Schone Slaapster in het bos wordt te Lisse gewekt JIMMY BROWN, sportheld no. 1 Bloembollenhandelaren houden tien jaren achtereen tentoonstelling Zeeuwse Almanak VOOR HET KOVDE JAARGETIJDE HOE COLIJNSPLAAT GERED WERD VAN VERNIETIGING DINSDAG 15 NOVEMBER 1949 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 3 Grote plannen In de bollenstreek. (Van onze reizende redacteur) Het verhaal, dat mr. W. Lambooy, burgemeester van het bloembollen, dorp Lisse tussen Haarlem en Lelden, ons dezer dagen deed, klonk als het sprookje van de Schone Slaapster in het Bos. Als de Prins, die Doornroosje wakker kwam kussen, voerde hy de Bennebroekse tuinarchitect W. van der Lee ten tonele. En het troetelkind, dat hy tot nieuw leven gewekt heeft, ismaar gaat dat liever zelf ontdekken. In het voorjaar zet zy de poorten open van het sprookjesbos, in welks weelderig struweel sinds mensenheugenis niemand ooit een voet had gezet, om elkeen te ontvangen die belangstelling mocht hebben in haar kleurrijke schoonheid. Tien weken lang zal de receptie du ren, die Doornroosje van plan is het Nederlandse volk en zyn buitenlandse gasten aan te bieden In het begin van de vijftiende eeuw, toen de ongelukkige Jacoba van Beieren gravin van Holland was, bezat zij een jachthuis ergens in het oerwoud, dat zich achter de duinen langs Neerlands kust uitstrekte. Het lag er temidden van de eenzame bos sen, waar zich een menigte van her ten, reeën, fazanten, konijnen, een den en ander al dan niet gevleugeld wild ophield. Haar jagers hadden de opdracht er voor te zorgen, dat de keuken van het grafelijke slot Teylin gen bij het naburige Sassenheim steeds in voldoende mate van het kostelijke voedsel werd voorzien. Vandaar, dat de omgeving van dit jachtslot als „de Keukenbossen" werd aangeduid. Die prozaïsche naam is een wanklank in het sprook je, maar wij mogen de waarheid geen geweld aandoen. Jacoba stierf en haar bezittingen gingen van geslacht tot geslacht in andere handen over. Ruim honderd jaar geleden verkocht een baron van Schuylenburg het aan de familie Ten Hove, van dewelke het overging in handen van de familie Steengracht; het gezin, dat het jachthuis betrok, bestond uit zeven leden. Er waren vier zonen en een dochter Toen de ze vijf de huwbare leeftijd bereikt hadden kocht papa voor zijn oudste zoon het slot „Mooyland" bij Kleef, voor de tweede het landgoed „Heer- jansdam" in Gelderland, voor de der de do Hollandse burcht „Duivenvoor de" voor de vierde het Zeeuwse bui ten „Bierschoten". Aan zijn dochter bood hij „Keukenhof" aan, zoals het eeuwenoude jachthuis toen heette Het arme meisje vond, dat zij er maar bekaaid afkwam en wist haar vader te bewegen het aanzienlijk te verfraaien met torens en anderszins. Daarna trouwde zij met een baron van Pallandt, wien zij slechts een dochter schonk, die op haar beurt een graaf van Lynden huwde. De oude graaf en zijn echtgenote leven ook al niet meer, zijn zoon heeft zich op een boerderij onder Vught terugge trokken. Het jachthuis wordt nu be woond door een aantal arbeidersge zinnen. ZANDVLIET De bossen rondom zijn kleiner ge worden, maar nog beslaan zij een aanzienlijke oppervlakte. Zij vallen in twee delen uiteen: het eigenlijke „Keukenhof" ten Zuiden van de weg. die Lisse met Noordwijkerhout ver bindt en „Zandvliet" ten Noorden daarvan. Het sprookje nu. waarvan hier sprake is, speelt zich af op „Zandvliet" 'n bos van vijf en twintig hectares. Al vaak hadden de bloem bollenhandelaren en -kwekers van de streek het oog laten vallen op dit terrein, dat zich zo buitengewoon goed zou kunnen lenen om er een bloemententoonstelling te maken. En nu zijn zij er eindelijk in geslaagd de graaf te overreden het voor dat doel af te staan. Nog wel voor de tijd van tien jaren met vijf optieja ren .Toen zij zover waren werd het besluit genomen er gedurende ten minste tien achtereenvolgende jaren een bolbioemententoonstelling in te VOOR DE SCHOORSTEEN De wind loeit om het huis en de regen klettert tegen de ruiten.