Ons land kan plastic-land worden TE BATH WORDT GEKERKT IN EEN OUD CAFE MADAM MARAZANGERES VAN ZUNE MAJESTEIT DONDERDAG 24 NOVEMBER 1949 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 Gesprek met prof. Hohenstein, Amerikaans plastic-geleerde no. één Oak besprekingen met de Nederlandse regering. (Van onze reizende redacteur) AMSTERDAM, Nov.. Naar wg vernemen heeft prof. dr. W. Peter Ho henstein, hoogleraar in de physische chemie aan de Polytechnische Hoge- echool van Brooklyn te New York, die beschouwd kan worden als Ameri. ka's beste plastic-geleerde, dezer dagen een langdurig onderhoud gehad met prof. dr. J. R. M. van den Brink, minister van Economische Zaken, en met prof. dr. G. Brouwers, secretaris-generaal van hetzelfde ministerie. Het gesprek in de ministeriële werkkamer handelde over de mogelijkheid van de stichting van een groot basis-bedryf voor de Nederlandse plastic- industrie. De heer Hohenstein treedt op aLs adviseur van dergelijke onder, nemingen in tal van landen, Amerika, Engeland, Frankrijk, sommige Zuid- Amerikaanse staten en Italië (waar men echter nog niet aan de slag is); sommige der fabrieken zjjn op zijn initiatief tot stand gekomen. Nu is hjj dan in Nederland; d.w.z. sedert eind October vliegt hij van het ene Europese land naar het andere, blijft overal een paar dagen, ver dwijnt dan weer, komt terug en zo verder. En af en toe is hij dan hier. Op 6 December zal hij met de „Nieuw Amsterdam" terugkeren naar New York om er zijn college's te hervatten. Een paar uur voor hij bij de minister binnenstapte had ik de gelegenheid een half uur rustig met hem te praten in de hall van het Amstelhotel te Amsterdam. „Europa", vertelde hij mij, „is op het gebied van plastic op het ogen blik net zover als Amerika op het einde van de oorlog: en een begin stadium van ontwikkeling. Bij ons is de vervaardiging van de ruwe stof met sprongen omhoog gegaan. Wij produceren nu 400 a 500 procent meer dan vijf jaar geleden. f>e ver werkende industrieën nemen nu al per jaar 700.000 ton ruwe plastic per jaar af en het groeit nog steeds". „Hoe is deze Industrie in de V.S. georganiseerd?" wilde ik weten. „De vervaardiging van het basis product, het onbewerkte materiaal, is in handen van een paar grote con cerns, zoals Dupont de Nemomo. Maar de vervaardiging van de uit plastic vervaardigde voorwerpen ge schiedt in duizenden grote en kleine fabrieken geen gecamoufleerde doch terondernemingen, maar werkelijk on afhankelijke bedrijven. Er zijn er met 3000, maar ook met 20 arbeiders. De verwerkende industrieën hebben ze ker acht tot tienmaal zoveel arbei ders in dienst als de fabrieken van het ruwe materiaal." „En hoe staan naar uw oordeel de zaken in Europa ervoor?" „Europa heeft nog een geweldige achterstand in te halen. De produc tie van ruwe plastic bedraagt hier slechts enige procenten minder dan een twintigste, vermoed ik van de productie in de Verenigde Sta ten. Dat kan veel en veel meer wor den. Wij hebben 150 millloen inwo ners. West Europa meer dan 200 millioen. Er ligt hier een grote markt open. En. wie er het eerst bft is maakt de beste kans". NEDERLAND „Hoe is de kans voor Nederland?" „Zeer goed! Er is in West-Europa f een enkel land, dat alle grondstof- en voor de bereiding van plastic kan leveren, maar Nederland bezit zeker negentig procent. De hoofdzaken zijn steenkool en aardolie en die zijn hier te vinden. Een verwerkende industrie is er ook al, zij het nog op kleine schaal; zij moet nog veel importeren, maar dat zal niet meer nodig zijn als er eenmaal een grote basisindu strie is. Nu geeft zij nog veel devie zen uit, over een jaar of wat kan zij er veel inbrengen. En dat is voor een land als Nederland van groot belang". Prof. Hohenstein