringsinstallatie. Hiervoor is een ter- Lucifer bij het kruit. Naar aanleiding van een cir culaire, die de burgemeester van de gemeente Udenhout tiuis aan huis heeft laten be- jorgen en waarin hij zijn ge meentenaren aanspoorde de nog steeds aanwezige munitie en an der gevaarlijk oorlogstuig in te leveren, meldde zich ten burele van de' commandant der rijks politie een landbouwer aan, die een partij kruit bij zich had, voldoende om de geheele ge meente in de lucht te doen vlie gen. Het kruit was verpakt in jute zakken. De landbouwer zag het gevaar blijkbaar niet in: toen hij de zakken met kruit had gedepo neerd bij de politie, stak hij rustig een cigaret aan en wierp hij de brandende lucifer in de richting van de zakken. EEN BEGIN WORDT GEMAAKT. Begin 1950 zal begonnen worden met het moerriool in de Scheldestraat en de Zuidvlietstraat, waarna in de herfst van 1950 het moerriool in de Vogelzangsweg en de Voorst, gelegd kan worden.Zoals be kend, is op de begroting 1950 twee ton uitgetrokken voor de eerste werkzaam heden aan de zuiveringsinstallatie. Mocht in September 1950 de grondaankoop voor dit terrein nog niet geregeld zijn, dan ligt het in de bedoeling, het hiervoor uitge trokken bedrag alvast te besteden voor het doortrekken van het moerriool aan de Voorstad naar de Scheldetsraat, zodat de nieuwe leidingen in Oost en West met elkaar verbonden worden. Behalve de nieuwe bouwplannen in het Oostelijk en Westelijk stadsgedeelte, is ook de streng Ravelijn de Groene Jager en Brouwers gang dezer dagen reeds gereed gekomen. Zouden zich nu moeilijkheden in de bin nenstad gaan voordoen, dat zal het op vrij snelle wijze mogeiyk zijn, een verbin ding tot stand te brengen met het nieu we hoofdriool in de Scheldestraat. In totaal wordt in 1950 begonnen met de aan leg van 950 m. hoofdriool. Wanneer de verbinding Oost-West reeds mocht door gaan. komt er nog plm. 800 m. bij. Op de begroting 1951 zal waarschijnlijk een be drag worden gevoteerd voor de streng ScheldestraatWeststraat. Moeilijkheid vormt straks zeker nog de betaling van de huisaansluitingen. De huiseigenaren zullen de kosten voor een zeer belangrijk deel zelf moeten dragen, alhoewel de gemeente er in bepaalde ge vallen niet aan zal kunnen ontkomen een deel in de kosten bij te dragen. Daar de huizen met een rioolaansluiting ontegen zeggelijk in waarde zullen stijgen, zal het zeker alleszins biliyk zijn, dat de huis eigenaren zich hiervoor een offer ge troosten. 55loste tenslotte een dreunend schot. Hij gaf de bal zo'n verschrikkelijke schop, dat het eigenlijk een wonder was dat het ding het over leefde. Boemm! ging het en binnen in de tribune barstte een ruit! De doelverdedlger van de Wall- mill Albion probeerde nog naar de bal te duiken maar gelukkig voor zijn vingers, mislukte dat en met een gierend geluid vloog het leer in zijn doel, waar het een ogenblik in het net bleef kleven. Siam bedreigd Nu de Chinese provincie Joenan in handen van de communistische troe pen is gevallen en geheel Zuid-Chlna daarmee voor Tsjang Kai Tsjck ver loren is gegaan komt Z.O.-Azië wel zeer dicht by de gevaren-zóne te lig gen. Frans Indo-China, Siam en Brits Birma zyn de gebieden, die onmid dellijk bedreigd worden en waar aan de grenzen maatregelen genomen zul len moeten worden om de rode vloed te keren. Het valt voorlopig nog niet direct te vrezen, dat Mao Tse-toeng zijn troepen bevel zstl geven de gren zen te overschrijden; de internationa le complicaties die daaruit voort vloeien zijn voor het nieuwe regiem te riskant en zouden te veel hooi op de vork brengen. Er is echter een an dere manier om de buurlanden rijp te maken voor een communistische omwenteling en wel die van propa ganda en infiltratie. De bevolking van Siam immers bestaat voor een derde uit Chinese immigranten, die van Malakka voor bijna de helft en in Birma en Indo-China vormen zij actieve gemeenschappen. Deze Chine zen zijn geenszins allen volbloed com munisten, maar de opmars van Mao heeft hen toch gestreeld in het ge voel van nationale eigenwaarde. De idee van een nieuw Groot-Azië zonder Westerse invloed is na de ver pletterende nederlaag van Japan wat op de achtergrond geraakt. De com munistische heersers in China heb ben dezelfde idee in andere gedaante weer opgenomen. Dit keer zal het een rood Groot-Azië zijn onder Chi nese leiding. Het spreekt vanzelf, dat de gedachte aan een leidende rol voor Chinezen van allerlei schakering zeer aantrekkelijk is. Een goed voorbeeld is Siam. Daar is politieke onrust ontstaan als ge volg van geruchten over een op han den zijnde staatsgreep. Militaire leiders hebben het over de druk van een „Chinese vijfde co lonne" en vrezen, dat op den duur aan die druk moeilijk weerstand te bieden zal zijn. En die vrees is inder daad gerechtvaardigd. Jarenlang is Siam de enige onaf hankelijke staat in Z.O.