- Als ge de hond uit laat, weet hij, dié in de zomer met geen stok naar binnen te krijgen is, niet hoe vlug hij weer bij de kachel moet kruipen. De lamp gaat 's avonds vroeg aan en zowaar, de kinderen scharen zich al weer voor de schoorsteen en ge hoort de Sinterklaasversjes weer klinken, die ge vroeger zelf ook gezongen hebt. Als ge ze hoort, leg dan uw boek, of uw vulpen, of uw krant even weg en luister. De oudsten geloven al lang niet meer in de langbaardige heilige, al leen mijn jongste, die vier is, doet dat nog wel. Maar snoepen doen ook de twee oudsten graag en inderdaad, waarom zouden ze, als de jongste kans heeft op chocolade of suiker goed in haar kleuter schoentje, zelf ook niet een kans wagen met hun veel grotere schoenen? Ik begrijp niet. dat er mensen zijn, die Sinterklaas willen afschaffen, om dat het onpaedagogisch is om de kin deren een vals geloof bij te brengen. Het is hun eerste desillusie, zeggen de kinderkenners, als de jeugd merkt, dat de ouderen hen wat voorgelogen hebben. Zou er nu waarlijk ooit iemand slechter geworden zijn door dat geloof aan Sinterklaas Geniet er liever van als uw kroost voor de schoorsteen zit en zingt van trappelende paardenvoetjes, de maan die door de bomen schijnt, de stoom boten, die uit Spanje komen. De jeugd merkt toch al gauw genoeg, dat de wereld geen paradijs is. richten. Het toeval wil, dat de eerste keer voorjaar 1950 zal samen vallen met de viering van het vijftig jarig bestaan van de Bond van Bloom- bollenhandelaren, die grootse plannen heeft voor een luisterrijk feest. Deze bond, die driehonderd leden telt wij mogen wel zeggen, dat het drie honderd wereldreizigers zijn, want de Nederlandse bloembollen worden voor meer dan 98 pet in het buitenland verkocht zaJ dit jaar een omzet van tachtig millioen gulden (aan de viezen!) kunnen rapporteren; hij hoopt het in 1950 tot honderd milli oen te brengen. Er zijn in deze streek achtduizend bollenkwekers en zestig van de bes ten en grootsten daaruit zullen de voortreffelijkste voortbrengselen van hun tuinen tentoonstellen op „Zand vliet". Dezer dagen hebben wij er tijdens een Zuidwesterstorm rondge wandeld in gezelschap van „Sprook jesprins" Van der Lee, die qüalitate qua onder de modder zat. Hij, de di recteur van de Nationale Bloemen tentoonstelling „Keukenhof" (zo noe men ze me tenminste wel eens, zei hij bescheiden) vertelde, dat hij zijn eerste bezoek aan het bos had ge bracht met de bijl in de hand en het hakmes aan de riem."Je kon er an ders gewoonweg niet doorkomen, lichtte hij toe, het akkermaalshout was. meters hoog en zo dicht dooreen- gestrengeld, dat men het niet anders dan ontoegankelijk kon noemen. Ik ben er een paar keer in verdwaald geraakt. Toen heb ik er, vertelde de heer Van der Lee, een hoop mensen in gestuurd met bijlen om de boel open te gooien. Een kaart van het ge bied was er niet en een overzicht was niet te krijgen. Daarom moest ik van dag tot dag improviseren om er een smaakvol geheel van te maken. HOE HET WORDT. Hoe hij geïmproviseerd heeft heb ben wij gezien. Op vele plaatsen heeft het hakhout plaats gemaakt voor gazons met bedden, waarin vak mensen bezig waren de bollen te planten, die in het voorjaar hun prachtige bloemen ten toon zullen spreiden. Een rij beuken vormt nu een laan met 24-000 tulpen langs de kant in 24 verschillende kleuren en soorten, om een enkel voorbeeld te noemen. Om er nog een naar nuchtere din gen van te vertellen: de bouw van een semi-permanent restaurant is aanbesteed, een 3 hectares groot par keerterrein is in aanleg, de weg er- naam toe wordt