sprak niet over het feit, dat de B.P.M. reeds een fa briek van pelyvinilchloride te Pernis heeft gebouwd, die weldra zal gaan produceren. „Zijn hier nog andere factoren van betekenis dan alleen de aanwezigheid van de belangrijke grondstoffen „Ja, vele zeifs. Daar is de geogra fische ligging van het land in het hart van West-Europa. Daar is het feit. dat hier het economische leven wordt geleid door academisch ge schoolde krachten met vooruitstre vende denkbeelden. Daar is de aan wezigheid van 'n man als dr. ir. Roe lof Houwink directeur-generaal van de Rubberstichting, een geleerde van internationaal formaat, wiens boek over plastic weldra in het Engels zal verschijnen. En dahr is het feit, dat hier elk jaar een symposion wordt gehouden voor Europese bedrijfsche- mici, die zich met de leer der grote moleculen bezig houden. De eerste bijeenkomst van die aard, die ook door 6 of 7 Amerikanen is bezocht was er een, die op een hoog peil stond. Nederland bezit alle factoren om een belangrijk pLasticland te worden. Ik druk dan ook alle overheidspersonen hier op het hart op te schieten met hun voorbereidingen; de markt ligt nu nog open". (Nadruk verboden) Kolendistributie in W.-Duitsland eindigt 1 Januari a.5. Het Westduitse ministerie voor eco nomische zaken heeft aangekondigd, dat de kolendistributie in West- Duitsland op 1 Januari 1950 zal ein digen. ;i:P MS*. Het ontwerp van het kerkgebouw der Vrü Evangelische Gemeente Bath. Plannen voor nieuw kerkje Wanneer des Zondags de wind door de vlakke polders rond Bath giert, voelen de vrouwen die de kerkdiensten van de Vrije Evang. gemeente in dit dorpje bezoeken, zich niet altijd even goed op hun gemak. Zo erg ver wonderlijk is dit niet. als men hoort hoe men zich de laatste paar jaar moet behelpen in 't oude café van de wed. Kok. 't Oafé is zo bouwvallig dat 't gestut moest worden! Het zou zeker niet overbodig zijn wanneer men zo af en toe de paraplu in de kerk zou opzetten, om zich tegen 't bin- nensjjpelende hemelwater te beschermen. En de deur van het gebouw? De anderhalve paneel welke hiervan nog over bleven, kan men geen deur meer Hoe of het vandaag-aan-de-diag kan bestaan, dat men onder dergelijke primitieve omstandigheden kerkdien sten moet houden, is gauw verteld. De Vilj Evang. gemeente bezat een eigen kerkje, schenking van de heer W. van Strien, een ran de mannen die in November 1891 de Vrije Evang. Kerk vereniging stichten. In October 1944 kwamen de ge vechten rond de Kreekrakdam. Het dorpje Bath werd onder vuur geno men en hierbij werd al direct de voor gevel uit het kerkje geschoten. Het orgel was toen nog in tact. Enkele dagen werd het met bommen be stookt en toen was het gebouwtje grotendeels verwoest.. De bestuurskamer was niet zo ernstig verwoest, doch alles wat daar in nog aan hout aanwezig was, werd door de soldaten die in de eerste da gen gebrek aan brandstof hadden, weggehaald en opgestookt. Daar zat men zonder kerkgebouw. De eerste tijd na de bevrijding werd kerk gehouden in de woning van de heer J. Walraven en later in het huis van de toen inmiddels naar Bergen op Zoom vertrokken oude voorganger, de heer J. Verboom. Ook dit huis moest weer ontruimd worden en daar op legde men beslag op het oude ca fé Voorlopig was men onderdak, al was dit laatste meer figuurlijk dan letterlijk. Vrijwel direct na de bevrijding werd aan de architect Jac. C. van der Hout te Goes opdracht gegeven tot het maken van een herbouwplan. Er moest een nieuw kerkje op Bath komen. Dit was niet alleen de me ning en het verlangen van de 20 le den van de Vrije Evang. gemeente, doch van alle Bathbewoners. Dit laatste tekent de geest en de sfeer op dit dorp. Een kerkstrijd kent men daax niet. Men heeft