-Azië geweest. Die onafhankelijkheid werd echter niet zozeer gehandhaafd door ver toon van militaire kracht dan wel door een behoedzame politiek van meedraaien met de wind. Toen een aanval van de Japan ners onafwendbaar scheen vroeg pre mier Phibul Songgram aan de Brit ten wat voor hulp hy kon verwach ten. Londen zond een hartversterken de boodschap van Churchill, maar geen wapens en geen manschappen. Premier Phibul sloot daarop ijlings een ovei'eenkomsi met de Japanners, waarbij strijd vermeden werd. De troepen kregen recht van doortocht, maar Siam behield een aanzienlijke mate van onafhankelijkheid en ont snapte aan een volledige Japanse be zetting met alle gevolge daarvan. Na de overgave van Japan werd Phibul korte tijd als collaborateur ge vangen gezet, waarschijnlijk uitslui tend om de geallieerden te behagen. De meeste Siamezen namen hem zijn collaboratie niet in het minst kwa lijk, omdat het hun het enige ver standige leek, wat destijds te doen stond. Thans is Phibul trouwens weer onbetwist premier. De vraag is of de Siamese leiders, nu zich aan de grenzen opnieuw een bedreiging aftekent, niet dezelfde ge dragslijn zullen kiezen en het met de Chinese communisten op een ac- coordje zullen gooien. Militair kan Siam niet veel weer stand bieden. Het leger, bestaande uit ongeveer 30.000 man, is slechts bewapend en alleen voldoende om de orde in het binnenland te handhaven. Zonder afdoende verzekeringen van steun uit het Westen zal Phibul zeker een beleefde buiging maken voor Mao Tsje-toeng. Het overgaan van Siam naar het communistisch kamp zou voor Enge land, Frankryk en de V.S. een stra tegische ramp zijn. Malakka, dat éen lange en grillige nauwelijks afgebakende grens met Siam heeft en dat toch al een nacht merrie is voor het Britse ministerie van koloniën zou bloot komen te staan aan nieuwe communistische invallen. De val van Siam zou een kettingproces in werking brengen, dat moeilijk te stoppen zou zijn. Wanneer straks de reizende am bassadeur di*. Jessup van zijn reis door Z.O. Azië in Washington is te ruggekeerd zal hij ongetwijfeld advi seren Siam zo snel en zoveel moge lijk te steunen. Canada wil jaarlijks 10.000 Nederlanders opnemen. DE ANIMO BENEDEN VERWACHTING. Zo langzamerhand zijn er meer dan 35.000 Nederlanders in Canada. Of eigenlijk kan men, wat betreft een deel van hen, niet meer van Neder landers spreken Velen zijn Canadees staatsburger geworden en voelen zich in hun tweede vaderland uitstekend thuis. Maar zij blijven Nederlanders in hun hart. Zij vergeten hun taal en hun Nederlandse gewoonten niet. Zij hebben een stukje Nederlandse cul tuur naar dit wijde land gebracht en zich een naam verworven waarop Ne derland trots mag zijn. Van officiële zijde zijn zij de beste kolonisten ge noemd die Canada ooit had en gebie den rond Hamilton en Toronto zijn er om deze bewering waar te maken. Men heeft de Nederlanders hier graag en, zo zeide ir. A. S Tuin man. de Nederlandse landbouw'attaché in Ottawa, in een vraaggesprek, ..voor een lange reeks van jaren wil Canada elk jaar 10.000 Nederlanders opne men". Het merkwaardige feit doet zich echter voor, dat in Nederland de animo voor emigratie naar Canada minder is, dan waarop men dacht te kunnen rekenen. De aanvragen voor het volgend jaar zijn verhoudingsge wijs gering. De taxibedrijven te Soerabaja heb ben besloten voor onbepaalde tijd hun be- dryven stop te zetten in verband net het toenemnd aantal diefstallen van wagens. Robert Menzies heeft een nieuwe Australische regering gevormd bestaan de uit 15 liberale ministers en 5 ministers van de agrarische partij.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 3