aanzienlijk verbreed en verbeterd, er komen waterleiding en electriciteit, de treinen zullen weer in Lisse stoppen Het volgend jaar komt er bovendien een uitzichttoren, vanwaar men ee:i groot deel van de bloeiende bollenvelden kan overzien. En het bestuur zoekt samenwerking met de kwekers van rozen en andere sierstruiken. opdat men naderhand de hele zomer ooen kan blijven tel kens met andere bloemsoorten. Reeds is er een half millioen in „Zandvliet" geinvesteerd. maar niemand maakt zich ongerust over de vraag of dat geld er wel weer uit zal komen. (Nadruk verboden) Een kijkje in het bos van „Zandvliet" te Lisse, zoals het er op het ogen blik uitziet. Rondom de vyver worden de bloemperken aangelegd. De winter-garderobe bezorgt ons ditmaal minder last dan die van ver leden jaar. Een oud japonnetje kan rustig nog eens dienst doen, vooral wanneer wij de rokken een tikkeltje inkorten en 'n a-symmetrische versie ring aanbrengen. Een a-symmetri sche versiering, dat wil zeggen dat d<> linker en de rechter kant van de ja pon niet aan elkaar gelijk zijn. Wij kunnen dat bijvoorbeeld bereiken, door een 30 centimeter brede lap van dezelfde stof als de japon in een van de schoudernaden te rimpelen. Het wordt dan een afhangende sjaal, die onder de ceintuur wordt doorgetrok ken. Is het een stof die zich daartoe leent, dan kan de onderkant over een breedte van 5 centimeter worden uit gerafeld. Het is een wijze van ver sieren. die wij in verscheidene Fran se collecties zagen toegepast. Maar, al is er veel te gebruiken van verleden jaar. een nieuw japon netje hoort er bij. In de winkels is daartoe veel plaats ingeruimd voor die heerlijk warme japonnen deux piéces van jersey stof, Jersey is een prachtig materiaal. Het valt prettig soepel en het kreukt niet. Wie het zelf verwerkt zal echter moeten bedenken, dat het niet goed plooien houdt. Wilt u een gemaakt model, koop dan liever géén jersey japon dan een goedkope. Doordat er geen „weer stand" in zit, hangen de goedkope kwaliteiten spoedig als een zak om het lijf. Maar wanneer de stof goed is en eveneens behoorlijk gecon fectioneerd is het een ideale dracht met een lang leven. (Nadruk verboden). ELSE DAN AH KLOEKMOEDIG MAN SLOEG ALARM. Nu op Vrydag 25 November a.s. drie gedenkplaten onthuld zullen wor. den in de gevel van de Ned. Herv. Kerk te Colijnsplaat om de herinne ring levend te houden aan de wonderbaarlijke redding van Coltfnsplaat uit de handen van de Duitsers, is liet ogenblik gekomen om wat meer mee te delen over de belangryke rol, die daarbij gespeeld werd door een eenvoudig, maar kloekmoedig man, de heer M. Neerhout uit Zierikzee. Wij hadden een onderhoud met hem en laten hem hier zelf aan het woord. Zoals zovelen, was ik met mijn gezin en een groot deel van myn boerderij-inventaris geëvacueerd van Schouwen. Ik was terecht gekomen bij de landbouwer C. de Regt Mz. te Colrjnsplaat, wiens hofstede een half uur van het dorp verwijderd ligt 't Was in de nacht van 25 No vember 1944, omstreeks 3 uur, toen ik uit de slaap gewekt werd door onbestemde geluiden. Om polshoogte te nemen men kon nooit weten sprong ik uit bed, kleedde mij geheel aan en tuurde naar buiten. Tot mijn verbazing zag ik licht m de schuur en een gedaante. Dat zal er nog bij moeten komen, dacht ik, en zonder mij te bedenken, liep ik naar de schuur, pakte een kerel in de borst en vroeg hem: „Wat moet dat met die bandenwagen?" want enige kerels, zes in getal, wilden deze wagen uit de schuur rijden. Wat benne jullie Engelsen of Duit sers. English was het antwoord. Engels of niet, de wagen blijft hier. waarop mij toegevoegd werd, dat zij die wagen moesten hebben om naar Colijnsplaat te rijden, waarbij ze In formeerden hoever het was. Ik loog „vijf minuten", liep naar de koestal en stak een stallantaarn