er één.mannen- en vrou wenvereniging en één jongensclub, waarvan alle dorpelingen ongeacht van welke richting, lid zijn. Men respecteert eikaars principe en vormt er een ware gemeenschap. Daarom was men het er unaniem over eens: Bath moest weer zijn kerkie krijgen. Een inzameling onder de weinige bewoners welke dit dorpje telt zij zijn voornamelijk arbeiders bracht niet minder dan 2000 op. Er werd een plan gemaakt, doch naarmate duidelijker werd dat de vergoeding van de geleden oorlogs schade slechts een betrekkelijk klein deel van de bouwkosten zou bedra gen, durfde men aan dit plan geen uitvoering te geven. Er is nu een aanmerkelijk soberder plan gemaakt Vorige week stortte een Amerikaanse B-29 superfort ongeveer 650 km. ten Noord-Oosten van de Bermuda's in zee. De bemanning werd gevon. den nadat zij drie dagen in rubberboten op zee had gedreven. Twee leden der bemanning werden gedood toen de staart van het vliegtuig afbrak. De piloot John Grable vertelde later dat talrijke vliegtuigen over hun rubberbootjes vlogen zonder hen op te merken. Het eerst werden zij ont dekt door een B-17 oommenwerper en een oorlogsschip. Met de Canadese oorlogsbodem Halda werden zjj naar Hamilton (Bermuda's) gebracht. Eén der „vliegtuigbreukellngen'wordt van boord gehaald. adt men binnenkort hoopt uit te voe ren. Men zal voorrang voor de bouw krij gen in verband met het gevaar dat het kerken in het oude café oplevert. Verwacht wordt dat de volgende maan de aanbesteding zal plaats vinden. Voor het kerkje dat 88 zitplaatsen krijgt, is een plek aan de Voorstraat aangewezen, welke het stedebouw kundig zeer goed zal doen. Behalve het gebouw zelf, zal er ook een ge heel nieuwe inrichting moeten komen. Alleen de Bijbel kon gered worden. De herbouw zal grote lasten met zich meebrengen, voor de gemeente. Gehoopt wordt daarom op steun van buiten. Het doet intussen weldadig aan, de leden van deze kleine gemeente met enthousiasme te horen spreken over het kerkeleven. Iedere Zondag bevolken zestig tot tachtig mensen van alle richtingen het bouwvallig huisje. En hoe primi tief het er ook is, er worden elke week weer predikanten of studenten gevonden, die naar Bath willen ko men om daar te preken. Geen Vrij Evang. preek, doch een algemene zo dat alle bewoners van Bath er naar willen luisteren. Van 1927 tot 1943 had de gemeen te een eigen voorganger, namelijk de lerend ouderling J. Verboom, die in Augustus van laatstgenoemd jaar met emeritaat ging. En sedertdien komen de voorgangers uit alle delen van het land. Daaraan zijn wel be langrijke kosten verbonden, doch de MUZIEKFEUILLETON. Romantisch boek over d ienaars der muziek. Impromptus zonder noten. „Het is makkelijker a an twee hon derd duizend soldaten mijn toil op te leggen dan aan dit éne vrouwtje", zei Frederik de Grote van zijn zangeres Madam Mara en wanneer de „ko ninklijke bullebak" zoiets zei, dan was het wel waar. Nu hield de grote Frederik toei van krasse uitspraken, want toen men hem een paar jaar te voren had gevraagd of hij deze Duit se zangeres niet eens wilde horen zingen, had hij verklaard, dat hij nog liever het gehinnik van zijn paard hoorde, dan de zang van een Duitse prima-donna. De muzikale Frits ca pituleerde echter, want hij zou en moest een zangeres voor zijn opera hebben en er waren geen buitenlandse krachten beschikbaar. Dus moest Ma dam Mara toen nog Elizabeth Schmeling maar eens komen voor zingen. Zij kwam, zong en overblufte de koning. Toen sprak Frederik de Grote opnieuw een kernachtig woord: „Zij is een heks of een zangeres". Een heks was Elizabeth allerminst. Zij was in Kassei geboren, waar haar vader stadsmuzikant was. In haar jeugd had ze meer slaag dan eten ge had en bovendien leed ze aan