aan. welke prompt met het geweer uit mijn handen geslagen werd. Daarna reden ze met z'n zessen de wagen de dijk op en ik mee. Dat beviel de snui ters niet en men sommeerde my huiswaarts te gaan en geen voet meer buiten te zetten. Op mijn hals starrig weigeren werd mij de loop van een geweer in de lenden ge drukt. Toen was het met mijn „lef" gedaan. De trekker moest eens over- gaan. weet je! En zo werd ik als een kleine jongen thuis gebracht, met bevel: „Er niet meer uit." HET WAREN DUITSERS. U begrijpt, dat het toen voor mij vaststond, diat het Duitsers waren, a.1 kon ik hun aanwezigheid niet ver klaren. Onverwijld pakte ik de fiets en reed ondanks het uitdrukkelijk bevel „binnen te blijven" naar Có- lijnsplaat, daarmede alle gevaar trot serende. Eerst reed ik naar het ver blijf van de O.D. Daar was alles in diepe rust, behalve de wacht. Op diens vraag: „Wat is er?" •.ant woordde ik: „De Duitsers zfo'n in aantocht." Duidelijk was op het ge zicht van de schildwacht en dat zy- ner inmiddels gewekte makkers te lezen: „Die vent is gek, of hy wil ons een poets bakken." Zy brach ten mij naar de herberg van Rinus Westerweel, waar een afdeling van de Irene Brigade lag. Ook daar on gelovige gezichten. ALARM! Men vond het 't beste om mij naar de herberg van Gast te brengen, waar de overste ingekwartierd lag. Deze had aanstonds de landkaart op tafel, waarop ik de juiste plaats moet aanwyzen. De overste hield blykbaar niet van halve maatrege len, want onmiddellyk werden alle posten op Noord-Beveland opgebeld met de vraag of men posten op de bewuste plaats had uitgezet. Het De Irene Brigade knapte de vol gende avond nu dit werkje voor de Duitsers op, waarop 4 boten, volge laden met zwaar bewapend krijgs volk, werkelyk koers zetten naar N.- Beveland. Dat zy een buitengewoon warme ontvangst deelachtig werden, hoeft niet vermeld. Slechts één boot met plm. 400 man wist te ontko men. De andere verdwenen in de gol ven. Des middags om 12 uur hadden we de laatste Duitsers te pakken. Deze hadden zich in het talud van de dijk ingegraven en zich met gras zoden en zeewier overdekt, waardoor ze aan het oog onttrokken waren, maar de heren kozen eieren voor hun geld. Slechts luitenant Havelaar uit Rotterdam was bij de gevechten gesneuveld. Van de gelande Duitsers geen en kele. De commandant had te kennen gegeven de vijand liever levend in handen te krijgen. SLECHTS EEN OORKONDE! Heel deze belevenis had voor mij geduurd van 's nachts 2 uur tot 3 uur 's middags en toen ik weer naar huis mocht gaan, werd mij me degedeeld onder de nodige beleefd heidsbetuigingen, dat dit geval door gegeven zou worden aan de Konin- Maastricht in 1950 toneel van g-in. Benelux-ontmoeting. „En" vroegen we, „heb je later nog iets gehoord?" Het antwoord luidde: De Maastrichtse Raad hleft een „Ik heb een oorkonde gekregen van garantiesubsidie van 50.000 ver burgemeester Schuit." jleend aan het comité, dat in Mei De Duitsers hadden my niet ver- j 1950 in Maastricht een driedaags geten. Blijkbaar door verraad waren Benelux-ontmoeting zal organiseren, zij van de gehele situatie op de Er zal een enorme „carosserieshow" hoogte gebracht. Enige weken nadien worden ingericht (van rolschaats tot kwamen er twee Duitsers terug op de groatste vliegtuigmotor)voorts Noord-Beveland om my" op te^ pikken, industriële exposities, culturele ma- De heer M. Neerhout uit Zierikzee, de redder van Colijnsplaat. nant ter Haar uit Amsterdam trok nu met 28 man de vijand tegemoet en ik moest mee. Daarmede was ik maar matig ingenomen. Eerlijk gezegd, ik kneep hem niet zo zui nig. Eerst werd het dorp afgezet en de verkenningstocht begon langs de dijk tot we ae Duitsers op korte afstand genaderd waren. De Duit sers schoten het eerst en wierpen daarna met handgranaten. Van het dorp schoten de mannen van de Ire ne Brigade lichtkogels af. Het was een fantastisch gezicht en wat meer zei, de positie van de Duitsers werd daardoor bekend en onder vuur ge nomen. Wat was ik benauwd. Ik vroeg om naar huis te mogen, maar dat was te riskant. Na een paar uur hadden we drie moffen te pakken en nadien haalden we nog een Pool uit een sloot, die bezwoer alles te zullen verklappen, als men hem het leven liet. DE POOL SPRAK. Uit zijn omstandig verhaal bleek, dat de Duitsers van Schouwen een overval op Noord-eBveland beraamd hadden. Allereerst moest de Zeesluis opgeblazen worden, waardoor N. Be veland onder water zou gezet worden. Met handgranaten zou men in de herberg de bezetting opruimen. De bewoners zouden gesommeerd worden zich in de Ned. Herv. Kerk te begeven, waarna men dit gebouw in de lucht zou laten vliegen en ten slotte Noord-Beveland zou bezetten. Teneinde dit zo vlug mogelijk te doen, had men met de bezetting op Schouwen afgesproken, dat als men in Colijnsplaat de toestand meester was, men door bepaalde seinen met lichtkogels dit kenbaar zou maken, waarop boten uit Zierikzee zouden antwoord was ontkennend. Luite- overkomen met Duitse troepen. maar in plaats dat zy aan de twee. de hofstede links van Colijnsplaat een bezoek brachten, kwamen zy te recht op de tweede hofstede van rechts en namen een man mede, die die later losgelaten werd, toen het bleek, dat hij de gezochten niet was. Tot zover het relaas van de heer Neerhout. Op sobere wyze vertelde h" over het voorval, dat voor de be woners van Noord-Beveland en voor- nameiyk voor de inwoners van Co- lynsplaat zo noodlottig had kunnen worden. Hy heeft zijn leven ingezet voor zyn mede-mensen; Wy meenden dat dit nog wel eens gereleveerd moest worden. Prins Charles, de zoon van de her- tog van Edinburgh en Prinses Elizabeth van Engeland, is Maandag één jaar ge worden. De verjaardag werd op verzoek van prinses Elizabeth niet officeel ge vierd. nifestaties van Limburgse kunst en een aantal bijzondere feestelijkheden. Noorse walvisharpoenier beboet voor dienst in ons land. Een Noorse walvisharpoenier is Zaterdag door een Noorse rechtbank beboet met 1000 kronen (530 gul den) en een confiscatie van bezit ter waarde van 6000 kronen wegens het werken op een Nederlandse wal visvaarder gedurende drie seizoenen na de oorlog. Hij verklaarde voor de rechtbank, dat hij de Nederlanders had willen helpen, omdat zij onmiddellijk na de oorlog met hongersnood werden be dreigd. Als bewysstuk werd een dankbe tuiging van de burgemeester van Amsterdam overlegd. Volgens de Noorse wet mogen No- j ren geen dienst doen op walvisvaar ders van landen, die voor de oorlog niet regelmatig ter walvisvaart gin-1 gen. Het Wereldgebeuren Atoomenergie Een grappenmaker plakte Zater dag de volgende advertentie op het tydingbord in het gebouw van de Ver. Naties te Lake Success: „Wilt U een berg verplaatsen? Bel de Kremlin bergtransport dienst no. U 235. Wy zyn gespecialiseerd in het veranderen van Alpen in mols hopen". U 235 is de scheikundige naam van uranium. De grap sloeg op de verklaring van Wisjinsky, die zelfde dag in de politieke commissie afgelegd, dat de Sowj et-Unie bereid is haar gebied open te stellen voor toezicht op atoominstallaties. Of eigenlijk meer in het bijzonder op de wijze, waarop de Sowj et-minister deze verklaring omkleedde en met bijzonderheden omlijstte. Wisjinsky ging voor het eerst na der in op de destijds door president Truman gedane opzienbarende mede delingen over een atoomexplosie inde Sowjet-Uyic. Hij maakte daarbij geen enkele toespeling op de atoombom, maar gaf hoog op over de toepassing van de atoomenergie voor vreedzame doeleinden. Op grote schaal wordt ex plosieve arbeid, voor het opblazen van bergen en rotsen, verricht, aldus herhaalde