rachi tis. In die jaren had Elizabeth zich zelf wat vioolspel geleerd en toen ze 5 jaar was exploiteerde haar vader haar als een „wonderkind met lamme „Gerrit de Kraai" is dood. „Gerrit de Kraai", de be kende gevederde metgezel van het gezelschap Hans Kaart, die al de avonturen, op de reis door Afrika meegemaakt, op wonderbaarlijke wijze had overleefd, is nu wel zeer tra gisch aan zijn einde gekomen. Hij werd op een nacht in zijn kooi door een rat aangevallen, die hem in de keel beet. De be handelende geneesheer gaf hem goede hoop op een volledig her stel. Het zou dan ook wel goed gegaan zijn, wanneer de vogel maar niet in een kippenhok was gezet, dat besmet was met een kippenziekte. Tot grote droefheid vas alle leden van het gezelschap is Gerrit nu aan de ze ziekte gestorven. kerkgangers kennen hun plicht. „Elke Zondag zij wij uit de kosten geko men". zo merkte een der bestuursle den ons op. Een kleine gemeente in een klein dorpje in de uiterste hoek van Zuid- Beveland, waarvan vele grotere ge meenten nog zouden kunnen leren! Veel van wat ge in Europa over Amerika hoort is niet waar. Maar dat de Amerika nen nogal eens opschep pers zijn is wel waar. De zucht naar 't re cord en naar de over treffende trap krijgt de Amerikaan bij zijn ge boorte mee. Hij heeft grote eerbied voor de mooiste, de grootste, de duurste en voor alle ste's die achter alle bij- voegelijke naamwoor- tnrdegneP'aai£ eëS aj noegen in vinden, (14) DOOR Mr. E. ELIAS zijn een beetje te zacht om niet te verlangen naar een heerlijke Hol landse goudreinet of naar zo'n knapperig bellefleurtje, de peren als u niet heel goed oppast dan koopt u ze erg melig. De ra dijsjes zijn een tikkel tje voos als ik 't zo zeg gen mag en geeft u mij maar de geurige aard- bijen van Beverwijk en Breda, de kersen van de Betuwe, de asperges van Bergen-op-Zoom en Loosduinen U moogt het niet ver schrijf dit de 20e Janu- noeKeii ui vuiucii «i a"- Het heeft die hele ontaardt dan nog al nager naar bordpa- maand vrijwel voortdu- der vertellen maar eens in jokkebrokke- -r smaaw ^an ma. rend geregend uit een in dit vruchtenparadijs rijen, waar ge u m het ge__te Hollandse kiü loodgrijze hemel en het eten de meeste mensen begin blauw aan ergert. 'tuurliik Okay is kil en vochtig, en de ingeblikte vruchten. En SSarw°an».e liëf John.'... die kalkoen is Pfhnen, die er op een in dit groentenparadijs dat blauw liet licnt- heerliikste eenrie- plaatje zo warm en zo eten we asperges en dü5Uwdn Hef wit' to ste. lekkerste' vogel in tropisch uitzien, staan erwtjes en bonen uit dig wit. Het wit der wprpiddpipn pjn nu naargeestig te drui- blik, want die zijn aanvaarding en der ge- ^e. ^ef fok met' Calb Pen- onder °ns lek" woonte. Zo is er veel for*jë Nietwaar, alle En die heerlijkste, kerder dan de verse. San Franciscanen zeg- vruchten.... Nee, ziet Wanneer u mij belooft dat is ook dat door de gewoonte smaak kl<iëërliesT X 8™ het: mee, hier hebt dat is ook er niet over te fvanneer nu een me- u nooit winterjas met helemaal waar. De spreken, dan wil ik u neer in San Ik-ancSco nodiS"- Maar intussen sinaasappelen zien er wel vertellen dat Cali- 4= zegt dat zijn baai de fornië voor het groot- grootste baai van de ste gedeelte eigenlijk 't wereld is. dan schenk geen paradijs is, maar ik hem de serene ver- Wof mooisie hei arooisie eerlijk gezegd n woes- bazing, waarmee hij mooisie, nei grootste tun met hier en daar gelukkig is. Wanneer het lekkersie grotf. vruchtbaar ge- hij zegt dat zijn stad maakte stukken. de schoonste van de Ik heb hier het mooi- sj- wereld is, zeg ik als een ste strand van de we- beleefd gast: „Sure, reld bezocht cn een ben ik heel blij dat ik prachtig goudgeel uit, Scheveninger of een San Fransico is de m'n oude dikke Hol- de mandarijntjes, diep- Katwijker zou me uit- mooiste stad van de we- landse jas niet heb oranje met fel groene lachen. En in de steil- reld" en dan gaan mijn weggedaan. Ik kan hem blaadjes, zijn een schil- s^e> rotsachtigste kust glimlachende gedachten op zo'n koude Januari- derijtje, de appels zijn vau de wereld zou ik naar Amsterdam, naar avond best velen. En u groot en dik en rood Keioven als ik met op Middelburg, naar Ro- denkt allemaal: Califor- en glimmen en glanzen kust van Normandië >i« me, naar Stockholm, nië, da's eeuwige zon als de wangen van mijn aa Sestaan- Ik blijf beleefd ver- uit een eeuwig-blauwe Hollandse buurmeisje Waarmee ik heel be- j.;: baasd als hij brallend lucht; dat is een para- vroeger; en de aardbei- scheiden en zachtfluis- van trots, verklaart: dijs waar het altijd en zijn zó groot; en de terend zeggen wil dat „de grootste molen ter warm is, waar de heer- peren zien er zo prach- 't niet allemaal-precies wereld", of als hij, lijkste vruchten, de tig uit en al die over- waar is, wat ze van wanneer we over de sappigste, geurigste si- dadige vruchten kosten Californië zeggen. Marketstreet wandelen, naasappelen en manda- haast niets. Maar moe- Maar dat er heel veel heel hard uitroept: rijnen aan de bomen der natuur heeft zich moois ook is, dat ver- „nou lopen we door de hangen, wiegelend op uitgeleefd aan 't uiter- zeker ik u. Zo heb ik drukste straat op aar- de zoete zephyr. lijk der dingen en voor de zogenaamde Misson- de". Ach ja, ik ben er het binnenwerk heeft trail, een lange auto- aan gewend. De taaie Ja, kijkt u eens zij geen kracht en geen tocht langs oude kloos- Amerikaanse biefstuk tot 20 December dacht inspiratie meer gehad, ters uit de Spaanse tijd, is de sappigste biefstuk ik dat óók van die zon voor een groot deel af- van beide halfronden en die blauwe lucht. De mandarijnen en de gereden. En dat is heel jjj en de kalkoen, waar al- Maar toen is het regen- sinaasappelen zijn wel mooi en bijzonder in- le Amerikanen hun seizoen begonnen en ik eens droog. De appelen teressant. beentje»". Dank zij de hulp van enige rijke burgers kon zij kuren in een van de badplaatsen, waardoor haar rachitis genas. Op haar veertiende jaar werd zij als zangeres ontdekt. Zij nam les en werd al spoedig we reldberoemd. Elizabeth had dus car rière gemaakt, voordat zij bij de „ou de Frits" kwam. Daarom was ze in het geheel niet bang van hem. Ze had lak aan de hele Pruisenkoning en vond hem alleen maar goed genoeg om hem voor haar wagentje te span nen. Het gekke van het geval was, dat Frederik de Grote het proto type van de Pruts dat wagentje ook trok. Hij trachtte zich wel eens te verzetten, maar dat lukte toch niet. Tegen zijn wil huwde Elizabeth met de avonturier Ignatius Mara. Frede rik had dit huwelijk zelfs verboden. Hij kende de streken van de Tsjech door en door, want deze was werk zaam bij de muziekkapel van zijn broer. Met Elizabeth viel echter niet te redeneren en zij trachtte te ont vluchten met haar aanstaande. De koning greep in en liet Mara arreste ren. Niet erg, vond Elizabeth en dreigde met weggaan. Dat zou toch 't einde betekenen van de juist weer florerende hofopera. De zangeres wist, de situatie handig uit te buiten. Zij eiste als ruil voor de verlenging van haar contract vrijlating van haar ver loofde, toestemming tot het huwelijk en als klap op de vuurpijl een grati ficatie. De oude koning kon niet an ders doen dan toegeven. Hij kon heel Pruisen dioingen, deze dame echter niet. Toen begonnen de emoties voor Frederik de Grote opnieuw. De man van Madam Mara stookte zijn vrouw op en de incidenten waren niet van de lucht. Elizabeth bleef tenslotte niet in Berlijn, zij zong aan tal van Euro pese