Wisjinsky enkele keren. Of de afgevaardigden van de V.N. dat alles voor zoete koek hebben ge slikt, dan wel geamuseerd en met de nodige skepsis hebben zitten luiste ren, is niet bekend. In elk geval tracht de Sowjet-pro- paganda thans overal de voorstelling ingang te doen Vinden, dat wat het gebruik van atoomenergie voor vreedzame doeleinden betreft. Rus land veel verder is dan Amerika. Hoe het staat met de vervaardiging van atoomwapens wordt daarbij in het midden gelaten, zijnde een on derwerp, dat zich niet leent voor dis cussie. De beide Oostduitse bladen „Nacht I Express" en „Neues Deutschland" •verschenen vorige week op de ver jaardag van de Russische Octobem- volutie met artikelen, die zeer de aandacht hebben getrokken. In deze artikelen werd uiteengezet, dat het in de bedoeling ligt van de Russen het water van de Westsiberische ri vieren Jenisei, Ob en Iris gedeeltelijk langs de rivier de Tobol af te voeren naar het Aralmeer. Vanuit dit na tuurlijk reservoir zou dan het woes tijnachtige gebied in de omgeving worden bevloeid. Door atoomexplo sies zou een kanaal zijn aangelegd door het Zuidelijk deel van het Oeral- gebergte, dat zonder bijzondere maat regelen ontoegankelijk gebied vormt. In Juli jongstleden verscheen in het Russische letterkundige maandblad „Novy Mir" een lyrisch verslag van een atoomexplosie, die ten Noorden van het Aralmeer een berg onderste boven zou hebben gekeerd. De ver klaring van president Truman kwam op 23 September. De onthullingen lijken nogal fan tastisch en zijn in het Westen dan ook met veel voorbehoud opgeno men. Niettemin zijn er voldoende aanwijzingen, dat dergelijke verha len niet kunnen worden afgedaan met het woord, afleidingspropaganda. Een Londense journalist is dezer da gen op het idéé gekomen vooroorlog se publicaties over dit onderwerp nog eens op te slaan. In de Sowj et - encyclopaedie van 1936 vond hij een rapport van de Russische professor Basjilof met uitgebreide gegevens over zeer rijke Russische uraniumg»- bieden in Tienshan en Pamirs, t„n Zuiden van het Balkhasmeer. Het rapport had tot titel „voorraden van radioactieve ertsen in Centraal-Azië en de mopilykheden van haar exploi tatie" en is in latere uitgaven van de encyclopaedic geschrapt. In 1936 was er immers nog geen sprake van atoombommen, maar naarmate de toepassing van atoomenergie voor be wapeningsdoeleinden zich ontwikkel de zijn de Russische geleerden zwijg zamer geworden. Wanneer echter de verscheidene rapporten, artikelen en verklaringen als delen van een legpuzzle worden aaneengevoegd tot een samenhangend geheel ontstaat een vaag beeld over de Russische vorderingen. Dat beeld maakt het hoe langer hoe aanneme lijker, dat inderdaad de toepassing van atoomenergie in de Sowj et-Unie belangrijker resultaten heeft afge worpen dan tot dusver werd ver moed. Onbewoond huis vernield. Een onbewoond huis te Groesbeek is Zaterdagnacht door baldadige ver nielzucht bijna geheel geruïneerd. Men heeft deuren ingetrapt, kozijnen uitgerukt, het gebint losgeslagen, waardoor het dak is ingevallen en de muren gescheurd zijn. Deze ver nieling is vermoedelijk toe te schrij ven aan wraakzucht jegens de alleen wonende eigenaar, die zijn huis pas verkocht heeft en daarom elders ver bleef. 26. Meneer Barend Bof vond het echter hele maal niet zo grappig en hy loerde knarsetandend naar boven en haalde wraakgierig een honden zweep uit zijn broekzak. Kom d'r uit, bruine ban diet, gilde hij, dan zal ik je een pak ros geven dat je heugen zal. Hierrr zeg ik je....! Op dat ogen blik vloog Jimmy weer in ijlende vaart over zijn hoofdDe aap had de bal nu in zijn rechter handmikteen kwakte de bal toen met grote kracht naar benedenHet ding suisde ge woon door de lucht!

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 3