hovxm en in vele steden, doch kwam toch op het tweede en derde plan terecht, om in 1833 bijna 84 jaar oud in Reval te sterven. Het bovenstaande is de korte in houd van een der verhalen, die de musicoloog Cor van Berkel schreef onder de titel „Impromptus" en welk werk kort geleden het licht zag bij de N.V. ,3oek en Periodiek" in Den Haag. Schubert noemde een aantal van zijn mooiste piano werkjes even eens „Impromptus", doch het luiste ren naar deze composities en het le zen van de pennevruchten van Cor van Berkel zal niet dezelfde indruk achterlaten. Wanneer Schubert's mu ziek heeft geklonken, is ieder onder de indruk van de gratie en de schoon heid die de componist heeft samen gebracht in deze parelende piano stukjes. Wie kennis heeft genomen van de essays van Cor van Berkel zal ongetwijfeld de verzuchting slaken. „De muziekgeschiedenis heeft rare kostgangers Van deze muziekgeschiedenis kan men op allerlei manieren kennis ne men. Men kan b.v. officiële hand boeken raadplegen vaak lijvige folianten waarin deskundige en zeer bekwame auteurs dikwijls met be hulp van muziekvoorbeelden uiteen zetten hoe de ontwikkelingsgang der muziek kan worden verklaard. Deze handboeken echter blijven voor het merendeel van het publiek gesloten. Een vlotte en populaire verhandeling dat wil men hebben. Wie zo'n boek schrijft kan er zeker van zijn dat het gelezen en gekocht wordt. De oplaag van een werkelijk niet goedkoop werk b.v. ads „Muzikale Ommegang", dat onder redactie van de musicoloog van Ravenzwaay tot stand kwam, was b.v. onmiddellijk uitverkocht en zal een jaar na de verschijning reeds een tweede druk beleven. Een dergelijk werk kan dus min of meer als „ver taling" beschouwd worden van de „of ficiële" studiewerken. Cor van Ber kel geeft in „Impromptus" ook een vertaling, maar hij doet dit op een zeer eigen manier. Hij brengt in zijn boek veertien figuren uit de geschie denis naai1 voren de meeste zijn bijna allen vergeten en hij belicht ze zodanig, dat de lezer een beeld krijgt van het culturele leven in het bijzonder van het muziekleven van de tijd, waarin het verhaal speelt. Zo brengt hij ongemerkt allerlei gro te gebeurtenissen, die in de grote handboeken zeer officieel worden be handeld, geheel terloops maar toch vaak getypeerd ter sprake: b.v. de bloeitijd van de Opera Seria van het Oratorium, de dikwijls vergeten ope rette enz. Van Berkel is een smake lijk verteller en heeft de thema's voor zijn „Impromptus" zorgvuldig gekozen. Men kan in dit boek lezen over de grote Mozart en over de ver maarde Noorse vioolvirtuoos Ole Buil, over George Friedrich Handel en over Albert Lortzing. Groten en kleinen, podiumvirtuozen en waarachtige meesters der muziek, veertien in to taal, worden door de auteur naar vo ren gebracht. Wie dit boek heeft uit gelezen, heeft amusante avonturen en tragische belevenissen achter de rug met mensen, die allen op zeer ver scheiden wijze de muziek in de loop der tijden hebben gediend. NEET OVER DE MUZIEK Het heeft blijkbaar niet in de be doeling van de schrijver gelegen om over de muziek zelf te schrijven. Hij wil trachten door deze „Impromp tus" een „cultuurbeeld" te geven. Slechts een enkele maal gaat hij wat dieper op een muzikaal probleem in, b.v. bij Handel en Mozart. Het essay over de laatste is niet geheel vrij te pleiten van een zekere arrogantie. Hier somt de auteur zo en passant eventjes op, wat hij allemaal over Mozart in zijn boekenkast heeft staan en vertelt hij hoeveel beroemde Mo- zart-diri genten hem dit hebben ver teld. Deze opmerkingen evenwel terzijde. „Impromptus" is een boek geworden, dat zich laat lezen als een spannende roman. Een vlot en goed werk.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 7